HELDEISCHE COURANT
Derde Blad.
VAN ZATERDAG 19 NOVEMBER 1921.
BUITENLAND.
DE CONFERENTIE TE WASHINGTON.
De duur der conferentie.
Een Chineesch voorstel.
De houding van Japan.
Yap.
Het stopzetten van den
scheepsbouw.
BRITSCH-INDIE.
Het bezoek ^an den Prins van Wales.
DUITSCHLAND.
De kredletaetle der industrie en de commissie
van herstel.
De Deutsche Werke.
FRANKRIJK.
Het proces Landru.
INGEZONDEN.
Onze Volkshuisvesting en wat daarmede ln
verband staat.
De bijz. oorrespondent Tan de N. Rott. Crt.
te Washington meldt aan zjjn blad: Ik heb
thans den indruk, dat het door mij geseinde
bericht „van een zeer betrouwbare zijde"
(zie le blad onder „Spoedige verdaging?")
vooruitliep op de feiten. Wel is waar, dat er
in het Amerikaansche kamp een besliste om
mekeer heeft plaatsgevonden. De Ver. Staten
zijn bereid om den eisch van gelijktijdige
behandeling van het ontwaperiingsvraagstuk
en het Stille-Zee-vraagstuk te laten vallen.
Enkel houden zij nog om de gemelde re
denen vast aan de gelijktijdigheid van de
overeenkomst op het punt der beperking van
de wapeningen en van een voorloopige af
spraak over het Stille-Zee-vraagstuk. Daar
door is het aanzienlijk gemakkelijker gewor
den om tot een toenadering te komen, ter
wijl het ook in overeenstemming was met
den wensch van de andere deelnemers aan
de conferentie.
De vorige week werd den duur der con
ferentie door de Amerikaansche ambtenaren
op vier maanden geschat. Heden denken zij
dat het eind der conferentie binnen enkele
weken zal kunnen bereikt zijn.
De voorstellen van China vormen het mid
delpunt van de belangstelling.
Naar luid van een persbericht hadden de
Fransche er zich in gunstigen zin over uit
gelaten; in werkelijkheid echter zijn zij in
hun oordeel vrijwel gereserveerd.
De Japanners hebben een paar dagen be
denktijd gevraagd voor zij hun oordeel zeg
gen. Waarschijnlijk zullen zij met tegenvoor
stellen antwoorden.
In de gisteren gehouden vergadering over
het Stille-Zee-vraagstuk, bleek dat groote
vorderingen waren gemaakt. De stemming
is veel geruster geworden.
Nader meldt decorrespondent nog:
Het staat al twijfelloos vast, dat de einde-
lijke oplossing van het vraagstuk van den
Stillen Oceaan op deze conferentie niet is tc
bereiken, intusschen zijn er al twee belang
rijke resultaten te boekstaven, n.1. de toe
nemende bekeering van Amerika van zijn
simplicistische beschouwing van het vraag
stuk en Japan's dieper inzicht in de gevaren
van imperialisme en de latende eensgezind
heid va nhet blanke ras. Deze wederzijdsche
inzichten dragen op nuttige wijze tot de ont
spanning bij. Bovendien mag men het reeds
thans als een geweldig succes boeken, dat het
radicale ontwapeninpsontwerp alleen op bij
zonderheden, welke buiten het beginsel om
gaan, nog moeilijkheden ontmoet. Men krijgt
thans een veel nauwkeuriger inzicht in de
doeleinden en de mogelijkheden der confe
rentie, wat ten gevolge heeft, dat de kalmte
en berusting toenemen.
Op het oogenblik verklaren alle pachtmo
gendheden in China, dat zij bereid zijn hun
pachtgebied op te geven, als de anderen het
eveneens doen. Vanmiddag hebben de jour
nalisten deze verklaring ook van Engelschen
kant ontvang. Enpeland komt op voor een
politiek van de open deur en de onaantast
baarheid van China en is ook bereid zijn
extraterritoriale rechten op te geven, als er
voldoende rechtszekerheid voor Engelsch-
onderdanen wordt geschapen. Zoo spraken
allen dezelfde woorden, maar de geneigdheid
om in een verdrag vast te leggen is gering.
Vooral de Engelschen schijnen weinig voor
verdragen te gevoelen. Zij beweren, dat de
versterking van het wederzijdsche vertrou
wen van veel meer wezenlijk belang is. Daar
uit valt af te leiden, welken kant de confe
rentie uit gaat. Bovendien schijnt Siberie
voor de Amerikanen en Engelschen onaan
tastbaar te zijn, wat-een algemeene regeling
des te moeilijker maakt. Vandaar dat Ame
rika er bijzonder belang aan schijnt te hech
ten. het maritiem ontwapeningsverdrag tot
stand te brengen.
In de vandaag gehouden bijeenkomst met
de krantemenschen betoogde Hughes, dat al
leen de bouw van groote schepen van wezen
lijk belang is, de andere schepen zijn meer
een zaak, welke de staten zelf alleen aan
gaat. Het was klaarblijkelijk Hughes's be
doeling, zoodoende het pad te effenen tot
overeenstemming.
De Chineesche gezant te Washington heeft
de eischen van China aldus in 10 punten sa
mengevat:
1. De Mogendheden moeten op zich nemen
de territoriale integriteit en de administratie
ve onafhankelijkheid van China te eerbiedi
gen; China zal zich verbinden geen Chi
neesch gebied af te staan of te verpachten
aan welke mogendheid ook.
2. China verklaart zich vóór het „open
deur" beginsel en is bereid op alle deelen
van de Chineesche republiek de verdragen
toe te passen, die met buitenlandsche naties
bestaan.
3. De Mogendheden behooren overeen te
komen geen overeenkomsten te sluiten bij
welke China rechtstreeks betrokken is, zon
der China daarvan op de hoogte te brengen
en het in de gelegenheid te stellen er aan
deel te nemen.
4. Speciale rechten, onscjienbaarheden en
verdichtingen, welke door eenige mogend
heid met betrekking tot China worden opge-
ëischt, worden beschouwd als van nul en gee-
ner waarde.
5. Zoo spoedig de omstandigheden het toe
laten moeten de bestaande beperkingen van
China's politieke, juridictioneele en admi
nistratieve vrijheid van actie worden opge
heven.
6. Redelijke en definitieve termijnen van
geldigheid moeten worden vastgesteld voor
den duur van China's huidige verplichtingen,
welke thans niet door een tijdgrens zijn be
perkt.
7. In deuitlefMng van de bewoordingen,
waarbij speciale rechten en voorrechten zün
toegekend, worde het beginsel in acht geno
men, dat zulke toekenningen stipt worden
uitgevoerd tengunste van die partij, welke
haar had toegestaan.
8. Do rechten van China als neutrale zul
len, bij volgende oorlogen waaraan het niet
deel neemt, ten volle worden geëerbiedigd.
9. Er dient voorziening te worden getrof
fen voor een vredelievende regeling van in
ternationale geschillen in den Stillen Oceaan
en Het Verre Oosten.
10. Er dienen voorzieningen te worden ge
troffen voor toekomstige conferenties, die op
gezette tijden worden gehouden, om te be
raadslagen over de internationale vraagstuk
ken in verband met de Stille Zee en het
erre Oosten, om te komen tot een grond
slag voor de bepaling van 'een gemeenschap
pelijke politiek van de onderteekenende mo
gendheden te dien opzichte.
Naar de Japansche gedelegeerden in-offi-
cieel hebben verteld, zullen zij aan de Con
ferentie een volledige uiteenzetting doen ge
worden van Japah's houding. Deze uiteen
zetting zal naar men verneemt de er
kenning inhouden van het recht op gelijke
kansen in China voor alle mogendheden
Voorts zal in die verklaring worden ontkend,
dat Japan eenig voornemen koestert om
Mantsjoerije te annexeeren of daarvan een
protectaat te maken. Niettemin zal er op
worden gewezen dat Japan in Mantsjoerije
bijzondere belangen heeft, in verband met
den spoorweg en ander beleggingen in de
buurt daarvan, welke Japan moet bescher
men: evenwel zonder dat dit de deur behoeft
te sluiten voor den handel van andere lan
den. Voorts zal de bereidwilligheid van Ja
pan worden betuigd om zijn troepen uit Sibe
rië terug te nemen zoodra er op het vaste
land van Azië regeering zijn, die in staat
zijn, bestendige toestanden te scheppen en
de Japansche kolonisten te beschermen.
Washington, 18 Nov. Japan maakt te Was
hington een uitmuntenden indruk. De kwes-
tie-Yap is vrijwel opgelost dank zij de mede
werking van Sjidehara, den Japanschen fa
zant. Ook ten aanzien van Sjantoeng zijn de
Japanners veel minder koppig dan weid
verwacht.
Londen, 18 November. Een besluit van de
admiraliteit zegt, dat al het werk aan de sche
pen onmiddellijk zal worden stopgezet, maar
het voegt er aan toe, dat deze stopzetting tij
delijk is en alleen om het mogelijk te maken,
dat het werk wordt hervat als de omstandig
heden het noodig zouden maken. Er waren
drie oorlogsschepen in aanbouw aan de Cly-
de, en een aan de Tyne, en het bericht maak
te in beide streken een geweldigen indruk,
aangezien de werkloosheid toch al ernstig
was. De groote smederijen te Porkhead van
Beardmore en Cie te Glasgow worden mor
gen gesloten.
De binnenkomst van den prins van Wales
in de stad Bombay, het beginpunt van zijn
reis door Engelsch Indië, is geen „j-oyeuse
entrée" geweest. Terwijl hij de boodschap
van zijn vader overbracht met den wensch
dat met behulp van de nieuwe bevoegdhe
den, aan het volk verleend, „alle onrust ver
dwijnen zal in goedgeordenden vooruitgang",
werd er in de inlandsche wijken, ten gevolge
van het drijven van de leiders der non coöpe
ratie-beweging, bloed vergoten. Het is een
verschijnsel van de onrust, die in het mach
tige keizerrijk van George V telkens weer
aan den dag komt, omdat een groote partij
niet meer met het beheerschende volk wil
samenwerken. De zorgen van Engeland in
West- en Zuid-Azië en in het op West-Azië
aansluitende Egypte nemen toe, ook omdat
de Kemalisten pas door Frankrijk mondig
verklaard zijn en de propaganda van de
Sowjet in Jfndië hare gevolgen begint te
t-oonen. De opstand der Moplah's aan de
Zuidwestkust van Indië is verre van bedwon
gen* De laatste berichten spreken integen
deel van nieuwe uitbreiding. Een bedenke
lijke factor in den opstand is dat Engeland
zelf in den oorlog de Moplah's in den wapen
handel bedreven heeft gemaakt. Het gebruik
van vele Indische troepen op de slagvelden
van Europa en Azië in dienj oorlog heeft on
getwijfeld het zelfbewustzijn van de Indiërs
verhoogd. In 1857, het jaar waarin de groote
muiterij uitbrak, had het Bengaalsche in
landsche leger ook een overdreven dunk van
zijn eigen belang gekregen door de groote
wanverhouding tusschen Britsche en in
landsche troepen in Indië eni dit was een van
de oorzaken van den opstand der Sepoys.
Het is niet onmogelijk, dat het op den duur
tot nieuwe versterking van het Engelsche
leger in Indië zal moeten kdmen.
Bedijfn, 18 Nov. In een vertrouwelijke
conferentie tusschen wakbondlelderls en het
bestor van den -rijksbonid van industrieelen
is een succes belovende pogiing tolt overbrug
ging van de tegenstellingen, die inzake de
tóredietadtie der imdiuisltrie zijn gerezen, ge
daan. \Aan weerszijden wordt blijkbaar maar
een schikking gestreefd1.
Bij de besprekingen tusschen den verkeers
minister Groener en de organisaties van
spoorwegpersoneel hebben laatstgenoemde
de verklaring afgelegd, dalt zij den tegen-
iwoordigen vorm van rijkseigendom en -ex
ploitatie van 'de spoorwegen willen handha
ven, doch bereid zijn mede te werken aan een
hervorming van het behiCer enz., ten einde im
biet algemeen belang het spoorwegbedrijf
weer toornend Ite miaken.
Over de eischen der oommissie van herstel
verluidt, dat de commissie staat, op waarbor
gen voor de betaling van den in1 Januari ver
vallen den sdhadevergoedlngStjermijm en het
in Febr. te storten deel van de Ententeheffing
op den uitvoer, bijv. om dezen vorm, dat de
nijverheid en de banken voor de betalingen
borg Mijven.
Verder verluidt, dat de commissie, indien
haar mocht blijken, dat Dnitsdhland miett im
Stlaat is te betalen, mfet ongenegen ziou zijn
uitstel Itle verleenen, mits de Entente toezicht
krijgt oip de rijksfinanciën en de voortbren
ging van de voornaamste,Industrieel# be
drijven, met maime lm het Roergebied.
Essen, 18 Nov. In de fabriek Wolfgang te
Hanau der Deutsche Werke is op lastman de
Entente-commissie van toezicht de vernieti
ging van de zwavelzuur- en concentratie-in
richtingen en voorts de demonteering en ge
deeltelijke vernietiging VEin de inrichting ter
vervaardiging van salpeterzuur bevolen.
De concentratie-toestellen hadden, ook toen
de kruitfabricage was stopgezet, tot vele in
dustrieel© doeleinden gebruikt kunnen wor
den. Hun vernietiging is bijv. een ernstige
schade voor de collodium-bereiding.
Het défilé der „verloofden" is thams bjjtoa
geëindigd. Eergisteren werd hét lot bespro
ken van op één na de laatste verdwenen©,
mevrouw Jaume.
Vain deze zaak geeft president Gfljbert een
overzicht, waarvan wij de volgende bijzon
derheden aan het „Journal" ontleenen:
Mevrouw Jaume was gescheiden van baar
man', die haar iin 1914 had verlaten. Zij had
leen .zacht karakter, doch was tamelijk ooquet
en vrij gierig. Tweemaal beproefde zij, haar
mam Itot voortzetting van hun huwelijkstevem
te bewegen, doch de beide reizen, die zij met
dit doel deed', hadden niiet heit igewenschte
resultaat. Zij woonde in de rue de Lyanes,
weshalve Landru haar in zijn aanteeken-
boekje imeit den naam „Lyanes" aanduidt.
Soms noemt hij' haar ook ibij haar rni-eisjes-
'naam, Barthélemy, en soms ook „Chitae",
omdalt mevrouw Jaume ais naaister werk
zaam was hij een firma lin de rue de Chine.
In het begin van Maart 1917 maakte Landru
■kennis met haar. Hoe dat in zijn werk is ge
gaan', verklaart Landru niiët meer te weten,
-jen daar ik 'niets wil zeggen, dat ik niet zou
kunlnen .bewijzen, mag ik nielts zeiggen".
Hoe diit ook Zij, omstreeks Maarlt komen
in het aanlteekenboekje van Landru notities
voor, waaruit blijkt, dat hij In relatie was ge-
t k-om/en met mievrouw Jaume. Ouder meer
'.schreef hij het volgende op omtrent de in
drukken, die hij van zijn mdeuwe verovering
Wad gefcrégen: „Zes-on-deirtlig jaar, ziet er
joiniger uit, gescheiden van haar man. Geloo-
vilg katholiek, bang voor scheiding, omdat zij
niét kerkelijk mag hertrouwen."
In hét begin verwaarloost Landru baar een
beetje. Hij heeft het te druk met mevrouw
Buissom, die o.p dat tijdstip ziek is, en aan
wie hij eiken dag iu helt Ziekenhuis een be
zoek brengt.
„Dat lis cliet waar", verklaart Landru met
nadruk. „Ik kiwam niet meer bij mevrouw
Jaume, omdat zij niet .besloten kadi, haar meu
belen te verkoopen."
,yDus dit waren ook weer handelsbetrek
kingen?'" vraagt de president. „Is er geen
sprake geweest van een; huwelijk?"
„Jawel, maar z ij sprak' er over; zij ze-ide,
dat zij wilde 'scheiden en hertrouwen, maar
dat zij' aiich bezwaard gevoelde, omdat zij zeer
godsdienstig was."
Dus, merkt de .president op, u hladlt het
i over meubelen, en zij over trouwen."
Toch sprak mevrouw Jaume met' hlare
vriendinnen over haar aanstaande huwelijk
met een uitgeweken ingenieur ulit Noord-
Frankrijk, Luiden Guilet.
De president: Het as vreemd, dat al uw
zoogenaamde klanten tegen 'hun kennisslen.
hebben gezegd, dat u met haar tginig trou
wen. Het sohijlnlt weil lallaof zij het onderling
hadden afgesproken."
„Wat zial' 'ik ervan zeggen!" antwoordde
Landru. „He' wa;S beleefd, en liet de dalmes
rnaiair praten; helt kon mij niet schelen, wat zij
zeiden."
Den 31en Sëpt. gaat Landru voor d.e eerste
maai melt mevrouw Jaume maar Gatmbais. In
het aamteekeniboekje staat: „Déjeuner met
Lyanes, fr. 8.50." Hij' 'is dlien dag ook met
haar naiar de mis geweest.
Na die reis -twijfelt mevrouw Jaume er niet
meer aan, of Landru z,al met haar trouwen,
Zij verlaat haar woning in de rue des Lyanes.
Waarheen zij verhuisd1 is, heeft men. niet
kunnen nagaan.
„Kunt u hielt mij zeggen, Landru?" vraagt
.de president. „Waarheen is me-vroUw Jaume
've-rtrokkon, vóóir zij' voor goed maar Gambais
ging?"
„Waarom heeft de justitie haar niet oplge-
zodht? Het is voortdurende dezelfde (geschie
denis. Mien beweert dingen, die niet bewezen
worden. Wat mij betreft, ik kan u niets medci
deelen."
„Kunt u niet» zeggen, of wilt u niets
zeggen?"
.„Laten wij maar aannemen, dat ik niet.
k a ndat is beleefder."
.„Den 2öen Sept.", gaat- de president voort,
„hebt u mevrouw -Jiaume medegenomen naar-
Galmbaiis, ina eerst nog m.et haar n'aar _de
Sacré-Coeur te zijn geweest. Op dien dag zijn,
zoioialis gewoonlijk in uiw boekje notities ge
maakt omtrent een re-tour ©n een enkele reis.
U wilt natuurlijk weer zeggen, dat u een
enkele reis hebt gen-omen voor mevrouw
Jaume, omdat zij' ©enigen tijld te Gambais zou
blijven?"
Landru bevestigt 'dit, 'en voegt er zelfs bij:
„En ik zal het bewijizten ook."
,/Den 28en November keert u naar Parijs
terug. U beweert, dat mevrouw Jaume eenige
dagen te Gambais is gebleven."
„Ja!"
„Welnu, op den datum 26 Nov. staat' pp
uw boekje id-e notitie „5 uur" en sedert dien
heeft men mevrouw Jaume niet meer gezien."
,:Dat i-s onjuist", merkt Landru op. „Me
vrouw Jaume is een paar dagen later naa-r
Pairijs teruggekeerd. Dri-e getuigen zullen'
dat, naar ik hoop-, hier komen verklaren.
Daarna heeft zij gedalan wiat zij wilde."
,Loe komt hét", vraagt ide president, „dat
er op 'diien daitum van 26 Nov. in uw boekje
de aanteefcening staat: „ontvangen Lyanes:
274 fr. 60?"
„Het spijt me werkelijk verschrikkelijk,,,'
geeft Landru ten antwoord', „dat u zooveel
waarde aan. .mijn zakboekje hecht; hdt zijn-
slechte persoonlijke notities. Men moet mij
het boekje maar geven; dan, zal ik het wet
eens nazien en er een uitlegging van geven-
Tijdens de instructie mOdhlt ik hdt niét in-
zliien."
Landiru verklaart- vervolgens tegen de
werkgeefster van mevbouw Jaume gezegd
te hebben, dat deze voornemens was naar
Amerika te vertrekken. „Was zij reeds ver
trokken, toen u dat zeide?" vraagt de presi
dent. Maar Landru zegt, niet het recht te
hebben, daaromtrent iets mede te deelen. Te-
vergeefsch dringen president en advocaat-
generaal op eenige nadere gegevens aan.
Dan zwijgt Landru een Oogenblik, en, e<n-i
der algemeene sensatie zegt hij: „Ik verzoek
een uitstel van 24 uur om u het ajdras te
geven vt\n een der vfaéfiwenenen."
De adrvokaat-gene-raal gaat echter onver
stoord verder met de behandeling van de
zaïak-Jaume.
Hij eindigt met de verklaring: „U hebt het
-bedrag van- 274 francs gerofd Tan helt -lijk
van mevrouw Jaume, die dloor u is vermoord."
Onder algemeene -beweging wordt de zit
ting geschorst.
Geachte Redactie.
Het zij mij vergund' door imiddel van uw
blad- eenige beschouwingen te mogen geven
naar aanleiding van wat de heer A. W. Mi-
chelS in uw blad' van 12 Nov. 11. meende te
moeten vertelen over onze Volkshuisvesting.
Het ikomt mij voor, dat M. ©en en ander te
eenzijdig en verkeerd voorstelt. M. achtte
zijta schrijven moodig, niet alleen om allerlei
verkeerde meenkugen, die er ten opzichte van
de exploitatie van woningen heerschen, recht
te zetten, maar oök om de politiek der Re
geering, waaraan zoowel de gemeente als de
vereenigtimgen, die woningen explodteeren,
afhankelijk zijn, eens i!n wijderen krilng be
kend te maken.
Ook ik wil dit, evenwel met dit onderscheid,
dalt mijn beschouwingen op verschillende
punten nogal, uiteen zullen loopen, en ik niet
de politiek der Regeering, doch die van d'e
Vereeniging voor Volkshuisvesting „Helder"
wat nader wensch te 'belichten.
In 1901 kwam de Woningwet tot stand, en
reeds lang voor 1901, zegt M„ voorzag het
particulier initiatief niet meer ito de behoefte
aain arbeiderswoningen.
Dit is m. i. zeer onjuist, omdat pias iln 1919,
dus negen jaar later, hier dé eerste vereeni
ging voor Volkshuisvesting werd 'opgericht.
Hier aan den Helder werd regelmatig naar
behoefte door particulieren bouw voorzien.
Ik aal dit evenj aantoonen met de volgende
cijfers, genomen over de jaren 1900 tot 1910,
aizoo over een tijdvak van 10 jaren.
1900 nieuw igeb.: 112; verbouw best. geb. 36
1901
ff
145;
99
99
99
32
1902
99
145;
99
99
99
45
1903
99
104;
99
99
99
43
1904
99
102;
99
99
99
54
1905
99
121;
99
99
99
87
1906
99
103;
9*
99
99
67
1907
99
126;
99
99
V
66
1908
99
81;
99
99
99
55
1909
99
108;
99
99
99
80
Totaal 1147
Totaal 555
In 1910 werd op 'initiatief van den beer
C. Adriaans© opgericht de vereenigitog voor
Volkshuisvesting /Helder", en mijne mee
rling -is altijd geweest,, dalt het doel was: goede
woningen voor bescheiden buren te stichten;
evenwel niet, zooals M. in zijln schrijven zegt,
juist om de particuliere huren te drukken.
Want dit was voor den Helder -iln 't geheel
niet noodig, daar ,de huren hier zeldzaam laag
gesteld waren, n.1. 1.—, 1.25, 1.50, 1.75,
2.en een betrekkelijk klein aantal ging
tot 2.75 per wèek.
Als van de ontvangst d-ezer huren rente,
belasting en onderhoud afgerekend werd-,
bleef er waarlijk geen woekerwinst o-ver en
was liet dan ook niet noodig «m -daarvoor een
ve-reenilging voor Volkshuisvesting op te
richten.
Als dit wel de bedoeling van den heer M.
is geweest, straft het kwaad ook hier weer
zichzelf en lis de verdrukker de verdrukte ge
worden.
Laten wij nu evenwel een» zien, wat de
vereeniging „Helder" in de 10 jaar van haar
bestaan, waar zij zoo- prat op gaat en steeds
naar voren brengt als oudste vereeniging,
tot stand heeft gebracht.
Plan I Polderweg.
In 1912 werden de eerste 38 wendingen aan
den Polderweg uitbesteed. De plek voor den
bouw was goed gekozen, de aanbesteding
evenwel -mislukte, door een te laag opgezette
begrooting van den architect. Het werk werd
niet gegund en men be-g-oai teen alreeds te
tobben om die woningen gereed te krijgen.
Plan II Huisduinen.
In 1914 werden -twee woningen te Huis
duinen uitbesteed -en, tot een -goed- einde ge
bracht*
Plan III Tuindorp.
Inmiddels had- men een -plan opgevat om
een z.g. Tuindorp t'e stichten. En kreeg men
m. i. ide ongelukkige gedachte, dit te bouwen
buiten de bebouwde kom dergemeente, in
de onmiddellijke nabijheid der Gemeente-
Reiniging, het terrein, waarop heden het
Tuindorp is gesticht.
In 1915 ging men tot de aanbesteding van
132 woningen over irnet gevolg, dlat aan de
aannemers, d'e heeren Gebrs. Smit, de op
dracht tot bouw werd verstrekt, en deze bin
nen het jaar de 132 woningen gereed ople>-
verde.
Plan IV Brakkeveldweg.
In Januari 1917 werd uitbesteed de bouw
van 92 woningen aan den Brakkeveldweg;
minste inschrijvers waren wederom de hee
ren Gebrs. Smit, voor pl. m. 2800 per wo
ning, met een totale opleveringstermijn, vol
gens bestek, van 10 maanden. Ook deze be
steding mislukte weer, daar men niet vol
doende rekening had gehouden met prijsstij
ging van materialen, en airbeidsloouien.
Hoe het 'ook zij, innen liet het gunstige aan
bod voorbij gagn, en wist door te drijven, om
in eigen beheer te gaan bouwen, met gevolg,
dat men itap-laats van in 10 maanden de be
schikking kreeg over 92 woningen voor pl. m.
2800 per stuk, er in eigen beheer twee jaar
over bouwde en nu élke woning ruim f i300
per stuk heeft gekost.
Dat op die wijze de exploitatie-rekenmg
dier woningen misliep, te te begrijpen. En
met dezen bouw eindigde het 10-jarig bestaan
der vereeniging.
Laten wij nu een» zien, wat de vereeniging
„Helder" in die 10 jaar tot stand heeft ge
bracht, en ook wat in dien tijd' door particu
lieren bouw werd bereikt, dan krijgen wij de
navolgende cyfers:
Voor de drie vereenigingen, n.1. „Licht en
Lucht", „Helder" en „Algemeen Belang":
In 1912 werden gebouwd 88 woningen Pol
derweg ttoor /Helder";
In 1912 werden gebouwd 27 woningen door
Licht en Lucht";
In 1914 werden gebouwd 2 woningen te
Huisduinen door /Helder";
In 1915 werden gebouwd 132 woningen
Tuindorp door „Helder";
In 1917 en 1918 werden gebouwd 92 wonin
gen Brakkeveldweg door Leider";
In 1919 en 1920 werden gebouwd 68 wo
ningen Javastraat door „Algemeen Belang".
Totaal 359 stuks door drie vereenigingen.
'De drie vereenigingen voor Volkshuisves
ting bouwden dus iln 10 jaar tezamen 359
woningen.
Er werd in 11 jaar, 1910 tot en met 1920,
in het geheel nieuw gebouwd en bestaande
gebouwen verbouwd als volgt:
1910 nieuw geb.: 151; verbouw best. geb. 89
1911
99
128;
99
99
99
1912
ft
216;
99
99
99 69
1913
99
115;
99
•99
69
1914
99
93;
99
99
73
1915
99
186;
99
99
61
1916
>9
97;
99
99
26
1917
99
28;
99
99
72
1918
99
133;
99
99
35
1919
99
99 89
99
99
23
1820
9»
22;
91
99
62
Totaal 1258
Totaal1 658
Van het totaal nieuwbouw ad 1258 stuks
moeten in mindering gebracht worden de
359 woningen, door de drie vereenigingen
gebouwd, dan blijkt, dat 'het door M. zoo ge
smaad© particulier initiatief in hetzelfde tijd
vak 899 inlieuwe woningen heeft gesticht, en
658 woningen zijn verbouwd en verbeterd.
Gelukkig dus maar, dalt het particulier initia
tief gedurende dien tijd1 haar weg heeft weten
te vinden, en niet door Volkshuisvesting
„Helder" is doodgedrukt, anders was voor
waar de toestand nog veel érger dan het nu
reeds is. Alles dus samenvattende, kom ik tot
de Slotsom, dat de vereeni-gingen voor Volks
huisvesting wel iets heeft tot stand gebracht,
doch niet wat men- er van had kunnen ver
wachten. Zij heeft haar tijd, teen die gunstig
was, voorbij laten gaan.
Nu wil Ik mij nog niet eens wagen aan een
becijfering van kosten, door de Vereeniging
Leider" aan de Gemeente opgéligd ten ge
volge döor het bouwen van Tuindorp en
Brakkeveldweg. Het eerste gevolg is geweest
verplaatsing G^m.-Reiniging naar het Koe-
gras met wat daar aan vast zat. Het tweede
gevolg, dure aanleg van straten, pielen, gas-,
water- en electrische leidingen, enz. door den
grooten afstand uit de bebouwde kom. Maar
begrijpelijk is het, dat dit ook door andèren
werd gezien en gevoeld, en even begrijpelijk
is oök, dat, waar door den oorlogstoestand de
woningnood ook hier in de gemeente ten top
steeg, en de Vereeniging voor Volkshuisves
ting „Helder" door hare langzame uitvoering
en bouw, ibij lange nia niet aan de behoefte
bon vöomien, er drang fcwam tot oprichting
een-er nieuwe vereeniging, met het doel, niet
zooals „Licht en Lucht" of „Algemeen Be
lang", zich te bepalen tot een klein complex,
doch door vluggen bouw tot ©ene oplossing
der woningmisère te geraken.
Dat dit goed gezien was, bleek weldra door
de animo, die hiervoor bestond. Het gevolg
was dan ook, dat 'Opgericht werd de Woining-
bouwvereeniging „Verbetering zij ons Stre
ven", die in -Dec. 1919 Koninklijk werd goed
gekeurd en -al spoedig 130 léden telde (een
aantal, door de Vereeniging „Helder" nooit
bereikt).
Vol ij'ver ging he't bestuur aan het werk en
werkte een plan uit vöoir pl. m. 200 woningen
op een terrein, grenzende aan hét bebouwd©
gedeelte. Stakman Bosse- en J. in 't Velt-
straat. Dit terréin was goed -gekozen en wel
om twee redenen: eerstens dat dit -oostelijk
stadsgedeelte langen tijd verwaarloosd was,
en toch door zijn ligging m. i. al reeds veel
eerder voo-r bebouwing -in aanmerking had
moeten komen, daar dit voor 'bewoners, die
hun werkkring aan Haven, Werf, Onderzee
dienst of vliegkamp „De Kooij" hebben, veel
gunstiger -gelegen is daim het Westelijk ge
deelte.
Alles ging dato ook goed -en voorspoedig,
de grond was 'gekocht, plannen waren gereed,
het benoodigde bouwcrediet was -door den
Raad der Gemeente in zijn geheel -goedge
keurd (met 'algemeene Stemmen) en werd- nog
slechts -op goedkeuring van hoogerhiand ge
wacht, en men dacht spoedig te gaan bou
wen. Maar het heeft niet zoo mogen zjjn;
andere machten waren aan 't werk en be
raamden en overlegden hoe men het zou
m'oeten aanleggen, om dien bouw te verhin
deren, -en ziedaar, eindelijk had men het ge
vonden'. Als men n.1. -een stichting tot stand
kon brengen, dan zouden ahe vereenigingen
ontbonden kunnen worden, -en zoo niet goed
schiks, dan door naasting. Dit was de oplos
sing, dacht men. En de verschillende vereeni
gingen werden voor hét feit geplaatst. Dat
de Vereeniging „Verbetering zij -ons Stre
ven" daartoe direct niet kon en mocht beslui
ten, is te begrijpen, en zij dat verzoek aan
haren cent-raai- adviseur, den heer Hasevoet,
om advies zond, die daarover een vraag
stelde aan den Minister van Arbeid*
Deze vraag nu wekte blijkbaar bij den beer
M. verképrde gedachten en hevig in toorn
ontstoken, greep hij deze schoone .gelegen
heid aan om zijn hart eens te luchten tegen
over de door heta gehate -zhstervereenlilgitog
„Verbetering zij ons Streven", en deed dit
uitkomen i-n een ingezonden stuk in de Helr
dersche Courant van 11 October IJl. op eene
wijze, zoo laag bij den grond, voor een zoo
groot man? dat men er zich werkelijk over
bedroeven moet, hoe hij hef dorst neer -te
schrijven. Het getuigt dan -ook van wijs be-
.letd, dat hef Bestuur van „Verbetering zij
onis Streven" daar geen antwoord op waardig
gekeurd heeft. Ik- vraag mij -dato oök af, wat
was de reden, dat M. een zoo heftig en ver
nietigend iStuk schreef? Enfin-, de heeren
kunnen tevreden zijn. De minister heeft, zij
hiöt dan ook door verkeerde voorlichting, uit
spraak gedaan zooals M. dat w-enschte. En d-e
zoo door M. vijandig gezinde vereeniging zal
dan ook wel worden ontbonden, en hébben de
heeren hun doel bef eikt.
M. i. fs dit evenwel zeer te betreuren, om
eene vereeniging, zoo vol moed begonnen en
met een goed doel voor oogen, met een werk
zaam bestuur, het bestaan onmogelijk te ma
ken. De heeren moeten dan ook voor de toe
komst de volle verantwoording van hun daad
maar aanvaarden.
■M.'i. kan de nieuw op te richten stichting
niet anders worden ais een mislukking. Wel
is het „het middel" voor de Vereeniging
Volkshuisvesting Leider", om van zijn niet
sluitbaar makende exploitatie af -te komen,
en het op de gemeenschap over te dlragen.
Waar de heer M. hét tracht te doen voor
komen alsof het minister Aalberse is, die den
woningbouw tegenhoudt, is hij weer niet
juist. De heer M. weet beter; er ie tot op
-heden geen een ministerie geweest zooals hdt
huidige, en geen een minister als Aalbetse,