ABDIJSIROOP
Griep
Cütarrh
Bronchitis
BerlijnNew York per luchtschip,
Naar de „Times" meldt, zal, onder goed-
Keuring van den Raad van Gezanten, een
groot luohtschip worden gebouwd door de
^enpella-Maatsonapplj voor rekenlntr van
■i"' Amerikaan<iohe gouvernement, Dit lucht.
b9|*teö1-d sl!n voor een li te «tellen
;uoht(lh)üit tuigehsn tterUIn en New York,
voorbereiding daarvan vertoeven een
eental Dulteohe luohtvaart-iagéniBuri reeds
eenlgen tijd in Amerika.
Londen—Qucenstown.
Londen, 12 Jan. Er worden plannen voor
bereid tot het Instellen van een luchtvaart
dienst tussehen Londen en Queenstown
(Zuid-Ierland). De afstand tussehen beide
plaatsen is 400 mijlen, welke door moderne
vliegtuigen in vier uur kan worden afge
legd.
BINNENLAND.
De Conferentie te Washington.
Uit Washington wordt aan de N. Rott Crt.
gemeld, dat het plan van de Nederlandsche
delegatie om 21 dezer uit Washington te
vertrekken, is opgegeven wegens het voort
duren der conferentie. Slechts de marine-
deskundige Putman Cramer keert dan
terug.
De helden der zee.
Bij K. B. zijn toegekend als blijk van goed
keuring en tevredenheid:
de gouden eerepenning voor menschlie-
vend hulpbetoon en een loffelijk getuig
schrift aan J. de Geus, schipper der red
dingboot „President van Heel", te Hoek van
Holland; de zilveren eerepenning en getuig
schrift aan O. P. Weenig, D. Boel, B. W.
Boxman, F. D. van der Vlies, A. Visser on
W. van der Klooster, allen leden van de be
manning van die reddingboot te Hoek van
Holland, wegens de door hen met levensge
vaar verrichte poging tot redding van schip
breukelingen;
de gouden eerepenning en getuigschrift
aan A. van der Klooster, schipper der red
dingboot Prins der Nederlanden", te Hoek
van Holland; de zilveren eerepenning en ge
tuigschrift aan J. van Mastrigt, J. Everaart,
B. F. Blokland, P. de Zeeuw, O. J. Seekles,
A. Muijlwijk, G. Jansen, K. Smid en C. J.
Overkleeft, allen leden der bemanning van
die reddingboot te Hoek van Holland, we
gens de door hen met levensgevaar volbrach
te redding van schipbreukelingen;
de gouden eerepenning en getuigschrift
aan Marlijn Sperllng 8z. en Aren SperlLng
Sz. en Aren Sperling Oz., belden schipper te
Ouddorp; de zilveren eerepenning en gotulg-
sohrlft aan P. Bezljen, O. van dor Klooster
Dz., M. Tanis Ezn., Klaas Sperling Pz., Fre-
derik Sperllng Pz., W. D. van der Klooster
Dz., K. Kasteleijn Adrz., J. Zandburg Krz.,
M. Witte Jz., J. Witte Az., Johannes Sper
ling, M, van der Klooster Dz., Th. Grinwis,
Maarten Sperling Az., Wouter Sperling Cz.,
P. Knsteleyn, P. Grbiwls Thz., A. Bakelaar,
Martijn Sperling Pz. A. van Noord O*., allen
visschers te Ouddorp, wegens do door hen
met levensgevaar volbrachte redding van
schipbreukelingen,
de gouden eerepenning en getuigschrift
aan S. Wiegman, schipper der reddingboot
„Brandarls te Terschelling; de zilveren
eorepenning on getuigschrift aan A. Tot,
F. Kies en R. Dijkstra, allen leden der be
manning van deze reddingboot te Terschel
ling, wegens de door hen met levensgevaar
verrichte poging tot redding van schipbreu
kelingen;
de gouden eorepenning en getuigschrift
aan Maarten Boon M«„ schipper der red
dingboot te Cocksdorp de alp eren eerepon-
Hing en getuigschrift aan A. List, R, Buljs,
Oornelis Boon Az., O. van der Kool, J. van
der Kool, Oornelis A. Boon V< B. de Boer,
Jan Boon Mz„ J. Bakker Gs., Maarten Boon
Cz, en F, Buis allen leden van de bemanning
van die reddingboot te Cocksdorp wegens de
door ben met levensgevaar volbrachte red
ding van schipbreukelingen. („St,-Gt.").
liet vergaan van de „TobanUa".
Op 18 Januari a.s. aal onder voorzitter
schap van dr. A, Hoffman», oud-lid van den
Zwltserschen Bondsraad, te 's-Gravenhage
bijeenkomen de Internationale Enquête-oom-
missie, welke krachtens overkomst tussehen
de Nederlandsche en Duitsehe regeeringen
Is ingesteld om de oorzaak vast te steller
van het vergaan vair het stoomschip „Tu-
bantia",
Behalve dr. Hoffmann als voorzitter heb
ben als leden in die commissie zitting de
hoer H, G, Surie, gepensionneerd sehout-bij-
nacht der Kon. Ned, Marine, de heer Ua-
Ïer, kon ette-kapitein der Dnitsche Marine,
e heer H, O. Raon, kapitein-ter-zee en di
recteur van den Hydrograflschwr dienst der
Koninklijke Deensche Marine en de hoor
Unger, kaplteln-luitenant-tcr-zee der Ko
ninklijke Zweedsche Marino.
Voor deze commissie zullen de Duitsehe
belangen worden behartigd door den heer
Karl von MtUier, oud-kaplteln-ter-zee der
Duitsehe Marine, terwijl de Nederlandsche
belangen sullen worden behartigd door prof.
mr. dr. A. A. Iï. Struycken, lid van den Raad
van State.
IJmulden en Sehevonlngen.
Het bestuur van de Vereen iglng van Rea
ders van Visseheravaartu'lgen te IJmulden
heeft den minister van Waterstaat verzocht,
om, waneer bedelen wordt tot uibrelding
van de Soheveningsche havenwerken, dan
gelijktijdig ook te overwegen, het beginsel
te laten varen, dat te IJmuiden alle kosten
door het bedrijf moeten worden gedekt on
over te gaan tot verlaging der retributies
en tarieven van het StaatBvisscherShavenbe-
drijf te IJmuiden.
Arbeidsduur.
De Twentsche Kamers van Koophandel
hebben een adres gericht aan de Tweede Kn.
mer waarin aangedrongen wordt op wijzi
ging der Arbeidswet in dien geest, dat daar
in de acht-en veertig urige werkweek wordt
vastgesteld.
Het Rijks Krankzinnigengesticht te
Medembllk.
Aan den geneesheer-directeur van het
Rijks Krankzinnigengesticht te Medemblik
is, met het bericht dat deze inrichting zal
worden opgeheven, opdracht gegeven het ge-
heele personeel ontslag aan te zeggen tegen
nader t# bepalen datunj.
De Nedcrlandscho Groote Scheepvaart
ln 1021.
De Nederlandsche koopvaardijvloot onder
ging sedert het vorige jaar door aanbouw en
aankoop krachtige uitbreiding.
Toegevoegd werden ln 1021 aan de Neder»
tandcoM handelsvloot 87 stoomschepen, me»
tende totaal 802.320 bruto ton, waarvans
door aanbouw 00 stoomschep en, met 281,002
br. ton;
door aankoop uit het buitenland 18 stoom
schepen, met 110.028 Ibr. ton.
Daarentegen verminderde de vloot met 10
stoomschepen en 1 motorschoener, met 15.724
br. ton; waarvan door verkoop naar bet bui
tenland anet 10 stoomschepen, imet 15.889
br. ton; door verlies met 1 motorschoener,
met 885 'br. ton.
Voorts werden: naar het (buitenland ver
kocht eenige nog in aanbouw zijnde stoom
schepen.
De geheele Nederlandsche koopvaardijvloot
telde uit. December 1921 688 stoomschepen
en motorbooten en 82 motorsohoeners, met
2.280.474 br. tons, tegen 611 stoomschepen
en motorbooten en 83 motorschoeners, met
1.853.878 br. tons, uit. 1920.
Uit. December 1921 waren, voor zoover
gerapporteerd, voor de Nederlandsche han
delsvloot in aanbouw en in aanbouw gegeven
84 stoomschepen, imet oa. 400.000 br. ton,
waarvan 17 wiet ca. 140.000 br. ton op Engel»
sche en Duitsehe werven, tegen resp. 700.000
en 250.000 br. ton uit. 1920.
Door de binnenlandsche werven werden
voor buitenlandsche rekening te water gela
ten en op stapel gezet ca. 80 stoomschepen
jn motoibooten.
Betreffende die nabije toekomst loopen de
neeninigen van „deskundigen" nog steeds
ver 'uiteen, In Britsohe kringen toont men
:ich bijzonder optimistisch. Loonen wexdien
ïoewel nog niet voldoende, verlaagd, de ko-
lenprljzen ondergingen een© belangrijke ver
laging, haven- en dok-, opslag- en assuran-
tiekosten verminderden, laad- en ioskosten
begonnen te dalen met de verlaging der loo
ien van dokwerkers en transportarbeiders.
- In sommige Noorsohe kringen wordt ©eni
ge verbetering verwacht, die echter gevolgd
aal worden door nog ergere depressie, met
:iog meer oplegging van tonnages. Het
feit, dat de president der Vereenigde Ötaten
•en boodschap tot Ihet Congres zal richten in
liet belang van ©en subsidie-politiek ten be
hoeve van de geheel© Aimerikaansdhe handels-
marine duidt op de verwachting, dat deze in
iJzlenbaren tijd zonder steun niet zal kunnen
instaan. Van Nederlandsche reederszijde
werd' de meerling uitgesproken, dat de uiter
ste krachten «uilen moeten worden aange
wend om „zonder ongelukken de eerstvol
gende, buitengewoon ernstige crisisjaren en
-ooral het jaar 1928 door te komen; in welk
laatste jaar. zich de gevolgen van de huidige
malaise, van de totale ontwrichting der eco-
i-omlsohe verhoudingen het scherpst zullen
toen gevoelen." („iHbl").
De tarievenpolitiek der spoorwegen.
Men schrijft uit Limburg ann „De Tijd":
Veel is er in den laatsten tijd geschreven
over de hooge tarieven, welke met Ingang
van 1 dezer voor het personenverkeer hier
te lande gelden. Het is dan ook begrijpelijk,
dat iederoen er tegen opziet een reis te on
dernemen; het is eenvoudig niet meer te be
talen. Of do spoorwegen zloh zelf hiermee
oen dienst bewijzen en door den maatregel
van verhooging der tarieven zullen berei
ken, hetgeen zij verwachten, Is een groote
vraag, Het publiek zal, vooral op kortere
afstanden, traohten gebruik te maken van
andere middelen van vervoer, zoodat de in
komsten dor spoorwegen, tengevolge van een
geringer aantal rezlgers, tooh niet toene
men.
In dit verband ls het niet van belang ont
bloot, dat de aandacht ook eens wordt geves
tigd op do zeer onjuiste wijze, waarop de
Smdoren-tarleven to hoog worden gohouden.
ok hiermede bereikt men het tegenoverge
stelde van hetgeen beoogd wordt. De tarie
ven blijven zóó hoog, dat op alle mogelijke
i aanleren gotracht wordt, het vervoer op an
dere wijze te doen goschlodon dan door de
Mederlandsche spoorwegen. Zoo is het voor
Ie l.imburgsche mijnen voordeeliger om viu
Dnitaeh traject naar enkele grensplaatsen ln
Twente of den Geidorschen Aohterhoek te
venenden dan vla Nederlandsoh trajeot,
terwijl het p.a. ook vaststaat, dat Engelsche
kolen, welke normaal in Rotterdam zouden
binnenkomen, om b.v, vervoerd te worden
naar plaatsen als Tilburg en Breda, thans
aangevoerd worden op Antwerpen en van
laar per spoor naar Tilburg en Breda wor
den verzonden.
Eind® van de vorige maand werd o.a. een
zeeboot met Engelsen spek ten behoeve van
de Staatsmijnen in Antwerpen gelost en van
daar per spoor naar Limburg vervoerd, om-
lat de spoorvraoht op deze wijse belangrijk
minder is,
De verzender heeft natuurlijk volkomen
gelijk, dat hij de goedkoopste route zoekt,
doch blijkt uit deze paar voorbeelden niet
zonneklaar, lme bij de spoorwegen, door het
te hoog houden van de tarieven, de paar
den échter den wagen worden gespannen?
Het vervoer van do'goederen, dat anders
geheel door de Nederlandsche spoorwegen
zou hebben plaats gehad, is nu voor het
grootste gedeelte ln handen gegaan van het
buitenland. Met deze sprekende voorbeelden
voor oogen wordt het meer dan tijd, dat aan
de tarievenpolitiek der spoowegen alle aan
dacht gewijd wordt.
Diamanten voor de volksklasse?
In het Diamant Handelsblad", officieel
weekblad van de vereeniging van kooplieden
in diamant gevestigd' te Amsterdam, wordt
onder ihet hoofd „Prijsregelen" ihet adries
besproken, de vorige week door den heer De
Miranda in het weekblad van den A. N. D. B.
gegeven om echt© diamanten te brengen on
der het bereik der volksklasse.
De schrijver van het (bovengenoemde ar
tikel is het met den heer De Miranda eens,
dat ihet storm zou loopen im zaken, waar
sieraden, getooid met echten diamant, voor
goedkoope prijzen verkrijgbaar werden ge
steld en dan lezen wij verder:
Indien dus het voorfbreniglngs- en bewer-
klngspröoes von diomaint geheel gewijzigd
wordt en geschiedt op een wijze zooals met
knoopen, kralen, spelden en onder© massa-
arti'kelen, dan kan men er zeker van zijn, dat
de diamanthandel een nieuw afzetgebhid, na-
meliik dat waarop zich de volksklasse be
weegt, gevonden zal hébben. Men kan er ech
ter ook zeker van zijn, dat op Ihet oogen'hlik
dat deze verandering plaats vindt, voor de
bezittende klas. diamant als waarde-object
zal hebben afgedaan-
Ingezonden mededeeling.
klnkhofiUithmt.InnwwT*,
tthorhild bestrijdt min hit
bul mij e»n krachtig vr«r
kend middel De
Ir
Het is nu eenmaal een feit, dat in onze
praalzuchtige samenleving het (begrip van
waarde, zich miert stoort aan de conclusie van
aesthetisch© expertisen. Ails regel geldt, dat
al wat duur is, fijn chic, elegant en fraai is;
wat goedkoop is, leeüijk en ordinair.
Des wethouders pionnen, diamant door een
ontzaggelijke prijsverlaging te maken tot
een volksartikei, zou voor den diamanthan
del (beteekenen, het verlies van de klandizie
der bezittende klasse. Het ligt niet op mijn
weg te beoordeelen of massa-fabricage voor
de diamantbewerkers zal beteekenen. Als
koopman wil ik mij uitsluitend, bepalen' tot
de vraag: wat in, of tegen het 'belang is van
den handel en indien ik voor de afname van
diamant zou moeten 'kiezen tussehen de klan
dizie der volksklasse, of die van den rijken
stand', dan aarzel ik geen ©ogenblik en kies
de laatste categorie, izonder wier steun de
diamanthandel zou ondergaan.
In het Donderdag verschenen weekblad
van den A. N. D. B. zegt H(enrie) P(olak)
naar aanleiding van het denkbeeld van den
heer De Miranda:
Om diamant een massa-artikel te doen
worden,, zouden er om te beginnen, voldoen
de hoeveelheden ruw diamant ter beschik
king moeten zijn. Deze zijn er echter geens
zins. 'De productie van de 'groote Zuid-Af ri-
kaansche mijnen gaat, zooals men weet, sterk
achteruit. Tot op zekere hoogte wordt dit
verlies aan productiviteit goed' gemaakt door
de diamanten uit Zuld-West-Afrika, de Con
gé en Britech Guyana, dodh dit geldt slechts
voor tijdperken van geringe vraag naar het
geslepen product. Zoodra er weder nor
male verhoudingen zullen izjju, is er te wei
nig ruw.
Waar het zoo gesteld is met de ruwproduc-
tle in verhouding tot de gewone normale
vraag naar geslapen diamant, vanwaar zou
dan het ruw moeten komen, benoodigd voor
^massa-productie"voor „confectie?"
Maar aangenomen, dat het mogelijk zou
wezen, het noodige -ruw te vinden, dan nog
zal de prijs van ihet artikell niet 'zoodanig
kunnen dalen, dat van diamant een goecU
koop massa-product zou te maken zijn. Want
de prijs wordt ln de eerste plaats bepaald
door de kosten, verbonden aan het te voor
schijn brengen van het diamant, uit de ge
steenten waarin dleze verborgen zit. De aard
van de daartoe gevoederde bewerking is zoo,
dat het er weinig toe doet of ex duizend dan
wel tienduizend ton blauwe aarde gegraven
en 'bewerkt moet worden. Per ton zijn de
kosten vrijwel hetzelfde.
Doch de prijs van de ruwe grondstof al
leen bepaalt niet den prijs van het geslepen
product. 'Daar komt als voornaamste factor
nog bij: het loon. En ouu wil het noodlot, dat
bij de goederen, die het meest voor massa-
artikel in aanmerking zouden komen, het
loom een zeer voorname, dikwijls zelfs de
voornaamste rol speelt. In de roosje», bij-
zondarllj'k ln de 'kleine roosjes, is dit zeer
zeker het geval; daat ls het loon het vier- of
achtvoudige van den prijs dier grondstof.
Doch ook bij' klein briljant en achtkant is
het loon een groot© of de grootste factor,
veel mieer dar, het ruw, terwijli dit tot op
zekere hoogte bij do grovere goederen van
ordinaire Dualiteiten het geval is. Het loon
heeft weinig of geen beteekenls zoodra het
zeer fijn© en groote steenen betreft, die ech
ter volkomen bulten het bereik van beschei
den beurzen' liggen,
De Miranda zal waarschijnlijk beboeren
tol M 'laatsten, die bet toelh reeds nauwelijks
toereikende Joon (belangrijk verlaagd' zou
willen zien. Maar hoe zou hij dan van dia
mant ©on massa-artikel willen snaken, «on
der de looi urn van allen, dl© achtkant, klein
brlllant, ordinaire mêlêe» en roosjes bewer
ken, zeer aanmerkelijk te verlagen?
de prijzen ln <1© eerste hand, d.w.z. die, voor
AU© deze besohiouwli
raken nog slechts
welke de fabrikant verkoopt aan zijn reoht
streeksoh© afnemers. Maar hoeveel sou er
wel óp de«© prijzen gelegd' 'worden, voordat
de juweelen den dragen bereiken? Ook hierin
zou ©ene enorm© verandering moeten plaats
hebben, alvorens diamant een zaak voor de
massa zou kunnen wonden,
De Miranda heeft volkomen gelijk, als hij
betoogt, dat er wel altijd! naar diamant ge
vraagd zal worden, ongeacht den grondslag
waarop de maatschappij 'berust of berusten
zal. Hetzelfde heb ik herhaaldelijk betoogd,
wanneer .geleerden" en andere fulmineer
den tegen het .muttelooze" van bet bewer
ken van diamant. De zucht om zichzelf en
zjjne omgeving te versieren, is den mensch
aangeboren. Er zijn iin he»t geheel geen men-
sohen. die het niet doen en zij zijn er van den
oertijd af geweest, door alle stadia van be
schaving heen. Zoo zal ook de mensch im
de socialistische samenlevingzich willen
tooien en zal ook daar diamant bewerkt moe
ten worden, ten minst© wanneer er dan nog
ruw diamant 'gevonden wordt. Dan zal ieder,
die er van houdt, er zich mede kunnen' smuk
ken. Doch zoolang het zoo ver nog niet is,
vrees ik, dat de massa der arbeiders en der
kleine middenstanders het 'zonder diamant
zal moeten zien te stellen.
De griep.
Te Enkhuizen is het getal zieke kinderen
zoo groot, dat men het Donderdag raad
zaam heeft geacht, twee scholen tijdelijk to
sluiten.
De griep, heerscht te Amersfoort, in hevige
mate. Er zijn scholen waar de helft van het
onderwijzend personeel ziek ligt. Sedert eeni
ge dagen openbaart zich de ziekte ook in
net garnizoen. Dagelijks komén 1016 pa
tiënten binnen. Men telt daar reeds 105 zie
ken, waaronder 'n 80 tal griepgevallen, 't Is
vooral d* kwmte dgr hereder. wapens, waar
de ziekte heerscht. Overste Coenen, chef van
het hospitaal, deelt mede, dat zie.- tot heden
geen complicaties voordoen. Ook onder de
burgerij is het aantal zieken groot. Er zijn
reeds eenige sterfgevallen.
Van de beugvisschert) zijn te Vlaardlngen
binnengekomen de atoomloggeri VI, 106 van
de DoggermaatsohnppIJ en de
de Vlj-Mlj. Vlaardlngen, Belde
geringe vangit de reiaen moeten opgev»
omdat het grootste deel der bemanning lij
dende wbh aan grlop; van de VI. 100: zolla
0 van de 18 schepelingen.
Het aantal griepgevallen te Arnhem neemt
zeer toe. In tal van werkplaatsen ontbreekt
een groot deel van het personeel. Naar ver
klaring van de geneesheeren heeft de ziekte
ditmaal geen kwaadaardig karakter; meestal
zijn de patiënten na 8 of 10 dagen weer op
de been.
Te Enkhulzen is het getal sterfgevallen on
der de volwassen grieppatlënten vrij groot.
Onder de schoolkinderen daar komen zoo
veel ziektegevalier voor, dat gisteren twee
scholen tijdelijk zijn gesloten.
dam nu geschiedde dat door de betrókken
lichtzinnige moeders of andere „bezorgde"
familieleden», bij voorkeur op de stoepen of
tegen de muren van Van Oampens bouwwerk.
Om aan deze zonderlinge liefhebberij een
einde te maken, werd teen het „verbod van de
..klein© steentje*" uitgevaardigd, een verbod,
dit nu nog dagelijks nnn de iloh vervelende
en de VI. 808 vin „niuairc waoht op den Dam gtlcgenheld
hadden mei tioh de weelde van een nauwgezette
geringe vangst de reiaen moeten omgeven, pilcht»b©traohti,ng te veroorloven!
Gezien de uiterst, langzaam en conservatief
werkende machinerie u©r militaire admini
stratie, valt op een opheffing van dit verbod
binnen afzienharem tijd miet te hopen, tenzij
het plan doorgaat om den Dam im zijn
geheel te „verlagen", waardoor volgen» de
voorstellers de entrée tot het paleis aanmer
kelijk verbeterd en verfraaid zou worden. In-
tuissdhen ondervindt dit plan van verschil
lende zijden ernstige tegenkanting; adressen^
zooals o. a. van „Heemsdhut" keeren ex zich
M tegen. En, 't moet gezegd, het argument
'van de voorstanders de verfraaiing en ver
betering van de paleis-entróe is dan ook
weinig krachtig. Want die entrée was oor
spronkelijk niet bedoeld aan de zijde van den
Dam. Zij werd door den architect en autori
teiten destijds geprojecteerd aam den kant
van den N. Z. Voorburgwal, tegenover het
postkantoor II
Om er vóór te zijn, imloet men dus hij het
Paleis er achter zijn! En zoo is 't nu eenimaal
op dit ondermaansche veelal! Een typisch
voorbeeld van deze paradox levert het theater
Tu'scbinsky, het onlangs 'in de Reguiiersbree-
stxaat geopende, overweldigend-weelderige
bioscoop-paleis! Komt men voor-in binnen,
dan heeft men alle kans zich te ergeren aan
't feit, dat hier hetamusement "-zonder-meer
een tehuis kreeg, dat de „kunst" nog im geen
jaren, zoo ooit, zal bereiken. En men denkt
mét weemoed aan den nood, waarin nog altijd
zoovele serieus-werkende tooneelgezelsdhap-
pen verkeeren. Maar komt men „achter"
in de tooneelruimte, die voor 'het oog van het
publiek door het „witte doek" verborgen
wordt gehouden, dan leeft een krachtige (hoop
op. Dóór, achter, toch treft men een toonecl-
inriebting aan, die on 't stuk van lichtinstal
latie en andere technische hulpmiddelen, zóó
modern en volledig is, dat men er tever
geefs en zeker in ons land een tweede
van dergelijke volmaking zou zoeken. Wat
voor geheime bedoelingen heeft de biosooop-
koming Tusdhinsky hiermee? Staan ons mis
schien in de toekomst verrassingen te wach
ten en wacht hij het juiste oogenblik af om
zijn „kumst"slag te slaan? De enkelen, dl© in
het toomeel-mysterie zijn ingewijd, leven en
hopen, maar ook niet meer dan dat wamt
de heer Tuschinsky „sprak" nog niet!
AMSTERDAMSCHE BRIEVEN.
ROND DEN DAM.
Burgemeester De Vluigt mag dan, wat zjjn
politieke richting betreft, een „behoudend
man" zijn, het bleek tijdens de eerste Raads
vergadering in het nieuwe jaar, dat hij er
niet voor terugschrikt te tonnen aan de „ohde
mos", als 'hem dit gewenscht voorkomt. Oude,
Amsterdamsche gewoonte toch was dit in
teigenstelling met het in de meeste andere
groote steden gehandhaafde gebruik dat
een burgemeesterlijke /nieuwjaarsrede" ach
terwege bleef. Burgemeester De Vlugt nam
echter in 1922 niet den voorzitterlijken hamer
op,.dan na in een kort en sober speedhje ge
tuigd te hebben van zijn werklust en zijn,
ondanks alles, vertrouwen in de toekomst.
Een dergelijk slechte constellatie als thans,
heeft de hoofdstad misschien nooit bij een
jaarwisseling beleefd, constateerde hij; han
del, industrie en scheepvaart liggen voor een
déél lamgeslagen en als gevolg daarvan blijft
het euvel der werkloosheid mee groeiend';
maar dat is geen reden om hier, in onize .ver
gaderingen, „den dood in den pot" te laten
komen. „Laat ons krachtig en opgewekt blij
ven doorwerken en zoodoende trachten deze
economische branding met succes te door
zeilen".
Het speedhje vond bij den Raad instem
ming; men besefte, dat het geen phares wa
ren en dat B. en W. in de aangegeven rich
ting goed voorgingen.
Dit moest dan ook zelfs door de leiders van
het Plaatselijk Arbeids-iSecretariaat (het
PA.JS.) na een Conferentie ten Stadhuize
worden toegegeven. Deze leiders toch, die
voor een deel wel zéér Mnksch staan en, als
oamtmun istisdh-gezinden de veelal „reformis
tische" politiek van bet onder S.D.A.P.-schen
invloed staande College van B. en W. scherp
afkeuren, moesten erkennen, dat ons Gemeen
tebestuur inzake de bestrijding van de werk
loosheid inderdaad alles doet wat in de ge-
even omstandigheden gedaan kan worden.
Werkloosheids-Commissie uit den Raad,
die in dezen B. en W. terzijde staat, zit dan
ook niet stil en beeft een „plan de campagne"
opgemaakt, dat van 'inzicht en aanpakken
getuigt en waarin onlangs als laatst© punt
wederom we,rd opgenomen de „betonbouw"
van woningen, waardoor de mogelijkheid ver
groot wordt ook ongesolïoolde bouwvakar
beiders <uin werk to helpen. Daarbij dóet do
sterke houding van onze Gemeente tegenover
het Rijk <al aanvaardde men dan oolk voorloo-
plg, noodgedwongen, de regeling van Minis
ter Aalberse) inzake de steunregeling aan
werkeloozen, ook goed aan. Het liljk huldigt
tegenwoordig maar al te veel het systeem om
al ierlei last en geheel op de Gemeente af te
schuiven; Amsterdam doet echter al f mo
gelijke om te voorkotneu, dat dit systeem op
don duur bestendigd wordt.
In tussehen zit mem dan ook nog maar al
tijd opgescheept met het instituut van don
Armenraad, in zijn huldigen vorm, een in
stituut, dat gedeeltelijk ultvloelsd Is van dit.
gewraakte, systeem. Armenraad toch werd
hij ©en Rijkswet Ingesteld en geregeld en
staat geheel bulten de Gemeen tol ijike admi
nistratie; op één punt na, echter: de Gemeente
mag Hiif» beluien!
Anders dan de burgemeester, die, zooals
gezegd, mot een ooud© mos" durft te brekon,
houden loden van genoemden Raad zloh
gaarne aan het „oud© gebruik", dat ging ln
de richting van deftig en rlj'k gemeubileerde
„regentenkamera" en bureau*. Door de
GEMENGD NIEUWS.
Gemeente werd indertijd ten behoeve van
Ruud een huls op de HeerengracJit aitu-
gekooht ad 85.000. Maar thans blijken deze
„armenverzorgers" niet tevreden in iet hun
behuizing en vroegen zij een credlet van
f 28,000 aan voor verbouwing van het perceel.
Mogelijk is de oude „regontenpronkzuoht'
min of meer naar 't moderne hoofd geslagen:
hoe anders te verklaren, diat 'zij eerst zélf een
begrooting opstelden van 40.000 totaal? Het
verschil is waarlijk niet gering! Tegenover
de kritiek op d'lt voorstel door don Ruad uit
geoefend, was de verdediging vanaf de tafel
van B. en W. uitermate «Lap en zonder ent
housiasme. Wethouder Ter Haar ging zelfs
zóó ver, met laconiek te verklaren, dat als
men meende, dat de Armenraad het best zon
der de eventueel bij te bouwen ruimte kan
stellen, men dan maar eenvoudig tegen, moest
stemmen; bed'oelde Raad moest 't dan maar
zóó zien klaar te spelen. De beslissing Werd
echter nog aangehouden, maar als de voor-
teekenen niet erg 'bedriegen, dan «uilen onze
huidige „Armenraad-regenten" het maar
moeten doen op 'eenvoudiger, moderner wijze
en het benijdend oog afwenden van de schil
derijen en platen, waarop hun voorgangers
zoo plechtig en gewichtig verheerlijkt staan 1
Eén van de merkwaardigst© en» hardnek
kigste tradities in onze hoofdstad is zeker
wel het verbod van het loopen op de „kleine
steentjes" van het paleis op den Dam. Een
traditie, die men geneigd is terug te voeren
op een soort romantische eerbied en schroom
voor het Koningsschap, maar die bij nadeT en
nuchter onderzoek uitsluitend afstamt van
oud gebruik, dat, gelukkig, geheel en al ver
dween. Er is n.1. een tijd geweest, dat het „te
vondeling leggen" van pasgeboren kinderen
aan de ords van den dag was; hier ito Ajneter-
De bomaanslag te Den Haag.
De Haagsche rechtbank heeft dc bedrij
vers van den bomaanslag tegen het huis van
majoor Verspijck veroordeeld: Van der Lin
de en Kooyman, ieder tot acht jaren en De
Haas en Eekhof ieder tot vijf jaren.
(De eisch van het O. M. was tegen Van
der Linde en Kooyman ieder vijftien jaar,
tegen De Haas vijf en tegen Eekhof twee
jaar).
In haar vonnis heeft de rechtbank te
's-Gravenhage als wettig en overtuigend be
wezen aangenomen: in de eerste plaats het
aan Kooyman als dader ten laste gelegde
en voorts ook behoudons oen ondergeschikt
gedeelte het aan Van der Linde, Eekhof
en de Haas primair ten laste gelegde, dat
zij als dc modedaders hebben gehandeld.
Het subsidiar aan laatstgenoemde drie be
klaagden ten iasto gelegde, volgens hetwelk
zij als medeplichtigen zouden zjjn te be
schouwen, vervlol dus hiermede.
Voor wat betreft de uitwerking van do ont
ploffing en het daarvan te duchten gevaar,
verocnlgde de reohtbank zich met het oor
deel der door haar gehoorde deskundigen.
Over de uitspraak ven het vonnis wordt
aar. het Hbl. nog gemold:
Klokslag tien uur winden do beklaagden
d© loego reohtnsaal binnengeleid. Een oor©ij-
blik later komen hun verdedigers, ln da zaal
zelve komt hier en daar een getuige in
oen ander zaak to zitten Do publieke tri
bune, waar alleen staanplaatsen zijn, loopt
onmiddellijk vol „Kameraden'' zijn er ge
noog onder. ZIJ pogen te groeten als Kooy
man, do vrijmoedige, rondkijkt. Dan ls hot
wtRvhten. Op do reolitbank. De beklaagden
maken grappen met elkaar. Onbegrljpmljfc»
terwijl het publiek in «panning ls over
de uitspraak, die straks vallen zal. Dan.
„reolitbank!", roept de deurwaarder. Allen rij
*eni op, de president groot, daurna zitten
allen weer. Even stilte. De president snuf
felt wat ln papieren richt zich daarna tot
de vier in net beklaagdenbankje, die, met
de vordedlgers opstaan.En dan volgt de
uitspraak. Men kent haar al uit hot avond
blad: Kooyman en van der Linde leder «ebt
jaren, Eekhof ©n De Haas ieder vijf jaren
gevangenisstraf. Er gaat gerucht door de
zaal, het is „niet veel!" Behalve voor Eek-
niet gelooven kan. Vijf jaren'! Terwijl de
oiaoh twee jaren luldae.en véél bemoe
digends was gesproken tot den berouwvollen
Jongen. De bekluagden gaan zitten, de pre
sident leest allo „overwogingen" der recht
bank voor. Dat is vervelend en duurt erg
lang, de aandacht gaat er door weg. Behalve
Eekhof, zitten de beklaagden op hun gemak,
meest onverschillig te luisteren. Dan volgt
ter. besluite de stereotype mededeeling van
den president, dat de beklaagden veertien
dagen tijd hebben om in hooger toeroep te
gaan bij het Gerechtshof. De beklaagden
worden, ieder aan de hand van een' veld
wachter, weggeleid.... Nu ls er geschuifel
op de tribune, Er mag niet geroepen wor
den. Maar de kameraden rekken de lijven
boven de vóórstaanders uit en strekken stil
de armen omhóóg, voor een nadrukkelijlcen,
expressievenj, zwijgenden groet. De Haas,
voorop, glimlacht cynisch, Eekhof snikt nog.
Van der Linde knikt vriendelijk terug, Kooy
man, met een tinteling van blije herkenning
in zijn oog, steekt ook zijn arm omhoog,
werpt met een ruk zijn haar naar aoh teren
en met den kop fier óp stapt hij mee.
Dan gaat de deur weer dicht. En terwijl de
hulstoegangers de uitspraak bepraten, zocht
de arme vader van den jongsten beklaagde
stil zijn weg, om de verschrikkelijke bood
schap te gaan vertellen aan moeder, die niet
m®e d©r»t.
fi zonder verdolende bestand
deelen.tast de kwaal tichin
tijn oorzaak aan.
BW
Een nieuwe ,jnos". En een
oude. Gemeente en Rijk. De
„kleine steentjes". Een geheime
theater-installatie.