Ingezonden Mededseling. Fa. 6EBR. HOOGERDÜIJN. flevnttgd «70. Aannemersbedrijf van Schilderwerken enz. Htfderaehe Glasrerzsksrin^-Maataohappij. Machinale Verffabrlek- Qlaehendel. Tsiaf. No 74. Middenstraat tS, HELDE*. AM8TF.RDAM8CHE BRIEVEN, BOND DEN DAM. De ontelbare Vaderland sche vacanti ©-rei zigers zijn teruggekeerd: de scholen begon nen en de zorg voor het, wintersche „dage- lijksch brood" wacht weer. Men leeft nog wat na ©enige dagen in het buitenlandsohe tempo, maar heeft zich toch al spoedig weer ingeleefd in de Nederlandache „gemoe delijkheid", verzamelwoord, waaronder te reel wordt aaamgegrepen van wat men met een beetje meer waarheidsliefde gevoeglijk voor een deel „gebrek aan energie" en „on verschilligheid" zou kunnen noemen. En de familie, de neefjes en nichtjes en vrienden worden vergast op reisverhalen en telkenmale komen nog de meegebrachte „ansichten" of de eigen gemaakte „snelkio- ken" voor den dag. Ook ik volg deze gewoonte en toon u dus vooraf nog enkele meegebrachte journalisti- Sche snelkicken. Een langs de op de perrons in keurigs uniformen paradeerende Fransche soldaten ferend, heb een, in versleten uniform ge leeden Duitschen stationschef den trein ge vraagd, ben kort, beleefd, „militfirisch" te woord gestaan door dezen man met het ver bitterd gezicht, die nochtans kranig zijn dienst blijft doen en zit nu naast een Amerikaan en een Fransdhman. Over ime oen Belgisch echtpaar en een Duitscher. Amerikaan, Jonge man met „oorlogs- oogen", de verschrikte, angstige, harde oogen, die men thans in onze Westersche „bescha ving" zoovéél aantreft 1 merkt, dat ik ook „vreemdeling" ben; begint in het Duitoch zijri ergernis te kennen te geven over het te laat zijn van den trein. Bukt telkenmale, kwasi-gelrriteerd het portierraampje open om te zien of we „nog eindelijk niet vertrek ken", vraagt in 't Fransch aan den Franschen heer vuur voor z'n sigaret en deelt me daarna ln 't Engelsch mee, dat hij zich In dit land altijd „dood-ergert" en zoo spoedig mogelijk ▼eer hoopt terug te reizen naar de U. S. A. Humbug. 1 Belgisch echtpaar: hij, klein, Ingezonken manneke, type pantoffelheld, met hangende kleeren -en niets van 't Vlaamsch-robuste; rij, dikke driedekker met gouden sieraden en zwarte nagels. Hij geneert zich—; duikt weg—, ls bang denkt aan 't „estaminet" dat nu zoo ver ls! Zij glorietl Madam! Geniet van de kussens in de coupé; droomt van het goede hotel in Frankfort. Valuta en Belgische kleino luijden-leven. Franschman: leest „Temps", rookt elegant «lgaret Zwijgt Informeert eindelijk, kort, hoe het „Kurort" X het snelst te bereiken is. Souspieds; nette leeren tasoh, grijzend. Een pijnlijke greep naar het been zoo nu en dan. Jicht, rtieumathlek of erger. Duitsoher: Ziet snel getypte papleren door: facturen, zakenbrieven, maast kort hier en daar potlood-aanteekonlngen. Schokt geërgerd met de schouders. Kijkt strak Ame rikaan aan. Neemt sigarenkoker: knipt hard dicht Knipt krakl punt af. Stooikt krasl lucifer aan. Rookt. Nijdig. Energiek. Op de been blijven 1 Volhouden! waohl maart Nüehster Krlegl Kommt bostlmmtl Klein. Aaneengedrongen gedekte tafeltjes. Open en half door gordijnen verhulde „lo- getjes". Kellners, „obers" en andere goden dwarrelen rond met enorme, ala gelakte Staatsdocumenten «an doende „Speleo"- en -Weln-karten" Koelemmers; onampagne. Het tooneeltie, als een duikerklok van ge plooide gordijnen uitbollend uit een rooaen tegelwand, wanrult vnn achter „Mooranh" herwerk muziek weerklinkt. Steps en tan go's In de zaal een enkele frao. Eén enkel aéoollete! Verder toeristen wachten op hel vertoon van bet „mondaine* leven* dat er Riet ls. „Conférencier" verschijnt. Bleeke Jonge ling-In rok met enorme uilen bril en een Insel- Verlag-boekle ln de hand. Spreekt rad, vlot •n enorm „litterair". Tracht „contact* met het publiek te krijgen. Wat mislukt Tracht dan oontact te brengen tussohen zijn eigen, ln zijn genre niet onverdienstelijk „literai re* figuur en de, ln hiér genre wél onver dienstelijke danseres, die het programma opent Wat dok mlsluktl „Men" eet en drinkt. De culinaire hort d' oeuvre ls beter, dan dese „voorschotel" op het tooneel. Overigens ls het warm en la er geen ruimte tot bewegen, behalve voor de kellnera, die onverstoorbaar blijven door- bedienen. Weer verschijnt de „conferencier". Thans schijnt hij van hot zoeken naar ©enigerlei oontact, hetzij véor dan wel éohter het voet licht te eenenmale hebben afgezien; ln eigen wereld, de „litteraire" gaat bij door én daér. ln die wereld, springt hij rond, verkoopt „grollen" en lanceert geestigheden, die méér verdienen dan over de hoofden van dit hete rogene, tafelende publiek heen te strijken sonder eenlgen weerklank. Vervolgens gaat de stroom van danseressen door: blonde, bruine, dikke, dunne, Jonge en oude, de éen met mooier beenen dan ae andere, de éen wat meer bekleed dan de andere. Eindelijk verschijnt iets anders: een man, die lang niet onverdienstelijk op zijn vingers fluit, beter nog dan de ln die kunst bedre ven Jordaner. Uitstekend kermis- of circus nummer. Maar waar blijft het „cabaret"? Komt het nog? Is dit alle» maar voorspel? Doelt de conférencier, die, ln zijn telkens weer opgevatte litteraire overpeinzingen dit woord herhaaldelijk in den mond neemt, op dat komende? Een „chansonnier"! „Zomerwerk" van een auteur! Zonder liefde, zonder élan .gedaan". Een van buiten geleerd liedje gezongen in keurige rok, stijf en correct. Daarna „Schlusz". Half elf! ,.On danse ra" in een nevengelegenzaal, waar alléén „Bekt" gedronken wordt De meesto „Gflste" blijven eohter hier natafelen of verdwijnen langzaam naar de garderobe. Het „eabaref' bestaat in Dultschland nl»t. Ds „Weinstubs" bestaat er, het bier lokaal; desnoods hel café-chenfant. Dan een hoede tijd niets en dan: Beihhardt, de Wagner- festspiele: Strausz! Eéns, ten tijde van Fie>- litz had men er een tusschensoort, naderend a a. het „cabaret"; het z.g. „Ueberbrettl". Maar alléén Frankrijk en.... Holland kén nen en begrijpen het „cabaret". Ja, Holland óók, vooral de laatste jaren. Dank zij Pis- euiwe en Bpeenhoff en,dé Hollandeche oabareMffiprewarlo: Max van Gelder, wies men, na terugkomst, en na de opgedane on dervindingen, nog meer dan anders het ge val sou geweest rijn, den onlangs ln het Con tra al Theater gehouden feestavond ter zijner eere, van harte gunde. Al wensoht men dan ook tegelijkertijd het in dat theater een „woonstr .gevonden hebben Jonge, secieuse tooneeltroepje „Oomoedie" een welgemeend „Glück auM Nu nog twee „straaf-snelkiekenl Achter het „Glaspalast" te Miiiichen, een gebouw in den trant van ons Paleis voor Volksvlijt, in etven desolaten en verwaar loosden toestand. Daarbinnen: een tentoon stelling van modern Duitsch schilderwerk. Eindelooze zalen vol: weinig belangrijks, 't Doet het vaderlandache hart goed hier te ondervinden, dat onze moderne schilders béter zijn; méér levend, ook, voor wie honger naar sensatie heeft, meer excentriek! Be langstelling, hoewel 't Zondag is, niet groot. Duiten bij den uitgang een klein tuintje. Ddér wél belangstellingI Een groote groep men seigen, heeren en dames, Duitsche toeristen met korte broek en bergstok verdringen zich voor het hek. Zou dó^r nog iets belang rijks te zien zijn? „Hèt" beeldhouwwerk van de tentoonstelling misschien? Een „moder ne" fontein? Een standbeeld? Naderbij gekomen zie ik niets dan een kippenhok. Daarin een Jonge haan en.... een jonge dakkei, aanhitsend! blaffend tegen het trot- ache kippenvorstje. Deze laatste schiet tel kens driftig naar t hondje uit, dat wijkt. Eindelooze herhaling van hetzelfde dieren spel I Publiek volgt, geheel verteederd, het ge beuren. Geeft géén commentaar. Straatjon gens die „ksss-ksss" roepen of met gteenen gooien zijn er niet. Ér is slechts de gespan nen stille belangstelling voor het haantje en vooral voor.den dakkei! Men ziet, op de gezichten, dé stille verteederingvoor den kleinen „krompoot". De dakkei is voor den Beier haast even veel als het hier. En dat zegt wat! te 's Avonds, ln een dorpje van Zuid-Bed eren. Vanaf mijn baloonnetje zie Ik hoog ln de verte de herpen roze-rood verkleuren. On der in het dal is 't al donker. Aan den over kant van de straat een lantaarn, die schemer achtig een geveltje verlicht. Flauw herken Ik de Madonna-met-klnd ln het nisje tusschen de vensters. Ik denk aan de beschilderde huisjes, de versierde baloonnetjes, de bron netjes en kruisflguren, die ik vandaag overal ln ddt plaatsje gezien heb. Ik voel me als te midden van een to'oneei-déoor. Nu, in den avond, speelt het laatste bedrijf- Deze flu- weelen schemer en daarbovenuit dat onwe zenlijke roze-roode licht op de bergtoppen. Straks komen „hij" en „zij" op. Misschien zal „hij" wol aan „haar" venster kloppen, déér aan den overkant, hij het huis achter de lantaarn© met het Mariabeeldje en de versierde balconnetjea. Ik ben er zóó in, dat ik t niets vreemd vind van dichtbij muziek te hooren opklin ken; van gedempt koper. Een sentimenteel Uedje-zpndïer-waardei. Dén staat plots achter me Iemand in het volle kamerlicht. „Moet je zien", zegt hij: „Ga mee, ze blazen een jHtftndchen?' Een Sérenadel" Ik ga. Een eindje verder in de straat: vier, vijf donkere, dikke mannen-figuren, in zwarte, verhullende mantels, geschaard rond een man met bloote knieën en „het'1 groene- hoedje-met-pluim, die een stallantaarn in de hoogte houdt. Uit de donkere massa er om heen blinkt in t kaarslicht het koper van «ware blaasinstrumenten op. Men fluis tert Hier en daar onder de hoornen en in do tuintjes voor da huizen staan menschen ■til te spieden en te luisteren. De zwart-be- mantelde mannen bladeren in muziekboeken en beginnen dan weêr klagend, gedempt te blazen. Even soheimeri licht achter in de ka mer van het huls waarvoor zij.staan en be weegt een vrouwen-figuur voor het venster. Een omstander vertelt fluisterend: ,,'t Is voor haar". De muziek van de stille man nen klinkt zacht, smeek ond. sentimenteel. Merkwaardig volkl Zelfs hot straatpubliek aanvaardt eerbiedigt zelfs deze „sentimen taliteit".Dit, én hot militaire machts woord:, het „uniform", het ..zur Bef oh l" daartuasohenin beweegt zien nog altijd, on danks alles, ondanks vier Jaren oorlog, on danks de nederlaag, ondanks de „vrede de Dultsuhu alöll te te te WD, hier ln Holland itjn oók „sentimen teel". Maar op andere wftzel Op. „onultge- leefda" wijze, sou ik zeggen. Wij zijn bang voor den „uitstag" na&r de ééne, zoowel als naar da andere zIJdel - Zoowel die Stltnd- ohen-sfeer als „das militair" belden vin den we min of meer belachelijk. Laat een verliefd man bier eena een dergelijke „sere nade" als boven omschreven, organl- •eerenl Hoe gauw sou hij niet door het om ringende publiek uit zijn verliefden droom geholpen wordenI 'En allen weten wo im mers hoe kwaad een beetje té „kranig" of „militair" optredend gegradueerde het, als „dienstklopper", te verduren kan krijgen! En tóoh zijn we „on/ultgeleefd" sentimen teel. Dat toont zich dan ln de .gemoedelijk heid", de houdingloosheid, die zoodra men weer terug over de grenzen is, opvalt in alles wat uniform draagt: het treinperso neel, de douane, de politie. Maar als alles wat „verdrongen" werd, doet dit dan voor een deel aan als iets beschimmelds, iets „ver- zandrY'. En niet als de nuchtere levenswijs heid, waarvoor men het wel graag zou wil len doen doorgaan. Wat de Duitscher naar bedde zijden te veel uitleeft, bouden wij, als volk, uit een soort levensangst, al te zeer opgesloten en verborgen. Ziedaar een brokje „grens"-pblloeophiel te te Al dadelijk viel er op een voorbeeld van bovenbedoelde „benepenheid" te wijzen naar aanleiding van de .huldiging" die men te Amsterdam op touw zette ter gelegenheid van den 80sten verjaardag van Louis Bouw meester. Dat er, tengevolge van het ongerechtvaar digd vele „gejubileer" in de tooneelwereld der laatste jaren, een tegenzin onder het pu bliek groeide tegen allerlei acteurs en actri ces huldigingen, valt te begriioen, maar kan toch niet als verontschuldiging worden aan gevoerd voor het feit, dat een gebeurtenis als deze zóó nuohter en zoo droog verliep ■ls geschiedde. En begrijpelijk ls 't dan ook, dat, naar verluidt, de jubilaris zelf, overi- Ingarondep meflateeltog- ALLEEN I awa1 Bovenitaacde tablettsneljn te krügbaar b|j i Mej, M. nü Bn>D». Fa. Hasoasp voor engroaA. tss Kwostïb. gena opgewekt en jeugdig» rich op een ge geven moment eenigszins miur-smalend liet ontvallen: „Wat zullen ze een herrie maken als ik dood ben!" „Het seizoen" ls overigens, niet alleen op tooneeflgebied, maar ingiet „cabaret op het Prinsenhof', in de zaal onzer Edel achtbaren weer begonnen.... Het opende al dadelijk met een, dé laatste jaren „vast" nummer op het program: „het optreden van David Wijnkoop contra de roode broeders". Het was bij de voordracht van B. en W. betref fende een zevende leerjaar op de Lagere School en verlaging van het maximum-aan tal leerlingen per klas. De S.D.A.P.sche wet houder van Onderwijs, vader Vliegen, had deze voordracht te verdedigen en alhoewel nten helm dikwijls verwijt, dat hij ander werk al te veel laat voorgaan ten koste van het beheer van zijn Afdeeling, bleek het nu toch hoe vast hij zich in de materie had inge werkt en tevens hoe strijdlustig en slagvaar dig Lij nog zijn kan, als het vuur hem né komt. De heer Wijnkoop, die met frisschen moed, bij den aanvang van dit seizoen, weer zijn taktiek van schelden en verdachtmaking der 8.D.A.P. begon, had een lang niet mal- sche afstraffing van den heer Vliegen te ondergaan, een werkje later in deze zitting overgenomen door den Voorzitter der Roode Raadsfractie Loopuit. Deze laatste, ééns een intiem vriend der communistische Leiders, kreeg het tenslotte met den verbolgen David dusdénig aan den stok, dat een en ander veel op eén persoonlijk „heibeltje" ging lij ken. De Voorzitter schorste toen het was overigens al laatl de vergadering en in de gangen en in de vestibule hoorde men dit meenmgsversohil tusschen de twee ma- tadoren daarna langzaam in de verte, als een wegtrekkend onweêr afdrijven. Einde vain het voorspel! We zitten nu weer voor maandén „in het seizoen"! Oef 1 GEMENGD NIEUWS. De Chlneezenhoofdman (e Amsterdam doodgeschoten. Donderdagmorgen omstreeks kwart voor tienen is, aan het westelijk einde der Suma- trakade te Amsterdam, op eenigen afstand van deni steiger van het bootje van Schelling- woude, de Ohineesche oontractman van de Stoomvaartmaatschappij „Nederland", de 64- jarige Mr. Young, tal van jaren belast met de werving van CMneesche stokers voor de Mij., door een zijner landgenooten doodge schoten. Mr. Young bevond zich met zijn landge noot aan boord van het Sohellingwouder- bootje; met hun beiden gingen zij naar de terreinen van de „Nederland". ZÜJ hadden zich op het vaartuig, blijkens de verklaring van mede-passagiers nog met elkaar onder houden. Mr. Young, niets kwaads vermoe dende, ging met den anderen Chinees de Sumatrakade op. Nauwelijks had hij, met zijn landgenoot aan zijn zijde, eenige stap pen gedaan, toen laatstgenoemde een bull- dog revolver te voorschijn haalde en, op zoor korten afstand, don oontractman der Chl- neescho stokers door het hoofd schoot. On middellijk kwamen voorbijgangers, die de misdaad hadden zien, volvoeren, toeloopen. Onder hen waren eenlgo polltie-mannen, die den, op het eerste gezldht nog jeugdigen dador, arresteerden. HooweJ de moordenaar nog eenlgo malen met zijn vuurwapen zwaaide, bood hij geen tegenstand en liet zidh kalm opbrengon. Zijn slachtoffer, dat plotseling ineenzakte en waarvan de levensgeesten onmdddollljk wa ren gewoken, bleek een dumdum-patroon ln de slaap te zijn geschoten; in zijn roohter- slaap was do Ingang, die de patroon had go- maulct, duidelijk zichtbaar. Hot lijk werd voorlooplg naar een der loodsen overge bracht. In het Ohlnoozonvwrblljf werd do op beo- terdand betrapte dader, wlen ontkennen niet mogelijk was, aan een eerste vurhoor onder- wornen, Lator werd hij per politiewagen naar het bureau Kattenburg overgebracht. Onder wijl had commissaris Quanjer vau het bu reau Warmocastraat, voor herhaling van do wraakoefening van ©enige maanden geleden beducht, zijn© maatregelen genomen. Alle Ohineewn, komende uit de rlohtlnig der „Ellai«leuM werden aangehouden en ter foullUnring naar het hureau geleld. Er werden pouüivposten geplaatst voor hot huls van den vermoorden Ohlnees ln do Binnen- Bantammcrstraat 21, voor de overige loge menten in de Bulton-Bantaminerstraat 8 en 12 en voor dat van de Prins Hendrikkade 108. De Qhlneozen dlo er ln waren mochten de hulzen niet verlaten, de geeltjes die aan kwamen, werden, voor het onderzoek of zij ook Vapenen bij zich droogon, naar het hu reau van oommissarls Quanjer gebracht, BIJ dat onderzoek „aan den lijve" ls geen enkel wapen, noch iets wat met den moord in verband stond, gevonden. Er worden eoh ter twaalf dezer arrestanten voorlooplg aan gehouden op nader onderzoek hunner legi timatiepapieren. De op noeterdaad betrapte gaf voor Jiep- Ta te heeten en uit Kanton, Zuld-öhina, af komstig te zijn. Over do beweegredenen die hem tot dezo daad hebben geleld, Het hij zidh niet uil Voor een sluwen zoon van het Hemelsche rijk ls de gemakkelijkste uiit- vluoht om aan een lastige vraag te ontkomen het maken van het gebaar dat hij er niets van verstaat of begrijpt. Onze politiemannen van Kattenburg heb ben echter reeds zoovele malen Ohinoezen- zaken behandeld, dat zij met de gewoonten der geeltjen wel op de hoogte kwamen. In politiekringen vreest men dan ook, dat dit slaohtoffer van den onderlingen Ohlnoezen- haat, niet de laatste zal zijn in het Ohinee- zenkwartier. Het Ja de oude quaestie tusschen de „Drie Vinger^' en de „Bo-Onners". Hoofdman Young had veel ,3o-Onnert" in de werving 3® machinekamers der booten betrok- "DrIe zonnen op wraak fin nebhen, naar door de politie-autoriteiten vei»»!.**» den aangewezen om Mr. ïoung van n "CgSSide dader toe ook onwetend, als hem tot welke der heide organisaties bij henoora doeb het staat vast dat het „Drie Vingers" hein onder tijne cuen .e bo ar not to be van een mensehen ziel. HQ heeft nog maar één doel, dat ls: zijn broer te ontheffen van allo schuld. Spreker weet, dat hij een moedige daad doet, een overmoedige misschien, maar h« gevoelt zich genoodzaakt zich aan te sluiten bti het rapport van dr. Biprens de Haan en een voorwaardelijke veroordeeling voor b* klaagde J. B. te aague «id. w spreker leest een correspondentie voor Volgens nadere berichten ls de raoordo- Blerong Haan» waarin maatreg©. SU ia, Annr tzfinootsoliRp i.i'c nvorwogon worden om beklaagde maat schappelijk weer op de been te helpen. Reod» is er f 1000 beschikbaar, om J. B. te laten n^do»srhit rlrlo Vingersaangewezen om don hoc dman uit den weg te niitucn. Hem woKlt n.1. weten, dat hö het doen overbrengen van veto „Drlo \'inger-leden" naar China heeftv^. ooraaakt en de Bo-Onners ln allee voortrekt. De poUtie verwacht een wraakoefening de zijde der Bo-Onners. Het Chineezenlogies en de logementen der gele broeders!- onder streng toezicht Moord te Rotterdam. Voor de rechtbank te Rotterdam stonden Donderdag terecht de 19-jarige kantooi be diende O. B. en de 24-jarige student in de Oosterscbe letteren J. B., welke op 3 Febru ari j.1. Hartog Blaaser van het leven henpen beroofd door met een revolver of pistool op hem te «chieten. De eerste beklaagde O. 15 heeft het misdrijf bedreven, de tweede, do studént, is hem daarhij behulpzaam geweest door Blaaser aan zijn woning af te halen en hem naar de buitenwijken <de Essen burg- singel) te lokken, en aldaar aan C. B. een af gesproken teeken, bestaande in bukken, te geven, waarna deze het misdrijf w>u volvoe ren. De tweede beklaagde heeft een schot gelost op Blaaser, evenwel zonder hem te treffen. Voorts heeft O. B. zich omstreeks Maart 1920 een bedrag van 1650 aan bank papier toegeëigend, dat aan de firma F. en W. van Dam toebehoordé, door middel van een valschen sleutel. O. B. bekent den diefstal, en Blaaser, dien hij kende, omdat hij vaak wapens bij hem kocht voor zijn verzameling, schijnt achter den diefstal te zijn gekomen en heeft onder bedreiging 1300 van bekl. los gekregen. Het vorig jaar éérst vertelde bekl. dit aan zijn broer, en nu werd een plan gemaakt eens een grooten slag te slaan. Men besloot een gropte berooving te plegen in het bank gebouw van Davidsan en Spier, vroeg aan Blaaser om mede te déen, en toen deze wei gerde, moest hij wei uit den weg worden geruimd, omdat hij nu van het plan wist. De bekL verhaalt verder uitvoerie het verloop der zaak; zijn broer legt een bekentenis in denzelfden zin af. Deze beweert in een soorl slaaptoestand te hebben gehandeld. De ambtenaar van het openbaar ministerie schetst uitvoerig het verloop van de naspo ringen, daar aanvankelijk gedacht werd aan zelfmoord. De sectie wees evenwel uit, dat hier aan moord moest worden gedacht. In het ziekenhuis werd'heit spoor van den da der ontdekt, dat leidde tot do arrestatie van de beide broedera Door de nasporingen van den inspecteur Klaassen werd het kluwen ontward, en werden dientengevolge nieuwe groote misdrijven (een run op banken te Rotterdam) voorkomen. De officier brengt in zijn requisitoir huid© aan den ijver en het doorzicht van dezen inspecteur van poiitie. Het blijkt een wel voorbereid, goed georga niseerd oomplot te zijn geweest, waarin ook polderen waren betrokken. Hoe gevaarlijk deze lieden waren, blijkt wel uit de samenstelling van hun plan en uit hun voornemen om ieder, die hen in den weg trad, neer te schieten. Bedde van christelij- ken huize en door hun goed verstand tot ontwikkeling gekomen hebben rij de door hen verworven kennis misbruikt en werden rij afgunstig op hunne medestudenten, die beter waren gesitueerd. Merkwaardig ls hetgeen in het requisitoir gezegd wordt omtrent het aandeel van J. B., don student, jn de daad. J. B„ die Blaaser nauwelijks kende, leende zich A bout portant tot het plegen van een moord. En een reden ais J. heeft opgegeven, dat hij, door zijn kennis en studie gekomen tot negatie van alles, wilde beproeven of hij inderdaad een geweten had, klinkt des te on waarschijnlijker, wanneer men weet, dat hfl hoeft beweerd rijn moeder te willen doodfin om door de emotie zijn gevoelen te toetsen. Men kan dergelijke uitlatingen schuiven op oen overspannen geest, zij typeeren toch den koeibloedigen misdadiger, die even kalm spreekt over het benemen van bet leven van een medemonsoh, ala over een daad noodig voor zelfonderzoek. De Ambtenaar van het Openhaar Ministe rie n ie ent dan ook, dat deze beklaagde, hoe wel zijn handelingen zeer zeker van patho» log Lachen aahd rijn, wel degelijk toereken- baar moet worden verklaard: hfl heeft in koelen bloede deelgenomen aan het plan tot beroovina der bank. Spreekt uw geweten hf®*» J. B.. roept de spr. uit, nu gij hier te- reobt staat voor het ernstigste feit, dat onze strafwet kent? J, B. was een der beste stu- Uenten in de Gostorsehe lettoren, met oon toekomst voor rioh, geholpen uithoofde van, rijn scherp vernuft. Zijn broer ls een geheel ander type, deze is meor oen bruut, dieoppervlakkig gezien groot gaat op rijn daden. Ooiioludeorende oischt deze ambtenaar te- Któ.TOfcS*1lWMU Na liet uitspreken van den eisch, zegt O B., met grooito inspanning zich kalm hou' donde, dat hij de verdediging aan zijn raads man overlaat. J. B. treedt naar voren en legt zeer knim de volgende verklaring af: Door het bestudeeron van 'gnostische w Tvur ^Vkiot do ahsolute negatie gekomen BH mij heeft geenszins de idee voorgezeten mi] goud of goed te verwerven. Alleen het zoeken naar iets in deze wereld, dat abso- Ktrtoi a*nKezet>i&tB te doen. dat ln strijd .was met alle moraal. Het slechtste volgens de menschelijke opinie heb S hit gekozen: diofstal en moord. Mijn broerheeft onder mijn suggestie gehandeld. Ik ben de moordenaar. Geef mij de 12 jaren; ik heh alles verloren, wat mi] nofc dierbaar was Au de wereld. Alles is rond mij weggevallen In mijn broer leeft evenwel nog een aandrift tot leven. Zijn optimisme beziet het leven anders. Geef hem de gelegenheid ir, ,i maatschappij terug te koeren, zeer zeker be staat dan dé mogelijkheid, dat hij zijn hoi^ ding tegenover de samenleving whX Zeer Interessant is het pleidooi v„n a van den tweeden beklaagde k hfc r Ve afRele«de bekentenissen is hier geen sprake meer van een uleidrvhii engeren zin, aldus zegt hij, waarbii s ^®^n,wordt Rétornd, maar gaat de taak den advocaat hoog boven de gewone uit fii? i Raa^meer daarom of dé of «rnrnm neen, taTJSft 3Wt voortstudeeren aan de universiteit te Utreoht. Uitspraak 28 dezer. Luiheid bfl klndeim In het Educstional Supplement van The Times lezen wfl over luiheid bij kinderen: Het staat wel vast, dat geen enkel kind van nature lui ia Het volkomen gezonde kind mag wellicht vermoeid zijn en zich vervelen, maar het is niet lui Als de onderwijzer elk zoogenaamd lui Wind naar den schoolarts zendt, blijkt gewoonlijk, dat er een of andere iphystek- afwijking 'is «ds oorzaaki van de ver onderstelde luiheid." Minder goede oogen of *ooren, anaémi© en dgl. ook al zijn die af wijkingen zoer gering vragen van het kind bij klassikaal onderwijs een voortdu rende vergroote inspanning, die het op den duur vermoeit, zoodat het niet 1 >1 ij ft opletten, er niet „bij" is en den indruk van luiheid gaat geven. Voor nfiet meer dan 10 pet. der „luie" kinderen neemt schrijver een zuiver geestelijke oorzaak aan ter verklaring van hun luiheid. DAMRUBRIEK. Alles betreffende deze rubriek te adres- seeren aan: Den Damredacteur der Heldersche Courant, Valeriusstraat C4huis, Amsterdam. De volgende leerzame variant is uit het werk van De Haas en Batterfeld: „Hel Damspel". Wit. Zwart. 1. 82-28 18-23 J2. 84—30 2332 37 28 12-18 80—28 18-23 B. 42—37 23 32 0. 8728 7—12 7. 41—37 12-18 8. 46—41 18-23 9. 40—34 2332 10. 8728 1—7 11. 44—40 17—12 12. 47—42 12—18 13. 41—37 18—23 14. 88—32? Stand na 14. 88—32. Stand in cijfers: eM* 14. 23—2CI la 68 24 20 29 lfl. 6421 is—ia 11 M21 16 47 Bij den 14en zet mag Wit evenmin 87—82 spoton, want dan speelt Zwart 28—29, Wit Wit 84 2«. Zwart ij—2?' Wit 28 17, Zwart 10 26, en Zwart wint twee schijven. Onbekendheid met deze opening is vaak de oorzaak, dat men door dergelijk© slagzetten verliest; in dit geval hezen den 14en zet een schijf ver. In mVoor de Jeugd", een voor den oorlog door den „Nederlandschen Dambond" uitge geven geschriftje, trof ik onderstaand eind- ■pel van den beroemden Hollandsohen proble- tnls^ Mr. ^wartenhalm, aan. Stand in cijfers: ®en dam op 25 en een schijf op 46. ïeoh,a«"mdl»p aanu.-brfloht^L 'buitengewoon vernuftig te vindein 40011 Beor moeilik Wit meelt als volgt: halen daa^ Wit"d?nkrnni' dftm én de oivL/i. dai11—6 speelt, én de nieuwe Zwart i* 3, afneemt door 689 enz„ £wart is d us gedwongen tot: ■rfnó„ j 26—3. want los kan hij niet gaan é?n J°°r Jr40' Wi,arua d»S in 81 ag verloren gaan. rut 4lTL14It buitengewoon geniaal bedacht! schitterende offer is de eenige voortzet ting die wint. 8 25 gedw.; op 8 20 volgt 1-40 en 4- 1_8' 11; 5. 6 39, 25 48; 6. 48 89. S' „r nl h kan 111 door Wit. 6- 26171 En los staan betee- wJXÏÏwt&J-40 van Wit Werkelijk iets buitengewoons! Dulfscfte srwlkleken. Ons» Sentimentaliteit. Het begin van het seizoen. In den trein van Wlesbaden naar FrcSnk- tfurt. Avonds In <f» Honhnnnlèim te Mdnohen. te te 8. 22—17! gewonnen. Op 8. 46—60 volgt:

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1922 | | pagina 2