Populair Bijvoegsel van de HELDERSCHE COURANT, van Zaterdag 6 Mei 1922. SCHETSEN VAN DE WIELERBAAN VAN 'S LEVENS WIJSGEERIGEN KANT No. 19. (AUTEURSRECHTEN VOORBEHOUDEN) door CAREL 3RENSA hailflóéhalléé!telkens ais üe wege de vatevdstrijd hebben verschillende deelnemers opgegeven. Het (bleek onmoge lijk hun spieren weer in (beweging te kru- geu. In de tent van de Fraiiscbien hebben In het Amst&rdamsffho Stadion ter'*:.... „Hot is voordeelig voor den menach, dat hij met armoede te kampen heeftDe rijkdom maakt traag en lui". En hij haalt het woord aan van Richter, die riep: „Gezegende armoede kom niet té laat tot ons". verbannen, terneer waar h# zich openlijk (Dr. B. Jammer. fen met acht maanden vsrh©: van salaris..- Jij? En wacion»?. Omdat er een Londenscho typiste is, die kanc gezien heeft om acht maanden achter elkaar op een oud kaartje dagelijks van Londen Oitv naar een van de voorste den heen en wocr te reizen! Bonjour!Tent ziens, amioe. Bonjour!. 5t Jutte ft je Lente! Lente: geen lente, wel lente? Wat raadt u.i Jawel, de Meizon is er. De vogeltjes zijn er ook. In Mei leggen alle vogeltjes een ei. Maar de Novemberkou is er ook, en we kun nen de jaasen nog niet missen. Intussdhen is de huisvrouw allerwegen toch maar aan de traditioneele schoonmaak getrokken, en overal kijkt men tegen naakte vensters aan èn in holle ongezellige kamers, waar ijve rige werksters op hooge trappen met zeem leer en spons bezig zijn. Lente! Ook ln de natuur is, trots de koude, de lente gekomen. De knoppen beginnen te ontbotten, groe ne puntjes, dringen naar buiten, vogeltjes hebben hun nestjes gebouwd, allerwegen wordt de natuur in gereedheid gebracht om den zomer tfeder feestelijk in te halen. Onze stad zelve heeft ook geleidelijk het verjongingskleed aangetrokken. Overal in den omtrek zijn nieuwe straten, wijken, plantsoenen ontstaan, en met zorg en smaak ontworpen. Zeer fraai is het nieuwe huizen blok aan de van öalenstraat. Deze woningen van „Volkshuisvesting", door den heer Krij- nen in samenwerking met een Haagseh ar chitect, den heer Verschoor, ontworpen, brengen oen gansoh ander cachet aan de stad, die helaas is opgebouwd zonder smaak, orde of plan. Deze woningen, met hun poort doorgang, die toegang geeft tot een aardig pleintje, hebben zeer zeker bijgedragen tot de verfraaiing van dit stadsgedeelte. Ove rigens zien wij op verschillende plaatsen een begin van uitvoering van de bebouwing van het nieuwe uitbreidingsplan; en mis schien zal het nog eens blijken, dat pessi misten ongelijk hadden toen zij voorspelden, dat dit ln afzienbaren tijd niet zou worden bebouwd. Aan het einde der Laan bijvoor beeld komen verschillende woningen, die rechtstreeks aansluiten op dan weg langs het nieuwe spuikanaal; de gevaarlijke en lee- lijke bocht aan het einde der Langestraat zal uit den Huisduinerweg verwijderd wor den, terwijl er voorts plannen bestaan ook de lastige bocht bij het duikertje aan de Ja- vastraat weg te nemen en de Vischrookerij aldaar verdwijnt. Het onooglijke zwarte pad achter de Sluis dijkstraat is bezig zich. te herscheppen in een keurigen wandelweg, waarmede dan een uitstekende verbinding is verkregen tus- nchen het stadsgedeelte Binnenhaven en omgeving en het Tuindorp enz. Het Tuin dorp zelf is een alleraardigste oase gewor den in de woestijn van het zonnige en boom- looze landschap rondom Helder. Natuurlijk blijven er nog vele wensohen over. Wij wachten op de verplaatsing van het goederen-emplacement der Hollandsche Spoor naar de zijde der Sluisdijkstraat. We krijgen dan op ons fraaie Koningsplein dat altijd nog maar geen naam heeft een fraai plantsoen. Maar daarvoor is voor alsnog geen geld. Daarvoor dienen betere tijden te worden afgewacht. Jötu8schen: de leute is gekomen voor onze stad! Laat het wat stormen en regenen, trots alles gaat het groeiingsproces door. En ten slotte zal de zomer, het hoogtij der natuur, aanbreken. Het harde Leven ls het Voedsel voor groote Karakters!. Zij de arbeid zwaar ihet lijden bene! Den cansqhen langen dag! Aan t eind klinkt toch de avondzang Wij zullen hier niet discussieeren over de vraag in hoeverre onze op geen enkel voorbeeld steunende tijd van dwingende noodzakelijkheid van, leven en geidverdie- nen geschikt ls voor proefnemingen van ka- rakteradel door middel van onthouding, ar moede en negatie van genoegen, oomfort, be zit en andere wereldsahe weldadigheden. Maar het ls niettemin een feit, dat de lange geschiedenis buitengewone en in het oog loopende staaltjes aanwijst van man nen en vrouwen, die hun karakter meenden te moeten toonen door het volstrekte afwij zen van alles wat zweemde naar gemak, rust en levenszekerheid.Zij bezaten de kracht en innerlijke zelfbeheersching om leven de te midden van een van alles voorziene en zelfs overdadige wereld te werken en bezitloos armoede te lijden. Het wil ons voorkomen, dat er in een pe riode als waarin wij leven met een zoodanige principieel® levenshouding niemand gebaat, doch hoogstens do persoon in kwestie ge schaad zou zijn. Men oordeele b.v. over het bekende staaltje van eigenaardigen trots van den later beroemd geworden, Dr. John Johnson de groote geleerde en grondleg ger van de Engelsche woordenboeken. Deze ln zijn studenten-jarén was zoo arm, dat hij meerendeels op bloote voeten liep Daarnaast was hij zoo afkeerig van H sten en hulp, dat hij bij iedere toespe daarop zelfs ln woede ontstak! Toon hij nu eens ln den barren winter op zijn kamer op de meest kiesche wijze een paar warme nieuwe schoenen vond, smeet hij deze door het raam op straat schold zijn studiemakkers, die hem deze „poets" geleverd hadden, uit en beliep ten slotte een ziekte, die hem zijn geheele verdere loven kwelde en hem eindelijk naar het graf bracht!. Ons dunkt: In de eerste plaats behandel de Johnson zijn anonieme vrienden grof tweeden® had hij ©en tamelijk kleinen dunk van zijn eigen karakter, wanneer hij meen de, dat dit in gevaar gebracht werd door een paar nieuwe schoenen! en derdens bracht hij zichzelf nutteloos ten grave. Evenwol staat het voorbeeld van Johnson volstrekt niet alleen!. Integendeel: Meerma len is dit standpunt tot dogma verheven en als voorbeeld van buitengewone karakter- adel gehuldigd! Samuel Smiles zegt in zijn boek „Karak Het is merkwaardig!.... Het is 'n nieu we sensationeel© verrassing!..,. Het is bewonderenswaardig!.... We kij ken elkaar aanl. Het is frappant het ls opvallend het ls in-het-oogioapentd.Daar heeft nog nooit tn sterveling aan 'gedacht! Daar in de verte.... achter de Stadion- munen. Maar laat mij rustig verteilen: Ik bevind mij; op zeker oogenibllk van den nacht, ergens In oen van de hoogste regionen van het machtige cementen amphi- theater na een genoegelijken rondgang luuigs de tenten en over het middenterrein en door de vaste rennerskwartierenIk helb mij 'm beetje vertreden. Want Ik was een weinig stijf -geworden van het lange liggen- op mijn stoel en het ongewone werk- looze waken in de koele nachtlucht! De nacht was namelijk ietwat vochtig gebleken van den zomerdau^.Benige malen is de kluwen, die nog steeds en onophoudelijk en zonder aan ophouden te dteniken, doorrolt jg-mgs de lattenlbaanik ize-g: ©enige ma len is de kluwen lichtelijk in de war geraakt. Er is een ,yVal-iwedstrijd" georganiseerd-, waahbij ©enige rijders schitterende presta ties in het duikelen hebben laten zien. Oor BQekemoüien en de Belg De Pauw zijn de wkmaar® geworden van deze match; helpers hebben hen op de gebruikelijke brancard weggedragen. Maar naast net bengaalsche vuur van de torens hebben we toen 'n groote benzine brand gekregen: Men heeft de (breed© (baan met benzine rijkelijk gedweild en daarna de vochtige oppervlakte even hoogop laten venlammen.... Daarmede was de haan weer droog! Piet Moeskops heeft vooraf hi paar ronden als 'n soort ïnspectietochge- La. over de VtoebflrtMj.- vlijtig geroepen: MJM. kluwen weer langs ons heen rolde.v an- vaortje&oiutfanj Uertnnortng aan dm 24-naWadttrilü. Broooo en d© Peliisiers ©enige ftesschen van de gerenommeerde wijn extra gedron ken voor eventueel© schrikgevolgen. Weer anderen hebben zich de ietwat opengespalk te beenen of den ontvelden arm trachten dicht te pleisteren met 'n groote kwast ©n "n soort specie, die veel van witkalk heeft. De slagersjong©nnoutsider-amateur ren ner ©n bokser ©n athleet naast mij heeft zijn spijt uitgesproken over de „pech" van die renners op do (brancards. Maar daarmede was ook het geheele in cident afgeloopen: De muziek heeft opnieuw en fortissimo „Hittenetit" ingezet en de rommeling van de rijwielen over de latten is weer regelmatig aan ons voorbij gegaan, Om de laatste sporen wan onpleizier bij de prachtige jongens weg te nemen heb ik op- aieuw een ibiijet van 10.000 Oostenrjjksche kronen aan Veen overhandigd en van het oagenMik af, dat Veen de groote scheeps roeper aan zijn mond zette is de pret met verdubbelde ijver begonnen. Toen tevreden en gerustgesteld ben ik gaan liggen in de lange stoei, heb zorg vuldig en met waarachtig sportenthousias- me de nieuwste portretten van de renners bezichtigd, heib ibij het schijnsel van den uaastbiji/.ijlnden hoogflamlbouw de laatste jaargang van de R. e. <m. o. doorgelezen nu en dan eens van de Ranja 'gedronken, 'n paar spiegeleieren gebakken onder het zeildoek en daarna de spiegeleieren gecon sumeerd met eenige zachte cadetjes -plus 'n exemplaar van de koud© kip-boutjes, welke m'n vrouw met het oog op de vier en twin tig uurs-rit reeds twee dagen geleden in ge reedheid gebracht heeft. En ik heb -gezien naar d© zestien vriend schappelijke vijanden, die gebogen en aan hu,n ren-car geklemd, met gekrampte a-nnen en peezig gezwollen rondtrappende beenen, wiel aan wiel bezig zijn al vechtende de eindstreep t© bereiken, die ze al honderd© keeren in de laatste uren gepasseerd rijn.... Totdat zooals gezegd ik pa een lange reeks van uren op de stoel (mij watstijfjes ben gaan voelen en een rondwandeling heb geïmproviseerd aan de hand van mijn ver schillende passe-partouis, toegangsbewijs Hiertegenover staat dan hot gevaar, dat andersdenkenden met *n ietwat ruim ge weten en ook de eigenaardige egoisten, aie zich niet schamen voordeelen te genieten uit het tekort van anderen! dezen karakter trek in ongunstlgen zin gaan exploiteeren. Men verhaalt b.v. dat de Spanjaarden zich buitengewoon verheugden over de verre gaande armoede van den beroemden Spean- schen dichter Cervantes. Men onthield hem zelfs opzettelijk stoffelijke voordoelen!, om dat juist- de armoede hem aanleiding was tot het scheppen van zijn grootsche dicht werken! Want hij hoopte nog altijd op een voor deeltje de stumper! Toen -de Aartsbisschop van Toledo den Franschen gezant te Madrid kwam bezoe ken, betuigden de heeren van het gevolg hun grootste ingenomenheid en levendige bewondering voor den schrijver van de „Don Quichotte". Zij gaven hun verlangen te kennen iets meer van den man die hun zooveel genot verschaft had te vernemen! Zij ontvingen het antwoord, dat Cervantes de wapenen had gedragen voor zijn vader land meermalen jaren in den kerker had gezucht en zijn leven op de galeien had ge sleten, maar dat hij nu oud en arm eü onge vaarlijk was! Wat!.riep een der Franschen uit. Is Cervantes arm?.... En waarom ver sohaft mem hem geen jaargeld uit de schat kist of zooiets?. De hemel gevel antwoordde de (rij ke) aartsbisschop dat er voorloopig geen einde komt aan zijn nood, want hierdoor juist wordt hij tot schrijven gedreven.... Zijn armoede maakt de wereld rijkl Een andere vorm van leed, armoede, bal lingschap en ellende (welke vorm dan ook op zijn beurt weer dienst doet als beweeg kracht) ontstaat, wanneer de wereld niet rechtstreeks zooais bij Cervantes maar langs een omweg het karakter van ©en individu tracht te benadeelen! Op deze wij ze is het leven van een groot aantal man nen van beteekenis een aanhoudenden strijd geweest met moeite en schrijnende tegen slagen. Maar hier werkt de persoonlijke moed, weigering, karakterdurf on geestkracht van het individu zelfs mede en wekt een schoo- ner en meer aannemelijk geheel! Dante b.v. schiep maar vrijwillig zijn heerlijkste werken in ballingschap. Hi, werd door de politieke partij, tegen welker woelingen hij zich verzette, genoodzaakt uit zijn geboortestad, Florenice, te vluchten, Zijn huis werd geplunderd en hijzelf ver oordeeld om te worden verbrand I Toen een zijner vrienden hem later mede deelde, dat hij naar Florence kon torugkee- ren, wanneer hij slechts vergiffenis en ge- nade wilde vragen.antwoordde hij: „Neen! nimmer zal ik Florence weer zien, dan eervol!. Zijn vijanden hieven nu onverzoenlijk en Dante stierf in ballingschap na twee en twintig jaren. De idood izólfs bracht hem geen rust! Zijn werk vord in het openbaar verbrand! Een soortgelijke houding 'aanvaardde Maarten Luther tegenover Keizer Karei V. Hij weigerde te herroepen op den rijksdag te Wornis en stelde zich hierdoor bloot aan vogelvrij-verklaring en den keizerlijken banvloek!. Ook CamoenS schreef zijn gedichten groo- tendeelB ia ballingschap. Hij nam deel aan een krijgstocht tegen de Mooren1 om verge telheid te zoeken en onderscheidde zich zeer, Bij een zeegevecht verloor hij een oog. Hi, geraakte in vijandelijke handen en werd voor het renners gedeelte en helperekracht. Hier en daar heb ik wat gepraat en naar het enthousiaste lotringen op de rijders geluis terd Ik heb tot mijn groote verheugenis kunnen oomstateeren dat, hoe zeldzaam overigens, bij een etumals-rit het (bekende rangen- en standenverechil tuisschen prole tariaat en Ibaurawasie absoluut opgeheven is! Ik helb iristen schooljongens uit de Jor- daan aangetroffen rustig slapend© den alaap des gezonden straatjongens, op hun stoeltjes, kruikjes, waischdriepootjes uit hun moeders keukens, kistjes en andere geïrn proviseerde zitplaatsen.... Ik heb jeugdige dienstboden zien ritten soesen en knikke bollen in de armen van hun jongen, den eleotricieu zóó idyllisch, dat ik mij min der dan ooit begrijpen kan, «waarom zij op andere Zaterdagavonden persé om half elf binnen moeten wezen..-.. En daartegenover heb Ik eerbiedig opgeblikt naar de man nen, waarvan de namen vetjgedrukt staan in het historische boek van Hogenkamp en dl© netzooveel kampioenstitels en wereld- im/p 1 oenschappen in hun zak hebben als lk sigaren. Totdat ik ten langen leste «was beland in oen van de hoogste verhoogingen van het machtige oementen amphltheater en daar de onverwachte sensationeels verrasaini raedeanaakt© tegelijk met andere wedstrjji btfwonere waarvan ik boven reeds sprak en waarvoor wij geen van allen ook maar iets extra's hadden betaald aan de Ned. Sportparkmaatschappij Dat was het opkomen van de zon! Door den nacht heen na de valpartij, na de laatste (premie-ren voor mijn 10.000 Kronen na den benrinebrand en na de onschuldig soezende dienstboden en winkel meisjes in de armen van electriciens en beursbeambten was dit het allernieuwste dat ons gratis geboden werd. En het was tot heden het meest belang wekkende en vreemde.hét was het meest merkwaardige en sensationeel©.En *n beetje vreemd kijkend en half beschaamd achend keken we elkander aan ik en d© menschen waartusschen ik stond. Uit den grauwen morgenstond lichtte in eens een vurige hoek ergens aan den blauw- grjjzen hemel en vijf minuten later juist nadat Piet Straat een door Van Boxtel slecht afgeloste demarge was begonnen kwam daar 'boven het Plan-Zuid van Berlage d© Zon!.... Ik begreep er niets van. Dat wil zeggen: Ik begreep niets van de spaarzaamheid waarmede wij tot heden van vier-en-itwintig uur-wedstrijden waren bedeeld! Ineens werd het mij duidelijk dat een etmaalsrit als deze behalve een sportevenement een durfde verzetten tegen varschilfende ge bruiken, waarvan hü getuige wasi Zijn le ven was van dit oogonblik af een aaneen schakeling van ongelukken en wederwaar digheden! Hij leed schipbreuk en redde en kel zijn leven en zijn beroemd geworden gedicht:: „De Lusindo". Vervolging en te genwerking waren zijn deel! Hij werd In een vreemd land in do gevangenis geworpen en kwam eerst na zestien jaren in zijn land terug. Zijn Lualado brcht hem wel roem, maar weinig voordeel Wanneer zijn trouwe slaaf Antonio geen aalmoezen voor hem ge bedeld had bi) welgestelde stadgonooten en zelfs op straat, zou de dichter van armoede omgekomen z}jnl Hij stierf in een liefdadig gesticht, uit geput van honger en riekte! De dicher Torqpato Tasso was mede bij na voordurend hot slachoffer van opzette lijke vervolging en laser. Nadat hü zonder noodzaak zeven jaren in een krankzinnigen gesticht opgesloten had gezeten, doolde hij ais eenl zwerver door Italië rond. Tegen het einde van zijn leven schreef hij: „Ik zal mij niet eens beklagen over de ongunstigheid van mijn fortuin, want ik heb in 't geheel geen lust te spreken over de walgelijke on- .dankbaarheid der menschen. Ik laat ze het genoegen, dat zij er in geslaagd zijn mij naar het bedelaarsgraf te sleepen!. Deze houding is misschien nog de aller beste tegenover onze geachte levenögenoo- ten en is een kernachtiger staal van karak ter, dan het hooghartig weigeren van een paar vriendschappelijk aangeboden schoe nen door Dr. John Johnson! DIALOOG. IV. Het is. Jammer?. Ja Jammer. Wat is er nou weer jammer, Jamme raar? Het is deksels jammer, dat we zooveel wetten hebben. Ja!.goed zooi.prachtigdie is raak. ...die zit!.... Daarin geef ik je nou eens gelijk, kerelDat is werkelijk verduveld jammer al die wetten.Want je kunt je niet 's in de verkeerde richting draalen of er staat iemand achter je met 'n wetboek in z'n hand.Waar ze al die din gen vandaan gehaald hebbenl.'t is mi, 'n raadsel. Jawel, maar zoo meen ik 't niet.Je laat me niet uitspreken: ik bedoel 't is jammer, dat we zooveel wetten hebben. die niet deugen!.4 O!.... Deugen ze niet?.... Nou om je de waarheid te zeggen: ik vind dat ze 't nogal doen.'t minst© ,wat je ermee kan oploopen is toch 'n bekeuring of 'n dag brommen of 'n paar dagen kwartierarrest. Is dat niet welletjes?. Ja de straffen) zijn wel in orde, maar de wetten deugen niet omdat zó in den regel de verkeerde straffen. De verkeerde?.Hebben ze jou?. Nee,«maat!. Wat dan?.... Wie zou jij dan straf fen1?. Ik zou het gezamenlijke personeel van brok opvoeding is.In pedagogische les hi openbaring."in aanvulling van In hevig tekort in het leven van den stedeling!.de werkeliijkheidsvervuiling van wat wij tot he den enkele duizend© malen in boekjes en lyrische gedichten hadden zien staan.... Daartoe bracht je neen, dwong je deze vier-en-twhitig-uurs match.... Want nietwaar ©n we zagen het zon der spreken aan elkanders gezichten niet. alleen, dat wij: trouw© Reinibrandt- plein-igasten en bewoners, stelselmatig© Oentraal-theater, Karseboom- of kaartolub- habituees wel ontelbare malen de zon onder, maar nog nimmer in ons avonturen-rijke bestaan ae zon OP hadden zien gaan.... maar ook op geeq, enkele andere Stadions- wielerwedstrijd kerat dit evenement voor.. Wij kenden ze toch van buiten: de sprint- matches, tandemraoes, d© Estafette de in haal de koppelwedstrijden.de be roemde tournooien achter groote motoren. Maar bij geen dezer wedstrijden, hoe span nend ook en zelfs niet ais d© „grrróóóóto Linaar...." er is, hebben rwe ooit de zon rien opkomen!.. Derhalve houd ik een redevoering op de overpropte oementen trappen voor net nut en het goed recht van veel vler-en-twintig uurerwedstrijden. Wij vormen een commis sie, welke een bespreking voor dit doel zal inleiden bij de sterkste geaneenteraadsfrac- tle en bij het bestuur van het Ned. Sport park Lang evenwel kan onze deliberatie niet duren, want meer dan ©enig ander ding is een etmaals-rit een publieke vermakelijkheid met veel spanningen en onverwachte emo ties.... Nauwelijks zijn dan ook onze plannen met algemeen© stemlmen van die omstanders goedgekeurd en is een provisorisch bestuur gekozen of een vrouw in onize nabijheid roept opgetogen: Hein Pellisjéé loopt weg! Daar schrik ik werkelijk van! Een oogen- b^ik ben ik beteuterd! «at had ik toch inderdaad niet verwacht van dezen sportsman, die den geheelen nacht zoo prachtig aan dén kop (gezeten heeft.... Én aangezien ik op de hoogste richels sta van het amphitheater en aan de zijde van den Aimstelveenschen weg, kijk ik onbewust en impulsief over den muur of ik den directeur ook soims een van de oontróle- uitgangen rie verlaten Maar het blijkt zoo niet (bedoeld: Op de baan, die aan deze zijde bijna recht-overeind staat, komt 'beweging. D.wjz. nog oneer be weging dan tevoren ©n een tris van vijftien renners spurt achter een van de gebroeders Pelissier aan, di© gedemareerd of „uitgeloo- p©n" is. de Londensah© on<tergrond-*poorweff fltnaf- Je.als ik de Londensahe rechter wos. Da's knap!.En worden die con troleurs dan niet gestraft 1 Nee de typiste!. Jij hebt gelijk die wetten deugen niet!. .©n als ik de rechter was, dan zou ik de Engelsche idioot, die in 'n tijd als deze, met zooveel werkeloosheid en zooveel huis houdens met kindertjes, die armoe lijden. dan zou ik die snijboon, die eerste klas naar Parijs reist om op een veiling 852,000 franc te besteden voor een cenfs postzegel. 'n heel© ouwe cents postzegel van het jaar 1856, die nooit meer te gebruiken is zon der omslag de doodstraf geven met ver beurdverklaring van zijn heele vermogen voor de Prins Hendrik etiehtingt Je hebt nog meer gelijk.Die wet ten deugen voor geen haar. PreciesEn wanneer ik in den Haag of in Londen of ergens anders wetten maken moest. l>an?. Dan smeet ik eerst alle voorradige wet ten in de papiermand en ik haalde er Har- tog Lierens bij.... Ik liet ze machinaal vernietigen). En?. En ik maakte gloed-nieuwe.spik splinternieuwe. Nou waarom loop Je weg?. Je bent me te gevaarlijk, vriend.... Als jij in den Haag terecht kwam om wet ten te maken, zag ik me de volgende week al sjouwenJij zou me ijskoud aan 't werk zetten, alleen omdat ik wat vrijen tijd heb.... Natuurlijk!-. Bonjour.Ik heb haast!.Ik. Nee bonjour!. Dr. B. 'n Compliment! Hoe?.heb je last van indigestie?. Weet je wat je dan doen moet?.Probaat middel:.... Neem iedexen morgein 'n kop hooti w&tor! 1 Dat doe ik al maar in mijn kosthuis noemen ze het dan thee! Op 'n uitrekening! Jan: Hé Kees waar hol jij naar toe? Kees: Naar huis! Jan: Is er dan wat te doen? Kees: Moeder zal me 'n pak rammel geven! Jan: (verwonderd) Maar waarom heb je daar dan zoo'n haast mee? Kees: Nou als ik niet gauw opschiet, is vader thuis en dan doet hij1 'tl. Hij wist het In een eerste klas coupé ritten drie hee ren. Aan het eerstvolgende station roept Nou 1 den conducteur en zegt: Conducteur, die meneer daar reist eerste klas op een derd© klas kaartje.... Het blijkt zoo te zijn en No. 2 wordt ver- baliseerd. Als de trein weer rijdt, vraagt Na I nieuwsgierig: rug.net als 't mijnel. Hoe wist u dat eigenlijk, meneer? Wel zegt No. 1 ik zag het kaartje uit z'n vestzak steken en het had 'n bruinen Geschreeuw ©n gejubel afkeuringen Yoor d© andere Franschen, dd© hun lands man paoen geroep om onze snelle sprin ters, om Klaas en Piet klinken door elkaar. Waar is Klaas?. Is Piet in de baan?. Wacht maar Rinus van der Wiel rit er al achter. Uit zijn tent aan- de andere zijd© komt Klaas van( Nek, laat zich nog in de gauwig heid 'n puts water over z'n hoofd gooien, loopt naar de vüuchtlatten en stijgt op..., Zware zuchten van verlichting stijlgen mee op uit onze van enigst en vrees aangegrepen borsten. Nou taan Hein Pellisjéé wel In bordje pap gaan ©ten meent 'n tramconducteur, di© zoo in z'n uniform 'gisterenavond geko men is en straks as z'n vrije dag weer om is net zoo op rin wagen stapt. Op ddt oogenblik wordt het Stadion vol gens reglement ontruimd). Dit ontruimen heeft plaats, zooals u en ik op een zonnigen zomermiddag thuis de van vliegen omzwermde suikerpot ontruimen..... Nauwelijks zijn de overviilde banken en stoelen van de tribunes leeg 'geweest of een nieuwe zwerm, als vliegen om de suikerpot, stort zich over de beschikbare ruimte.... Enkel voor den vorm en omdat het wedstrijd*- reglement zulks vooraohrijft rijn wij met onze neus buiten de oontróle geweest, hebben weer vlug laten knippen en hollen de bree- d© trappen op om waar te nemen hoe de stand is.... Het koppel is weer bij elkaar en Klaas en Cees (Erkelens ritten goddank nog in het leidend peleton.De kluwen rolt in de rondte. Dan 'gaan we weer rustig ritten. De Zondag is begonnen. Het wordt (heet. Het is reeds heet! Boven hét Vondelpark klimt de gloeiende zon tegen den strakken hemel op en nog telkens moeten we naar dit vreemde ver schijnsel kijken. Die zon, die we met eigen oogen hebben zien opkomen.... Maar onze grootste aandacht vraagt de baan. Want daar wordt schitterend werk gele verd. Het is alweer ongeveer kerktijd, maar de kerken zullen leeg zijn dezen morgen. We zijn hier, bij den 24-uura-rit en te rien naar de hoeveelheid zijn we geloof ik alle maal hier. De beweging neemt toe. Het is onbegrij pelijk!... (Slot volgt).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1922 | | pagina 11