NIEUWSBLAD VOOR
HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Eerste Blad.
VOLHARDING'» BROOD
No. 5443
ZATERDAG 20 AUGUSTUS 1921
49e JAARGANG
Versohynt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag
REDACTEUR-UITGEVER: O. DE BOER Jr., HELDER
Bureaiu: Koningstraat 29 Interc. Telefoon 50
BUITENLAND.
De Raad van den Volkenbond.
OPPER-SILEZIE.
FRANKRIJK.
Brland aan het woord.
Ingezonden mededeellng.
LUCHTVAART.
Ziekte ouder de oesters.
ENGELAND.
Lloyd George over de rijksconferentie en
de conferentie van Washington.
Ingezonden mededeellng.
NIERAANDOENINGEN BIJ KXNDEBSV.
Kinderen zyn zoowel (éi volwassenen on
derhevig aan nleraandoendngen en men heeft
zelfs opgemerkt, dat prooentegewijze mees
>iaassteenen voorkwamen bjj klad.enen dan
by volwassenen.
Sommige kindezen erven rdetzwalrte over.
By anderen ia het een gevolg van mazelen,
scharlakenkoorts, dlphteritiib windpokken m
dergeiyke Infectieziekten.
De ouders dienen derhalve op te passen,
als een (kind klaagt over pijn is den rug
en de ledematen, pijn in de schouders, of als
de urine bezinksel bevait Allldht la het meert
voorkomende gevolg van nierzwakbe by kin
deren het verlies van de macht over de
blaas, hetgeen badwateren en dergelijke on
aangename kwalen veroorzaakt.
Ais uw kind teer en kwynend ia, niet
speelt en draaft als andere kinderen, treurt
en klaagt over moeheid, weea dan bedacht
op een vorm van nleraandoeaing ea onder
zoek dit spoedig.
Fosterie Rugpym Nieren Pillen Meken suc
cesvol in tal van dergeiyke gevallen. Het
verdient dan teven» aanbeveling om opwin
ding door stoelen en leaen voor het slapen
gaan te verimyden, het kind 's avonds niet
te veel te laten drinken, het niet te warm
toe te dekken en het vooral niet te straften
voor zyn kwaal.
Foater'a Rugpyn Nieren Pillen (let op dea
julaten naam) zyn te Helder verkrijgbaar by
A. ten Klooster, Keizerstraat 98, 8 I 1.75 per
doos.
FEUILLETON.
4)
De oude Jardine legde zyn zware hand op
mijn schouder.
Ik geloof dat hy me een jongen vond.
COURANT
ABONNEMENT PER 8 MAANDEN BIJ VOORUITBETALING:
Heldersche Courant f 1.50; fr. p. p. binnenland f 2.—, Ned. 0. en W.
Imdie P. zeepost f 2.60; id. p. mail en oveiige landen f 4,20. Zondagsblad
resp. f 0.676, f 0.75, f 0.85, f 1.25. Modeblad resp. f 0.95, f 1.25,f 1.25, f 1.60
Losse nummers der Courant 4 ct., fr. p. p. 6 ct.
Past-Girorekening No. 16066.
ADVERTENTIEN
20 ct, p. regel (galjard). Inge®. meded. (kolombr. als redae. tekst) 60 et.
Kleine adv. (gevr., te koop, te huur) v. 1—4 reg. 50 ct., elke regel meer
10 ct. bij vooruitb. (adresBur, v. d. bi. en met br. onder no. 10 ct. p. adv.
extra). Bew.-no. 4 ct. Alle prijzen tijd. verh. met 10% papierduurtetoeel.
Op- en ondergang van Zon en Maan
en tijd van hoogwater (Texel).
(Z o m e r t ij d).
Maan Zon Hoogwater
Ang. op: ond.: op: ond.: v.m.:n.m,
Zondag 21 a. 8.58 m. 8.51 5.53 8.12 10.45 11.10
Maand. 22 9.21 9.55 5.55 8.1011.1511.40
Dinsdag 23 9.46 11.1 5.56 8.7 11.5012.15
Woensd.24 10.15 12.7 5.59 8.5 12.25 12.50
Dond.d. 25 10.49 1.15 6.— 8.3 1.— 1.5
Vrjjdag 26 11.81 2.21 6.1 8.1 1.30 1.50
Zaterd. 27 12.21 8.23 6.2 7.58 2.20 2.50
De Raad van den Volkenbond zal tegen 25
dezer te Genéve bijeenkomen om ziioh bezig
te houden met het Opper-Silezische vraag
stuk.
Te Kattowitz is Dinsdag een vergadering
gehouden van alle Duitsche en Poolsche vak
vereenigingen en partijen.
(Besloten werd in de Duitsche en Poolsche
bladen de bevolking te wijzen op de noodza
kelijkheid om de nationale tegenstellingen te
overbruggen en een gewelddadige oplossing
der O.-S. kwestie alsmede alle buitensporig
heden te vermijden.
Besloten werd tot instelling van gemengde
oommissies, welke voor het herstel van
orde en rust zullen zorg dragen. De vorming
dezer oommissies is reeds begonnen.
Terwijl de staatslieden nog napleiten over
de beslissing van den Oppersten Raad, heb
ben de leiders van alle Duitsche en Fonische
partijen en vakbonden in Opper-Silezië een
goede daad verricht, door een bestand te
sluiten, dat de bevolking van hun gewest zal
bewaren voor de ellende, die anders onver
mijdelijk op het uitstel ware gevolgd. De op
roep, dien zij overeengekomen zijn zoowel in
de Duitsche als In de Pooische bladen te
plaatsen, legt den nadruk op de noodzakelijk
heid om de nationale tegenstellingen te o ver
bruggen en zich te onthouden van elke po
ging om met geweld een oplossing van het
aan den Volkenbond voorgelegde vraagstuk
door te drijven. Gemengde Duitsoh-Pooische
commissies zullen overal voor de handhaving
van orde en veiligheid zorgen.
Dit is de eerste stap in de richting van
verzoening tusschen de twee nationaliteiten,
die hoe ook over ons land worde beschikt
naast elkaar moeten blijven wonen en
werken. Verder is het een afdoende wenk
voor Korfanty en consorten, om zich rustig
te houden en hangende het beraad te Genève,
geen roet in het eten te gooien.
Briand heeft Woensdagavond journalisten
ontvangen, tot wie hij de volgende verklarin
gen heeft afgelegd:
Ik heb waarachtig niet den minsten zin om
de polemiek uit de Oppersten Raad te verlen
gen, die lang genoeg heeft geduurd. De
kwestie is bovendien om advies in handen
van den Raad van den Volkenbond, die
■uit vertegenwoordigers van acht landen be
staat, wier vertegenwoordigers alle mogelijke
waarborgen voor onafhankelijkheid geven.
Zij zullen, overeenkomstig hun geweten en
hun rechtvaardigheidsgevoel, de elementen
weten te vinden voor een meening, overeen
komstig den letter en den geest van het Ver
drag.
Wat mij aangaat, vervolgde Briand, Ik heb
het volste vertrouwen in hen. Ik bewijs zoo
doende een keer te meer, dat de Fransche re
geering, wat men ook van haar gezegd moge
hebben, in deze zaak van alle vooringeno
menheid gespeend is.
Een journalist merkt vervolgens aan Bri
and op: „Gy kunt de redevoering van den
Engelsohen eersten minister in het Lagerhuis
niet onbeantwoord laten. Het is niet mogelijk
voor u om in de Kamers te spreken, daar die
op recès zyn. Zoudt gy daarom niet met en
kele woorden aan ons kunnen zeggen wat gi,
er van denkt?"
(Briand aarzelde een oogenblik, hief toen
het hoofd op en zeide: „De toespraak van
den Engelscheü eersten minister Is volkomen
geiyk aan, die welke hy hield dn den Opper
sten Raad. Hij verdedigde dezelfde stelling
met dezelfde argumenten, welke, naar ik blijf
volhouden, in niets de Eransche stelling ver
zwakken. Het is een vergissing van Lloyd
George om onzê houding alleen toe te schry
ven aan het verlangen naar veiligheid.
Wy zyn, evenals hy, uitsluitend verkleefd
aan het denkbeeld van een rechtvaardige uit
voering van het vredesverdrag. Onze ziens-
wyzen loopen 'echter uiteen over de wyze,
waarop artikel 88 moet worden gelezen en
vooral over den geest waarin tot die volks
stemming is besloten1.
Het advies van den Volkenbond zal dit
voor ons uitmaken.
Ih den Oppersten Raad waren wy het maar
over twee punten volkomen eens. Onze des
kundigen, in het byzonder de juristen, heb
ben met algemeens stemmen de volgende
conclusies aangenomen: lo. het verdrag be
vat in principe en in feiten de verdeeling van
O. S.; 2o. deze verdeeling moet plaats hebben
volgens den wensch der Inwoners, dit is de
eenige gedachte die daarby voorzit.
En latefi wy nu de uitslag van de volks
stemming bezien, rekening houdende met de
overwegingen van igeografischen aard, wel
ke omschreven zyn in art. 88: Wanneer men
de kaart van O.-S. bekijkt, en aan de eerste
logische opwelling gehoor geeft, verdeelt men
in een oogwenk dit land vrywel nauwkeurig
in twee deelen. Wat ziet men nu?
Ten eerste, dat, volgens den .uitslag van de
stemming, het Westeiyk deel, aan den kant
van Dultschland, in meerderheid Duitsch is;
en tweede, dat het Oosteiyk deel, aan den
Poolsohen kant, In meeerdexheid Poolsch la
Van het eerste oogenblik af, zoo vervolgde
Briand, stelde Frankrijk voor, dat er een ver
deeling zou plaats hebben volgens dit vast
gestelde feit. Bet is dus wel moeiiyk, vol te
ïouden, dat het een verkrachting van de
letter, en vooral van den geest van het ver-
dralg is. Maar men wierp ons tegen, dat art.
88, dat rekening hield met economische over
wegingen den geallieerden de plicht opleg
de, dit standpunt onder oogen te zien.
Toen diende men te weten, wat men moest
verstaan onder het „industriegebied". Wy
Helden staande, dat, daar de myn de ver
werkster is van de fabriek en geroepen om
deze te ontwikkelen en uit te breiden, het
heele myngebled moest 'begrepen zyn in de
economische overwegingen, waar art. 88 van
spreekt. Als men rekening houdt met de
stemgerechtigden Ih dit deel van Opper-Slle-
zië hebben de Polen onbetwistbaar ruim
schoots de meerderheid. Men zal moeten toe
geven, dat deze redeneering in overeenstem
ming Is met het verdrag en dat Frankryk
stlpteiyk kon houden aan dit gebied, waarin
zich sterke Duitsche enclaves bevinden, wel-
ce slechts een étappe vormen ln de ontwik
keling van het gebied.
Toen werden de deskundigen geroepen
om de grenzen van het uiterst beperkte ln-
dustrieele gebied te trekken en de motieven
ter waardeering van de zaak voor te berel-
Een zeer bekend Amerikaansch vliegenier,
bijgenaamd „De Vliegduivel", zal binnenkort
in den Helder probeeren op 2000 meter hoogte
van het ééne vliegtuig in het andere over te
stappenNadere bijzonderheden, als plaats en
tijd, volgen 1
den, opdat men zou kunnen nagaan of het
al dan niet verdeelbaar was. De Engelschen
zeiden: Neen, wy: Ja. Het is voldoende oan
zich het werk der deskundigen in het geheu
gen terug te roepen om te zien, dat wy geiyk
hadden. Nopens de elementen, welke wat
men noemt den industrieelen driehoek moes
ten samenstellen, bestond een ander verschil
van meening. Onze deskundigen verdedig
den, dat zy alle elementen moest omvatten,
welke de economische eenheid van het bek
ken uitmaken, ibyvoorbeeld de fabrieken van
Koenigshuette torygen al hun steenkool en
cokes uit Rybnik, waar zy hun mynen heb
ben, terwijl de fabrieken van Rybnik hun
jsmeiterij' te Koenigshuette hebben. Onze
deskundigen verdedigden het standpunt, dat
deze saamhoorigheid niet toeliet de mijnen
en fabrieken van Rybnik van het industrie
gebied af te scheiden. Hun Engelsche col
lega's weigerden deze stelling te aanvaarden.
Het gevolg hiervan zou zyn, dat een groote
menigte van 'lieden, die voor Polen gestemd
hebben, uitgesloten zou worden van het
totaal aantal stemmen ter berekening van de
meerderheid' voor de toekenning van het ge
bied.
Dezelfde onmogeiykbeid bestond om het
eens te worden over de toevoeging aan het
economisch bekken van de zuiver Poolsche
streken, die de onmisbare behoeften van de
industrie leveren, en ook over de veneeniging
van de zinfcmynen en de zinkfabrietoen, en
nu spreek ik nog niet eens van de spoor
wegen.
Ziedaar, zei Briand, de voornaamste rede
nen van ons meening8verschil.*!Ik kon mij ex
niet toy neerleggen, dat de geest, waarin het
verdrag werd ontworpen en opgesteld, er
toe zou leiden, dat men. aan Duitschland (dat
ioor de geallieerden plechtig verantwoorde
lijk Is verklaard) een enorme meerderheid,
die Poolsch gestemd' heeft, zou geven, ter-
wyi Polen slechts een zeer .kleine hoeveel
heid van hen, die voor Polen hebben gestemd,
zou krijgen. En dit alleen om de reden, dat
Duitschland vyftig jaar geleden, na afloop
van den oorlog van 1870, met de aan Frank
rijk ontrukte mlliarden, industriën heeft ge
vestigd midden in een etnografisch Poolsch
gebied. Dat is het verschil van meening, dat
voor den Raad van deni Volkenbond ié ge
bracht. Die is nu geroepen, overeenkomstig
het Volkenbondsverdrag, en het vredesver
drag, aan den Oppersten Raad het advies te
geven, ln volkomen onafhankeiykheld van
geest, dat hem ln staat zal stellen het defini
tieve besluit te nemen, dat by art. 88 wordt
geëiscbt.
Van nu af legt zich een stilzwygen op en
dat zal ik niet verbreken.
Een journalist vroeg aan Briand wat hij
dacht van de overige gedeelten van Lord
George's redevoering.
Ik denk, zei Briand, dat het belangrykste
deel van die redevoering dat is, waarin hy
met zijn gewone welsprekendheid de over
eenstemming van de geallieerden bezwoer.
(■Iet vraagstuk van Opper-Silezië heeft een
voorbijgaand geschil veroorzaakt, dat, als
het eenmaal opgelost is wat, naar ik hoop,
spoedig het geval zal zyn niettemin de
noodzakelijkheid voor de landen der entente
zal laten blijven bestaan om hun nauwe ver
eend te handhaven, ten einde Europa het
evenwicht en de stabiliteit te schenken, welke
onmisbaar zyn voor den wereldvrede.
De beroemde oesterbedden van Morbiham,
die de beste Framsche oesters opleveren, zyn
op het oogenblik het slachtoffer van een tot
heden onbekende ziekte onder de oesters,
welke groote verwoestingen aanricht. In de
laatste jaren kostten de oesters ongeveer 50
francs per duizend September as. zullen de
duizend 350 tot 400 francs kosten, hetgeen
beteekent, dat een dozymtje in een Parysch
restaurant op ongeveer 10 francs zal komen
Eenige weken geleden ging een vertegen
woordiger van een wetenscbappeiyk bureau
te Parijs naar Penerf, om een onderzoek ter
plaatse in te stellen. Hij vond' er volkomen
verwoeste bedden, en duizenden doode
oesters.
De oorlogsmisdadigers
Donderdag heeft de advocaat-generaal in
het Lagerhuis geantwoord op geoefende
critiek, dat de straffen aan de oorlogsmis
dadigers opgelegd, te zacht waren. Hij zeide,
dat de straffen, in bepaalde gevallen toege
meten, volgens het Duitsche Wetboek wet
tig waren. Hy gaf toe, dat in de zaak-Müi-
ler de straf volkomen onvoldoende was. Met
betrekking tot een ander geval wees hy er
op dat, ofschoon het vonnis licht was volgens
den Engelsohen maatstaf, het volgens Duit
sche begrippen zwaar was, omdat het slechts
in zeer ernstige gevallen was, dat een officier
of onderofficier naar de gevangenis werd ge
stuurd. Als iemand, die by de processen te
Leipzlg aanwezig was geweest, meende hy
dat het betameiyk was te zeggen, dat hy den
indruk had gekregen, dat het Hof den ou-
rechten wensch had zich van de waarheid te
vergewissen. Hy betwyfelde of het ooit mo
gelijk was, volledige voldoening te verschaf
fing van het standpunt der beschuldigers,
wanneer processen onder vreemde jurisdictie
plaats hadden. Doch wat ook het resultaat
van de processen mocht wezen, opgemerkt
moest worden, dat't voor den eersten keer in
de wereldgeschiedenis was, dat 'n verslagen
land ertoe was gedwongen, enkele zyner
eigen misdadigers te berechten, en de recht
banken van het verslagen land, hadden in 'n
aantal gevallen enkele zyner eigen onderda
nen schuldig bevonden aan wreedheden en
ze veroordeeld tot straffen welke, zoo wy al
meenden, dat ze onvoldoende waren, ln leder
geval een ernstig brandmerk zetten op het
land In quaestie. Hij keurde 'n eindoordeel
in deze quaestie op dit oogenblik ten zeerste
af, doch men mocht niet vergeten, dat de
Duitsobers nooit of te nimmer ln staat zou
den zyn te zeggen dat zy zich niet hadden
schuldig gemaakt aan barbaarsche wreedhe
den tegenover krijgsgevangenen en anderen,
daar de misdadigers door hun eigen'recht
banken waren veroordeeld. Dit zou zonder
twyfel 'n nieuwe myipaal beteekenen op den
weg der internationale justitie.
Lloyd George heeft Donderdag in het En
gelsche Lagerhuis verklaringen afgelegd no
pens de resultaten van de onlangs gehouden
rijksoonferentie en de vooruitzichten voor
de aanstaande oonferentie van Washington.
De laatste paar jaar, zei hij, zyn getuige ge
weest van een merkwaardige ontwikkeling
van de 'Samenstelling en den groei van het
rijk. De overzeesche zelfbesturende gewesten
hebben vrijwillig een miljoen mannen en
Indlë anderhalf miljoen ter hulp van het ryk
gezonden in den jongsten oorlog. Hun hulp
heeft de gebeurtenissen een ander aanzien
gegeven. Het Britsohe ryk is gebleken we
zenlijk te bestaan en geen hersenschim te
zijn.
De eerste ministers van het rijk en de ver
tegenwoordigers van Indlë hebben thans zeer
diepgaande en openhartige besprekingen ge
houden over de buitenlandsohe politiek van
het Britsche ryk en zijn tot overeenstemming
gekomen nopens de politieke richtsnoeren
in zaken als die nopens Opper-Silezië, Klein-
Azië, de schadeloosstelling en de ontwape
ning van Duitschland. Men is overeengeko
men, dat nopens alle vraagstukken van bui
tenlandsohe politiek de overzeesche gewesten
ingelicht en geraadpleegd zuilen worden,
voor zoover de afstand zulks toelaat.
De beste weg om de eenheid des rijks en
zyn veiligheid' door gemeenschappelyk over
leg te verzekeren, is gelegen in het verbete
ren van de verkeers- en gemeenschaps
middelen.
De oonferentie is overeengekomen, dat het
rijk moet beschikken over een marine, die
van geen enkele andere de mindere is en men
was algemeen van gevoelen, dat de zelfbe
sturende gewesten daarin moeten bijdragen.
Ten aanzien van het Engeisch-Japansche
bondgenootschap zei Lloyd George, dat het
in den jongsten oorlog metterdaad ep de
proef is gesteld en dat niemand, die de ge
beurtenissen heeft gevolgd, tot een andere
gevolgtrekking heeft kunnen komen, dan
dat het eerlijk en trouw is toegepast en uit
gevoerd door Engeland's Japansehe bondge-
nooten. Zouden wij hun nu, zei Lloyd Geor
ge, den rug moeten toekeeren, en zelggen:
„Dank u well Gy hebt ons bijgestaan toen
wij in moeilijkheden waren, maar nu hebben
wij u niet langer noodig!" Dat wil niet zeg
gen, dat Engeland een bondgenootschap ver
langt, dat tegen een anderen staat gericht
is, en zeker niet tegen de Vereenlgde Staten.
Het is het voornaamste beginsel van de En
gelsche politiek en moet dat hiyven
dat wy (handelen in een zoo volledige over
eenstemming met de Vereenlgde Staten als
tusschen twee landen maar mogeiyk is. Be
zie niet in, ging Lloyd George voort, waar
om het onmogeiyk zou zyn onze verplichtin
gen jegens Japan in gedachten te houden
en onze vriendschap voor dat groote land te
behouden en tezelfdertyd den geest van broe
derschap jegens de Vereenlgde Staten te be
waren.
Indien het bondgenootschap met Japan
kou worden uitgebreid tot een ruimere over
eenkomst met Japan en met de Vereenlgde
Is niet slleen door den prijs, maar het meest door de hoedanigheid der grondetoffen het goedkoopat. Het wedijvert dua met de kwaliteit van
alle andere broodeoorten, ataat daarom aan de splte. Neemt eens proef 1 Vol-Melkbrood 28 oent, Wittebrood 24 oent, Zeeuwaoh 22 oent.
Naar het Engelsch
van RUBY M. AYRES
door W. J. A. ROLDANUS JR.
„Je weet, dat ik geen oude idioot ben, die
maar alle kletspraatjes uit de buurt luistert,"
begon hy na een oogenblik. „Wanneer ik
iets hoor omtrent iemand, voor wien' ik me
interesseer, dan zorg ik eerst zekerheid te
krijgen, voor ik iets zeg. Ik heb het land
aan kletspraatjes- Daar heb ik mijn buik
vol van gehad, toen ik in de stad woonde,
maar ditmaal.Hy (hield even op. „Dit
maal heb ik zekerheid volkomjen zeker
heid," zeide hy beslist en nam een nieuwen
slok whisky.
Ik wachtte geduldig; Je moest den ouden
Jardine nooit overhaasten. Maar het leek
wel een eeuwigheid, voor hy weer begon.
„Ik mag je graag, Budhananl Ik heb je
altijd graag gemoogd; Je bent een) flinke
kerel; dat heb ik den eersten keer, dat ik
je ontmoette, dadelijk gezien.Goed, daar
pillen we niet verder over praten!" toen
ik een ongeduldig gebaar maakte. „Maar
als ik je niet zoo graag mocht, zou ik de
moeite niet nemen je lastig te vallen, maar
ik weet wat je voor den jongen Don gedaan
hebt, en Ik weet hoeveel je van hem houdt,
en daarom zou het me zoowel voor jou als
■voor hem spyten, als ik den jongen ver
keerde dingen zog doen; en dat zal gelbeu-
ren, als hy zoo voortgaat."
„Je bedoelt het meisje naast ons?"
zeide ik.
De oude Jardine keek ime aan-
„Dat bedoel ik heelemaal niet. Ik wist niet
eens, dat er een meisje dicht in de buurt
woonde. Ik stel geen belang in myn buren! en
zy niet In my, geloof lk. Ik woon hier, omdat
ik van het buitenleven houd en Londen in»
de keel uithangt, omdat lk naar rast ver
langgoed, daar zullen we niet op in
gaan!" Hy dronk zyn glas leeg en zette het
neer met een smak, die hem öastle's woede
op den hals gehaald zou hébben, als zy erby
geweest was.
„Neen, air," ging hij voort op zijn decla
matorische manier, die altijd klonk, alsof
hy een vergadering toesprak. „Ik heb het
over een jonge vrouw met wie hy voort
durend te Heston gezien wordt-"
„Wat? Toch geen tweede?" bromde ik.
De oude Jardine ging niet op ntijn inter
ruptie in.
„Ik kan van Don een heeleboel door de
vingers zienj," ging hy voort. „Jongens zyn
jongens en ik ben zelf ook jong geweest.
Ik zie nog graag een knap snoetje op myn
ouden dag maar dat meisje deugt niet.
Zij komt uit een zootje en is een avonturier
ster. Knap, onmlddeliyk toegegeven, maar
ongetwyfeld een avonturierster, die jouw fi-
nancieele positie en die van Don kent. daar
verwed ik mijn hoofd onder. Ik heb een) de-
geUjk onderzoek ingesteld en
„Hoe weet je dat allemaal! Wie heeft het
je verteld?" viel ik (hem in de rede. „Wie
ken je te Heston?"
De oude Jardine blies zidh op met een
soort zelfbewuste waardigheid.
„Wie ik te Heston ken? Lieve hemel, ik
ken byna iedereen ln de vliegsdhool daar
en zy kennen my allemaal! En zy praten!
Iedereen praat! Wat ls er trouwens anders
te doen? Zy kennen allemaal dat meisje,
maar het schynt dat Don de eerste favoriet
is. Hy gaat lederen avond, wanneer hy geen
dienst heeft, met haar uit.
„Wil Je daarmee zeggen, dat zy te Heston
woont?" vroeg lk.
„Ik weet met waar zy woont," zeide de
oude Jardine geprikkeld. „Maar ik heb ter-
wille van jou zoowel als van 'hem eens goed
geïnformeerd. Haar moeder was een door
en door slechte vrouw en haar vader
Hy haalde zyn schouders op. „Hy hield een
speelhuis voor jonge gekken totdat het ont
dekt en er een schotje voor geschoten werd,
ernaar nu.De hemel mag weten wat hy
is of wat hy doet om aan de kost te komen.
Maar ik kan je er donder op zeggen, dat
hij Don als zyn toekomstigen schoonzoon
beschouwt, en voor zoover ik Don ken en
ik zeg het niet omdat ik den jongen niet
mag, dat weet je net zoo goed als ik is
hy zoo week als was, als er een knap ge
zichtje in het spel is.'
Ik dacht aan Don's vader en toen dacht
ik aan het meisje naast ons; een uur gele
den had het mij gehinderd, dat zy Don ken
de en had ik besloten alles te doen! om er
een eind aan te maken; maar het zou beter
zy'n dat dit alles zou beter zijn dan wat
de oude Jardine mij juist verteld had-
Ik zat te staren naar het uitgaande vuur;
de kolen gloeiden niet meer en lk kon niet
langer daarin de silhouetten van het kort
geknipte kopie zien.
„Je neemt het me toch niet kwaiyk?"
vroeg hy eenlgszlns angstig. „Ik vond, dat
je het moest weten; jy merkt zelf zoo wei
nig op, Buchanan! Soms ja waarachtig,
soms vraag ik me af waar je eigeniyk je
heele leven geleefd hebt."
Ik lachte, hoewel ik me allesbehave vroo-
Ujk gestemjd voelde.
„Ik neem het je absoluut niet kwaiyk,"
zeide ik. „Integendeel, lk ben je zeer ver
plicht ik moet eens bedenken wat ik het
beste doen kan."
Ik keek hem hulpeloos aan. „Wat zou jy
me aanraden?" vroeg ik.
De oude Jardine schudde het grijze hoofd.
„Daar is takt, veel takt voor noodig. Als het
onhandig gedaan wordt, loopt hy weg en
trouwt op staarden voet met haar. Als myn
beste vrouw hier was hy zuchtte diep,
„Zy was de eenige die zoo'n liefdeszaak in
orde kon brengen." Hy zette van trots zyn
borst uit. „Maar we hebben het nu niet
over haar.''
Hy keek naar zyn hoed, dien hy altijd
mee naar de kamer bracht en op een stoel
legde.
„Ik ga nou— tot morgen en als ik Don
niet meer zie, wensch ik den bengel dan, als
hy weggaat, alle geluk van mei"
„Maar je zult hem zeker zien," zeide ik.
„Hy heeft acht dagen verlof."
Ik let hem uit De oude Jardine stapte In
den tuin en snoof de koele lucht in, die
zwanger was van den geur van muurbloe
men van een bed beneden het raam van mijn
studeerkamer.
„Prachtige avond!" zeide hy. „Het doet
ntij denken, maar daar hebben we het nu
niet over.Goedenavond, jongen!"
Ik volgde hem den tuin dn.
„Je wilt het hek wel sluiten," begon ik.
Dan hield ik op, want hy had zich omge
keerd en kwam geheimzinnig op zyn tee-
nennaar my toe.
„Wat is er?" vroeg lk verwonderd.
De oude Jardine greep met zyn zware
hand myn arm en wees naar het huis naast
ons.
De voordeur stond open en ln het licht
van den hall konden we heel duidelijk zien
hoe Don zyn hoofd wat vooroverboog, ter-
wyi lüj in de oogen keek van het meisje, dat
naast hem stond eni welks band hy vast
hield.
Zy droeg een wit japonnetje en het licht
van den hall viel vol op het vreemde vlam-
kleurige haar en teekende de omtrekken
van haar profiel af.
Ik lachte vrij bitter.
„Dat is het meisje, waar ik het daarnet
over had," zeide ik- „Blijkbaar weer een van
Don's 's affaires de ooeur.
De oude Jardine stikte byna ln zyn op
winding; zyn vingers klemldon zich om mijn
arm tot ik byna schreeuwde om genade.
„Een andere!" zeide hy heesoh. „Een an
dere 1 Het is dezelfde. Het is het meisje, waar
ik het daarnet over had."
HOOFDSTUK EL
Dus waren het meisje naast ons en het
m/eisje uit Heston een en dezelfde. En de
oude schelm met zijn gladde tong, die er
dien! nacht met mijn flesch whisky van door
gegaan was, was de man, van wien de oude
Jardine me verteld had, de man, die „een
speelhuis voor jonge gekken gehad had, tot
het ontdekt en er een «ohotje voor gescho-