SCHETSEN VAN HET LAND VOOR DE VROUWEN Populair Bijvoegsel van de HELDERSCHE COURANT, van Zaterdag 14 April 1923. No. 66. (AUTEURSRECHTEN VOORBEHOUDEN) VAN 'S LEVENS WIJSGEERIGEN KANT De Wijsgeer Plato. Het ia zeer leerzaam na te gaan wat de vroegere wijageeren, kunstenaars en volken hebben verzonnen en beproefd om geluk kiger te leven. Daarom is het lezen van een boek als Plato'a „Phaidoon" kort geleden door Dr. P. G. Boutens opnieuw uit het Grieksch in het Hollandsch overgebracht zoo nuttig. Vooral als dit overbrengen toe vertrouwd is aan een zoo kundig en fijn ge voelig taalkunstenaar als dezen dichter. Maar al is Phaidoon nu ook in een Neder- landsoh kleed gestoken zoo helder, zuiver en eenvoudig vloeiend als dit oude Grieksch zelf, daarom kan nog niet elkeen, die Hol- landsnih. verstaat, het met oordeel des onder- scheids Lezen. Wat bewoog Boutens dit vaartuig zonder loods binnen te doen loopan vroeg kort sleden een medewerker in de Haagsche ost. Waarom gaf hij er geen Melding bij? In de Phaidoon geeft Plato in den vorm van een samenspraak tussohen zeven man nen een verslag van den laatsten dag en het sterven van zijn leermeester Socrates. Men weet niet of het geheel een zuiver verslag is met objectieve waarheid of het een mengsel ls van deels waarheid en deels ver dichting.Mogelijk is het grootendeels verdichting of niet anders dan een too- neolwerk met „strekking", waarvoor alleen het geval Socratea als gegeven gediend heeft.... Wellicht ia hot van allo'drie Jets?. Stel u in leder geval het tooneel voor: Drie mensohen van de soort, die door alle eeuwon hoen het buitengewone hebben ver volgd en doorgaans met suooes: 'n populaire rijkaard 'n mislukt poöet en een redenaar, hebben Socratos beschuldigd de jeugd te ver- lelden en goden in te voeren. De wjjsgoer wordt dientengevolge ln de gevangenis op gesloten. eenigo maanden gevangen gehou den en daarna heeft hij zijn vonnis te onder gaan: n.L een beker met oen gifdrank leeg te drinken. Hierdoor en dat ls zijn straf verstijft hij langzaam van de voeten tot het hart et. moet langzaam sterven. Op den laatsten dag van zijn leven komen nu weer als naar gewoonte vrienden den ze ventig-Jarigen wijsgeer bezoeken. Zijn vrouw Xantippe die luide wee klaagt, wordt weggeleid met zijn belde nog jonge kinderen. jNu is hij met zijn zes be droefde vrienden alleen en deze voelen in hem ,/n vader te zullen verliezen''. De wijsgeer— dicht bij den onafwend baren dood zal nu toon en wat hij aan ziels kracht vermag. HU zal laten zien of hij <1© man is van zijn woorden of niet meer dan een gewoon schrander wereldling. Soerates evenwel toont zich een man van waarachti overtuiging geweest te zijn voor wien dood geen verschrikking hoeft. HU spreekt on den laatsten dag zijns levens kalmpjes over het wezen van de ziel over het ge- helm dos doods, die in den grond niets ver schrikkelijks heeft en sterft waardig. Maar, lozer wees nu voorzichtig on word gocn slachtoffer van de lectuur, maar weet erboven te staan. Want deze zevontlg- Jarlgo wijsgeer, wiens lijfspreuk was: „Allos wat ik weet ls.dat ik niets weetl" spreekt hier zeer verzekerd en doet alsof hem geopenbaard ls. wat aan geen ander monsohelijk wezen tot beden geopenbaard was. Dus: zorg dat gij niet doet gelijk de ma- troos van hot sohollinkje, dio hot tooneolspel voor werkelijkheid' aanzag en den Marqué oen pak slaag gaf on don P4ro Noblo zijn beurs ten geschenke gaft. Wat moeten wij er dan wol tan denken? Dit: In de eerste plaats moeten we beseffen dat hot die wijsgeer Plato was, die het werk schreef en dat deze naar de gewoonte van dien tijd eend ge abstractè en wijsgeerige lessen aan zijn volk wilde geven en voor die abstracties een goed klinkenden naam zocht. Dio naam was in dit geval Socrates! En wij moeten dus niet in de eerste plaat» denken de geschiedenis te lezen van Socra tes zelf, maar veel meer een serie moreele lessen, uitgegeven-- onder het klinkend mo tief: Socrates' laatste levensdag. En aldus kort saamgevat, komt datgene wat ons Plato leeren wil op het volgende neer: Beschouw sterveling uw ziel in die eerste plaats als iet» levends en romend in het lichaam, maar daarmede niet vast ver- eenigd. Beschouw het lichaam als het noodzake lijke, maar zwakke vleesch om de ziel te her bergen. Want de ziel is het wakend geweten en het lichaam moet hieraan onder alle om standigheden ondergeschikt weten te zijn. Want wanneer eenmaal het lichaam sterft dan gaat de ziel naar een soort overgangs plaats *n hemel-en-heL En hier vooral blijkt in hoeverre de mensoh macht heeft ge had deugzaam te leven. HU die geesrteiyk het sterkst ls geweest, zal de minste moeite heb ben om uit die hei-periode in de volmaakt ge lukzalige hemelparlode over te gaan! Men merkt hier de wijze les van Plato. En men woet hieruit meteen de bronnen, waar uit Dante oeuwen"later putte toen hij zün be roemd levenswerk schreef. De grondstelling van geheel Plato's le vensbeschouwing komt neer op de volgende overweging: Het gewone aardsohe leven ls gelijk aan een soort ziekte welke wU moeten doorwor stelen en waaruit wij door den dood ten slotte worden gered. Het sterven is pas ein delijk goed en voor altijdi gezond worden. Deze beschouwing gevoegd bij de voor gaande stolling, dat het leven aan waarde wint, wanneer wjj het karakter zoo hoog mogelijk opvoeren on niet ln de eerste plaats de lichamelijke d.w.z. de stoffelijke belan gen en genoegens zoeken zou ook weer voor onze zoo veelbewogen stoffelijke tijds periode van veel waarde kunnen zijn. Het zou onmogelijk zUn te oonoludeeren, dat als in dezen tijd het mensohdom wat meer zocht te streven naar geestelijke waarde er vrij wat minder stoffelijke ellende te verduren zou wezen.Op grand hiervan is zelfs het antieke drama Phaidoon van Plato waard te worden gelezen. OVER MISDAAD EN MISDADIGERS, door Leo Felix. Andere sporen. Uit den aard der zaak ls helt aantal soorten van sporen, die de misdadiger kan achterlaten op of nabij de plaats des misdrijf*, zeer groot. De belangrijkste bespraken wij reeds; het waren alle materlöele sporen en wij meenen nog enkele daarvan te moeten noemen, al zijn ze niet zoo vefll voorkomend. Tandensporen zijn in handen van den des kundige, Ir. dit geval de tandarts, kostbaar be wijsmateriaal. Inum ra, het ls duidelijk, dat de mond van geen Uwe-' monachen gelijk kan zijn, wat 'betreft stand, ijrooWe, breedte, gaafheid, eniz., van tanden en kiezen. Zelfs al zouden alle mensohen met oreoles hetzelfde gebit (ln aanleg) worden geboren worden, dan zouden er al spoedig verschillend* omstandigheden als voeding, beschadiging, ziekte, enz. afwijkingen ontstaan, dia steeds talrijker worden. Zooals vanzelf spreekt, worden deize bijzon derheden ln de gevonden sneren geheel of ton deala teruggevonden, zij bet negatief. Doch oen handig gemaakt gipsafgietsel is dikwijls roede voldoende om het gebit van dongen©, air gebeten heeft ln eerv bepaalde stof, ln optima forma voor zich te halen. Tooh ls dit niet steeds het geval, wat wel FEUILLETO duidelijk zal zijn al* men bedenkt» dat voor eott goede afdruk steeds een beet ln een bol voor werp, b.v. een appel, wordt verelsobt. Anders ook krijgt men slechts sohaafsporen, die echter gewoonlijk wel dienst kunnen doen» Ook de stof, waarin gebeten wordt, speelt een groot© rol. Een afgebeten boterham zal zelden een goeden afdruk opleveren; daarte gen wel kaas of appel en andere vaste ronde vruchten. Eens vond Rei» na een Inbraak in een zui velfabriek in enkele klonten boter tandenspo ren, welke lamgs fotografisdhen weg werden gecopieerd. Deze aanwijzing leidde dan ook tot de arrestatie van den verdachte. Bij lustmoord komt het nogal eens voor, dat sommige lichaamsdeelen van het slachtoffer, b.v. de schouders en de .borsten, door den bruut met de tanden bewerkt zijn. Dikwijls hebben ook deze sporen gewichtige resultaten opgeleverd;. Het spreekt vanizelf, dat men na aanhouding van een verdachte moet zorgen voor vergelijk kingsmateriaal. M. a. w. men moet van heim een gelijksoortigen afdruk hebben als gevon den werd. Beet hij dus in een middelmatig grooten appel, dan moet een zooveel mogelijk gelijk voorwerp óok nu dienst jdoen. Is dit be zwaarlijk, dan kan men van 'brood deeg mrfken en dit zooveel mogelijk het model geven van het betreffende voorwerp. Ook toiletzeep kan daartoe dienst doen. Het beste leent zich echter bijenwas voor dit doel; ook de tandartsen gebruiken was voor hun gebit-afdrukken Het gebit kan bovendien een mooi identifi catiemiddel zijn. Heeft men b.v. iemand aan gehouden, die weigert inlichtingen te verstrek ken of vindt men'een bewustelooze of dood©, dan kan men. soms met succes nagaan of bij hem zichtbare reparaties of veranderingen aan tanden of kiezen zijn te vindlen. Zoo heelt men b.v. de bekende goutivuMagem, gouden-band jes, oaoutchouc-dito, enz. Het is nu zaak bij de plaatselijke of andere tandartsen te informee- ren of zij een dergelijk persoon hébben be handeld en dikwijls zullen zij aan de hand van hun aanteekeningen in Staat zijn naam en adres van den gezochte op te geven. H Dat dus gebit en tandensporen van belang kunnen zijn voor het onderzoek, blijkt duB hieruit wel voldoende. Faecaliën of wel uitwerpselen kunnen ook zeer .belangrijk zijn, temeer waar sommige heeren van de vlakte zooals wij reeds eer der opmerkten nog al eens de gewoonte hebben hun- visitekaartje achter te laten. Dan kan al gauw vastgesteld worden, wat zij den laatsten tijd gegeten hebben, terwijl ook soms Inwendige kwalon kunnen' worden vastge steld. En deze aanwijzingen zijn veelal goud waard. Zelfs is een bekend Amsterdaimsch inbreker eens gearresteerd, doordien hy zijn urine achterliet, die bijzondere eigenschappen had. Een rechercheur slaagde er op handige wijze in door hem te zeggen, dat (hij zich vanwege de bewaking niet verwijderen mocht het vergelijkingsobject te krijgen en men kan zich de woede van meneer voorstellen, toen hij te laat ontdekte, hoe hij er ln gevlogen was! Een onderwerp, dat wij naast de materieele sporen afzonderlijk willen bespreken, zijn de Psychologische Sparen. Over 't algemeen wordt er aan het bestaan en de weinig ambtenaar bij of getuigen dikwijls, welke bun gamoedsstam- zU tege: staan, toch bezitten él echts weinigen de kunde ming ls on hoe nover een bepaald feit om hier ongemerkt profijt van te trekken Wij bedoelen hier geenszins, dat uien door door strikvragen, bedreigingen e.d. zal trachten lr.vloed op den te veroo' oefenen. De resultaten met deze methode zijn Doren persoon uit te geenszins van dien aard, dot zjj te wettigen zijn on het nieuwe Wetboek van Strafvorde ring verbiedt ook terecht het zoodanig stellen van vragen bij een verhoor, dat de antwoorden niet ln vrijheid zijn gegeven. Beïnvloeding van getuigen bevordert bovendien geenszins een objootleven kijk op de zaak en kan tot do grootste- verwarring lelden, waardoor wellicht het geheel® onderzoek absoluut wordt ver knoeTd1. Neen, Ihet opzoeken en ooiista toeren van psychologische sporen moét Juist .geheel on gemerkt en bulten weten van den verdachte of getuig® om geschil oden. De finesses van Het ls hier te lande ln H bijzonder Van Bed den Hulsebosoh, de bekende Amaterd&msohe déze motïiodon meonen wij niet to moeten pu blloeeron, omdat dit minder gewenscht ls. Wel willen wij er van zoggen, dalt de poi* slag en de gemoedsrust er «on grooto rol spe len. Bovendien rit er véél ln het reageeren op bepaalde gezegde n, uitdrukkingen of hande lingen, welke zoo terloops plaats vindon. De voor 8) IV. De Bode Baan. In hot als grijpbare donker van de lange Meerlaan waren Deun, iLleke, Wlmple en l'allng en Marlen steunend togen den wind tussohen de boomenrtjon van daan geko men. Nu ln de open vlakte van de hol tin de landweren rochton ie den weg! I>aar. vèr ln de vlakte lelt 't hulale lichtte Paling, de gids, ln.*... Maar ver domd as 'k 'v wegpad vinden kan! Steunend aan. elkaar on bU beurten los- brallend van uttvlerdende dronkenschap apourden «IJ bij den dijk naar 't vertoopon grindpad, dat ln zwlorlgo kronkelingen weg liep door de hol-aohtlgo voenlandcn. t Denk nou, jong.... da'Jo niet ln de \ccn- "loot duvelt -- zol IJeko en Deun waar- "éhuwdo tegelijk:.„Vorsulp niet, jong. Jo moer hert Jo voor niks niet gebroohtl. Zoo glngon zo verder. Den hoogen knnt naor de hol uit zoohton ze eerst. Met de handen laag bij den Krond om het gauw te weten als er soms 'mn veenaloot kwam, of den voet vooruit ln de dlopo donkorte-massa rondom beonden zo voorzichtig. Kebrond voor den wlndzels, dio hun adoui anoo, bepaalden zo den af stand ln de donkere deining van lucht on boonien en hulzen achteruit ln 't dorp.... P"n vloekte er een, want er zat geen schot ln... Maar Paling de andere molleeteker, die afgunstig was op den ouwe Louwo, sooht onder 't hijgoud ademhalen telkens nieuwe toeven cxm den ouden glupert in s'n hol te pesten en beurde daarmee de jongens op. En twee aan twee de handen ln elkaar gegrepen gingen se zingend in den stormnacht 't laatste eind va n den weg naar 't verweerdo Vlekl - Zo kwamen bU het huisje op de vlek ver voorbij de voonkora het lage huisje onder t rieten dak, schoof gezakt on laag op de "n Paar schrale wllgenboo- VWAï plok. eensame men en een laag hokje van boome-takken gingen er voorlangs. Verderop stond de regenton en 't hok van de geitl Hier mo'-wo wozori, Jongen,nou weet Je 'tl praatte nu Paling woer on hij ging al op speur langs het huisje voorzlohtlg on koordo na 'n rondte terug,wat mo'-we nou ultkuronP. De stormwind van den' Novembernacht sllorde glerond om de wanden van het kleine krnakgovaarto, terwijl de dronken Jongens daar stonden.De onzichtbare hoozen knerpten en knoerwton sohrll-fljn met de los bengelende haken. Dan woer ln donker- dor toon «peéldo er een vlaag nnt de oude houten goot langs het rietdak on aanhou dend daartuasohendoor zwiepten' de aangol- vende gieren met de wilge-teenen en brlosohten 't afgebrokto riet van de hulk- dekking. diepe donkerte plompte het huisje weg 't gozioht droef een duisternis tot dicht voor do oogen en weer vandaar én- oindJji ver ovomI ÏMTI,Zoo word ftU'tfl lot één de lucht, bet land, de wilgen en bet hul*Je. Totdat terwijl se daar besluitloos tegen den wind gebogen stonden Deun een lichtflits sag boren üjn hoofd, De vonken slaan Wf-tijden uit 1 rook gat I riep hU hard.silene Jullie. Dan welt ik t' (meteen.Verdomd! schoot Taling uit.... Dan sulle-we se loten stikken in de rook wat Jongos?. We sullen ze rooken als bokken». waarentlgl gierde Wimnie in den storm. Hew'we niet 'n plnnkio?. Paling was al voelende bij et dak.. Hij keerde weer af on ging sookend langs het huisje om den afstand to meten en vast te stellen waar hU op 't dak kon. Laat mijn nou 's 'begaan! sel-dlo hard togen do koppen1 van de Jongens, als hij er oen dicht ln de buurt kwam. En gie rend laohto de rust van de inmonse lol. „Gart-vor-gart-oio.Nou!" dat tege lijk verloren ging in don storm. Paling voelde nog eens hot huisje om en kwam bij hot geitenhok uit. In een vlaag van opwellenden: overmoed sloeg hU de hou ten klink van do lage deur en trok de weor- stroevondo geit uit het hok. Tastend tang» de rug en do schoften van het trillende beest knoopte h« het gonjodok van don rug.Liet® kwam or MJ om meo to spe len HU knipte de geit los van de sohakel- kettlng en Wllmple gaf haar op de tast een «chop tegen de toere ulerplek, dat se angst- blatend en schrikkend van de glerlngon door de wllgonteenen wegsprong ln den storm Hier heb *k wat.Help me nou 's Jongl schreeuwde Paling.... 'k mot er bovenop I Twee jongens gingen staan tegen de Amsterdam die van de psychologische spo ren gébruik heeft gemaakt, Een tweetal praktijk-gevallen mogen dit nader toelichten. Het eerste geval speelde zich af in het Noor den des lande. Daar was op een avond door een gemaskerd individu ingebroken bij de 84- jarige Mevr. B. De indringer had het dienst meisje -en de dame gebonden en had daarop zün slag geslagen, waarop hij vertrok. Den volgenden morgen werd^er tevergeefs gébeld en toen men een onderzoek instelde, vond' men de beide gebonden vrouwen. Het viel direct op, dat de 84-jarige oude dame veel zwaarder gebonden was dan het nog jonge dienstmeisje en dit gaf natuurlijk grond tot vermoedens. In deze riohiting weid' door den betrokken commissaris geaocht en al spoedig haid hij reden tot arrestatie van twee sdhildersknechts en het dienstmeisje, dat met een hunner ver loofd was. Een der aanwijzingen was, dat het touw, waarmede de personen gebonden waren, inbet schildersbedrijf was gebruikt Het meisje viel bij nader verhoor al spoedig door de mand en het proces-verbaal hiervan, alsmede de aandrang op het geweten, deden ook den verloofde bekennen. Doch hij wei gerde 'hardnekkig de plaats aan te wijzen, iwaar de gestolen voorwerpen verborgen waren. De aandacht van de politie was al spoedig geves tigd op de vijvers in het nabijzijnde park, doch die waren zoo uitgestrekt dat een onderzoek zeer veel tijd zou kosten. Van Ledden Hulsébosdh, wiens hiulp hier was ingeroepen, gebruikte toen de psycholo gische sporen. Hij wandelde, vergezeld van een'ige politie-ambteriaren, kalm met den ver diacbte langs de vijvers een eind voor de an deren uit Hij hiéld daarbij de hand' aan den pols van den verdachte, sprak zoo nu en dan over het gebeurde. On een zeker punt geko men, voelde de geleider den verdachte onrustig worden en toen men hem eens aanzag, liep hij op den vtijver toe en zeide: „Nou, Ik zal het wel zeggen, hier zit 't" 'Achteraf bleek nog, dat de zaak tusséhen de schilders en het meisje vooruit was afgespro ken. Dat het meisje die mensohen had openge daan en zich had laten binden om achterdocht te voorkomen (Goed beschouwd op te wékken! Leo). Haar vrijer hadi daarop het zaakje op geknapt, terwijl diens vriend op den uitkijk stond. Deze laatste had nog even van de sohoo- no gelegenheid gebruik gemaftt om in de salon op den d'lvan met het meisje ontucht te plegoni Tro ■nu wens was de aanleiding tot het geval Iets dergelijks, want de verloofden moesten trouwen en daarvoor was geld noodig! Een ander géval speelde zLch in het Zuiden af, waar een lustmoord had plaats gehad en de dadter het slachtoffer in het bosoh onder takken en dennennaalden had begraven. Eerst veel later werd deze verdwijning met miedaad in verband gebracht, toen voorwerpen, die verdacht voorkwamen, werden1 gevoriden, o. m. het wapen, dat al spoedig op den verdachte weea (Deze ontkende echter iéts met bét gpval te méken te hebben gehad, beweerde zelfs nim mer in dde buurt te zijn geweest Van het slachtoffer en de plaats waar het lijk lag, zeide h|j niets af te weten. Toen werden weer de psychologische proef nemingen gedaan. Men ging weer uit wande len; de -verdachte bij den pols gehouden door diens geleider, gevolgd op eenlgen afstand door. bet parket en andere autoriteiten. De geleider sprak voortdurend over het verdwenen meisje, het gemeene van de daad, enz., enz. Al spoedig bleek hem, dat men niet dwaalde, doch onbewust door den verdachte In eon bepaalde richting werd geleid. En in derdaad op een 'bepaalde plek gekomen, ver- andorde plotseling do schijnbare kalmte van den verdachte ln obrimt en wees hU tenslotte de plaats, waar het Itfk, dat grootendeels ver gaan was, aan. Een tweede bowtts dus voor de groote waar de dozor methode, aio voel gelijkt óp telepathie h la Rublnll Keog. Willem Opschepper was uit Amerika te ruggekeerd, waar hg gewerkt had als electri- olen en verteld» au ziju kameraads van New- York, Hebben ze daar werkelijk zulke hooge gebouwen als ze zoggein* Willem? vroeg &r eon, Hoog» gebouwen? zei Willem ïfou wrikkende planken van bet lage zijmuurtje, begenadigd door den toetenden wind* die «11e kraakgeluiden wegnam van de twee ouden, die binnen op de vlagen te wachten liepen.Paling klom op hun saaöi ge vouwen banden 't geitendek stijf onder don arm en een uitgetrokken graspol* die Marlen gegeven had, Jn een hand.Éérst trok WJ nog 'n touwend mee van de gooi- kardoes, dat hem slingerde la bet gezicht! Toen beosch hij zich en greep het zachte dokriet mot zUn vingors. Het kraakte onder hem tcrwUl hij verschoof en zakte soms en zich en schoof schuln-omboog naar boven langs de soheorplank tot op de vorst. Meteen schoof hij schrijlings naar het baksteenen pijpsbuk, dat de schoorsteen was en waar diikke ploggerook door den wind als uit :en weelderig uit gulpte. er ©en zwak in ag- Maar Paling riep niet een roer gezogen weeldei -- Gaaf Jong?.riep m wind van omlaag. Maar den terug. Pardoes ln rake handeling duwde hy de graspol de nauwe pijapenlng ln en drukte hot aan mot hot geltodek. Bang-vlug bond hy do verstopping vast met het touw van de en voelde na of 't ook weg maaien on.... Toen gleed hö rrU omlaag langs het riet on de sohoorplank en liet zléh smakken ln don veenbodom naast hot huisje. Do rookgulp uit het plaggovuur was ge stopt! Onderwijl soharrolend op den grond, vond'Deun de.geltonkettlng en trok de yze- ren pen uit do zuigende v#on. En ln pure lol van kwado wildheid kwam hy ermee uit het geitenhok on gaf fel-slingerend tegen het houten voorluik van het oude huisje 'n vreemden, geweldigen slag.,,, 'n slag «ls 'n donder. dat hou Ik denknh. tk heb w etuis op hot dak van zotAi huls gewerkt en toen moesten wo plat op onse bulk gaan liggen, om de maan te laten puseoereü?' BABBEL-UURTJE OVER MODE. De Robe-Mantmu. Tussohen twee haakjes: Schrijven over de Mode is oud©r dan Vandaag of gisteren. Al sinds eeuwen zijn er schrijvers, die zich aan getrokken gevoelen tot het publioeeren van mode-veranderingen. De prachtigste boeken en platen, welke' er in den vonm van techni sche boekdrukresultaten bestaat, zijn de boek werken en platen over klederdrachten.. Maar ook het gewone artikelen-schrijven over de meden van den dag heeft niet alleen plaats in het.... „Juttertje" vriendelijke lezeres! De grootste dag- en, weekbladen van de beschaafde wereld doen er al sedert jaren aan! Hel is geworden tot een politiek tot het vestigen van een meemng en het bestrij den van een andermans meening tot het voeren van een campagne soms.Zooals b.v. jaren geleden de redacteur van het groote Amerikaansohe tijdschrift voor vrouwen:. „The Ladies Home Journal" Bdward William Bok een felle campagne gevoerd heeft tegen de pseudo-Fransche damesmode en tegen het dragen, van de aigrette iMaar al wordt er tegenwoordig veel over d© vrouwenmode geschreven lezeres mak kelijk is het nietl Volstrekt niet! In vertrou wen kan ik u verzekeren, dat het vaak een heele toer le week aan week eendge interessante mededeelingen te doen over onze kleeding, ten minste zóó, dat het eenige waarde heeft voor de groote verscheidenheid van lezeressen van b.v. een dagblad. En dat het Inderdaad moeilijk is om iedere week over een goed onderwerp te 'beschikken, kan ik u met een recent voorbeeld bewijzen. Zelfs de groote bladen en haar redactrices zit ten er wel eens verlegen mee! Want kort geleden kreeg Ik ln handen de rubriek „Modenieuwtjes" van een groot en bekend dagblad, en waarvan ik de schrijfster al sedert Jaren ken al» een hoewel geen practlsdh, dan toch theoretisch bekwaam en smaakvol modekundigel Nu: zooals te begrijpen valt, nieuwsgierig naar den Inhoud, begon ik zeer geïnteresseerd te lezen. Maar na eenige regels hield ik ver baasd en teleurgesteld op! Want er werd in het bewuste artikel ln het geheel niet gesproken over de vrouwenmode of over onze kleeding, maar.... over de „Paying guest" (z.g. betalende logée) en op welke wijze men deze het best vertroetelen en tevreden stellen kan! Nu kan het voor menséhen, die hiermede te maken hebben, zeer nuttig zijn dit alles te weten, maar direct 'n „modenieuwtje" kon ik het niet noemen 1 En toch: en dit is nu weer de flair van den Journalist, welke moet tegemoet kamen aan ae moeilijkheid van hét hebben van vol doende stof, zooals ik boven zei deze ver baasde verrassing over het onderwerp van mijn echryvenden collega bracht mij zelf op een beter idee! Mijn belangstelling was toch al half en half gaande gemaakt en Ik dacht ineens by me zelf: Weet jé wat?.... Die betalende logée kan me niet scheien! Maar ik zou wel eens willen weten, wat ze al zoo by zich heeft ais ze komt! En Ik héb de stoute schoenen aangetrokken en ben op zdek gegaan naar de betalende logée en heb verzocht haar te mogen interviewen Want cm dit hield ik een «ogenblik ia petto: de logée in kwestie kwam regelrecht en kersversöh uit.... Parijs! En nu wilde bat mij niet uit Jvet hoofd, dat ze in een of ander opzlébt wel iets bijzonders in haar garderobe moest hebben! Nu om kort te gaarv— het hikte! Op i v«TOoek werd ik toegelaten en lijkst ontvangen. En na eenige pour ©ariërs en het doe! van mijn bezoek, di\"irde bei ntet lang 'd Ik had al twee kV-edingstukken voor mij, die my bijzonder bevielen en waarvan ik mg lezeressen een kleine beschrijving haast mijn te gerent Het wan I waren twee Manteauxl.,., zeer smaakvolle Robes T. Nou,Louwo Wat kas t w«d®»t, - schrikte vol plotse angst van dan slag hst Nou.Louw» - Wat kan t steken onder den vuurpok *k Kan t ule* zeggen 1 ©vanger, terwijl hij omkeek Maar 't ls noodweer, hoor.... ooodwssrt Zoo's storm kan *k me nis' heugen. Maar die slag? vroeg hst rrouwljs. Weggewaaide brokken denkf. stelde do oude man gerust <Tr vliegt ast over 't land nou. Toen kwam er weer 'n Slag 's «elfde, hevig en vlakbij ais de Mag van een don der. De oude vrouw van Lovwe beurde van de stoel ln sluipenden schrik voor i slag, Louwe kwam by.Meteen golfde vcrsch-zworte rook van de nieuwe steken ln rondo wolk naar omlaag terug. Hoere Heere.waf is 't toch?— drong 't vrouwtje en Louwe aei ia «tJu vreemdheid 'n lichte vloek. De rook drong dichter terug» uit *t don ker» gat boven de vuurpot en kwam aao- Ixdlend als dc golven van een zee vooruit. dolf over golf kwam al verder uit het -git. Louwe ging erby maar hy kon 't gat niet meer zien van de versohe rookl De plaggen en do steken knapperden de vlam lichtte nog hoog boven do pot, maar de rook bleef iri huls.... Ze vermenigvuldigd©.... ver dikte.... hoopte op al buiten den haard- mond! 't Was benauwd ineens ln het kleins ka mertje. Goelo-god.was' dit tooh?.... be vraagde zich Louwe, die de rook sag ver meerderen. Tersluiks keek hy naar de kleine vrouw, die angstig overeind stond, 't Juttertje Dr. Brensa.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1923 | | pagina 3