buitenland.
de volkenbond.
engeland.
spanje.
italië.
turkije.
luchtvaart.
De slag gevallen. Geen tapverbod en geen
sportpark. Duurtebljslag aan Gemeente
werklieden.
ingezonden.
Met den schrijver ben ik het volmaakt
de het rijden met motorrij-w leien en auto's in
staat van dronkenschap zwaar .bestraft te
wonden. Ook diende een strenger aansprake
lijkheid van deze personen in strafzaken te
worden aangenomen.
De heer Ter Hall ondersteunt dit be
toog en dringt aan op een nieuwe wet. Ook
de voetgangers leveren gevaar op voor de
veiligheid der wegen. De beer Van Rave-
steyn: Dat zeg je omdat je zelf een auto
hebt! De heer Kleerekoper wijst er op,
dat de meeste ongelukken ontstaan uit het
besturen van auto's door onbevoegden. Daar
entegen beweert de heer 011 o, dat de
meeste ongelukken te wijten zijn aan de voet
gangers zeiven, hetgeen uit de Kamer pro
testen ontlokt. De Minister make goede ver
keersreglementen en zoige voor handhaving
daarvan. De Minister voelt er niet voor
om den chauffeurs een examen af te nemen,
omdat daarvoor veel te veel ambtenaren noo-
dig zouden zijn en men er z.i. niet veel mee
bereikt. De heer Van Ravesteyn dient
tenslotte een motie in, waarin de wenschelijk-
heid wordt uitgesproken dat ahauffeurs een
diploma bezitten, over welke motie Dinsdag
zaï! worden gestemd.
HAAGSCHE BRIEVEN.
De toelating der kleine staten.
De commissie voor de toelafting spreekt
zich met algemeene stemmen vóór de toela
ting van Costa Rica uit, doch haar advies
nopens de toelating van Azerbeidsjan en de
Oekrajine luidt ongunstig.
De sub-commissie, welke zich met Arme
nië bezig houdt, heeft zich unaniem vóór de
toelating van dat land uitgesproken.
De toelating van Oostenrijk.
Genève, 3 Dec. De vijfde commissie van
dien Volkenbond heeft met algameene stem
men het voorstel van Oostenrijk, om als lid
rvarn den Volkenbond te worden toegelaten,
aangenomen.
Argentinië en de Volkenbond.
Een „Associated Press"-telegram uit
Buenos-Ayres meldt, dat Argentinië over
weegt, zich uit den Volkenbond terug te
trekken ten gevolge van de omstandigheid,
dat zijn delegatie niet de goedkeuring van de
vergadering heeft kunnen verkrijgen op Ar-
gentinië's voorstellen.
Nieuwe „dreadnoughts"
De „Daily Mail" verneemt dat in de ma
rine-begroot mg voor het volgend jaar cre-
dieten zullen worden gevraagd voor schepen
van het nieuwste dreadnought-type. Het Ka
binet echter zou over het geheel gekant zijn
tegen deze plannen van het departement van
marine.
De sociale onrust.
Madrid, 3 Dec. De broodvoorziening be
gint normaal te worden. Vierduizend schoen
makers staken. Te Sevilla ibijna algemeene
staking, er vielen verschillende 'incidenten
voor. Te Saragossa zijn alle suikerfabrieken
weer geopend. De spoorwegbeambten staken
te Saragossa en omgeving.
Perpignan, 3 Dec. Uiit Barcelona wordt
gemeld, dat de arbeiders bij de textielindus
trie en de kuipersknechts het werk hebben
neergelegd.
Bij een botsing tussdhen de politie en syn
dicalisten werden revolverschoten gelost,
waardoor vele personen werden gedood.
Fiume.
De „Temps"-correspondent (te Rome seint,
dat Giolitti het uiterste zal 'beproeven om
bloedvergieten te voorkomen, en d'Annunzio
en de zijnen in de gelegenheid te stellen tot
nuchterder inzicht van de werkelijkheid terug
te keeren. Toch zijn degenen niet geheel ge
rust, die de hardnekkigheid van den dichter
kennen en die weten hoe moeilijk het dezen is
den druk van zijn omgeving en zijn legionairen
te weenstaan, die besloten zijn alles te wagen
liever dan af te zien van hetgeen zij de waar
borg van het bezit der Adniatische zee ach
ten. Al degenen, die uit Fiume komen, ver
klaren, dat men daar leeft in een overspannen
atmosfeer, waarin men elke normale notie
van de dingen verliest.
Aan den anderen kant schijnt heit, dat het
land genoeg van de geschiedenis heeft en dat
•het nieuwe avontuur van d'Annunzio niet
zulk een populaire vierklank vindt als zijn
mansch naar Fiume in Sept. '19 wekte. Hier
van pogen zijn beste vrienden hem te over
tuigen. En men hoopt, dat hun betoogen het
ten slotte zullen winnen.
Een Turksch offensief tegen de Grieken.
Konstantinopel, 3 Dec. De nationalistische
Tuiken concentreeren strijdkrachten op het
front van Ismid en Smyrna, met het doe
een groot offensief tegen de Grieksche troe
pen te ondernemen.
MelbournePerth.
(Een De Havilland-vliegtuig volbracht voor
het eerst de vlucht van Melbourne naar
Perth. De afstand, 2169 mijlen, vereischte
een vliegtijd van 18 uur 12 min.
's-Gravenhage, 3 December.
De slag is gevallen! Terwijl voor velen het
begin van December een tijd van vreugde en
blijde verwachting is, zal in honderden onder
wijzersgezinnen op z'n minst groate teleur
stelling, zoo niet gevoelens van wrok en wan
hoop heersdhen.
Had slechts een der rechtsdhe Kamerleden
wat meer durf gehad, was 'het onderwijs
(grondslag voor de volkskracht, zooals mr.
Treub het noemde) voor hen belangrijker ge
weest dan het Ministerie, dat met de „por
tefeuille" schermde, dan was er althans iets
gedaan om in den schreeuwenden nood te
voorzien.
Helaas het politieke karrepaard sjokte leid-
zaam en geduldig als altijd vöort, zich willoos
overgevende aan den teugel van de ministe
riele voerlieden, die het zoowel naar den af
grond als naar het beloofde land kunnen
voeren.
Het zal wel pp „afgrond" uitdraaien, al
worden de oogkleppen goed voorzien!
Welke verantwoordelijke Regeering kan op
een dergelijke wijze met de belangen van
het geheele valk spelen! Begrijpt men niet,
dat dit zich te eenigertijd wreken moet? Is
het niet, behalve voor politiek-blinden, dui
delijk, dat de animo voor het onderwijs nog
meer zal verstarren, dat ten slotrte een chaos
het resultaat zal zijn.
Resultaat van een z.g. zuinigheid, drie de
wijsheid bedriegt. Zuinigheid alleen in het
hoofdstuk: „Onderwijs", doch een onbegrij
pelijke vrijgevigheid, als het z.g. noodzake
lijke militaire uitgaven betreft!
Men behoeft nog lang geen anti-onilitairist
te zijn om deze absurditeit te voeden. Integen
deel; de militairen, vooral die der Marine,
zijn met al die millioenen nog steeds niets
wijzer geworden.
Zij hebben, ondanks alles, neg steeds niet
de over,tuiging kunnen krijgen, dat de toe
komst van hun vak verzekerd is.
Ook zij wachten al lang en worden het
wachten moede.
In ieder vak* dient nu eenmaal, wat men
noemt „perspectief" te zijn. De onderwijzers
weten thans, dat voor hen zoo iets niet be
staat of komen zal.
Wat zullen straks andere categoriën er
varen?
Het manifest der onderwijzers, gericht
tot het Nederlandsche volk, laat aan duide-
ijkheid niets te wenschen over. We missen
ondar de medewerkende vereenigingen echter
de Christelijke en de Roomsdh-Katholieken,
die uitdrukkelijk verklaard hebben hetzelfde
te wenschen als hun andere collega's.
Zijn die thans tevreden met deze norsdhe
afwijzing? Dat zou een merkwaardige meta
morfose zijn. Of zijn ze te afhankelijk van
adviseurs" om de Kamerleden van hun par
tijen openlijk te desavoueeren!
Intusschen is dat wel zeer eigenaardig, wat
niet wegneemt, dat ze in hun hart even ante
vreden zijn als de anderen.
Hoe het ten slotte zal afloopen is niet te
voorzien. Massa-ontslag lijkt wel aardig, doch
is onuitvoerbaar, omdait het bijna niet moge-
ijk is ergens anders passend werk te vinden.
Dit wist de Regeering wel em beheerschte
daardoor de situatie. In sportkringen noemt
men zoo iets echter: „unfair" en in de maat
schappij nog wel eens anders.
Trouwens de heele geschiedenis heeft een
wrang bijsmaakje en kan nog ernstige gevol
gen hebben.
Na herhaald uitstel is thans eindelijk het
>ekende voorstel tot het instellen van een tap
verbod op Zaterdagmiddag en Zondag be
handeld eitverworpen met 21 tegen 12
stemmen.
We, hebben onze meening over deze kwes
tie reeds vroeger kenbaar gemaakt en nieu
we gezichtspunten zijn er sindsdien niet.
Men meene echter niet, dat onze Raad prin
cipieel tegen drankbestrijding is! De bezwa
ren waren voornamelijk van juridischen en
practischen aard en ook het prae^advies was
op deze gronden afwijzend.
Wat hét juridische aangaat, men achtte de
verordening in strijd met art. 7 der Drank
wet, waarbij aan den Gemeenteraad >yde be
voegdheid wordt toegekend om dagen te be
palen, waarop wegens omstandigheden, op
grond van welke misbruik van sterken drank
te vreezen is", vergunningslokaliteiten kun
nen worden gesloten.
Naar de meening van den Minister van
Arbeid en ook van de Raadsmeerderheid val
len Zaterdag en Zondag in 't algemeen niet
oryier de dagen met bijzondere „omstandig
heden" (zooals: Koninginnedag, verkiezing,
enz.).
De practische bezwaren waren kort samen
gevat: onvolledigheid van het verbod, dat
alleen tot „sterke drank" beperkt is en on
voldoende toezicht op de eventueele naleving,
waardoor ontduiking in de hand wordt ge
werkt.
Het is ongetwijfeld jammer, dat deze wijze
van bestrijding van den drankduivel geen al
gemeene instemming heeft kunnen vinden,
hoewel men in beginsel daarvoor wel voelt.
Dat ex ten slotte iets gedaan moet worden
blijkt wel uit hert: toenemend aantal gevallen
van openbare dronkenschap te dezer stede
ovér 1919 n.1. ie kwartaal 232, 2e kwartaal
338, 3e kwartaal 428, 4e kwartaal 435. Zoo
als men ziet is bet aantal geconstateerde ge
vallen (dus ongerekend de niet- of door-de-
vingers-geziene) in een jaar tijds bijna ver
dubbeld, hoewel de dronkenschap op Zondag
met pl.m. 15 pet. is verminderd.
Met de theorie, dat de vrije Zaterdagmid
dag een toeneming van het drankmisbruik
ten gevolge heeft gehad, komen de cijfers
overeen. Deze aanwas bedroeg voor boven
genoemde kwartalen resp. 16.3, 17.4, 19.1 en
22.2 pet. Reden tot ingrijpen der overheid
is er dus wel, maar hoe?
Behalve het tapverbod, zal ook het Sport
park-plan Nieuwe Parklaan" (van kapt.
Scharroo e.a.) wel vallen, want de Raad zal
zich wel vereenigen met het afwijzend prae-
advies van B. en W., dat zich grondt op: af
breuk aan het natuurschoon, hooge kosten,
ongeschikt terrein.
We willen in 't .midden laten, wat belang
rijker is: natuurschoon (waarvan we te over
hebben) of sportterreinen (waaraan een nij
pend gebrék bestaat) en zullen evenmin in
gaan op de finantieele kwesties, waarvan we
alleen maar weten, dat de bouwkosten zon
der den grond) op ruim drie millioen worden
geschat.
Doch wat de ligging betreft, gelooven we,
dat er in Nederland geen tweede zoo geschrik
te pladts te vinden is. Het terrein heeft ech
ter één groot nadeel^en dat 'beslist alles-: het
ligt aanmerkelijk lager.dan de omgeving en is
zeer drassig.
Voldoende ophooging en draineering zou
den de kosten nog hooger maken en daarom
gelooven we, dat de Raad zeer voorzichtig in
deze moet zijn.
Onze Gemeente-werklieden zijn toch heel
wat beter af dan de onderwijzers.
Terwijl de laat sten niet eens een minimum
loon krijgen, waarvan ze met fatsoen leven
kunnen, wordt aan de eersten in onze ge
meente opnieuw een verhooging, zij het een
tijdelijke, in het vooruitzicht gesteld.
Ten minste de meerderheid van B. en W.
meent, dat aan hen een 10 pet. duurtertoe-
slag moet worden toegekend op het minimum
loon van 3 per week. De bijslag zal alleen
worden uitgekeerd aan 21-jarigen en ouderen
met een salarisgrens vai^ 4000.
De reden van het voorstel is. gelegen in de
toegenomen duurte, welke van 192 tot 222.7
pet. is gestegen.
Inderdaad is'voor.deze regeling, die voor-
loopig 3 3maanden geldt, in 'beginsel wel iets
te zeggen, als iedereen evenveel procenten bij
slag kreeg als de duurte was toegenomen.
Dit nu is niet het geval en daarom komt
het ons billijk voor, dat voor een bepaalde
categorie geen uitzondering wordt gemaakt.
Want hoe langer hoe meer raken we op het
gebied van de loonpolitiek uit het evenwicht;
een treffend staaltje hiervan zijn deze ge
meente-werklieden en de onderwijzers, die
het voorrecht hebben tot de intellectueelen
te behooren.
Bovendien zou het voorstel ongeveer
275000 per kwartaal of 1.100.000 per
jaar kosten!
LEO.
GEMENGD NIEUWS.
drie goed-gekleede mannen In de drukke
straat op hen aanvielen, den zak met waar
den afnamen en revolvers afschietende,
plaats namen in een wachtende automobiel,
die dadelijk met hen wegreed. Een der aan
gevallenen had nog den tijd het nummer van
<le auto te noteeren, doch het bleek later, dat
dit een valsch nummer was geweest. De po
litie heeft 'gearresteerd den hoofdboodschap
per der bonk, waar de waarden vandaan
kwamen. Die man had kort vóór de mannen
met den zak het bankgebouw verlaten had
den, twee geheimzinnige oproepingen aan de
telefoon ontvangen.
Correspondentie.
Vreemdeling. Uw klacht is opgenomen im
de rubriek „Langs de Straat'
Slapte.
Bij de firma Van Houten te Wesep is een
tweede groep personen, omvattende 20 man
nen en 100 meisjes, Ontslagen, omdat er
hoegenaamd geen uitvoer ia
Beleedlging.
Voor de Zutphensche arrondisements-
rechtbank werd in hooger beroep behandeld
de zaak tegen eèn advocaat te Hengelo (G.),
die wegens beleediging veroordeeld was tot
100 boete of 100 dagen, van welk vonnis
beklaagde in verzet is gekomen.
De beleediging geldt een veldwachter,
wien bekl. in de tram zoiu' hebben toege
voegd, „je neemt het niet zoo nauw met het
opmaken van proces-verbaal mooie poli
tie hebben we hier in Hengelo, die de men-
schen op straat opwacht en staat te schooien
om zich dik te kunnen zuipen in de café'a"
Bekl. ontkende deze termen te hebben
gebezigd. Dé veldwachter had zijn woorden
verdraaid, omdat hij, de advocaat, niet in
een goed blaadje stond bij den rijksveld
wachter, die „een pik" op hem had. Hij had
tegen den veldwachter overigens een aan
klacht wegens meineed ingediend.
Het O. M., waargenomen door mr. J. O.
van der Kun, noemde het optreden van den
advocaat schandelijk.
Eisoh: drie weken gevangenisstraf.
Indringer gedood.
in de woning Oude Nieuwstr&at 8 te Am
sterdam heeft zich Donderdagmiddag een
bloedig drama afgespeeld. In het huis woopt
het echtpaar Timmer, een net werkliedenge
zin.
De vrouw had nogal eens last van een ze
keren Drijver, een los arbeider, die woont ln
de Van Ostadestraat.
Drijver trachtte vaak het huis binnen te
dringen als Timmer uit was. Hij knoopte
daarvoor relaties aan met den zoon van Tim
mer. Deze was niet erg op de vriendschap
gesteld, maar zag geen kans van Drijver af
te komen.
's Morgens was vrouw Timmer met haar man
mitgegaan. De man.ging naar z\jn werk, de
vrouw naar een familielid. Zij deed dit, om
dat zij niet thuis durfde blijven uit vrees voor
Drijver. Deze had nu weer met den zoon ge
wandeld en ging met hem ongeveer half één
het huis in de Oude Nieuwstraat birnmn
Timmer was toen reeds van zijn werk huis-
gekomen, de vrouw was nog afwezig.
De beide mannen fóhijnen oneenigheid te
hebben gekregen en Drijver dreigde Timmsr
met een dolk. Timmer, die een tengere man
is, greep, om zich tegen den stoeren aanvaller
te verdedigen, een geladen revolver, waarmee
hij Dryver voor het hoofd schoot. Deze was
onmiddellijk dood.
De buren, die het schot hadden gehoord
waarschuwden de politie. Deze stelde een
onderzoek in.
Timmer, die eerst zijn vrouw bij de familie
had afgehaald, meldde zich zelf op het politie
bureau Warmoesstraat. Hij is in arrest gesteld
Het voorloopig onderzoek wijst, naar men
ons mededeelde, erop, dat Timmer heeft ge
handeld uit wettige zelfverdediging.
De doode lag nog met den .dolk in de hand
Berooving te New-York.
Uit New-York seint men aan de „Daily
Mail", dat daar Dinsdagmiddag op klaar
lichten dag twee bank-beambten werden
aangevallen en beroofd van waarden tot een
bedrag van 120.000 pond.
De mannen waren op enkele schreden a:
stand van de plaats hunner bestemming, toen
ZUINIG GEMEENTEBEHEER.
Zuinigheid-in het Gemeentebeheer syno
niem met eene declinatie, zooal niet ophef
fing van bet Instituut „Centrale Boekhou
ding".
Ziedaar de conclusie, waartoe de bewer
ker van bovenstaand onderwerp komt bij
zijne beschouwing in de „Heldersche Cou
rant" van 27 November 1920 en welke in
tusschen geheel afwijkt van die voorkomen
de in de „H. Crt." van 27 December 1919,
doch het kan verkeeren, zegt Bredero.
Ik weet niet of de Schrijver behoort tot
iet gilde van comptabele ambtenaren, hape-
jjfc niet, ik zou anders sterke neiging 'heb
ben met hem over het door hem aangeval
len instituut der O. B. in het strijdperk te
.reden.
Liever wensch ik de critiek op zijn epistel
te dezer zake over te laten aan meer bevoeg
den, dan ik mijzelf acht, en mij slechts be
palen tot enkele opmerkingen, waartoe zijn
artikel aanleiding geeft
Is het in de eerste plaats opvallend, dat
zijn critiek zich uit in de dagen, naderend
het moment, waarop de Gemeentebegrooting
1921 in behandeling zal komen en zijn arti
kel allicht meer nuttig effect zou opleveren,
de wijze waarop hij de Centrale Boekhou
ding aan eene critiek onderwerpt, doet mij
vermoeden, dat hij zich in deze materie
partij heeft gesteld.
Het onvolledig oiteeren van uitspraken
aan het eind van zijn artikel geeft grond
voor dat vermoeden.
Gewaarschuwd dient te worden tegen een
zijdige voorlichting en het zich bepalen tot
eensmanswijsheld,
Ter voorlichting van hen, die geroepen
zijn <xm te oordeelen resp. te heslissen heb
ben over het bestendigen of opheffen van
meergenoemd instituut en de geschriften,
waarvan de schrijver zich bedient, niet ken
nen, ben ik zoo vrij het door den schrijver
aangehaald citaat letterlijk uit „Accountan
cy" over te schrijven, omdat de bewerker
van het artikel bovengenoemd zich ten deele
bedient van de uitspraak van professor Vol-
mar, teniein-ie aan zijn betoog meer kracht
te kunnen bijzetten.
Daarbij laat ik aan den belangstellenden
lezer het oordeel.
Het naschrift luidt aldus:
„Op verzoek van den schrijver laat ik on
middellijk op zijn artikel, waarin het begin
sel, de voordeelen en de wijze van uitvoering
der C. B. op duidelijke wijze zijn uiteenge
zét, een paar opmerkingen volgen.
Wat de uitvoering betreft, vraag ik mij
af of het geene aanbeveling zou verdiend
lebben de dubbele boekhouding te vervan
gen door de verbeterde Kameraalstijl, waar
van een uitmuntend voorbeeld voorkomt van
de hand des Heeren Van der Have in de pu
blicatie, verschenen naar aanleiding van de
tentoonstelling op gemeentelijk financieel
gebied, gehouden te Amsterdam in 1916
(2e deel). „Wat het principe betreft, geloof ik
„dat het nauwelijks aan twijfel onderhevig
„is, dat speciaal in kleinere gemeenten
„door stichting van eene O. B. eene betere
„arbeidsverdeeling en interne oontróle
„mogelijk wordt en economischer zal wor
gden gewerkt
„Aan ernstigen twijfel is echter onder
hevig de bewering, dat de bedrijfsdirec-
„teuren ontlast worden van eene taak, die
„niet voor hunne rekening moet komen,
„omdat het vaststaat, dat de rekening, (dat
„Is de. boekhouding), vormt een integree-
„rend bestanddeel van de verantwoording
„van den leider voor zijn beheer, die dan
„ook door of namens hem moet worden
„opgesteld en die hij moet kunnen raad-
„plegen en volgen, zoodra en zoo vaak hij
„dit wensohelijk acht"
,Het gevaar is allerminst illusoir, dat de in
stelling op den duur zal leiden tot eene zui
vere finandeele boekhouding bij de 0. B.
en eene technische op het bedrijf, die elkan
der op tal van punten dubbel werk zullen ver
oorzaken, terwijl de samenhang tusschen
beide admlnistratiën ver nog verder dan
thans zal te zoeken zijn, waardoor ook de
b edrijf&statistiek in het gedrang kan
komen." 4)
Men ziet uit dit volledige citaat, dat prof.
Volmer heel wat zachter en ook nog anders
oordeelt dar. de bewerker. Het is voorts be
kend wellicht aan den schrijver niet
dat veie erkende accountants de meening
van den genoemden professor niet deelen op
het terrein van de gemeentelijke admi
nistratie.
Teekenend is, wat de heer Nijst, een ac
countant t an den eersten rang uit Nijme
gen, schrijft in het .Maandblad voor het
Boekhouden" No. 248 van 1916.
In genoemd periodiek zegt'hij op blz.
168—169 ojn. het volgende:
„De Begrooting van de Gemeente En
schedé verdient de aandacht te trekken van
alle gemeentebesturen, omdat zij zich niet
uitsluitend bepaalt tot systematisch gerang
schikte cijfers met ©ene toelichting der af
zonderlijke b agrooti ngspostenmaar ook ©én
beredeneerd overzicht Igeeft van den toe
stand der gemeente-financiën.
„Een juister inzicht- in deze aangele-
„geiiaeid erkrijgt men door inzage te ne-
vaiL de begrooting der Centrale
„Boekhouding."
en verder:
.Hieruit blijkt dus, dat de boekhouding
„van alle gemeentebedrijven en diensten
„gecentraliseerd is", waardoor zeer zeker
eene goede administratieve organisatie en
controle in de hand worden gewerkt. Bui
tendien zal deze centralisatie ook aan de
„samenwerking tusschen de verschillende
„bedrijven en diensten der gemeente on-
„getwijfeld ten goede komen."')
Spreekt de bewerker zich alzoo niet al te
boud uit, door te durven beweren, dat we
met zoo'n instituut op den verkeerden wen
zijn? Is hij zoo'n ingewijde?
Het verdient voorts aanbeveling den be
langstellenden lezer er op te wijzen, dat de
bewerker gebruik maakt van de geschriften
van prof. Volmer, o.a. dateerend van het
jaar 1912, waarmee ik dan zeggen wil, dat
in het verloop der jaren tot nu toe geheel
andere meeningen ten opzichte der bedrijfs
leiding zijn verkondigd en het dient den be-
werker uitdrukkelijk gezegd nu niet door
administratieve doch door technische per
sonen.
Om niet al te uitvoerig te worden moet ik
den belangstellenden lezer verwijzen naar
meermalen verschenen artikelen over „We
tenschappelijke bedrijfsleiding".5)
Nog wijs ik er op, dat'prof. Volmer eer
tijds Directeur was van een grootbedrijf in
Weenen en dat zijn periodieken door
schrijver aangehaald en gebezigd den
stempel dragen van eenzijdigheid; lpuners
verkondigt til] ln de Inleiding van zijn wer
ken de stelling, dat hij zijne zienswijze de
waarheid meer nabij acht-
Ook in het citeeren van de woorden des
heeren De Wilde in „Accountancy" is het
bij den bewerker geen „fair play".
In dat blad schrijft genoemde heer o.m.:
„Wanneer, zooals in vele gemeenten van
ons land, ieder bedrijf er zijn eigen admi
nistratie op na houdt, dan valt veelal uit de
jaarlijks verzonden verslagen op te maken,
dat de boekhouding den stempel der onvol
ledigheid draagt.
De technische ambtenaren hebben meestal
te weinig tijd of kennis van boekhouden,
terwijl het benoemen van een administrateur
vaak op financieel© bezwaren stuit.
Door deze onvolledigheid blijven èn leider
èn Burgemeester en "Wethouders over te
weinig gegevens beschikken om met meer
vrucht den gang van zaken te kunnen bestu-
deeren en meermalen zal de zuinigheid de
wijsheid bedriegen.
Het behoeft wellicht geene nadere toelich
ting, dat aan dit bezwaar wordt tegemoet
gekomen door de inwerkstelling der C. B."
En iets verder zegt hij:
„Een ontkennend antwoord moet gegeven
worden op de vraag: „Zal iedere Gemeente
met succes eene Centrale Boekhouding kun
nen instellen?"
Eene centralisatie der bedrijfsboekhou-
dingen in groote Gemeenten, waar de meeste
bedrijven reeds eene flinke ontwikkeling
hebben, zou een te groot terrein zijn om eene
goede arbeidsverdeeling met vrucht door te
voeren.
Het oentraliseeren der bedrijfskassen kan
hier wellicht eeyig voordeel afwerpen.
In kleine en middelmatig groote gemeen
ten, waarin de bedrijven over het algemeen
nog niet sterk zijn ontwikkeld ,zau ik een
O. B. zeer wenschelijk vinden.
Afgescheiden van het financieel voordeel,
acht ik de andere, hiervoren genoemde voor
deelen van dien aard, dat de instelling eener
Centrale Boekhouding, in niet al te groote
gemeenten, alleszins gewettigd te noemen."
In tegenstelling van Dr. Calmès, Profes
sor an der Akademie für Sozial- und Han-
delswissensohaften zu Frankfurt, welke
hoogleeraar in zijn „Fabrikbetrieb" de
mehrköpflge Leltung van bedrijven be
spreekt, doch zich onthoudt daaromtrent
zijne (meening uit te spreken, maar in wiens
werk „die Statistik in Fabrik- und Waren-
handelsbetrieb" dan toch de scheiding van
technische Und Kaufmannische Leltung naar
voren treedt, verkondigt de schrijver van
„Zuinig Gemeentebeheer" eene meening
schier geheel en al daarmee in strijd.
Wanneer de medewerker dier „Heldersche
Courant" sprekende over ontwrichting, of
liever van „euvel", doe/lende op meerge
noemd Instituut, dat z.1. oorzaak is van een
ieprimeerenden invloed op de belangstelling
der leiders in het aan hen toevertrouwde be
drijf, meent dit uitsluitend en alleen aaneen
instituut als het onderhavige te moeten toe
schrijven, dan dicht hij den bedrijfsleider
iets 'toe, waartegen deze, naar mijne volle
overtuiging, juist in verzet zal komen, indien
hij het belang van eene administratieve
voorlichting voor zijn bedrijf goed begrijpt
en in de administratieve controle der O. B.
niet en uitfluitend een dwarskijker ziet
Immers, om mij met den bewerker te be
palen tot uitspraken van prof. Volmer, niet
wien hij zioh, zooais gezegd, in goed gezel
schap bevindt, besluit deze Hoogleeraar zijn
Voorrede voor bet technisoh-comptabel werk
van den Ingenieur Simon met de volgendie
woorden:
„Een goed kompas is een betrouwbare gids,
een slecht kon het schip ten verderve zijn.
Laat de boekhouding der fabrieken zijn als
een goed kompas. De bewerker vergelijkt
Lmmers den bedrijfsleider met een 'kapitein?'1
Voorts wil ik den schrijver niet onthou
den, hetgeen de welbekende eer Van Ever-
dingen uit Amsterdam in zijn werk over
„Fabrieksboekhouding" mededeelt:
Op blz. 219 van dat werk zegt hij:
,3ij verzameling dezer gegevens (mi de
technische, beuoodigd voor de boekhouding)
zal hij (n.1. de boekhouder) meermalen op
merken, dat deze niet altijd ten volle be
trouwbaar zijn. Veie technici gevoelen voor
administratie niet veel en beschouwen het als
een last, dat zij voor d§n boekhouder van
allerlei handelingen aanteekening moeten
houden.
Zij trachten zich dus zoo gemakkelijk imo-
gelijk er van af te maken. Vandaar-, dat de
boekhouder bij de inrichting der boeken er
zooveel mogelijk voor moet zorgen, dat hij
op eenvoudige wijze de verschafte cijfers
oontróleeren kan."
en op blz. 370 vervolgt hij:
„Vele bezwaren, die tegen technische oon
tróle kunnen worden aangevoerd, bestaan
ook tegen de administratieve oontróle, doch
de laatste twintig jaar hebben geleerd, dat
zij met eenigen goeden wil zijn te over
winnen?"
De bewerker schrijft zoo over zuinig be
heer en geeft zoo duidelijk den indruk, alsof
zulks uitsluitend en alleen kan worden ge
vonden door inkrimping of wat ook bij de
C. B.
Waarom zwijgt de schrijver zoo over be
zuiniging op andere wijze?
Wat zegt hem eene instelling als eene be-
zuinigingsinspeotie en als gevolg waarvan
werd dde te Amsterdam ingesteld?
Is hem de krasse uitspraak van den beer
Nolting in den Amsterdamschen Gemeente
raad van 80 Juli 1919 ontgaan?