Tweede Blad. Dienstregeling Koll. Spoor. f 6.30 7.28 10.27 12.37 1.52 4.12 4.25 7.30 5.20 9.11 9.11 1.31 3.24 4.42 6.36 8.39 9.44 7.52 9.15 12.19 3.06 6.07 8.56 11.15 8.36 9.45 1J.42 3.11 6.06 8.47 10.58 11.18 1.03 DE PLAATSELIJKE INKOMSTENBELASTING. In ons nummer van 21 Mei j.l. kwam naar de lezer zich zal herinneren een staatje voor, aangevende de bedragen die in verschillende gemeenten geheven moesten worden uit de plaatselijke inkomstenbelasting en in vergelijking daarmede de bedragen die in 1914 moesten worden opgebracht. Daar onder kwam ook voor Rotterdam met een be drag dat 9,39 maal zoo hoog was als in 1914, en dus Helder waar nu ruim 11 maal meer moet worden opgebracht terzijde streefde. Wij gaven daarbij aan, dat voor Rotterdam ook andere oorzaken dan belastingverhoo- ging tot deze stijging hadden bijgedragen. De reden dat wij hierop nog eens wijzen, heeft haar oorzaak in het feit, dat de N. Rott. Crt. Ihana een overzicht geeft van de ver schillende bedragen die in Rotterdam zul len worden geheven, In het geval dat het voorstel van B. en W. tot vermindering der plaatselijke inkomstenbelasting wordt aan genomen. De aftrek voor noodzakelijk levens onderhoud bedraagt tp Rotterdam 800, de kinderaftrek is thans 100 gulden, bij de nieuw voorgestelde regeling wordt zij pro gressief en loopt van 100200 gulden per kind, welk laatste bedrag per kind reeds wordt bereikt bij een zuiver inkomen van £600 gulden. Niettegenstaande de vermindering die deze aftrek op zichzelf reeds geeft, wordt het vermenigvuldigingscijfer evenzeer vermin derd. De gem.belasting van een inkomen vam 900 gulden valt terug van f 8 op 2.70; van f 1500 van 32 op 25; van f 2000 van 55 op 47, van f 6000 van 231 op 197. Eerst de inko mens van 14.000 gulden en hooger betalen meer dan in het voorafgaande jaar. In onderstaand tabelletje geeft dus de twee de kolom de bedragen die te Rotterdam thans betaald zijn en de derde kolom het bedrag dat betaald moet worden in 'het belas tingjaar 1921—1922, indien de voorstellen aangenomen worden, waar natuurlijk alle kans op is. 1920/21 Oud tarief Max. percent 19 Zuiver inkomen 900 1000 1200 1500 1600 1700 1800 1900 2000 2500 3000 3500 4000 5000 6000 7000 8000 10,000 12,000 14,000 15,000 20,000 80,000 40,000 50,000 80,000 100,000 600,000 1921/22 Qntwerp-tarief Max. percent. 10.125 6 12 24 42 48 54 -60 67.5 75 112.5 153 198 243 336 441 549 669 909 1149 1889 1509 2109 8809 4509 5709 9309 11,709 „69,709 2.70 6.071/» 12.821/. 24.971/» 29.021/, 33.071/» 37.80 42.521/» 47.25 70.87Vj 94.60 118.121/» 143.10 .197.10 255.15 317.25 884.75 541.35 735.75 038.25 1080.50 1545.75 2558.25 8570.75 4583.25 7620.75 9645.75 60,145,75 Deze verlaging van het percentage der plaatselijke inkomstenbelastingen te Rotter- terdam is voorafgegaan en mogelijk gemaakt zoo niet geheel dan toch gedeeltelijk door nieuwe, andere heffingen, waartoe de gemeenten krachtens de herziene bepalingen der Gemeentewet het recht hebben verkre gen. Ook zal er door verhooging van rckls bestaande belastingen of tarieven meer geld in het laadje komen. Alleen het gas is in Rotterdam reeds voor de derde maal in dit jaar afgeslagen. Behalve de nieuwe belastingen en do ver hooging van bestaande belastingen en tarie ven, (door welke oorzaken 2,271.000 meer wordt opgebracht) heeft als derde factor de gunstige uitkomst van de opbrengst van eii- kele belastingen over 1920 en 1920—21, tot de vermindering van het percentage der in komstenbelasting medegewerkt. moet opbrengen, terwijl er hier indien de nieuwe voorstellen worden aangenomen niet minder dan ruim 1900 van geheven zal worden. Ook te den Haag en Utrecht wordt het maximum-percentage verlaagd; resp. van 11,99 tot 10.9 en van 14.7 tot 14. Te Amster dam, dat het vorig jaar een maximum-per centage hief van 18 ia nog geen nieuw voorstel gedaan. PLAATSELIJK NIEUWS. Wij laten hier ter vergelijking nog een staatje volgen van hetgeen men hier in de plaatselijke inkomstenbelasting te betalen zal hebben. Zuiver Inkomen. Belastbaar inkomen. Op te bren gen bedrag. 1 2 3 1800 850 f 50 850 900 100 900 950 150 950 1000 200 1000 1050 250 1550 1600 800 1600 1700 850 1700 1800 950 1800 1900 1050 1900 2000 1150 2000 2100 1250 2900 3000 2150 8000 3100 2250 8900 4000 3150 4000 4100 8250 4900 6000 4150 5000 5100 4250 6000 6100 5250 7000 7100 6250 8000 8100 7250 9000 9100 8250 10000 10100 9250- 1.60 - 3.53 5.78 8.35 U.23 64 20 70.68 83 65 96 62 109,62 122 62 252.08 268.22 429.43 449:11 642.10' 655.30 914.69 1170.49 1428.29 1685.09 1941.89 De vergelijking met Rotterdam geeft aan merkelijke verschillen, zoowel voor de lage re als hoogere inkomens. Uatuuriijk heeft niet £foote aantal hooge inkomens hierop een niet te ondersohatten invloed, ofschoon b',iV. een inkomen van 10.000 slechts 541 gulden Onze stadgenoot, de heer H. Walleboom, leerling van de Zeevaartschool alliier, is ge slaagd voor het examen 3e stuurman groote Stoomvaart. Departemeiit Helder Maatschappij van Nijverheid. Het Secretariaat van dit Departement is thans bij den heer A. Zuidervllet, Havenplein 21a. Hiermede is dit lichaam thans losgemaakt van de Economische Commissie tevens. Scheidsgerecht voor Werklieden in dienst der gemeente Helder. Het Scheidsgerecht voor de Werklieden in dienst der gemeente Helder nam onlangs kennis van het beroep, ingesteld door een gemeente-werkman tegen een door het be trokken hoofd van dienst opgelegde straf van 101/ï uur overwerk zonder betaling, ver deeld over drie weken, wegens overtreding van artikel 8 van het Werklieden-Reglement. Appellant had namelijk in April j.l. verlof aangevraagd en verkregen1, had deswege den vollen vacantietoeslag genoten en was gedu rende zijn verlof als metselaar werkzaam ge weest voor een aannemer alhier, zonder de daarvoor vereischte -toestemming van Burge meester en Wethouders. Het 'Scheidsgerecht veranderde de opge legde straf in die van schriftelijke berisping onder meer op grond van de volgende' over wegingen; dat nog nimmer een straf is opgelegd we gens overtreding van artikel 8 van het Werk lieden-Reglement en de ernst dezer overtre ding appellant deswege is ontgaan, temeer, waar hij andere werklieden in ge meentedienst ookwerkzaamheden voor an deren 'zag verriohten, zijnde laatstgenoemd feit juist, volgens verklaring van het betrok ken hoofd van dienst, die mededeelde, dat uit een door hem ingesteld onderzoek was geble ken, dat ongeveer 80% der werklieden bij zijn tak van dienst in strijd handelden met artikel 8 van het Werklieden-Reglement; dat appellant reeds meermalen werkzaam heden voor anderen heeft verricht, zij het dan ook, dat zulks gebeurde in het belang van het bedrijf en als zoodanig met macht! ging van het betrokken hoofd van dienst; dat appellant het werk voor bovenbedoelden aannemer in April 1921 heeft verricht op diens dringend verzoek en mede in verband met het groote gebrek aan bouwvakarbeiders terwijl bij het vragen van het biervoren ver meld verlof de bedoeling om voor derden te werken, niet heeft voorgezeten; dat het betrokken hoofd van dienst blijkens zijn verklaring met het gepleegde feit onbe kend was, maar daarmee van hooger hand in kennis werd gesteld met verzoek om den overtreder eventueel te straffen,uit dien hoofde straf heeft opgelegd en daarvoor een betrekkelijk zware straf heeft gekozen, ten einde den overtreder te nopen in beroep te gaan bij het Scheidsgerecht om aldus een principieele uitspraak over het gepleegde feit uit te lokken; dat de straf van het doen verriohten van overwerk zonder betaling door het hoofd van dienst alleen kan worden opgelegd bij ar beidsverzuim en de toegepaste straf derhalve ten onrechte is opgelegd; dat een straf moet worden opgelegd, om dat de gemeente-werklieden gehouden zijn tot naleving van de voor hen geldende regie menten en voorschriften en dat voor appellant als verzachtende omstan digheid geldt, dat hij reeds 10 jaren in ge meentedienst is werkzaam geweest en zich gedurende dien tijd als een goed gemeente werkman heeft gedragen. Zangwedstrijd Helders Mannenkoor. Helders Mannenkoor viert feest, en wel in een vorm, zooals voorheen nog nooit door een jubileerende zangvereeniging is aange boden. PLm. 1500 zangers en zangeressen maken zioh op om op de Zondagen 12 en 19 Juni, hier ter plaatse te verschijnen;, als afzon derlijke vereenigingen zuilen zij elkander de lauweren betwisten. Lauweren, uit moreel en stoffelijk oogpunt bezien, zijn voorzeker op dit zangconcours in ruime mate te be halen: Moreel door het geven eener eerlijke prestatie ten overstaan van een onpartijdige jury en stoffelijk in velerlei opzicht, door het verleenen van gouden, verguld zilveren en zilveren medailles (waaronder van H.M. de Koningin en Z.K.H. Prins Hendrik), zilveren lauwertakken en -kruis, benevens aanzien- jke geldprijzen. Directeuren van naam zulen de verscnil- _jnde. zangvereenigingen, komende uit Am sterdam, Haarlem, Zaanstreek, Alkmaar enz leiden, terwijl de taak der jury een niet ge makkelijke zal zijn, door het gehalte der mededingende vereenigingen, waarvan ver schillende reeds bekroond zijn. Buiten de verplichte koorwerken zullen een reeks mooie, fijn afgewerkte, vrije nummers worden gezongen, zoodat zonder overdrij ving beweerd raag worden, dat aan de be zoekers iets zeer bijzonders zal worden aan geboden. De banieren, waarmede verschillende ver eenigingen hun entrée zullen maken, worden door een afzonderlijke commissie getoest; de mooiste ontvangt een fraai zeegezicht in zwaar vergulden lijst, belangloos door don leer Jaarsma geschilderd en aangeboden. De le prijswlnners, het neusje van den zalm dus, zullen aan het eind der avondwedstrijden moeten kampen om den eereprijs. Uit de reeds in ons vorig nummer geci teerde woorden van den secretaris der ver- eeniging blijkt, dat met recht gerekend mag worden op een zeer grooten toeloop van kunstminnend publiek, waardoor tevens 't bewijs geleverd wordt, dat de ontzaglijk groote moeite der oonoours-commissie door len op prijs gesteld wordt. Men haast» zich dus tijdig plaatsen voor de wedstrijden te nemen, te meer, daar van elders \eeds veel plaatsen aangevraagd zijn. In het belang der kunstontwikkeling van Helder vertrouwen wij, dat dit voor. velen geen ijdelen klank mag blijven, maar een waardeeren zal worden van de heerlijke uitingen eener nationale zang in de goede beteekenis des woords. Operinchtuitvoering „Oefening Kweekt Kunst" De gymnastiekvereniging „Oefening kweekt Kunst" telt zoovele leden, dat zij er niet aan denken kan in „Casino" eene uit voering te geven. Om ze allemaal met familie en bekenden te bergen, zouden drie k vier avonden) noodig zijn. Dat niettemin de ver- eeniging wel eens gaarne wil demonstreeren voor haar leden en donateurs, is alleszins be grijpelijk. En als dan de zomer zoo prachtig is als die van dit jaar, en het zonnetje zoo heerlijk schijnt, is het dan wonder als men het Sportterrein aan den Bolweg chartert en daar de bruggen, de halters en hoe het alle maal meer heeten mag, héerizendt? Driehonderd 'vijfenzeventig leden, dames en heeren, jongens en meisjes, waren Zater dagmiddag op het uitgestrekte sportterrein aanwezig om aan meer dan 1000 toeschou wers hun sportieve hoedanigheden te demon streeren. Zij waren te half drie met de mu ziek van het Stedelijk Muziekoorps van hun oefeningsgebouw in de Weezertstraat ge haald, hetgeen in de zonnigheid van dezen Junidag een fleurige vertooning gaf. En te drie uur vingen op het terrein aan den Bol weg de demonstraties aan met een algemee- nen opmarsch, waarna de jongste jongens- en meisjesklasse vrije oefeningen maakten. Wij kunnen!, gezien de uitvoerigheid van het programma en de veelzijdigheid der oefeningen, niet alles vermelden en verwij zen naar het programma, dat wij de vorige week in ons blad afdrukten. Ieder deed zijn best, en het Stedelijk Muziekcorps zorgde voor de muzikale illustratie, zoodat het een recht genoeglijk séjour was op het zonnige land. Het laatste nummer was estafetteloop (400 M.) voor plaatselijke sportvereenigin gen; hieraan werd door 10 vereenligingen deelgenomen. Er waren drie prijzen uitge loofd. Wij laten hier den uitslag volgen: le prijs, verg. zilv. med., Sportvereen, „H.B.S.V." 52,8 sec., 2e prijs zilv. med., Sport vereen. „The Mixed Follies" 58,6 sec., 8e prijs bronzen med., V. V. „Geel Wit" 54,1 sec. Overige deelnemers: Gymn.-Ver „Pro Pa- tria" 54,2 sec.jVoetb. Ver. „Helder" 54,6 sec.. Voetb. Ver. „H.R.C." 55 sec., Kracl.tsp. Ver, „Hercules" 56,8 sec., Gymn. „Turnlust" 67.5 sec., Onderoff. Ver. „DDD." 57,5 sec. Sport- ver. „Sparta" 59,4 sec. De wedstrijd was spannend. De prijzen werden met eenige toepasselijke woorden door den beer Kemp uitgereikt. 4e Periodieke zeilwedstrijd. De 4e periodieke zeilwedstrijd had Vrijdag 3 Juni -"laats. Weeens harden wind en las tige zee bij de afvaartlijn werd de wedstrijd tot des middags uitgesteld. Er woei een stevig koeltje. De uitslag was als volgt: Fantaisiesloepen Bi. I luit. t. z. K. J. Suer mond 6 punten, II luit. t. z. F. J. W. van Randwvok 4 punten. F&ntasiesloe^en Bu bootsman M. J. Stolte 5 punten, II schipper J. v. d. wakken 3 "unten. Middelsloepén B,: I korp. konst. A. P. de Wit 5 punten, id Ba I schipper I. Lak 5 "unten, II bootsman J. S. Verheyde 4 punten. De zevende periodieke wedstrijd zal niet op Vrijd'ag 24 maar op Zaterdag 25 Juni plaats hebben. Bekendmaking. De laatste periodieke zeilwedstrijd zal Za terdag 25 Juni worden gehouden en door Hare Majesteit de Koningin met een bezoek worden vereerd.' Deze wedstrijd zal worden uitgebreid met dien verstande, dat daarin tevens andere fantaisie eh modelsloepen kun nen) deelnemen om met de reeds ingeschre ven sloepen te dingen naar de wisselprijzen, de Ruijterbeker en Vikingschip en andere prijzen en medailles. Er zal tweemaal de baan gezeild worden dus pl.m. 12 Eng. mijl, waarvan de eerste ronde tevens zal.gelden voor de laatste ge riodieke wedstrijd tusschen de sloepen! die daarin deelnemen. Opgave van deelname worden Ingewacht voor 15 Juni bij den secretaris. HET HOOFDBESTUUR. Tent-Campagne Leger des Heils. Hedenavond 8 uur spreekt stafkapitein Bruyns voor het Leger des Heils; morgen (Woenisdag)-iavond 8 u. Stafkap. Beekhuis, bijgestaan door verschillende officieren en 'het instrumentaal kwartet van Amsterdam I Men zie verder de advertentie in dit num mer. De uren van vertrek sedert 1 Juni 1921 Vertrek van Helder: De trein naar Schagen vertrekt 7.45 's morgens. Vertrek van Amsterdam en aankomst zijn sneltrein Zondags niet alleen Zaterdags Zaterdags en Zondags niet Zondags niet Aankomst ta Amsterdam (des Donderdags) Zondags niet sneltrein; Zondags niet Zondags niet Zondags niet sneltrein Zondags aankomst alleen' Zondags Aankomst te Helder: GEMEENTERAAD. Verschenen is een Vervolgagenda voor de vergadering van den Raad, op Dinsdag 7 juni 1921, des namiddags 8 uur. Zij bevat de volgende ondei werpen: Vaststelling suppletoir kohier van school geldheffing No. 2, dienstjaar 1921, tot een bedrag van 2697.33. Voorstel inzake opleiding tot bouwvak arbeiders. Beantwoording vragen raadslid W. Poll nopens minimum-muntgasverbruik en voor stel om deze bepaling buiten werking te stellen. Minimum verbruik muntgas. De heer W. Poll, lid van den Raad, richtte 10 Mei 1.1. de volgende vragen tot het College van B. en W.: „le. Is het U bekend, dat door den heer Administrateur der Gemeente-Bedrijven een kwitantie wordt gepresenteerd aan de ge bruikers van muntgasmeters tot bijbetaling van een bedrag ad 0.02 per M3., wegens minder verbruik van dat gas dan 200 M3. van het jaar 1920, volgens Art. 3 van de „Voor waarden, waarop muntgasmeters ter beschik king worden gesteld in de gemeente Helder". 2e. Zou het, alvorens door den Administra teur tot deze inning was overgegaan, geen aanbeveling hebben verdiend, eerst door pu bliciteit aan belanghebbenden bekend te maken, dat art. 8 van de voorwaarden hier boven vermeld, weder zou worden gehand haafd. Aanleiding, dat hij deze vragen tot het College richt, vindt haar oorzaak hierin, dat in de vergadering van den Raad op Dinsdag den 25sten Maart 1919 tot de opheffing der gasrantsoeneering werd besloten, er zelfs nog uitdrukkelijk op een vraag door den heer B. Zondervan gedaan in het belang van de muntgasverbruikers, die tot minimum de gasrantsoeneering 300 M3. per jaar (later ge wijzigd bij Raadsbesluit in de vergadering van 17 Februari 1920 tot 200 M3.) mochten gebruiken, dat, als de gasrantsoeneering wordt opgeheven, het dan de bedoeling is, dat de verplichting van dit minimum ver bruik in zijn vollen omvang zal worden ge handhaafd, door den Heer Voorzitter van den Raad geantwoord werd: „Die verplich ting zal niet worden gesteld. Hoe minder men gebruikt hoe beter". Verder werd op de vraag van den heer Zondervan, „Dus die ver plichting zal uitgeschakeld worden", door den Voorzitter bevestigend geantwoord. Het is nu Mei 1921, de muntgasverbruikers hebben daarop vertrouwd, doch krijgen de minder aangename gewaarwording dat, niet tegenstaande zij hun best deden zoo min mo gelijk gas te gebruiken, zij. nu voor het te weinig gebruikte gas evengoed nog 0.02 per M3. moeten bijbetalen. Dit is voor velen zeer moeilijk, grooten- deels behooren deze menschen tot de minder of minstbedeelden. Dientengevolge hoopt ondergeteekende, dat Burgemeester en Wethouders 'het in over weging zouden willen nemen de inning dezer gelden stop te zetten en de reeds geïnde gel den weder te restitueeren, en dan verder be kend te maken aan belanghebbenden, dat vanaf den 15en Mei 1921 weder in toepassing zal worden gebracht art. 3 van de „Voor waarden, waarop muntgasmeters worden ter beschikking gesteld." Gaarne Uw antwoord in de eerstvolgende Raadsvergadering tegemoet ziende." Het antwoord van B. en W. luidt: Het antwoord op de eerste vraag is beves tigend, En terecht. Artikel 8 toch der Voor waarden, waarop gasmeters ter beschikking worden gesteld, zooals deze vastgesteld zijn in de Raadsvergadering van 17 Februari 1920, geldt nog steeds, terwijl het door den heer Poll aangehaalde uit het verhandelde van de Raadsvergadering van 25 Maart 1919 hiermede geen verband houdt en alleen kan slaan op de destijds vigeerende verordening van 1904, die een minimum-verbruik van 800 M3. per jaar voorschreef. De tegenwoordige verordening is vastge steld -bijna een jaar, nadat de door den heer Poll geciteerde woorden zjjn gesproken, en is met algemeene stemmen aangenomen, zon der dat eenige opmerking werd gemaakt over de bepaling van artikel 3, dat voortaan een minimum-verbruik eischte van 2Q0 M'. Dit artikel heeft vanaf den datum der vast stelling' onverkort gegolden, zoodat B. en W. geen vrijheid vinden de verordening op dat punt buiten toepassing te laten tot 15 Mei 1921. Wat vraag 2 betreft, moeten B. en W. toe geven, dat publicatie der nieuwe verordening aanbeveling izou hebben verdiend. B. en W. hebben bovendien het .oordeel ingewonnen van de Commissie voor de Wa ter- en Lichtbedrijven, die o. m. het volgende adviseert: „Met betrekking tot de vraag, of de bepa ling omtrent het minimum gasverbruik in stand moet blijven, wenscht de Commissie eerst aan te geven, waaraan naar haar mee ning is toe te schrijven, dat tegenwoordig het betrekkelijk laag 'gestelde minimum door versohillende afnemers niet wordt gebruikt. De redenen van dat geringe gebruik zijn voornamelijk: le. de moeilijkheden, die ondervonden wor den bij het koopen van penningen; 2. het gebruik van anderen brandstof om te koken. De reden sub 2 genoemd is, meent de Com missie, gelegen in de omstandigheid, dat tij dens den oorlog de kwaliteit van het gas slecht was, mede in verband met de toen in het leven geroepen gasrantsoeneering, waar door de menschen genoodzaakt waren naar andere middelen om te zien. De Commissie heeft er reeds eerder op ge wezen, dat daarom expansie van het gasde- biet moet worden gevonden. Het gemakkelijker verkrijgbaar stellen van penningen acht zij ter bereiking van dat doel een der aangewezen middelen. Zoolang de normale toestanden tn het gas verbruik alhier nog niet zullen zijn terugge keerd, acht de Commissie het bestaan der hier bedoelde bepaling niet gewenscht. Op grond hiervan adviseert zij B. en W. 'den Raad voor te stellen art. 3 der Voorwaar den, waarop muntgasmeters worden ter be schikking gesteld, voorloopig buiten werking te stellen." B. en W. teekenen hierbij aan, dat de Ad ministrateur der Bedrijven reeds een oproep in de Heldersche Courant heeft geplaatst, waarin winkeliers worden uitgenoodigd zich beschikbaar te stellen voor de afgifte van penningen. Overeenkomstig het advies van de Com missie voornoemd, stellen B. en W. den Raad daarom voor in te trekken artikel 3 der Voor waarden, waarop muntgasmeters ter beschik king worden gesteld, vastgesteld bij Raads besluit van 17 Februari 1920. Noodopleidlng Bouwvakarbeiders. Bij het College van B. en W. is ingekomen een adres van den Algemeenen N ederL Bouw- arbeidersbond inzake noodopleiding tot geschoolde bouwarbeidera Over deze aangelegenheid is door den Wethouder voor Sociale Aangelegenheden overleg gepleegd met de besturen der bouw arbeidersorganisaties eenerzijds en de afdee- ling Helder van den Nederl. Aannemersbond anderzijds. Zoowel de werkgevers als de werknemers hebben voor deze noodopleiding hun vollen steun toegezegd, terwijl de eerst- genoemden wellicht nog financieel daarvoor zullen bijdragen. Dat hier speciaal de opleiding tot metse laar wordt noodig geacht, vindt zijn oorzaak in het feit, dat aan deze werklieden] hier een groot tekort is en bovendien het vak van metselaar zich 'bij uitstek leent, om door er varen en handige opperlieden in korten tijd te worden aangeleerd. De opleiding tot metselaar, zou als het meest practische, zijn op te dragen aan een bekwaam vakman, een metselaar, die het vak uitnemend verstaat, doch die wegens hoogen leeftijd in het practische werk niet meer vol doet. Hem zou gedurende de opleiding een loon behooren te worden gegarandeerd, zooals in het landelijk collectief contract tusschen de organisaties van werkgevers en werknemers in de bouwvakken is overeengekomen. Het aantal personen voor de eerste oplei ding te bestemmen, zal niet meer moeten be dragen) dan 6, aan te wijzen door de geza menlijke werkliedenorganisaties. De leeftijd van hen, die aan de opleiding wienschen deel te nemen, moet liggen tus- sehen den 20- en 40-jarigen ouderdom. Het algemeen oordeel is, dat voor de meest geschikte opperliedenl de opleiding niet lan ger behoeft te duren dan zes weken. Na dien tijd, wordt verondersteld, dat zij voldoende practische bekwaamheid en bruik baarheid bezitten om in den bouw te worden opgenomen. Waar aan de opleiding zal worden deel genomen door de meest valide opperlieden! dient te worden nagegaan, welke vergoeding aan de deelnemers zal worden gegeven. Niet uit het oog mag daarbij worden ver loren, dat ook zeer waarschijnlijk gehuwden aan deze opleiding zullen deelnemen. Het is daarom gewenscht de vergoeding niet te laag te 9tellen, om den) achterstand in het gezin niet grooter te maken dan te verantwoorden is. Het voorstel van den Algemeenen Nederl, Bouwarbeidersbond om aan de deelnemers aan de opleiding een vergoeding te geven gelijkstaande met 3/« van het loon, verdient naar B. en W. meènen aanbeveling, waarbij opgemerkt wordt, dat de andere organisaties zich met dit voorstel zeer wel konden1 ver eenigen. Het loon van een opperman is 33.75 per week, alzoo zou de vergoeding voor hen we kelijks bedragen 3/« X f 33.75 of 25,32. Voor de. opleiding, waarvoor een opper vlakte van een 50 k 60 M!. noodig zal zijn, zal een stukje gemeenteterrein, hetzij op de Vischmarkt, hetzij achter het gebouw van Publieke Werken beschikbaar zijn te stellen Voor de plaatsing van hen, die de opleiding hebbenj verlaten, zou gezorgd kunnen wor den, door in de bestekken van de gemeente en verder van alle werken, die eventueel met Rijkssteun worden uitgevoerd, de bepa ling op te nemen, dat minstens 25 van de metselaars, voor dat werk benoodigd, moet bestaan uit van de opleiding afkomstige werklieden. De kosten voor deze opleiding zullen) door de gemeente moeten worden gedragen, ter wijl 50 vergoeding ln die kosten, evenals elders, aan het Rijk kan worden verzocht. B. en W. teekenen hierbij aan, dat het zelfde systeem in 's Hertogenbosch is toege past en) daar gunstige resultaten heeft op geleverd. Voorts ware nog een Commissie van Toe zicht voor de opleiding te benoemen, bestaan de uit 8 werkgevers en 8 werknemers uit deze gemeente, alsmede 8 ambtenaren ln deze gemeente, waaronder de Gemeente-Bouw meester, de Directeur der Ambachtschool en de Directeur van dert Dienst der Arbeids bemiddeling en Werkloosh.verzekering. Met verwijzing naar de overgelegde stuk ken, waarbij het advies van den Wethouder voor Sociale aangelegenheden stellen1 B. en W. den Raad voor: I. te besluiten tot het vestigen van een opleiding tot metselaar; II. voor. dit doel een crodiet toe te staan van 1500, zijnde dit bedrag benjoodigd voor de eerste opleiding. De voordracht tot benoeming van de Oom missie van toezich zal den Raad in do eerst volgende vergadering bereiken. MARINEBERICHTEN. 1M De „Zeeland" te Kopenhagen. Het Departement van Buitenlandsche Za ken deelt mede: Het bezoek, dat de kruiser „Zeeland", on der bevel van den kapitein ter zee Keus, ge durende een zestal dagen aan Kopenhagen gebracht 'heeft, mag in elk opzicht geslaagd heeten. Telkens, wanneer een Nederlandsche oorlogsbodem Kopenhagen bezoekt, kunnen de Nederlandsche officieren en bemanning zeker zijn, van een zeer hartelijke ontvangst. Zoo ook bij het jongste bezoek. De koninig ontving op 23 Mei commandant Keus en zijn adjudant luitenant ter zee Jager in audiëntie, bij welke gelegenheid Z. M. kolonel Keus het commandeurskruis en luitenant ter zee Jager het Ridderkruis der Dannebrog-orde over handigde. De volgende dagen waren bijkans te kort, om te kunnen gevolg geven aan de talrijke uitnoodigingen, die tot het officierskorps van de Zeeland" werden gericht. Voor de bemanning zorgde het bestuur van Tivoli door lederen Nederlandschen matroos en marinier voor den geheelen duur van het bezoek aan Kopenhagen vrij entrée in den beroemden tuin toe te staan. Een gretig ge bruik werd hiervan gemaakt. De Nederland sche zeelieden toonden hun dankbaarheid door hun voorbeeldig gedrag.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1921 | | pagina 5