VRAAGT Ingezonden mededeeUng. BUITENLAND. De conferentie te Washington. Londen, 29 Juli. De Tim es-oorrespond ent te Tokio meldt dat de Jjpanache ministers van buitenlandsche zaken, oorlog en marine, een plan bestudeeren om te komen tot af schaffing van alle versterkingen in de eiland gebieden, en tot den vrijen toegang tot den Stillen Oceaan. Men denkt, dat dit plan zal worden opgezonden naar Washington, om te worden geplaatst op de agenda voor de ont wapeningsconferentie. De Times-oorrespon- dent voegt er aan toe, dat tot dusver de leider van de Japansche delegatie naar Washington nog niet definitief is aangewezen. Men meent echter, dat als zoodanig baron Gota, de bur gemeester van Tokio, zal worden gekozen. Engeland en Frankrijk. FRANKRIJK. De sterke zuidwesten wind, die zich giste ren, vooral in de morgenuren, heeft doen gevoelen, heeft Donderdag te Parijs huisge houden. Belga seint, dat Donderdagmiddag een gloedende wind, die met een siroooo ver geleken kon worden, over Parijs gewoed hèeft. brieven haalde hy uit een laadje van zijn schrijfbureau een kaart, waarop hij zijn naam schreef. „Zoo krijg ik eiken dag heel wat", zeide Longfellow, „maar Ik heb er altijd plezier in om de schrijvers dit kleine genoegen te doen. Het is zoo gemakkeiyk, even je naam te zetten op een kaart; en als ik het (niet zou dioen, zou daar een jongen of meisje, dag dn, dag uit, uitzien naar den brievenbesteller en eiken dag weer opnieuw teleurgesteld zijn. Alleen wenschte ik dat ik mijn naam wat netter kon schrijven. Zie je wel hoe ik mijh letters afbreek? Dat komt omdat ik er als jongen nooit genoeg zorg aan besteedde. Ik denk dan ook dat ik geen erg hoog cijfer izou krijgen voor schoonschrijven, als ik op school was, denk je wel?" „Ik izie dat u ook brieven uit Europa krijgt", zeide de jongen, toen Longfellow een en veloppe opende waarop een vreemde postzegel zat. >yJa, ja, van de heele wereld,'* antwoordde de dichter. Toen zeide hij, met een snellen blik den jongen aanziend: „Verzamel je?" Edward bevestigde dit. „Nou, dan heb ik wel wat voor je", en uit een lade in zyn bureau nam hy een bundel tje brieven, scheurde er de zegels af en gaf die aan den jongen. „Dat is een zegel uit Nederland. Daar ben ik .geboren", waagde Edward te zeggen. „In Nederland? Wel, wel, dan ben je een echte Dutchmatn. Wel! wel!" zeide hij, terwijl hy zijn pen neerlegde. „Kun je Hollandsch lezen". Dat kon de jongen wel. „Dan", zeide de dichter, „ben jij juist het ventje dat ik noodig heb". En naar een boe kenkast gaande achter hem; haalde 'hij een boek te voorschijn, overhandigde het aan den tongen, en zeide lachende: „Kun je dat lezen?" Hei wm oen editie van Longfellow's ge. Hij duurde maar tar maar hU was bijaon der hevig. Blinden zijn van do huizon afge rukt, schoorsteenon omgeworpen. Ook heb' ben er eenige menschen letsel gekregen; och ter niet ernstig. De trelnroof. Er bestaat thans vrijwel zekerheid dat de drie misdadigers zich te Parijs bevinden. De veronderstelling, dat zij dezelfde zou den zyn, die onlangs den juwelierswinkel op den Boulevard St. Martin uitplunderden op •klaarlichten dag, waarbU zij het publiek met hun vuurwapens op een afstand hielden, wordt steeds waarschijnlijker. Indien al de signalementen' van de dieven In beide geval len niet geheel en al overeenkomen, zoo toonen zij toch bijzonder veel gelijkenis. Men vraagt zich te Parijs af, of men wel licht te doen heeft met een tweede bende- Bonnot, die, uitgaande van anarchistische theoriën, een nieuwe terreur in den zin heeft. En men vestigt, ter staving van deze moge- lykheid, de aandacht op sommige uitlatin gen van de bandieten tegenover hun slacht offers over de „slecht geregelde maatschap pij" Het schijnt ten slotte buiten twijfel, dat de drie bandieten in elk geval behooren tot de bevolking van het „donkerst" Parijs. De door hen gebruikte uitdrukkingen eni en kele andere détails moeten hieromtrent geen twijfel laten bestaan. De veronderstelling eindelijk, dat het drie tal niet te Dijon in den trein is gekomen, maar delzen reeds te Parijs heeft genomen, is vrijwel bevestigd. Aan het station van Dijon is geen enkel kaartje genomen voor den be- wusten trein, terwijl te Parijs drie plaatsen waren besproken in het achterste rijtuig door reizigers, die men, tot dusverre althans, niet heeft kunnen terugvinden. IERLAND. Trelnroof. BELGIE. De Taalwet Brussel, 29 Juli. Vanmiddag werd de taal wet goedgekeurd met 74 stemmen tegen 57 en 14 Iblanoo. Onder de tegenstemmers zijn 5 leden dei* frontpartij, die, naar zij verklaar den, zelfbestuur de eenige oplossing achten van het taaigeschil en deze wet niet als vol doening gevend aan de Vlamingen, kunnen beschouwen. i Naar het in het Laatste Nieuws heet, wa ren nog verscheidene andere Vlaamsch-ge- zinde kamerleden voornemens tegen te stem men uit misnoegdheid over de ontoereikend heid der wet. OOSTENRIJK. Faudeerende ambtenaren. Weenen, 29 Juli. Volgens de ochtend bladen 'bevinden zich een aantal hoogge plaatste ambtenaren ook de chef van het Oostenryksche bureau voor de volkskleeding in voorarrest. Zij worden er van verdacht sedert jaren zich schuldig gemaakt te hebben aan 'verduistering van Meedingstukken uit hun bureau. RUSLAND. De hongersnood. SPANJE. De verliezen in Marokko. De Spaansche regeering heeft de censuur ingesteld van alle berichten uit Marokko. De „Times" trekt hieruit de conclusie, dat de verliezen te groot zijn, dan dat de bevol king deze onvoorbereid zou kunnen verne men. Ofschoon de regeering beweert ze niet te kennen, ia men te Tetoean vrijwel op de hoogte. Daar is evenwel de censuur ook zoo verscherpt dat er geen Spaansche bladen worden toegelaten. De jongste 'berichten: van het front melden, dichten in het Nederlandsch. „Jai, zeker", zeide Edward. ,Dit zijn uw ge dichten in het Hollantjsch". „Dat klopt", zeide hij. „Nóu, dat is prachtig. Ik ben 'blij, dat Je gekomen bont. Ik kroeg dit boek de vorige week, en hoewel ik in Neder land geweest ben, ben ik de taal niet. Ik ben nieuwsgierig om een myiner eigen gedichten te hooren en te hooiien hoe het klinkt". Edward nam „The Old doek on the Stalrs" (Do oude klok op de trap) en las het den dichter voor. 's Dichters gelaat straalde van genoegen. „Prachtig", zeide hij en voegde er plotseling bij': „Ik bedoel de taal', niet het gedicht". jNu", ging hy voort, „zal ik je eens vertel len wat wij zullen doen. Wij zullen eon koop sluiten. Wij Yankees zijn dol op zaken doen, weet je. Als jij voor mij wilt lezen „The Village Blaoksmith" mag je in dien stoel daar zitten die gemaakt is van het hout van den ouden grooten kastanjeboom, en ik zal je meenemen en je laten zien waai; de oude winkel stond. Is dat zaken doch?" Edward1 gaf de verzekering dat het een voordeelig zaakje was. Hij zat in den houten, met leer bekleeden stoel, en las den dichter verscheidene zyner eigen verzen voor in een taal, waarin hy by het neerschryven, nimmer had gedroomd dat ze nog eens iouden ver- sóhynen. Hy luisterde aandachtig. Eindelijk zeide hy: „Wat klinkt dat vreeselyk zot, iets dat je zelf zoo goed kent met geheel vreemde klanken te hooren". „Het is tooh heel vereerend, vindt u niet meneer?" vroeg de jongen. „Ja-a", zeide de dichter langzaam. Ja, ja", voegde hij er snel bij. „Mijn jongen, het is een 'groot bewijs van vereering". „Aha", zeide hij, opstaande, toen een dienst meisje binnenkwam, „dat beteekent koffie drinken, of liever", voegde hij er bij, „het be teekent middagmalen, want wij eten op de wijze VIA het oude Ntouw-Ei) gelobd, midden dat er niets bekend ls omtrent het lot der Spaansóho troepen, ten getale van o.a. 15.000 man, die de garnizoenen vormden dor voor- gesohoven posten of benoorden tot de ont zettingstroepen. Te Molilla hooft men eohter vernomen, dat enkele officieren en man schappen gevangenen zijn van de inboor lingen, die hen echter goed behandelen. De ontruiming van de Spaansche posten Sidi Dris en Afran, tuschen Melilla en AI- hucemas, is voltooid. Een gedeelte van de garnizoenen is door een oorlogsschip aan boord genomen, doch het lot der óverigen is onbekend. Er zijn onderhandelingen1 begonnen om trent den terugtocht der overblijfselen van het garnizoen van Nador, dat nog door de inboorlingen wordt -belegerd. De „Times" verneemt uit Tanger, dat 20.000 man Spaansche gekleurde troepen in het district Melilla worden vermist, die ge dood, gewond of gedeserteerd zijn. Er wordt gehoopt, dat er nog eenigen zullen terugkee- ren, maar het wordt onwaarschijnlijk geacht, dat hun aantal groot zal zijn, daar de troepen in dit onherbergzaam gebied zonder water, voedsel en munitie zijn. TURKIJE. De Grleksch-Turksche oorlog. Konstantinopel, 29 Juli. Hot Grieksche of fensief is voor Saïd Sahzi volkomen tot staan gebracht. De slag duurde drie dagen, doch ten slotte moesten de Grieken terugtrekken. Uit Angora wordt gemeld, dat de Grieken 4000 5000 man en veel oorlogstuig verloren. Ook aan de spoorlijn EskiSjehirAngora moesten de Grieken, die daar onder leiding van prins André opereerden, terugtrekken. VEREENIGDE STATEN. Gouverneur contra rechter. Naar m|en weet, wordt Small de gouver neur van den staat Illinois ervan beticht, dat hy indertijd toen hij het departement van fin-ancien van dien staat beheerde, de openbare kas voor een- bedrag van 500,000 had tekort gedaan. Hij zou dus moeten wor den gearresteerd en in voorloopige hechte nis gesteld. Maar Small zelf is van opvat ting, dat hij" als gouverneur (tot welk ambt hij echter pas veel later was gekozen) on schendbaar is op welke grond hij verklaarde dat mocht de justitie hem willen laten arres teeren hij de militie onder de wapenen zou laten komien om hem, als hoofd van den staat Illinois, te beschermen. Dit verweer is nu getoetst door rechter Smith, te Springfield, die de opvatting van Small verwierp, en zeide dat het onder de wapenjen roepen van de militie door Small om hem te beschermen tegen dagvaardingen een onwettige daad zou wezen. De bevelvoe rende officier van de militie zou meende de rechterzich er zekerlijk tegen verzet ten, zulke onwettige bevelen van deni gou verneur op te volgen. Het schynt dat Small zich door het betoog van den rechter heeft laten overtuigen. Hij heeft zich thans bereid verklaard een bevel tot inhechtenisneming in ontvangst te ne men, echter pa- bij zijn verschijning in het gerechtsgebouw -v f en niet voor dien tijd. De expeditie naar den Monnt Everesf. In de Times geeft kolonel Howard-Bury, een der deelnemers aan de voorloopige expe ditie ter verkenning van de beste toegangs wegen om den top van de Mount Everest te bereiken, een verslag van den reeds verrich ten exploitatie-arbeid. Op 18 Mei verliet de expeditie Dardjeeling, op ongeveer 100 Eng. mijl afstand In vogel vlucht van den Mount-Everesttop. Sinds -dien was, tot 26 Juni, een afstand van 800 Eng. mijl afgelegd. De verkenners hebben eén grooten boog be schreven om den hoogston berg der wereld, en zy 'bevonden zich op 26 Juni juist benoor den Mount Everest. De berg zelf is vatai verwonderlijken vorm en verheft zich als alleenstaande top, in volle op den dag. Ik ben vandaag alleen, en JU moest mij maar gezelschap houden; wil je dat? Dain zullen wy na het eten een wandeling maken en zal ik jo Oambridgo laten zlon 1 Is zoo'n mooie oude stad, nog mooier denk ik soms, als de boomien bladerloos zijn". „Kom mede", zeide hij, „ik zal je even naar boven- brengen, dan kun jo je handen was- schen in de kamer waar George Washington sliep. En kam je haar ook even op, hoor, als je wil", voegde hij er aan 'toe, „alleen het is niet dezelfde kam die hij gebruikte". Het was voor het kinderlijk gemoed een historische boterham, die hij dien middag niet Longf ellow at. „Kun je in 't Hollandsch bidden?" vroeg hij 'toen zy zaten; en de jongen deed het. „Wel", verklaarde de dichter, „ik had nooit verwacht dit nog eens aan mijn tafel te zul len hooren. In vind dat de taal mooi klinkt". Terwijl de jongen alles vertelde wat hij van Nederland wist, vertelde de dichter den jongen alles over zijn gedichten. Edward zeide, dat hjj „Hiawattoa" zoo mooi vond. „Ik ook", zeide hij. „Maar ik geloof da^ „Evangeline" beter is. Toch", voegde hij er by „geen enkel gedicht is zoo goed als het behoorde te zijn. Maar die dingen zie je later allemaal beter in dan op het oogenblik zelf". Hot was een groote gebeurtenis voor Ed ward toen hij, aan de zijde van den naar lederen jongen en man, dien hij ontmoette vriendelijk knikkenden en voor elke vrouw en elk meisje den hoed lichtenden dichter, door do fraaie oude straten van Cambridge wandelde. Op die wandeling kwamen zij aan een -reclamebord van den schouwburg waar een stuk geannonceerd stond, dat dien avond in het Boston-theater werd opgevoerd. Door listig vragen kreeg do oude dichter de bekentenis uit den jongen, dat hij somtijds Longfellow was hoogleeraaT aan de be roemde universiteit van Cambridge in den staat Massachusetts. (Niet te verwarren met het Rngelsöhë Cambridge.) majesteit -boven de naburige toppen, die ecfa. ter duizenden voeten lager zyn. De berg- rorama'a zUn prachtig. Tot nu toe hebben expeditieleden reeds 25.000 vlerk. Eng. mijl van nog nooit te voren door Europeanen aanschouwd gebied in kaart gebracht. De reizigers brachten' oo'k een bezoek aan het belangwekkende Boeddhistische klooster te Tsjekai-Djong, waar 400 monniken leven. Het is een romantisch, in de booge bergwereld ge legen vestiging. Een Qude priester voert er het gezag, en' wordt door zijn monniken hoo- gelijk vereerd. In het klooster zijn tal van Boeddhabeelden geplaatst, vele met prachti ge edelgesteenten! versierd. Ook is er 'n Boed dhabeeld van 6 17 meter hoog. Men klimt met een ladder tot voor het gezicht van het beeld, waar een platform is, waarop de of fers kunnen worden geplaatst. De monniken in het 'klooster hadden' nog nooit fotografee- ren gezien ofschoon zy er wel van hadden gehoord'. De expeditie bevend zich op 26 Ju ni, -toen de brief door kolonel' Howard-Bury verzonden werd, te Tingri-Djong, aan het ri viertje Bhong Cihu gelegen. Het is'een markt- plaatsje, gelegen op een alleenstaanden heu vel, te midden van een groote vlakte, waaruit in het zuiden, Mount Everest en de prachtige sneeuwberg-keten opryzen, die van 25.000 tot 27.000 M. hoog de grens vormen tus- schen Tibet en Nepal. Een Internationaal hydrographisch bnrean. Te Monaco is een internationaal hydrogra- phisch bureau opgericht. Met de leiding zijn belast de vice-admiraal Sir. John Barry (En geland), kapitein Phaff (Nederland) en kapi tein Müller (Noorwegen). KORTE BERICHTEN. SPORT. Davo IL Hei bekende Hollandsche jacht Davo n, ia op 23 Juli, zeilende van Trouville naar Oo- wes, door storm overvallen. Dwars van Little- hampton ging de mast overboord. De beman ning werd van het sohip gehaald en dit werd vervolgens naar Littlehampton gesleept. Lawn Tennis. looss deuce games voor roo Holthe met 6—6, Voetbal. met zijn ouders naar den sobouwburg fflng. Toen zij de poort van „Oraigie House" weden binnentraden, zeide Edward, dait hij erover dacht weer naar Boston terug te gaan. „En wat denk je vanavond te doen?" vroeg Longfellow. Edward vertelde dat ihU naar het hotel te rug wilde fceeren om over die gebeurtenissen van den dag na te denken. De diehlber lachte en zeide: „Lufcjter eens naar mijn plan. Boston ls vreemd voor je. Als wij vanavond nu eens naar den schouwburg gingen, dan kun je by my blijven eten en gaan we samen naar den schouwburg. Het is een kluchtspel, dat wordt opgevoerd, en een gezonde lach zal beter voor je zijn dan een avond in je eentje in een hotel. Wat denk je ervan?" Natuurlijk dacht de jongen er juist over ala Longfellow zelf, en het was een zeer geluk kige jongen, die dien avond, in het volle ge zicht van het groot tooneel in. het ontzaglijke theater, in de loge zat. Het was, zooals Long fellow gezegd had, een lachstuk, en niemand heeft ooit geweten wie dien avond vroolijker lachte, de oude dichter of de jongen. In 1884 kwam Bok, zooals we zagen, ala bediende in Scribner'a magazijn. Dit was een boekhandel met uitgeverszaak in New York; het personeel bestond toen geheel uit jonge menschen. Dit had natuurlijk zijn nadeelen. Op zekeren dag, tegen den tijd dat Bok zou gaan koffiedrinken, zag hy een klein een voudig gekleed heertje door de afdeeling de tail-verkoop ijsberen, in afwachting, dat er een employé zou komen om hem te helpen. De jonge man, die dien middag dienst had, had weinig of geen menschenkennis, maar dadelijk een glimlach gereed voor eiken „rij tuigklant", zooals hij het noemde. Deze klant evenwel was te voet gekomen, en dit, gevoegd bij zijn eenvoud van kleeding, imponeerde den "bediende niet bizonder. Bok zond hem naar den wachtenden klant en drukte hem op het hart dat hij hem goed) bedienen moest. Toen Bok van zyn koffiedrinken terugkwam, stond de jonge bediende, buigende en met zyn fraaiston glimlach aan do deur; hy had jvüst op de meest plechtige on eerbiedige wUzo den klejnen klant met zUin eenvoudige kleedjj 'Uitgelaten, em zeide tegen Bok: „jy hcibt het by het rechte eindl gehad toen je mijn aandacht vestigde op dat kleine manne tje! Zoo'n order heb ik nog nooit gehad! Zoo lang ik hier ben nog niet. Weet je wie het was?" ►Keen/', zei Bok. „Wie was het?" „Andrew Camegie". antwoordde de be diende. Een andere jeugdige bediende In Scrib- ner's winkel, 'Onbekend met de identiteit van zijn klant, kreeg op zekeren dag bezoek van de echtgenoote van Mark Twain. Mrs. dennens (Mark Twain was de pseu doniem van Samuel L. Clemens) vroeg naar een exemplaar van Taine's Ancient Régime. (Hippolyte Taine is een Fransch geschied kundige en wijsgeer). „Pardon mevrouw", zeide de bediende, „hoe is de naam van het boek?" Mrs. demons herhaalde dien. De bedieftde ging naar achteren in het magazijn om spoedig daarna terug te kee- ren en nogmaals te vragen: „Zoudt u den naam van den sahrijtver nog eens willen her halen?" „Taine", zeide mevrouw demens, „T-a-i-n-e Toen ging den jeugdigen bediende blijk baar een licht op, en met een air van »upe- rioriteifc corrigeerde hij zUn bezoekster al dus: „Pardon, mevrouw,—u heeft den naam een weinig verkeerd gespeeld. U bedoelt natuur lijk Twain niet Taine". Tot beter begrip van deze geestige woor- «pelling moet de lezer bedenken, dat oen Amerikaan den naam Taine juist uitspreekt als Twain met weglating van de w. Wordt vervolgd- Dros' Advocaat Londen, 29 Juli. De Engelsche nota, die vandaag aan de Fransche regeering is over handigd, was te voren goedgekeurd in een zitting van het heele kabinet, waaraan ook alle premiers der dominions, die op het oogen- blik te Londen aanwezig zijn, deelnemen. De nota heeft een aanzienleken omvang, omdat zij geen enkel beginsel van belang voor het Engelsche standpunt buiten beschouwing laat. Zy behandelt de Britsche opvattingen op een manier, die iedere mogeiykheid tot een toenadering open laat. Zy houdt zich vooral bezig met de Fransche argumenten voor het onmiddeliyk zenden van een Fran sche divisie naar Opper-Silezië, en legt er zeer den nadruk op, dat dit#een kwestie is, die gemeensehappeiyk door *de geallieerden moet worden behandeld, en die niet geschikt is voor een zelfstandige actie. De Opperste Raad moet zoo spoedig mogeiyk byeen komen. Engeland heeft Frankryk reeds toegegeven ten opzichte van de plaats der byeenkomst en van het onderzoek der des kundigen, maar het zal niet goedkeuren, dat de bespreking zal worden voorerf gegaan door een afzonderiyke actie op een punt van groot belang van welke mogendheid het ook zy. De nota betreurt de duideiyke neiging van Frankryk, om het beginsel te verwaarloozen van de eenheid der geallieerden, dat van zoo overwegend belang is voor de Entente, en waarop zooveel dingen van gewicht in het verdrag van Versailles zyn gebaseerd. De „Daily Telegraph" zegt vanmorgen: Als ergens in officieele kringen de neiging bestaat, de Entente te verlaten, dan is het niet aan deze zyde van het kanaal. Het blad meent, dat de Fransche pers, na de houding, die de Engelsche regeering en de Engelsche gezant te Berlyn, in da kwestie van de zending der Fransche troepen, tegenover Duitschland hebben ingenomen, de bewering zal moeten opgeven, dat Engeland aan den kant van Duitschland staat. Het blad wyst erop, hoe Engeland alles heeft gedaan, om de Franschen, zoover het ging, in deze kwestie ter wille te zyn. Nu echter schynt het twyfelachtig, of de Opperste Raad reeds 4 Augustus byeen kan komen. De „Daily Chronicle'' wil niets zeggen, dat het geschil kan verscherpen, maar merkt toch opAls men in de Temps, die zoo vaak het orgaan is van buitenlandsche zaken te Parys, leest, dat Frankryk, als Engeland zich verzet tegen het zenden van versterkingen naar Opper-Silezië, eenig onaangenaam incident in dat gebied zon beschouwen als een recht vaardiging voor het onmiddeliyk toepassen van sancties, op eenig ander punt; dan wordt het noodig te zeggen, dat de openbare meening in Engeland zoo iets niet gemakkeiyk zou verdragen, en dat Frankryk het zeker zou nalaten, als het zooveel waarde hechtte aan het voortbestaan der Entente als Engeland. Londen, 29 Jnli. Een troep gewapende mannen hebben by Bishopstown een trein aangehouden en zich van een groote som gelds meester gemaakt. Volgens berichten nit Riga zyn in verschil lende deelen van Rnsland, waar hongersnood heerscht, onlusten uitgebroken, die gericht zyn tegen de Sovjet-regeering, die volkomen machteloos is. De massa's plunderen en moorden. Londen, 29 Juli. De „Times" verneemt nit TandzjerEr worden 20.000 man Spaansche en inlandsche troepen in het Melil-distrikt vermist, die gedood, gewond of gedeserteerd zyn. Men hoopt dat er eenigen zullen opdagén, maar het is onwaarschynlyk, dat hun aantal groot zal zyn, daar de troepen zich in een onherbergzaam gebied, zonder water, voedsel of munitie bevinden. Door de ontploffing van een geheime mu nitiebergplaats der Polen te Laurahuette zyn de lifttoren en verschillende andere gebouwen op de myn Niefka beschadigd of verbrand. Er zyn drie menschen omgekomen en ver scheiden zwaar gewond. Een brand heeft in het stadje Loefflngen in het Schwarzwald 50 huizen in de asch ge legd en groote voorraden veevoeder en land bouwmachines vernield. Men schat de schade op verscheidene miljoenen. Een windhoos heeft groote schade aange richt op de myn Ewald naby Essen. De wind rukte de daken van de huizen, vernielde tal van ruiten en de wolkbreuk, welke er mee gepaard ging, heeft tal van huizen in het water gezet. De Fransche generaal Mourisson, die het bevel voerde over de 31ste infanterie-divisie, en deelnam aan de oefeningen op de hoogvlakte van Larzac, heeft zelfmoord gepleegd. De reden hiervan is onbekend. Wegens den geweldigen stormwind moesten 50 stoom- en zeilbooten, w.o. 30 Bretonsche visschersbooten, schuil zoeken in de baai van St. Ives. De reddingsboot werd driemaal uit geroepen en slaagde erin 13 man te redden. L. T. O. .Animo". Onderlingo wedstrijden. De jaarlijkscho onderlinge wedstrijden der L. T. O. Animo hadden plaats van 16 tot 26 Juli. Gedurende deze wedstrijden werden tevens de Marinekampioenschappen veispeeld. In de onderlinge wedstrijden kwamen 3e vol gende, nuumers voor: 1. Dames open enkelspel: hierin wist Mej. 2. v. d. Borg in de derde ronde door haar meer forsch spel Mevr. Greve te slaan met 64; 8—6. In den eindstrijd had zij minder moeite met Mej. W. Houwing, door haar meer berekend spel en haar zekere harde drives; uitslag 6—3; 6—1. 2. Hoeren open enkelspel met 21 deelnemers. Nadat in do eerste en tweede ronde de zwak kere spelers waren uitgevallen1 kwamen ln da dorde ronde als interessante partijen Kayser—Jhr. v. Holthho; Jhr. Sohorer—Cox. Do eerste partij, welke schier eindeloos scheen, kenmerkte zich aoor voortdurende lange rallies van foro- en backhand drivoa. Doordat bolde par- t(|en vrijwel oven sterk waren, word er van woorazijdon weinig gewaagd on verscheen zoldon iemand voor het net. De uitslag was na einde Do' wedstrijd Jhr- SchorerCox was belang wekkend door hot aanvollonde spel van Cox en de voste verdediging van fcchorer. Allo harde drives van Cox woraen door Sohorer mot srooto zekonhold kalm torug geplaatst. Het einde kwam met een overwinning voor Schoror met 62; 6—4. Vermelding verdient nog do zoor mooie stijl van Cox. In do volgende ronde moest de heer Schoror de meerderheid erkennen van de Ruyter de Wildt, hetgeen gedeeltelijk te wijten was aan een blee suur van Schorer, anderdeels aan het buitenge wone spel van do Ruyter de Wildt, die letterlijk alles terug gaf, de uitslag was 6—0; 6—4. In don eindstrijd kwamen de Ruyter de Wildt en J'hr. v. Holthe tegen elkaar, waarin eerstgenoeoi- den tenslotte wederom door zijn groote vastheid overwinnaar bleef met 5—7; 9—7. Indlon van Holthe zijn smashes meer accuraat behandelde, had hij in dezen strijd ongetwijfeld meer succes behaald, ze waren echter te zacht en niet goed geplaatst en grootendeels in het net 3. Gemengd dubbel spel, waarin 10 paren uit kwamen. In do tweede ronde kwamen vrijwel tweo ge lijk sterke paren togen elkaar, n.1. Mevr. de Vries» Kaijser tegen Mevr. Mefi er-Post Uitorweer. Hierbij werd uitstekend spol te zien gegeven waaruit ten! slotte een moeilijk bevochten over winning kwam voor Mevr. de VriesKaijser mot 6-3; 10-8 In de derde ronde verdient vermelding de partij Hr. en Mevr. de Ruyter de WildtMej. Houwing- v. Holthe. Als. gevolg van het harde weiken van den heef de Ruyter de Wildt, die somtijds het heele veld voor zijn rekening nam en daarbij blijk gaf van buitengewone vlugheid, smaakten zij het genoe gen van een zwaar bevochten overwinning met als uitslag 6—4; 3—6; 6—4. Inde eindronde konden zij het evenwel onmo- fjlijk houden tegen het paar Mevr. de Vriee- aijser, waarin het netspel van den heer Kaijeor voor de andere partij fnuikend was; de uitslag werd 6—1; 6—4. 4. Open Hoeren dubbel mot 11 paren. Reeds spoedig bleek dat de dubbel Cox-van Bemmelen een goede kans maakte. Hun stijlvol spol en theoretisch juiste slagen, waarin zij van alle markten thuis waren, gepaard met een juist plaatsen cn goede taktiek wekten de algemeens bewondering. Jammer dat de uitstekende combi natie Kaiiser-van Holthe door oen ongeval van den heer Kaijser het in den strijd tegen Cox-van Bemmelen moest opgeven. In doze ronde wist de dubbel de Ruyter de Wildt-Post Uitorweer zich te handhaven, doch moest de meerderheid in den eindstrijd van het juist dien dag superieure spel erkennen van de comb. Cox-van Bemmelen. Bet einde kwam met 4-6; 6-2; 6—1. 5. Dames dubbel met voorgift. In doze dubbels kwamen interessante en uit den aard der zaak langdurige partijen voor. De sterke comb. Mevr. Greve-Mej. v. d. Berg konden in do tweede ronde, hoewol zij met buitengewone vastheid eni voor zichtigheid speelden, niet op tegen de comb. Mej. Jentink-Mej. Dibbitz als gevolg van de zware handicap 15 5/6 15 5/6; de uitslag was 57: 6—4; 75. In den eindstrijd zegevierde het paar Mevr. Meijer-Mej. Houwing, die reeds menige zware en langdurige partij <"eepeeld*\hadden, met een overwinning op de comb. Mei. Jentink-Mej. Dibbitz met 64; 62. 6. Dames enkelspel met voorgift. Deze wed strijd waarin hoofdzakelijk de minder sterke da mes speelden, eindigde in drie ronden met een overwinning voor Mej. M. Laan tegen Mei. Jen- tink met 61; 68, Marine kampioenschappen. 1. Open enkelspel, waaraan werd deelgenomen door 14 officieren en 4 adelborsten. Hieruit kwam de luitenant ter zee le kl. Bn. van Asbeck als overwinaar in den eindstrijd tegen de Ruyter de Wildt met 64; 1—6; 8—3 te voorschijn. Het royale, forsche, in alle opzichten sportieve spel van den heer van Asbeck mag niet onvermeld blijven. 2. Open dubbelspel waaraan deelnamen 12 paren. In de eindronde streden de comb. van Asbeck- van Kregten tegen de comb. Kaijser-v. Holthe, welke mooie wedstrijd eindigde voor van Asbeck- v. Kregten met 6—2; 6—4. Helder II en IIIBatavier I, Bovengenoemde wedstrijd zal morgen om 10 uur op het terrein aan den Bolweg plaats hebben. Helder IV zal om half drie op hetzelfde terrein tegen Sparta I een vriendschappelijk partijtje spelen. H.R.O. m-iD.W.V. L Zondag zal H.R.C. III een wedstrijd spelen te gen de Watervogels. Terrein Tuindorp. Zondag gaan twee elftallen van H.R.O. naar Texel. Het tweede elftal zal den strijd aanbinden tegen Sportclub II, waaraan zij geen gemakkei ij ken tegenstander zal hebben. Het vierde elftal zal Sportclub II partij geven. Avia I—Bouwvakarbeiders. Maandagavond om 7 uur zal bovengenoemde wedstrijd plaats hebben op het terrein Ankerpark. Daar in het elftal van de bouwvakarbeiders be kende spelers voorkomen, gelooven we wel dat deze wedstrijd de moeite waard zal zijn. De Bou wers komen als volgt uit: Heeres (doel); Groot- veld en Jurg (achter)Bak, Maas en J. v. Wal (midden); Overheem, J. v. Willigen, Diedenho ven, D. v. Willigen en K. Zomer (Voor). Scheid*- reohter H. Augusteijn. - Alcmaria Victrix in do 2e klaas» «fc.-üw,»

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1921 | | pagina 6