IE COURANT Tweede Blad. SO cents VAN ZATERDA6 17 DECEMBER 1921. Evenals alle jaren bestaat ook nu gelegenheid tot het plaatsen van Nieuw jaarsgroeten. Deze worden geplaatst voor per advertentie; grootere advertenties naar evenredigheid. PLAATKEUB3K N3BÜWB. De heer L. de Wit, directeur va® het Postkantoor alhier, is in 'gelijke betrekking benoemd te Delft. Te Amsterdam slaagde voor het examen Fransoh, M. O. akte B, de heer 8. Elte, alhier. Te '«-Gravenhage slaagde voor het voorloopig Machinisten-diploipa de heer J. T. Harpe, alhier. Vakschool voor Meisjes. Het bouwen van de Vakschool voor Meis jes aan de Javastraat, ls opgedragen aan den heer J. da Vries, voor 206J/80.— Aanbesteding. Door de genie werd! op 1B Deo. j.1. aanlba» Etocd Besték Na 69/1022. Het éénjarig on derhoud van de imilitaixo gebouwen enl var ken te Helden en op Texel Raming 10.200,-—. Ingekomen (1! biljetten, van die hoeren A. Krijnen 1QAS1,—J. van der Veen 10.100,-—W. A. Ra® en J. Ra® 10.126,W. Veenatra 0868^50} Firma Gebr. van Pelt 6828.—; W. J, Braggaar Ö7SV-; en H. Dunk 0QQB,— Huurprfósvorhooging. Het volgende adres is namens 290 huur ders van woningen van „Volkshuisvesting" aan den Minister van Arbeid verzonden: Geven met verschuldigden eerbied te ken nen, ondehgeteefcendien, allen huurders van door de Vereeniging voor Volkshuisvesting /Helder" met 'Rijksvoonschot gebouwde en door haar geëxploiteerde woningen te HeldeT, ten deze domicilie (kiezende ten huize van den eersten ohdergeteekende, Gronjéstraat No. 2; dat zij niet grooten schrik hebben verno men, dat de jgeniidxielde weékhuiren der tet nu toe gebouwde huizen op 6.25 moeten worden gebracht, met een minimum van 4.75; dat deze huurprijls veel te hoog is voor de gemeente Helder, die altijd reeds om haar lage wioninighuren bekend! stond; dat voor de meeste inkomens der bewoners een bedrag van. 5.25 per week bezwaarlijk kan worden opgebracht; dat door deze opdrijving der huren de ge zinnen, voor wie Volkshuisvesting en de Woningwet feitelijk tot stand zijn gebracht, niét in aanmerking (kunnen komen, om deze woningen te betrekken; dat bovendien die opdrijving onvermijde lijk een sterke verhooging der particuliere huren medebrengt, zoodat 1'n dubbel opzicht hot doel van Vereeniging»- en Overhelds- bouw wordt voorbijgestreefd; dat voorzoover vélen der tegenwoordige be woners de woningen gedwongen zullen blij ven 'bewonen, achterstand en wanbetaling niet uit kunnen 'blijven; dat een huur, bepaald naar hei inkomen eveneens geen goede resultaten kan hebben, omdat ©enerzijds het minimuim van f 4.75 te ..oog is, en anderzijds de maximum huren zoo hoog zouden moeten worden opgevoerd, dat alleen gezinnen met inkomens, die in deze overheMewomingen niet mogen worden toe gelaten, die bedragen nog kunnen opbrengen; dat» uit eene becijfering van het bestuur der Vereeniging blijkt, dat met gemiddeld 4,pflr week de onkosten der hlerbédoelde woningen kunnen worden gedekt; dat een huurprijs van 6.25 dus-absoluut onmoedig is. Kedénen, waarom- adressant© Uwe Exoe-1- lontiie dringend verzoeken in liet belang -hunner gezinnen en in dat der Volkshulsves- ,tlng de huurbopaiing billijker te willen re gelen. 't Welk doende, enz. (w. g.) B. Zondervan. en volgen 289 handteekenlngen van huurdeTB. Helder, 15 December 1921. Stedelijk Muziekkorps. korps, dat het praedicaat ,jStedelijik" meer en meer verdient. Na de pauze trad /Helders Mannenkoor" op onder leiding van zijn directeur, den heer Leowens. Daar de (hier gezongen nummers voor oen deel de vorige week op eigen con cert ten gehoor© gébracht zijn, kunnen wij ons onMaigen rekenen van een bespreking van den zang. Roeskels JLiéd aan hét Gang spil" waarmee .^Mannenkoor" besloot moest worden herhaald, zoo enthousiast was het. 'dankbare publiek. Naar wij vernamen waren eenige goede krachten thuisgebleven, waardoor „Mannen koor" zeer gedupeerd werd wagens gebrek aan tenoren. De toestand was zelfs zóó ern stig, dat de aanwezige leden- aanvankelijk iiezwanr maakten onder deze omstandigheden te izingen. Tenslotte werd alles evenwel ge schikt, zij het niet inaar genoegen der leden en directeur van „Mannenkoor" zelf. Om trent het „Lied aan het Gangspil" imoeten wij nog vermelden, »dat door te hoog inzetten d>er bassen, inmeet afgetikt worden en. 'op nieuw begonnen. Bji ontstentenis van dien president, inam aan het slot de heer LeeWenls hét woord in antwoord op de dankbetuiging, die „H. M." gebracht werd' voor zijne medewerking om op -zijn beurt het „stedelijk Muziek korps" te danken voor de hulp, die dezen zomer bij het concours betoond is. De eene dienst is dien andere waard). En daarna begon- het baL A. G. O.-concerL WJj laten hieronder volgen het pTOgtramuma voor het kerfcoonoert, dat de volgende week Woensdag gegeven woTdt door mejuffrouw Miarcelle de Haas en de heeren Anton Lampe (bariton-zanger) en Toon de Hoogh (orga nist), in de Nieuwe kerk (bij den ingang van 's Rijkswerf). De (kaarten hiervoor zijn in dien boekhandel en bij de wed. Jordans ver krijgbaar. Het is eensdeels 'zeer te betreuren, dat dit ooncert samenvalt met het volksconcert van de Staimuziek, te meer, daar deze laateten thans slechts éénmaal ls rnaands plaats heb ben. Aan dien anderen kant izal het wellicht een compensatie izijln voor de véle teteurge- stelden, die voor het Volksconcert geen klaart meer kunnen krijgen en nu voor hetzelfde geld een concert kunnen genieten, idat niet minder is. Wij vertrouwen, 'dat het siamlen- vallen van belde Concerten geen afbreuk zal doen aan beider bezoek en 'dat het publiek in beid© gevallen in grootlen getale zal opko men. Men bnippe dit iprogramlmn uit om bet te gebruiken op den oonoertavoncL Programma 1. Toccata en fuga dmnoll (Orgel). 2. 6e Sonate a. Adlaigio. b. Allegro. c. Largo. d. Allegro. J. S. Baoh G. F. Handel» iBRcaanfion medodoHiijag. 8. a. Emanuel b.. Litanie 4. a. Pastorale b. Adagio (Viool). (Zang). (Orgel). E. Nössler Fr. Sdh-ubert Max Reger O. Rhednberger Max Reger B. ViMi Reimann G. Fauré F. MOndelssohn 5. a. Aria b. Ciaccona (Viool). 6. a. In Bethlehem [géboren b Les rameaux (Zlanig). 7. 6e Sonate a. -Qhoral. Ib. Andante sostenuito. b. Allegro molto. d'. Fuga. e. Finale Andante. Het Ontwerp Vlootwet --- - t> - iing HHpHBHHI ■ImhbUI 'U (Zie verder 8e blad). Gemeenteraad van Helder, op Dliusdaa 18 December. Vervolg. Vervolgagenda: BINNENLAND. Indische leening ln Amerika. Het wetsontwerp tot het aangaan van eene geldleening ten laste van Ned.-Indië ia de Vereenigde Staten van Noord-Amerika ls reeds ingediend. De leening zal ten hoog ste 100 millioen dollar bedragen en kan in gedeelten worden uitgegeven. De rente, die nominaal vermoedelijk 6% zal zijn, zal ten hoogste 71/, mogen bedragen. Zjj zal echter waarschijnlijk lager worden gesteld. De bedoeling is een 40 millioen dollar te leenen. De regeering dringt op een zeer spoedige behandeling aan. Als die binnen enkele dagen zal kunnen plaats hebben, dan zou voor een deel der leening een bevredi gende regeling met een consortorium van zeer krachtige Amerikaansche bankiers hulzen onverwijld kunnen worden getroffen. De schuldbewijzen dezer leening zullen ls rente en hoofdsom vrij zijn van alle Neder- landsohe en Indische belastingen, die anden voor schuldbewijzen geheven worden. Nederlandsehe leening, In de Memorie van Toeliohting op het wetsontwerp tot het aangaan van een In dische leening in Amerika deelt de Minis ter van Financiën mede, dat hij, „eerlang een voorstel hoopt te doen" ter consolidatie van de Nederlandsehe vlottende schuld. De Mi nister spreekt daarbij van „de aanzienlijke sommen, welke voor rekening van het Moe derland, ter consolidatie van vlottende schuld, moeten geleend worden". De DJambl-overeenkomst geteekend Naar het „Vad." verneemt 1» Donderdag middag 6 uur op het Ministerie van Koloni ën de overeenkomst tusschen de R-egeertog en de Bataafsohe Petroleum Maatschappij inzake DJambl door Minister Do Graaf en de directeuren van de Bataafsohe -goteekend. Een Nederlandsehe rQks-advlsenr zoek. Uit Schoonhoven meldt mien, dat b<| B. en W. van Schoonhoven bekend ls, dat de heer Versteenénl zich te Weomon bevindt Do Dnltsche ex-kruuuprins. Aan de ,/Petlt Parision" wordt uit Des Haag bericht, dat aanwijzingen er op dui den, dat de Duitsche ex-kroonprins van plan zou zijn Nederland te verlaten. HIJ moet van plan zijn zich op zijn bezitting Oe-is in Opper-Silezië te vestigen. De „Kölnische Zeitunlg', teekent bij dit bericht aan: „Dat de kroonprins op het kleine eilandje, waar hij als banneling leeft, naar vrouw en kinderen en naar zijn ei-gen land terugverlangt, is te verklaren en dat zal ieder, die mjen®ohelijkerwijs zijn tegenwoordig lot beschouwd, billijken. Maar hij zal het toch, met of zonder zijn schuld, verder moeten blijven dragen, want de toe stand in Duitschland en de toekomst van het Duitsche volk zijn helaas nog zóó onzeker en donker, dat iedere poging van den kroon prins, om zijn toevluchtsoord in Nederland te verlaten en naar zijn vaderland terug te koeren, het gevaar voor ernstige binnen- landsohe en1 internationale moeilijkheden met zich zal «loepen. Van den kroonprins dient dus verlangd te worden; dat hij zioh in zijn lot schikt en van zijn vaderlandslief de mag men verwachten» .dat hij zijn per soonlijke verlangens, hoe begrijpelijk zé ook zijn, ondergeschikt zal maken aan het wel zijn van het volk." Het „Stedelijk Muziekkorps" gaf Donder dagavond voor donateurs en genoodigdén een concert in „Oasiino" onder leiding van zijin directeur, den heer Jb. ter Hall. Door „Helders Mannenkoor" werd hierbij belan geloos medewerking verleend. De „Oasino"- zaal was [gevuld met een -groote menigte be langstellenden, die met aandacht luisterden naar de muziek. Er werd zeer goed en zuiver gespeeld, en» hét keor bereikte in zijn en- semblespel een groote Ma-nfcschoonlhéid. Vooral viel de fraaie begeleiding dier midden stemmen op. Het spel was zeer beschaafd en alle hardheid door koper was vermeden. Daardoor was het luisteren een onverdeeld genot, en het publiek toonde dit te waardee- ren door de stilte tijdien® de uitvoeringen der verschillende nummers. Onder de 6 num mers van hét programma was er slechts óén, dat ook vroeger was uitgevoerd, mi» de Panaphrase over het bekende „Lorelei" van Silcher, alle andere waren nieuw en niet eender uitgevoerd. Wij wilen 'ze niet alle noemen, omdat wij reeds onzen gunstigen totaal-indruk erover hebben gezegd en het niet noodig is in details af te dalen. Het „Stedelijlk Muziekkorps" is inderdaad een (Ohgdl). De Marine-Vereenigina te Helder (hieldi Woens dag op de bovenzaal der Marineclub eene alge meen® vergadering ter bespreking van het ontwerp Vlootwet, Inleider was de luitenant ter zee ie ki. A. van Hengel. Deze wees er op, dat zijn vroege re meening inzake een groot materieelvloot. welke hij, nog in 1914 verdedigde, thans ia veranderd en hij voorstander is gewórden van het huidige vloot- ontwerp, dat uitsluitend kleine schepen vraagt. Se dert 1016/17 is de toestand aanmerkelijk veran derd. De politieke toestand allereerst, die in de eerste plaats het vraagstuk beheersdht. De kans op oen snellen onverhoodschen aanval op Java is veel grooter geworden, en de waarde van het open houden der verbindingen ter zee, die toenmaals gold, is «hans op den achtergrond geraakt. Ook in do wereldhandels-routes is een belangrijke ver schuiving gekomen. Nieuwe banen zijn gezocht, het verkeer op den Stillen Oceaan ls zeer toegeno men en er is reden te verwachten, dat do belang stelling voor het Verre Oosten groot zal blijven. Voor ons valt de conclusie te trekken, dat do,In dische Archipel ls geworden oen gebied van groo te strategische waarde cn tevens volgt er uit, dat wij in staat zijn op het handelsverkeer Europa- Aohter-Azlë een zeer belangrijken invlood uit te oefenen zonder onze actie uit te strekken buiten de grenzen vau ons gebied. Dit nieuw gezichtspunt heeft grooten invloed op do beoordeoling van de waarde van onderzecbootcn voor de verdodiging van Nod.-Indië. Tenslotte zijn er nog tactische ovcrvvogiiigcn, dia voor klein materieel pleiten: samenwerking tusschen onderzecbootcn. oppcnrlakteschcpen en 1 vPcgtuigen, waardoor deze onderdeden worden vcrcenlgd in een systeem waarin groote kracht kan schuilen. De waarde van de onderzeeboot wordt op deze wljzo aanzienlijk versterkt. Het idee, dat in I0i6'i7 overhcerschte, nl., dat onze onderzec- vloot in de Indische wateren een guerilla-ooriog zou moeten voeren, dient te worden losgelaten. On ze klein-materieel vloot dient op het kritieke mo ment in haar geheel te worden ingezet. Spr behandelde thans de 10 den jonasten oor log opgedane ervaringen met de onderzeebooten. De Duitsohers hadden weinig succes tegen de Amërikaansohe troepentransporten, inaar wij ope- reeren in veel gunstiger geographische omstandig heden, en waar zij speciaal trachten tonnenmaat tot zinken te brengen,, waarbij het materieel ge spaard moest worden, is ons doel een vijandelijke transportvloot, waartegen onze onderzeebooten rücksichtslos ingezet moeten worden, en waardoor de kansen veel gunstiger wordten. Uitvoerig ging spr. de verschillende oorlogs ervaringen na tot staving van zijn betoog. Wij zullen er van moeten afzien in het Zuidzeeconcert der groote mogendheden te willen in «.-doen. Resumeerende komt spr. tot de volgende con clusies: ie. De taak der vloot is door haar preven tieve werking te voorkomen,, dat wij in oorlog geraken. Indien oorlog toch is uitgebroken, door actie ter zee te beletten dat een vijand met betrek kelijk geringe middelen in den Archipel vasten voet verkrijgt, zün doordringen daarin te vertra gen, enz., een en ander als aangegeven op pag 3 der Memorie van Toelichting ontwerp vlootwet. Ter bereiking dezer oogmerken is de klein-mate- rieelvloot voldoende. Een vloot met een kern van zware schepen kan dit alles ook verrichten en geeft bovendien een overschot aan kracht, dat op ver schillende wijzen tot uiting kan komen. Daar wu ons moeten beperken tot het strikt noodige en de vloot met zware schepen veel duurder is dan de klein-materieeivloot, moet deze laatste organisatie worden gekozen. De tweede spreker, luit. ter zee de K o n a e, hield oen uitvoerig, grootendeels technisch pleidooi voor een uitgebreiden mijnenvajersdienst. Derde spr. was luit. ter zee PostoUi ter weer, die eveneens den nadruk wenschfe te leggen op de wordt door 2bOOO ar&enurjtend als het beste versterkingsmiddel voor Zenuwen en Uchaanv groote verdienste van het ontwerp, gebaseerd op een nationale strategie. De opdracht van de Commissie bestond hierin, dat zij een vloot moest ontwerpen van klein mate rieel, met zuiver defensief doel. De Commissie Qï van het standpunt uit, dat de gevaarlijkste reiging bestaat in een rechtstreekschen aanval, zoodat onze afweermacht ook op dign rechtstreek schen aanval moet gericht zijn. Een bescherming van Japan was met een klein-materieelvloot wel te bereiken, meende de spreker. De geografische ligging van dit eiland maakt directe bescherming mogelijk. Voor de Buitenbezittingen is een directe bescherming niet mogelijk, het eenige wat een vloot kan doen is de indirecte bescherming door de bedreiging van 's vijands verbindingen. De uit werking voor de Buitenbezittingen is dus een pre- de bedreiging: van 's vijands verbindingen. De uit- werking voor de Buitenbezittingen is dus een pre ventieve. Het is uitersit moeilijk vooruit te beslis sen of men de vloot alleen voor Java zal gebrui ken en dus een eventueele landing op de Buitenbe zittingen zal toelaten don omgekeerd. De vlootwet geeft ons een basis in den Indisch-en Archipel, hetgeen spr. een voordeel noemt. Ook voor een eventueel en bondgenoot kan dit van groot oneelkwestie zal wel moeilijk belang zijn. De personeel HL .M blijven, omdat deze samenhangt met kwesties van koloniale politiek. Samenvattend concludeert spr., dat de groote verdienste van het ontwerp vlootwet is, dat het een logisch plan geeft, waarvan de moeilijkheden wel zijnte overwinnen. Onze positie in Oost-Azië zal er aanzienlijk door worden versterkt, dank zij de prev^H^ve werking ten opzichte van een aan- randi.'v -an ons grondgebied. De .i '■nant ter zee Komswinckel heeft, bij afwezi ;uad. een drietal schriftelijke vragen inge diend van den volgenden inhoud: ie. Zijn er reeds ming van de vlootwet over een behoorlijk bedrag te kunnen beschikken, teneinde het noodige lager technisch personeel voor liet Marine Etablissement te Soerabaia aan te stellen? 2e. Is het mogelijk aan het Departement van Koloniën in Den Haag een Afdeeling Marine in te stellen? 3e. Zal er voor de eventueele toekomstvloot steeds voldoende brand stof tegen niet te hoogen prijs in den Archipel te krijgen zün? Hoe groot is de geschatte hoeveel heid, benoodigd voor mobilisatietijden? Zal dezi hoeveelheid steeds op Java beschikbaar zün? Kapt.-luit. ter zee jihr. S c fa o r e r Hoewel de ontworpen vlootwet in büna alle op zichten toejuichend, geeft o.g. do volgende opmer kingen ter beantwoording aaö dien inleider: ie. De indruk is gewekt, zoo al niet door het ontwerp vlootwet zelf, dan toch door het rapport der Commissie, waarop en waaruit het ontwerp is opgebouwd, dat de hoofdtaal: der toekomstige vloot, büna haar eenige taak, zal zün verdediging niet van geheel Indië, maar van Java. Door, het vestigen van dien indruk volgt vanzelf de vraag: waarom dat enkele eiland Java niet lie ver door een leger dan door een vloot te verde digen? vernemen, dat niet verdediging van Java, maar ta Ardhf ïaarne uitdrukkelük van den inleider dediging van den geheelen Archipel bedoeld is. e. Met het oog op de noodzakelükheid het Ne- pr. zou jg: nemen, da verded: derlandsche materiaal ook in Indië te kunnen ge bruiken, zou het aanbeveling verdienen voor de Nederlandsche pantserbooten en de Indische flot- tieljevaartüigen eenzelfde ontwerp te kiezen of al thans de pantserbooten voor gebruik in Indië ge schikt te maken. Wat is de bedoeling van de vlootwet iü dezen? Eenzelfde vraag geldt voor de onderzeeboot-mü- nenleggers en de andere onderzeebooten. 3e. Het systeem vaartuigen buiten dienst, of met een kernbemanning op te leggen, is een ge- vaarlük systeem, omdat het uit dienst gestelde ge deelte, ook al komt bü mobilisatie het gemobili seerde omniddellük op, niet onmiddellük gereed is voor oorlogsdiensten. 4e. oriogsciiensten. Om in Indië bü mobilisatie de bemanningen voltallig te krijgen wordt geput uit zeemilitie, land storm en marine-reserve, voor een niet gering deel ook wat de officieren betreft. Aan de bruikbaarheid van velen dier uit die bronrnn verkregen officieren mag getwüfeld worden. Naar spr. meening had men om de offioiersplaatsen aan te vullen, ook een bron moeten aanboren, die in de Marine zelf aan wezig is. n.1. de onderofficieren. Kapt.-iuit. Hartkamp was steeds voorstander van oen artillerievloot. Het doet jspr. genoegen, nu overtuigd te zün dat de voorgestelde klein-materieel- vloot voor bet Regeeringsdoel bruikbaar is. Spr. zou bü de oudenzeevloot evenwel gaarne zwaar dere kruisers hebben dan de thans voorgestelde lichte kruisers, en van den inleider vernemen of on ze vlootbasis bruikbaar is voor een artillerievloot. Na de pauze beantwoordt de heer vanHengelde verschillende interpellanten. Den heer de Ronde ant woordt hü, dat het niet gaat om de kwestie van de waarde der münenvegers. Deze kunnen zeer goed tüdens den oorlog worden verkregen uit drifters, trawlers, e.d. In het ontwerp worden 'bien de on derzeebooten, en de schepen die men in .-orlogstüd niet meer kan aanbouwen, aangegeven. Alle andere materiaal behoort bü de oorlogsuitgaven. De En- gelsohe marine had in het begin van den oorlog slechts 12 münenvegers. De vraag of de toekomstige vloot moet dienen voor de verdediging van geheel Indië of alleen van Java. is Inderdaad- In do memorie van toelichting wat kort gesteld. Doel ervan is de verdediging van geheel Indië: de basis is Java, en zoolang die basis in onze handen is, is de vloot vrü In 'hare bewegin gen. De manier waarop zij zal moeten optreden, hanigt af van de politieke constellatie. Java blüft 4 a r n i ,1 „c *va«* 4 M /v n»A/v1ci* Cllt evenwel de hoeksteen der verdodiging, zóodat eiland allereerst beveiligd dienit te worden. De Britsche vloot te Scapa Flow verdedigde wel de geheelo Britsche wereldbelangen. Hoe de vloot zal moeten optreden in samenwerking met een bondgenoot is vooralsnog- niet te zeggen. In het al Óp de tweede vraag van den heer Sohorer ant woordt spr., -dat de schepen naar spr. meening zijn gebouwd met do bedoeling, dat ze op speciale ter reinen moeten optreden. Nederland heeft booten met spoclnal Nodcrlandsoho elschen, voor Indië zijn die elachcn anders. Een andere kwestio is of de sche pen met weinig kostbaro verandering eventueel voor Ïebrulk in Indië geschikt «emaok- laar do ei-sch, dat do schepen óf diö óf voor Holland gebo ■lng kt kunnen worden, Pri speciaal voor In gebouwd- wonden, ls primair held, dat de vüand een lange weg moet afleggen en ij^dua tüq van voorbereiding hebben. De getallen omtrent het beroepspersoncel moeten niet als bindend worden beschouwd. Het personeel moet zoodanig worden verdeeld, dat een boot reeds bü ind'ienststelllnig zoo goed mogelük een geheel vormt. In vredestijd behoeven niet alle schepen ten volle bemand te worden. In antwoord op de vierde vraag van overste Schorer kan spr. niet toegeven, dat het verkregen materiaal uit zeemilitie, landstorm en marine-reserve als officier zoo onbruikbaar is. De Commissie heeft lüsten opgesteld en zorgvuldig voor elke functie geschikte mensohen uitgezocht. Het vraagstuk der onderofficieren is ook al door de Commissie overwogen. Men is echter op te veel be zwaren gestuit: de Engelsche Marine heeft het vroegere systeem ook weer losgelaten. Tenslotte de vragen van den -heer Romswinfkel. Omtrent het personeel zün nog geen voorzieningen getroffen. Dc vraag betreffende de instelling^ van een afid. Marine aan het Dep. van Koloniën is al vaker -bekeken, maar de bezwaren zün grooter dan de voordcelen. Er bestaat nu bü voortduring over leg tusschen de Dept. van Marine en Kol. Het brandstoffenproblcem: Op Java is voldoende opslagruimte aanwezig voor den eersteö tijd. Pe troleum zal echter moeten worden aangevoerd. Daarvoor zün eigen tankschepen noodig. Den heer Hartkamp antwoordt spr., dat de moei- lükhedcn voor de basis niet zitten in de inrichting aan den wal, maar in de kwestie van het dokken. De kruisers Java en Sumatra acht spr. juist wat wü noodig hebben. Veel lichte, niet te kostbare kruisers. De ervaring in deien en vroegere oorlogen is, dat langzamerhand alle tusschenvormen verdwünen. Tenslotte behandelt spr. een schrijven van den luit. ter zee 01 i v i e r, die een bepaald, concreet geval van aanval behandelt. Bü de replieken weiylen nog verschillende on derdeden uit het betoog van in-ldder besproken, in 't bizonder de door den heer de Ronde ter sprake gebrachte kwestie van de münen. Na re- en dupliek neemt de Voorzitter, jhr. Schorer, het woord en egt ongeveer het volgende: Niemand onzer zal zich ontveinzen, dat voor -wie de vlootwet niet wil, eenige schoonschijnende ar gumenten! te vinden züfl: Washington en de slechte economische toestanden. Het voorstel van Engeland om de tonnemaat te beperken tot 250 ton voor on derzeebooten kan alleen uitgaan van een sterke zee macht, omdat de onderzeeboot het wapen der zwak ken 19. Ethische overwegingen zijn volkomen vreemd aan het duikbootverbod en kunnen hoog stens voorgewend wonden om stemming te maken bü het pubiiek. De eventueele beperking van tx pening kan voor ons eigenlijk geen enkele vera ring Brengen. Washington geeft vermindering van de veel te hoog opgevoerde bewapening, maar allerminst geeft bet ontwapening. Nederlandsch-In- dië daarentegen is totaal ontwapend en ligt dus ge heel weerloos aan. den Grooten Oceaan te midden van de verschillende sterk bewapende landen. Was hington brengt du9 in de verhouding van N.-I. tot die landen geene verandering. Die weerloosheid is voor een land van de grootte en den rükdom van N.-I. een gevaarlüke, beschamende en onhoudbare toestand. t Wat het kostenbezwaar betreft: thans heeft men vrüwel niets. Gaat de vlootwet er door, dan heeft men voor betrekkelijk weinig geld een behoorlijke vloot. Het geld wordt dan oneiaig beter besteed dan bü handhaving van den bestaanden toestand. 't Is eigenlük overbodig den leden der M. V. er op te wüzen, dat de behandeling van de Vlootwet voor de marine beduidt: er op of er onder. Wordt de wet verworpen, dan heeft het voortbestaan der marine geen zin. Maar het is niet alleen een er op of er ondier, voor de marine. Het gaat erom of Ned.-Indie al of niet voorgoed absoluut weerloos zal zün. Dit moge de Tweede Kamer zich goed voor oogen houden. Bü verwerping der wet zal het niet mogelijk zun de marine in stand te houden en het er nog aan besteedde geld zal eenvoudig verspild wezen. In het belang van Indië en Nederland moet deze wet wor den aangenomen. Na langdurige duscussies werd tenslotte de vol gende verklaring opgesteld en aan de pers verstrekt. De Marine-Vereeniging spreekt als haar mee ning uit, dat de vloot zooals de Regeering zich die in de Memorie van Toeliohting op het ont- werp-Vlootwet voorstelt, in staat is de haar door de Regeering gestelde taak te volvoeren, doch tevens dat de sterkte dier vloot het minimum 1b, waarmee kan worden volstaan. De M.-V. acht daarom de aanneming der vlootwet in 's Lands belang noodzakelük. Aan het einde der vergadering richtte de Voor zitter woorden van afscheid tot den vice-admiraal J. Soutendam, die dezen avond voor het laatste eene vergadering der M.-V. büwoonde en met Januari den dienst gaat verlaten. De heer Soutendam dankte voor de waardecrende woorden en uitte zun beste wensöhen voor dien bloei en het welzün der vereeni ging. 7. Hoofdcommissie voor Normalisatie. Voorstel tot verleening van een büdraga van f 50.aan de HoofdcoimJnisala voor de Normali satie in Nederland. Aangenomen. Ter visie Is gelegd! eene Mededeel lng van den Se cretaris van den Raad van State dat het ingesteld beroep tegen het besluit van Ged. Staten van Noord-holland tot het onthouden der goedkeuring aan het Raadsbesluit van 19 Juli 1921, houdende wüziging der gemeentebegrooti-ng ivoor 1921, nog niet bü dien Raad i9 ingekomen. Voorstel om aanslagen op de kohieren der plaat- selük Directe Belasting naar het inkomen, dienst 1920, oninvorderbaar te verklaren. De heer Borkert vraagt of de heer Grunwald soms vóór hem het woord wil hebben. Het klinkt zonderling, wanneer het eene raadslid het andere vraagt of hü soms eerst wil spreken.... De heer Grunwald: Het is zeer beleefd. De heer Borkert: Maar de heer Grunwald heeft strak9 gezegd, dat hü de belasting wil ha len waar die te halen is. Dan moet de heer Grun wald! nu ook met mü zün groot» afkeuring uitspre ken over het feit, diat door deze groep menschen f 20.000.ontstolen wordt aan dë gemeentekas. De Voorzitter meent, dat deze zaak in be sloten zitting -thuishoort. De heer Borkert protesteert daartegen. Daar door wordt een klasse van menschen bevoorrecht. Als het arbeiders betrof, zou dit niet worden voor gesteld. De heer De Zwart zegt, dat de Voorzitter zich vergist. Alleen reclames worden in geheime zit ting behandeld, geen oninvorderbare post. Indertijd is een zelfde geval besproken. Het betreft hier niet eene ontheffing, het zün hier onwilligen. De V o o r z 111 e r( wil dit kohier In de eerstvol gende vergadering behandelen. Aangehouden. Ter vaststelling wordt aangeboden een navorde ringskohier der plaatselüke Directe Belasting naar het inkomen. De heer Zondervan merkt op, dat dit kohier onmogelük in. openbare zitting kan worden behai deld. Hier worden wellicht namen genoemd. De Voorzitter wil zich eerst vergewissen in hoever dit in openbare vergadering kan worden besproken. De heer De Zwart antwoordt hierop, dat de vaststelling in -het openbaar geschiedt. In besloten raad' worden de posten besproken, en in openbaren raad wordt dan alleen gestemd. Dat ls al jaren lang traditie zoo. Na eenige dlsucussie wordt besloten in comlté- gcneraal de zaak te bespreken. Do vergadering wordt daartoe geschorst. Na heropening (wordt bedoeld kohier vastge steld. Men is thans genaderd aan de Rondvraag. Mevrouw Van der Hulet vraagt, nu mejuf frouw Knleveld als schoonmaakster der politlebu- rcaux een salaris van f 1000.gekregen heeft (plus emolumenten) of zü nu ook meer tijd zal beste den aan het schoonhouden der verschillende bu reau*. Zal vooi haar nu ook de 8-urige werkdag aan die buneaux gelden? De Voorzitter: Haar taak ls schoonmaken der bureaux. Maar 8 uur dagelüks zal ze daar wel met aan werken. Overigens gaat de nieuwe regeling met Januari in, op het oogenblik werkt zü nog op de oude condities. Mevrouw Van der Hulst bepleit voorts ver betering van het salaris van de congierge der Cen trale Boekhouding. Deze vrouw kan bet werk, waarvoor zü f 650.per jaar krügt, niet alleen af en heeft gratis hulp van haar zuster. Zij moet van die f 650.alles betalen, emmers, bezem9, etc. Bovendien moet zü II kachels aanhouden. Het is daar altüd even netjes in de kantoren, en het komt spr. voor, dat deze vrouw thans wel wordt achter gesteld bü mej. Kaleveld. De heer Adriaanse zegt, dat dit bü het Col lege bekend is. Bedoelde vrouw, die een paar jaren op proef -heeft gewerkt, en haar werk tot volle te vredenheid vervulde, heeft thans een 7 as te aanstel ling, m wordt daarvoor gesalarieerd op den voet van -het bestaande werkliedenregelment. Spr. wil buits-i de beoordeeling van beider werkzaamheden blüven. De Raad heeft thans besloten het salaris voor de schoonmaakster der politiebureau* op f 1000.te bepalen. Laten ws de 7aak van deze vrouw beküken, meent spr. De beer Bok bespreekt de aanbesteding van den verbouw van -het huis Prins Hendriklaatt tot po litiebureau, die in de Held. Courant is geadver teerd. Is daarvoor een bedrag gevoteerd? vraagt spr. Indertüd kreeg spr. op zün vraag geen posi tief antwoord; hü meent, dat er een ander plan ten opzichte van het politiebureau is. De Voorzitter zegt, dat tegelük met de aanneming van het voorstel inzake Schwabenheim, ook bet bedrag van de raming is gevoteerd. De heer Grunwald wenscht terug te komen op de door mevr. van der Hulst te berde gebrachte' kwestie. Inderdaad lijkt het spr. logisch, dat da an dere vrouw nu ook meer krügt Spr. ondersteunt dus het verzoek van mevr. van der Hulst De Voorzitter merkt op, dat het Collega slechts antwoord op de gestelde vragen. Bü eene interpellatie (kan Hierover fcvorden gediscussenrdl doch dan moet een voorstel gedaan worden. De heer Heüblok vraagt of hel Collega ÏS- gaat op de beweringen van mevr. van der Hulst, namelük om bedoelde vrouw 8 uren daags ie laten werken. De Voorzitter antwoordt dat hü heeft toe gezegd dit te zullen nagaan. De heer Staalman vraagt naar de steunrege ling voor visschers. Is het den wethouder van so ciale aangelegenheden ontgaan, vraagt spr., dat de Minister overweegt een steunregeling voor Zuider- zeevisschers? We hebben hier visschers, die daar mee gelükgesteld kunnen worden. Spr. zou gaarne zien, dat allen, die uitgesloten zün van werkloozen- uitkeeringen, in die steunregeling worden opgeno men. Heeft deze zaak de aandacht van den heer Verstegen? De heer Verstegen heeft, onmiddellük nadat hü deze mededeeling In de krant gelezen had, zich in verbinding gesteld (telefonisch) met het departe ment. Spr. kreeg den indruk, dat de regeling alleen bedoeld was voor de Zuiderzeevisschens en Hel der er buitenviel, hoewel de spr. te woord staande ambtenaar ook niet zeker was van de z jak. Spr. heeft toen een ander departement opgebeld, ea dit gaf toezegging, dat de kwestie de aandacht der regeering zou hebben. Op de vergadering van he denmiddag van het College werd besloten te trachten het vis9chersbedrüf der botters loonend te maken. De heer Staalman heeft een vergadering bij gewoond van de Zuiderzeecommlssie. Hier stond men op het standpunt, dat niet zal worden inge gaan op verzoeken van vereenigingen of bonden, doch dat de gemeentebesturen zich moeten wen den tot Blnnenlandsche Zaken. Spr. meening la, dat nog wei wat aan deze zaak te doen ia. De heer Van L o o vraagt naar de resultaten van het onderzoek inzake >het vermeende lek aan de gasfabriek. De heer Verstegen deelt hieromtrent mede, dat door hem in tegenwoordigheid van den waar nemend directeur de baas der gasfabriek, Nieuw stad, is gehoord. Deze ontkende pertinent eenige mededeelingen omtrent een lek aan den -heer Schöef- felenberger te hebben gedaan. Spr. nam daar geen genoegen mede, en vroeg een schriftelüke verkla ring. Deze verklaring, die spr. voorlpest, bevestig!, dat Nieuwstad nimmer eenige mededeelingen om trent een lek gedaan heeft, -en dat alle mededeelin gen die do heer Sóhoeffelenberger hieromtrent dóet, leugenachtig zün. Er is, ook vroeger niet, ooit Bpra- ke geweest van een lek. De heer Schoeffelenberger vraagt hier over het woord. Hü merkt op, dat dit toch nogal kras is, dat hü ais raadslid hier door een gemeeö- te-ambtenaiar tot leugenaar wordt gekwalificeerd. Spr. stelt voor een commissie van onderzoek te benoemen waarin hij zelf zitting wenscht te ne men. Dan kan deze zaak worden onderzocht. De Voorzitter is het wel eens met het be noemen eener commissie, merkt evenwel op, dat de heer Schoeffelenberger daarin niet zelf zitting kaa nemen. De agenda is hiermede afgehandeld cn da ver gadering wordt gesloten.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1921 | | pagina 5