Tweede Blad.
VAN DINSDAG 5 DECEMBER 1922.
gemeenteraad.
Aanvulllngs-agenda.
Versohenen is een Aan vulli ngs-agenda
voor de Raadsvergadering op Donderdag
7 December 1922.
Daarop komen de volgende punten ter be
handeling voor:
Voorstel tot wijziging der gemeente-be
grooting, dienst 1922.
Algemeen Weeshuis.
Voorstel tot benoeming van regenten en
regentessen van bet Algemeen Weeshuis.
Ter vocrrlening in de vacature van regent,
ontstaan door het bedanken van Th. C. W.
van Mierlo, worden aanbevolen:
1. F. H. Nijpels;
2. R. N. van Os.
Ter voorziening in de vacatures, welke in
gevolge periodieke aftreding op 1 Januari
1922 zjjn ontstaan, doch waarvan de voorzie
ning indertijd is uitgesteld, zulks in verband
met de toen op handen zijnde reorganisatie
van de weezenverplegihg, bevelen B. en W.
ter benoeming (zulks te rekenen met ingang
van 1 Januari 1922) aan:
I. Vacature B. Heijblok—de Graaf:
1. B. Heplok—de Graaf;
2. M. Clercde Bruine.
II. Vacature L. de Brujjn:
1. L. de Brujjn;
2. W. F. A. Hagethorn.
Ter voorziening in de vacatures, welke in
gevolge periodieke aftreding op 1 Januari
1923 zullen ontstaan, worden aanbevolen:
I. Vacature A. W. Dekker—Klik:
1. A. W. Dekker—Klik;
2. M. W. van WilligenMelchior.
II. Vacature H. F. van Baaren:
1.. H. F. van Baaren;
2. J. F. Stuart.
Schoobneubelien.
Voorstel nopen® de levering van meubilair
ten behoeve der scholen Nos. 11,12 en 18.
Weg MiddenvlietGroote Keeten—
Callantsoog.
B. en W. hebben aan den Raad het volgend
schrijven gericht:
In Uwe vergadering van 21 Februari 1921
werd in beginsel besloten medewerking te
verleenen aan de totstandkoming van den
weg Middenvliet—Groote Keeten—Callants
oog, terwijl in verband daarmede in Uwe ver
gadering van 4 April 1922 werd besloten eeue
bijdrage van 60.te verleenen in de te
maken kosten van voorbereiding van de tot
standkoming van eene rechtwtreeksche ver
binding langs den voet der duinen tot Cas-
tricum.
Wij mogen U hierbij in herinnering bren
gen, dat eerst gemeld besluit werd aangeno
men op de volgende basis:
a. de aanlegkosten van den weg naar
Callantsoog zullen bedragen rond 100.000;
b. van dat bedrag zal, volgens de voor-
loopige toezegging van den Minister van
Waterstaat, het Rj|k bijdragen 50 voor het
gedeelte Middenvliet—Groote Keeten qn
80 voor het gedeelte Groote KeetenCal
lantsoog;
c. getracht zal worden van de Provincie
eene bijdrage te verkrijgen van 80 der
totaal-kosten, overeenkomstig de door den
Minister gestelde voorwaarde;
d. van het dan nog ontbrekende zal de
gemeente Helder voor nare rekening nemen
20 der aanlegkosten van het gedeelte Mid
denvlietGroote Keeten en 22 van die van
het gedeelte Groote KeetenCallantsoog,
zijnde in totaal rond 20.000, terwijl de ge
meente Callantsoog zal bijdragen 18 der
aanlegkosten van laatstgenoemd gedeelte en
bovendien de kosten van aankoop voor dat
gedeelte benoodigden grond zal betalen;
e. de weg zal worden onderhouden, voor
zoover hij loopt langs den polder „Het Koe-
grais", door dien polder; voor 't overige ge
deelte door de gemeente Callantsoog;
f. de aanleg zal worden totstandgebracht
door het Bestuur van den polder „Het Koe
gras", dat daarvoor eene commissie van uit
voering denkt te benoemen, in welke oom
miseia dan twee leden vanwege de, gemeente
Callantsoog zitting zullen nemen.
Werd. zoo is U toen door ons College me
degedeeld, van de Provincie de toezegging
tot medewerking in den sub o. genoemden zin
verkregen, da» zou het Polderbestuur wor
den ultgenoodlgd het plan van aanleg met
kostenbegrootLng te doen gereed maken, op
dat die si ukken aan de autoriteiten ter goed
keuring kunnen worden uaiigeboden.
De bedoelde aangelegenheid ls thans zoo
ver gevorderd, dat de Provincie bij schrijven
van 25 Januari 1922 hare medewerking heeft
toegezegd, te weten verklaard heeft 80 der
kosten tot een maximum van 80.000 te zul
len bijdragen, dat bestek en voorwaarden, op
enkele onaerdeelen na, door de Gedeputeerde
Staten en den Minister van Waterstaat zijn
goedgekeurd ep dat ovengenoemde Bewinds
man de door zijn Ambtsvoorganger gedane
toezegging, hoewel eenlgszins gewijzigd,
heeft gehandhaafd.
,.p* wijziging hier bedoeld bestait hierin,
v a Mln'8ter bereid is te bevorderen, dat
an de aanlegkosten, welke thans worden ge-
08,800 hoogstens, 421/» (*o-
mie dit percentage ongeveer oVereen rpst
resn W l,'gezegde percentages van 50
tot 001 'ie( wor(it gesubsidieerd
VoohI' ",m?,'rnH,al bed''»# van rond J 42000.
op het Minister, dat voor dit werk
rijn en Ha?"!'1"1 "°K Keen gelden beschikbaar
grootin» 'ez« ook niet op de ontwerp-be-
liet snMrf'a Li,921? fU" uitgetrokken, zoodat
den verWd uL eprder m] kllnnen wor"
hreft echv? \ln 1024> ,Z«ne Kxr^lientie
van de b®Zw,l«r, dat, ln afwaehtlng
uitvoering der wer2*r lilJk8bijdrai«. In®t d®
doch moet bet hierin" fl«n«evaTn?
In eene op 27 dezer gehouden conferentie
tussohen Burgemeester en Wethouders van
Callantsoog, het Bestuur van den polder „Het
Koegras" en ons 'College was men het er al
gemeen over eens, dat het, èn in het belang
der totstandkoming van den weg èn met het
oog op de wensohelijikheid om de gelegenheid
voor productief werk voor de arbeiders te
verruimen, alsook omdat het Provinciaal Be
stuur als eisch stelt, dat de weg vóór 1923 ge
reed moet zijn, gewenscht is zoo spoedig mo
gelijk met de uitvoering te doen aanvangen.
Daarbjj werd overeengekomen, dat de ge
meente Helder het benoodigde geld zal voor
schieten en dat het tengevolge der latere be
taling van het Rijkssubsidie te lijden rente
verlies en eventueele verdere risico's voor
door de gemeente Helder en voor door
de gemeente Callantsoog zullen worden ge
dragen.
Onder verwijzing naar de ter visie gelegde
stukken en met mededeeling, dat de benoo
digde gelden uit leening moeten worden ge
vonden, stellen wij U voor, ons te machtigen
om, wanneer met den Minister en de Ged
Staten volledige overeenstemming zal zijn
verkregen, op de voorgeschreven wijze verder
aan de totstandkoming van meergenoemden
weg mede te werken.
Scholenbouw van Galenstraat.
Bij raadsbesluit van 9 Augustus 1921 werd
besloten tot het stichten van een zevenklas-
sige school aan de Van Galenstraat en wer
den B. en W. gemachtigd voor de uit den
bouw der sohool en den aankoop van meube
len voortvloeiende 'kosten een tijdelijk sub
sidie uit 's Rjjks kas aan te vragen.
Na een langdurige lijdensgeschiedenis en
nadat bij Kon. Besluit van 2 September j.1
machtiging tot den bouw der school was ver
leend, deelt de Minister van Onderwijs, K. en
W. thans mede, dat hij bereid is te bevorde
ren, dat in de bouwkosten van die school een
tijdelijk subsidie wordt verleend, indien de
voorgenomen bouw van het gymnastieklokaal
achterwege blijft en overigens met het oog
op bezuiniging, met de in dat schrijven ge
noemde veranderingen bij de uitvoering re
kening wordt gehouden.
B. en W. hebben nog getracht, door het
aanvragen aan den Minister van een onder
houd wijziging hierin te brengen, doch de
Minister deelt mede, dat met het oog op de
belangrijke geldelijke voordeelen (pl. m
ƒ50.000), verbonden aan het wijzigen der
plannen, een mondeling orfderhoud niet
vruchtdragend kan zijn.
B. en W. geven dan ook den Raad in over
weging hen te machtigen het noodige te ver
richten, opdat de school thans gebouwd wordt
overeenkomstig den wensoh van den Mi
nister.
r.-k. Scholenbouw.
In de raadsvergadering van 7 Maart 1922
werd overeenkomstig het door B. en W. ge
dane voorstel aan de Stichting „Het Roomsch-
Katholtek Onderwijs" medewerking verleend
voor de stichting van een jongensschool voor
gewoon lager onderwijs, een meisjesschool
voor gewoon lager onderwijs en een school
voor uitgebreid lager onderwijs, en wel door
het beschikbaar stellen van de benoodigde
gelden.
In verband met dit besluit zijn door de
Stichting overeenkomstig de bepalingen der
Lager Onderwijswet 1920 de plannen voor
den bouw dezer scholen ingezonden. Bij den
opzet van deze plannen is, zooals o. m. blijkt
uit een bij de stukken ingezonden schrijven
van de Stichting, in vele gevallen rekening
gehouden met het plan voor den bouw van
de school aan de Van Galenstraat, zooals dat
destijds aan Z. E. den Minister van Onder
wijs, Kunsten en Wetenschappen ter goed
keuring was ingezonden.
Ook bij de beoordeellng ,van de door de
Stichting ingezonden plannen hebben B. en
W. veelal een vergelijk met de te bouwen
■school min de Van Galenstraat getroffen en
hebben B. en W. de door den Inspecteur van
het Lager Onderwijs tegen de plannen ge
opperde bezwaren niet steeds tot de hunne
gemaakt.
Nu evenwel op aandrang van den Minister
van O., K. en W. de school aan de Van Ga
lenstraat met het oog op bezuiniging aan
merkelijk soberder moet worden gebouwd
dan oorspronkelijk in de bedoeling ïag, heb
ben B. en W. door den Gemeente-Bouwmees
ter doen nagaan wélke voordeelen het voor
de gemeente zou opleveren, indien de onder-
werpelljke R.-K. scholen in denzelfden geest
werden gebouwd als de Minister thans de
school aan de Van Galenstraat gebouwd
wenscht te zien. Deze hoofdambtenaar komt
tot de oonolusie, dat ln dit geval voor de ge
meente een bezuiniging zou worden verkre
gen van ongeveer f 50.000.
Naar aanleiding hiervan meenen B. en W.,
dat het met het oog op de bezuiniging, zoowel
als ter wille van hel beginsel van gelijkstelling
van het openbaar- en het bijzonder onderwijs
gewenscht is, dHt in de plannen voor den
bouw der R.-K. scholen de bedoelde wijzigin
gen worden aangebracht.
B. en W. stellen derhalve den Raad voor
de Htlchtlng „Het Roomsen-Kathollek Onder
wijs" ln overweging te geven gewijzigde plan-
tien met kostenbegrootlng ln te dienen, na
dat dHHrointrent tevoren net advies van den
Inspecteur van het Lager Onderwijs zal zijn
Ingewonnen.
Bij adres aan den Raad verzoekt de af-
deeling Helder van den Noderlandschen
Bouwarbeldersbond om in de bestekken
voor werken, die van gemeentewege of met
Rijkssteun worden uitgevoerd,- de bepaling
op te nemen, dat */4 van de benoodigde
metselaars moet bestaan uit personen, die in
1921 gedurende 10 weken aan de spoedop
leiding tot metselaar hebben deel genomen.
In de toelichting tot het adres merkt
adressante op, dat het voor bedoelde perso
nen schier onmogelijk is om aan het werk te
raken, wijl zij tengevolge van het hier ter
stede ver doorgevoerde famllieploegenstelsel
steeds worden geweerd en zelfs niet meer
In hun oude kwaliteit van opperman worden
aangenomen.
Ten einde de hiervoor bedoelde spoedop
leiding practlsch resultaat te doen afwerpen
en om aan den wensch van adressante te-
iremoot t© komen, atollen B. on W. den Raad
voor om ln voorkomende gevallen, voor zoo
ver mogelijk, met het gevraagde rekening
te houden.
Door de N. V. Bouw- en Exploitatie-Maat
schappij „Reinier Aurelia" alhier wordt de
erfpacht gevraagd van het terrein, nabij den
Ruijghweg, kad. bekend als een gedeelte van
perceel Sectie O, No. 6724, ter oppervlakte
van pl. m. 6850 M'., voor den bouw van vijf-
en-vijftig woningen.
B. en W. stellen voor, den gewenschten
grond op nader vermelde voorwaarden, in
voortdurende erfpacht uit te geven tegen een
canon van 0.25 per M'. per jaar.
Salarisregeling conciërge® scholen.
Door de conciërges van verschillende scho
len wordt om verhooging van hun salaris
verzocht, zulks in verband met den aan die
scholen plaats gehad hebbenden bijbouw van
twee lokalen en daarbij behoorende trappen,
gangen, privaten, enz. De billijkheid van het
verzoek meenen B. en W. zich niet te mogen
ontveinzen. Immers zullen de betrokken con
ciërges door dien bijbouw meerdere werk
zaamheden moeten verrichten.
Ten einde de bestaande verhoudingen tus-
schen de jaarwedderegelingen der verschil
lende conciërges zooveel mogelijk te bewa
ren, meenen B. en W., dat een verhooging
van 100 per jaar alleszins billijk is te ach
ten, waardoor de jaarwedden,van belangheb
benden 1000 zullen bedragen.
Jaarwedde schoonmaakster politiebureaus.
In verband met de ingebruikname van 'het
nieuwe hoofdbureau van politie aan de Prins
Hendriklaan alhier zijp de werkzaamheden
van de schoonmaakster der politiebureaux
vanzelfsprekend toegenomen en brengt de
billijkheid met zich mee, dat haar salaris in
gelijke verhouding verhoogd wordt. Ten
einde de noodige uniformiteit in de geldende
salarisregeling zooveel mogelijk te bewaren,
zijn B. en W. met de Oommissies van Overleg
voor Ambtenaars- en Werkliedenaangelegen
heden ook van meening, dat, aan belangheb
bende een salaris behoort te worden toege
kend, overeenkomende met dat, hetwelk ge
noten wordt voor een betrekking, die met de
hare ongeveer op één lijn gesteld kan worden.
Een vergelijking met de betrekking van
keukenmeid in het Ziekenhuis, waaraan een
jaarwedde verbonden is van 1800, is hierbij
volgens de meening van B. en W. het meest
op haar plaats.
Een desbetreffend voorstel wordt door B.
en W. aan den Raad gedaan.
Levering schoolmeubeien.
Waar de aanschaffing der schoolmeubelen
voor de gesplitste scholen 11, 12 en 18 (oud
7a en 7b) een gering bedrag zal vorderen,
acht Z.E. de Minister van Onderwijs, Kun
sten en Wetenschappen uit zuinigheidsoog
punt openbare aanbesteding daarvan niet
wenschelijk, naar aanleiding waarvan zij in
overweging geeft de benoodigde meubelen
rechtstreeks door de gemeente te doen aan-
koopen en het betrokken Raadsbesluit, na
dat de vereischte goedkeuring van Gedepu
teerde Staten ingevolge art. I94f der Ge
meentewet daarop zal zijn verkregen, aan
Z.E. in te zenden, ten einde'hare goedkeu
ring daaraan te kunnen hechten.
Rekening houdende met den wensch van
den Minister, is door den Gemeente-Bouw
meester voor de levering en opstelling van
het meubilair bij een vijftal leveranciers al
hier, prijsopgave gevraagd.
Ingekomen zijn opgaven van:
H. R. Rltsema voor f 759.82.
O. Klesewetter voor 712.90.
A. Klopper voor 686.
Oudkerk en Van Praag vóór 580.—.
Het laagst ls derhalve ingeschreven door
de heeren Oudkerk en Van Praag, ln welk
verband B. en W. den Raad ln overweging
geven de levering en opstelling van het meu
bilair aan deze heeren op te dragen.
Overplaatsing onderwijzend personeel
Aan de zevenklassige o. 1. school No. 10
(Vischmarkt) zijn twee onderwijzeressen ver
bonden, welk aantal voor het geven van on
derwijs ln de nuttige handwerken onvoldoen
de is te achten. Ten einde dezen toestand niet
langer te bestendigen, scheen het B. en W.,
na advies van de betrokken hoofden der scho
len, wenschelijk een onderwijzer van school
No. 10 over te plaatsen naar school No. 14 en
een onderwijzeres voor laatstgenoemde
school, die voor wat betreft het geven van
handwerk onderwijs aldaar gemist kan wor
den, over te plaatsen naar school No. 10.
Waar het ln 't belang van het onderwijs
was, dat deze overplaatsing zoo spoedig mo
gelijk haar beslag kreeg, ls deze overplaat
sing, voorultloopende op 's Raads beslissing,
door B. en W. reeds geschied.
PLAATSELIJK NIEUWS.
Voor het praotljkdiploma Boekhouden,
Handelsrekenen, Handelsrecht en Statistiek
van het Noderlandsche Handelsinstituut te
Amsterdam slaagden bij de examens op 20,
21 en 22 October o.m. de dames K. Dros, M.
Verfallle, T. Dunselman en (1e heeren F. J.
de Haan, A. Langer els, A. L. Paasse en F.
W. L. Buk.
Voor het diploma Handelscorrespondentie
slaagden de heeren L. Vonk enJ. Grln, allen
leerlingen van den heer A. v. d. MelJ, leeraar
M. O.
Herv. Kerk.
Volgens het Handelsblad ls bij de Ned.
Her/. Kerk te Huisduinen en te Jullanadorp
het actief en passief vrouwenkiesrecht In
gevoerd.
Leveringen.
De levering van bevroren rundvleesch ten
behoeve van de troepen ln het garnizoen ge
durende het tijdvak 1 Jan.1 Juli 1928 ls
opgedragen aan T. Majoor, tegen den prija
van 0.68 de K.G.
St Nlcolaasvlerin*» ln de fröbelscholen.
Naar wij vernemen zal de viering van het
St. Nloolaasfeest ln de fröbelscholen plaats
hebben Woensdagmiddag van 2 tot 4 uur ln
de school op de Vischmarkt, Donderdag van
2 tot 4 uur in die aan de Laan.
Tegen de technische herziening van de
L. O. wet
Men maakt er ons opmerkzaam op, dat de
vergadering, welke j.1. Vrijdag ln Casino
werd gehouden, niet was belegd door N.O.G.
en Bond v. Ned. Ond., doch door het plaat
selijk comité van actie, dat samengesteld
was uit afgevaardigden van 24 plaatselijke
vereenigingen en bonden. Wij haasten ons
deze vergissing hierbij te herstellen.
2e ahonrementsconsert
(Impressarlo Felix Augusten, Amsterdam.)
Maria Pos—Carlofcrtl. Pr. Georg Göhler.
A.a Maandag 11 Dec. zal op het 2e abon
nementsconcert in Casino zich doen hooren
de schitterende zangeres mevr. Marie Pos
Carloforti vergezeld van haar eminente be
geleider Dr. Georg Göhler.
Betreffende het optreden dezer begaafde
zangeres schrijft o. a.:
De „Telegraaf' 27 4 "20.
„Mevr. Marie PosCarloforti, Italiaansche
van geboorte, heeft een buitengewone stem,
een buitengewone techniek, en een buiten
gewone smaak, een buitengewoon hart. Er
zjjn weinig stemmen welke het mezzo-voce
en het forte zoo voortreffelijk beheerschen:
welke alle registers met zoo vlekkelooze
eenheid van kleur en in de snelste overgan
gen tot haar beschikking hebben..'..
Matthijs Vermeulen.
„Algemeen Handelsblad", 27 4 '20.
„Maria Pos—'Carloforti zingt de dramati
sche recitatieven met zuidelijken gloed, de
parelende, flonkerende coloraturen met be-,
nijdenswaardig aangeboren gemak. Wdt in
der zangeres vertolking voornamelijk opvalt
is haar buitengewone vaardigheid en ge
schooldheid. De coloratuur beheerscht deze
zangeres met wonderbaarlijk gemak."
Herman Ruttera.
Dr. Minkema heeft zich bereid ver
klaard, na 10 Dec. voor de leden on dochters
van leden van de vereeniging v. Huisvr. een
cursus te geven in „eerste hulp bij ongeluk
ken en verpleging."
Deze cursus, die 4 maanden zal duren zal
worden gehouden in het instituut voor adel
borsten van 78 of 89 op Woensdagavond.
Zij, die zich nog gaarne hiervoor willen
opgeven, gelieve dit ten spoedigste, liefst
schriftelijk to doen aan het adres van mevr.
Dekker-Klik Westgracht 9.
Uit het Politierapport.
Gisteravond 8 uur is door een inwoner aan
het bureau'Zuidstraat een oud, Zwart gelakt
heerenrijwiel gedeponeerd, hetwelk hij even
te voren onbeheerd had gevonden onder een
der kolenstijgers aan de Buitenhaven.
In de<n nacht van Zaterdag op Zondag is
door baldadigheid een bord, hetwelk boven
een schoenmakerij in ue Oallfornlestraat als
reclame was aangebracht, naar beneden ge
haald en op straat geworpen.
In den nacht van Vrijdag op Zaterdag ls
van een achter de woning gelegen erf aan
de Sluisdijkstraat een heerenrijwiel ont
vreemd. Het rijwiel is lichtgrijs geschilderd
met zwart gelakt stuur.
Zondagmiddag werd door een agent waar
genomen, dat twee plm. 11 jarige meisjes
uit een sedert jaren onbewoonde en zeer
bouwvallige woning aan den Dijkweg kwa
men vluchten alsof iemand haar nazat. Bij
onderzoek bleek, aan dien agent, dat ln be
doelde woning een individu K. R. aanwezig
was. De meisjes, die door den agent onder
vraagd werden, verklaarden, dat R. haar op
de Dljkstraat had aangehouden en haar had
medegetroond naar de woning, vermoedelijk
met minder goede bedoelingen, die hij door
de komst van den agent, echter niet ten uit
voer heeft kunnen brengen. De agent trof
hem aan terwijl hij ln verdachte houding
stond.
Door den winkelier Ooltof, Koningstraat
52, werd aan de politie te 11 uur gisteravond
kennlsgegeyen, dat voor zijn woning een
persoon schreeuwend op straat lag. Een op
onderzoek uitgezonden agent ontmoette on
derweg een ander agent die met behulp van
een tweetal burgers op weg waren naar het
politiebureau met bedoelde persoon. Deze
had zich, naar htJ ook zelf verklaarde, met
een zakmes over den rechterpols gesneden
met de bedoeling een eind aan zijn leven te
maken. BH onderzoek bleek, dat de wonde
niet levens gevaarlijk was. Hij werd aan het
bureau verbonden en daarna naar het
marine-hospitaal vervoerd.
uit De pers.
de marine-begrooting.
een pleidooi voor concentratie
der marine te helder.
In het „Hbl." bespreekt „Marln" de Mari-
nebegrooting, waarbij hij den nadruk legt op
de te bereiken bezuiniging door conoentratie
van de marine en de daarmede verband hou
dende Inrichtingen te Helder.
De schrijver zegt ln dit artikel onder meer:
De Marlne-begrooting 1928 staat geheel in
het teekon der zoo noodige bezuiniging, wat
ook wel moest, nu ln de Memorie van Ant
woord op Hfdst. I door de Regeering werd
medegedeeld, dat juist uit zulnlgheldsover-
wegingen tot de benoeming van een Minister
van Marine whs overgegaan, daar de onder
vinding geleerd had, dat hel onmogelijk whs
voor een minister om tegelijkertijd aan het
departement van oorlog en aan dat van ma
rine de hervormingen door te zetten, welke
de spaarzaamheid vorderde.
Op krachtige versobering wordt aange
stuurd en de thans bekend geworden maat
regelen ten aanzien van het Marine-Etablis
sement te Amsterdam, de voorgenomen cen
tralisatie der opleidingen, economischer
werkwijzen van 's Rijks werven, enz. gaan
reeds in die richting, terwijl nog meer maat
regelen ln uitzicht gesteld zijn. Die richting
moet het ook uit. Wanneer men nagaat, dat
in Nederland, behoudens enkele onderzee
booten, pantserbooten en mljnenleggers, zoo
mede de vliegtuigen de vloot uit verouderd
materieel bestaat, waarop het ontwerp Vloot
wet op 1 Januari 1922 slechts ten aeele ge
rekend weid en dat voor die vloot ln 1922
aan bedrijfskosten een som van 29 mililoen
noodlij was, waaronder circa 4 mililoen aan
totaalkosten der opleidingen, dan komt men
voor de bedrijfskosten tot het exorbitante be
drag van 25 mililoen. Bezuiniging zal moge
lijk zijn, mits men zich op het standpunt stelt
elke niet strikt noodige uitgave te vermijden
en al die maatregelen te nemen, welke eener-
zijds <je geoefendheid der vloot kunnen be
vorderen èn zelfs bezuiniging mogelijk doen
zijn.
Is nu een economischer inrichting onzer
marine mogelijk? Gp het oogertblik zijn er
Inrichtingen der marine te Helder, Amster
dam, Leiden, Gorlncbem, Dordrecht, Helle-
voetéluis, Middelburg en VHssIngen, terwijl
in de marine-kazerne te Rotterdam eèn ge
deelte van het korps mbriniers is onderge
bracht. Amsterdam zal reeds belangrijk wor
den ingekrompen. Dordrecht, komt te ver
vallen als de officiers-opleiding geheel te
Willemsoord gevestigd wordt en indien1 nog
meer concentratie mogelijk is, zal die vooral
daarin gezocht moeten worden, dat het ma
rine-materieel uit het zuiden naar Helder
wordt meegebracht. De marinestaf heeft
steeds aan een stelling in het Zuiden van het
land vastgehouden, doch op de vloot is altijd
een strooming geweest om, behoudens de
stationneering van een der grootere mijnen-
leggers en pantserbooten op de Schelde, al
het andere materieel naar Helder te brengen.
Dat zou de oefening van het personeel in sa
menwerking met onderzee- en vliegdienst
zeer ten goede komen en zou onder het voort
durende bevel van' één vlootvoogd ook op
veel beter tijdstippen voor gezamenlijke ma
noeuvres zjjn te benutten.
Tijdelijke stationneering van een gedeelte
der vloot in de Zuidelijke wateren blijft dan
altijd mogelijk en onze positie op de Schelde
zou daardoor niet geschaad behoeven te
worden.
Opheffing van de maritieme stelling in het
Zuiden zou dan mogelijk zijn, de inrichtingen
te Hellevoetsluis zouden voor de eigenlijke
marine gemist kunnen worden en naast een
belangrijke inkrimping aan personeel zou
niet alleen bezuiniging op het materieel mo
gelijk zijn, maar de actieve -vloot en al haar
opvarenden zouden in één hand worden
saamgebracht, het euvel der talrijke over
plaatsingen, gepaard gaande met hooge ver
huiskosten enz. zou gaandeweg beperkt wor
den, terwijl de geoefendheid der vloot er
slechts bij zou kunnen winnen. Het woning
vraagstuk in Helder maakt, dat de opheffing
eerst gaandeweg zou .kunnen geschieden,
maar als in die richting eenmaal eene beslis
sing genomen is, zullen die moeilijkheden
ook zeker te overwinnen zijn.
Dit punt verdient wellicht thans reeds
ernstige overweging in verband met de bij
nota van wijziging aangevraagde gelden voor
verbouwing van het torpedo-atelier te Wil
lemsoord. Wordt tot een verbouwing daarvan
besloten, dan zou dat atelier reeds thans zoo
zijn in te richten, dat ook later het nu nog te
Hellevoetsluis aanwezige torpedo-materieel
derwaarts kan worden overgebracht. Ge
schiedt die ruimere verbouwing nu reeds, dan
zal ze slechts weinig meer kosten en aan de
torpedo-voorziening voor de vloot kan deze
centralisatie ook slechts ten goede komen.
Tijdens het interimaat van den minister
Pop werd het aantal vlag- en hoofdofficieren
teruggebracht tot respectievelijk 420 en 80.
Is met het oog op het betrekkelijk klein aan
tal schepen, waarvoor hoofdofficieren als
commandant kunnen worden aangewezen,
een verdere jnkrimping daarvan ook niet
noodig met het oog op zuinigheidsoverwegin
gen? Versobering zal ook hier te bereiken
zijn door een doelmatiger verdeeling van
verschillende functies en het samenbrengen
in één hand van wat nu over verscheidenen
verdeeld is. Waarom toch geschieden de
plaatsingen en de uitzending naar Oost-Ln-
dlö van korporaals en manschappen door den
commandant der marine te Willemsoord en
moeten die voor de officieren en onderoffi
cieren van het Departement uitgaan? Wen
schelijk ware het alles te brengen onder den
vlootvoogd te Willemsoord en zeker zou dit
kunnen als de geheele vloot in handen van
dien chef wordt gesteld. En ls dit ook niet
het meest gewenschte, daar deze chef dan
steeds contact heeft met zijn officieren en
veel beter dan een afdeellngschef aan het
Departement kan beoordeelen wie the right
man in the right place ls? Weer een factor
die er toe kan meewerken de actieve vloot
nog beter tot haar recht te doen komen.
Inkrimping van het Departementsperso-
neel zal ook wellicht mogelijk blijken en zeker
zal dat mogelijk zijn als de nu zoo sterk door
gevoerde centralisatie, die bijna alles aan de
beslissing van het Departement doet onder
werpen, wat losser wordt en meer in handen
van den vlootvoogd ligt. Nu wordt vaak de
klacht gehoord, dat voor het departement ln
de bureauformaties altijd personeel beschik
baar is, terwijl de vloot eerst in de tweede
plaats komt! En in de drukste tHden der mo
bilisatie waren de departements-bureaux toch
ook niet zoo talrijk beaet als nu in vredestijd.
Versobering in het systeem van opleiding
zal ook mogelijk blijken 1
Wat de onderofficieren betreft, geschiedt
dit reeds door de opheffing der opleiding te
Lelden, nu de onderofficieren ln het vervolg
uitsluitend verkregen zullen worden uit de
matrozen van de opleiding te Gorinchem.
Maar ernstig zal overwogen worden of ver
sobering en Inkrimping van de opleiding aan
het Kon. Instituut der Marine niet mogelijk
ls, door deze opleiding te bekorten.
Tijdens de mobilisatie dreigde die opleiding
in het gedrang te komen; de toenmalige adel
borsten moesten zelfs een belangrijk aeel dier
opleiding missen, doch dit belette geenszins,
dat zij zich later ook door eigen studie tot
zeer bekwame en kundige officieren vorm
den. Daarin ligt wellicht een aanwijzing hoe
men ook daar tot versobering kan komen,
waarbij dan het houden van applloatlecur-
n"sri>ti gedurende de wintermaanden voor de
officieren, op dezelfde wijze als de cursussen
thans bt) de driuidlooze telegrafie en blijkens
de Mem. v. Antwoord ook bij dén onderzee-
dlenst geccven worden, naast het geven van
zekere letdlng ook den lust tot zelfstudie be
langrijk ken verhoogen. Wanneer verder op
<'en duur de mogeltlkheld ook zou bestaan de
Hoogere Marine Krijgsschool van Den HR«g
naar het Marine Commandement te Helder
over te brgngen, zoodat tot de daar te geven
cursussen meer officieren zouden kunnen
worden toegelaten ln plaats van zooals thans
het geval ls een sterk exclusler karakter te
hebben, dan zou ook dit de sympathie voor
die Inrichting ln de Marine zelf belangrijk
vermeerderen.
Bezuiniging op de Inrichting der werven
zal dezen minister, die gedurenda verschei
dene jaren het beheer over 's RHks werf te
Willemsoord voerde, wel het allerbest ziln
toevertrouwd. De toestanden, zooals die ln de
laatste maanden van dit jaar voorkwamen,
dat de reparaties door de vloot zelve moesten
geschieden, omdat op 's RHks werf daarvoor
geen gelden meer beschikbaar waren, hebben
geleld tot den thans in de mem. v. antwoord
aangegeven maatregel, dat de uitvoering van
herstellingen, enz. 'door Rijkswerven en par
ticulieren hepprkt zal worden tot het strikt
noodige; aan de militaire vaklieden worden
thans reeds de meeste gewone herstellingen
opgedragen en de hulp van 's Rijks werf
wordt alleen voor grootere opdrachten Inge
roepen.
Begrooting.
Spoedopleiding metselaars.
Erfpacht grond.