NIEUWSBLAD VOOR
HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
CONCERTEN
Eerste Blad.
„BELLEVUE" =-
No. 5284
ZATERDAG 14 AUGUSTUS 1920
48e JAARGANG
ond.: op: ond.: v.m.:n.m.:
a. 8 315.43 8.24 9.4510.25
8.56 5.45 8.2210.3 11.—
9.20 5.46 8.2011.1511.50
9.46 5.47 8.18 11.55 12.25
10.14 5.49 8.1612.30 1.—
1.80 a. 10.46 5.51 8.14 1.— 1.10
2.32 11.22 5.53 8.12 1.35 1.50
Gemeenteraad van Helder'
FEUILLETON.
Men vindt niet vaak belangerijke dingen
HOTEL - CAFÉ - RESTAURANT
BEZOEKA DE
op ZONDAG 15 AUGUSTUS,
van 8-uur.
JOH. PALA vlooi.
ARIE D. v. d. WEG plano.
P. KRIJGER violoncel.
W. J. KI. SCHOUTEN.
Ik nam het mes, sn onderzooht verder.
„We wggen allen wel eens dingen, die aan
COURANT
ABONNEMENTEN BIJ VOORUITBETALING:
Heldersche Ct per 8 mud. 1.60, franco p. post 1.70. Bnitenl. 2.50
Zondagsblad 8 „0.57V* „0.65. „1.95
Modeblad 8 „0.96, i.05. „1.80
Loese nummers der Oonrant 4 ct
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag
REDACTEUR-UITGEVER: O. DE BOER Jr., HELDER
Bureau: Koningstraat 29 latera Telefoon 60
Post-Girorekenin* No. 16066.
ADVERTENTIEN:
20 et. p. reiel(galiard). Ingez. meded. (kolombr.als redact, tekst) 60 et
Kleine adv. (gevr., te koop, te huur) v. 14 rog. 50 ct., elke regel meer
10 ct bi] voorultb. (adres: Bur. v. d. bl. en met br. onder no. 10 ct. p. adv.
extra). Bew.-ex. 4 ct Alle prijzen tijd. verh. m. 10% papierduurtetoeel.
Op- en ondergang van Zon en Maan
en tl)d van hoogwater (Texel).
(Zomertijd.)
Maan Zon Hoogwater
Attg. op:
Zondag 16 m. 7.30
Maand. 16 8.48
Dinsdag 17 10.8
Woenad.18 11.15
Dond.d. 19 a. 12.24
Vrijdag 20
Zaterd. 21
Vergadering van Woensdag.
Afwezig de secretaris, de heer Kamman.
Voortgegaan wordt met de algemeens beschou
wingen inzake de salarisregeling van gemeente
ambtenaren en -werklieden.
De heer Verstegen beantwoordt de spre
kers van den vorigen avond. In verschillende
toonaarden ia het voorstel van B. en W. gecriti-
seerd, aldus - spr. Van alle kanten is zwaar eD
middelbaar geschut lu stelling gebracht en afge
vuurd op de bestuurtafel om datgene wat wij lp
hst belang achtten van het personeel weg te
sehieten. Het gebeurde natuurlijk met de beste be
doelingen. De hoffelijkheid gebiedt dat aan hen,
die het College bijvielen, dank wordt gebracht,
al geschiedde ae verdediging van bet college meer
met de mokerslagen van een voorhamer, dan met
het floret van een Spaansch edelman. Doch allee
wat gezegd is was een schieten met les kruit, en
niet de minste schade is toegebracht aan het voor
stel van B. en W.
De beantwoording van de finantieele aangele
genheden, die de heer Grunwald te berde bracht,
zal spr. overlaten aan den Voorzitter. De heer
Grunwald betwijfelde wel of het voorstel van het
College doordacht was en liet zijn waarschuwende
stem hooren Of het doordacht is, valt op te maken
nit de wijze van indiening van het voorstel. Nog
nimmer is een voorstel zoo uitgebreid toegelicht
en met zooveel cijfers. Het spreekt vanzelf, dat
ook dit menschenwerk is, dus onvolmaakt. Even
wel mag het gelegd worden naast andere voorstel
len inzake loonregelingen.
De heer Grunwald heeft waardeering voor het
gemeentepersoneel, doch spreekt ervan, dat niet
ieder ambtenaar zijn plicht doet. Bij een personeel
van eenige honderden zijn natuurlijk ook wel
minder goede krachten, dat ls overal zoo. Maar
spr. hoopt, dat de rest van het personeel de geuite
woorden ter harte neemt en bedenkt, dat de gan-
sche gemeente naar bun arbeid kb kt.
De neer Grunwald sprak somber over de finan-
tlëa der gemeente. We kunnen geen raadhuis
bouwen, geen armhuis, geen ziekenhuis, straks
misschien geen salarissen uitbetalen, aldus deze
heer. Is de gemeente, vraagt spr., lu een dergelij-
ken toestand, dat inderdaad het loon harer ambte
naren en werklieden niet zou kunnen worden
gebracht op het peil der andere gemeenten? van
dezelfde grootte? Kunnen we ons niet redden met
het heffing:spercentage van den h.o.? Komen er
stemmen uit de burgerij, dat zij de belastingen
niet meer kan opbrengen? En ziin hier de loon
zoo abnormaal npog? Ongetwijfeld zijn er hier
onder het gem.-personeel, die zich het alleraoo-
digste niet kunnen verschaffen. De raad heeft tot
taak de gemeenschap te doordringen van de taak
om de loonen eenigszlna in overeenstemming te
brengen met de behoeften, en van de noodzakelijk
heid daarvoor te betajen, en dit natuurlijk binnen
het raam, dat de huidige maatschappij daaraan
stelt. Jeremiades over den nood der gemeente,
die trouwens nog zeer denkbeeldig is, hebben
Ïeen zin, dan alleen dat ze een poging zijn om
It te voorkomen.
Op dit terrein ontmoet spr. den heer Staalman.
Deze beer wenscht de zaak nnebter te bespreken,
en brengt daartoe een dikke Bertha in stelling om
een schot te lossen. Gelukkig is het schot mis.
Een voorstel inzake loonsverhooging afmeten naar
hetgeen het kosten zal mag niet, zegt deze heer.
En meent, dat zijn amendement om de kosten niet
wordt overgenomen door B. en W. Laat de heer
Staalman ook tegenover B. en W. billijk zijn.
In het nagekomen voorstel van het College is
duidelijk aangetoond, dat zijn amendement als zoo
danig moeilijk te aanvaarden ie. Er ie niet gezegd,
dat het teveel koette, alleen le gezegd, dat net om
■ijn deetruotlvltedt moeilijk te aanvaarden was.
Bovendien werd het na den vastgeetelden tijd
ingediend, zoodat Inlichtingen niet meer konden
worden ingewonnen, en dadrom U de aanneming
ervan door het College ontraden.
Als de heer Staalman zegt: de vooretellen van
B. en W. om de terugwerkende kracht vanaf 1
Jan. te doen geschieden zijn overgenomen van het
fteorg. overleg, te dat onjuist. In het ooreprouko
Ük vooretel staat, dat „ae meerderheid" van het
door
JESSIE DOUGLAS KERRUISH,
toot Nederland bewerkt door
L. ALETRINO.
W)
„Ik sou me el sterk moeten vergissen, in
dien we hier niet een hoek ven den buiten
sten wal voor ons hadden," zelde ik. „Ziet u
wel? HIJ buigt zich naar links om den Zlggo-
rat te omvatten. Die glinsterende plekken op
de helling zijn stuk* jd der. buitenlaag van
gebakken steen."
„Dus wm het waarschijnlijk zijn, dat hier
beneden de fundeeringen lagen? Wat zou S'.r
Horne daar blij mee zijn! Willen we naar
beneden gaan en eens kijken?"
Als Mr. Wilbur verwacht had mij de be
hulpzame hand te moeten bieden, had hij
zich vergist. Ik was reeds in het raivijn, toen
hij boven nog een geschikte plaats stond te
zoeken om af te dalen. „Ik geloof niet, dat
lotmand dit zou kumtsn vinden door het dauw-
veld te volgen," zelde hjj, toen wij den grond
onderzochten. „Wel wat zijn er hier een
maeea grafsteenen, vindt u niet?"
Ik haalde mijn sobouders op. „Dat la mijn
vaders zaakl"
rWat een gecompliceerde persoonlijkheid
bent u toch!" merkte hij op. „Misa Jerning-
ham, die de zieken en stervenden verzorgt,
heeft niets gemeen met Miss Jerningham op
soek naar oudheden. Ik veronderstel, dat het
College voor den datum van 1 Jan. was. Waarom
zegt de heer St. nu zulke onjuiste dingen?
Lr is gesproken, dat hqt georganiseerd overleg
niet deugt. Zeer zeker moet er verandering ko
men la de wijze waarop het werkt. Van den datum
der Invoering af is er trouwens al veel veranderd,
en geleidelijk zal zich dit instituut aanpassen aan
de praktijk. Maar wie heeft de instelling, zooals
zij thans is, in het leven geroepen? Deze zelfde
raad heeft haar aldus vastgesteld, en de eerste
stem, die opging om wijziging te brengen, was
die van spr. Laten de hoeren, die thans zoo toor
nen tegen dat georganiseerd overleg, een beetje
kalmer worden.
De heer Van Breda sprak van het assumeeren
eener Commissie nit den Raad. Daarvoor is in de
allereerste plaats reglementswijziging noodig en
hoe spoediger dat gebeuren kan, hoe liever het
spr. zal zijn.
De heer Bok meende, dat spr. op een gegeven
oogenblil^ nattigheid voelde en daarom geen twee
de vergadering uitschreef. Dit ls volstrekt niet
het geval; sur. houding werd bepaald door het
reglement en de voorschriften van het geong.
overleg. De heer Bok meende, dat spr., niet zeker
van zijne zaak, de fractieleiders bijeenriep voor
soort buitenissig georg. overleg. Dit is niet zoo.
Meer parlementaire leden hadden epr. aangeraden
het „senioren-convent" eens bijeen te roepen en
deze bijeenkomst mislukte door de afwezigheid
van den heer Staalman.
De heer Staalman: Ik heb geen uitnoodiging
gekregen. Alleen de rechtsche fractie is uitgenoo-
De heer Verstegen herinnert zich niets om
trent een nieuwe vergadering, die zou worden
uitgeschreven. Wel gaf de heer de Geus spr. in
overweging een coimté-vergadering van den raad
aan te vragen, maar spr. houdt niet erg van gehei
me vergaderingen en ook al omdat de tijd drong
is daarvan niets gekomen.
Als dus in het georg. overleg alleen de werk
nemers hun eischen konden formuleeren, is dat
een leemte in de verordening, die gewijzigd moet
wordenInmiddels hebben de dienstcommissies
slechts een adviseerende stem en de Raad blijft
het college met het budgetrecht.
Er gezegd, dat in de nieuwe regeling geen emo
lumenten meer voorkomen. Zijn deee vervallen?
werd gevraagd .Ta, Inderdaad, omdat, naar de mee
ning van het College, voor een gezónde loonrege
ling noodzakelijk is, dat men wet© wat iemand
verdient. De menschen weten öan zelf waar ze
aan toe zijn ten opzichte van hun pensioen etc.
t an dit loon kan dan worden afgetrokken hetgeen
ze door emolumenten vergoed krijgen. Men heeft
gezegd, dat ze wel op plaatsen moeten wonen,
waar ze liever niet wonen. Als regel gebeurt dit
echter niet, en het bewonen van een ambtswoning
heeft in de meeste gevallen veel voor.
De groepeering zou niet deugen. We komen met
die groepeering voor aardige gevallen te staan.
De heer Baak sprak ervan, dat de vaklieden in
de 4e klasse zouden staan in de meeste gemeen
ten. Spr. heeft over een elftal regelingen de ge
gevens, van deze zijn 7 waarvan de vaklieden inde
3e loongroep staan. Op 's rijkswerf is dit in de 4e
Soep. Zoo heel foutief is de groepeering dus niet
ae dienstcommissie is men met eenstemmig
heid ook van de vakorganisatie tot deze groepee
ring gekomen. Dit is van groote bet eekenis, om
dat daarmede uitgesproken is .dat de arbeiders
zeiven hun groepsindeeling hebben bepaald. Ook
door de hoofden 1» deze groepeering goedgekeurd.
De groepeering is dus een veiligheidsklep voor
het gem. personeel, en geenszins een bron van be
strijding. De regeling van den heer Staalman c.s.
zal juist ontevredenheid kweeken. Daarin wordt
gesproken van werklieden eerste klas, halve werk
lieden, etc. Wat zijn dat allemaal? Deze regeling
ls overgenomen van het rijk, maar spr. acht deze
niet goed. Als het voorstel-Baak zou worden aan
genomen, gaat het opnieuw naar de Comm. van
georg. overleg, etc. en dan zijn we nog lang niet
klaar. Voor maanden is de regeling dan van de
baan. Er wordt gewezen op de regeling van En
schede en Amersfoort, die zoo goed zijn. Het is
spr. gelukt belde regelingen nog te bekomen. Er
bliikt uit, dat het uiet goed is zich te laten voor
lichten door de belanghebbenden alleen. De chef
van de boekhouding te Enschede heeft ƒ3300—
8900, hier wordt voorgesteld 4200—5000.
Boekh. le kl. Enschede 2700—3200, hoofdboek
houder alhier ƒ8000ƒ3600 enz. In Amersfoort is
het nog treuriger, daar heeft de chef-boekhouder
ƒ3000.
De heer Van Breda heeft nog den kindertoeslag
besproken. Wij hebben die niet opgenomen omdat
het college staat op het standpunt van het indlvi-
dueele loon. In 's heeren Breda's kringen heersebt
trouwens op dit punt geen overeenstemming. Spr.
wijst op de polemiek in het Kath. Soc. Weekblad
en het Orgaan van de R. K. gemeenteraadsleden.
Daarom heeft het College zich op het standpunt
geplaatst dat alleen loon wordt gegeven voor ge
presteerd werk.
De opmerkingen van den heer Schoeffelenber-
ger tenslotte zijn door het bovenstaande ook reeds
beantwoord.
De Voorc 111e r, de heer O. Adriaanse,
beantwoordt den heer Grunwald, die zijn leedwe
zen uitsprak over de afwezigheid van den Bur
gemeester. Niemand meer dan de burgemeester
zelve zou het op prijs gesteld hebben hier tegen
woordig te zijn, maar de Raad zelf was oorzaak,
dat de voorstellen de& vorigen keer verdaagd
werden. Op bet verwijt, dat net ooilege den fi-
nantieelen toestand te luchtig inziet, antwoordt
komt, omdat u hall Oostersoh en hall We»-
tersch ia."
„Het soh!Jnt, dat u bijzonder veel belang
stelt in mijn stamboom," antwoordde ik nogal
verbaasd over zijn onbeschaamdheid.
„J a zeker, lk heb ontdekt, dat de combina
tie voortreffelijk is. Als u een gewoon iemand
was, zouden er twee bekwame pqjponen voor
noodig zijn om te doen, wat u alleen kunt
uitrichten. Het is in alle opzichten heel ge
makkelijk, Miss Jerningham."
Ik keek hem scherp aan, en las de bedoe
ling zjjner woorden in zijn oogen. Een ver
ontschuldiging voor de Rue de Péra. Hij
wist, dart, ik het las dat zag ik ook.
„Ik heb die combinatie leeren waardee-
ren," ging hij voort. „Ja ik heb een massa
geleerd sinds ik in het Oosten aankwam.
Gelooft u niet?"
Ja, dat deed ik. En hij wist, dat lk het deed.
En als het alleen maar de kwestie van de
Rue de Péra geweest was, had ik lachend
kunnen bevestigen. Een oogenbLik wilde ik
het zelfs doen, maar dadelijk herinnerde
ik mij weer het bosoh van Sliwa Klissia.
,U hebt nog niet geleerd, dat men onder
het werk niet moet praten," antwoordde ik,
en zette mijn inspectie van het vooruitsprin
gende walletje voort Het bestond uit losse
steenen, en lossen grond, dien de zuidoosten
wind er tegen had opgehoopt. Ik.Ucp het
walletje af, en het losse zand, opgewoeld
door mijn hakken, stroomde in straaltjes
naar beneden.
„Hallo i(k getk»off dat daar wat zitl'
waarschuwde Mr. Wilbur.
,Geen fundeeringen," onderstelde lk. „Die
moeten dieper liggen. Dit zijn maar losse
steenen, die van boven zijn neergevallen."
Ingezonden mededeeling.
SOLISTEN:
spr., dat het college öenv .die de opdracht had
uit te voeren, die het van te Raad had, om n.m.
met een nieuwe salarisrege.ing te komen, waar
door het gebonden was en bovendien was het ver
plicht gebruik te maken van het orgaan van het
georganiseerd overleg. Onder den druk van den
Raad kon het college niet. anders handelen.
De heer Grunwald bespreekt den Handeldrijven-
den Middenstand. Deze zinsnede uit het rapport,
van B. en W. wordt door den heer Grunwald an
ders gelezen dan door ons. Wij hebben niet den
indruk willen vestigen, dat wij tekort zouden doen
aan waardeering voor den Middenstand. Maar de
cijfers sullen met veel invloed hebben op het
geheel.
Het was niet mogelijk de becHferingen van den
heer Grunwald in die paar uur na te gaan. De
cijfers van het College evenwel waren gebaseerd
op officieele gegevens, en uitteraard kunnen wij
daaraan slechts boteekenis hechten. De heer Gr.
kan zich niet vereenigen met onze voorstellen,
maar geeft niet aan b s het wel moet zijn. Geen
enkol amendement diende deze heer in voor een
betere regeling. En daar het hier een opdracht
betreft die het college moet uitvoeren, zou spr.
gaarne vernemen hoe het dan moet. De heer Gr.
vergat in zijn berekening san te geven welk deel
op de bedrijven drukt. Spr. erkent overigens, dat
de salarisregeling zware offers van de gemeente
vergt. Elke meter gas alleen zal al een paar cent
meer kosten door deze regeling Men gaat met de
belastingheffing tot de uiterste grens. Spr. waar
schuwt den Raad geen gevolg te geven aan de
terugwerkende kracht tot October. Men mist daar
voor elke dekking, omdat 1919 afgesloten is.
De heer Grunwald klaagde, dat verschillende
dingen niet konden worden uitgevoerd tengevolge
van geldgebrek. Het lijstje' lt gemakkelijker nog
wat uit te breiden. Daarom r jgt spr. bedenkt u en
aanvaardt geen amendemo'j van verdere strek
king-, Put niet allo bwÉaic van de geafeentt uit.
Spr. ziet den toestand niet hopelobs in, maar er
moet dan energiek gestreefd worden om de ge
meente tot bloed te brengen.
De heer De Geus heeft gisterenavond door
het eigenaardig verloop van de vergadering niet
gesproken, en zou gaarne nog lu eerste instantie
het woord voeren.
De heer De Zws-rt beantwoordt kortelings de
gemaakte opmerkingen. Betreffende den kinder
toeslag zegt spr., dat de heer Van Breda niet be
doelt te geven loon naar behoefte en dat men van
spr. in dezen geene medewerking In dezen geest
mag verwachten. Het gevolg daarvan zou zijn,
dat het hoofd van een bedrijf, de gasfabriek bij
voorbeeld, uit economische beweegredenen uit
sluitend personeel zou aannemen zonder of met
weinig kinderen, en de uitwerking dus juist an
dersom zou zijn als men bedoelde.
De heer Grunwald wees op den Middenstand en
betoogde, dat juist de jaren 1917 en '18 gunstig
waren en 1920 niet meer. De stelling ln het prae-
advies van B. en "W. was dus onjuist. Maar spr.
wijst er den heer Gr. op, dat de gegevens van B.
en W. officieel zijn, De heer Gr. vergeet, dat de
bevolking bestaat uit militairen en ambtenaren,
en hunne salarissen zijn juist in 1919 wat beter
geworden, zoodat dit van invloed was op de ko-
ieren. En de Middenstand profiteert ook daarvan.
De heer Van Brede Als er geen coöperaties
waren 1
De heer D e Z w a r t: M. d. V., er is thans, dank
zij de gelukkige samenwerking van de bestaande,
één machtige coöperatie hier ter stede, maar haar
terrein is nog te zoer beperkt, dan dat dit van
veel Invloed zoude zijn op den middenstand. Mis
schien zijn er enkele middenstanders, die ln die
jaren O. W. gemaakt hebben, maar daarop kun
nen wü niet drijven. De gemeenten, die drijven
op de salarissen van haar vaste ambtenaren, zijn
er niet het slechts aan toe In Alkmaar, Arnhem,
plaatsen met groote kapitalen, wordt thans l6 k
20 pet. belasting geheven. Wij zijn nog maar aan
<*e 11 pet en wonen dus nog in Abraham's schoot.
Wat de terugwerken ie kracht betreft, de min
derheid van liet college wilde die vanaf October
doen geldon, de meerderheid van Januari af Ons
minderheidsstandpunt hebben wij niet verlaten,
wegens andere inzichten. De uitwerking der voor
aan de oppervlakte, maar toch is het raad
zaam, ook daar niets ondoorzocht te laten.
Mr. Wilbur ging aan het werk, en begon
do lósse aarde weg te krahben en gebroken
stukken steen op zjj te duwen. „Goudl" riep
riep hij uit, toen eon roodachtige metaal-
glans tuasohen de aardkluiten iilonk. Het
was een uur voor het aanbreken van den
dageraad; een grijsachtige streep vertoonde
zioh reeds langs de oostelijke kim en onze
geoefende oogen konden genoeg zien. Mr.
Wilbur's knipmes bleef in iets haken; hij
wrong zijn band in de gemaakte opening,
'greep vast en trok terug: in zijn hand hield
hij een groote lap, een regen van aardkluiten
viel neer, en wat verborgen was geweest,
lag niu bloot.
„Kijk niet, Mias Haroonl" schreeuwde hij,
van sohrik een oogenhlik vergetend, dat ik
veel meer gehard was, dan hjj. Wat hij had
meegetrokken, was het overblijfsel van de
sebleh eener Arabisohe vrouw, en voor onze
voeten lag een geraamte, het gelaat naar
beneden gekeerd. Het goud ,dat wij gezien
hadden, maakte deel uit van een diadeem van
munten, dat om den schedel hing
„Ik ik heb een graf geschonden," fluis
terde Mr. Wilbur heesoh.
,Neen," haastte ik mij hem gerust te
«tellen.
„Een misdaad onderstelde hij.
„Misschien." Ik beschouwde de vondst
aandachtig. „Wat vreemd. Ze ligt daar zoo
vreedzaam, ziet u wel, de handen op het ge
laat gedrukt."
„Een vrouw?" hij liet zijn stem dalen. Hij
was nog geen burgier geworden van het land
der Twee Rivieren, het land van dood en
vergaan.
stellen heeft zoo lang geduurd, dat inmiddels de
gelden niet meer op de rekening 1919 konden'
worden gebracht en dus ten volle op 1920 druk
ken. Dit zegt men, en vraagt ons: ziin dit geen
argumenten 'om ons standpunt te verlaten? Geens
zins, antwoord spr. De norm van destijds geldt
nog en ook als Ged. Staten de goedkeuring moch
ten onthouden aan deze regeling, zullen wü toch
niet ons standpunt verlaten. Als wij een voor een
de raadsleden ondervragen over wat tegenwoor
dig als minimumloon geldt, zal niemand kunnen
voorrekenen, dat men mert 30 per week toe kan.
De heer Biersteker vraagt bij interruptie of
dit ook voor de hoogere ambtenaren geldt? Zeer
zeker, antwoordt spr.,» ook zij kunnen niet meer
in dezelfde omstandigheden leven van vroeger.
Spr. doet dus. in tegenstelling met den heer
Adriaanse, een beroep op de terugwerkende kracht
vanaf October. Alleen in dit opzicht heérscht in
het College geene eenstemmigheid. In dit verband
zet spr. uiteen, hoe de vergissing ontstond waar
van de heer Staalman sprak. Het standpunt van
B. en W„ dat n.1. de „meerderheid" tegen terug
werkende kracht vanaf Oct. was, lag in het eerste
prae-advies van B. en W. Inmiddels is de burge
meester de stad uitgegaan, zoodat in het onvolle
dige college van uu de feitelijijke meerderheid
vóór de terugwerkende kracht vanaf Oct. is. Maar
het ware unfair geweest daarvan misbruik te ma
ken. Vandaar de vergissing, die echter niet ware
geschied bij aandachtig lezen.
De hoogste uitgave vau de heeren Van Loo c.s.
is, /30.000. Welnu, wat beteekent het als met dit
bedrag, 1in van de geheele opbrengst, de achter
stand van het personeelskan worden ingehaald?
De heer De Geus wilde gaarne zijne meening
over de zaak zeggen, waarin spr. gisterenavond
verhinderd was. De heer Grunwald sprak niet na
mens spr., maar gaf een persoonlijke opinie. Ook
spr. ziet eenigszin» dezelfde schrikbeelden, wil
deze echter op andere wijze bestrijden. Spr. vindt
het niet billijk tegenover het raadsbesluit om te
rug te komen op de terugwerkende kracht Over
de eigenaar/iige houding van twee leden van het
college zal spr. niet veel zeggen: men wordt soms
meer geleid dan dat men zelf leider is en doet
de dingen soms - wel eens anders dan men z»u
willen.
Uit de bedrijven kan de terugwerkende kracht
ndet meer worden gel.ra.id, dus zal het van de be
grooting moeten komen. De gemeente-werklieden
hebben ten opzichte van andere ai een bevoor
rechte positie door hun premievrfl pensioen, va-
cantietoeslag, etc. Onze gemeente staat in dit op
zicht vrijwel aan de spits. Spr. kan meegaan met
de technische herzieningen van de heeren Van
Loo en Baak. Die hebben daarvan tenminste ver
stand, de heer Staalman natuurlijk niet. Wat het
andere betreft, is niemand onzer gebonden. Het
roode deel van den Raad is heel anders, daar gaat
men veel meer samen. Bii ons niet, uit vrees niet
voor een waschecht arbeidersvriend te zullen
worden aangezien. De heer Bok sprak de waar
heid, toen hij zeide, dat niet een arbeider overgaat
naar een particuliere betrekking. Zonder te wil
len spreken over vroeger, wil spr. zeggen, dat ae
fem. arbeiders het de laatste jaren steeds goed
ebben gehad.
Het vérkf orè» vaa hst goors, overleg twh* spr.,
dat nu do arbeider zalf zijn loon bepaalt. Er kwam
een ambtenaar bij spr., die zelde: ja, wat moet ik
nou voor mezelf opgeven? Op die wijze krijgt men
toch nooit een gezonde basis? Spr. wil echter
eerst doen uitmaken of men terugwerkende kracht
wenscht tot October of tot Januari. Anders zou
spr. niet kunnen medewerken aan het vooretel.
Er is geen samenspreking geweest, geen overleg.
We staan thans aan allerlei dingen bloot. Het
vorig jaar Juli waren de ambtenaren tamelilk
tevreden. Spr. vraagf of thans, 9 maanden n& dato,
weer een regeling noodig is, die 8 maanden na de
vorige nog eens 6 extra geeft. Is er wel genoeg
ernst ten opzichte van de finantieele verantwoor
delijkheid? Dit alles is een gevolg van de scheeve
politiek in den Raad. Het D. B. is geene afspiege
ling van den Raad, en wat thans geschiedt ls niet
zuiver. De invloed van de beide heeren sociaal
democraten ls onevenredig aan hun sterkte in den
Raad. Het college moet homogeen zjln. Laat oiiü
dus eerst uitmaken of er terugwerkende kracht
vanaf Oct. zou zijn, anders kon de verordening wel
een afgestemd worden en dat zou jammer zijn.
De Voorzitter vraagt of men bij de replie
ken thans rekening-wil houden met den tijd. Dan
kunnen we vanavond klaarkomen met de alge
meens beschouwingen.
De heer Biersteker meent, dat het beste
zal zijn het voorstel-De Geus aan te nemen, waar
door veel gepraat zal worden voorkomen.
De Voorzitter acht het beter geleidelijk af
te werken, wij komen dan vanzelf aan de arti
kelen.
De heer Grunwald, thana bet woord verkrij
gende voor repliek, betoogt, dat het onjuist u
voorgesteld hetgeen spr..zeide omtrent het uiet
bouwen van een raadhuis e.d. Spr zet dit recht
en merkt op, dat ook van de bestuurstafel de
waarheid van spr. woorden, dat men koninklijker
dan de koning was, is bevestigd. Den heer Schoef-
felenberger, die over het algemeen niet au'eerieux
genomen wordt door spr., antwoordt spr., dat
maar eens moet snuffelen in het gemeente-archief
om te weten wat ln de laatste jaren gedaan ls voor
het personeel. Bpr. wijst op den 8-urigen werkdag,
het DremievriJ pensioen, etc., alle zaken, dis zon
der dwang gebeurd zijn. De heer Staalman
weigert de finantieele verantwoordelijijkhsld. Spr,
„Jaren geleden," besloot lk, „en geen mis
daad. Ziet u detze steenen?"
Ik wees op een kleinen reohthoék van
steenen, netjes gerangslilkt naast elkaar.
„Zoo duiden de Arabieren een graftombe
aan," verklaarde ik.
„Het ls maar twee voet lang," merkte
hij op.
„Het graf van een kind. Het is nu gemak
kelijk te begrijpen, niet waar? Een vrouw,
givsturven met het hoofd op het graf van haar
kind, en haar gelaat met de handen bedek
kend Geen misdaad."
De Amerikaan rukte zjjn hoed al „Stom
meling die ik benl" riep hij uit. „Ja nu zie
ik het. Zij heeft zichzelf gedood."
„Oostersche vrouwen slaan zelden de hand
aan zichzelf," antwoordde ik. „In den regel
komen zjj daar niet aan toe."
„Mijn Godl" zeide de Amerikaan, en zijn
gelaat was bleek en somber, „vrouwen zijn
overal hetzelfde. Mijn eigen moeder stierf
een week na mijn vader, en een doodsoorzaak
konden de doktoren niet noemen."
Wij staarden een oogenblik zwijgend naar
de overblUfselen der tragedie. „Wat zullen
wij doen? vroeg Mr. Wilbur, met iets van
eerbied in zijn stem. „Zullen wij een paar ar
beiders roepen?"
„Er zijn steenen neergevallen, die haar
voor de jakhalzen hebben bewaard," ant
woordde lk. „Ik wil niet harder zijn dan de
steenen.
„U vergeet iets Miss Haroen 1 Allah heeft
hen doen vallen."
„Natuurlijk. Ik had nooit gedacht, dat lk
zou kunnen vergeten dat een gelukkige sa
menloop van omstandigheden eigenlijk niet
bestaat.
aanvaardt die als hli voor eene verhooging stemt.
Den heer Van Breda vraagt spr.: hebt gij de
stukken wel goéd in uw hoofd? Mijn salariBrege-
ling ie volstrekt niet vastgeloopen. Den heer
ZondervanHet georganiseerd overleg was vóór
de regeling. De heer Borkert sprak van regee-
ringshulp. Maar min. De Vries heeft wel eens
heel anders gesproken. Bovendien le het voor de
regeering ook geen doen, want als dit waar was.
dat het rijk hielp, dan zouden de gemeenten nog
veel royaler worden. De heer Verstegen spiedt
van „los kruit". Inderdaad, er werd ln de ruim
te ceechoten. Maar zooals spr. den toestand be
sprak, mag men niet spreken van los kruit. Spr.
vreest, dat de toekomet hem gelijk zal geven Het
is gemakkelijk zeggen: wees niet zoo somber. De
wethouder ven financiën ziet den toestand wél
somber in. Wii hopen op de toekomst, als de demr
ping der Zuiderzee hier welvaart zal brengen.
Want vóór dien tijd ziet spr. er geen uitkomst.
Abnormaal hoog zijn de loonen hier niet, maar
als er straks werkeloozen zijn en wij hebben geen
gold om die te betalen, wat dan?
De heer Verstegen: Belafcting naar draag
kracht, meneer Grunwald 1
De heer Grunwald: De finantieele nood^ie
een hersenschim, zegt men. Maar tegenover al die
uitgaven moeten toch zeker ook inkomsten staan.
De heer Adriaanse sprak van de vervulling van
de opdracht aan het college gegeven. Deze heer
had evenwel moeten weten hoever wij gaan kun
nen in. dit opzicht. Op verschillende punten beant
woordt spr. nog -énkele opmerkingen, en zegt ten
slotte weliswaar persoonlijk te hebben gesproken,
maar toch in dezelfde lijn als de heer De Geus.
De heer Staalman roemt het wijs beleid van
den Voorzitter om den spreektijd te rantsoeneeren,
maar als ieder spr. zijn rede doet uitdijen als de
heer Grunwald komt er niet veel vaa terecht.
Spr. is den wethouder dankbaar, dat hij er zoo ge
nadig afkomt, deze heeft geen wederbetoog gele
verd op spr. rede. De heer Verstegen zeiae, dat
met de dikke Bertha was gewerkt, maar de heer
verstegen sprak een kleine onnauwkeurigheid en
heeft niet de waarheid gesproken. De heer De
Zwart heeft Bpr. in 't gelijk gesteld, toen hij zeide,
dat in het tweede prae-advies geen rekening was
gehouden met i l irgemeeetere afwezigheid. Wil
meev.den inderdaao, dat een van de wethouders
bekeerd was en voor terugwerkende kracht tot
1 Jan. Spr. leest de betreffende zinsnede voor.
De heer Borkert heeft spr. verwaten gezwegen te
hebben een vorige maal. Spr. had thans ook lie
ver gezwegen: een daad is beter dan woorden. Spr.
heeft bij die gelegenheid gedemonstreerd met zijne
stem. Er zat muziek in. zeide de heer Borkert. Is
dat wel geoorloofd te zeggen? Als de heer Bor
kert de hand in eigen boezem steekt, komt zij er
melaatsch uit. Als er muziek gemaakt wordt, ia
de groote troim van den heer Borkert boven alles
uit, en als spr. muziek maakte, begon de heer B.
steeds mede te zingen. Spr. had juist de instelling
eener commissie bepleit. De heer Zondervan
heeft beweeg, dat het collega hcumogeen waa met
de wenachen van het georg. overleg. Maar spr.
heeft vele afwijkingen genoteerd bij vergelijking.
Uit volle overtuiging heeft spr. gezegd geen fl-
hentWl-) ve-i>4(t,-»rywigU.1khc'.d .te willem.» vivaatv
geen
uu voiie overtuiging neen spr. gezegd geen
nwilWl.? .ve-»tT .-lelijkheid te wdUea e%nv*
don Zoolang or nood 1» gaat het niet aan de
beiderssalarissen laag te houden omdat er gi
Ingezonden mododeellng.
Houdt altyd een huldzaif ln huls.
Men dient een betrouwbare sslf te kennen
of Uever nog ln huis te hebban om hefli. tn
geval van nood te gebruiken.
En wei, omdat de ergste huidkwalen aan
vankelijk aeer gering kunnen zijn. Een ruwe,
korsterige huid, jauk, een pijnlijk of bran
dend gevoel, vurigheid, puistjes of vlakken
kunnen het ibeigln rijn van eea de* vele be
droevende vormen van eczeem, dauwworm,
gordelroos, psoriasis, schurft of Bzvdeoa var-
men van huidziekte.
Om te voorkomen, dal de kwaal zloh uit-
breidt, ls zindelijkheid en spoedige aanwen
ding van een antiseptische zalf aan te bevelen.
Het succesvol resultaat zijnde van Jaren
lange onderzoekingen, bevat Fosteriz Zalf de
antiseptische, verzachtende en genezende
bestanddeelen, die het best geëigend zijn om
de ontsteking, pijn en prikkeling van alle
jeukende huidziekten te doen bedaren.
Fosteris Zalf droogt niet te spoedig op,
laat zich niet te gemakkelijk afvegen en rij
dringt tot elke plek door. Aanwending bij het
uitbreken van de kwaal voorkomt uitbreiding
en verzekert baal
Foster"s Zalf dient niet voor open wonden,
doch uitsluitend voor Jeukende huidziekten
en is een uitstekend geneesmiddel voor in-
en uitwendige aambeien.
Let op den Julsten nasm: Poster*» Zalf.
Te Den Helder verkrijgbaar bM A. ton Kloos
ter, Keizerstr. 98, ft 1.76 per doos.
onze werkelijke natuur vreemd zijn," ant
woordde hij zacht.
„Nu, lk kén het niet."
„Ik ook niet." Hij knielde neer, maar aar
zelde.
>Miss Haroen, ik ben er niet huiverig van,
maar
Ik knielde naast hem. Het scheen passen
der dat een vrouw de rellquieën zou terecht-
leggen. Zonder dat ik hem dat behoefd© te
verzoeken, groef Mr. Wilbur een graf binnen
de steenlaag. Het was merkwaardig, die
eenheid van gedachte tegenover dit stukje
bittere realiteit Eindelijk schoven wij de
losgewoelde aarde weer op haar plaats, en
knielden onwillekeurig.
„Zij zal wel een Mohammedaansche ge
weest zijn?" onderstelde hij.
Ik vouwde mijn handen en sprak vóór den
Grafgroet het eerste hooofdstuk van Allah's
boek: „Lof zij Allah, den meester van het
heelal, den goedertierene, den barmhartige,
den opperheer op den dag der vergelding.
Gij zjjt het dien wij aanbidden; gij zjjt het
wiens hulp wij inroepen. Leid ons op den
rechten weg, op den weg dergenen, die gij
met weldaden overladen hebt, niet op dien
van hen, die uw toorn hebben bek)open, noch
van hen, die afdwalen." „fllt tlfbl terra levla"
besloot ik.
„Amen!"'stemde Harvey Wilbur wan harte
ln. Hij bood mij de hand om mij overeind te
helpen, en lk vergat die niet te rien.
Wij klommen weer omhoog, naar onze
houtplnnen en ons band. Evelyn en haar
oude cavalier liepen naar ons te zoeken.
(Wordt vervolgd.)