HELDERSCUE COURANT Tweede Blad. VAN DINSDAG 2 AUGUSTUS 1921. PLAATSELIJK NIEUWS. BESCHULDIGINGEN OVER EN WEER IN VERBAND MET DE FINANCIEN ONZER GEMEENTE. EEN HOLLANDER IN AMT-ptt^ Diaconiehuls Oostelootstraat. „Maar ik heb zelfs geen uur", antwoordde Verdronken. BINNENLAND. De Grondwetsherziening. Intrekking van onderwljsontwerpcn. Het wetsontwerp-ziektewet. V olksverzekerlng. Staking in het hotelbedrijf. Uit het mijndistrict. Staking In de Domanlale mijnen. Gemeenteraad van Zaandam. Eenheid In de vakbeweging. Georganiseerd overleg Rijksambtenaren. Zooala uit de Heldensdhe Courant der laat ste weken da kunnen blijken, rijn er naar aan leiding van den financieelen toestand onzer gemeente al heel wat heete hoofden gemaakt. En geen wonderl Het kritieke van dien toe stand is plotseling zóó scherp aan den dag getreden, dat het, waar er nu eenmaal zeer uiteenloopende meeningen bestaan, óók op het gebied der gemeentelijke politiek, niet anders kon, of die meeningen moesten wel met elkaar in botsing komen. O zeker, ook vóór de burgerij zich zoo on verwachts rekenschap had te geven van den zwaren financieelen last, welke haar moei worden opgelegd opdat de verschillende ver plichtingen die de gemeente heeft, zullen kunnen worden nageleefd, was er reeds ru- mor in casa. Immers toen het voorstel tot het heffen van een hoofdelijken omslag, ontworpen door de raadscommissie onder voorzitterschap van wethouder De Zwart, bekend werd, ver scheen er al heel gauw een uitvoerig contra- artikel van de hand van T. v. P. De schrijver bleek te begrijpen, dat het ontworpen tarief den eigenlijken druk der belasting meer dan voorheen zou leggen op de beter gesitueer den, en hij meende zich daartegen te moeten verzetten. Over het algemeen nam men echter 't ge val nog al kalm op, tot Ged. Staten kwamen met hun wensch om met een bedrag van l.ui. 4 ton, dat was ongeveer de helft van et reeds geraamde bedrag, den hoofdelij ken omslag te verhoogen. Toen raakte eerst recht Helder in last, want men kwam nu tot de ontdekking dat de op te leggen last voör velen ondragelijk zou zijn. Ondragelijk, in 't bijzonder voor de be ter gesitueerden, schenen de op te leggen aanslagen, vooral ook wanneer men ze ver geleek bij de bedragen, die elders, ook zelfs in de zwaarst belaste gemeenten, worden ge vraagd. Ondragelijk ook voor de middelma tige en semi-middelmatige inkomens. Voor de ingezetenen, die tot nu toe in de laagste klassen der belasting waren aange slagen, beteekende echter het nieuwe tarief óf vrijstelling óf een min of meer belangrijke verlichting. De gevolgen zouden, ook al had den we ze niet ervaren, gemakkelijk te ra den zijn: sommige beter gesitueerden en middelmenschen protesteerden tegen het ta rief, terwijl ziji, die zich de pleitbezorgers der minstbedeelden voelen, 'stëlling tegen, die protesten namen. Ofschoon direct moet worden toegegeven, dat .zieer zeker bij velen het ingenomen standpunt enkel werd gedragen door egois me, zoo moet het toch voor lederen onbevoor oordeelde duidelijk zijn, dat een groot ge deelte van hetgeen er pro en oontra werd geschreven on gesproken een uitvloeisel was van de oprecht gekoesterde meening, dat word gehandeld in het algemeen belang. Het ligt geenszins in onze bedoeling om in dit artikel de eene of de andere opvatting te dier zake te verdedigen, doch wel om in het licht te stellen het verkeerde, dat er gelegen is in de pogingen om de schuld van de misè re, waarin de gemeente verkeert, op de an dere partij te werpen. En omdat te doen wil len we deze stelling verdedigen: van schuld aan de misère is 'in het algemeen geen spra ke; voorzoover ze mocht bestaan, komt ze zoo wel op rekening der raadsleden van de S. D. A. P. als op die der z.g. burgerlijke partijen. In de oorlogsjaren zijn de financiën, zoo wel die van het Rijk als die van bijna alle gemeenten, in eene zeer ongunstige positie geraakt. En voor het Rijk zoowel als voor de gemeenten werden verschillende middelen tot herstel aan de hand gedaan. Zoo werd b.v. wat de Rijksfinanciën betreft door erkend bekwame staatslieden, als o.a. wijlen Dr. Ros, als remedie aanbevolen de heffing in eens, terwijl niet minder bekwame mannen, onder wie Prof. Treub, dit ontraadden. Ook voor onze gemeente werd een middel aan de hand gedaan, doch ook dit werd, even als de heffing ineens voor het Rijk verwor pen. Over dit middel en het succes dat het had kunnen brengen aanstonds een enkel woord, doch eerst willen we memoreeren, dat do bestuurders onzer gemeente het er eigen lijk reeds lang over eens rijn geweest, dat er zondere meerdere hulp van het Rijk voor haar geen afdoend middel bestaat. Aan de levensbeschrijving van Edward Bok ontleenen wij nog het volgende: Toen Iheodore Roosevelt President der Vereenigde Staten was, zat Bok op een avond inet hem te praten toén Roosevelt zich plotse ling tot hem wendde en met ongewoon en thousiasme zeide: „Bok, ik benijd j© de macht,die je over het publiek hebt". De uitgever was verrast. ,D'at is een vreemde opmerking voor een President van de Vereenigde Staten", ant woordde hij, „Dat denk je", was het antwoord. „Maar luister nu eens. Wanneer leent het publiek het oor aan mijn woorden? In zijn meest drukke ©ogenblikken. Mijn mededeelingen worden in de dagbladen afgedrukt en haas tig gelezen, meest door mannen in trams en treinen. Vrouwen lezen ze ternauwernood, voor zoover ik oordeelen kan. Jij daarente gen wordt gelezen des avonds aan den haard of onder de lamp, als het dagwerk gedaan is en geest en gemoed uitrusten van andere dingen en ontvankelijk zijn voor wat jij hen biedt. Begrijp je niet wat jij daardoor op me vóór hebt?" Deze diagnose was in de hoogste mate in teressant, en terwijl de President de rest van den avond doorpraatte, daoht Bok na, Ten slotte zedde hij„President, ik zou mijn macht met de uwe willen deelen." „Op welke manier?" vroeg Roosevelt. „U erkent, dat de vrouwen uwe mededee- Immers werd met instemming van den Raad in zijn geheel, reeds herhaaldelijk door het Dagelijksch bestuur aan de Hooge Re geering betoogd, dat deze gemeente zeer dringend door bet Rijk moet worden gehol pen. Voorts werd in het voorwoord der ge- meentebegrootingen voor 1917, 1918. en 1919 de eisch van Rijks hulp met klem naar voren gebracht, voor 1919 o.a.. met deze woorden: „Is aldus een sluitende begrooting verkre gen1, het staat oi vast, dat wanneer ook de vrede komt, ook in de begrooting, welke het volgend jaar zal moeten worden opgemaakt, op een uitkeering uit 's Rijks kas gerekend moet kunnen worden om haar sluitend te kunnen makern. Wij moeten dus uitgaan van de onderstelling, dat vóór 1920 een herzie ning van de rijksuitkeeringen aan de ge meenten tot Stand gekomen zal zijn". Dat onze gemeente, zooveel meer dan ver soheiden harer zusters, dringend behoefte heeft aan Rykshulp, vooral nu de gemeente lijke bemoeiingen op allerlei gebied steeds toenemen, is te wijten aan het feit, dat hier zoo goed als geen groote inkomens zijn. Men behoeft Helder niet eens te vergelijken met Hilversum, waar de 217 aangeslagenen bo ven f 20000 inkomen1 te zamen ruim een mil- lioen hoofdei, omslag betalen, neen, ook bij na alle andere gemeenten van ongeveer de zelfde grootte hebben eenige 'kapitalisten on der hare ingezetenen. Doch waar de toestand hier nu eenmaal zoo is, is het dan niet begrijpelijk, dat men, om zich maar eerst te redden en in de hoop dat toch eindelijk het Rijk wel afdoende hel pen zou, zijn toevlucht nam tot de, zeer ze ker minder gewenschte, praktijken om de uitkeeringen uit de O. W.-belasting te ge bruiken voor de gewone uitgaven, de te korten te dekken uit leeningen en uit te gel de gemaakte reserves van bedrijven? Men moest wel, wilde men de zaken vlot tende houden. In een artikel „Onze gemeente-financiën" in „Het Licht van 18 Juni j.i. schrijft M. o.a.: „Nu men tegen het tarief eigenlijk niets kan zecgen en eindelijk bemerkt, dat het eindbedrag, dat hier noodig is, de schuld van de zware belastingdruk vertegenwoordigt, zocht men in onze menschen de zondebok ken, die deze belasting, door bun beheer zoo hoog hebben opgevoerd". Wij vinden het verkeerd van de door M. bedoelde ,jmen" om de schuld op de S. D. A. P.-ers te gooien, want zii dragen niet de schuld van de misère. Doch even verkeerd vinden wij het van de Soc. democraten wanneer zij de schuld schui ven op de z.g. burgerlijke raadsleden van voorbeen en thans, omdat: le. ook met de stemmen der S. D. A. P.-ers in den Raad vóór werd besloten de uitkeerin gen uit de O. W. te gebruiken voor gewone uitgaven, exoept dan de laatste maal. (De soc. democr. wethouders werkten tot twee maal toe mee die uitkeeringen aldus op de begroeting te brengen1); 2e. ook de 4 S. D. A. P.-ers in den toen- maiigen Raad' stemden vóór het gebruiken der reserves van gasfabriek en waterleiding- tot dekking vkn tekorten van gemeente- en bedrij f sr ekeningen. Maar nog eens de schuld ligt bij geen van allen, want gesteld dat men de ontvangen uitkeering uit de O.W. had gebruikt voor schulddelging wat beslist juister zou zijn geweest dan zou wel daardoor het jaar lijks aan rente en aflossing te betalen be drag pi.m. f 60000 minder hebben bedragen, d'ech dan zou de te betalen hoofdelijke om slag voor onze 'gemeente nog veel te hoog zijn geweest. Gesteld ook, dat het hierboven door ons bedoelde middel het voorstel der Soc. dem. raadsleden tot hot vormen van een crisis- fonds was te 'baat genomen, zou dat nu in derdaad eene verbetering van belang heb ben teweeg gebracht? Ja, we zouden daar door een meer overzichtelijk geheel van de crisis-uitgaven gehad hebben, doch men ver- gete niet dat dit voor de teruggave dier uit gaven door het Rijk van geen nut zou zijn, want ook voor de berekening van de uitkee ring uit de O.W.-belasting vraagt het Rijk gespecificeerde opgaven van alle crisisna- deelen. Voorts is het o.i. zeer de vraag of wan neer er direct zoodanig fonds was opgericht geworden, dit wel de zuinigheid zou hebben bevorderd. Ten slotte. Het is zooals M. in de Helder- scthe courant van 18 Juni j.L zegt: „We zijn samen uitgegaan, we zullen weer samen thuis moeten zien te komen. En dan past hét niet, de verantwoordelijkheid op elkaar of op het toevallige gemeentebestuur te gooien". V. J.I. Zaterdag slaagde te Utrecht voor het Staats-Examen B en A mej. A. M. Spruit. Zondag 81 Juli werden O. Gootjes en echt- genoote geïnstalleerd als vader en moeder van het Diaconiehuis aan de OostBlootstraat. Een der bestuursleden hield een korte toe spraak ter verwelkoming van de functiona rissen. lingen niet lezen; toch behandelen zij vele ethische vraagstukken, die juist vrouwen zouden moeten kennen en waarmee ze haar voordeel zouden kunnen doen. Maar de kwes tie is, dat sommige uwer ideeën niet door haar worden begrepen; uw theorie bijvoor beeld voor een energieker leven, uw ideeën omtrent f abri ekswetgeving, en in 't bizonder uw argumenten over den rassenzelfmoord. De mannen begrijpen ze niet volkomen, maar de vrouwen heeleinaal niet". „Daarvan ben ik me bewust", zeide de Pre sident. „Wat voor remedie hebt gij ertegen?" „Neem een rubriek in mijn blad en zet daarin uw ideeën uiteen", opperde Bok. „Daar heb ik geen tijd voor, dat weet je wel", snauwde de President hem toe. „Ik wil de wel, dat ik tijd1 had". „Niet om het zelf te schrijven misschien", gaf Bok terug.,, „Maar u zult toch wel tijd kunnen vinden voor het volgende: zoek een stenograaf hier in Washington in wiens be trouwbaarheid u het meest onbeperkte ver trouwen bezit. Laat hem elke maand een uurtje met u over deze onderwerpen praten. Hij kan uwe inzichten opschrijven en u ver volgens het manuscript ter lezing zenden. Wij krijgen dan een rubriek die nauwkeurig weergeeft hoe het materiaal is verkregen en in hoever het uw eigen werk weergeeft. Op die manier, met slechts één uur per maand arbeid, kunt u uw ideeën, nauwkeurig weergegeven, onder een uitgebreiden lezers kring, die niet in trams of treinen vluchtig uiw artikels leest, brengen". Gistermiddag is nabij bet badhuis een 13- jarige jongen, zoontje van den te Behagen wonenden muziekleeraar Jansen, bij bet ba den verdronken. Het ventje woonde ten huize zijner moeder in de le Vroonstraat 47. In tegenspraak met het bericht, dat de Regeering zou overwegen de limiteering der grondwetsherziening tot het hoofdstuk der troonopvolging, verneemt de „Msb.", dat het in de bedoeling der Regeering ligt alleen het hoofdstuk „van den godsdienst" geheel bui ten de revisie te laten doch overigens op een enkel détail na de ingediende voorstellen te handhaven! De Minister van Onderwijs heeft ingetrok ken de bij K. B. van 23 Juni 1913 bij de Tweede Kamer ingediende en sedert aanban gig gebleven wetsontwerpen betreffende de regeling van het voorbereidend Hooger On derwijs, de wijziging en aanvulling van de Hooger Onderwijswet, de regeling van het Middelbaar Onderwijs en de wijziging en aanvulling van de wet op de regeling van het Lager Onderwijs. Vragen van den heer Snoeck Henkemans aan den minister van Arbeid: I. Draagt het de goedkeuring weg van den Mnister, dat in dagbladen werden openbaar gemaakt gedeelten van het advies van den Hoogen Raad van Arbeid over een proeve van een ontwerp-Ziektewet? II. Indien toch uittreksels van zoodanig advies worden openbaar gemaakt, acht de Minister bet dan niet beter den juisten tekst te publiceeren, gelijk de Minister blijkbaar bevorderde bij het door hem aan den Hoo gen Raad van Arbeid toegezonden vóóront- werp tot wijziging van enkele bepalingen der Arbeidswet? III. Is de Minister bereid van stukken, gewisseld tuschen den Minister en den bogen Raad van Arbeid, op welker ge heimhouding de Minister prijs Stelt, dus ook van de beide stukken in vraag I en vraag II genoemd, een afdruk toe te zenden aan de leden van de Tweede Kamer? (Schritelijk beantw. vragen.) In zijn antwoord op de vragen van den beer Wittert van Hoogland, betreffende uit breiding der wet van 4 Nov. 1919 in de rich ting eener volledige volksverzekering, zegt de minister van Arbeid, dat hij van oordeel is dat, in bet midden gelaten de vraag de vraag of bet op den weg van den Staat ligt om in het algemeen aan bet Nederlandsche volk gelegenheid te geven zich bij den Staat uitkeeringen te verzekeren bij leven en over lijden, uitbreiding van de bij de Ouderdoms wet 1919 geboden gelegenheid tot het zich verzekeren van ouderdomsrenten en gelde lijke uitkeeringen bij overlijden, gewenscht is.' Een1 daartoe strekkend wetsontwerp was bij het indienen van de vragen reeds in een vergevorderd stadium van voorbereiding en zal naar de minister hoopt, weldra aan de Staten-Generaal kunnen worden aangeboden. Van werkgeverszijde deelt men mede, dat niet het bestuur van „Horeoaf", doch het be stuur van den Porsoneelsbond het contract heeft verbroken). De werkgevers hebben er nooit aan gedacht tot een verlaging der thans geldende loonen over te gaan of zich niet aan de aangegane overeenkomsten te hou den. Dit is in tegenspraak met wat van de zijde der werknemers beweerd wordt. Verder verklaren de werkgevers, dat de posters de werkwilligen wel lastig vallen en zelfs be dreigen, en dat in alle zaken gewerkt wordt. Binnen enkele dagen hoopt men de moeilijk heden overwonnen te hebben. De stakingsleiding deelt mede dat Zater dagmorgen geen verandering in den stand van zaken was gekomen; het aantal stakers blijft vrijwel stationair. In de stad viel het op, dat sterker werd .gepost. Het bezoek was Zaterdagavond wel opvallend minder dan op andere dagen, maar er zat meer publiek dan op de andere stakingsdagen. Dit had tot oor zaak de Zaterdagavond, wanneer uitteraard meer publiek op de been is. Op het Rembrandplein was duidelijk het verschil merkbaar tussohen de inrichtingen, die hadden toegegeven, en de anderen. Bij de eerste waren de stoeltjes buitenigezet en was het druk en gezellig. De laatsten had den het terras ongebruikt gelaten en bedien den slechts binnen. Volgens opgaven der stakingsleiding ge ven geleidelijk meer wergevers, niet-leden van „Horecaf", toe. Roosevelt, die toch, zooals Bok opmerkte, niet onverschillig voor het plan was. „Ik heb slechts een haft uurtje dat ik werkelijk opge wekt ben, werkelijk niets te doen heb, en dat is het oogenblik, waarop ik mij scheer". „Welnu", gaf de journalist kalmpjes ten antwoord," waarom zoudt u niet twee dezer halfuurtjes maandelijks gebruiken, of des noods één?" „Wat?" antwoordde de President, terwijl hij recht overeind ging zitten, met blinken de tanden en breeden glimlach. „En dan zou een Hollander mij aan het werk zetten terwijl ik geschoren word, he?" „Wei", was het antwoord, „is het resultaat niet de poging waard?" „Bok, jjj bent absoluut meedoogenloos", zeide de President. „Maar gelijk heb je. Het resultaat moet de poging waard zijn. Welken stenograaf heb je op het oog?" Nadat alles geregeld was, verschenen de „soheer-interviews", en in 1906 opende het Ladies" Home Journal een rubriek, getiteld „De President", welke met groot succes een jaar lang werd geleid. 41 In een hoofdstuk, getiteld „Hoe men rnil- lioenen menschen kan bereiken", geeft Bok eene beschrijving van het groóte succes van zijn tijdschrift „The Ladies' Home Journal". Dit tijdschrift was opgericht in 1883 en werd gedurende een zestal jaren door een dame geredigeerd. Deze had een soliede basis ge legd omtrent de wijze van exploiteeren en had een oplaag bereikt van 440.000 exempla- g— Er schijnen van patroonszijde pogingen te worden aangewend om uit Duitsohland per soneel aan te werven. Uit de provincie zullen verschillende patroons komen helpen en een tiental uit 's Bosch, Venlo, Nijmegen en om liggende plaatsen zullen daartoe naar Am sterdam komen. In den Haag is het aantal stakers met 30 toegenomen. De Koksvereeniging „La Rési- dence" heeft besloten haar neutraal stand punt te handhaven. Men zal trachten Sche- veningen ook in de staking te betrekken. Van werkgeverszijde wordt er op gewezen, dat de staking op een zeer ongelukkig tijd stip is aangevangen, omdat de toevloed van vreemdelingen niet meer zoo groot is als vo rig jaar. Thans is alles naar het buitenland. Het betreft hier een machtskwestie en per slot van rekenihg kan .Jlorecaf" haar mach' niet uit handen geven; het zou al te dwaas zijn indien iemand als de heer van Heusden de stakingsleider de bedrijfsleider voor het geheele land werd. Dit kan niet worden geduld. Met het fooienstelsel kan niet wor den gebroken. Alle proeven rijn op misluk king uitgeloopen. Er wordt van alle kanten hulp geboden, door studenten en anderen en bet bedrijf gaat als gewoon. De eisohen door den Bond van werkne mers gesteld zijn van dien aard, dat als hun eischen1 werden ingewilligd, het hotelbedrijf eenvoudig blijvend te gronde zou gaan. Een loon 'gebaseerd op een oonsumptieverhoo- ging van 10 zou het publiek ibij een om zet van bijv. twee ton reeds 20 mille per jaar kosten. Uit Rotterdam wordt van werkgeverszijde gemeld, dat er voor de stakers plaatsvervan gers zijn aangenomen en zioh ook weer werk willigen aanmeldden. In Utrecht is geen ver andering in de staking gekomen; de café's zijn slecht bezocht. Zaterdagnacht na afloop van hun huishou delijke vergadering zijn de stakende kelners te Rotterdam de stad ingetrokken. Gevolgd door politie namen zij hun weg langs de café's en bereikten tegen half een het van Hogen- dorpsplein, waar ©en honderdtal hunner wil den demonstreeren tegenover de werkwillige collega's in café Caland. Dit had tengevolge, dat op bet van Hogendorpsplein een groote menigte te hoop liep, hetgeen nog grooter omvang aannam, toen een der markiezen van dat café, vermoedelijk door het wegwerpen van een brandende sigaret, in brand geraakte. Dit 'brandje was spoedig met een paar em mers water gebluscnt. Aanvankelijk met zachten drang en toen dit niet hielp met den gummistok, heeft de politie op dit plein herhaaldelijk troepen sta kende kelners en nieuwsgierigen uiteenge dreven. Vier personen, die bepaald onwillig waren de bevelen der politie op te volgen, zijn naar bet politiebureau in de Groot© Paauwen- steeg gebracht. De mijnwerkersorganisaties kregen Zater dag van de regeering telegrafisch bericht, dat de minster van Financiën, in verband met de loopende onderhandelingen tussohen den minister eni de Domaniale Mijnen, aan de Directie verzocht had de loonsverlaging veertien dagen uit te stellen. De directie der Domaniale Mijnen heeft hierop aan de arbeidersleiders verklaard, dat de loonsverlaging niet wordt uitgesteld. Zaterdagavond had in de „Tonhalle" te Kerkrede een vergadering van mijnwerkers van de Domaniale mijn plaats, welke belegd was door den GhristeHjken Mijnwerkersbond, De zaal was stampvol en velen, die in de zaal geen plaats meer vonden, haddeni zich buiten opgesteld. De bijeenkomst, welke een zeer ordelijk verloop had, werd geopend door den kringvertrouwensman Bos, waarnare voorzitter van "den Chr. Mijnwerkersbond, de heer Stins, den toestand uiteenzette en een overzicht gaf van hetgeen door den Chr. Mijnwerkersbond gedaan was, om een sta king te voorkomen, doch dat door de onver zettelijke houding van de Domaniale mijn- directie de strijd wel moest ontbranden. Alle schuld wierp de bond van zich af. Spr. wees er op, dat de staking van langen duur kon zijn. Nadat van Dutsche arbeiderszijde ver klaard was, dat de Duitscbe mijnwerkers zich unaniem aan de zijde van de Holland- sche kameraden zouden scharen, verzocht de secretaris van het Hoofdbestuur, de heer Pelser, gedurende de staking, de orde te be waren, geen sterken drank te gebruiken) en getrouw zich achter de leiding van het be stuur te scharen. De woorden van de verschillende sprekers werden met* langdurig applaus begroet. In verband met de actie is te Kerkrade een stakingsbureau gevestigd. Voor de Duitsche arbeiders bij de Doma niale mijn is aan de Duitsche zijde van de grens een tweede stakingsbureau gevestigd. Door den Nederlandschen Mijnwerkers bond is Zondagmiddag een) huishoudelijke ren maandelijks. Toen zij de redactie neer legde, had het tijdschrift reeds een goeden naam in de tijdsohriftenwereld. Bok's taak was dus voort te bouwen op de soliede basis, die reeds gelegd was. Bok beschrijft nu bet succes van het tijdschrift in de volgende woorden: Het succes van „The Ladies' Home Jour nal" igroeide bij voortduring. De oplaag had het tot nu toe voor een maandblad ongehoorde cijfer overschreden van anderhalf mlllioen exemplaren per maand en was bereids dicht aan de één driekwart millioen. En niet alleen dat bet cijfer zoo hoog was, maar deze aan tallen werden ook alle verkocht. Het publiek kon het tijdschrift niet krijgen als premie- uitgave tegen goedfcooper .prijs; reeds voor jaren was het systeem van premie-uitgaven of van bet geven van geschenken of iets van dien aard, dat wel1 wordt aangewend om de inteekening te 'bevorderen, verlaten. De agen ten konden hun onverkochte exemplaren niet terugzenden. Het gevolg hiervan was, dat elk exemplaar ook inderdaad door het publiek gekocht werd voor den vollen prijs of, bij in teekening, voor een inteekenprijs. En de vraag werd den uitgever gesteld: „Hoe legt gij het aan om de verspreiding zoo op ts vos- ren?'' te gaan, het was een autocratisch» versprei ding. En de vraag werd den uitgever gesteld: „Hoe legt gij het aan om de verspreiding zoo op te voeren?" Bok's onveranderlijk antwoord was, dat hij zijnen lezers het beste gaf van het soort lec tuur, dat hij voor hen geschikt achtte, es dat vergadering van afgevaardigden gehouden, gevolgd door een openbaar oongres, waarop behandeld werd de voorstellen van de mijn- directies in zake de collectieve loon- en ar beidsovereenkomst. Besloten werd het voor gestelde contract in de afdeelingen te behan delen en later een besluit te nement Vervolgens kwam aan de orde bet al of niet proclameeren van de staking bij de do maniale mijnen. Nadat de voorzitter, de heetn O. v. d. Bilt, den toestand toegelicht had en verschillende afgevaardigden het woord ge voerd hadden werd met algemeene stemmen bsloten de staking te proclameeren voor den Nederl. Mijnwerkersbond. De voorzitter wees er nog op, dat deze sta king een zuivere «loonstrijd is en dat de or ganisatie zioh niet mengt in de kwestie tus sohen regeering en domaniale mijndirectie. Vain de 8000 arbeiders bij de Domaniale mijnen zijn veertig procent georganiseerd; en) wel 8 900 in den Chr. Mijnwerkersbond en de Chr. Gewerkverein; een kleine 200 in de Moderne Organisatie en 300 in den Neu tralen Mijnwerkersbond. De Prot. Christe lijke en Federatieve organisatie tellen slechts enkel© leden bij da Domaniale mijnon. I Vati de circa 1500 boven- en ondergTond- sche arbeiders, welke de om zes uur aanvan gende ochtendploeg telt, hebben er Maandag slechts een twintigtal het werk aangevangen. Dit zijn dan nog meerendeels pompenmachi- nisten en leerlingen van de mijnschool, die opleiding ontvangen als mijnbeambten. Voor de ingangen der mijn groepeeren clubjes stakers samen, doch de stemming is uiterst kalm. De eenigszins versterkte mare chaussee-brigade in het dorp heeft dan ook een zeer gemakkelijke taak bij de bewaking van bet mijncomplex. In de vergadering van gisteravond is de gemeenterekening over den dienlst 1920 voorioopig goedgekeurd, wat de gewone middelen betreft in ontvangst en uitgaaf ad 3.078.086, met een nadeelig saldo van 209.784; wat de buitengewone middelen aangaat met een eindcijfer van 7.891.270, mlet een nadeelig saldo van 055.825, zoodat het totaal nadeelig saldo bedraagt 1.165.110. De raad heeft op voorstel van B. en W, afwijzend beschikt op het verzoek van de af- deeling „Zaanstreek''' van den' Ned .Bond van Gepensioneerden om vrijstelling van pre miebetaling. B. en W. oordeelden het ge wenscht om te dezen opzichte, evenals in alle soortgelijke gevallen, het voorbeeld van het Rijk te volgen, o.m. om daardoor het verwijt te ontloopen, dat de gemeente onnoodig© uit gaven doet Het bestuur van bet Nationaal Arbeidsse cretariaat heeft te Amsterdam vergaderd met de boofdbeSturen' van de bij het N. A. S. aan gesloten federaties en bonden, o.m. ter be handeling van de door bet bestuur van het N. V. V. aan het N. A. S. en A. V. V. toege zonden uitnoodiging om besprekingen oven eenheid van de niet confessioneel© vakcen- tralen te openen. De vergadering sprak zich eenstemmig uit voor eenheid, mits deze anti-kapitalistisch en op socialistische basis gevestigd is en ver klaarde zich met algemeene stemmen homo geen met het door het bestuur van het N. Ju S. bereids verzonden antwoord. Voorts nam de vergadering kennis van da voorgestelde wijziging van de Arbeidswet en constateerde, dat hierin de aandrang van de werkgevers tot uiting komt en zij, een ver slechtering voor de arbeiders beteekent. Het bestuur 'kreeg opdracht in dezen de noodiga stappen te doen teneinde een actie te ontwik kelen. Eveneens werden besprekingen gevoerd over de werkloozenverzekering en de aan hangig zijnde herzienings- en wijzigings voorstellen van het geheele instituut der werkloozenverzekering. Ook te dezen aanzien kreeg het hoofdbestuur opdracht en man daat de zijnerzijds noodig geachte maatrege len te nemen. De Oenltrale Commissie voor georgani seerd overleg in ambtenaarszaken vergader de Donderdag j.1. onder presidium van prof. mr. N. F. W. Treub. Naar aanleiding van de behandeling voor eenige salaris-quaesties, waarsohuwde de voorzitter de commissie ten ernstigste geen adviezen uit te brengen, die in verband mlet de toestand van 's-landa financiën, voor de Regeeiing onaannemelijk zouden zijn. Naar 's voorzitters persoonlijk» overtuiging laten 's lands financiën geen al gemeene verbooging van salarissen der ambtenaren toe. Wil iets terecht komen van het georganiseerd overleg, dan dient ook de Centrale Commissie rekening te houden *met den benarden toestand der financiën. hij moeite noch kosten daarvoor spaarde. Toen mr. Howells hem eens vroeg boe hij zijn lezers indeelde, antwoordde hij: „Wij be roepen ons op de intelligente Amerikaansche vrouw, liever dan op het intellectueele type". En hij gaf haar het beste dat te verkrijgen was. Daar bij wist, dat zij vexzot was op per soonsbeschrijvingen in de literatuur, gaf bij baar achtereenvolgens Jane Addams verhaal wMijn vijftien jaren in Huil House", en het Interessante verhaal van Helen Keiler „Ge schiedenis van mijn leven"; Hij noodigde Henry van Dyke uit, die nimmer in het Hei lige Land geweest was, daar heen te gaan, er te kampeeren in een tent en een serie schet sen te schrijven „Buitenshuis in het Heilige Land"; hij verkreeg van Lyman Abbott diens verhaal „Vijftig Jaar minister". Gene Strait- ton Porter werd uitgenoodigd haar ervarin gen van het leven der vogels mede te deelen; 'Deken Hadges om van zijn arbeid aan het Episcopaal Seminarie te Chambridge afstand te doen en een bijbelsche geschiedenis voor kinderen te schrijven; en hij vulde zijn werk voor de kinderen aan met het publiceeren van Rudyard Kipling's verhalen „Just so", en diens „Puck of Pook's Hill". F. Hopkinson Smith werd uitgenoodigd een zijner besta verhalen over zijn vele reizen te schrijven en „De man in den armstoel" verscheen in het ijdsohrift; Kate Douglas Wiggin publiceerde er een landelijk verhaaltje in „De oude Kerk bank", tenslotte Jean Webster haar ervarin gen omtrent het leven in weeshuizen, In „Vadertje Langbeen". ■De lezers van „The Ladies* Home JomraaT

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1921 | | pagina 5