VRAAGT
Ingezonden mededeeUng.
BUITENLAND.
De conferentie te Washington.
Londen, 29 Juli. De Tim es-oorrespond ent
te Tokio meldt dat de Jjpanache ministers
van buitenlandsche zaken, oorlog en marine,
een plan bestudeeren om te komen tot af
schaffing van alle versterkingen in de eiland
gebieden, en tot den vrijen toegang tot den
Stillen Oceaan. Men denkt, dat dit plan zal
worden opgezonden naar Washington, om te
worden geplaatst op de agenda voor de ont
wapeningsconferentie. De Times-oorrespon-
dent voegt er aan toe, dat tot dusver de leider
van de Japansche delegatie naar Washington
nog niet definitief is aangewezen. Men meent
echter, dat als zoodanig baron Gota, de bur
gemeester van Tokio, zal worden gekozen.
Engeland en Frankrijk.
FRANKRIJK.
De sterke zuidwesten wind, die zich giste
ren, vooral in de morgenuren, heeft doen
gevoelen, heeft Donderdag te Parijs huisge
houden. Belga seint, dat Donderdagmiddag
een gloedende wind, die met een siroooo ver
geleken kon worden, over Parijs gewoed
hèeft.
brieven haalde hy uit een laadje van zijn
schrijfbureau een kaart, waarop hij zijn naam
schreef.
„Zoo krijg ik eiken dag heel wat", zeide
Longfellow, „maar Ik heb er altijd plezier
in om de schrijvers dit kleine genoegen te
doen. Het is zoo gemakkeiyk, even je naam
te zetten op een kaart; en als ik het (niet zou
dioen, zou daar een jongen of meisje, dag dn,
dag uit, uitzien naar den brievenbesteller en
eiken dag weer opnieuw teleurgesteld zijn.
Alleen wenschte ik dat ik mijn naam wat
netter kon schrijven. Zie je wel hoe ik mijh
letters afbreek? Dat komt omdat ik er als
jongen nooit genoeg zorg aan besteedde. Ik
denk dan ook dat ik geen erg hoog cijfer
izou krijgen voor schoonschrijven, als ik op
school was, denk je wel?"
„Ik izie dat u ook brieven uit Europa krijgt",
zeide de jongen, toen Longfellow een en
veloppe opende waarop een vreemde postzegel
zat.
>yJa, ja, van de heele wereld,'* antwoordde
de dichter. Toen zeide hij, met een snellen
blik den jongen aanziend: „Verzamel je?"
Edward bevestigde dit.
„Nou, dan heb ik wel wat voor je", en uit
een lade in zyn bureau nam hy een bundel
tje brieven, scheurde er de zegels af en gaf
die aan den jongen.
„Dat is een zegel uit Nederland. Daar ben
ik .geboren", waagde Edward te zeggen.
„In Nederland? Wel, wel, dan ben je een
echte Dutchmatn. Wel! wel!" zeide hij, terwijl
hy zijn pen neerlegde. „Kun je Hollandsch
lezen".
Dat kon de jongen wel.
„Dan", zeide de dichter, „ben jij juist het
ventje dat ik noodig heb". En naar een boe
kenkast gaande achter hem; haalde 'hij een
boek te voorschijn, overhandigde het aan den
tongen, en zeide lachende: „Kun je dat lezen?"
Hei wm oen editie van Longfellow's ge.
Hij duurde maar tar maar hU was bijaon
der hevig. Blinden zijn van do huizon afge
rukt, schoorsteenon omgeworpen. Ook heb'
ben er eenige menschen letsel gekregen; och
ter niet ernstig.
De trelnroof.
Er bestaat thans vrijwel zekerheid dat de
drie misdadigers zich te Parijs bevinden.
De veronderstelling, dat zij dezelfde zou
den zyn, die onlangs den juwelierswinkel op
den Boulevard St. Martin uitplunderden op
•klaarlichten dag, waarbU zij het publiek met
hun vuurwapens op een afstand hielden,
wordt steeds waarschijnlijker. Indien al de
signalementen' van de dieven In beide geval
len niet geheel en al overeenkomen, zoo
toonen zij toch bijzonder veel gelijkenis.
Men vraagt zich te Parijs af, of men wel
licht te doen heeft met een tweede bende-
Bonnot, die, uitgaande van anarchistische
theoriën, een nieuwe terreur in den zin heeft.
En men vestigt, ter staving van deze moge-
lykheid, de aandacht op sommige uitlatin
gen van de bandieten tegenover hun slacht
offers over de „slecht geregelde maatschap
pij"
Het schijnt ten slotte buiten twijfel, dat de
drie bandieten in elk geval behooren tot de
bevolking van het „donkerst" Parijs. De
door hen gebruikte uitdrukkingen eni en
kele andere détails moeten hieromtrent geen
twijfel laten bestaan.
De veronderstelling eindelijk, dat het drie
tal niet te Dijon in den trein is gekomen,
maar delzen reeds te Parijs heeft genomen, is
vrijwel bevestigd. Aan het station van Dijon
is geen enkel kaartje genomen voor den be-
wusten trein, terwijl te Parijs drie plaatsen
waren besproken in het achterste rijtuig door
reizigers, die men, tot dusverre althans, niet
heeft kunnen terugvinden.
IERLAND.
Trelnroof.
BELGIE.
De Taalwet
Brussel, 29 Juli. Vanmiddag werd de taal
wet goedgekeurd met 74 stemmen tegen 57
en 14 Iblanoo. Onder de tegenstemmers zijn
5 leden dei* frontpartij, die, naar zij verklaar
den, zelfbestuur de eenige oplossing achten
van het taaigeschil en deze wet niet als vol
doening gevend aan de Vlamingen, kunnen
beschouwen. i
Naar het in het Laatste Nieuws heet, wa
ren nog verscheidene andere Vlaamsch-ge-
zinde kamerleden voornemens tegen te stem
men uit misnoegdheid over de ontoereikend
heid der wet.
OOSTENRIJK.
Faudeerende ambtenaren.
Weenen, 29 Juli. Volgens de ochtend
bladen 'bevinden zich een aantal hoogge
plaatste ambtenaren ook de chef van het
Oostenryksche bureau voor de volkskleeding
in voorarrest. Zij worden er van verdacht
sedert jaren zich schuldig gemaakt te hebben
aan 'verduistering van Meedingstukken uit
hun bureau.
RUSLAND.
De hongersnood.
SPANJE.
De verliezen in Marokko.
De Spaansche regeering heeft de censuur
ingesteld van alle berichten uit Marokko.
De „Times" trekt hieruit de conclusie, dat
de verliezen te groot zijn, dan dat de bevol
king deze onvoorbereid zou kunnen verne
men.
Ofschoon de regeering beweert ze niet te
kennen, ia men te Tetoean vrijwel op de
hoogte. Daar is evenwel de censuur ook zoo
verscherpt dat er geen Spaansche bladen
worden toegelaten.
De jongste 'berichten: van het front melden,
dichten in het Nederlandsch.
„Jai, zeker", zeide Edward. ,Dit zijn uw ge
dichten in het Hollantjsch".
„Dat klopt", zeide hij. „Nóu, dat is prachtig.
Ik ben 'blij, dat Je gekomen bont. Ik kroeg dit
boek de vorige week, en hoewel ik in Neder
land geweest ben, ben ik de taal niet. Ik ben
nieuwsgierig om een myiner eigen gedichten
te hooren en te hooiien hoe het klinkt".
Edward nam „The Old doek on the Stalrs"
(Do oude klok op de trap) en las het den
dichter voor.
's Dichters gelaat straalde van genoegen.
„Prachtig", zeide hij en voegde er plotseling
bij': „Ik bedoel de taal', niet het gedicht".
jNu", ging hy voort, „zal ik je eens vertel
len wat wij zullen doen. Wij zullen eon koop
sluiten. Wij Yankees zijn dol op zaken doen,
weet je. Als jij voor mij wilt lezen „The
Village Blaoksmith" mag je in dien stoel
daar zitten die gemaakt is van het hout van
den ouden grooten kastanjeboom, en ik zal
je meenemen en je laten zien waai; de oude
winkel stond. Is dat zaken doch?"
Edward1 gaf de verzekering dat het een
voordeelig zaakje was. Hij zat in den houten,
met leer bekleeden stoel, en las den dichter
verscheidene zyner eigen verzen voor in een
taal, waarin hy by het neerschryven, nimmer
had gedroomd dat ze nog eens iouden ver-
sóhynen. Hy luisterde aandachtig. Eindelijk
zeide hy: „Wat klinkt dat vreeselyk zot, iets
dat je zelf zoo goed kent met geheel vreemde
klanken te hooren".
„Het is tooh heel vereerend, vindt u niet
meneer?" vroeg de jongen.
„Ja-a", zeide de dichter langzaam. Ja, ja",
voegde hij er snel bij. „Mijn jongen, het is een
'groot bewijs van vereering".
„Aha", zeide hij, opstaande, toen een dienst
meisje binnenkwam, „dat beteekent koffie
drinken, of liever", voegde hij er bij, „het be
teekent middagmalen, want wij eten op de
wijze VIA het oude Ntouw-Ei) gelobd, midden
dat er niets bekend ls omtrent het lot der
Spaansóho troepen, ten getale van o.a. 15.000
man, die de garnizoenen vormden dor voor-
gesohoven posten of benoorden tot de ont
zettingstroepen. Te Molilla hooft men eohter
vernomen, dat enkele officieren en man
schappen gevangenen zijn van de inboor
lingen, die hen echter goed behandelen.
De ontruiming van de Spaansche posten
Sidi Dris en Afran, tuschen Melilla en AI-
hucemas, is voltooid. Een gedeelte van de
garnizoenen is door een oorlogsschip aan
boord genomen, doch het lot der óverigen
is onbekend.
Er zijn onderhandelingen1 begonnen om
trent den terugtocht der overblijfselen van
het garnizoen van Nador, dat nog door de
inboorlingen wordt -belegerd.
De „Times" verneemt uit Tanger, dat
20.000 man Spaansche gekleurde troepen in
het district Melilla worden vermist, die ge
dood, gewond of gedeserteerd zijn. Er wordt
gehoopt, dat er nog eenigen zullen terugkee-
ren, maar het wordt onwaarschijnlijk geacht,
dat hun aantal groot zal zijn, daar de troepen
in dit onherbergzaam gebied zonder water,
voedsel en munitie zijn.
TURKIJE.
De Grleksch-Turksche oorlog.
Konstantinopel, 29 Juli. Hot Grieksche of
fensief is voor Saïd Sahzi volkomen tot staan
gebracht. De slag duurde drie dagen, doch ten
slotte moesten de Grieken terugtrekken.
Uit Angora wordt gemeld, dat de Grieken
4000 5000 man en veel oorlogstuig verloren.
Ook aan de spoorlijn EskiSjehirAngora
moesten de Grieken, die daar onder leiding
van prins André opereerden, terugtrekken.
VEREENIGDE STATEN.
Gouverneur contra rechter.
Naar m|en weet, wordt Small de gouver
neur van den staat Illinois ervan beticht,
dat hy indertijd toen hij het departement
van fin-ancien van dien staat beheerde, de
openbare kas voor een- bedrag van 500,000
had tekort gedaan. Hij zou dus moeten wor
den gearresteerd en in voorloopige hechte
nis gesteld. Maar Small zelf is van opvat
ting, dat hij" als gouverneur (tot welk ambt
hij echter pas veel later was gekozen) on
schendbaar is op welke grond hij verklaarde
dat mocht de justitie hem willen laten arres
teeren hij de militie onder de wapenen zou
laten komien om hem, als hoofd van den
staat Illinois, te beschermen.
Dit verweer is nu getoetst door rechter
Smith, te Springfield, die de opvatting van
Small verwierp, en zeide dat het onder de
wapenjen roepen van de militie door Small
om hem te beschermen tegen dagvaardingen
een onwettige daad zou wezen. De bevelvoe
rende officier van de militie zou meende
de rechterzich er zekerlijk tegen verzet
ten, zulke onwettige bevelen van deni gou
verneur op te volgen.
Het schynt dat Small zich door het betoog
van den rechter heeft laten overtuigen. Hij
heeft zich thans bereid verklaard een bevel
tot inhechtenisneming in ontvangst te ne
men, echter pa- bij zijn verschijning in het
gerechtsgebouw -v f en niet voor dien tijd.
De expeditie naar den Monnt Everesf.
In de Times geeft kolonel Howard-Bury,
een der deelnemers aan de voorloopige expe
ditie ter verkenning van de beste toegangs
wegen om den top van de Mount Everest te
bereiken, een verslag van den reeds verrich
ten exploitatie-arbeid. Op 18 Mei verliet de
expeditie Dardjeeling, op ongeveer 100 Eng.
mijl afstand In vogel vlucht van den
Mount-Everesttop. Sinds -dien was, tot 26
Juni, een afstand van 800 Eng. mijl afgelegd.
De verkenners hebben eén grooten boog be
schreven om den hoogston berg der wereld,
en zy 'bevonden zich op 26 Juni juist benoor
den Mount Everest.
De berg zelf is vatai verwonderlijken vorm
en verheft zich als alleenstaande top, in volle
op den dag. Ik ben vandaag alleen, en JU
moest mij maar gezelschap houden; wil je dat?
Dain zullen wy na het eten een wandeling
maken en zal ik jo Oambridgo laten zlon
1 Is zoo'n mooie oude stad, nog mooier
denk ik soms, als de boomien bladerloos zijn".
„Kom mede", zeide hij, „ik zal je even naar
boven- brengen, dan kun jo je handen was-
schen in de kamer waar George Washington
sliep. En kam je haar ook even op, hoor, als
je wil", voegde hij er aan 'toe, „alleen het is
niet dezelfde kam die hij gebruikte".
Het was voor het kinderlijk gemoed een
historische boterham, die hij dien middag
niet Longf ellow at.
„Kun je in 't Hollandsch bidden?" vroeg
hij 'toen zy zaten; en de jongen deed het.
„Wel", verklaarde de dichter, „ik had nooit
verwacht dit nog eens aan mijn tafel te zul
len hooren. In vind dat de taal mooi klinkt".
Terwijl de jongen alles vertelde wat hij
van Nederland wist, vertelde de dichter den
jongen alles over zijn gedichten. Edward
zeide, dat hjj „Hiawattoa" zoo mooi vond.
„Ik ook", zeide hij. „Maar ik geloof da^
„Evangeline" beter is. Toch", voegde hij er
by „geen enkel gedicht is zoo goed als het
behoorde te zijn. Maar die dingen zie je later
allemaal beter in dan op het oogenblik zelf".
Hot was een groote gebeurtenis voor Ed
ward toen hij, aan de zijde van den naar
lederen jongen en man, dien hij ontmoette
vriendelijk knikkenden en voor elke vrouw
en elk meisje den hoed lichtenden dichter,
door do fraaie oude straten van Cambridge
wandelde. Op die wandeling kwamen zij aan
een -reclamebord van den schouwburg waar
een stuk geannonceerd stond, dat dien
avond in het Boston-theater werd opgevoerd.
Door listig vragen kreeg do oude dichter de
bekentenis uit den jongen, dat hij somtijds
Longfellow was hoogleeraaT aan de be
roemde universiteit van Cambridge in den
staat Massachusetts. (Niet te verwarren met
het Rngelsöhë Cambridge.)
majesteit -boven de naburige toppen, die ecfa.
ter duizenden voeten lager zyn. De berg-
rorama'a zUn prachtig. Tot nu toe hebben
expeditieleden reeds 25.000 vlerk. Eng.
mijl van nog nooit te voren door Europeanen
aanschouwd gebied in kaart gebracht. De
reizigers brachten' oo'k een bezoek aan het
belangwekkende Boeddhistische klooster te
Tsjekai-Djong, waar 400 monniken leven. Het
is een romantisch, in de booge bergwereld ge
legen vestiging. Een Qude priester voert er
het gezag, en' wordt door zijn monniken hoo-
gelijk vereerd. In het klooster zijn tal van
Boeddhabeelden geplaatst, vele met prachti
ge edelgesteenten! versierd. Ook is er 'n Boed
dhabeeld van 6 17 meter hoog. Men klimt
met een ladder tot voor het gezicht van het
beeld, waar een platform is, waarop de of
fers kunnen worden geplaatst. De monniken
in het 'klooster hadden' nog nooit fotografee-
ren gezien ofschoon zy er wel van hadden
gehoord'. De expeditie bevend zich op 26 Ju
ni, -toen de brief door kolonel' Howard-Bury
verzonden werd, te Tingri-Djong, aan het ri
viertje Bhong Cihu gelegen. Het is'een markt-
plaatsje, gelegen op een alleenstaanden heu
vel, te midden van een groote vlakte, waaruit
in het zuiden, Mount Everest en de prachtige
sneeuwberg-keten opryzen, die van 25.000
tot 27.000 M. hoog de grens vormen tus-
schen Tibet en Nepal.
Een Internationaal hydrographisch bnrean.
Te Monaco is een internationaal hydrogra-
phisch bureau opgericht. Met de leiding zijn
belast de vice-admiraal Sir. John Barry (En
geland), kapitein Phaff (Nederland) en kapi
tein Müller (Noorwegen).
KORTE BERICHTEN.
SPORT.
Davo IL
Hei bekende Hollandsche jacht Davo n, ia
op 23 Juli, zeilende van Trouville naar Oo-
wes, door storm overvallen. Dwars van Little-
hampton ging de mast overboord. De beman
ning werd van het sohip gehaald en dit werd
vervolgens naar Littlehampton gesleept.
Lawn Tennis.
looss deuce games voor roo Holthe met 6—6,
Voetbal.
met zijn ouders naar den sobouwburg fflng.
Toen zij de poort van „Oraigie House" weden
binnentraden, zeide Edward, dait hij erover
dacht weer naar Boston terug te gaan.
„En wat denk je vanavond te doen?" vroeg
Longfellow.
Edward vertelde dat ihU naar het hotel te
rug wilde fceeren om over die gebeurtenissen
van den dag na te denken.
De diehlber lachte en zeide:
„Lufcjter eens naar mijn plan. Boston ls
vreemd voor je. Als wij vanavond nu eens
naar den schouwburg gingen, dan kun je by
my blijven eten en gaan we samen naar den
schouwburg. Het is een kluchtspel, dat wordt
opgevoerd, en een gezonde lach zal beter
voor je zijn dan een avond in je eentje in
een hotel. Wat denk je ervan?"
Natuurlijk dacht de jongen er juist over ala
Longfellow zelf, en het was een zeer geluk
kige jongen, die dien avond, in het volle ge
zicht van het groot tooneel in. het ontzaglijke
theater, in de loge zat. Het was, zooals Long
fellow gezegd had, een lachstuk, en niemand
heeft ooit geweten wie dien avond vroolijker
lachte, de oude dichter of de jongen.
In 1884 kwam Bok, zooals we zagen, ala
bediende in Scribner'a magazijn. Dit was een
boekhandel met uitgeverszaak in New York;
het personeel bestond toen geheel uit jonge
menschen. Dit had natuurlijk zijn nadeelen.
Op zekeren dag, tegen den tijd dat Bok zou
gaan koffiedrinken, zag hy een klein een
voudig gekleed heertje door de afdeeling de
tail-verkoop ijsberen, in afwachting, dat er
een employé zou komen om hem te helpen.
De jonge man, die dien middag dienst had,
had weinig of geen menschenkennis, maar
dadelijk een glimlach gereed voor eiken „rij
tuigklant", zooals hij het noemde. Deze klant
evenwel was te voet gekomen, en dit, gevoegd
bij zijn eenvoud van kleeding, imponeerde
den "bediende niet bizonder. Bok zond hem
naar den wachtenden klant en drukte hem op
het hart dat hij hem goed) bedienen moest.
Toen Bok van zyn koffiedrinken terugkwam,
stond de jonge bediende, buigende en met
zyn fraaiston glimlach aan do deur; hy had
jvüst op de meest plechtige on eerbiedige
wUzo den klejnen klant met zUin eenvoudige
kleedjj 'Uitgelaten, em zeide tegen Bok: „jy
hcibt het by het rechte eindl gehad toen je
mijn aandacht vestigde op dat kleine manne
tje! Zoo'n order heb ik nog nooit gehad! Zoo
lang ik hier ben nog niet. Weet je wie het
was?"
►Keen/', zei Bok. „Wie was het?"
„Andrew Camegie". antwoordde de be
diende.
Een andere jeugdige bediende In Scrib-
ner's winkel, 'Onbekend met de identiteit van
zijn klant, kreeg op zekeren dag bezoek van
de echtgenoote van Mark Twain.
Mrs. dennens (Mark Twain was de pseu
doniem van Samuel L. Clemens) vroeg naar
een exemplaar van Taine's Ancient Régime.
(Hippolyte Taine is een Fransch geschied
kundige en wijsgeer). „Pardon mevrouw",
zeide de bediende, „hoe is de naam van het
boek?" Mrs. demons herhaalde dien.
De bedieftde ging naar achteren in het
magazijn om spoedig daarna terug te kee-
ren en nogmaals te vragen: „Zoudt u den
naam van den sahrijtver nog eens willen her
halen?"
„Taine", zeide mevrouw demens, „T-a-i-n-e
Toen ging den jeugdigen bediende blijk
baar een licht op, en met een air van »upe-
rioriteifc corrigeerde hij zUn bezoekster al
dus:
„Pardon, mevrouw,—u heeft den naam een
weinig verkeerd gespeeld. U bedoelt natuur
lijk Twain niet Taine".
Tot beter begrip van deze geestige woor-
«pelling moet de lezer bedenken, dat oen
Amerikaan den naam Taine juist uitspreekt
als Twain met weglating van de w.
Wordt vervolgd-
Dros' Advocaat
Londen, 29 Juli. De Engelsche nota, die
vandaag aan de Fransche regeering is over
handigd, was te voren goedgekeurd in een
zitting van het heele kabinet, waaraan ook
alle premiers der dominions, die op het oogen-
blik te Londen aanwezig zijn, deelnemen.
De nota heeft een aanzienleken omvang,
omdat zij geen enkel beginsel van belang voor
het Engelsche standpunt buiten beschouwing
laat. Zy behandelt de Britsche opvattingen
op een manier, die iedere mogeiykheid tot
een toenadering open laat. Zy houdt zich
vooral bezig met de Fransche argumenten
voor het onmiddeliyk zenden van een Fran
sche divisie naar Opper-Silezië, en legt er
zeer den nadruk op, dat dit#een kwestie is,
die gemeensehappeiyk door *de geallieerden
moet worden behandeld, en die niet geschikt
is voor een zelfstandige actie.
De Opperste Raad moet zoo spoedig mogeiyk
byeen komen. Engeland heeft Frankryk reeds
toegegeven ten opzichte van de plaats der
byeenkomst en van het onderzoek der des
kundigen, maar het zal niet goedkeuren, dat
de bespreking zal worden voorerf gegaan door
een afzonderiyke actie op een punt van groot
belang van welke mogendheid het ook zy.
De nota betreurt de duideiyke neiging van
Frankryk, om het beginsel te verwaarloozen
van de eenheid der geallieerden, dat van zoo
overwegend belang is voor de Entente, en
waarop zooveel dingen van gewicht in het
verdrag van Versailles zyn gebaseerd.
De „Daily Telegraph" zegt vanmorgen:
Als ergens in officieele kringen de neiging
bestaat, de Entente te verlaten, dan is het
niet aan deze zyde van het kanaal. Het blad
meent, dat de Fransche pers, na de houding,
die de Engelsche regeering en de Engelsche
gezant te Berlyn, in da kwestie van de zending
der Fransche troepen, tegenover Duitschland
hebben ingenomen, de bewering zal moeten
opgeven, dat Engeland aan den kant van
Duitschland staat. Het blad wyst erop, hoe
Engeland alles heeft gedaan, om de Franschen,
zoover het ging, in deze kwestie ter wille te
zyn. Nu echter schynt het twyfelachtig, of de
Opperste Raad reeds 4 Augustus byeen kan
komen.
De „Daily Chronicle'' wil niets zeggen, dat
het geschil kan verscherpen, maar merkt toch
opAls men in de Temps, die zoo vaak het
orgaan is van buitenlandsche zaken te Parys,
leest, dat Frankryk, als Engeland zich verzet
tegen het zenden van versterkingen naar
Opper-Silezië, eenig onaangenaam incident in
dat gebied zon beschouwen als een recht
vaardiging voor het onmiddeliyk toepassen
van sancties, op eenig ander punt; dan
wordt het noodig te zeggen, dat de openbare
meening in Engeland zoo iets niet gemakkeiyk
zou verdragen, en dat Frankryk het zeker
zou nalaten, als het zooveel waarde hechtte
aan het voortbestaan der Entente als Engeland.
Londen, 29 Jnli. Een troep gewapende
mannen hebben by Bishopstown een trein
aangehouden en zich van een groote som
gelds meester gemaakt.
Volgens berichten nit Riga zyn in verschil
lende deelen van Rnsland, waar hongersnood
heerscht, onlusten uitgebroken, die gericht
zyn tegen de Sovjet-regeering, die volkomen
machteloos is. De massa's plunderen en moorden.
Londen, 29 Juli. De „Times" verneemt nit
TandzjerEr worden 20.000 man Spaansche
en inlandsche troepen in het Melil-distrikt
vermist, die gedood, gewond of gedeserteerd
zyn. Men hoopt dat er eenigen zullen opdagén,
maar het is onwaarschynlyk, dat hun aantal
groot zal zyn, daar de troepen zich in een
onherbergzaam gebied, zonder water, voedsel
of munitie bevinden.
Door de ontploffing van een geheime mu
nitiebergplaats der Polen te Laurahuette zyn
de lifttoren en verschillende andere gebouwen
op de myn Niefka beschadigd of verbrand.
Er zyn drie menschen omgekomen en ver
scheiden zwaar gewond.
Een brand heeft in het stadje Loefflngen
in het Schwarzwald 50 huizen in de asch ge
legd en groote voorraden veevoeder en land
bouwmachines vernield. Men schat de schade
op verscheidene miljoenen.
Een windhoos heeft groote schade aange
richt op de myn Ewald naby Essen. De wind
rukte de daken van de huizen, vernielde tal
van ruiten en de wolkbreuk, welke er mee
gepaard ging, heeft tal van huizen in het
water gezet.
De Fransche generaal Mourisson, die het
bevel voerde over de 31ste infanterie-divisie,
en deelnam aan de oefeningen op de hoogvlakte
van Larzac, heeft zelfmoord gepleegd. De
reden hiervan is onbekend.
Wegens den geweldigen stormwind moesten
50 stoom- en zeilbooten, w.o. 30 Bretonsche
visschersbooten, schuil zoeken in de baai van
St. Ives. De reddingsboot werd driemaal uit
geroepen en slaagde erin 13 man te redden.
L. T. O. .Animo".
Onderlingo wedstrijden.
De jaarlijkscho onderlinge wedstrijden der L.
T. O. Animo hadden plaats van 16 tot 26 Juli.
Gedurende deze wedstrijden werden tevens de
Marinekampioenschappen veispeeld.
In de onderlinge wedstrijden kwamen 3e vol
gende, nuumers voor:
1. Dames open enkelspel: hierin wist Mej. 2.
v. d. Borg in de derde ronde door haar meer forsch
spel Mevr. Greve te slaan met 64; 8—6.
In den eindstrijd had zij minder moeite met
Mej. W. Houwing, door haar meer berekend spel
en haar zekere harde drives; uitslag 6—3; 6—1.
2. Hoeren open enkelspel met 21 deelnemers.
Nadat in do eerste en tweede ronde de zwak
kere spelers waren uitgevallen1 kwamen ln da
dorde ronde als interessante partijen Kayser—Jhr.
v. Holthho; Jhr. Sohorer—Cox.
Do eerste partij, welke schier eindeloos scheen,
kenmerkte zich aoor voortdurende lange rallies
van foro- en backhand drivoa. Doordat bolde par-
t(|en vrijwel oven sterk waren, word er van
woorazijdon weinig gewaagd on verscheen zoldon
iemand voor het net. De uitslag was na einde
Do' wedstrijd Jhr- SchorerCox was belang
wekkend door hot aanvollonde spel van Cox en
de voste verdediging van fcchorer. Allo harde
drives van Cox woraen door Sohorer mot srooto
zekonhold kalm torug geplaatst. Het einde kwam
met een overwinning voor Schoror met 62; 6—4.
Vermelding verdient nog do zoor mooie stijl van
Cox.
In do volgende ronde moest de heer Schoror
de meerderheid erkennen van de Ruyter de Wildt,
hetgeen gedeeltelijk te wijten was aan een blee
suur van Schorer, anderdeels aan het buitenge
wone spel van do Ruyter de Wildt, die letterlijk
alles terug gaf, de uitslag was 6—0; 6—4.
In don eindstrijd kwamen de Ruyter de Wildt en
J'hr. v. Holthe tegen elkaar, waarin eerstgenoeoi-
den tenslotte wederom door zijn groote vastheid
overwinnaar bleef met 5—7; 9—7.
Indlon van Holthe zijn smashes meer accuraat
behandelde, had hij in dezen strijd ongetwijfeld
meer succes behaald, ze waren echter te zacht en
niet goed geplaatst en grootendeels in het net
3. Gemengd dubbel spel, waarin 10 paren uit
kwamen.
In do tweede ronde kwamen vrijwel tweo ge
lijk sterke paren togen elkaar, n.1. Mevr. de Vries»
Kaijser tegen Mevr. Mefi er-Post Uitorweer.
Hierbij werd uitstekend spol te zien gegeven
waaruit ten! slotte een moeilijk bevochten over
winning kwam voor Mevr. de VriesKaijser mot
6-3; 10-8
In de derde ronde verdient vermelding de partij
Hr. en Mevr. de Ruyter de WildtMej. Houwing-
v. Holthe.
Als. gevolg van het harde weiken van den heef
de Ruyter de Wildt, die somtijds het heele veld
voor zijn rekening nam en daarbij blijk gaf van
buitengewone vlugheid, smaakten zij het genoe
gen van een zwaar bevochten overwinning met als
uitslag 6—4; 3—6; 6—4.
Inde eindronde konden zij het evenwel onmo-
fjlijk houden tegen het paar Mevr. de Vriee-
aijser, waarin het netspel van den heer Kaijeor
voor de andere partij fnuikend was; de uitslag
werd 6—1; 6—4.
4. Open Hoeren dubbel mot 11 paren.
Reeds spoedig bleek dat de dubbel Cox-van
Bemmelen een goede kans maakte. Hun stijlvol
spol en theoretisch juiste slagen, waarin zij van
alle markten thuis waren, gepaard met een juist
plaatsen cn goede taktiek wekten de algemeens
bewondering. Jammer dat de uitstekende combi
natie Kaiiser-van Holthe door oen ongeval van
den heer Kaijser het in den strijd tegen Cox-van
Bemmelen moest opgeven.
In doze ronde wist de dubbel de Ruyter de
Wildt-Post Uitorweer zich te handhaven, doch
moest de meerderheid in den eindstrijd van het
juist dien dag superieure spel erkennen van de
comb. Cox-van Bemmelen. Bet einde kwam met
4-6; 6-2; 6—1.
5. Dames dubbel met voorgift. In doze dubbels
kwamen interessante en uit den aard der zaak
langdurige partijen voor. De sterke comb. Mevr.
Greve-Mej. v. d. Berg konden in do tweede ronde,
hoewol zij met buitengewone vastheid eni voor
zichtigheid speelden, niet op tegen de comb. Mej.
Jentink-Mej. Dibbitz als gevolg van de zware
handicap 15 5/6 15 5/6; de uitslag was 57:
6—4; 75. In den eindstrijd zegevierde het paar
Mevr. Meijer-Mej. Houwing, die reeds menige
zware en langdurige partij <"eepeeld*\hadden, met
een overwinning op de comb. Mei. Jentink-Mej.
Dibbitz met 64; 62.
6. Dames enkelspel met voorgift. Deze wed
strijd waarin hoofdzakelijk de minder sterke da
mes speelden, eindigde in drie ronden met een
overwinning voor Mej. M. Laan tegen Mei. Jen-
tink met 61; 68,
Marine kampioenschappen.
1. Open enkelspel, waaraan werd deelgenomen
door 14 officieren en 4 adelborsten. Hieruit kwam
de luitenant ter zee le kl. Bn. van Asbeck als
overwinaar in den eindstrijd tegen de Ruyter de
Wildt met 64; 1—6; 8—3 te voorschijn. Het
royale, forsche, in alle opzichten sportieve spel
van den heer van Asbeck mag niet onvermeld
blijven.
2. Open dubbelspel waaraan deelnamen 12
paren.
In de eindronde streden de comb. van Asbeck-
van Kregten tegen de comb. Kaijser-v. Holthe,
welke mooie wedstrijd eindigde voor van Asbeck-
v. Kregten met 6—2; 6—4.
Helder II en IIIBatavier I,
Bovengenoemde wedstrijd zal morgen om 10
uur op het terrein aan den Bolweg plaats hebben.
Helder IV zal om half drie op hetzelfde terrein
tegen Sparta I een vriendschappelijk partijtje
spelen.
H.R.O. m-iD.W.V. L
Zondag zal H.R.C. III een wedstrijd spelen te
gen de Watervogels. Terrein Tuindorp.
Zondag gaan twee elftallen van H.R.O. naar
Texel. Het tweede elftal zal den strijd aanbinden
tegen Sportclub II, waaraan zij geen gemakkei ij ken
tegenstander zal hebben. Het vierde elftal zal
Sportclub II partij geven.
Avia I—Bouwvakarbeiders.
Maandagavond om 7 uur zal bovengenoemde
wedstrijd plaats hebben op het terrein Ankerpark.
Daar in het elftal van de bouwvakarbeiders be
kende spelers voorkomen, gelooven we wel dat
deze wedstrijd de moeite waard zal zijn. De Bou
wers komen als volgt uit: Heeres (doel); Groot-
veld en Jurg (achter)Bak, Maas en J. v. Wal
(midden); Overheem, J. v. Willigen, Diedenho
ven, D. v. Willigen en K. Zomer (Voor). Scheid*-
reohter H. Augusteijn. -
Alcmaria Victrix in do 2e klaas» «fc.-üw,»