T
plaatselijk nieuws
Tweede/Blad.
V/M DONDERDAG 13 flAART 1924.
Te 's-Gra^enliage slaagde voor schip
per op zedA'isachersvaart H. van Peil,
alhier.
Sr. M«. „Heemskerck".
Hr. Ms. Heemskerck, welke oorlogs
bodem den Prins naar Spanje heeft ge
bracht, is thans op weg van Barcelona
naar Pasajes.
Het ligt in ie 'bedoeling, dat de Prins
in die havenphats, aan'de Noordkust van
Spanje, even beoosten San Sebastiaan,
weer aan booid van de Heemskerck zal
gaan ter aanraarding van de terugreis
naar Nederiaid. Het vertrek naar IJmui-
den 'zal den 22sten dezer plaats' hebben.
Vafcchool voor Meisjes.
'Bij de anglfte van leerlingen voor
den cursusln naaien en verstellen is ge
bleken, da* het niet bekend la, dat deze
lessen besemd zijn voor meisjes die de
lagere sctool hebben doorloopen. Hier
door moeten zeer velen, die zich voor
den cunsis hadden opgegeven, teleurge
steld woden.
De ^Mattheus-Passlon".
Of bt onderwerp van de lezing van den
heer At velen heeft afgeschrikt, of dat hier
de algmeene malaise, die ook het bezoek van
ontwfkelings- en ontspanningsavonden als
deze kenmerkt, haar invloed deed gelden,
wetci wij niet; een feit is het, dat de heer
Altihnsdagavond geen volle zaal had.
jfc heer Alt is een goede bekende op de
A.ij;.O.-avonden; zijn populaire lezingen over
oje;a's trokken steeds zeer veel publiek. Dit-
n®/I was door omstandigheden het in het
opiereede raken van de lantaarnplaatjes
i'cnüjk door een toeval de „Mattheus-Pas-
sjh" tot onderwerp gekozen in plaats van,
zbais aanvankelijk de bedoeling was, Meyer-
L'er's romantische opera „de Hugenoten". In
ekeren zin was deze ruil geen goede. Hier-
r.ede is niets ten nadeele van 't meesterwerk
van Johann Sebastian Bach gelzegd, inte
gendeel. In de karakteristiek, die de spreker
zelf van dit werk gaf, ligt de oplossing. Im
mers, de Mtttheus-Passion is een oratorium,
d. w. z. dat 3e verzinnebeelding van de weer
gegeven tooneelen zooais die in de opera
plaats heeft door handeling, decor, enz., hier
achterwege blijft. Hierdoor staat een orato
rium dus >p hooger plan dan een opera, om
dat het aanschouwelijke, het zinnelijke, ele
ment, uitgeschakeld is en het geestelijke, dus
het zuiver muzikale, uitsluitend naar voren
komt.
De her Alt wees er op, dat men een werk
als dit ii de eigen sfeer, dus als kerkgezang,
moet h)oren om van de schoonheid een in
druk te krijgen. En niet alleen dat, maar de
eigen, geest van den toehoorder moet op dit
werk zijn ingesteld. Zoo alleen kan men de
machtige schoonheid ervan ondergaan.
In het kort zette de heer Alt ons uiteen,
wat »en oratorium is: oorspronkelijk geschre
ven, voor de lithurgie der Luthersche gods
dienstoefeningen, werd in den loop der tijden
het oratorium meer en meer geprofaneerd,
en verschillende componisten ontzagen zich
zelfs niet de passiemuziek op operamanier te
componeeren tot groote ergernis van' de ge-
loovigen. Het was toen dat een Lutherscb
predikant zich tot meester Bach wendde, den
cantor der Thomaskerk in Leipzig, en hem
verzocht andere passiemuziek te schrijven,
waaraan het profane karakter zou ontbreken.
Bach had er vel ooren naar en op Goeden
Vrijdag van 'c jaar 1729 werd zijn Mattheus-
Passion voor het eerst te Leipzig uitgevoerd.
De bescheiden meester gaf zich geen moeite
zijn werk elders bekend te maken; alleen te
Leipzig werd zijn werk uitgevoerd, en na zijn
dood in 17&9 werd het vergeten.
Aan den> jongen Mendelssohn Bartholdy
was het gegeven Bach's werk weder aan het
daglicht te brengen. Honderd jaar na de eer
ste opvoering, namelijk in 1829, vond Men>-
delssohi, toen een jonge man van twintig
j8ar, moffelende in de kerkarchieven, het
werk en gaf het aan de wereld terug. Noch
Haych, noch Mozart, noch Beethoven hebben
het cus gekend.
Pe Mattheus-Passion wordt gekarakteri
seerd door twee groote geweldige koren, met
ahonderlijke orgel- en orkestbegeleiding, die
deor het geheele werk optreden. Het werk
beft een bij uitstek kerkelijk cachet doordat
<fe geheele gemeente aan den koorzang deel
neemt, en het mag als het toppunt van protes-
.antsche kerkmuziek worden genoemd. Na-
deelen ervan zijn de langdradigheid van en
kele gedeelten en de verbrokkeling van vele
recitatieven, die daardoor onnatuurlijk klin
ken. Voor de uitvoering stuitte men op groo
te bezwaren ten opzichte van de tempi. Er
geen enkele aanwijzing van den compo
nist zeiven, en verschillende moeilijke pro
blemen deden zich voor. Door lantaarnplaat
jes waarop enkele muzikale motieven waren
gereproduceerd, en door de piano werd dit
veraanschouwelijkt. Het karakter van den
tekst brengt mede, dat de muziek in koraal-
m°et worden gezongen, maar doet mer
d't, dan wordt het tempo zóó Jangzaam, da'1
daardoor de zuiverheid van den koorzang err
stig in gevaar wordt gebracht. Bij de tegej-
woordlge uitvoeringen houdt men zich fcr
wii.e van de muzikaliteit aan het vlugg.re
tempo, hoewel men daardoor de evangeie-
wo3rden geweld aandoet. Daardoor votoet
meestal de uitvoering dan ook niet. Wam eer
de dirigent behalve een goed musicus ook een
godsdienstig man is, die de diepe beteekenis
van het werk en het godsdienstig karakter
ervan doorvoelt, wordt de Mattheus-Passion
een mficht'.ge, aangrijpende passie-prediking.
Na deze inleiding ging de spreker over tot
de wedergave van het werk. De tekst ervan is
ontleend aan Mattheus 26 en 27 naar de Lu
thersche vertaling, en uit den aard der zaak
kon de spr. weinig anders doem dan deze
woorden voorlezen. Zij worden afgewisseld
door koren en solozangen, waarvan wij ver
schillende kregen te hooren.
Zooais wij hebben, medegedeeld^ had me
vrouw Velthuys zich welwillend beschikbaar
gesteld voor de piano-begeleiding, en de heer
Alt zelf speelde daarbij de vioolparty. Enkele
zeer suggestieve gedeelten werden door hem
zelf op de piano vertolkt, waarby de spreker
wees op het illustratieve karakter van Bach's
muziek. Behalve veel mooie lantaarnplaatjes,
waren enkele der meest treffende gedeelten
uit de partituur weergegeven, waardoor men
de muziek dus volgen kon.
Dr. Ketner, die by den aanvang gewezen
had op het bizondere karakter van dezen
avond, en Hie aan mevrouw Velthuyö den tol
der A.G.O.-dankbaarheid in den vorm van
een bloemstuk betaald had, sloot met een
woord van dank de byeenkomst.
27 Maart komt de heer Fock spreken over
Venetië (in „Musis Sacrum").
Laatste Volks- en Marineconcert
Zooals de advertentie in dit nummer aan
geeft, heeft het laatste winterconcert der Staf-
inuziek de volgende week plaats. In afwyking
van de vroegere concerten gaat ditmaal het
Volksconcert aan het abonnementsconcert
vooraf, doordat „Casino" niet op den gewo
nen avond beschikbaar was. Het abonne
mentsconcert heeft dus op den gewonen
avond, Dinsdag, plaats, het Volksconcert op
Maandag a.s., 17 dezer. Ditmaal zal het Dub
bel Mannenkwartet „Inter Nos", onder lei
ding van den heer Leewens, zyne medewer
king verleenen. Dit kwartet zal een zestal
nummers ten gehoore brengen, waaronder
bekende, zooals Orlando di Lasso'9 „Lands-
knechtstöndchen", Oiman's fraaie „Meiliedje"
en het komische „O Pepita" van Mülier.
Het orkest zelf zal vertolken een ouverture
van den Noorschen componist Niels Gade,
een van Haydn'3 bekooriyke symphonieën
(op. 94 g gr. terts, de z.g. symphonie „met
den paukenslag"), een werk van den Rus
Borodin, reeds vroeger hier ter stede uitge
voerd door het Svmnhonie-orkest. Dit mu
ziekstuk, getiteld „Een steppenschets uit
Middel-Azië", schetst den tocht van een kara
vaan, welke door de zandige steppen van
Centraal-Azië trekt en waarvan de deelne
mers hun eigenaardige, weemoedige Slavi
sche wyzen zingen. Het lied der Russen en
dat van de inboorlingen smelt langzamerhand
samen tot eenzelfde melodie, die dan lang
zaam wegsterft in de verte. Met de bekende
„Piet Hein"-rhapsodie van den Nederland-
schen, componist Peter van Anrooy worden
de concerten besloten.
Dit laatste concert heeft nog een bizonder
cachet, omdat het tevens het Laatste concert is,
dat door den kapelmeester, den heer Jb. ter
Hall, zal worden gedirigeerd. WTy hebben
reeds medegedeeld, dat de heer Ter Hall met
1 April den dienst met pensioen gaat ver
laten.
De kaartverkoop vangt aan hedenmiddag
aan de bekende adressen.
Concert Marcelle de Haas Elsa
Nolthenius.
„Populair concert" stond op het program
ma, doch dit was niet geheel juist. Een popu
lair programma was het geenszins, dat de
beide dames ten gehoore brachten. Wel een
interessant programma, van vrywel onbeken
de muziek (behalve dan Locatetli's Sonate).
Niet alles was natuuriyk even belangrijk of
boeiend; de fantasie van Josef Suk had aan-
trekkeiyke gedeelten, doch was over 't geheel
te gerekt, en. het Rondó Cappriceioso van
Saint Saens behoort niet tot diens belang-
rqkst werk. Behalve deze drie nummers ga
ven de beide dames aan het ^ot nog een
drietal kleine: een rondino op een thema van
Beethoven van Fritz Kreisler, een interes'
santé „hymne an soleil" van A. Eemsky Ko-
sakowKreisler en een geestij „capricio"
van den Engelschman Elgar.
In al deze nummers toonde Mejuffr. De
Haas zich de ras-violiste; zy Ia, sedert wy
haar het laatst hoorden, enorm vooruitgegaan
in diepte en innigheid en bezij zich tot een
soliste van beteekenis te ontwikkelen. Haar
zeer groote muzikaliteit gaat gepaard1 met een
krachtige persoonlykheid', een heftig .tempe
rament, en zy is zeer zeker i»mand van be
teekenis.
Elsa Nolthenius heeft als pianiste een goe
den naam; zy trad hier voor de eerste maal
op en heeft, gelooven wy, de parten stormen
derhand gewonnen, (er waren niet veel harten
helaasl op dezen kouden.arondl). Met een
viertal oude Italiaansche daisen, als suite be
werkt door O. Respighi, debuteerde zy. Die
oude Italiaansche wysjes ïvaren zeer bekoor
lyk en de pianiste droeg r.e met distinctie en
smaak voor. Na de pauze vertolkte zy een
tweetal Spanjaarden: E, Granados en I. Ab-
beniz (het kunnen ook Portugeezen zyn ge
weest); vooral het laatkte Il»Puerto was een
in-teressart nummer.
Resumeerend was het een interessante
avond, de een aangenamen indruk heeft ach
tergelaten. In weerwil van het feit, dat slechts
een gfring aantal bezoekers dit concert by-
woom'e, was de atmosfeer in de zaai hartelyk
en vfirm (dit laatste in overdrachtelyken zin
alst«blieft, want we zaten te rillen van de
koi). De beide concertgeefsters kregen bloe-
mm, maar de verschillende leerlingetjes van
ntejuffrouw De Haas slaagden er in haar na
genoeg onder de bloemen te begraven, ze
.verderi by bosjes tegeiyk aangebracht. Ver
diend had ze 't, d'at is zeker.
Wy hopen- nu maar, dat de beide dames
een volgend, winter terugkomen. Misschien
is dan het financieele resultaat wat beter.
De firma Goldschmeding had, als steeds,
haar vleugel weder belangeloos ter'beschik
king gesteld. Het was tydens de uitvoering
verre van stfl in de zaal; het is ongeloofiyk
hoeveel menschen by een andante in pianis
simo plotseling de zaal in of uit moeten.
Stoomloodsvaartulg 16.
Hedenmorgen zal het Stoomloodsvaartuig
16, dat op '8 Rykswerf alhier is gebouwd, en
in het najaar van 191» van stapel is geloopen,
alhier op de reede proefstoomen.
Centraal Genootschap voor Kinder
herstelling»- en VacantiekoJonles.
Door den verificateur der gemeente, den
heer De Koster, is aan het bestuur van bo
vengenoemde vereeniging bericht, dat de
door hem in opdracht van de vergadering van
6 dezer geverifieerde rekening en verant
woording accoord is bevonden, van wplk feit
ambteiyk aan Burgemeester en Wethouders
mededeeling is gedaan.
De penningmeesteresse is dus ten opzichte
van haar beheer ten volle gedechargeerd.
Lezing Protestantenbond.
Wy vestigen de aandacht op de adver
tentie van de afdeellng Helder van den Ned.
Protestantenbond, waarin eene lezing wordt
aangekondigd van Ds. W. A. F. van Dyk op
Vrijdag 14 dezer in de Nieuwe Kerk, en
waarby een drietal stadgenooten hun mede
werking op muzikaal gebied verleenen.
Dnlnbrandje.
Zondag ontstond, door nog onopgehelderde
oorzaak, brand in de duinen. Het vuur smeul
de krachtig door de heidestruiken en de door
nen en zou tot grooten omvang zich hebben
uitgebreid zoo niet, toevalligerwyze, de'brand
was opgemerkt door een troep padvinders,
die daar hun duinoefeningen hielden.
Mét vereende krachten^ aangevuurd door
hun padvinderiyke opleiding nu ze inderdaad
flink padvinderswerk konden verrichten, wis
ten ze, door het vullen met zand van hun
hoedpn en jassen en dat zand daarna uit te
storten over de brandende massa het vuur te
beteugelen.
Het mag inderdaad een geluk heeten, dat
de jongelui daar aanwezig waren, want anders
zou.de brand over een groot gedeelte het
duingewas hebben vernietigd.
Een woord van hulde aan deze doortastende
jongens!
Openbare Leeszaal en Bibliotheek.
In de maand Februari werd de leeszaal
bezocht door 1267 mannen en 168 vrou
wen-, totaal 1485 personen.
Uitgeleend werden 661 studie boeken,
2577 romans en 2868 kinderboeken, totaal
6596 banden.
Aangeschaft werden de navolgende
werken:
Amory: Iets over muziekonderwysv.
Bruggen: Avonttiurtjes; den- Duik: De
logismografie; idem: 'De kameralistische
boekhouding; idem: De constante boek
houding; v. GoghKaulbach: Op den
drempel vol geheim; Rider Haggard:
„Ayesha"; idem: „Zij"; Hille—Gaerthé:
Stille wegen; Horreus de Haas: Gods
dienst en socialisme- Mooy: Schakeerin
gen: Papke: Het liebt komt; Rönne: En
de Noordzee bruisclit; Schut: Stoom en
electriciteit als sociale kracht; Wells: Het
geld van Robinson Cru9oe; Wils: De sie
rende elementen van de bouwkunst.
Ten geschenke ontvangen:
Boom: Handl. t. d. kennis van het tuig
en het op- en aftuigen der oorlogssche
pen; Insider: Het konfllct in de Twent-
sche textielindustrie; Nederlanders over
plaatseiyke keuze in Amerika; Eindelooze
styging, een beschouwing over eenige
hoofdstukken der staatsbegrootin-g. Ver
slag der gezondheidscommissie over het
jaar 1928.
Uit het Politle-rapport.
Een bewoner van de Brouwerstraat
deed aangifte, dat in het einde der vorige
week een hem toebehoorende in het
Marsdiep staande haringkamer is weg
geslagen.
Bekeurd werden een jongen- ter zake
het rijden aan de linkerzyde van den weg
en een jongen wegens rijden zonder licht,
Maandagmiddag werden nog eén
zestal personen bekeurd ter zake bet be-
ryden van de voetstraat of trottoir.
Dinsdagavond te ruim 8 uur werd
by den. Watertoren bekeurd een jongen
terzake het ryden zonder licht en -het niet
op vordering van zyn rijwiel afstappen.
Dinsdagmiddag werden weer een
4-tal personen bekeurd wegens links
ryden.
Dinsdagmiddag te ruim 2 uur kreeg
een 14-jarige jongen, die per rijwiel langs
de Hoofdgracht reed, plotseliijg een dui
zeling en viel neer met -het hoofd tegen
een boom. De gevallene bleef liggen. De
politie verleende eerste hulp, waarby
bleek, dat hy niets gebroken had. De jon
gen Werd in -een huis aan de Hoofdgracht
binnengedragen, waarna dr. G. Bakker
na onderzoek vervoer naar zyn woning
door een der inmiddels ontboden huisge-
nooten toestond.
Maandagavond omstreeks 11 uur moest
de politie in de Harteeteeg optreden
tegen een vrouw, die in kenneiyken staat
van dronkenschap de orde verstoorde en
hevig tegen haar man te keer ging. Een
viertal kinderen van dit echtpaar bleken
ook nog op straat rond te loopen. De po
litie wist het huisgezin tot de orde te
roepen.
DE REGELS VAN DEN WEG.
Algemeen.
„Doet wat gy doen moet, goed en tijdig
En maakt een ander nimmer nydig."
A. N. W. B.
Rechts houden.
„Rijdt steeds rechts op straat en wegen,
Voor 't verkeer is dit een zegen."
A.. N. W. B.
W^sbbbww.I-
GEMEENTERAAD.
Schoohreldregeling.
In de Raadsvergadering van 18 December
j.1. werd o. a. vastgesteld de Verordening tot
heffing van schoolgelden voor het gewoon
lager onderwys, voor het uitgebreid lager on-
derwys en voor het openbaar vervolgonder-
wye.
Volgens art. 4 dezer Verordening zou, In-
dien'de belastbare som 1000 of minder be
droeg, geen schoolgeld verschuldigd zyn.
Naar bet oordeel van Z. E. den- Min. van
BLnnenlandsche Zaken en Landbouw behoort
de heffing van het schoolgeld1 aan te vangen
by een belastbaar inkomen van 800, waar
om in overweging wordt gegeven het in bo
venaangehaald artikel opgenomen tarief, als
mede de daarin voorkomende bepaling, dat,
Indien de belastbare som ƒ1000 of minder
bedraagt, geen schoolgeld verschuldigd is, te
wy'zigen.
B. en W. ineenen echter aan deze gemaak
te bedenkingen vooralsnog niet tegemoet te
moeten komen. Waar in de thans vigeerende
Verordening de heffing van schoolgeld ook
eerst aanvangt by een belastbaar inkomen
van 1000 en naar de meening van B. en W,
de levensstandaard thans niet lager is dan by
het vaststellen dier Verordening, acht het
College geen termen aanwezig een wyziging
in den door den Minister aangegeven zin
voor te stellen. Het zou bovendien bezwaar-
lyk zijn thans de Verordening nog 1 Sept.
1923 in werking te laten treden. In verband
hiermede lijkt het B. en W. het meest ge-
wenscht de nieuwe Verordening voorloopig
in te trekken. De thans geldende Verorde
ning zal dan toepassing blijven vinden.
B. en W. zeggen nog te eerder tot dit voor
stel te komen, omdat omtrent de bepalingen,
die' in de Verordening toelaatbaar worden ge
acht, geen vaste regel schynt te bestaan. By
het door hen gedane voorstel tot wyziging
der Verordening toch werd, in verband met
uitlatingen van den Minister, er op gewezen,
d'at de wet nóch een degressie overeenkom
stig de bepalingen in de thans vigeerende
Verordening, nóch eene in verband met het
totaal aantal kinderen van elk gezin meer toe
laat.
Niettegenstaande deze uitlatingen Is toch
onlangs goedgekeurd de Verordening eener
gemeente, waar hij de bepaling van het bedrag
van het schoolgeld mot de talrijkheid van het
gezin rekening is gehouden, terwyi in een
andere gemeente, juist op grond van deze be
paling, de Verordening niet werd goedge
keurd;,
In verband1 met het vorenstaande stellen
B. en W. voor niet aan de door Z. E. den
Minister v. Binnenlandsehe Zaken en Land
bouw gemaakte bedenkingen tegemoet te ko
men, doch de Verordening tot heffing'en
invordering van schoolgelden, zooals die is
vastgesteld in de Raadsvergadering van 18
December 1923, voorloopig in te trekken.
B. en W. vestigen er nog de aandacht op,
dat de wet geen termyn noemt binnen welken
de schoolgeldverordeningen met c!e by de wet
van 19 Februari 1923, St.bl. No. 38, in de
L.O.wet 1920 gebrachte wyzigingen in over
eenstemming moeten worden gebracht.
Wachtgeldregeling.
Ingevolge het bepaalde by art. 36 A. R. en
art. 37 W. R. wordt een ambtenaar of werk
man in vasten dienst, die wegens opheffing
van de betrekking ontslagen wordt, op wacht
geld gesteld volgens nader voor elk by zond er
geval of voor elke groep van byzondere ge-
vallei^door den Raad te stellen regelen, tenzy
de betrolakene by de opheffing aanspraak
maakt op het hoogste pensioen, dat ingevolge
de Pensioenwet voor de gemeejite-am-btena-
reni 1913 kan worden verleend
Afgezien van het feit, dat voor de evenge-
noemde Pensioenwet ten opzichte dezer ma
terie is in de eerste plaats gekomen de Pen
sioenwet 1922, brengt de aangehaalde bepa
ling mede, dat de gemeente, die ingevoige de
wet veelal alle pensioensbydragen- heeft be
taald, het volle wachtgeld voor hare rekening
krygt, omdat art. 67, le lid- der Pensioenwet
1922 zegt, dat bet pensioen- tydens den duur
van het wachtgeld wordt verminderd met- het
bedrag daarvan. Het Algemeen Burgeriyk
Pensioenfonds profiteert alzoo van de vrij
gevigheid van de gemeente, die eerst de pre
mie voor hot pensioen in dat fonds stortte en
daarna het fonds ontlast van een deel van het
te betalen pensioensbedTag of wel van dat
geheele bedrag. Stel b.v„ dat van een ambte
naar met 15 dienstjaren en 2000 jaarwedde
de betrekking wordt opgeheven en dat de ge
meente hem 800 wachtgeld geeft, dan zal
-het pensioenfonds in het geheel niets aan
pensioen hebben te (betalen (immers het
fonds behoudt het geheele pensioensbedrag
van 600 per jaar), terwyi de gemeente ge
durende 15 jaren- de pensioensbydrage be
taalde en nu nog de* volle 800 's jaars voor
hare rekennig krijgt- Wordt b.v. voor den
zelfden ambtenaar het wachtgeld op 400 be
paald, dan zal hy toch niet meer dan de even-
bedoelde ƒ600 aan pensioen krygen, doch
betaalt het pensioenfonds daarvan slechts
ƒ200, terwyi de gemeente behalve de pen
sioensbijdrage de volle 400 voor hare reke
ning krijgt.
Hoe in alle eventueel voorkomende gevallen
aan deze onbiliykheid is te ontkomen, hetzy
geheel, hetzy gedeelteiyk, is niet ln een alge-
meene bepaling op te nemen, omdat de ge
vallen zoozeer uit- elkaar loopen. -B. eni W.
hebben daarom getracht een regeling te ma
ken, die voor de gemeentekas zooveel moge-
iyk de nadeelen, welke -uit de thans bestaande
bepalingen voortvloeien, opheft, terwyi toch
verplichtend wordt voorgeschreven, dat met
de belangen van den betrokkene rekening
wordt gehouden. In elk byzonder geval -kan
dan overwogen worden, wat het meest ver
kieselijk is. i
Na de Commissies voor Ambtenaars- en
Werkliedenaangelegenbeden hierover te heb
ben geboord!, geven jB. en- (W. den Raad in
overweging art. 36 A. R., resp. art. 87 W. R.
te vervangen door het volgende:
„In het geval bedoeld in art. 24 (25), ten
tweede, sub b, wordt omtrent den ambtenaar
(werkman) door den Gemeenteraad1 beslist op
welke wyze en in welke mate hy ter zake van
zyn ontslag financieel schadeloos zal worden
gesteld.
„By het nemen van een beslissing als be
doeld ln het eerste lid van dit artikel, houdt de
Gemeenteraad speciaal rekening met de be
langen van den betrokken ambtenaar (werk
man), zooals die volgens de vroeger geldend*
bepalingen waren geregeld."
N.V. Texel Eigen Stoomboot-Onderneming
Wimterdienat ingegaan 1 October 1928.
Dagelijks:
Vertrek Texel': 8.— u. v.m, DL— hl vjm.,
2.80 n.m.
Vertrek Helder: 9.80 u. v.m., 12.— u. mRM,
4.15 u. n.m.
Alleen des Maandags:
Vertrek Texel: fl u. v.m.
Btftfior: u. vm
0223*
=S2-r
—"Wethouder Grunwaió is verhinderd
hedenmiddag zijn g wene spreekuur te hou
den.
Achter het net gevlscht.
Verkeersovertredingen.
Ongeval.
Ordeverstoring.
MARINEPERSONEEL.
Het Hoofdbestuur van het „C.AM.B.O." ver
zoekt ons plaatsing van het volgende:
Aangezien het Rijkspersoneel waaronder
de militairen van land- en zeemacht -weder
om voor een loonsverlaging staat o«n voor een
groot deel het tekort op de Staatsbegrooting
sluitend te helpen maken, is het niet ondienstig-
het puibliek in te lichten omtrent de reeds sedert
korten tijd aan het Marinepersoneel opgelegde
verslechteringen.
Daaruit kan slechts geconcludeerd worden,
dat dat gedeelte van het personeel van den
Nederlandschen Staat reeds veel tot de bezuini
ging op de uitgaven der Staatsbegrooting heeft
bijgedragen en de loonen van het Marineperso
neel sedert hunne vaststelling I Januari 1930
in evenredigheid in meerdere mate zijn ver
laagd dan de levensstandaard gedaald is en dus
eene korting op het salaris als de door de Re
geering voorgenomene, dat personeel wederom
in armoede terugbrengt.
De bedoelde verslechtin-gen, waarvan even
eens den leden van de Tweede Kamer der Sta-
ten-Generaal werd kennisgegeven, zijn:
ie. Korting van het salaris per 1 Juli 1922
met 5 procent, opgelegd bij de invoeri-ng van de
militaire weduwenwett 1922. Het geheele perso
neel van hoog tot laag bij de Zeemacht voelt
deze korting als onrechtmatig.
ae. Korting van het aalaris per 1 Januari '23
met 81/» procent wegens heffing van premie
voor Eigen- en W.- en W.-pensioenen.
3e. Intrekking van de bepalingen betreffende
het minimum lóón aan gehuwden.
4e. Verlaging van het salaris van het perso
neel beneden den 21-jarigen leeftijd van 100
tot 300 per jaar.
5«. Verlaging van het aalaris van het jeugdig
en in opleiding zijnde personeel met 100 tot
150 per jaar.
6e. Intrekking van de gratificaties bij toe
kenning van medailles voor eerlijken en trou
wen dienst, n.1.:
voor de groote gouden medaille 100;
voor de kleine gouden medaille 50;
voor de zilveren medaille 25;
Toor de bronzen medaille 10;
7*. Verlaging van reëngagementspremiën en
terugbetaling van deze premiën over het
nog loopende dienstverband by bevordering tot
sergeant.
8e. Verlaging van de gratificatiën bij dienst
ver! aten -wegens afkeuring indien zulks ge
schiedt zonder toepassing van de pensioenwet.
9e. Intrekking (behoudens uitzonderingen)
van de gunstige bepalingen betreffende het rei
zen per spoor tegen verminderd tarief.
10e. Verslechtering van de gelegenheid om in
verband met den woningnood middels vrij ver
voer het gezin waartoe de militair behoort te
bezoeken (voorheen was zulks 1 ma-al per week,
thans 2 maal per maand).
ne. Verlaging van de verblijfkosten bij
dienstreizen van 0.32 en 0.40 resp. voor een
dag- en een nachtuur in ƒ0.21 en ƒ.0.48 voor de
4e klasse en 0.27 en 0.34 resp. voor een dag
en een nachtuur in ƒ0.16 en 0.42 voor de se
klasse van het Reisbesluit 1916.
12e. Verlaging van de vergoeding voor pen
sionkosten bij verhuizen.
13e. Verlaging van de toelage bij tijdelijke
plaatsing aan den wal of detacheering buiten de
standplaats langer dan 30 dagen.
14e. Verslechtering van de bevorderingskan-
sen.
15e. Vervanging van de ver-huiskostenrege-
ling door een regeling verplaatsingskosten, wel
ke nadeeliger is voor het personeel, waarbii
bovendien een gunstige bepaling, speciaal
voor het Marinepersoneel geldende, en inhou
dende, dat verhuizen van het gezin vóór vertrek
naar Indië van het gezinshoofd op Rijkskosten
mogelijk was, werd ingetrokken.
16e. Verslechtering van de Pensioenwet,
waarbfj voor het Marinepersoneel beneden den
rang van officier bovendien de toelage voor
verblijf binnen de keerkringen voor het grootste
deel kwam te vervallen en de pensioengerech
tigde leeftijd met vijf (soms tien) jaren werd
verschoven.
17e. Verlenging van den werktijd voor aan
den wal geplaatste groepen van het personeel.
18e. Verlenging van het periodiek verblijf in
de tropen van twee op drie jaar voor hen, die
daarheen voor de eerste maal worden gezonden.
19e. Verslechtering van de voeding. De hier
door vrijgekomen gelden competeeren boven
dien het personeel, omdat de waarde van de ver
strekte voeding van de bezoldiging, geldende
voOr het personeel aan wal geplaatst, is afge
trokken om tot het bedrag van boordbezoldl-
ging te geraken. Aan boord geniet men dus npe-
din-g, die door het personeel zelve wordt -be
taald, weshalve verslechtering in die voeding
gaat ten koste van het personeel zelve.
20e. Verslechtering (voor de 2e maal, zie
11e.) van de verblijfkosten bij dienstreizen van
0.21'en 0.48 resp. voor een dag- en een nacht
uur in O.19 en ƒ0.40 voor de 4e klasse en ƒ0.16
en 0.35 voor de 5e klasse van het Reisbesluit
1916.
aie. Vermindering van de uitkeering bij
overlijden Toorspronkelijk was dit 3 maanden
salaris bij plaatsing aan d-en wal zonder vrije
woning) thans is dit zes weken.
De onder 2e, 3«, 4e. 6e, ne, 15e, 16e, 17e, 20e
en 21e genoemde maatregelen golden eveneens
voor het burgerlijk overheidspersoneel, hoewel
bij de onder 15e en 16e genoemde maatregelen
de militairen der Zeemacht in bijzondere
dus erger wijze werden getroffen. Boven
dien zijn de overige maatregelen slechts op heit
marinepersoneel van toepassing, waarbij bij en
kelen de mate van rigorositeit moet worden be
paald naar de positie, waarin dit personeel leeft.
Als men b.v. door periodiek verblijf in de tro
pen en het buitenland veel van het gezinsleven
moet missen, daarbij een dubbel huishouden te
zijnen laste -heeft, men dan bij een plaatsing in
het binnenland slechts eenmaal in de veer
tien dagen soms drie weken met permissie kan
op een vrijvervoerbiljet, dan mag hier toch 'ze
ker wel van een bijzondere positie gesproken
worden. Men kan toch ook moeilijk zeggen dat
n a toepassing van alle bovenstaande maatrege
len de salarissen van het personeel beneden den
rnng van officier er nog op gebaseerd zijn om
elke week een tamelijk verre reis, met al wat
daar aan onkosten nog bijkomt, te kunnen be
kostigen.
De positie van het marinepersoneel Is een
eigenaardige en dure. Daarom ook is het absurd
dat die positie telkens ^zoodanig moet worden
verslechterd, dat voor levensonderhoud in dat
bijzondere leven noodig, een groot tekort aan
wezig is.