15 DE ECttTE EBDAL DOOS. het Politieblad. Acht autobandieten hebben gedurenü Ingezonden Modedeciliig» ZIJN UW HANDEN EN LIPPEN pijnlek, 3ohraal of gesprongen door de konde, gebruik dan de heerlijk verzachtende en snel genezende PUROL. De eenige manier waarop de Ver. State®, een juiste waardeering konden geven van de be- teekenis van den wapenstilstandsdag was, te besluiten om te breken met het eigenbelang, en daarentegen aan' de hoogste idealen der internationale politiek uitdrukking te geven en er naar te handelen. Wilson's toespraak werd gehouden te zij ne® huize. Hij «sprak gedurende vijf minu ten1 in de diraadlooze, welke de boodschap overal in de® lande te® gehoore bracht. BKTOENXiAJKD. Het vertrek van den gewezen Dultschen kroonprins. Even vóór het afdrukken van ons nummer van j.1. Zaterdag bereikte ons het bericht, dat de gewezen Duitsche kroonprins des morgens in alle vroegte van Wieringen was vertrokken. Een later bericht, afkomstig van onzen Wie- ringschen correspondent dat niet meer in de geheelo oplaag kon worden opgenomen bevestigde dit en deelde mede, dat Wilhelm schriftelijk van de Wieringer bevolking af scheid had genomen. Volledigheidshalve laten wij het verloop der zaak hieronder nog even volgen. De ex-kroon prins vertrok Zaterdagmorgen te 4.30 uur van Ewijcksluis met twee zware automobielen. Hij zelf nam plaats in den eersten wagen,'terwijl in den tweeden de bagage geladen werd. Door bijvulling van veel olie en benzine werd het vermoeden gewekt, dat een groote afstand moest worden afgelegd. Hij werd, behalve door de beide chauffeurs, begeleid door een vierden persoon. Bij informatie op Wieringen vertelde men daar, dat de ex-kroonprins naar Doorn was vertrokken; bij informatie te Doorn bleek evenwel, dat hij daar niet werd verwacht en men ook niets omtrent zijn vertrek wist «mede te doelen. Bovendien geschiedde dit vertrek bij vroegere gelegenheden steeds in luxe-auto s, terwijl ditmaal zware toerwagens werden ge bruikt. Inmiddels kwam uit Wieringen het bericht, dat de gewezen kroonprins inderdaad van het eiland was vertrokken en op weg was naar Duitschland. Hij reisde in gezelschap van zijn adjudant, majoor von Müldner, en den burge meester van Wieringen, den heer Kolff. Laatst genoemde heeft den ex-kroonprins tot de grens begeleid; de adjudant reist mee naar de plaats van bestemming. In een brief heeft hij afscheid genomen van de Wieringer bevolking. Deze brief, die in den middag, nadat bekend zou zijn geworden, dat hij de grens is gepasseerd, «op het eiland is aangeplakt, luidt als volgt: Lieve Wieringer vrienden, Het doet mij leed, dat ik slechts schriftelijk afscheid van u kan nemen. Om geen onnoodige onrust te veroorzaken, moest mijn terugreis naar Duitschland in alle stilte plaats vinden. Wanhopig, belasterd en dakloos betrad ik in November 1918 uw eiland. Hier vond ik rust en menschelijke deelneming en kwam ik tot mijzelven. De weken werden maanden, de maanden jaren. Reeds 5 jaar lang leefde ik in uw mid den. Gij bood mij gastvrijheid in uw woningen aan en liet mij deelen in uw vreugde en leed. Wij leerden elkander kennen, begrijpen en waardeeren. Nu het oogenblik gekomen is, dat ik van Wieringen afscheid neem, zou ik u allen gaarne nogmaals de hand willen drukken en u voor alles danken, wat gij mij gegevên hebt. Onein dig moeilijke jaren zijn het voor mij geweest, ver van het vaderland en gezin, maar ze zijn mij veraangenaamd en dragelijk gemaakt door de vriendschap van de Wieringer bevolking. Zoo neem ik dus afscheid van u en wensch mijn eiland van ganscher harte het beste toe voor de toekomst. Hebt dank en „tot ziens! Wilhelm. r> Hoe men er op Wieringen over dacht, blijkt uit het volgende bericht aan de „Telegraaf": Het vertrek van den ex-kroonprins heeft hier de grootste verrassing gewekt, al was men op het aanstaande vertrek wel eenigszins voor bereid. De kroonprins had namelijk in de afgeloopen week zijn beste vrienden onder de Wieringsche bevolking opgezocht en hun, zonder een woord te neggen, verscheidene malen achtereen har telijk de hand gedrukt, op een zoo ongewone wijze, dat sommigen hem gevraagd hadden: „Gaat u ons misschien verlaten?" Maar met een haastig „o, neen, volstrekt niet", was hij dan vertrokken. Zijn goede vriend Luit, de 'hoefsmid, was van het plotselinge vertrek ge heel ondersteboven, en het knappe dochtertje had de tranen in de oogen, toen ze ons blozend bekende, dat het een heele leegte gaf. Een jaloersche buurjongen kneep haar in de armen en sarde: „Och, ze was toch zoo dol op haar prins!".... Sqjiipper Bays, die in het complot was ge weest, merkte philosophisch op, dat het voor velen een heel verlies was, want „hij gaf nogal veel we"". Maar Veldman, de chauffeur, die ons op Wieringen naar de pastorie reed in den- zelfden auto, waarin hij den kroonprins had weggebracht, was van ander hout gesneden. Met een ontroering in de stem, die de popula riteit karakteriseerde, welke de kroonprins op Wieringen heeft Weten te verwerven, verze kerde hij, dat hij hem weldra in Duitschland hoopte op te zoeken en dat hij nog nooit zoo'n besten chef had «gehad. De chauffeur reed ons naar de pastorie. Be schouwde hij het als een soort verraad, de om geving van zijn idool over te leveren aan de onbescheidenheid van een profaan kranten man? Ik weet het niet. Maar hij verklaarde, op den hoek te willen wachten. Het was beter, dat men „er" hem niet zag Men weet, dat zoowel de Duitsche als de Ne derlandsche regeering op het einde de vorige week toestemming hadden gegeven tot het ver trek. Alle daartoe benoodigde formaliteiten zijn in den loop van deze week vervuld. Men heeft blijkbaar van de zijde der Duitsche regeering een volledige schijn-vertooning op touw gezet, door den indruk te wekken, als zoude de ex- kroonprins met den nachttrein reeds Zaterdag morgen te Berlijn zijn aangekomen. Althans de Berlijnsche correspondent van „De Telegraaf" seinde dit aan zijn blad. Hét was evenwel reeds aanstonds ondenkbaar, dat dit het geval zou zijn, Ie. omdat dan het bericht, dat hij te 4.30 TUflItlifM I van Ewijcksluis zou zijn «vertrokken, onjuist waro geweest, 2e. omdat onder de voorwaarden waarop hij in zijn vaderland mocht terugkee- ren, juist deze was, dat de reis niet per trein zou geschieden. En in het Zondngochtendnum- mer moest, de correspondent zijn bericht dan ook reeds weder tegenspreken. Wat nu de voorbereidingen en het vertrek betreft, meldt de „Tel." hieromtrent: De Nederlandsohe regeering heeft het ver trek van den ex-kroonprins zorgvuldig en in bijzonderheden voorbereid. Mr. J. B. Kan, secr.-gen., heeft in de laatste weken herhaaldelijk op Wieringen met den ex- kroonprins geconfereerd. Vrijdagavond kreeg schipper Bays, van de Wieringer postboot, aan zijn woning onverwachts bezoek van burge meester Kolff. Toen deze zag, dat de schipper menschen op bezoek had, verzocht hij hem even naar buiten te komen, daar hij1 een gewichtige mededeeling voor hem «had. Op straat deelde de burgemeester den kapitein der postboot mede, dat hij den volgenden ochtend om balf- vijf den ex-kroonprins naar den vasten wal zou moeten brengen. De burgemeester voegde daaraan toe: „Gij moogt hierover met niemand spreken. Het is een staatsgeheim." Terzelfdertijd werd door personeel van de pastorie aan den chauffeur Veldman van de firma Bruul, die op Wieringen een auto-omni- busddenst exploiteert, te kennen gegeven, dat hijgden volgenden1 ochtend het gezelschap van de pastorie naar de boot zou moeten rijden. Zaterdagochtend om halfvijf nam de kroon prins in de pastorie van zijn personeel afscheid. Hij hield een kleine toespraak en was zeer ont roerd. In gezelschap van zijn „persoonlijk ge leider", majoor Müldner von Mühlheim, en van zijn secretaris, den heer Berg,* reed hij naar de aanlegplaats van de postboot, waar zich burge meester Kolff en de brigadier van de Wiering sche politie, Admiraal, bij het gezelschap voeg den. Allen begaven zich onmiddellijk in de ka juit van de postboot. Door het ongewoon vroege vertrekuur waren er geen andere passagiers. Ook stond «er niemand aan den wal. De stemming van het gezelschap was zeer gedrukt. Vooral de kroonprins en majoor Müldner waren zeer nerveus. Alvorens de boot te verlaten, drukte de kroonprins den schipper de hand, zeide hem vaarwel en schonk hem als souvenir een portefeuille met inhoud en voor zien van een gekroonde W, overigens de derde van dit soort, die de kapitein in den loop der jaren van den kroonprins heeft ontvangen. Kort voor half vijf hadden een machinist en een stoker van een stoomgemaal te Ewijcksluis twee Dürkoppauto's met gedempte lichten in suizende vaart naar de haven zien rijden. De roekeloosheid, waarmede de wagens werden ge reden, trof hen, en ook maakten zij tot elkaar de opmerking, dat het nog geen tijd was voor de postboot. Doch alles werd hun verrassend duidelijk, toen zij een kwartier later dezelfde auto's, thans met verblindend voorlicht, terug zagen komen, en in den voorsten den kroon prins zagen zitten, kaarsrecht, en met de armen over de borst gekruist. Het gerucht van- 's kroonprinsen vertrek be gon al gauw de ronde te doen op Wieringen en te Ewijcksluis, doch voorloopig bleven de ge beurtenissen nog met de grootste geheimzin nigheid omhuld. Een passagier, die tegen ach ten met de postboot overvoer, vond in de kajuit een eindje sigaret voorzien van een gekroonde W, (het merk, dat de kroonprins al jaren rookt), hij stak «het als souvenir bij zich. iToen hij den kapitein echter vroeg of hij den kroonprins had overgezet, hield deze zich van den domme. Tegen negen uur werd aan het telegraafkan toor te Ewijcksluis een telegram naar een adres in Den Haag aangeboden, van den volgenden inhoud: „Piet, Jan en Klaas in twee auto's ver trokken" De ex-kroonprins gebruikte te Almelo bij den heer H. aan de Bornschestraat een ontbijt, en passeerde te ongeveer half twaalf de Neder landsohe grens. Naar later uit Berlijn wordt geseind, is hij via Hannover, waar hij, blijkens een telegram aan de „Chicago Tribune", den nacht bij maarschalk Hindenburg zou door brengen, rechtstreeks naar Oehls in Silezië ge gaan. Aldaar zijn veel buitenlandsche journa listen, vooral Engelsche en Amerikaansche, aangekomen, bij dozijnen vindt men ze er. De voormalige kroonprinses, die reeds eeni- gen tijd in het slot woont, heeft den bewoners der plaats laten weten, dat de ex-kroonprins verzoekt, alle betoogingen, van welken aard ook, achterwege te laten. De ex-kroonprins heeft verklaard, dat hij verlangt als eenvoudig parti culier in Oehls te leven. Hier te Oehls schijnt men den ex-kroonprins niet te verwachten vóór Maandagavond. Hij reist in gezelschap van zijn adjudant Von Müldner, een Hollandsche bediende en een ambtenaar der politieke politie te Berlijn. Ten gevolge van de regens der laatste dagen zijn de wegen zeer slecht, waardoor de tocht in een gematigd tempo zal «moeten geschieden. Ingezonden mededeeling. Begrijpelijkerwijs heeft dit plotselinge ver trek de entente-mogendheden onaangenaam verrast. Juist Zaterdagochtend half twaalf is een nota overhandigd namens Engeland, Frank rijk, Italië, Japan en België, waarin zij ver klaren overtuigd te zijn, dat de Nederlandsche regeering „niet zal aarzelen, onverwijld alle buitengewone maatregelen van bewaking te nemen, welke in de tegenwoordige omstandig heden noodig schijnen". (Gedoeld wordt op de geruchten aangaande het vertrek). Deze nota kwam precies zeven uur te laat. De «minister van buitenlandsehe zaken heeft aan de gezanten het standpunt der regeering uiteengezet, die wettelijk de bevoegdheid mist den gewezen kroonprins te beletten het land weder te verlaten. Internationale rechterlijke verplichtingen ten deze bestaan «eyenmin, zegt de regeering. De gezantenconferentie zal aan de Duitsche regeering een nota richten, waarin gewezen wordt op den ellendigen indruk, die 'n terug keer in alle geallieerde landen zou maken. Men wil er bij de Duitsche regeering op aandringen hem als „oorlogsmisdadiger" uit te leveren; de entente zou hem dan een verblijfplaats wen sch en aan te wijzen. De indruk der Nederlandsche pers. De „N. Rott. Crt." schrijft omtrent het ver trek van den ex-kroonprins: Het geval van den gewezen kroonprins was voor ons nimmer ingewikkeld. De kroonprins vertoefde hier te lande als een vreemdeling, die gevaarlijk werd geacht voor de publieke rust, en aan wien deswege eene bepaalde plaats bin nen het Rijk tot verblijf was aangewezen. Wensohte hij ons land te verlaten, zoo stond hem dit allang vrij; er is in ons land geen autoriteit, die hem dit kon verhinderen. Noch op grond van het internationale recht, noch op grond van verdragen rustte op Nederland eenige plicht, den kroonprins het vertrek te beletten. Zelfs niet om hem te bewaken; de be waking had plaats op grond van de Nederland sche wet, ter bescherming van Nederlandsche belangen. Of de bewaking voldoende is ge weest of niet, daaromtrent heeft de Nederland sche regeering zich slechts te verantwoorden tegenover de Nederlandsche Sta ten-Generaal. Uitlevering van den gewezen kroonprins is ons nimmer verzocht. De Entente-mogendhe den hebben daartoe destijds blijkbaar geeno aanleiding «of reden kunnen vinden. Ware in dertijd, gelijk van den ex-keizer, zijne uitleve ring gevraagd, dan was het geval op het oogen blik door het vertrek van den prins misschien iets gecompliceerder geworden. Er wordt nu gezegd, dat de ex-kroonprins op de lijst der oorlogsmisdadigers zou staan. Wij herinneren ons dat niet, meenden zelfs, dat hét indertijd eenige aandacht had «getrok ken, dat de «ex-kroonprins niet op de lijst stond, doch hierin kunnen wij «ons vergissen. Volgens de berichten., zou dé gezantenraad de aandacht van de Nederlandsche regeering vestigen op „het ongewenschte", om den kroon prins toe te staan, ons land te verlaten, en zou dit gebeuren in vriendschappelijke termen. Dit laatste willen wij1 gaarne gelooven. Er was toch ook inderdaad geen schijn van grond, om niet vriendschappelijk te zijn. Onze regee ring had echter niet veel anders kunnen doen, dan even vriendschappelijk antwoorden, dat zij den kroonprins „het ongewenschte" van zijr. vertrek op dit oogenblik onder het oog zou brengen, doch overigens naar Nederlandsch recht d. i. een recht, dat de heer Poincaré vooralsnog niet naar zijn hand kan zetten, of naar zijne inzichten verbuigen den kroon prins geen besluit opleggen kon. De heer Elout schrijft in het „Handelsblad": Om half twaalf kwam de jagers.... Maar om vier uur 's morgens was het wild al weg. De Duitsche kroonprins is, precies op het oogenblik waarop de gezanten hun nota's aan minister Van Karnebeek kwamen aanbieden, over de Duitsche grens gegaan. Wij moeten ons voorbereiden op weer eenige booze artikelen in de Fransche pers. Laat ons kalm blijven. Wij dienen in de «eerste plaat s niet te vergeten, dat het voor de geallieerden een inderdaad onaangenaam en voor Frankrijk waarlijk een min of meer zorgwekkend geval is. De kroonprins kan in Duitschland een mo narchistisch middenpunt worden wat hier uitgesloten was door het voortdurend toezicht, waaraan hij was onderworpen. «Met het oog op de mogelijkheid van zulke complotten is den kroonprins het gemakkelijk te bewaken eiland Wieringen tot verblijfplaats aangewezen «geworden en hij mocht, zonder vergunning van onze regeering, zich daarvan niet verwijderen zoolang hij in Nederland wilde blijven. Doch wilde hij ons land verlaten, dan was er geen enkele bepaling van nationale of internationale wetgeving, die ons het recht zou verschaffen om hem dat te beletten. De kroonprins heeft ook, door, misschien opzettelijk, heen te gaan vóór de nota's der ge zanten waren aangeboden, ons het antwoord weer vergemakkelijkt. Wij kunnen hem daar voor slechts erkentelijk zijn. Het is nu niet Nederland, doch Duitschland, dat de politieke gevolgen van deze gebeurtenis heeft te aanvaarden en dat daartoe klaarblijke lijk ook volkomen bereid is. Het ziet niet op tegen de gramschap van Frankrijk en ducht evenmin dat de kroonprins «een centrum van monarchistische agitatie zal worden. Een en ander blijkt uit het verstrekken van den pas, die reeds In October is afgegeven. «Overigens, zegt deze journalist, is er zooveel koddigs aan zijn plotseling vertrek, dat óók de Franschen ja juist de Franschen met hun sterken zin voor humor het geheele geval weldra als une bonne farce zullen gaan zien. Wanneer zij eerst hun, zeer begrijpelijke, boosheid zullen hebben gelucht. De Duitsche kroonprins is weg en daarmede Is Nederland van een vreemdeling af, die, uit zuiver Nederlandsch oogpunt beschouwd, toch altijd een „lfistiger" Auslönder voor ons was. Overigens heeft de kroonprins zich tijdens zijn verblijf in ons land zeker niet van zijn slechtste zijde doen kennen. Hij heeft op Wieringen zich een eenvoudig mensch onder menschen getoond, die zich wel dra daardoor de sympathie der bevolking had verworven. Zijn hartelijke afscheidsbrief aan de eilandbewoners is ongetwijfeld oprecht ge« meend. En wellicht zijn deze vijf jaren van afzondering onder eenvoudige lieden, hoe bitter ook in menig opzicht, voor den vorstenzoon tenslotte toch nog weldadig geweest. Deze laatste woorden van den schrijver in het „Algemeen Handelsblad" maken wij gaarne tot de onze. Terwijl de meeste Hollandsche bladen in hun commentaren nopens het vertrek van den ex kroonprins betoogen, dat de Nederlandsche regeering niet te laken is, zegt „Het Volk" niet overtuigd te zijh, dat de regeering haar pacht jegens ons land betracht heeft. Onder het hoofd „Gevaarlijke situatie" zegt dit blad: In de liberale pers wordt de Nederland sche regeering geprezen om haar houding en de rechtsche pers zal het stellig ook aan lof niet laten ontbreken. Wij wilden, dat wi ons daarbij koude® aansluiten en bij d'e te verwachten buitenlandsche aanvallen naast de regeering konden staan. Het is ons ech ter niet mogelijk; wij zijn niet overtuigd, dat zij haar plicht jegens de wereld en jegens ons eigen lang betracht heeft; wij meenen integendeel dat de demissionaire regeering ons op 't laatst van haar noodlottig bestaan nog een1 gevaarlijke kool gestoofd heeft. Dat de Nederlandsche 'regeering medé de hand heeft gehad in het overhaast vertrek var dén kroonprins nu juist op dit oogen blik, is door de gepublioeerde berichten bui ten twijfel gesteld. De bemoeiingen van den Wieringer burgemeester, den door de regee ring aangestelde® bewaker van den kroon prins, spreken ten duidelijkste. De vraag of de regeering krachtens de Ne derlandsche wet en het internationale recht gerechtigd was, den kroonprins het vertrek te beletten, laten wij rusten. Er kunnen hoo- gere nationale en internationale belangen zijn, die bove® wet en recht gaan. Maar dat de regeeriing het vertrek thans juist bever- derd heeft, schijnt ons in de hoogste mate bedenkelijk. Het was reeds sedert eenige dagen be kend, dat de geallieerde regeeringen step pen, zoowel bij die Duitsche als bij' de Ne derlandsche regeering overwo«ge®, om tegen terugkeer van den kroonprins te waar schuwen. Hoe de Duitsche regeering daarop wil re- ageeren, moet zij zelve weten. Welk een mi serabelen indruk moet het echter maken, dat enkel© uren voordat de buitenlandsche gezanten die waarschuwing bomen over brengen, de Nederlandsche regeering haast- je rep-je het vertrek van den kroonprins door den Wieringer burgemeester laat be vorderen en1 aldus die gezanten voor een vol dongen feit plaatst, hen achter het net doet visschen? Als staaltje van internationale ma nieren lijkt ons dit zeer weinig aanbevelens waardig. Een „Handelsblad"-korr esp andent vertelt, dat men in Den Haag erg veel plei- zier had over die gauwigheid. Of dit plei- zier zal aanhouden, waoheier de gedeputeer de regeeringen over die hun toegebrachte behandeling zich verstoord ibetoonen, 'is een andere vraag. De houding van de Nederlandsche regee ring is in deze geheele zaak van den beginne aan veel te klein geweest, «een houding van slimmigheden. Laat ons hopen, dat moeilijkheden, we gens de schuld der regeering aan het ver loop der zaak, ons land bespaard zullen blij ven. Maar als dit het geval is, zal het zeker niet te danken zijn aan het beleid der Ne derlandsche regeering. Een verklaring van jhr. Loudon. Uhr. Loudon, de Nederlandsche gezant te Parijs, heeft in een interview verklaard, dat geen enkele Nederlandsche wet het vertrek van den Kroonprins had kunnen verhinde ren. Het karakter van den Nederlandsche® mi nister van Buitenlandsche Zaken, zoo voeg de jhr. Loudon er aan toe, is van dien aard dat men niet mag zeggen dat hij van het ver trek op de hoogte was toe® hij de Geallieer de gezanten ontving. BUITENLANDSCHE PERSSTEMMEN. van Karnebeek de vertegenwoordigers van de geallieerde mogendheden ontving, ging de kroonprins ongehinderd de Duitsche grens over, dank zij het paspoort dat de heer Stresemann hem had doen toekomen, Den heer van Karnebeek was dit stellig niet onbekend. Hij zette trouwens den 'gealiieer- den vertegenwoordigers uiteen, dat noch de de Hollandsche wetten, noch verplichtingen voortvloeiende uit het internationale recht veroorloofden, het vertrek van den prins te verhinderen. Deze uitlegging is moeilijk overeen te brengen met de verzekeringen van het Haagsche 'kabinet in 1920 omtrent het verblijf in Nederland van den ex-Keizer en van de leden der keizerlijke familie. Maar de Nederlandsche regeering schijnt er meer prijs op te stellen zich van lünderlij'ke ga-s. ten te ontdoen dan den «geallieerden aang©. naam te zijn of de gevaren van Europeescbe verwarring te verminderen.'* De Indruk in Engeland. De «terugkeer van den gewezen kroonprins naar Duitschland wordt te Londen vrij kalm op genomen., I Goed ingelichte kringen zijn van meonmg, dat de aanwezigheid van dezen Hohenzoilern m Duitschland wellicht verdeeldheid onder de nio. narchisten zal wekken. Zelfs wordt de mogelijk heid overwogen, dat de terugkeer van den kroonprins een listige zet van Stresemann, den rijkskanselier, is, die aldus niet slechts den ouden twist tusschen de Wittelsbach- en de Hohenzollern-dynastieën, maar tevens per soonlijben onmin tusschen Rupprecht en den gewezen kroonprins zou willen aanwakkeren. Slechts weinige bladen bespreken het geval. De „Daily Chronicle" acht het feit, dat de Ne derlandsche regeering de geallieerden niet in kennis heeft gesteld met het voorgenomen ver trek, in strijd met de afspraak, welke «totou- toe tusschen de Nederlandsche en de geallieer de regeeringen bestond, waarbij Nederland zijn verantwoordelijkheid erkende om te verhoeden, dat het Nederlandsche gebied als basis voor een Hohenzollernsche actie in Duitschland werd gebruikt. Het blad acht het «moeilijk de Nederlandsche regeering van kwade trouw vrij te pleiten en vindt het noodig waarborgen te verkrijgen tegen eenzelfde dubbelzinnige actie in verband met den gewezen keizer. De „Westminster Gazette" verdedigt de Ne derlandsche houding. Nederland; zegt het blad, was onzijdig gedurende den oorlog en men kan het niet vragen terug te komen op die onzij digheid. Tweemaal is het gevraagd dit te doen, maar beide keeren heeft het dit verzoek van de hand gewezen. Het blad verwijt de Britsche regee ring gebrek aan onafhankelijkheid, doordat zjj zich bjj de andere geallieerden aansloot in de nota aan Nederland. Engeland is te zijner tijd het toevluchtsoord geweest voor menigen be langrijken vluchteling.,Van de Britsche regee ring kon verwacht worden, dat zij correct zou handelen in zulk een aangelegenheid, wat haar bondgenooten ook mogen denken. De Fransche pers. De correspondent va® de N. R. Crt. te Pa rijs meldt: In bet algemeen wordt erkend, dat de Ne derlandsche regeering ten opzichte van de® ex-kroonprins niet anders kom handelen dan ze gedaan heeft. Nederland' moet blij zijn, zoo wordt gezegd, van dat compromittant personage bevrijd te zijn. Het zou zich ook «gaarne den ex-keizer van de® hals schuiven. De Matin alleen besluit het bericht over den stap van de geallieerden en Van Karne- beek's antwoord met de volgende hatelijk heid: Daar moeilijk kan aangenomen wor den, dat Van Karnebeek toen van het ver trek van den gewezen kroonprins nog niet op de hoogte was, mag worden geconclu deerd, dat hij de gezante® voor den gek hield. Het Journal houdt zich met de positie van den ex-kroonprins in het huidige Duitsch land bezig. Het blad vraagt zich af, boe hij, op het oogenblik dat Ludendorff zijn pres tige verspeelt, ertoe komt, het gastvrije en ridderlijke Nederland te verlaten. «Hij staat op de lijst van de personen, wier uitlevering gevraagd is. De Duitsche regeering laat, al dus het Journal, haar minachting voor het verdrag van Versailles duidelijk uitkomen. Als alle mogendheden even overtuigd waren geweest van d'e noodzakelijkheid, dein ex« kroonprins in Nederland te houden, zoude® ze sneller en krachtiger zijn opgetreden. De gezantenraad moet Stresemann sommeeren, den «ex-kroonprins uit te leveren. «Men zal hem een «definitieve verblijfplaats moeten aanwijzen. De Fransche regeering schijnt dien weg niet te wille®1 bewandelen. I® kringen van de Quai Orsay aebt men hem niet erg ge vaarlijk. De Aotién Frangalso vindt, dat die overweging te laat kamt; als men niet tot tot het uiterste wil gaan, doet men beter, zich koest te houden. Aldus ware vermeden, dat die terugkeer een poppenkast-tooneel wordt, waarin de geallieerden de rol van gendarme spelen. Op de® belachelijken indruk, door de ge allieerden gemaakt, nu het vertrek van den gewezen kroonprins met den collectieve® stap samenviel, leggen verscheiden bladem nadruk; eveneens op de ooïncidentie, dat Berlijn het toestaat, op het oogenblik, dat Duitschland door een militaire® staatsgreep wordt bedreigd, en het zich aan het geal lieerd militair toezicht onttrekt. De Telmps «schrijft dat de Britsche regee ring den stoot gaf tot het doen van stappen in Berlijn en in Den Haag. De «geallieerden kunnen het «daarbij niet laten. Als ze zich laten bedotten, worden hun veiligheid en hun eischen meer en meer 'ge schonden. Egeland moet nu aangeven', hoe verder te handelen. Sinds de ex-kroonprins in Duitschland terug is, is het vraagstuk van aspect veran derd. Tot nu was hij de eenige pretendent, die zijn uur in den vreemde afwachtte; nu is zijn geval gelijk aan dat van den Beier- schen kroonprins. Dat de Franschen Ru- precht, ondanks zijn woelig optreden, onge moeid lieten, is koren op den molen der oppositie, die daarin een nieuw bewijs ziet van heulen van bepaalde Franschen met het reaobonaire Beieren. De Temps meent, dat beiden op dezelfde manier moeten worden behandeld. Een enkel blad vindt, dat de telegrammen uit Nederland wijzen op een zelfzuchtig opvatting omtrent het vertrék van den ex kroonprins, daar ze enkel tevredenheid weerspiegelt zonder te letten op internatio nale «gevaren. vairr Journial de® Débats schrijft Go® „Juist op het oogenblik waarop de heer Wat België zegt De Belgische pers vat de zaak eveneens nog al kalm op. Alleen de „Nationaal Beige", het blad der nationalisten, kan niet nalaten om eenige hatelijkheden over de Nederland sche regeering en Nederland! te zegge®. Het blad zegt o.in.: Door de vervloeking van dé geheele we reld! achtervolgd, heeft hij (de Kroonprins) op Hollandsch grondgebied een «gastvrijheid gevonden, die geen beschaafd volk hem on getwijfeld zou gegeven hebben. „De geallieerden'betalen thans heel duur hun zwakheid ten aanzien van een regee ring, die zich de medeplichtige heeft ge maakt van twee misdadigers, een regeering, die door een beetje energie van onzen karnt genoodzaakt zou geworden zijn om zich te buigen". Amerikaansche persstemmen. De „New-York Tribune" noemt het vertrek van den Duitschen ex-kroonprins een uittar ting. De „New-York Times" acht de beteekenis, die veelal gehecht wordt aan den terugkeer van den ex-kroonprins naar Duitschland, over dreven. De ex-kroonprins In Duitschland terug. Berlijn, 10 Nov. De Duitsche zaakgelas tigde te Parijs heeft opdracht gekregen de nota van dien Gezantenraad va® 9 dezer, waarin wordt «gevraagd of de Duitsche re geering de® geweze® kroonprins heeft ge machtigd naar Duitschland terug te keeren, als volgt te beantwoorden1: „De «gewezen kroonprins had reeds dé vorige week de rijksregeering verzocht hem te vergunnen naar Duitschland terug te kee ren. De rijksregeering kon bij overweging van het verzoek geen reden van juridischen of feitelijke® aard vinden, die een weige ring v«an het verzoek van «een Dultsch staats burger om naar zijn familie terug te keeren z£u bebbén gerechtvaardigd. Daarom heeft zij de bevoegde Duitsche vertegenwoordi gers in het buitenland gemachtigd den kroonprins een pas voor Duitschland uit te reiken.'' gemengd nieuws, Gestrand. m —ft is in de Noordergxonden by ierschelling het klipperschip Luitger- uina, kapitein R. Landstra, «geladen met bal- Ken, bestemd1 voor Deventer, gestrand. De reddingboot Brandaris en de bergingsbooten 1 exel en Hormrif voeren ter assistentie uit Vrouw en kinderen van de® kapitein werden door do Brandaris gered. Het schip is door do bergingsbooten op Terschelling binneng0" bracht. Door het zware stoeten is de Lutger- dina zwaar lek geworden. Een psendo-lnltenant De inspecteur van politie te Zeist heeft een 25-jarigen schilder uit Utrecht aange houden wegens het onbevoegd dragen van do uniform van een1 luitenant der cavalerie en overtreding van die Wapenwet. Een op den pseudo-luitenant «gevonden beleenbriefje van twee nieuwe violen' doet vermoeden, dat d e luitenantsuniform mogelijk voorgenomen oplichting moest vergemakkelijken. Do aan- gehouden© bleek bovendien gesignaleerd te Autobandltlsme. t it Ogden (Kansas), wordt geméld:

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1923 | | pagina 2