Terug in het ieven.
NIEUWSBLAD VOOR
HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Eerste Blad.
J. HEIJLOO, v h. FELBRI,
ille glazen worden bier direct vervaardigd.
Nr. 5749
51e JAARGANG
BUITENLAND.
HET SCHADEVERGOEDINGS-
VRAAGSTUK.
Een conferentie tusschen Poincaré
en lord Robert CeclL
Een leening voor Duitschland?
Mussollni en Coolidge.
UIT HET BEZETTE GEBIED.
Weder een bom te Essen gevonden.
Ingezonden mededeellng.
Het weer was koud geworden; eni daar zij
Inval in- „De Musschenberg".
De stakingsbeweging ln het Ruhrgebied.
FRANKRIJK.
Versterking van de Fransche zeestrijd-
krachten ln het Verre Oosten.
FRANKRIJK.
Twee prinsen beleedlgd.
Ingezonden Mededeellng.
Opticien - Hoofdgracht 73.
COURANT
rasp.
ABONNEMENT PER 3 MAANDEN BIJ VOORUITBETALING:
eldersche Courant f l.öO; fr.p/p.binnenland f2— Ned O en W
Öf n 4.20. Zondagsblad
i. f 0.57 f 0.75, f 0.85, f 1.25. Modeblad resp. f 0.95, f 1.25 f 125 f 160
Losse nummers der Courant 4 ct; fr. p. p. 6 ct.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag
KBDACTEUR-UITGEVER: O. DE BOER Jr., HELDER
Bureau: Koningstraat 29 Telefoon: 50 en 412
Poet-Girorokening No. lé066.
ADVERTENTIEN:
20 ot p. regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redactiën,
tekst) 60 et. Kleine advertenties (gevraagd, te koop, te huur) v. 1-t4
regels 40 ct., elke regel meer 10 ct. bij vooruitbetaling (adres: Bureau
V. d. blad en met br. onder no. '10 ct. p. adv. extra). Bewijsno. 4 ct.
Licht op
voor auto's en fietsen
Donderdag 9 Aug9.07 uur.
Vrijdag 10 9.06
Het antwoord van Japan.
De Japansche gezant heeft in het Foraign
Office het Japansche antwoord op het Britsche
ontwerp-antwoord aan Duitschland overhan
digd.
Het antwoord wijst er op, dat de Japansche
regeering in hoofdzaak met Engeland inzake de
schadevergoeding overeenstemt
De publicatie der documenten
uitgesteld.
Uit Londen wordt gemeld, dat de Engelsche
regeering nog eenige dagen wil wachten met
de publicatie der gewisselde diplomatieke stuk
ken inzake het antwoord aan Duitschland, hoe
wel deze goo goed als gereed zijn voor open
baarmaking.
Het motief voor deze vertraging schijnt hier
in te liggen, dat Engeland'van oordeel is, dat
de publieke opinie op het oogenblik te zeer door
den dood van Harding in beslag wordt geno
men dan dat de publicatie thans het gewónschte
resultaat zou bereiken.
Engelsche invloed op de daling
van de franc?
Naar uit Parijs aan het „Hbl." wordt gemeld,
is men aldaar zeer verbaasd over vde op de
Amerikaansche markt tegen de franc gevoerde
campagne. De New-Yorksche beursmanoeuvres
zijn meent men te Parijs duidelijk geïn
spireerd door Londensche financiéele kringen,
die tendentieuse en vijandige inlichtingen zen
den. Het bijzondere karakter van deze campagne
blijkt uit het feit, dat de koers v^n de lire niet
de curve volgt, welke de Fransche en Belgische
wisselkoers ondergaat.
Men wijst tevens op de pogingen^ welke in
Britsche politieke kringen worden gedaan om
een Amerikaansche interventie te bewerkstel
ligen in de huidige onderhandelingen tusschen
Londen en Parijs, en te bereiken dat' president
Coolidge er in toestemt om het probleem der
Duitsche betalingen en de ontruiming van het
Ruhrgebied aan het Haagsohe Hof van Inter
nationale Justitie voor te leggen. Er zullen
stappen te Washington worden gedaan om uit
een te zetten, waarom dit plan niet door de
Fransche regeering kan worden aanvaard.
De „Temps" stelt de Britsche regeering voor
gebruik te maken van ,de quaestie der Duitsche
leening om deze te verbinden met het probleem
betreffende de waarborgen en het-onderzoek
naar het Duitsche betalingsyermogen. Dit on
derzoek zou door de Commissie van Herstel
moeten worden verordend, hetgeen de onder
handelingen op den normalen, in'het Verdrag
van Versailles vastgestelden* weg, zou doen
terugkeeren.
Lord Robert Ceedi, die te Parijs vertoeft,
bracht Dinsdag een bezoek aan president
Millerand en zou Woensdag een conferentie
hebben met Poincaré.
Deze bezoeken worden beschouwd! als een
voorbereiding voor de ontmoeting van Poin
caré met Baldwln en lord Gurzon tegen het
einde van de maand' tijdens hun vacantiever-
blijf in Frankrijk. Men rekent op een her
vatting van de besprekingen met Londen in
een- verzoenendier geest als die van de on
langs gewisselde nota's Men moet dan ook
T
FEUILLETON,
Naar het Engelach van William Looke.
Voor Nederland bewerkt door
41)
W. J. A. Roldanus Jr.
Op haar rit van Churbon Towers in den
auto liepen dwaze rillingen over haar rug,
Ofschoon haaf jje^ond verstand van vrouw
van die wereld haar met preutsdhheid en be
deesdheid spotten deed, toch betwijfelde
haar instinct van oude-jongejuffrouw of het
wel gepast was wat zij deed. Zij ging
haar vroegeren geliefde opzoeken m zijn
privé zitkamer iin een hotel. Kwam dat
overeen met het decorum, dat zij als ver
pleegster bewaren moest? Wanneer de di
rectrice, die steeds een wakend oog hield
op alle flirtationsneigingen van do jongere
zusters, het te weten mocht komen, zou zij
het als een schandelijke escapade 'beschou
wen. Zij had haar gezien, toen zij met hoen
en handschoenen en in haar beste japon
hard het bordes iafliep met een verraderlij
ken' blos op haar wangen; en daar do Gorgo
alles kon hooren, had zij alleen maar „(Joa-
almlng" tegein den chauffeur gezegd, toen
tij in den auto stapte. Toen zij1 moed ge
noeg verzameld had, om zich in dat kleine
stukje spiegel, dat tegenover haar hinig, te
kijken, zagen haar bevooroordeelde oogen
haar bleek en vervallen, met rimpels^ die zij
J?iet opgemerkt had bij het opzetten van
n^ar hoed. En al dien tijd wist zij, dat deze
een soort vooruitgang in deze richting zien
m do officieuse verklaring van de Quai
u ürsay, dat de Fransche regeering elke be
spreking, wil aanvaarden, welke kan leiden
tot een opheldering in de Europeesche crisis.
Men erkent hier inderdaad, dat de crisis een
Duropeesch karakter draagt, vooral ten ge
volge van de ineenstorting van de mark en
de manoeuvres der Britsche financiers te
gen de Fransche ein Belgische frank. Maat
regelen tegen de beursmiannoeuvres worden
onvermijdelijk, alle regeeringen moeten hier
toe overgaan. De Fransche regeering van
haar kant is bereid praktische voorstellen in
ontvangst te nemen voor een leening, welke
tijdelijk Duitschland van' den chaos kunnen
redden, maar het volhardt bij zijn houding
betreffende het herstel.
Voorloopig nog geen besprekingen te
Parijs.
Parijs, 8 Aug. Met leedwezen is kennis ge
nomen van het uitstel der ontmoeting tusschen
Poincaré en de Belgische ministers. De uit
Londen komende berichten over de mogelijk
heid dat Baldwin en Curzon er van zouden
afzien om een gedeelte van' hun vacantie in
Frankrijk door te brengen, daar zij van mee
ning zijn, dat de huidige stand der onderhan
delingen een dusdanige reis niet veroorlooft,
hebben eveneens een onaangenamen indruk
gemaakt
Parijs, 8 Augustus. Volgens een bericht in
de Chicago Tribune heeft gisteren de New-
Yorksche financier *Baruch, die gedurende
den éorlog onder president Wilson het ambt
bekleedde van directeur der oorlogsnijver
heid, met Loucheur en andere Fransche fi
nancieel© autoriteiten beraadslaagd over de
mogelijkheid! van een Amerikaansche' lee
rling voor de financieering van den eersten
termijn der Duitsche schadevergoeding.
Rome, 8 Augustus. Volgens een hier loo
pend! gerucht zou Mussolini zich in verbin
ding gesteld hebben met Coolidge, den nieu
wen president der Vereenigde Staten om
hem te verzoeken zijn invloed op Engeland
aan te wenden, teneinde een oplossing te
verkrijgen van het Roergebied en de kwestie
der schadevergoeding, waarvan het slepend
blijven Europa naar dén ondergang voert.
Mussolini heeft de algeheele medewerking
van Italië' toegezegd, als Coolidge tot inter
ventie zou willen overgaan.
De bezettingsoverheid heeft het gemeente
bestuur van Stoppenberg den eisch gesteld
binnen een week de 486V« miljard (boete,
die indertijd de mjjnJdireoteur Heinrichs is
opgelegd wegenis zijn weigering om kolen
aan Frankrijk te leveren, te betalen, daar ze
van den veroordeelde niet te halen is. Als
de gemeente weigert zal een wethouder
worden gevangen genomen.
Nadat de Franischen reeds Zondagnacht
in het Koblensyndikat te Essen een bom
hadden gevonden, hebben zij er Maandag
middag opnieuw een ontdekt in een venster
nis vam het hoofdbureau van politie aldaar,
dat reeds sedert maanden bezet wordt ge
houden.' Indien deze bom was ontploft, zou
de verwoesting volgens het „BerL Tage-
blatt" buitengewoon groot zijn geweest het
geen overigens ook geldt voor de bom in
het Kohlensyndikat. Het gansohe gebouw
zon in een puinhoop zijn veranderd'.
De Duitsche bladen werpen de vraag op,
of imen hier wellicht met het werk van
Fransche agenten heeft te doen. De bom,
die in het kolensyndicaat werd gevonden,
is, volgens het rapport der politie van Essen
in het gebouw gebracht door twee personen,
die vermoedelijk in Franschen dienst staan.
vrouwelijke bezorgdheden slechts het kleu
renspel was op de oppervlakte van diepe,
donkere wateren, gevuld met vuur, en dat
zij slechts om niet te dienken aan de diepten,
haar geest daarop spelen liet
Baltazar wachtte buiten op haar. Een klei
ne' angst had dus geen reden van bestaan
gehad. Als verpleegster zou zij aan de poor
ten der hel geklopt hebben, om naar een
mam te vragen. Als Maroelle Baring werd
zij tegengehouden door kinderachtige aar
zelingen. 'Zij had ertegen! opgezien alleen
het hotel binnen te gaan en naar Mr. Bal
tazar te vragen. Doch hij stond op het trot
toir te wachten, en nauwelijks stond de auto
stil, of hij maakte het portier open en hielp
haar uitstappen. Eenmaal boven op zijn ka
mer wees hij haar een makkelijken1'fauteuil
aan, waarin zij zich liet neervallen. Hij
sloot de deur en liep met een van geluk
stralend gezicht de kamer door.
„Voor het eerst in ons leven zijn we sa
men alleen tusschen vier muren'. Jij en ik.
Is het niet vreemd? Wij moeten praten.
Niet alleen nu, maar dikwijls. Zoo dikwijls
als wij kunnen. Het zou monsterachtig van
mij geweest zijn, iom te verwachten, dat jij
telkens naar Londen zou komen. Trouwens
daar zouden we niet alleen geweest zijn. Ik
heb een afschuw van de waranda's in de
groote hotels. Een man en een vrouw, die
daar in een hoekje zitten te fluisteren, om
ringen zich dadelijk met een atmospheer
van geheimzinnigheid. Afschuwelijk 1 En ik
ïiou niet lederen dag naar Ohurton Towers
kunnen komen zelfs niet onder het voor
wendsel, dat Ik Godfrey opzocht. En om nu
dicht bij je te zijn, heb ik hier mijn kwar
tier opgeslagen."
Uit Nijmegen wordt gemeld:
De Belgen hebben gisterochtend een inval
gedaan in het bekende hotel „De Musschen-
berg" gelegen op Duitsch grondgebied, even
over de Nederlandsche grens bij Beek. Eeni
ge vrachtauto's en verschillend© voorwerpen
werden in beslag genomen. Alle logé's moes
ten op last van de Belgen vertrekken.
In den stakingstoestand in het Ruhrgebied
is geen bijzondere verandering gekomen. De
nieuwe val van de mark met de daaraan ver
bonden gevolgen, die eerst in dé komende
dagen voelbaar zullen worden, werkt natuur
lijk er toe mee, de beweging verder te ver
scherpen. Het personeel van de mijn „Rhein-
elbe" heeft een schrijven tot de rijksregee-
ring gericht, waarin het op den noodtoestand
der mijnwerkers wijst en onmiddellijke hulp
met een lichten mantel en* alleen een bon
ten boa om zich te verwarmen in een open*
auto gezeten had,i voelde zij zich rillerig en
was zij dankbaar voor het vroolijke vuurtje
in den haard. Zij- glimlachte en zeide, dat
het heel gezellig was. Hij haalde een voet
kussen voor haar en zette het onder haar
voeten.
„We 'krijgen dadelijk thee, wat het nog
gezelliger maken zal," zeide hij, terwijl hij
in een fauteuil aan den anderen kant van
den haard ging zitten.
„Het is precies een sprookje, vindt je het
niet?"
Zij moest erkennen, dat de omstandighe
den', waaronder zij elkaar teruggevonden
hadden, heel bijzonder waren, en begon dan
uit een instinct van zelfverdediging over
Godfrey, hun plotseling gesloten vriend
schap, zijn vele goede eigenschappen. Bal
tazar liet haar een tijdje praten, blij reeds,
dat hij haar kooi zien en luisteren naar
haar stem. Eindelijk stond hij op, ging voor
'haar staan en stak beide handen toe. Of zij
wilde of niet, zij moest de hare erin leggen.
„Kan je niet 'beseffen wat je voor mij ge
weest bent? All a wonder and a wild
öesire
Zij wierp een angstigen blik op hem en-
trok haar handen terug. Hij liet zijn eenen
elleboog op den schoorsteenmantel rusten
en keek op haar neer.
„Herinner je het nog? Die versregel van
Browning het was ben der laatste dingen,
die ik tegen je gezegd heb. Toen verloren
we ons hoofd en braken een heerlijk ge
sprek af. Waarom het niet voortzetten, be
ginnend waar we geëindigd zijn?"
„Hoo kunnen wetfwintig jaar teruggaan?
„Door tweehonderd veertig onbelangrijke
eischt. Gevraagd' wendt o.a. een toeslag in
toeslag ineens van 10 miilioen mark en.hulp
in natura. Het. onmiddellijk ingrijpen der
rijksregeering is onvoorwaardelijk noodza
kelijk, wondt in het schrijven gezegd, anders
zijn uitbarstingen van wanhoop, met onaf
zienbare gevolgen, met zekerheid te ver
wachten. Eindelijk eischen de mijnwerkers
de invoering van waardevaste loonen en het
hijschen van de republikeinsche rijksvlag op
de mijnen op den -gtondwetsdag.
De personeelen van andere mijnen stellen
voor een deel nog verder gaande eischen,
waartoe veelal'het aftreden van het kabinet-
Ouno behoort.
Een nieuwe loonregeling.
Berlijn, 8 Aug. In de mijnindustrie in het
Ruhrgebied is tusschen het mijn verbond en
de vier mijnwerkersprganisaties een nieuwe
loonovereehkomst getroffen, volgens welke van
30 Augustus af een-wekelijksche uitbetaling
der loonen wordt ingevoerd.
Voorts werd overeengekomen dat de dagen,
waarop lijdelijk verzet wordt gepleegd, uitbe
taald worden.
Vrijdag ten laatste Zal de arbeid worden
hervat.
Met het oog op de mogelijke gebem&jk-
heden is besloten de Fransche zeestrijd-
krachten in het Verre Oosten te reoonsti-
tueeren. De pamtsersohepen „Jules Ferry"
en „Victor Hugo" zullen binnenkort Tonton
verlaten met onbepaalde bestemming. On
der admiraal Frochot zal een scheepsmacht
worden gevormd van twee pamrserschepen,
eenige aviso's, mjjnenleggers, een flottilje
torpedoboot jagers, benevens twee escadril
les watervliegtuigen een en ander in ver
band met de Britsche plannen voor d© vloot-
basis te Singapore.
Eenige dagen geleden werd gemeld, dat
het Fransche departement van buitenland-
sche zaken de buitenlandsche, lees: Ameri-
kaahsche toeristen te Parijs in een commu-
j niqué verzocht had wat wellevender op te
treden tegenover Franschen met een donkere
j huidkleur
Men moet echter vreezen, dat noch het
communiqué van buitenlandsche zaken, noch
de predikatie van het groote Parijsche blad
tot dusver veel uitwerking heeft gehad, wan
neer men het volgende verhaal leest, dat het
Journal des Débats doet:
Ln een nacht-gelegenheid in de Fontaine-
straat te Parijs, waren de bezoekers, vreem
delingen voor het meerendeel, als'naar ge
woonte bezig champagne te drinken onder
de geluiden van een epileptische muziek, toen
daar drie correct gekleed© jongelui, drie
Franschen, binnenkwamen. Twee van hen
waren zwart, wat- order de buitenlandsche
champagnedrinkers e n opwinding veroor
zaakte, die zij niet meer konden bedwingen.
Eerst worden er beleed: gin gen geschreeuwd,,
dan worden de nieuwe bezoekers geslagen en
vervolgens met een onbegrijpelijke brutali
teit i>p straat gesmeten door de kelners van
het restaurant, die aldus bij hun buitenland-
sclie klanten in d° gunst hopen te komen.
Aan den politie-post, waarheen de drie hee-
ren zich begaven om hun beklag te doen,
bleek dat de, twee zwarten de prinsen George
•en Mare Tovaloe waren, de een© doctor ln de
letteren en advocaat aan het Hof van appèl,
de andere doctor in de geneeskunde, en zo
nen van den vroegeren koning vah Daho-
mey. De beide jongemannen hadden als vrij
williger den oorlog aan Franschen kant mee
gemaakt.- Beiden zijn, gewond geweest en
beiden gedecoreerd,
j Verontwaardigd over de mishandeling,
waaraan zij hebben blootgestaan, hebben de
beide prinsen, een aanklacht tegen den hou
der van het nacht-café ingesteld. Mr. de
Moro Giafferri zal als hun advocaat optre
den. l
maanden uit onze herinnering te schrap
pen."
Zij keek naar hem en schudde haar hoofd.
Juist die 'grijzeen kale woestenij: van die
tweehonderd veertig maanden vormde de
onoverkomelijk© hinderpaal. Om den draad
van dat Laatste gesprek weer op te vatten
zou het noodïg zijn de bekoring van die
korte en verrukkelijke ©ogenblikken te
heroveren.
„Als we vrienden willen zij'h," ziqide zij,
„moeten we opnieuw beginnen. AI die
dwaasheid is al lang dood en begraven."
„Begraven, misschien^ of liever, verbor
gen in een soort Schoone-Slaapsters-trance.
Maar dood? Geen quaestie van. Zij heeft
al 'dien tijd gezond en wel geleefd ©n thans
een tooveraanraking is zij krachtig en
mooi als ooit weer ontwaakt."
„Het is heel makkelijk met woorden en
vergelijkingen! te spelen. Daarmede k&n je
schijnbaar alles 'bewijzen Maar in werke
lijkheid zijn wij beiden onderwerpen ge
weest aan de organische veranderingen van
twintig jaar. Ik ben evenmin dat jonge
meisje van achttien jaar als het kind van
acht of de baby van acht maanden"
Baltazar stak zijn handen' in zijn zak,
lachte, keerde zich om en ging weer in
zijn fauteuil zitten.
,We schijnen op de basis van 'een aardige
en eindelooze discussie gekomen te zijn.
Laten we er dadelijk over doqp gaan Wij
Rebben tijd in overvloed. Als ik iets ben
dan ben ik iemand met een 'grenzeloos ge
duld."
Zij lachte hartelijk. Zij moest of zij wilde
of niet. Een typhoon, die beweert een zacht
briesje te zijn En het niet beweert uit de
grap, maar op dén toon van een diep gevoeL
„Jij! Jij geduldig? O, mijn lieve"
„Daar, riep hij, opspringend uit zijn
stoel. „Je hebt me „mijn lieve!" genoemd."
„Dat heb ik niet gedaan," antwoordde zij
•vlug. Tenminste het was mijn bedoeling
niet. Jij met je grenzeloos geduld bent mij
in de rede gevallen. Ik wou „mijn lieve
heer" of „mijn lieve sir" tegen1 je zeggen."
„Mijn naam is John."
„Mijn lieve John? Neen. Dat wou ik niet
zeggen."
„En waarom niet?"
„Dat zou precies klinken alsof we twintig
jaar getrouwd waren."
,yMaar je hebt het toch ln ieder geval
twintig jaar geleden gezegd."
Triomphantelijk ging zij rechtop in haar
stoel zitten. „Neen, dat heb ik nooit gedaan.
Ik geloof niét, dat ik den moed gehad had
je iets te noemen. Maar zeker niet John.
Ik heb zelf nooit over je gedacht als John.
Als een etiquette was je John Baltazar. Maar
niet kortaf John. O neen, geen quaestie
van!"
„Je hebt gelijk/ geloof ik", zeide Baltazar.
„Het is een idiote naam. Alles wat in het
Énigelsch saai en prozaïsch is, is in dat
eene woord geconcentreerd. En in tegen
stelling met andere idiote namen heeft het
geen aardige verkortingen. „Johnnie" is be-
•leedigend, „Jack" melodramatisch. God
dank, dat ik voor beide gespaard ben. Nu
kom ik na twintig jaar als „John" bij je
terug en jij lacht daar natuurlijk om."
(Wordt vervolgd).