ABDIJSIROOP Griep Cütarrh Bronchitis BerlijnNew York per luchtschip, Naar de „Times" meldt, zal, onder goed- Keuring van den Raad van Gezanten, een groot luohtschip worden gebouwd door de ^enpella-Maatsonapplj voor rekenlntr van ■i"' Amerikaan<iohe gouvernement, Dit lucht. b9|*teö1-d sl!n voor een li te «tellen ;uoht(lh)üit tuigehsn tterUIn en New York, voorbereiding daarvan vertoeven een eental Dulteohe luohtvaart-iagéniBuri reeds eenlgen tijd in Amerika. Londen—Qucenstown. Londen, 12 Jan. Er worden plannen voor bereid tot het Instellen van een luchtvaart dienst tussehen Londen en Queenstown (Zuid-Ierland). De afstand tussehen beide plaatsen is 400 mijlen, welke door moderne vliegtuigen in vier uur kan worden afge legd. BINNENLAND. De Conferentie te Washington. Uit Washington wordt aan de N. Rott Crt. gemeld, dat het plan van de Nederlandsche delegatie om 21 dezer uit Washington te vertrekken, is opgegeven wegens het voort duren der conferentie. Slechts de marine- deskundige Putman Cramer keert dan terug. De helden der zee. Bij K. B. zijn toegekend als blijk van goed keuring en tevredenheid: de gouden eerepenning voor menschlie- vend hulpbetoon en een loffelijk getuig schrift aan J. de Geus, schipper der red dingboot „President van Heel", te Hoek van Holland; de zilveren eerepenning en getuig schrift aan O. P. Weenig, D. Boel, B. W. Boxman, F. D. van der Vlies, A. Visser on W. van der Klooster, allen leden van de be manning van die reddingboot te Hoek van Holland, wegens de door hen met levensge vaar verrichte poging tot redding van schip breukelingen; de gouden eerepenning en getuigschrift aan A. van der Klooster, schipper der red dingboot Prins der Nederlanden", te Hoek van Holland; de zilveren eerepenning en ge tuigschrift aan J. van Mastrigt, J. Everaart, B. F. Blokland, P. de Zeeuw, O. J. Seekles, A. Muijlwijk, G. Jansen, K. Smid en C. J. Overkleeft, allen leden der bemanning van die reddingboot te Hoek van Holland, we gens de door hen met levensgevaar volbrach te redding van schipbreukelingen; de gouden eerepenning en getuigschrift aan Marlijn Sperllng 8z. en Aren SperlLng Sz. en Aren Sperling Oz., belden schipper te Ouddorp; de zilveren eerepenning en gotulg- sohrlft aan P. Bezljen, O. van dor Klooster Dz., M. Tanis Ezn., Klaas Sperling Pz., Fre- derik Sperllng Pz., W. D. van der Klooster Dz., K. Kasteleijn Adrz., J. Zandburg Krz., M. Witte Jz., J. Witte Az., Johannes Sper ling, M, van der Klooster Dz., Th. Grinwis, Maarten Sperling Az., Wouter Sperling Cz., P. Knsteleyn, P. Grbiwls Thz., A. Bakelaar, Martijn Sperling Pz. A. van Noord O*., allen visschers te Ouddorp, wegens do door hen met levensgevaar volbrachte redding van schipbreukelingen, de gouden eerepenning en getuigschrift aan S. Wiegman, schipper der reddingboot „Brandarls te Terschelling; de zilveren eorepenning on getuigschrift aan A. Tot, F. Kies en R. Dijkstra, allen leden der be manning van deze reddingboot te Terschel ling, wegens de door hen met levensgevaar verrichte poging tot redding van schipbreu kelingen; de gouden eorepenning en getuigschrift aan Maarten Boon M«„ schipper der red dingboot te Cocksdorp de alp eren eerepon- Hing en getuigschrift aan A. List, R, Buljs, Oornelis Boon Az., O. van der Kool, J. van der Kool, Oornelis A. Boon V< B. de Boer, Jan Boon Mz„ J. Bakker Gs., Maarten Boon Cz, en F, Buis allen leden van de bemanning van die reddingboot te Cocksdorp wegens de door ben met levensgevaar volbrachte red ding van schipbreukelingen. („St,-Gt."). liet vergaan van de „TobanUa". Op 18 Januari a.s. aal onder voorzitter schap van dr. A, Hoffman», oud-lid van den Zwltserschen Bondsraad, te 's-Gravenhage bijeenkomen de Internationale Enquête-oom- missie, welke krachtens overkomst tussehen de Nederlandsche en Duitsehe regeeringen Is ingesteld om de oorzaak vast te steller van het vergaan vair het stoomschip „Tu- bantia", Behalve dr. Hoffmann als voorzitter heb ben als leden in die commissie zitting de hoer H, G, Surie, gepensionneerd sehout-bij- nacht der Kon. Ned, Marine, de heer Ua- Ïer, kon ette-kapitein der Dnitsche Marine, e heer H, O. Raon, kapitein-ter-zee en di recteur van den Hydrograflschwr dienst der Koninklijke Deensche Marine en de hoor Unger, kaplteln-luitenant-tcr-zee der Ko ninklijke Zweedsche Marino. Voor deze commissie zullen de Duitsehe belangen worden behartigd door den heer Karl von MtUier, oud-kaplteln-ter-zee der Duitsehe Marine, terwijl de Nederlandsche belangen sullen worden behartigd door prof. mr. dr. A. A. Iï. Struycken, lid van den Raad van State. IJmulden en Sehevonlngen. Het bestuur van de Vereen iglng van Rea ders van Visseheravaartu'lgen te IJmulden heeft den minister van Waterstaat verzocht, om, waneer bedelen wordt tot uibrelding van de Soheveningsche havenwerken, dan gelijktijdig ook te overwegen, het beginsel te laten varen, dat te IJmuiden alle kosten door het bedrijf moeten worden gedekt on over te gaan tot verlaging der retributies en tarieven van het StaatBvisscherShavenbe- drijf te IJmuiden. Arbeidsduur. De Twentsche Kamers van Koophandel hebben een adres gericht aan de Tweede Kn. mer waarin aangedrongen wordt op wijzi ging der Arbeidswet in dien geest, dat daar in de acht-en veertig urige werkweek wordt vastgesteld. Het Rijks Krankzinnigengesticht te Medembllk. Aan den geneesheer-directeur van het Rijks Krankzinnigengesticht te Medemblik is, met het bericht dat deze inrichting zal worden opgeheven, opdracht gegeven het ge- heele personeel ontslag aan te zeggen tegen nader t# bepalen datunj. De Nedcrlandscho Groote Scheepvaart ln 1021. De Nederlandsche koopvaardijvloot onder ging sedert het vorige jaar door aanbouw en aankoop krachtige uitbreiding. Toegevoegd werden ln 1021 aan de Neder» tandcoM handelsvloot 87 stoomschepen, me» tende totaal 802.320 bruto ton, waarvans door aanbouw 00 stoomschep en, met 281,002 br. ton; door aankoop uit het buitenland 18 stoom schepen, met 110.028 Ibr. ton. Daarentegen verminderde de vloot met 10 stoomschepen en 1 motorschoener, met 15.724 br. ton; waarvan door verkoop naar bet bui tenland anet 10 stoomschepen, imet 15.889 br. ton; door verlies met 1 motorschoener, met 885 'br. ton. Voorts werden: naar het (buitenland ver kocht eenige nog in aanbouw zijnde stoom schepen. De geheele Nederlandsche koopvaardijvloot telde uit. December 1921 688 stoomschepen en motorbooten en 82 motorsohoeners, met 2.280.474 br. tons, tegen 611 stoomschepen en motorbooten en 83 motorschoeners, met 1.853.878 br. tons, uit. 1920. Uit. December 1921 waren, voor zoover gerapporteerd, voor de Nederlandsche han delsvloot in aanbouw en in aanbouw gegeven 84 stoomschepen, imet oa. 400.000 br. ton, waarvan 17 wiet ca. 140.000 br. ton op Engel» sche en Duitsehe werven, tegen resp. 700.000 en 250.000 br. ton uit. 1920. Door de binnenlandsche werven werden voor buitenlandsche rekening te water gela ten en op stapel gezet ca. 80 stoomschepen jn motoibooten. Betreffende die nabije toekomst loopen de neeninigen van „deskundigen" nog steeds ver 'uiteen, In Britsohe kringen toont men :ich bijzonder optimistisch. Loonen wexdien ïoewel nog niet voldoende, verlaagd, de ko- lenprljzen ondergingen een© belangrijke ver laging, haven- en dok-, opslag- en assuran- tiekosten verminderden, laad- en ioskosten begonnen te dalen met de verlaging der loo ien van dokwerkers en transportarbeiders. - In sommige Noorsohe kringen wordt ©eni ge verbetering verwacht, die echter gevolgd aal worden door nog ergere depressie, met :iog meer oplegging van tonnages. Het feit, dat de president der Vereenigde Ötaten •en boodschap tot Ihet Congres zal richten in liet belang van ©en subsidie-politiek ten be hoeve van de geheel© Aimerikaansdhe handels- marine duidt op de verwachting, dat deze in iJzlenbaren tijd zonder steun niet zal kunnen instaan. Van Nederlandsche reederszijde werd' de meerling uitgesproken, dat de uiter ste krachten «uilen moeten worden aange wend om „zonder ongelukken de eerstvol gende, buitengewoon ernstige crisisjaren en -ooral het jaar 1928 door te komen; in welk laatste jaar. zich de gevolgen van de huidige malaise, van de totale ontwrichting der eco- i-omlsohe verhoudingen het scherpst zullen toen gevoelen." („iHbl"). De tarievenpolitiek der spoorwegen. Men schrijft uit Limburg ann „De Tijd": Veel is er in den laatsten tijd geschreven over de hooge tarieven, welke met Ingang van 1 dezer voor het personenverkeer hier te lande gelden. Het is dan ook begrijpelijk, dat iederoen er tegen opziet een reis te on dernemen; het is eenvoudig niet meer te be talen. Of do spoorwegen zloh zelf hiermee oen dienst bewijzen en door den maatregel van verhooging der tarieven zullen berei ken, hetgeen zij verwachten, Is een groote vraag, Het publiek zal, vooral op kortere afstanden, traohten gebruik te maken van andere middelen van vervoer, zoodat de in komsten dor spoorwegen, tengevolge van een geringer aantal rezlgers, tooh niet toene men. In dit verband ls het niet van belang ont bloot, dat de aandacht ook eens wordt geves tigd op do zeer onjuiste wijze, waarop de Smdoren-tarleven to hoog worden gohouden. ok hiermede bereikt men het tegenoverge stelde van hetgeen beoogd wordt. De tarie ven blijven zóó hoog, dat op alle mogelijke i aanleren gotracht wordt, het vervoer op an dere wijze te doen goschlodon dan door de Mederlandsche spoorwegen. Zoo is het voor Ie l.imburgsche mijnen voordeeliger om viu Dnitaeh traject naar enkele grensplaatsen ln Twente of den Geidorschen Aohterhoek te venenden dan vla Nederlandsoh trajeot, terwijl het p.a. ook vaststaat, dat Engelsche kolen, welke normaal in Rotterdam zouden binnenkomen, om b.v, vervoerd te worden naar plaatsen als Tilburg en Breda, thans aangevoerd worden op Antwerpen en van laar per spoor naar Tilburg en Breda wor den verzonden. Eind® van de vorige maand werd o.a. een zeeboot met Engelsen spek ten behoeve van de Staatsmijnen in Antwerpen gelost en van daar per spoor naar Limburg vervoerd, om- lat de spoorvraoht op deze wijse belangrijk minder is, De verzender heeft natuurlijk volkomen gelijk, dat hij de goedkoopste route zoekt, doch blijkt uit deze paar voorbeelden niet zonneklaar, lme bij de spoorwegen, door het te hoog houden van de tarieven, de paar den échter den wagen worden gespannen? Het vervoer van do'goederen, dat anders geheel door de Nederlandsche spoorwegen zou hebben plaats gehad, is nu voor het grootste gedeelte ln handen gegaan van het buitenland. Met deze sprekende voorbeelden voor oogen wordt het meer dan tijd, dat aan de tarievenpolitiek der spoowegen alle aan dacht gewijd wordt. Diamanten voor de volksklasse? In het Diamant Handelsblad", officieel weekblad van de vereeniging van kooplieden in diamant gevestigd' te Amsterdam, wordt onder ihet hoofd „Prijsregelen" ihet adries besproken, de vorige week door den heer De Miranda in het weekblad van den A. N. D. B. gegeven om echt© diamanten te brengen on der het bereik der volksklasse. De schrijver van het (bovengenoemde ar tikel is het met den heer De Miranda eens, dat ihet storm zou loopen im zaken, waar sieraden, getooid met echten diamant, voor goedkoope prijzen verkrijgbaar werden ge steld en dan lezen wij verder: Indien dus het voorfbreniglngs- en bewer- klngspröoes von diomaint geheel gewijzigd wordt en geschiedt op een wijze zooals met knoopen, kralen, spelden en onder© massa- arti'kelen, dan kan men er zeker van zijn, dat de diamanthandel een nieuw afzetgebhid, na- meliik dat waarop zich de volksklasse be weegt, gevonden zal hébben. Men kan er ech ter ook zeker van zijn, dat op Ihet oogen'hlik dat deze verandering plaats vindt, voor de bezittende klas. diamant als waarde-object zal hebben afgedaan- Ingezonden mededeeling. klnkhofiUithmt.InnwwT*, tthorhild bestrijdt min hit bul mij e»n krachtig vr«r kend middel De Ir Het is nu eenmaal een feit, dat in onze praalzuchtige samenleving het (begrip van waarde, zich miert stoort aan de conclusie van aesthetisch© expertisen. Ails regel geldt, dat al wat duur is, fijn chic, elegant en fraai is; wat goedkoop is, leeüijk en ordinair. Des wethouders pionnen, diamant door een ontzaggelijke prijsverlaging te maken tot een volksartikei, zou voor den diamanthan del (beteekenen, het verlies van de klandizie der bezittende klasse. Het ligt niet op mijn weg te beoordeelen of massa-fabricage voor de diamantbewerkers zal beteekenen. Als koopman wil ik mij uitsluitend, bepalen' tot de vraag: wat in, of tegen het 'belang is van den handel en indien ik voor de afname van diamant zou moeten 'kiezen tussehen de klan dizie der volksklasse, of die van den rijken stand', dan aarzel ik geen ©ogenblik en kies de laatste categorie, izonder wier steun de diamanthandel zou ondergaan. In het Donderdag verschenen weekblad van den A. N. D. B. zegt H(enrie) P(olak) naar aanleiding van het denkbeeld van den heer De Miranda: Om diamant een massa-artikel te doen worden,, zouden er om te beginnen, voldoen de hoeveelheden ruw diamant ter beschik king moeten zijn. Deze zijn er echter geens zins. 'De productie van de 'groote Zuid-Af ri- kaansche mijnen gaat, zooals men weet, sterk achteruit. Tot op zekere hoogte wordt dit verlies aan productiviteit goed' gemaakt door de diamanten uit Zuld-West-Afrika, de Con gé en Britech Guyana, dodh dit geldt slechts voor tijdperken van geringe vraag naar het geslepen product. Zoodra er weder nor male verhoudingen zullen izjju, is er te wei nig ruw. Waar het zoo gesteld is met de ruwproduc- tle in verhouding tot de gewone normale vraag naar geslapen diamant, vanwaar zou dan het ruw moeten komen, benoodigd voor ^massa-productie"voor „confectie?" Maar aangenomen, dat het mogelijk zou wezen, het noodige -ruw te vinden, dan nog zal de prijs van ihet artikell niet 'zoodanig kunnen dalen, dat van diamant een goecU koop massa-product zou te maken zijn. Want de prijs wordt ln de eerste plaats bepaald door de kosten, verbonden aan het te voor schijn brengen van het diamant, uit de ge steenten waarin dleze verborgen zit. De aard van de daartoe gevoederde bewerking is zoo, dat het er weinig toe doet of ex duizend dan wel tienduizend ton blauwe aarde gegraven en 'bewerkt moet worden. Per ton zijn de kosten vrijwel hetzelfde. Doch de prijs van de ruwe grondstof al leen bepaalt niet den prijs van het geslepen product. 'Daar komt als voornaamste factor nog bij: het loon. En ouu wil het noodlot, dat bij de goederen, die het meest voor massa- artikel in aanmerking zouden komen, het loom een zeer voorname, dikwijls zelfs de voornaamste rol speelt. In de roosje», bij- zondarllj'k ln de 'kleine roosjes, is dit zeer zeker het geval; daat ls het loon het vier- of achtvoudige van den prijs dier grondstof. Doch ook bij' klein briljant en achtkant is het loon een groot© of de grootste factor, veel mieer dar, het ruw, terwijli dit tot op zekere hoogte bij do grovere goederen van ordinaire Dualiteiten het geval is. Het loon heeft weinig of geen beteekenls zoodra het zeer fijn© en groote steenen betreft, die ech ter volkomen bulten het bereik van beschei den beurzen' liggen, De Miranda zal waarschijnlijk beboeren tol M 'laatsten, die bet toelh reeds nauwelijks toereikende Joon (belangrijk verlaagd' zou willen zien. Maar hoe zou hij dan van dia mant ©on massa-artikel willen snaken, «on der de looi urn van allen, dl© achtkant, klein brlllant, ordinaire mêlêe» en roosjes bewer ken, zeer aanmerkelijk te verlagen? de prijzen ln <1© eerste hand, d.w.z. die, voor AU© deze besohiouwli raken nog slechts welke de fabrikant verkoopt aan zijn reoht streeksoh© afnemers. Maar hoeveel sou er wel óp de«© prijzen gelegd' 'worden, voordat de juweelen den dragen bereiken? Ook hierin zou ©ene enorm© verandering moeten plaats hebben, alvorens diamant een zaak voor de massa zou kunnen wonden, De Miranda heeft volkomen gelijk, als hij betoogt, dat er wel altijd! naar diamant ge vraagd zal worden, ongeacht den grondslag waarop de maatschappij 'berust of berusten zal. Hetzelfde heb ik herhaaldelijk betoogd, wanneer .geleerden" en andere fulmineer den tegen het .muttelooze" van bet bewer ken van diamant. De zucht om zichzelf en zjjne omgeving te versieren, is den mensch aangeboren. Er zijn iin he»t geheel geen men- sohen. die het niet doen en zij zijn er van den oertijd af geweest, door alle stadia van be schaving heen. Zoo zal ook de mensch im de socialistische samenlevingzich willen tooien en zal ook daar diamant bewerkt moe ten worden, ten minst© wanneer er dan nog ruw diamant 'gevonden wordt. Dan zal ieder, die er van houdt, er zich mede kunnen' smuk ken. Doch zoolang het zoo ver nog niet is, vrees ik, dat de massa der arbeiders en der kleine middenstanders het 'zonder diamant zal moeten zien te stellen. De griep. Te Enkhuizen is het getal zieke kinderen zoo groot, dat men het Donderdag raad zaam heeft geacht, twee scholen tijdelijk to sluiten. De griep, heerscht te Amersfoort, in hevige mate. Er zijn scholen waar de helft van het onderwijzend personeel ziek ligt. Sedert eeni ge dagen openbaart zich de ziekte ook in net garnizoen. Dagelijks komén 1016 pa tiënten binnen. Men telt daar reeds 105 zie ken, waaronder 'n 80 tal griepgevallen, 't Is vooral d* kwmte dgr hereder. wapens, waar de ziekte heerscht. Overste Coenen, chef van het hospitaal, deelt mede, dat zie.- tot heden geen complicaties voordoen. Ook onder de burgerij is het aantal zieken groot. Er zijn reeds eenige sterfgevallen. Van de beugvisschert) zijn te Vlaardlngen binnengekomen de atoomloggeri VI, 106 van de DoggermaatsohnppIJ en de de Vlj-Mlj. Vlaardlngen, Belde geringe vangit de reiaen moeten opgev» omdat het grootste deel der bemanning lij dende wbh aan grlop; van de VI. 100: zolla 0 van de 18 schepelingen. Het aantal griepgevallen te Arnhem neemt zeer toe. In tal van werkplaatsen ontbreekt een groot deel van het personeel. Naar ver klaring van de geneesheeren heeft de ziekte ditmaal geen kwaadaardig karakter; meestal zijn de patiënten na 8 of 10 dagen weer op de been. Te Enkhulzen is het getal sterfgevallen on der de volwassen grieppatlënten vrij groot. Onder de schoolkinderen daar komen zoo veel ziektegevalier voor, dat gisteren twee scholen tijdelijk zijn gesloten. dam nu geschiedde dat door de betrókken lichtzinnige moeders of andere „bezorgde" familieleden», bij voorkeur op de stoepen of tegen de muren van Van Oampens bouwwerk. Om aan deze zonderlinge liefhebberij een einde te maken, werd teen het „verbod van de ..klein© steentje*" uitgevaardigd, een verbod, dit nu nog dagelijks nnn de iloh vervelende en de VI. 808 vin „niuairc waoht op den Dam gtlcgenheld hadden mei tioh de weelde van een nauwgezette geringe vangst de reiaen moeten omgeven, pilcht»b©traohti,ng te veroorloven! Gezien de uiterst, langzaam en conservatief werkende machinerie u©r militaire admini stratie, valt op een opheffing van dit verbod binnen afzienharem tijd miet te hopen, tenzij het plan doorgaat om den Dam im zijn geheel te „verlagen", waardoor volgen» de voorstellers de entrée tot het paleis aanmer kelijk verbeterd en verfraaid zou worden. In- tuissdhen ondervindt dit plan van verschil lende zijden ernstige tegenkanting; adressen^ zooals o. a. van „Heemsdhut" keeren ex zich M tegen. En, 't moet gezegd, het argument 'van de voorstanders de verfraaiing en ver betering van de paleis-entróe is dan ook weinig krachtig. Want die entrée was oor spronkelijk niet bedoeld aan de zijde van den Dam. Zij werd door den architect en autori teiten destijds geprojecteerd aam den kant van den N. Z. Voorburgwal, tegenover het postkantoor II Om er vóór te zijn, imloet men dus hij het Paleis er achter zijn! En zoo is 't nu eenimaal op dit ondermaansche veelal! Een typisch voorbeeld van deze paradox levert het theater Tu'scbinsky, het onlangs 'in de Reguiiersbree- stxaat geopende, overweldigend-weelderige bioscoop-paleis! Komt men voor-in binnen, dan heeft men alle kans zich te ergeren aan 't feit, dat hier hetamusement "-zonder-meer een tehuis kreeg, dat de „kunst" nog im geen jaren, zoo ooit, zal bereiken. En men denkt mét weemoed aan den nood, waarin nog altijd zoovele serieus-werkende tooneelgezelsdhap- pen verkeeren. Maar komt men „achter" in de tooneelruimte, die voor 'het oog van het publiek door het „witte doek" verborgen wordt gehouden, dan leeft een krachtige (hoop op. Dóór, achter, toch treft men een toonecl- inriebting aan, die on 't stuk van lichtinstal latie en andere technische hulpmiddelen, zóó modern en volledig is, dat men er tever geefs en zeker in ons land een tweede van dergelijke volmaking zou zoeken. Wat voor geheime bedoelingen heeft de biosooop- koming Tusdhinsky hiermee? Staan ons mis schien in de toekomst verrassingen te wach ten en wacht hij het juiste oogenblik af om zijn „kumst"slag te slaan? De enkelen, dl© in het toomeel-mysterie zijn ingewijd, leven en hopen, maar ook niet meer dan dat wamt de heer Tuschinsky „sprak" nog niet! AMSTERDAMSCHE BRIEVEN. ROND DEN DAM. Burgemeester De Vluigt mag dan, wat zjjn politieke richting betreft, een „behoudend man" zijn, het bleek tijdens de eerste Raads vergadering in het nieuwe jaar, dat hij er niet voor terugschrikt te tonnen aan de „ohde mos", als 'hem dit gewenscht voorkomt. Oude, Amsterdamsche gewoonte toch was dit in teigenstelling met het in de meeste andere groote steden gehandhaafde gebruik dat een burgemeesterlijke /nieuwjaarsrede" ach terwege bleef. Burgemeester De Vlugt nam echter in 1922 niet den voorzitterlijken hamer op,.dan na in een kort en sober speedhje ge tuigd te hebben van zijn werklust en zijn, ondanks alles, vertrouwen in de toekomst. Een dergelijk slechte constellatie als thans, heeft de hoofdstad misschien nooit bij een jaarwisseling beleefd, constateerde hij; han del, industrie en scheepvaart liggen voor een déél lamgeslagen en als gevolg daarvan blijft het euvel der werkloosheid mee groeiend'; maar dat is geen reden om hier, in onize .ver gaderingen, „den dood in den pot" te laten komen. „Laat ons krachtig en opgewekt blij ven doorwerken en zoodoende trachten deze economische branding met succes te door zeilen". Het speedhje vond bij den Raad instem ming; men besefte, dat het geen phares wa ren en dat B. en W. in de aangegeven rich ting goed voorgingen. Dit moest dan ook zelfs door de leiders van het Plaatselijk Arbeids-iSecretariaat (het PA.JS.) na een Conferentie ten Stadhuize worden toegegeven. Deze leiders toch, die voor een deel wel zéér Mnksch staan en, als oamtmun istisdh-gezinden de veelal „reformis tische" politiek van bet onder S.D.A.P.-schen invloed staande College van B. en W. scherp afkeuren, moesten erkennen, dat ons Gemeen tebestuur inzake de bestrijding van de werk loosheid inderdaad alles doet wat in de ge- even omstandigheden gedaan kan worden. Werkloosheids-Commissie uit den Raad, die in dezen B. en W. terzijde staat, zit dan ook niet stil en beeft een „plan de campagne" opgemaakt, dat van 'inzicht en aanpakken getuigt en waarin onlangs als laatst© punt wederom we,rd opgenomen de „betonbouw" van woningen, waardoor de mogelijkheid ver groot wordt ook ongesolïoolde bouwvakar beiders <uin werk to helpen. Daarbij dóet do sterke houding van onze Gemeente tegenover het Rijk <al aanvaardde men dan oolk voorloo- plg, noodgedwongen, de regeling van Minis ter Aalberse) inzake de steunregeling aan werkeloozen, ook goed aan. Het liljk huldigt tegenwoordig maar al te veel het systeem om al ierlei last en geheel op de Gemeente af te schuiven; Amsterdam doet echter al f mo gelijke om te voorkotneu, dat dit systeem op don duur bestendigd wordt. In tussehen zit mem dan ook nog maar al tijd opgescheept met het instituut van don Armenraad, in zijn huldigen vorm, een in stituut, dat gedeeltelijk ultvloelsd Is van dit. gewraakte, systeem. Armenraad toch werd hij ©en Rijkswet Ingesteld en geregeld en staat geheel bulten de Gemeen tol ijike admi nistratie; op één punt na, echter: de Gemeente mag Hiif» beluien! Anders dan de burgemeester, die, zooals gezegd, mot een ooud© mos" durft te brekon, houden loden van genoemden Raad zloh gaarne aan het „oud© gebruik", dat ging ln de richting van deftig en rlj'k gemeubileerde „regentenkamera" en bureau*. Door de GEMENGD NIEUWS. Gemeente werd indertijd ten behoeve van Ruud een huls op de HeerengracJit aitu- gekooht ad 85.000. Maar thans blijken deze „armenverzorgers" niet tevreden in iet hun behuizing en vroegen zij een credlet van f 28,000 aan voor verbouwing van het perceel. Mogelijk is de oude „regontenpronkzuoht' min of meer naar 't moderne hoofd geslagen: hoe anders te verklaren, diat 'zij eerst zélf een begrooting opstelden van 40.000 totaal? Het verschil is waarlijk niet gering! Tegenover de kritiek op d'lt voorstel door don Ruad uit geoefend, was de verdediging vanaf de tafel van B. en W. uitermate «Lap en zonder ent housiasme. Wethouder Ter Haar ging zelfs zóó ver, met laconiek te verklaren, dat als men meende, dat de Armenraad het best zon der de eventueel bij te bouwen ruimte kan stellen, men dan maar eenvoudig tegen, moest stemmen; bed'oelde Raad moest 't dan maar zóó zien klaar te spelen. De beslissing Werd echter nog aangehouden, maar als de voor- teekenen niet erg 'bedriegen, dan «uilen onze huidige „Armenraad-regenten" het maar moeten doen op 'eenvoudiger, moderner wijze en het benijdend oog afwenden van de schil derijen en platen, waarop hun voorgangers zoo plechtig en gewichtig verheerlijkt staan 1 Eén van de merkwaardigst© en» hardnek kigste tradities in onze hoofdstad is zeker wel het verbod van het loopen op de „kleine steentjes" van het paleis op den Dam. Een traditie, die men geneigd is terug te voeren op een soort romantische eerbied en schroom voor het Koningsschap, maar die bij nadeT en nuchter onderzoek uitsluitend afstamt van oud gebruik, dat, gelukkig, geheel en al ver dween. Er is n.1. een tijd geweest, dat het „te vondeling leggen" van pasgeboren kinderen aan de ords van den dag was; hier ito Ajneter- De bomaanslag te Den Haag. De Haagsche rechtbank heeft dc bedrij vers van den bomaanslag tegen het huis van majoor Verspijck veroordeeld: Van der Lin de en Kooyman, ieder tot acht jaren en De Haas en Eekhof ieder tot vijf jaren. (De eisch van het O. M. was tegen Van der Linde en Kooyman ieder vijftien jaar, tegen De Haas vijf en tegen Eekhof twee jaar). In haar vonnis heeft de rechtbank te 's-Gravenhage als wettig en overtuigend be wezen aangenomen: in de eerste plaats het aan Kooyman als dader ten laste gelegde en voorts ook behoudons oen ondergeschikt gedeelte het aan Van der Linde, Eekhof en de Haas primair ten laste gelegde, dat zij als dc modedaders hebben gehandeld. Het subsidiar aan laatstgenoemde drie be klaagden ten iasto gelegde, volgens hetwelk zij als medeplichtigen zouden zjjn te be schouwen, vervlol dus hiermede. Voor wat betreft de uitwerking van do ont ploffing en het daarvan te duchten gevaar, verocnlgde de reohtbank zich met het oor deel der door haar gehoorde deskundigen. Over de uitspraak ven het vonnis wordt aar. het Hbl. nog gemold: Klokslag tien uur winden do beklaagden d© loego reohtnsaal binnengeleid. Een oor©ij- blik later komen hun verdedigers, ln da zaal zelve komt hier en daar een getuige in oen ander zaak to zitten Do publieke tri bune, waar alleen staanplaatsen zijn, loopt onmiddellijk vol „Kameraden'' zijn er ge noog onder. ZIJ pogen te groeten als Kooy man, do vrijmoedige, rondkijkt. Dan ls hot wtRvhten. Op do reolitbank. De beklaagden maken grappen met elkaar. Onbegrljpmljfc» terwijl het publiek in «panning ls over de uitspraak, die straks vallen zal. Dan. „reolitbank!", roept de deurwaarder. Allen rij *eni op, de president groot, daurna zitten allen weer. Even stilte. De president snuf felt wat ln papieren richt zich daarna tot de vier in net beklaagdenbankje, die, met de vordedlgers opstaan.En dan volgt de uitspraak. Men kent haar al uit hot avond blad: Kooyman en van der Linde leder «ebt jaren, Eekhof ©n De Haas ieder vijf jaren gevangenisstraf. Er gaat gerucht door de zaal, het is „niet veel!" Behalve voor Eek- niet gelooven kan. Vijf jaren'! Terwijl de oiaoh twee jaren luldae.en véél bemoe digends was gesproken tot den berouwvollen Jongen. De bekluagden gaan zitten, de pre sident leest allo „overwogingen" der recht bank voor. Dat is vervelend en duurt erg lang, de aandacht gaat er door weg. Behalve Eekhof, zitten de beklaagden op hun gemak, meest onverschillig te luisteren. Dan volgt ter. besluite de stereotype mededeeling van den president, dat de beklaagden veertien dagen tijd hebben om in hooger toeroep te gaan bij het Gerechtshof. De beklaagden worden, ieder aan de hand van een' veld wachter, weggeleid.... Nu ls er geschuifel op de tribune, Er mag niet geroepen wor den. Maar de kameraden rekken de lijven boven de vóórstaanders uit en strekken stil de armen omhóóg, voor een nadrukkelijlcen, expressievenj, zwijgenden groet. De Haas, voorop, glimlacht cynisch, Eekhof snikt nog. Van der Linde knikt vriendelijk terug, Kooy man, met een tinteling van blije herkenning in zijn oog, steekt ook zijn arm omhoog, werpt met een ruk zijn haar naar aoh teren en met den kop fier óp stapt hij mee. Dan gaat de deur weer dicht. En terwijl de hulstoegangers de uitspraak bepraten, zocht de arme vader van den jongsten beklaagde stil zijn weg, om de verschrikkelijke bood schap te gaan vertellen aan moeder, die niet m®e d©r»t. fi zonder verdolende bestand deelen.tast de kwaal tichin tijn oorzaak aan. BW Een nieuwe ,jnos". En een oude. Gemeente en Rijk. De „kleine steentjes". Een geheime theater-installatie.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1922 | | pagina 4