eerbis huls. Op de 293.738 geheel verwoeste woningen en 296.602 min of meer zwaar „beschadigde woningen zijn er 280.825 her steld. Van de fabrieken zijn er 50 pot. in vol bedrijf; bijna alle spoorwegen zijn her steld; de kanalen en do helft van de wegen zijn in orde gemaakt. Dit herstel heeft Frankrijk in twee jaar tot stand gebracht Loucheur toonde aan dat 15 milliard noo- dig zal zijn om de vernielde mijnen, welker productie in 1918 18 millioen ton bedroeg (tegen vier, millioen in 1920), in werking te stellen. Voor het herstel der verwoeste ge bieden zijn 80 milliard noodig. De minister merkte op dat indien Duitsch- land over de werkkrachten beschikt om de verwoeste gebieden te herstellen, het deze werkkrachten zou kunnen gebruiken in de mijnen o<m de kolen te leveren, waarmede Frankrijk het materiaal zou kunnen ver vaardigen, hetwelk voor de bevrijde gebie den noodig is. Frankrijk en Beleren. In Oostenrijk en vooral in Tirol werd ster ke propaganda gemaakt voor aansluiting bij Duitschland. Er zal nu een volksstem ming worden gehouden ^ondanks het feit dat de geallieerden gedachtig aan het zelf beschikkingsrecht; deze stemming verbo den hebben. In Oostenrijk geeft men om dit verbod heelemiaal niet meer, sedert de ge allieerden het land aan zijn lot overlieten en uitlevering van melkvee vroegen waar zij eerst hulp beloofden In Frankrijk is men er nu achter geko men dat Beieren vooral in Tyrol propaganda maakte. Dit heeft de Beiersohe regeering een nota uit Parijs bezorgd, waarin gewaar schuwd wordt tegen dit stoken en gewezen wordt op (mogelijke gevolgen. BULGARIJE, Onderwijshervormingen. Een proefneming met den algemeen arbeidsplicht De Balfcancorrespondent van de N. Rott. Crt. doelt eenige interresante bijzonderheden mede aangaande de aanstaande onderwijs hervormingen in Bulgarije en een daarmede verband houdende proefneming met den al- gemeenen arbeidsplicht In Bulgarije (is gebrek aan goed geschoolde werkkrachten. De thans in voorbereiding zijnde onderwij shervormingen komen dan ook hierop neer, dat er een 7 jarige leer plicht wordt ingevoerd, waarbij als doel van dien leertijd in de eerste plaats gesteld is de meer of mindere algemeene ontwikkeling als wel de opleiding tot een vak, dat de 'kinderen in staat zal stellen op lateien leeftijd behoor lijk hun brood te verdienen. Het vakonderwijs zal dan ook op de lagere soholen de eerste plaats innemen, zoodat zij direct na het verlaten ervan in het vak waar in zij zijn opgeleid, werkzaam zullen kun nen zijn, op speciaal daarvoor op te richten vakscholen, zullen zij zich dan verder kunnen ontwikkelen. De leergang in die soholen zal twee jaar duren, waarna nog een oefentijd van drie tot tien maanden in de praktijk zal moeten wor den doorgemaakt. Aan de leerlingen, die daarop de beste certificaten verkrijgen, zal de staat de noodige middelen verschaffen om zioh dadelijk voor eigen rekening te kuunen vestigen." Naar gelang tot! de behoefte, zullen in ver schillende plaatsen landbouwscholen, vissohe- rjjscholen, soholen voor metaalarbeid, bouw kunst, houtbewerking, steenhouwerij, mande- demakerij pottenbakkerij, weverij, tapijt- knooperij en schoenmakerij en vooral ook huishoudscholen worden geopend. De bestaande Handelsscholen zullen staats inrichtingen worden. Naar de meening der regeering zijn er ver der veel te veel studenten. Er zijn er onge veer 2000, w.o. de helft meisjes en daarvoor biedt hett tegenwoordige Bulgarije in het ge heel geen toekomst. En om het aantal te ver minderen, zal worden voorgesteld, de colle gegelden zoodanig te verhoogen, dat het ge volg ervan zal zijn, dat slechts een drie vierhonderd tal studenten overblijven. Inmiddels heeft de regeering reeds voordat dit nieuwe onderwijsregime is ingevoerd, de zer dagen er een soort proef mee genomen, door, met beroep op dein bereids wettig in kracht getreden algemeenen arbeidsplicht, in het geheele land de leerlingen van alle soho len een week openbare arbeid te laten ver lichten. Zeven volle dagen; des voormiddags van 8 tot 12 uur, en des namiddags van 2 tot 6 uur. Alleen, terwijl de wet op den arbeids plicht dezen voorschrijft voor alle mannelijke personen van 16 tot 50 jaar, en alle vrouwe lijke van 15 tot 25 jaar, hebben alle scholle ren van de jongste klasse af tot de oudsten aan die arbeidsweek moeten deelnemen. Vooral te Sofia en iri andere groote plaatsen heeft deze proef tot heel wat óommentaren aanleiding gegeven; inzonderheid onder de ouders der jeugdige scholieren, die hun kind(eren) 't liefst in watten mochten bewa ren. Onder de scholieren zelf werd de licha melijke, inplaats van geestelijke inspanning, en het verblijf in de vrije lucht over het al gemeen met geestdrift begroet. Minder op getogen waren de onderwijzers, leeraren en professoren van beiderlei kunne, die den ar beid, welke den mees ten vreemd was, moes ten leiden. De vastgestelde werkzaamheden waren vooreerst het schoonmaken en herstellen van de schoolgebouwen en de daarbij behoo- rende terreinen voor speelplaatsen, enz. der wegen erheen en het herstellen van het sohoolmeubilair, kaarten, enz., inbinden van schoolboeken, e.z.m. Verder herstel van an dere wegen en straten, werkzaamheden in de openbare parken en tuinen, boscbaanplan- tingen, droogleggingen, onkruidwieden, oud heidkundige uitgravingen.En voor een deel der meisjes, na het eindigen van de groote schoonmaak in de school, naaien van onder goed voor het leger en de hospitalen. In het algemeen is er door allen flink aan gepakt, en heel wat nuttig werk verricht, dat anders gewis nog lang had moeten uit gesteld wegens het ontbreken van de noodige geldmiddelen en werkkrachten. De regeering sohat het profijt aan arbeidsloonen voor den nu door de scholieren Verrichten arbeid op ten minste 10 millioen leva (op 't oogenblik ongeveer 400.000 gulden). Dat de arbeid door de scholieren algemeen met zooveel ijver en zichtbaar genoegen is verricht, is voorzeker ook daaraan toe te schrijven, dat in Bulgarije niet het standen- verschil bestaat, dat in 'andere landen heerschit. Voor velen dor stadskinderen was de proef anders vrij zwaar. Daar het een proef was en de regeling alzoo verre van volkomen, moest bijv. een ieder de gereedschappen voor zijn werk meebrengen, schop, spade, houweel, bijl, kruiwagen en diergelijken, lap pen, dweilen, bezems, boenders en emmers ja ook wit- en verfkwasten. Een werkpak had nagenoeg niemand, evenmiu sterk werk- sohoeisei. En, daar kléeren en schoenen in Bulgarije nog ongehoord duur zijn, losten zeer velen der jeugdige arbeidsplichtdgen het vraagstuk van het werkpak op door eenvou dig hun of baar bovenkleeren en schoenen en kousen uit te trekken. Met name in de Earken en op drukke verkeerspunten in de oofdstad leverden de in 't ondergoed arbei denden een merkwaardig schouwspel op. Van de zijde der regeering is alles gedaan om aan ie proef en de uitkomsten ervan een zoo groot mogelijke bekendheid te geven. Verscheidene ministers, ook de minister-pre sident Stamboeliiski, bezochten verschillende plaatsen, waar gewerkt werd, en moedigden de jeugdige werkers aan door zelf hun jas uit te trekken en eenigen tijd spade of wit kwast ter hand te nemen. Aan de verschil lende commissies van toezicht der Entente, de vreemde gezantschappen, en de vertegen woordigers van de buitenlandsche pers wa ren uitmoodigdngen gezonden om met de hun daarvoor ten dienste gestelde auto's desge- wild het geheele land door te gaan om zich van de uitvoering en de resultaten van de proef te vergewissen. De Bulgaarsche rageering acht inderdaad de proef zoo goed geslaagd, dat zij besloten heeft in den loop van September nogmaals een arbeidsweek voor alle scholen in het land te verordenen; en dan zoo verder elk voor- en najaar. Een der oogmerken, welke de regeering met deze proef ook nog heeft nagestreefd en dat zij er mede heeft bereikt, was een sprekend voorbeeld te geven aan dié ouderen, die den algemeenen arbeidsplicht als een drukkend corvee beschouwen, en trachten er zich door ziek melden of zich zwak en onbe kwaam fcoonen zooveel mogelijk aan te ont trekken. Op hét platteland en in de kleine steden wordt door een ieder aan dan arbeidsplicht zonder eenige strubbeling flnk en naar be- hooren voldaan, en is daar al veel nuttig werk verricht. In de groote steden gaat het nog niet zoo vlot. Den Hen April beginnen de tien dagen arbeidsplicht voor de bevol king te Sofia, in ploegen van duizend perso nen, en men is benieuwd hoe het daarbij zal gaan. Van communistische en ook van socialis tische zijde, waar men deze arbeidspolitiek der boerenregeering eigenlijk met gemeng de gevoelens gad.'vaat en volgt, i.;: in het Sobranja nu een v< orstel ingediend, dat de regeering wel eenigszins in verlegenheid brengt. Er op wijzende, dat de meeste par ticuliere werkgevers hunne werknemers voor de dagen, die ze wegens den arbeidsplicht afwezig zijn niet betalen, de arbeidsplichti- gen bijgevolg al die tien dagen zonder eenige verdiensten blijven, stellen zij voor dat aan de anbeidspliohtigen, die gedurende hun ver plichten arbeidstijd geen salaris of loon trek ken, en geen middelen van zob zelf bezitten, bet gederfde salaris of loon door den staat zal worden vergoed. Billijk zou zulk een re geling zeker wel zijn; doch een aanzienlijk deel van het groote voordeel voor den staat, een menigte arbeid en tal van openbare wer ken gratis uitgevoerd te krijgen, zou daar door verloren gaan. De regeering beeft ten opzichte van dit voorstel haar standpunt nog niet bepaald. China en Japan. Te Vancouver is dr. Wan-Tsjoeng-Hoei aangekomen, die hoofd-rechter is van het Opperste Gereohtshof van China. Hij is op weg naar Genève niet 'het doel mee te wer ken aan de herziening van de Volkenbonds overeenkomst. China heeft zoo verklaarde dr. Wang, drie vijanden. De eerste is art. 21 van de Volkenbonds- ovtreenkomst, waarin de onaantastbaarheid weidt geproclameerd van z.g. regionale af spraken, die als een soort Manroeleer wor den geconstateerd. De tweede is het Britsch-Japansche ver drag, dat indien het vernieuwd wordt tot een oorlog zal ledden, in welken oorlog Ohina noodzakelijkerwijs de zijde vaD dé Ver. Staten zal moeten kiezen. De derde is de nota-wisseling van Lansing met Isjïï, waarin de onhoudbare leer wordt verkondigd, dat geografische nabijheid rech ten schept. Nog verklaarde dr. Wang-tsoeng-Loei: De hangende quaesties nopens den Stillen Oceaan zijn nog vermeerderd, doordien naar uit de V. St. wordt gemeld onlangs ae ontdekking is gedaan, dat de Japansbho arsenalen groote hoeveelheden ondenzee- mijnen aanmaken en dat de Ohineesche kust is verdeeld in blokkade-zones, hetgeen in oorlogstijd aan Japan de controle zou ver schaffen over den uitvoer van grondstoffen uit China. KORTE BERICHTEN. Het houten zeilschip Foca I, waarmee Shackleton in de wateren ten noorden van Canada gaat exploreeren, is te Southampton aangekomen, waar het zal worden uitgerust. Het schip is voorzien van een motor en meet geen honderd ton. Te Weenen heeft een veiling plaats gehad van het zilvergoed van het kasteel Klesz- heim, waar in 1919 aartshertog Lodewijk Victoi^ broeder van keizer Frans Jozef, een zaam stierf. Het eerste stuk, dat verkocht werd was een oud-Weensoh servies. Het werd ingezet voor een half millioen kronen. De verkoo- ping zal 4 dagen duren. Een inbrekersbende heeft verscheidene kasteelen in de buurt van Weenen leegge plunderd, onder andere de kasteelen van graaf Khevenhueller en van prins Auers- perg. De „Vossische Zeitung" verneemt uit Dresden, dat bij veertig cigarettenfirma's de boeken in beslag zijn genomen, daar zij wor den verdacht van belasting-ontduiking ten bedrage van verscheiden honderd millioen mark. Zie- verder 2e blad. BINNENLAND. De begrafenis van Burgemeester Teilegen. De begrafenis van burgemeester Teilegen is een indrukwekkende manifestatie gewor den van vele duizenden, die langs den ge- heelen weg van het sterfhuis op den hoek van de Obrecht- en Laizeresstraat (Willems parkkwartier) tot aan den Admiraal de Ruy- terweg, een dichte menschenhaag vormden en die met ontbloot hoofd den kleinen stoet van auto's aan zioh voorbij lieten gaan. Alle rangen en standen waren vertegen woordigd door de ontelbaar velen, die zich hadden opgesteld in de Lairessestraat en de Van Baerlestraat, die de stille Jan Luyken- straat bevolkten, die dichte drommen vorm den langs Stadhouderskade en Overtoom en Constantijn Huygens-, Bilderdijk- en de Clercqstraat. Tot aan de Wiegbrug (ingang Adm. de Ruyterweg) reed de stoet onafgebro ken over een pad begrensd door levende muren. Toen werden meer en meer de rijen dunner. Voor de woning waren des ochtends afge vaardigden van verschillende vereenigingen bijeengekomen tot het brengen van een laat- sten groet; slechts gevolgd door de naaste familieleden en de mannen, die gedurende de laatste jaren dagelijks met den burgemeester mochten samenwerken, is het stoffelijk over schot naar Westerveld gebracht. Dat Amsterdam van zijn warme, waarach tige belangstelling zou laten blijken, ook bij do begrafenisplechtigheid van den burge: meester op Westerveld wist iedereen, aldus het „Hbl.". Hoe overstelpend, hoe imponee rend groot ook de schier onafzienbare rijen waren, die zich vormden op de perrons van de halte Driehuizen, telkens als gewone trei nen en de extra-trein uit de hoofdstad hon derden aanbrachten; het heeft toch niemand van allen, die daar waren, verwonderd, dat meer dan duizend menschen wij konden het aantal niet op honderd schatten uit hun werk waren gegaan om op het rustige, zonnige kerkhof aan het graf te staan van een eenvoudig, werkzaam man, die zijn plicht lief had boven al. Vlak bij de groeve stonden de Ministers 'De Vries en Van IJsselstein, daarnevens de oud-burgemeesters van Amsterdam, mr. dr. W. F. van Leeuwen, thans vice-president van den Raad van State en mr. dr. A. Roëll, thans Commissaris van de Koningin in dt provincie Noord-Holland. Het dagelyksch be stuur van Amsterdam en bijna alle gemeen teraadsleden hadden zich daarbij aangeslo ten. Een onafzienbare menigte had zich rondom de geopende groeve en yerder langs den weg opgesteld. Het „Handelsblad" vermeldt een lange lijst van corporaties en personen, die vertegenwoordigd waren. Ook waren naar het kerkhof gekomen de burgemeester van Rotterdam, het voltallig College van B. en W. van Haarlem, het be stuur van de Vereeniging van Burgemees ters en Secretarissen in Noord-Holland, leden van de Staten van Noord-Holland en de grif fier van dat College. Zooals wij vermeldden, zou, behalve door den heer Wibaut, niet aan het graf worden gesproken. Sterk ontroerd sprak de heer Wibaut een rede uit, waaraan wij het vol gende ontleenen: (Zes jaar heeft hij de gemeente gediend. Zes jaar onder omstandigheden moeilijker dan ooit. Van eeuwen is niet na te gaan of ooit op de schouders van een burgemeester van Amsterdam zoo zware taak zoo lang was gelegd. Maar voor de laatste 100 jaar kan wel met zekerheid worden gezegd, dat onder alle burgemeesters, die Amsterdam in een eeuw heeft gehad, aan Teilegen de zwaarste taak werd te dragen gegeven. De heer Wibaut releveerde de groote moei lijkheden, die de levensmiddelenvoorziening voor een stad als Amsterdam medebracht, en ook na den oorlog hielden de moeilijkheden niet op. Geheel de bestuurstijd van Teilegen, van Maart 1915 tot einde Januari 1921, toen hij eindelijk erkende rust noodig te hebben, was een aaneenschakeling van zwaren, zorgelijkeh tijd. De tijd was reeds zwaar voor wie zich het werk betrekkelijk licht wist te maken, maar loodzwaar was bij voor Tellegen, die het werk niet licht op kon nemen; die ge neigd was bij allo werk zich van de onder- deelen rekenschap te geven, omdat hét hem tegenstond meer dan onvermijdelijk was be slissingen te nemen in een zaak, die hij niet had doorgrond. Zoo was aan zjjn werk nooit een eind. Hij gaf als burgemeester véél meer dan een ge meente van een burgemeester mag vragen. Die hem volgden In zijn werk meenden wel, dat hij zichzelf te veel gaf, méér dan voor zichzelf te verantwoorden was, maar zij wis- ton, dat anders-doen hem niet mogelijk was. Hij stelde zich, bij wat hij gaf, aan de gemeen te geen grenzen, omdat zijn liefde voor de gemeente, zijn liefde voor Amsterdam, zijn liefde voor het goede beheer van een groote stad, onbegrensd was, en er voor hem niets minder telde dan zich-zelf. Zoo heeft hij geleefd al de jaren van zijn burgemeesterschap. Alles voor de gemeente, in wier dienst hij zich had gesteld; niets voor zich zelf. Zoo is hij een voorbeeld geweest van mooie toewyding, van hooge plichtsbe trachting. De heer Wibaut richtte hierop tot Mevr. Teilegen, die zoo'n groot aandeel heeft ge nomen in deze dagelij ksche zorgen, die hem met kracht ter zijde stond. Spr. releveerde daarna de zorgen en het leed in huiselijken kring; de dood van zijn oudsten zoon, ander familieleed, dat hem drukte. Toch bleef hij voor honderden bijzondere kringen, voor groote kringen en kleine, de belangstellende in hun bijzonder werk, toch bleef hij de gezochte bemiddelaar bij arbeids conflicten. Aan welk groot werk in Amsterdam heeft hij zijn kracht niet gegeven? Voor wat er aan woningvoorziening in Amsterdam is ge worden en wordende is, nam hij als directeur van Bouw- en Woningtoezicht het initiatief. Met welke liefde, op ander gebied, heeft Teilegen niet de hem toevertrouwde belan gen van de Amsterdamsche Universiteit ge diend! Met welke liefde en met welke veer kracht was hij in de weer als het eT op aan kwam de belangen van den Amsterdamschen handel en nijverheid te dienen. Met welke illusie bevorderde hij de annexatie en ver heugde hij zich in hare totstandkoming. Inderdaad, hij gaf alles wat een burge meester kan geven, en hij gaf meer. Amsterdam heeft niet de gelegenheid ge vonden dezen burgemeester te danken voor het vele wat hij in de zes moeilijke jaren van zijn burgemeesterschap voor zijn geliefde stad heeft gedaan. Zoo wordt hem de eerste dank gebracht aan zijn graf. Aan u, mevrouw Teilegen, die hem, zooals in zijn geheele leven, ook in deze laatste grootste en moeilijkste jaren hebt mogelijk gemaakt om te doen wat hij deed, wordt nu gevraagd dezen dank te aanvaarden. Een woord tot u, zoon en dochters van den Burgemeester: ingenieur Tellegen, Marianne Tellegen en Okje Tellegen: Uw vader heeft u gegeven en gelaten het beste wat er is: een naam, die u vele deuren zal openen. Gij zult op uw levensweg zeer velen ontmoeten, wien het een vreugde en een voldoening zal zijn aan de kinderen van J. W. C. Tellegen van vriendschap te doen blijken. De heer Wibaut spreekt tenslotte als per soonlijk vriend van den burgemeester. Die vriendschap is, dank zij dageüjkschen om gang, hechter geworden; ook het ernstige meenrngsversohil inzake de 8 Juni-staking kon aan de vriendschap en waardeering geen afbreuk doen. Een buitengewoon groote krans, van or chideeën, aronskelken en seringen, legt spr. namens de gemeente Amsterdam op het graf. Toen trad de eenlg overgebleven zoon van den ontslapene van de zijde zijner moeder, naar voren. Hij droeg een krans van arons kelken, toen hij de volgende woorden sprak: „Wij zijn niet jaloersch op Amsterdam, omdat het onzen vader van ons heeft geno men. Wij hebben altijd toch zoovéél nog aan hem gehad. Vader werkte in de huiskamer. Wij wisten allen, wat hij deed.... „Ik wil in de eerste plaats hier danken Hare Majesteit de Koningin, die een verte genwoordiger zond. En dan allen, die hier zijn, maar ook de velen, die vanmorgen zoo eenvoudig langs den weg stonden en hunne hulde brachten in Amsterdam, dat vader zoo lief had. „De laatste maanden zijn voor hem wel. heel hard geweest. Hij kon niet meer wer ken, maar zijn geest had geen rust, omdat hij er naast stond. Dat was voor hem piets en daarom is dit einde misschien het beste. „Wij hebben onzen vader gegeven aan Amsterdam. Maar niet aan Amsterdam alléén. Hij hield van het heele land en geen mooi plekje is er in Nederland, waar wij in vacan- tiedagen niet met hem- gewandeld hebben. Daarom doet het mij zoo innig goed, dat ik gisteren met vaders kleinzoon dit plekje hier voor hem heb uitgezocht, een plaatsjé vol zon, bloemen,' vogels en licht, waar hij kan rusten. In een gisteravond gehouden zitting van den Raad werd Burgemeester Tellegen door den waarnemenden Burgemeester, den heer Wibaut, herdacht, waarbij deze wees op het vele werk, dat door hem voor Amsterdam gedaan was. Hij zeide daarbij o. m.: Amsterdam heeft niet de gelegenheid ge vonden, aan burgemeester Tellegen het be wijs te geven van zijn dankbaarheid voor het buitengewone werk, dat hy in het belang van de gemeente in 6 jaren van ongekende moeilijkheden heeft gedaan. Namens het Col lege van B. en W. spreek ik echter de ver wachting uit, dat wij kunnen rekenen niet alleen op de instemming van den Raad, maar dat wij kunnen rekenen op de instemming van de geheele gemeente, wanneer wij. u slechts uitnoodigen, aan deze dankbaarheid, aan deze waardeering op waardige wijze uit drukking te doen geven. In uw naam zullen B. en W. aan mevrouw de wed. TellegenFock nog de schriftelijke uitdrukking geven van uw reeds gebleken innige deelneming in het groote leed, dat haar treft. Wij kunnen de nagedachtenis van den bur gemeester niet beter eeren dan door ook voor het vervolg zy'n leuze te aanvaarden: Wy moeten vooruit. Alle aanwezigen in de raadzaal hoorden deze rede staande aan. Van de communisti sche raadsfractie was niemand aanwezig. Namens den Raad sloot het oudste lid, de heer P. Nolting, zich bij de woorden van den voorzitter aan. Daarna besloot de Raad, op voorstel van B. en W., bij wijze van huldebetoon aan de nagedachtenis van burgemeester Tellegen, aan mevrouw de wed. A. J. J. Tellegen—Fock gedurende haar leven een jaarlijksche uit- keering van 5000 te verzekeren en aan de jongste dochter, mej. Ockje Tellegen, tot en met het jaar 1930 een jaarlijksche uitkeering van 2500. Vervolgens is de raadszitting, ten teeken van rouw, geschorst. Amsterdam—Genua v. v. De stoomschepen der Maatschappij „Ne derland" zullen voortaan Genua weer aan doen. Het stoomschip „Koningin der Neder landen", dat 18 Mei a.s. van Batavia naar Nederland vertrekt, zal het eerste mailschip zijn, dat deze haveft weer binnenloopt. De bomaanslag op Goes. De minister van buitenlandsohe zaken heeft aan den burgemeester van Goes be richt, dat van de Engelsche regeering het be drag van 16.381.76 is ontvangen voor scha devergoeding voor de gevolgen van den bom aanslag op 22 December 1917. De Arbeidswet De Minister van Arbeid had Dinsdag ochtend een conferentie met het bestuur van den Middenstanderébond over de Arbeidswet Uit de Raad van Velzen. In de Dinsdagavond gehouden Raadsver gadering werd uitvoerig gesproken over een door het college aangevraagd crediet van ƒ3000 voor werkverschaffing, waardoor het totaèlcrediet in dit jaar reeds een som van 15.500 bereikte. De voorzitter stelde de vraag, of het niet gewenscbt zou zijn de werkverschaffing met 1 Mei a.s. stop te zetten, omdat er langzamer hand zooveel geld voor noodig is, dat de ge meente dit niet kan opbrengen. Op de vraag van den heer Schilling wat er dan moet ge beuren met de menschen, die zonder werk loopen, geeft de heer Vermeulen als zijne meening te kennen, dat zij dan tooh steun kunnen krijgen van de werkloosheidsverze kering. De heer Tusenius pleit voor een ge meentelijk arbeidsbureau te IJmuiden, omdat men daar thans niet dadelijk volk kan krij gen voor kleine karweitjes. De heer Baarda wijst er op, dat ook de vischh'andel in den knel komt door het markten der IJmuider stoomtrawlers in Britsche havens, hetgeen den lieer Schilling aanleiding geeft om het college uit te noodigen voeling te houden met de Vereeniging van werkgevers in het Vis- schersbedrjjf, teneinde gedaan te krijgen, dat een aantal van de nog varende trawlers g6. regeld naar IJmuiden komt. Daarvan ver^ wacht de heer Vermeulen niets, want als het aantal te IJmuiden binnenkomende schepen te groot wordt, gaan de vischpryzen zakken tot schade der betrokken reederijen. Na eene geheime zitting van een half vmr brengt de voorzitter zijn voorstel om de werkverschaffing met 1 Mei te doen eindi gen in stemming. Het wordt met algemeene stemmen aangenomen. De Volkstelling. Reeds vermeldden w}j, dat de Staatscou- rant de voorloopige resultaten der 10e volks telling heeft gepubliceerd. WJj ontleenen er de volgende cijfers aan: Het aantal vrouwen op 1000 mannen be droeg in 1830:1045; in 1840: 1042; 1849: 1040- 1859:1031; 1869: 1029; 1879: 1023; 1889: 1024- 1899: 1025; 1909: 1021; 1920: 1014. Er ia hieromtrent dus een geleidelijke verminde- ring zij het dan ook met eenige schom melingen in het aantal vrouwelijke ge boorten op te merken. De vermeerdering der bevolking per jaar die sedert 1849 steeds stijgende is geweest' is ook in de laatste elf jaar gemiddeld hooger geweest dan in de voorafgaande 10-jarigo periode. De totale vermeerdering in de laat- ste elf jaren is geweest 982.980, waarvan door meerdere geboorte dan sterfte eene vermeer- dering is ontstaan van 961.698, zoodat zich in die elf jaren 21.282 vreemdelingen moetea hebben gevestigd. De gemiddelde jaarlijksche toeneming <jet bevolking in de verschillende provinciën was als volgt: Noord-Brabant1.48 Gelderland1.18 Zuid-Holland1.68 Noord-Holland 1.40 Zeeland 0.49 Utrecht 1.66 Friesland 0.57 Overijsel1.22 Groningen0.94 Drente 1.70 Limburg2.61 Het Rijk 1.42 De sterkste toeneming van het inwoner aantal valt te constateeren in de groep van gemeenten van 20.001 tot 50.000 inwoners. De vermindering van het aantal vrouwe lijke geboorten houdt verband met een ge ringe vermeerdering van het jongensover schot bij de geborenen en een meer en meer gelijk worden van de sterfte by de beide geslachten, waarbij de sterfte onder de man nen nog steeds die onder de vrouwen over treft. Eigenaardig is de verhouding tusschen de provincies en hunne hoofdsteden. Noord- Brabant heeft in de laatste 10 jaar een toe name in bevolking van 108000 zielen, waar van de hoofdstad 's-Hertogenbosch 3289 (thans 38.217 inwoners). Voor Gelderland is de toename slechts 38000 inwoners (waarvan Arnhem met 70.000 inwoners 6000); Zuid-Holland 279000(waarvan Den Haag met 353000 Inw. 82000, Rotterdam met 510.000 inw. 92000); Noord-Holland 183000 (waarvan Amsterdam met 642000 inw. 76000); Utrecht (prov.) 5300, waarvan de hoofdstad met 140.000 inw. 21000, enz. Over eenige jaren zal, als de verhouding zóó blijft, Rotterdam dus de eerste stad van ons land "worden en Amsterdam naar het iweede plan dringen. Drooglegging Zuiderzee. Dezer dagen heeft de Zuiderzeeraad ver- aderd, teneinde zyn advies vast te stellen naar aanleiding van het geschil tusschen rnr. Van Gijn en mr. Vissering inzake de drooglegging van de Zuiderzee. Naar de „Msb." verneemt, 'bestaan er goe de gronden om aan te nemen, dat dit advies gunstig zal 'luiden voor de plannen, waar aan reeds een begin van uitvoering is ge geven, en dat de Zuiderzee raad den minister v-an Waterstaat zal adviseeren de droogleg ging voort te zetten. Huurverhooglng. De woningbouwvereenlging „Zaandam» Volkshuisvesting" besloot m een elgemeeM ledenvergadering den huurprijs harer wo ningen gemiddeld met 25 pOt. te verhoogen. Pro Juventute te Alkmaar. Uit het jaarverslag van „Pro Juventute" te Alkmaar over 192Ö 'blijkt, dat de vereeni ging in dat jaar 72 gevallen toegewezen kreeg met verzoek een onderzoek en rapport Hierbij waren 65 misdrijven uit winstbejag (diefstal, heling, enz.) en zeven ruwheidsmis- drijven (mishandeling, baldadigheid, schen nis der eerbaarheid). De leeftijd der kinderen waren: 6-12 jaar in 22 gevallen; 13—16 jaar in 35 gevallen, 17—18 jaar in 16 gevallen. Het aantal jeugdige personen, in dat jaar ten verzoeke van den Officier onder toezien» van Pro Juventute staande bedroeg 1® 1920 80. De Zaandamsche kermis. De verpachting van 17 plaatsen op dej® 1921 te houden kennis heeft ruim opgebracht Voor drie plaatsen waarvoor voldoende werd ingeschreven, zal een nieu*8 verpachting worden gehouden. De proef van het vorige jaar, om door organiseeren van sport- en andere te trachten de kermis te veredelen, zal n» jaar niet worden herhaald, omdat men meen daarvoor thans geen gelden uit de gemeen»* kas te kunnen geven. «j Het tapverbod zal evenwel gehandha»1 blijven. Het-plan bestaat nu om in de week aan. kermis voorafgaande een groot landewj sportfeest te organiseeren, buiten bazwa»» van de gemeentekas. Uit de Venen. Nadat Dinsdag door de Vereeniging Verveners te Emimer-Oomipascuum was éloten de arbeiders 66 pCt van het loon - 1920 aan te bieden, is door den vervener een overeenkomst met zijn arbeiders gaan voor 70 pOt. van dat loon, tonge waarvan hedenmorgen 140 arbeiders aan turfgraven zijn gegaan. u Voor het verladen van het prodaj^ 1920 wordt den' arbeiders het volle io°» 1920 uitbetaald. yii Er zijn twee jeugdige veenarbeW"- Nieuw-Weerdinge gearresteerd «k

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1921 | | pagina 2