dat, als nu ©en voorstel gedaan werd, de uit-
keering op andere wijze te doen geschie
den, geen "bezwaren daartegen zouden be
staan. Daarom ook heeft de heer van Os voor-
igesteanld. Maar nu verwondert het spr., dat
de tegenstemmens van thans niet óók In be
roep willen komen. Tot tweemaal toe heb
ben God. Staten geen motief aangehaald
■voor hunne afwijzende houding; zij hebben
nu, naar spr's meening, 'bij de kroon bet
recht verbeurd, de werkelijke motieven te
noemen. Het gaat bovendien niet om de fi-
nantieele bezwaren, want God. Staten heb
ben de finantieel© regeling goedgekeurd
doordat zij goedvonden, dat in die 'belasting
kohieren het bedrag opgenomen werd en zij
dus erkenden, dat de gemeente het geld als
belasting kn heffen.
De heer Grunwald: Juist, als belas
ting I
De heer De Zwart: Ja, op andere wijze
kon het geld niet worden verkregen. Uit de
bedrijven kon het niet meer gehaald wor
den. Dan hadden Gied. Staten moeten zeg
gen: gij moogt deze belasting niet innen.
Maar dat heblben ze niet gedaan. Gedepu
teerden staan, naar de meening van den
heer de Zwart, tegenover de kroon uiterst
zwak.
De heer Adriaans© deelt in menig op
zicht niet de meerling des hoeren de Zwart,
Formeele gronden voor de afwijzing bestaan
ook thans; de gelden zouden niet meer te
verhalen zijn. Wij twijfelen er niet aan dat
de heer de Zwart met volle overtuiging de
zaak bepleiten' zal, maar het tegendeel is
evengoed te verdedigen. De heer de Zwart
houdt 'geen rekening met de formeele gron
den. Natuurlijk zou het aangenamer zijn ge
weest, indien in het schrijven van Ged. Sta
ten gestaan had dat om die of die reden
werd gehandeld. Maar we kenden de gron
den van Ged. En zou men nu niet kunnen ver
wachten, diat imen als principieel tegenstan
der even goed naar de kroon kan gaan om
een tegengestelde uitspraak te bepleiten?
Laat overigens de Raad maar in beroep gaan,
maar laat men er geen persoonlijke zaken
bij halen, zooals de heer Kuiper deed ten
opzichte van den heer van der Veer. De sa
larisherziening in de maand Augustus 1920
is toch met algemeens stemmen tot stand
gekomen, zoodat dit verwijt aan dien heer
ongegrond was.
(Geroep: Er waren 4 tegenstemmers, een
daarvan was de heer van der Veerl
De heer Adriaanse blijft protesteeren
tegen het feit, dat nogmaals verwachtingen
worden gewekt, die niet kunnen worden ver
wezenlijkt.
De heer Grunwald is door den heer
Borkert aan diens oude plunje vastgehouden.
Het is nog hetzelfde pakje van 20 jaar
terug
De heer Borkert:'t Is erg verschoten,
meneer Grunwald!
De heer Grunwald: Het laat me overi
gens koud. Dat Ged. Staten de salarisregeling
van Burg. etc. niet wenschen te aanvaarden,
heeft spr. altijd afgekeurd. Maar dat thans
bestreden wordt nogmaals in beroep te gaan,
kan niemand mij kwalijk nemen. Als ik voor
stander was van die uitkeering, zou ik thans
ook bij de kroon in beroep willen gaan. Bij
spr. staat onomstootelijk vast, dat ook de
kroon deze^egelirf^; niet zal goedkeuren. Wel
degelijk heeft/naar spr.'a meening, bij Ged.
ook de financieel© positie gewogen en zal dit
ook bij de regeering. Maar spr. bedoelt vol
strekt niet de zaak te saboteeren.
De heer De Zwart: De bedoeling van
het in beroep gaan is eenvoudig daarmede te
demonstreeren, dat het niet aangaat, dat Ged.
gaan zitten op den zetel der raadsleden. Te
recht protesteerde een vorig maal de heer
Grunwald 'hiertegen. De heer Adriaanse
wilde ontkennen, dat deze 30.000.— niet op
de 'begrooting voorkomen, maar dit is on
juist: nog altijd komen zij op de begrooting
voor. Eerst bij suppletoir© bégrooting kan
aan dat geld een andere bestemming worden
gegeven. De opmerking van den heer
Adriaanse, als zou de zienswijze van de te
genstanders ook bij de regeering naar voren
gebracht mogen worden, is onjuist. Als de
Raad besluit in beroep te gaan, moet dat be
sluit verdedigd worden bij de kroon, en om
nu dit voorstel reeds hij voorbaat den nek
om te draaien, dat zal niet gaan, meneer
Adriaanse.
'Do heer Van Breda heeft don vorlgen
keer niet mede kunnen stommen. Spr. be
hoort thans tot.de tegenstemmers, te meer
omdat het geld nog geen /bestemming heeft.
Zou het niet veel taotisoher zijn het In min
dering vun den hoofdetijken omslag te bren
gen?
De heer Adriaanse: Tor dokking van
het tekort op 1920!
De heer VanBreda: Het wil spr. voor
komen, dat leder lid van Ged. Staten wel van
den flnancleelen toestand der gemeente op
de hoogte is.
De heer Van der Veer bespreekt den
persoonlijken aanval des heeren Kuiper. Spr.
haalt ten bewijze van zijn gezindheid jegens
de gemeente-arbeiders ©enige voorbeelden
aan, o. a. is spr. de eerste geweest, die in de
Commissie voor de Reiniging voorstelde den
menschen oliejassen te geven. Het gaat niet
aan, dat de heer Kuiper mij als een „akelig
werkgever" qualificeert.
De heer Kuiper: Maar dat heb ik toch
ook (heel©maal niet "ezegd!
De V o o r z i 11 r stelt voor de discussies
■te sluiten. Spr. heeft al meermalen gezegd
de uitgaaf overbodig te vindén en ontraadt
ernstig hieromtrent in hooger beroep te
gaan.
De discussies worden gesloten en over
gaan wordt tot de stemming. Tegen het voor
stel van de meerderheid van het College is
dlus vóór hooger beroep 'bij de kroon. Met 10
Stemmen tegen 6 wordt besloten in beroep
te gaan. De heeren Grunwald, van Os, van
Breda en van der Veer verklaren zich er
tegen.
3. Vaststelling Belastingkohier.
Voorstel tot vaststelling van het kohier
Hondenbelasting no. 1, tot een bedrag van
3303.—
Aangenomen.
4. Voorschot Woningbouw.
Voorstel tot toekenning van een bouwvoor-
schot en bijdragen aan de Woningbouwver
eniging „Verbetering zij ons streven", ten
behoeve van woningbouw, (no. 74 der Bij
lage).
'De heer Van Breda vraagt verdaging
van dit punt. Spr. heeft daarvan niet voldoen
de kennis kunnen nemen, en de Voorzitter
sprak straks dat er de volgende week weer
vergadering zou zijn. Kan het tot zoo lang
niet worden verdaagd?
De heer Adriaanse: Deze zaak is drin
gend en de hier gevolgde lijn is die, welke
altijd' bij dergelijke voorstellen gevolgd
wordt
D© heer VanBreda heeft eenige amen
dementen en meent 'dat er nog wel andere
heeren zullen zijn met amendementen.
Wordt verdaagd.
B. Loon- en Arbeidsvoorwaarden.
Voorstel inzake het vaststellen van_ loon-
en arbeidsvoorwaarden (no. 75 der Bijlade)
De heer Va n O s: Na de stormachtige ver
gadering van 8 Februari is dit voorstel te
ruggenomen om omgewerkt te worden. Het
ademt thans een milder geest. Maar spr.
heeft bezwaar tegen de regeling in par. 6,
waarhij het ziekengeld 100 pet. 'bedraagt van
het loon, verminderd met hetgeen uit weetr-
standskassen e.d. wordt genoten. Dit gaat
hooger dan zelfs de organisaties aangeven,
en spr. aobt dit verkeerd.- pe regeling om
trent den vacantiedag, zooals die in par. 7
is omschreven, zal een chaotische toestand
scheppen, omdat er steeds werklieden zijn
van particuliere ondernemers, die er huiten
vallen. Dit schept onrechtvaardigheden en
geeft aanleiding tot ontduiking. Sur. is vol
strekt geen tegenstander van een vaoantie-
toesla" maar dan over de geheel© linie. Zóó
is het naar spr.'s meening niet goed. De laat
ste alinea van par. 6 stelt de bosten, voort
vloeiende uit verhinderingen wegens weers
gesteldheid e.d. voor rekening van den aan
nemer. Ook dit acht spr. onbillijk; laat dit
voor rekening van de gemeente blijven, even
als dit bij de werklieden het geval is.
De heer Z'ondervan is het in geen en
kel opzicht eens met den heer Van Os. Het
betreft hier een compromisvoorstel, waarbij
van beide kanten gegeven en genomen is. De
ziekengeld-uitkeering is een kwestie van
organisatie. Bij de sigarenmakers b.v. wordt
26 weken lang 100 uitgekeerd en in ver
schillende bedrijven bestaan ze al. Wat die
onkosten voor den aannemer betreft, in pa
ragraaf 7 staat toch, dat de aannemer ze weer
op de gemeente verhalen kan. Wij hébben
trouwens ook wel eenige amendementen: de
voorstellen gaan ons niet ver genoeg. Als
dus de heer Van Os met wijzigingen komt,
komen wij ook.
De heer Baak zal er zich zoo boos niet
over maken als de heer Zondervan, want de
leer Van Os meent het zoo kwaad niet. Prin
cipieel is de heer Van Os niet tegen een
vacantietoeslag, als de kosten door de ge
meente worden gedragen. Maar dat staat in
par. 7. Het is hier inderdaad een compromis,
en ook spr. heeft nog desiderata ten opzichte
van de rechtszekerheid e. d. De onrust,
waarvoor de heer van Os vreest, is echter
zoo erg niet; de werklieden zullen elkander
dien toeslag niet benijden, dan kent de heer
Van Os de werklieden niet.
De heer D e Z w a r t verdedigt dit voorstel,
omdat het nog door spr. als wethouder van
P. W. is ontworpen. De heer Van Os zeide,
dat de werklieden zelve 80 ziekengeld
vragen, terwijl 100 geboden wordt. Maar
in de particuliere bedrijven bemoeit de pa
troon zich niet met andere vrijwillige verze
keringen. Er is^hier nog een clausule bij,
waardoor deze uitkeering ongeyeer op het
zelfde neerkomt. De Raad heeft in het alge
meen altijd op het standpunt gestaan, dat
werk in dienst der gemeente verricht, goed
moet wórden betaald en dat is al jaren zoo
geweest. De heer Van Os vindt het voorts
onbillijk, dat schade tengevolge van onwerk
baar weer ten laste der aannemers komt. Dit
is volkomen juist, maar toch moet spr. een
andere regeling ernstig ontraden. De geval-
len van ziekte e. d., die door een geneesheer
worden geconstateerd, komen voor rekening
der gemeente. Maar cmtrent onwerkbaar
weer zal de aannemer zelf moeten beslissen,
en daaromtrent heeft men geen contróle.
Dan kan bij elk regenbuitje wel gezegd wor
den: gaan jelui maar naar huis, de gemeente
betaalt dit toch. Het komt sporadisch voor,
dat een gemeentewerk twee maanden of lan
ger duurt. Men behoeft dus voor de kosten
van ziekengeld niet te zeer te vreezen. Laat
de Raad deze regeling nu aanvaarden; de
bezwaren van den heer Van Os hebben niet
voel om 't lijf.
De heor G r u n w a 1 d is het eens met den
uoer De Zwart. Met 100 ziekengeld komt
men er niet; ln geval van ziekte is er meer
noodlg. De regeling bevredigt noch den heer
Van Os, nooh ook den heer Zondervan.
'Do heer D© Zwart wil alsnog Goeden
Vrijdag doen opnemen onder de feestdagen.
Ook de gem.-abtonaron arbeiden dien dag
niet.
Do hoer V a n dier Voer meent, dat Goe
de Vrijdag geen ohr. feestdag is. In narti-
culiere bedrijven wordt overal gewerkt, en
men komt dan in botsing met allerlei be
drijven.
De heer V a m O s^De Goede Vrijdag wordt
hoe langer hoe meer een Zondag, en dat
wékt inderdaad onrust in particuliere be
drijven. Bij Rijk en gemeente doet men op
zulke dagen maar een greep in de schatkist
en zegt: vooruit, het moet maar. Bij de par
ticuliere bedriiven is men nog niet zoover
De patroon doet ook niet mee aan den 8-
urendia®.
Interrupties van den heer Baak.
De heer Van Os: Ais de patroon nu een
goed werkman heeft, zal hij hem met 70 pet.
ziekengeld nier in den steek laten. Wil men
een compromis, la bonne 'heure, maar de
met Mei in werking tredende nieuwe contrac
ten gaan ook maar tot 80 pot.
Do heer D e Z w a r t: Maar in de praktijk
trijigen ze toch meer!
De heer V a n 6 s handhaaft zOue meenlnic,
dat een yacantie-toeslag alleen gegeven moet
worden, indien dit in particuliere bedrijven
ook geschiedt. Maar juist in de bouwvakken
vindt men allerlei heterogene elementen ar
beiders. Spr. zal izioh met die ziekengeldre
geling vereenigen, niet echter met het va-
cantiegeld en wil tegenstemmen. Wat Wie
cwestie betreft van de schade voor den aan
nemer, laat deze dan in overleg met de direc
ties bepalen hoe men handelen zal. Maar
niet zonder meer deze kosten maar op den
aannemer verhalen.
De heer V an B r e d a geeft den heer van
Os in overweging deze regel in" zonder meer
aan te nemen, al is zij dan on sommige ri
ten bezwaarlijk voor hem. Het nartioulierc
bouwbedrijf heeft nog geen vaoantieregeling
gemaakt, maar het zal dien kant wel op moe-
tem Laat de heer van Os niet te sterk vast
houden aan dit bezwaar.
De heer Van-Os krijet met goedvinden
van de vergadering voor de derde smaal het
woord. In het bouwbedrijf is de toestand heel
anders, zegt spr., dan bijv. in het 'banket
bakkersbedrijf. Spr. zal evenwel gaarne me
dehelpen aan de totstandkoming van ©en©
regeling. -
Verschillende heeren vragen nog het
woord, maar de Voorzitter sluit de discussies.
Het voorstel, zooals dit ter tafel ligt, wórdt
aangenomen met de stem van den heer van
Os tegen de piarr. 6 en 7. Voorts wordt on
der de feestdagen de Goede Vrijdag opge
nomen.
6. Politie.
7. Gratificatie.
Afwijkend advies op het verzoek van J. A.
Koevoet om toekenning van een gratificatie.
Bijlage)
Op verzoek van den heer Van Breda
gerenvoyeerd naar de Commissie voor de
Bedrijven.
8. Toeslag Pensioenen.
Voorstel tot wijziging der regeling van den
gemeentelijken toeslag op pensioenen en
toelagen, (no. 60 der Bijlage).
9. Hekwerk Kanaalweg.
Voorstel betreffende het plaatsen van een
nekwe.rk en tot het in orde brengen van hot
plantsoen langs den Kanaalweg. (po. 61 der
B.jiage).
Aangenomen.
10. Bestrating Parallelweg.
Voorstel inzake bestrating van den Paral
lelweg. (no. 63 der Bijlage).
De heer Van L o o zou gaarne zien, dat,
nu B. en W. voorstellen deze zaak aan te
houden tot het volgend jaar, niettemin een
dein gedeelte van deze straat bezijden de
school bestraat werd, omdat de'bewoners daar
zeer veel last van hebben.
De Voorzitter meent dit verzoek te
moeten afwijzen. De begrooting is vastge
steld, en het College maakt bezwaren om voor
dergelijke zaken een suppl. begrooting op te
maken. De toestand is al 'n 40 jaar aldus, het
tan nu toch nog wel één jaar wachten.
De heer Boogaard dringt ook op ver
betering aan. De toestand is inderdaad erg.
De heer V a n L o o Het betreft hier maar
een klein gedeelte, en de kosten kunnen niet
hoog zijn.
De heer Schoeffelenberger zet
uiteen of hier niet bij wijze van noodvoor
ziening een goot kan worden gemaakt. Zelfs
zou dit als werkverschaffing kunnen ge
beuren, zoodat het Rijk de helft der kosten
vergoedt.
Het voorstel wordt verder zonder hoofde
lijke stemming aangenomen.
11. Bekleeden van nevenbetrekkingen.
Voorstel betreffende het verbod tot het
bekleeden van nevenbetrekkingen door ge
meente-personeel. (No. 65 der Bijlage).
De heer Baak zou het op prijs stellen,
ndien deze zaak werd besproken in de Com
missie voor georganiseerd overleg. Het ad
vies van B. en W, om het adres voor kennis
geving aan te nemen, luidt zoo, omdat hier
geen namen worden genoemd. Het College
heeft het recht dispensatie van het verbod te
verleenen, maar spr. heeft een heele wasch-
•lijst voor zich liggen met namen van ambte
naren, voor wie uitzonderingen zijn gemaakt
en op deze wijze wordt inderdaad het verbod
een paskwil. In het openbaar wil spr. deze
namen niet noemen, daarom liever de zaak
bij de Oomm. bekijken.
De heer D e Z w a r t merkt op, dat de be
trokken wethouder thans niet aanwezig is.
Tegen renvoyeering naar de Commissie is
geen bezwaar, maar het la geen punt voor
'georganiseerd overleg. De hoofden van dienst
zijn het, die voor moeten dragen voor straf,
oto.
Do Voorzitter zegt, dat hot Ooilego
deze bij-betrekkingen niet aanotlonneert. Als
ons een dergelijk geval ter oore komt, wordt
daar dadelijk een einde aan gemaakt.
De hoer B a a k zal dit verder onderzoekon;
spr. meent, dat -juist do Oommissie voor
noemd het aangewezen lichaam is.
De hoer VonOi acht den heer Baak, die
zelf rijksambtenaar ls, niet de aangowozon
man voor zoo'n onderzoek. De beer Baak kan
toch moeilijk optreden als politle-agent.
De Voorzitter: De heer Baak zit hier
als raadslid, niet als rijksambtenaar.
Het Voorstel van B. en W. wordt bij accla
matie aangenomen.
12. Oudér-Commlssie.
Voorstel om te besluiten tot instelling van
een oudercommissie voor elke o. 1. school.
(No. 66 der Bijlage).
De heer Grunwald vraagt hoe zoo'n
ouder-commissie zal worden samengesteld.
De heer De Zwart zegt, dat het Kon.
Besluit de wijze van samenstelling regelt.
Voor zoover de Raad moet worden gekend,
zal dat natuurlijk geschieden. De gemeente
raad heeft evenwel geen invloed op de samen
stelling der commissie. Mocht besloten wor
den presentiegeld uit te keeren voor de ver
gaderingen dezer commissie, dan zal de Raad
dit hebben goed te keuren.
Het voorstel wordt aangenomen.
13 Art. 59 Decles der Wet op het L.O.
Voorstel betreffende vergoeding der jaar
wedden van Mej. M. J. Brems en Mej. J. H.
M. Hoogenbosch, onderwijzeressen aan de
R.-K. Meisjesschool. (No. 67 der Bijlage).
Aangenomen.
14. Vaststelling Pensioengrondslagen.
Voorstel tot voorloopige vaststelling def
pensioensgrondslagen van leeraren aan de
Burgeravondschool. (No. 68 der Bijlage).
Op verzoek van het College aangehouden
tot de volgende vergadering.
15. Onbewoonbaarverklaring
woningen Waohtstraat No. 87 en 89.
(No. 64 der Bijlage).
De heer Schoeffelenberger: In
artikel 2 van het voorstel staat, dat aan den
eigenaar gelast wordt de woning te doen ont
ruimen. Is dat niet een beetje erg, gezien den
woningnood hier ter stede? De woningen
zijn trouwens zeer goed bewoonbaar te ma
ken, zooals spr. uit een persoonlijk onder
zoek is gebleken. Er zijn verscheiden wonin
gen, die in veel slechter toestand verkeeren,
en die niet onbewoonbaar zijn verklaard.
De heer D e Z w a r t: Maar er moet van de
zijde va nden eigenaar een ernstige wil be
staan om inderdaad de woningen bewoon'
baar te maken. En die bestaat 'hier niet. Her
haaldelijk is de eigenaar aangeschreven; di'
dateert al van 1919 af en nimmer is aan die
aanschrijvingen gevolg gegeven. Er blijf
nu niet anders over dan aan de hand van
de wet de woningen onbewoonbaar te ver
klaren. Het is waar, dat er geen andere wo
ning beschikbaar is. Maar er wordt tegen
woordig nog al vrij aardig gebouwd, en de
Raad kan dus gerust tot onbewoonbaarver-
klaring besluiten.
De heer Schoeffelenberger: Moe
ten deze arme stumpers dan de dupe worden
•van de onwilligheid eens huiseigenaars?
Men plaatse ze dan boven aan de lijst voor
een woning.
De heer Adriaanse zet uiteen, dat alles
gedaan is wat mogelijk is om de bewoners
onderdak te geven. Misschien komt na ons
besluit tot onbewoonbaarverklaring de eige
naar wel met een mededeeling, dat hij ze als
nog bewoonbaar wil maken.
De heer D e Z w a r t: Er komt nog bij, dat
deze huizen als pakhuizen zijn verhuurd, op
zettelijk teneinde de woningvoorsöhriften te
ontduiken.
De heer Schoeff elenberger zal te
genstemmen, omdat hij twee arme stum-
perds niet de dupe wil Laten worden van de
praktijken van een huiseigenaar.
De heer Van Breda: De vorige eige
naar heeft deze bui zien aankomen en zich
djtijds van de huizen ontdaan,
De heer Zondervan wil natuurlijk
evenmin medewerken om twee menschen op
straat te zetten. Maar daar is ook geen spra-
c© van; de raad kan immers altiid den ter
mijn voor ontruiming verlengen.
De heer Kuiper: Het kan niet anders
dan in hét belang van de menschen zelf zijn
als de Raad dit besluit neemt, omdat ze in
ieder geval dan weer 'bewoonbaar gemaakt
worden.
Het voorstel wordt aangenomen.
16. Verhuring grond.
Voorstel om tegen een beogenen huur
prijs te verburen bet strookje grond, liggen
de voor de woning Dijkatraat 1/la. (no. 69
der Bijlage)
Aangenomen.
17. Werkloosheid.
Voorstel inzake bet verschaffen van pro
ductief werk ter bestrijding van de werkloos
heid (no. 70 der Bijlage).
De beer Kuiper: Dit is naar aanlei
ding van een adres van den Land- en Tuin
>ouwarbeidersbond te Koegraa Het doet spr
genoegen dt voorstel te- lazen. Zijn 'hierom
trent 'besprekingen gehouden met het Pol
derbestuur? vraagt spr.
De Voorzitter: Er ia over gesproken,
maar op het oogenblik is het niet noodig
werk te zoeken, omdat we tegen den zomer
gaan en werk genoeg is op het land.
De heer Kuiper: Kan men van den zo
mer dan geen besprekingen houden voor den
winter?
De Voorzitter zegt, dat de zaak in
handen is van den heer Verstegen.
Aangenomen.
18. Toekenning subsidie.
Voorstel tot het verleenen van subsidién
aan de Bewaarscholen. (No. 72 der Bijlage).
'De heer Schoeffelenberger vraagt
ïoe het komt, dat de oonfessioneele scholen,
ij iminder aantal leerlingen, grooter subsi
dies krijgen dan de openbare.
De heer D e Z w a r t antwoordt spr., dat de
verordening spreekt van ©en „voldoende
aantal leerkrachten", waarnaar de subsidie
verleend wordt. Toen dezo su'baldios aange
vraagd wordon, haddon bedoelde soholon
poon leerkrachten, slechts helpsters. Do an-
ere hebben nu hooger subsidie, maar moe-
en die ln den vorm van sularis woer uit-
koerou.
Aangenomen.
19. Toekenning Bijdragen.
Voorstol tot toekenning van een bijdrage
over 1920 aan de gemoonte Alkmaar ln ue
kosten van instandhouding van Handelsscho
len aldaar on een bijdrage voor 1919 on 1020
aan het Bestuur der Huishoud- en Industrie
school te Alkmaar ten behoeve zijner school.
(No. 76 der Bijlage).
Aangenomen.
Voorstel om afwijzend te beschikken op
het adres van den Helderschen Bestuurders-
bond, betreffende het verschaffen van pro
ductief werk aan werkloozen.
(No. 56 der Bijlage).
De heer Zondervan verklaart genoegen
te zullen nemen met dit voorstel, wijst echter
op de laatste alinea en hoopt straks ook op
den steun van het College te kunnen rekenen
als binnenkort van onze zijde voorstellen
komen.
De Voorzitter doet daarvan toezeg
ging, echter niet namens de meerderheid
van het College.
Aangenomen.
21. Rechten Reiniging.
Voorstel tot vaststelling van nieuwe tarie
ven der Gemeente-Reiniging.
(No. 35 erd Bijlage).
De heer VanBreda heeft de cijfers van
dit tarief vergeleken met die van de laatste
begrooting. Daarop werd voor het ledigen
van een beerput ƒ15.— geraamd, terwijl
thans 6. is uitgMrokkon. Het verschil is
wel wat groot. Ook de verhooging ad 100
weg; 8pr-vrMgt M™*
De heer Van der Veer antwoordt, dat
voor het ledigen der putten alleen he ar
beidsloon wordt berekend, omdat de spe?
nog eenige waart ip. vprforran«TAA„j,' .1
Voorstel tot onbewoonbaarverklaring der .vwrdeeligerTdfm hef
Op ©en nadere opmerking van den heer
Van Breda antwoordt spr., dat.de Com
missie voor de Reiniging der cijfers der Be!
grooting niet onder de oogen heeft gehad"
Vandaar dit verschil
Het voorstel wordt aangenomen.
22. Badhuis.
Voorstel tot intrekking der Raadsbeslui
ten van 23 Mei 1918 en tot betaling van het
ontwerp-Badhuis. (No. 77 der Bijlage).
De heer Schoeffelenberger vindt
het bedrag van 929.—, als dat enkel is voor
het maken van eene teekening, zeer hoog
Was hiervan geene begrooting? vraagt spr!
De Voorzitter antwoordt, dat er eene
begrooting van 8 ton was opgemaakt. De ar
chitect heeft trouwens ook nog projecten
gemaakt voor de buitentjes en daarvoor niets
gerekend De teekeningen zijn eigendom van
de gemeente en voor eventueele volgende
projecten bruikbaar.
De heer De Zwart zegt, dat het honora
rium bedraagt 6/10 van de kosten van het
ontwerp ad ƒ150.000.benevens reis- en
verblijfkosten.
(De heer V a n O s zou het onaangenaam
vinden, indien de heer De Jongh uit de de
batten een verkeerden indruk kreeg. Het
honorarium is in werkelijkheid zeer gering.
Bij acclamatie oonform besloten.
23. Benoemingen.
Benoeming leden en plaatsvervangende
leden van het Scheidsgerecht van de Werk
lieden.
Voorgedragen worden:
Voor leden: Jhr. H. Rappard en Dr. C. H.
Ketner, en voor plaatsvervangende leden: J.
C. S. Schokking en C. de Boer Jr.
(No. 63 der Bijlage). -
De heer Zondervan wenscht namens
de soc.-dem. raadsfractie en de wethouders
de volgende verklaring af te leggen:
De Soc.-Democratische Raadsfractie:
kennis genomen hebbende van het feit,
dat de meerderheid van den Raad in de
zitting van 8 Maart 1921, zonder .eenige
nadere motiveering, andere personen heeft
aangewezen voor de functies, niet-ambte-
lijk lid der Schattingscommissie voor de
Rijksinkomstenbelasting en voor lid-werk
nemer van de Commissie van Advies voor
de Arbeidsbemiddeling en Werkloosheid»,
verzekering, dan de door B. en W. aange
boden voordracht bevatte;
dat de door B. en W. roorgedragenen
voor deze functies waren leden van de
iSóciaal-Democratische Arbeiderspartij, die
krachtens haar invloed, zoowel in den
Raad als in de gemeente, ten volle aan
spraak op het bezetten dezer plaatsen aan
spraak kon maken;
dat bovendien de vervulling van de vaca
ture voor een lid in de Commissie van
Advies voor Arbeidsbemiddeling en Werk
loosheidsverzekering niet anders betrof,
dan aanvulling van een opengekomen
plaats, ontstaan door ontstentenis van een
lid eener vereeniging, welke laatste rech
tens ook op die opengekomen plaats aan
spraak kon doen gelden;
concludeert uit deze houding van de
Raadsmeerderheid, dat hier met opzet de
Sociaal-Democraten uit voornoemde Com
missies zijn geweerd, en verklaart, dat zij
daarom in den vervolge geen deel meer zal
nemen aan het benoemen van leden voor
Ooileges en Commissies, welker samenstel
ling en benoeming aan den Raad is opge
dragen.
In veiband met deze verklaring zullen zij
bij deze benoemingen dus allen blanco stem
men.
De voorgedjragenen worden benoemd met
10 stemmen; 5 zijn blanoo.
Benoeming lid Burg. Armbestuur (vace-
'ure J. Bakker Dzn.)
Voorgedragen worden 1. P. van Dalen; 2.
C. D. de Haan, (no. 71 der Bijlage).
Als boven.
Benoeming Oommissairls der N.V. Zee-
bad Huisduinen.
(No. T8 der Bijlage).
>e heer Van Breda stelt voor bij acola-
motie den Burgemeester te benoemen.
Do heer Z o n d* e r v a n c.s. wensohen ge
acht te wordon te hebben tegengestemd, on
der do uitdrukkelijke medodooLlng, dat hier
mede niet de persoon dos Burgemeester!)
wordt goüoflen, maar do raadsmoorderheid
Schrijven van hot Raadslid Mevrouw G, van
der flulHtHeeroma, ln zake de op
7 Maart J.l gehouden Comité-vergadering.
In dit schrijven doelt rnovr. van der Hulst
medio, dat zij do vergadering ln kwestie voor
iet elnldie hooft verlaten, omdat zij dezen go-
leeloni avond* een mislukking achtte. ZIJ be-
ulgt haar spijt als medoondertoekenaurster
van do aanvrage tot dezo vergadering aan-
©kling to hebben gegeven tot deze onnoodl-
je uitgave voor de gemeente en wenscht
ïietrvoor geen presentiegeld te ontvangen.
Zij hoopt verder, dat de andere raadsleden
3veneens«van hun presentiegeld afstand zul-
en doen, dan brengt de avond alleen een
deoeptie, maar tenminste voor de gemeente
geene bosten.
Mevr. v. d. Hulst vraagt of zij in open
baren raad dezen brief kan toelichten of lie
ver, omdat het hier een comité-vergadering
oetreft, daarvoor comité moet aanvragen.
De heer Van Os heeft bezwaar togen
besprekingen in het openbaar van zaken,
uit een comité vergadering en stelt dus voor
over te gaan in ooniité.
De heer Zondervan ls het in geen en
kel opzicht met imevr. v. d. Hulst eens. Spr.
neende juist, dat bedoelde vergadering zeer
belangrijk was.
Na afloop der agentia zal de raad alzoo ln
Comité gaan.
Rondvraag.
Do heer Kuiper bespreekt de straat ach
ter de Zuidstraat, waarin gaten en kuilen,
zijn.
Mevr. Van der Hulst herstelt eene
uitlating harerzijds omtrent de.Commissie
tot wering van schoolverzuim. Spr. heeft in
geen enkel opzicht een blaam willen werpen
op deze commissie of haar onaangenaam
zijn.
De heer Schoeffelenberger be
spreekt het oegezegde onderzoek inzake gas-
veibruikers met ééne leiding, en de Voor
zitter zegt, dat dit in de Bedrijven ge
weest is. De heer Van L o o vraagt naar de
poenstelling van de Centrale Boekhouding,
Daarna wordt de openbare vergadering
sloten en gaat de Raai in comité
Voorstel betreffende het doen geven van
onderricht in eerste hulp bij ongelukken aan
het politiepersoneel (no. 58 der Bijlage).
Aangenomen.
Aangenomen.
20. Werkloosheid.