GEMENGD NIEUWS
Nogmaals moet ik U om eenige plaats
ruimte verzoeken, mijnheer de Redacteur,
naar aanleiding van het laatste artikel van 44-
Deze inzender doet in zijn eerste, artikel
voorkomen, alsof men te Helder iets abnor
maals wil en zegt dan: Laat men in Neder
land) eens een plaats aanwijzen, waar het is,
zooals men te Helder wenscht.
Welnu, behalve Helder heb ik 4 steden
aangewezen, waar het ook zoo is en daarover
zwijgt nu fhaar.
Voorts heb ik de reden aangegeven, waar
om men te Helder moet blijven aandringen
op vrije specialistenkeuze en wel, omdat er
te Helder naast het Gemeenteziekenhuis geen
andere ziekeninrichting bestaat en men in
Nederland het beginsel huldigt, dat men in
zoo'n geval wel het recht moet hebben van
vrije keuze.
Daarop gaat 44 ook niet in.
Uit de Handelingen der Tweede Kamer
blijkt echter volkomen, dat de Minister van
Marine datzelfde beginsel huldigt, aangezien
deze heeft gezegd: ,,/k ben bereid toe te
staan, zoolang er geen ander ziekenhuis te
Helder is, en dus eigenlijk klassepatiënten
genoodzaakt zouden zijn, zich door een mili
tairen specialist te laten behandelen, Inplaats
van door een particulieren specialist, dat ge
durende dien tM, ook de particuliere special
list in het Marinehospitaal wordt toegelaten."
Hierop kwam mijn betoog neer, dat dus
door 44 in geen enkel opzicht weerlegd is,
maar waarmede de Minister het blijkbaar
volkomen eens is.
Wat 44 wel doet, is nieuwe dingen naar
voren brengen, nl de gevolgen van persoon
lijke voorkeur van patiënten.
Maar 44. dat heeft met het huidige zieken-
huisvraagstuk niets te maken, dat is iet9 wat
altijd en overal bestaan heeft en wat altijd
en overal zal blijven bestaan.
Als men vrije geneeskundige behandeling
kan krijgen van een Marinedokter,
men gaat liever tegen betaling naar een an
deren dokter, of omgekeerd, dan moet men
dat toch zelf weten. Dat is een kwestie van
vertrouwen, dat men in een geneesheer stelt
en die kwestie komt in nog grooter mate
naar voren bij behandeling door een specia
list. U zult toch moeten toegeven, dat men
zich bij een moeilijke operatie met veel meer
gerustheid zal laten behandelen door een
chirurg, waarin men volkomen vertrouwen
stelt, dan door een chirurg, die men maar
half vertrouwt. Al zijn 'beide chirurgen even
bekwaam en volkomen voor hun taak bere
kend, toch zal er altijd voorkeur bestaan,
hij den een voor dezen, 'bij den ander voor
genen. En daarom moet er vrijheid van
keuze blijven bestaan. Bovendien treft men
onder de chirurgen tegenwoordig ook weer
specialisten aan, die zich op bepaalde opera
tieve gevallen toeleggen.
Mij was niet bekend, dat de tegenwoordige
Marinechirurg juist gynaecoloog was. Daar
om neem ik die bew ring gaarne terug. Maar
de mogelijkheid blijft toch altijd bestaan, dat
zich te Helder een specialist wil vestigen, od
een oogenblik dat aan het Hospitaal een der
gelijke specialist niet aanwezig is en in zoo'n
geval zouden wy te Helder op het gebied
van die medische hulp verstoken blijven
lislon uit8lul,ting van andere specia
listen. Maar wat heeft dat met een
misch beheer te maken? Een particulier
karTÏÏh hWdhGemeente niets. Die
tigen V°°r eigen rekenlng ves-
een men! zullen kunnen maken van
een grooter aantal specialisten, dan tot nog
voorX8! M88' VoUcomen waar. Maar dat
voordeel bereikt men toch niet door uitslui
ting van andere specialisten? Integendeel
door deze wel toe te laten kr^t men n^g
Voor de grap.
Twee mijn-employé's van 2S3.M0 francs
beroofd.
Stoomketel gebarsten.
Winkeldiefstal te New-York.
Op straat geopereerd.
heTvfrK v^6n Chelfca C™**) ls
houden geruimen tyd opge-
Dat verkoop meer rompslomp geeft dan
uitgifte, ben ik niet direct met den vier-
star-schrijver eens. Men oordeele. Voor
de uitgifte in erfpacht is noodigaan
vraag van den erfpachter, raadsbesluit
tot uitgifte, goedkeuring door Gedepu
teerden, afschrift raadsbesluit met cor
respondentie, schetskaart, erfpachtsakte,
splitsing akte, dubbele stellen afschriften,
verklaringen van hypotheekhouders, con
traverklaringen van de Gemeente, assur-
rantie verklaringen, kwitanties, corres
pondentie.
Voor verkoop zal noodig zijn een globale
berekening van den kostprijs en vast
stelling daarvan door deskundigen, raaös
besluit tot verkoop, afschrift daarvan en
verkoop acte, voilé tout I
Ten besluite wil ik nog even antwoor
den op de meermalen herhaalde vraag
waarom men de laatste jaren bijna uit
sluitend op erfpachtsgrond heeft gebouwd
en niet op vrijen grond. De Gemeente
heeft zich beijverd zooveel bouwrijpen
grond op te koopen als maar mogelijk
was en toen zij, als een groot kapitalist
op de handelsmarkt, wist, dat zij ongeveer
overal beslag op gelegd had, berekende
zij, heel pienterdat nu de bouwers haar
wel noodig zouden hebben, hetgeen dan
ook is geschied. En als de vierstar-schrij-
ver doelt op stukken grond aan den
Polderweg, die men evengoed had kunnen
koopen, .dan vermoed ik, dat hij grond
bedoelt, die reeds lang door eene groote
stichting is in beslag genomen, zoodat
daar niet meer te verkavelen valt.
Doch mag er hier en daar al wat par
ticuliere grond voorbij gegaan zijn, dan
zal dit wel zijn oorzaak vinden in den
hoogen prijs, dien de grondeigenaar stelt,
die gemakkelijk kleine stukken vast kan
houden, welk speculatief doel de Ge
meente nooit mag hebben.
Met dank voor de plaatsing.
Driestar.
Wij verw zen naar de verbeterde
lezing van de betrokken voordracht van
B. en W., zooals die in het vorig nr. is
afgedrukt. Hieruit blijkt, dat door B. en
W. alleen wordt voorgesteld om naast
uitgifte in erfpacht ook ver
koop toe te staan.
Redactie Held. Crt.
Mijnheer de Redacteur,
Gaarne wensch ik nog eens van uw gast
vrijheid gebruik te maken ter beantwoor
ding van het ingezondene van den heer
van Teeckelenburg, die het blijkbaar op
vele punten niet met mij eens is, doch zich
vergaloppeert door mij zaken en dingen in
mijn schoenen té schuiven, welke onwaar
zijn, doch ik verwacht, dat niet alle lezers
met open oogen en gesloten hersens lezen.
Wat U, mijnheer Teeckelenburg, schrijft
over dien inzender G. en H.H. .winkeliers,
kan ik U niet beantwoorden en geef ik
daarom in overweging hen zelf die vra
gen ter beantwoording te stellen. Waar
is echter door mij in mijn ingezonden
schrijven, geschreven dat ik de ambtena
ren en werklieden zou willen laten zorg
dragen, dat de gewenschte belastingver
laging er komt; zou U diergelijke bewerin
gen niet achterwege laten, omdat dit in
mijn verweer niet is genoemd. Mijnheer
Teeckelenburg schrijft, alle georganiseer-
den, van modern tot ultramodern wen-
schen, willen en1 zoeken overleg (ook knap
gezegd) doch mag ik het geheugen van
mijnheer Teeckelenburg dan even opfris-
schen voor het navolgende: per Novem
ber 1922 is door het bestuur der A. B. v.
B. een uitnoodiging gestuurd o.a. ook aan
den Helderschen Bestuurdersbond!, om na
bespreking te komen tot slechts één punt
van actie elL „Verlaging der Gemeente
Begrooting", waarop het navolgend ant
woord inkwam: „Ten 'aanzien van Uw
„schrijven ö.d. 15 November j.1. deelen wij
„U mede, dat deze zaak niet tot onze com
petentie behoort Zooals Uw bestuur kan
„weten behandelen wij alleen zaken niet
„tot de politiek behoorende en uitsluitend
„economische. Wij achten derhalve dé po-
„litieke volkspartij als het aangewezen li-
„chaam die ons inziens, deze materie wel
„tot oplossing zal weten te brengen."
w.g.t. Namens het bestuur,
J. W. v. Teeckelenburg.
Kijk mijnheer Teeckelenburg nu komt
mijn stommiteit en Uw zoeken in een an
der daglicht, zie hier mijnheer de Redac
teur, de feiten en zie hier mijnheer Tee
ckelenburg uw dlemiocrailiisch standpunt,
ook komt Uw democratisch of oer-conser-
vatief standpunt naar voren bij de beschou
wing over de houding in zake de arme
misleide winkeliers. Of is het zoo'n won
der dat g.n. minder physiekkrachtige,
even als onder het regime van de russi-
sche tsaristische knoet, onder bedreiging
met broodroof naar het Raadhuis werden
gejaagd, om een tegenadres aan te bieden
op het door hen geteekende document
(welks Inhoud mij onbekend is). Ik kan mij
levendig voorstellen, dat zij het aangebo
den motief „vergeef ons, wij wisten niet
wat wij deden" gretig aannamen, doch
het Is in Uw oogen waarschijnlijk kauf-
mfininisch. De dompers behoeven Immers
niet te denken en spreken alleen over het
weer van gister en wat morgen waar
schijnlijk komt, niet waar, mijnheer Tee
ckelenburg?
Verder laat U de lezers weten dat be
sloten is, niet te boyoobten, doch vertelt
U mij dan ook eens hoe U het dan rijmt
met een aan mij gezonden schrijven van
een van de bovenstaande organisatle's,
luidende: „op onze laatste Hoofdbestuurs
vergadering werd het besluit genomen,
U van verdere leverantie aan ons uit te
„sluiten. Een zelfde houding zal ook aan-
„genomen worden tegenover die winke
liers enz." verder commentaar Is overbo
dig. Doch gelukkig zijn wij het over een
punt roerend eens, mijnheer Teeckelen-
bu rg en ondergeteekende wenschen niet
gevild te worden, dus is er tóbh een aan-
knoopingspunt om tot elkaar te komen.
Op uw vraag om u de larie der alge-
meene verarming aan te toonen, verwijs
Ik U naar de volgende statistische gege
vens en de daarop betrekking hebbende
beschouwingen o.a. ontleend aan het arti
kel „Naar de Ruïne", voorkomende In de
„Telegraaf van Woensdag 2 April j.1.,
waaraan ik ook een groot deel' van de ar
gumenten in het vorig stuk ontleende,
en waarmede ik geheel instemde.
Belastbaar
vermogen
Schuld aan RQk,
Prov. en Gem,
f 1.716.02a
3.218.524
3.912.271
4 296731
4.407.972.
Schuld in
0/0 belast
baar ver
mogen
22.8
25.8
28.8
32.8
35-8
1914/15 f 7-53I.SS2
1919/20 12.467.875
1920/21 13-589-489
1921/22 13.284.184
1922/23 12.323.831
Jammer genoeg reiken de beschikbare
statistische gegevens niet verder, terwijl
deze sedert dien ongetwijfeld verder ge
stegen zijn. Terwijl zeker is d'at het onder
de- vermogensbelasting vallende nationale
vermogen sedert Mei 1922 verder vermin
derde eni de druk der overheidsschuld
door haar tegengestelde beweging met
dien van het belastbare vermogen, een
steeds grooter percentage van dit laatste
is gaan uitmaken.
De ernst van den toestandi blijkt even
eens, wanneer men onder de inkomsten
belasting vallende Inkomens in vergelij
king brengt met de totale belastingen, die
door Rijk, Provincie en Gemeente gehe
ven worden (ook in duizendtallen guldens)
Belastbaar
Geheven
inkomea
belasting
pcL
1915/16
f 1.236.353
f 266.287
21-5
1919/20
2 431914
783780
32.2
1920/21
3.638.922
„1.010.584
27.8
1921/22
4291-744
932.62a
21-7
Ook hier moet bij gebrek aan verdere ge
gevens ten aanzien van het laatst jaar uit
gegaan worden van de veronderstelling,
dat de belastingontvangsten zich op het
peil van 1920 hebben gehandhaafd. Het
blijkt dan, dat dn die laatste jaren de be
lastingdruk stijgen kon tot ca. een derde
der belastbare inkomens.
Eerst de laatste tijd bracht eenige ver
lichting door het geleidelijk wegvallen
der aan oorlogswinstbelasting op te bren
gen bedragen, waaraan gepaard ging een
aan hoogconjunctuur 1919—1920 te dan
ken stijging der inkomens. De oorlogs-
winstbelasting heeft thans uitgewerkt,
doch daartegenover staat, dat het belast
bare inkomen in de jaren 19221923 ge
voelig moet zijn terug géloopen, de be
lastingopbrengst vermoedelijk in de zelf
de mate, zoodat de belastingdruk procen
tueel wel zal zijn gelijk gebleven.
De daling der belastingopbrengsten ten
onzent, die zooals gezegd vermoedelijk
gelijken tred houdt met de vermindering
der inkomsten in- de depressiejaren betee-
kent als zoodanig niet een vermindering
van de bedragen, die de overheidsorganen
naar zich toetrekken. Integendeel, hare
werking bepaalt er zich hoofdzakelijk toe
reusachtige tekorten te doen ontstaan,
.die met opvoering der vlottende- en an
dere schulden worden gefinaneieerd, of
waarvoor men reserves uit de jaren der
hoogconjunctuur aanspreekt. Vandaar dat
het schuldvormingsproces onzer over
heidsorganen blijft door gaan, ook al da
len volksvermogen en inkomen, alsmede
de belastingopbrengsten nog zoo zeer.
Voorloopig heeft alleen het Rijk de eer
ste bescheiden stappen gezet op den weg.
die ons alles afbrekend overheidsbeleid
voeren moet tot een economisch, dat geen
waarachtige volksbelangen schaadt, doch
alle improductieve uitgaven onbarmhar
tig schrapt. Veed hoop, dat het tot een ge-
wenscht resultaat komen zal, koesteren wij
niet, principieel verkeerd althans is het dat
imstede van krachtig het mes in de uit
gaven te zetten, de indirecte belastingen
weer met 40 millioen verhoogd moeten
worden. Zoo komen wij nooit tot een ge
zonde financieele en economische verhou
ding, ook daarom is de larie die mijn ge
achte tegenstander constateert geen
praatje, echter is het goed gezien dat han-
deldrijvenden geen belang kunnen heb
ben bij een algemeene loonsverlaging der
arbeidende klassen,, zoowel particulieren
als in overheidsdienst, doch hebben de ar
beidende klassen alle belangen bij een
goed functioneerende handel en industrie
en is overeenkomst van groepsbelangen
gewenscht en moeten wij ons stap voor
stap rekenschap geven van onze tactiek,
Er is welhaast geen moeilijker onder
werp dan „belasting" van ons belasting
stelsel qua systeem en wij geven onmid
dellijk toe, dat de tijd er eigenlijk aller
minst rijp voor is, al hoewel elk individu
er dringend om vraagt en b.v. verschil
lende Kamers van Koophandel er in de
laatste jaren een ernstige studie van ma
ken, zoo zelfs dat eerlang uit verschillen
de hoeken des lands wel eens zeer gedo
cumenteerde reorganisatievoorstellen voor
den dag konden komen. Aan de Kamers
van Koophandel, als nog niet verpolitiekte
lichamen, zou het onderwerp en in eer
ste instantie van een vooral doelmatig en
practisch belastingsysteem waarlijk toe
vertrouwd zijn, terwjjl dit de regeering
van grooten dienst kon ziin. Maar het hui
dige moment is er nog niet rijp voor, want
waar haalt de Regeering, hetzij dan uit
een gelukkig bijkans versleten sleur of an
ders, nog maar steeds haar indrukwek
kendste adviezen vandaan? Van de ambte
naren, die zeer ver bulten het praetische
handelsleven staan; uit de even rustige
als vaak duffe parlements-bureaux, waar
de krioelcijferstatistieken al meer en meer
de'overhand dreigen te nemen boven de
opgeruimdheid van frissche nieuwe ge
dachten, die soms plotseling uit de levens
branding komen binnenwaaien door het
bij vergissing openstaande departements-
raam. Maar zulke gedachten blijven ver
onachtzaamd op het bureau liggen tot ze
een verdord blad zijn en rijp schijnen om
op geborgen te worden in het alles ver
terende archief.
Maar omdat men in die kringen niet bij
zonder handelsfühig is en slechts een nij
verheid vertegenwoordigt voor zoover
men er nijver aan politiek doet, daarom
dTingt slechts het dik-opUggende demour
stratieve beeld tot hen door van de haas
tige haas, die met het kapitaal de grens
overgaat. Daarom dringt zioh echter de
vraag op of men het sluitend maken der
begrootingen, een onderwerp zoo nauw
verbonden met de waardevastheid van den
gulden, niet eerder zou moeten zoeken im
de richting van belastingverlaging, waar
door langzamerhand de uitkomsten van
handel, industrie en scheepvaart weder
loonend zouden kunnen worden en waar
door wordt voorkomen, dat door het syste
matisch opschroeven van alle belasting
bronnen geen enkele redelijke bijdrage
meer in de schatkist valt te verwachten.
Verhooging van belasting, aocijnzen op
alle mogelijke bronnen van bestaan zou
ten- slotte dermate paralleliseerend gaan
werken, dat alle voornaamste bedrijven
niet meer den strijd ook met het buiten
land zullen kunnen volhouden en dan rest
vanzelf de groote vraag of het mogelijk
zal zijn daar te halen waar In werkelijk
heid niets meer te halen ia
Geachte heer Teeckelenburg, het spijt
mjj,u de illusie te moeten ontnemen, dat
ik berouw heb, omdatmijn naam in
de krant kwam, om de doodeenvoudige re
den dat mijn naam niet in de krant is
voorgekomen, dus beter lezen. Verder
doet het mij genoegen dat u nog eens op
dit onderwerp wenscht terug te komen,
doch dan geef ik u in het belang van uwe
belangstellende lezers in overweging een
meer opbouwende en terzake dienende cri-
tiek te schrijven, dan kunnen wij gevoege
lijk de toonaard achterwege laten van:
O, juffrouw Kalker; zeg juffrouw
Smit".
Jao. Verfaille.
Geachte Redacteur.
(Mag ik om nog eenige plaatsruimte In uw
blad verzoeken ter beantwoording van „een
overheidsdienaar"?
Wel, mijnheer O., ik geloof, dat U nu
juist niet precies uit mijn stukje begrepen
hebt, wat U er uit begrijpen moest.
Mijn actie ging niet tegen de salarissen
van het gemeentepersoneel, maar tegen de
financieele politiek der gemeente in haar
geheel.
(Maar daarvan vormen de salarissen van
het gemeentepersoneel een onderdeel. En nu
deze toch in 't geding gekomen zijn, wil ik
daar wel het volgende van zeggen: Er zijn
hier hoogefe ambtenaren, die m. i. zeker
heel wat van hun salaris zouden kunnen
missen, waardoor dan de salarisverlaging der
minderbedeelden procentsgewijs minder
groot zou kunnen zijn.
En vindt U.ook niet-, dat de wethouders
salarissen geweldig gestegen zijn in verhou
ding tot vroeger jaren?
Maar daarover ging tenslotte mijn betoog
niet; wel over de belastingen.
Het verwondert mij niets, dat er zooveei
oersonen zijn, die nog geen gehoor bij den
fiscus hebben gevonden. Ik verneem, dat er
pl. m. 800 reclames inzake de belastingen in
gekomen zijn. Hoe zou het mogelijk zijn, die
zoo vlug te verwerken.
Maar de kwestie ie: is het wel noodzakelijk,
lat er zoovele reclames gekomen zijn? Zijn
ie schatters terzake kundige menschen, of
zjjn het maar hakkers, die den bijl er maar
nslaan, zonder erop te letten, waarheen de
spaanders vliegen.
En of er ook overheidsdienaren zijn, die
Irucjes weten om de belasting te ontduiken?
Ik beweerde het niet en beweer het nu
ook niet. Maar wel weet ik, dat er ambtena
ren en beambten zijn, die bezoldigde bij
baantjes, althans bijverdiensten hebben, die
evenwel den fiscus niet bekend' behoeven te
rijn, b.v. loodgieter zijn in vrijen tijd, fond
sen behartigen, boeken bijhouden, agent
schappen waarnemen, taxatrs doen (die
laxaties doen niet die schatters, mijnheer O.).
Nu over het onderhoud van de huizen.
Het is m. i. in 't geheel geen wonder, dat
er in de laatste jaren zoo weinig aan de hui
den is gedaan. Hoe wilt U voor goed onder
houd zorgen, indien er niet verdiend wordt
Joor den huiseigenaar? Deze toch werd ge-
iwongen tegen lage buur te verhuren, ook
al stegen de salarissen van zijn huurders
met sprongen. Geen wonder dus, dat hij er
weinig pleizier in vond, om, wèt hij aan in
komen had, weer te verbruiken ten dienste
van den huurder: de kosten van onderhoud
zouden immers te hoog worden ten opzichte
van de geïnde huur.
En bouwvereenigingen waren en zijn toch
ook niet zoo royaal, mijnheer O. En U weet
zeker wel, dat aan het onderhoud van hun
woningen nfedebetaalt in den vorm van voor
schotten en subsidies, die de gemeenten en
het rijk verleenden.
Dan raadt U den huurders (koopera?) aan,
wat beter uit te kijken. Wel, dat is heel mooi,
maardat hadt U wat eerder moeten
doen.
Als men er kans toe ziet, zal men natuur
lijk zijn best doen zooveel mogelijk te ver
dienen, en zoo is het ook gegaan bij het ver-
koopen van huizen. Maar dat is toch ook wel
schuld van de koopers zelf, die .zich in den
nek hebben laten zien en die geen terzake
kundig mensch in den arm genomen hebben
bij hun aankoop.
Paradijzen, waar niets betaald moet wor
den, zijn er natuurlijk niet. dat weet iedereen
wel, maar er zijn toch heel wat plaatsen,
mijnheer O., waar de belastingen aanmerke
lijk lager zijn. Maar dat weet U toch ook
wel. En daar profiteert ook de overheids
dienaar van.
Vindt U uw belastingbiljet ook niet te
hoog?
Het geheele land richt zich tegen den
overheidsdienaar, klaagt U. U vergist U, het
is niet zoozeer den dienaar, waarover men
klaagt, als wel over den overheidsdienst. En
Is daarvoor niet eenige reden? Gaat het niet
zoo nu en dan wat vreemd toe in overheids
dienst? Denkt U eens aan het Giro-schan
daal, waar we nog steeds niet uit zijn. En
denkt U eens om nu in Helder te blijven
aan het beheer van de Gemeentereiniging.
Ik zal U eens wat voorrekenen:
In het jaar 1909 waren de kosten ter ex
ploitatie dier Reiniging pl. m. 11.025, wat
gerekend naar een zielental van 28.500 bijna
0.39 per hoofd1 der bevolking beteekent.
In 1923 echter waren de kosten plm.
ƒ120.000, wat, gerekend naar een inwoner
tal van 30.000, een som van 4 beteekent,
dus ruim 8 per inwoner meer. Vindt U
dat ook niet wat veel? Wat denkt U, zou bij
particuliere exploitatie ook zoo kostbaar te
werk zijn gegaan?
Ik voor mij ben er zeker van, dat we b«
een jaarlijksche aanbesteding zeker ƒ50.000
beneden de tegenwoordige kosten zullen
blijven, misschien nog wel meer. En t is U
toch zeker ook onverschillig, wie voor U het
afval opruimt en de gemeente rein houdt.
Overigens doet het me genoegen, dat U
mij het recht toekent te protesteeren tegen
wat mii als wantoestand voorkomt. En het
blijkt wel, dat we het in den grond van de
zaak eens zijn. Laten we toch oppassen, dat
we niet denzelfden kant uitgaan als Ruslan
Duitschland, Frankrijk. Leest U de artikelen
eens in „De Telegraaf" van Woensdag 2 en
Donderdag 3 April j.1. (Avondblad). Daar
wordt een -en ander nog eens duidelijk en
in den breede omschreven.
We weten toch allen, dat, Indien de gulden
in waarde zakt, alle goederen in prijs moeten
stijgen, daar onze voornaamste goederen, ais
meel, katoen, vetten, alle uit het buitenland
moeten komen. En dan betalen we in dollars
k f 2.70 of nog meer.
Ik voor mij ben overtuigd, dat men aoor
de geweldig zware lasten, die men handel en
industrie oplegt, bezig is, de kip te slachten,
die de gouden eieren legt. Iedereen weet
toch, dat het tenslotte van handel en indus-
tri© moet komen. Ik geloof echter, dat zulks
in andere handeldrijvende landen beter be
grepen wordt. Zie eens naar Duitschland,
Engeland, Amerika, waar al het mogelijke
gedaan wordt om den handel te doen bloeien.
Mijnheer 0„ helpt U nu zoo spoedig mo
gelijk mee op bezuiniging en nog eens be
zuiniging aan te dringen. De oogenblikken
zijn kostbaar, de belasting moet omlaag.
U, mijnheer de Redacteur, dankend voor
de plaatsruimte.
Hoogachtendi,
G.
Het Ziekenhuis-vraagstuk.
Waarin 44 groot geiyk heeft, is de bewe
ring, dat men met de meest uitgebreide staf
van medewerkers aan het hospitaal toch nooit
voldaan zal zijn, die nog wat andere willen
Maar daarom moeten wy toch niet gaan uit
sluiten, dat zich hier ooit particuliere soecia-
isten zullen gaan vestigen. Dat is de zaai
tegenhouden.
dat door de grens te trek-
Tensiotte zegt 44 nog, dat door de voorge
stelde reorganisatie, menschen met geringe
meer specialisten en wordt de toestand nog
bTis moeiiyk debatteeren met omdat
hy niet op myn beweringen ingaat, doch an
dere dingen naar voren brengt.
strekking van mijn betoog is nogmaals.
vSiS spSstenkeüze" en daarmede wii
ik niet trachten de voorgestelde reorganisatie
van het Heldersche ziekenhuis tegen te wer
ken Integendeel, die oplossing is beter, dan
wy 'oou SS n kunnen verkrijgen, maar wy
móeten wel opkomen tegen die eene belem
merende voorwaarde, die de Minister van
Marine feitelijk heeft laten ven allen.
En tot slot dit: wy zyn het erover eens,
nietwaar 44. dat Helder er op vooruitgaat,
wanneer het Gemeenteziekenhuis kan wor
den ondergebracht in het Marinehospitaal.
Welnu, is U het dan ook niet met my
eens, dat wy er nog meer op vooruitgaan,
wanneer aan die onderbrenging geen belem
merende voorwaarden worden verbonden,
1. c. uitsluiting van particuliere specialisten?
Met dank voor de plaatsing.
Het Ziekenhuis-vraagstuk.
Tot myn groote teleurstelling is op de door
Z.-10 gestelde vragen in de H. C. van Don
derdag j.1. geenerlei antwoord verschenen.
Naar ik hoop, mag men toch onderetellen,
dat aan de te treffen overeenkomst voor beide
partyen een reëele basis ten grondslag ligt
en dat het gemompel, als zou het voor een
der beide partyen beter zyn over sommige
détails niet te veel te spreken, geheel onge
grond is.
Doch waarom wil niemand dan de ge
vraagde inlichtingen verstrekken, die toch
aan beide partyen volledig bekend moeten
zyn? Immers, wie sluit een belangengemeen
schap zonder van te voren de financieel© re
sultaten ervan terdege te hebben overwogen?
Tot nu toe heeft men kennis kunnen ne
men van een zeer sympathiek krantenver
slag, waardoor geen enkele Diet-ingewyde
ook maar iets wyzer Is kunnen worden en
waarvan de bedoeling toch biykbaar is ge
weest zooveel mogeiyk openbaarheid aan deze
zaak te geven.
En indien dit inderdaad het geval ls, zou
het dan niet meer dan wenschelijk zyn, dat
ook de finantieele gegevens zoo veel mogeiyk
bekend worden gemaakt, temeer nu eenmaal
gebleken is, dat het gemeentebestuur om
trent een zeker punt b.v. al zeer slecht was
ingelicht?
Met veel dank.
Uw dw„
D. S.
De rechtbank te Tiel veroordeelde het
jongmensch uit Tricht, die uit de grap,
naar hy verklaarde, bij avond een staal
draad: ter hoogte van 80 cM. over den weg
spande tot vier maanden gevangenisstraf.
I11 de vorige zitting was één jaar tegen
hem geëischt
Vier arbeiders overreden.
Op het Lehrter Bahnhof zyn Vrijdag
nacht vier arbeiders door een sneltrein
overreden en onmiddeliyk gedood. Zater
dagochtend werden hun verminkte ïyken
gevonden. Op het station wordt dezer da
gen gebouwd. De arbeiders gaan steeds
onder leiding van spoorwegambtenaren
naar bun werk. Gisteren geschiedde dit
eveneens. Vier arbeiders waren echter te
laat gekomen en probeerden nu, ondanks
het uitdrukkeiyk verbod, de ploeg in te
halen. Hierby werden zy door een trein
verrast.
Uit Bergen (België) wordt gemeld:
Twee employé's van de steenkolenmyn
„Bamissart", die ongeveer 283.000 francs
noodig voor de uitbetaling van de arbei
ders, van de bank hadden gehaald, wer
den door drie individuen overvallen, die
met de 238.000 francs de vlucht namen.
Door de gendarmes ls reeds een Italiaan
gearresteerd, op wien men een deel van
het g;eld heeft gevonden.
Een lift omlaag gestort.
Parys, 14 April. De „Soir" verneemt uit
Yperen: Zaterdag hadden vier vrouwen
en drie mannen, die een bezoek brachten
aan de kerk te Zonnebeke, welke her
bouwd wordt, plaats genomen in een.
electrisdhe lift. Toen de lift toyna de top
van den toren had bereikt, brak de kabel
plotseling. De lift stortte omlaag. Drie
personen werden op slag gedood dri«
loX van de zevende is hopo-
stokïLTJ1 T dekpersoneel en vier
op wZ van tivSnaalb00t "En&adlne"
van Folkestone naar Boulocna
doordat ern8t!P brandwonden gekregen,
d?ïln!?nJ?er srtoornketela baratte en
e kokende stoom ontsnapte.
Een der stokers is stervende An«
focm^erS 111 het hosPltaal te Bou-
logne opgenomen.
Londen, 14 April. Uit New York wordt
gemeld, dat Zaterdag in Broadway en op
hert al erdrukste uur vier bandieten een
bontwiinkel binnentraden. Zy bonden de
eigenaar Samuel Stein en vijf bedienden
vast onder de bedreiging dat dezen zniup.n
stand boden. De dieven voorzat
ton deïfbuiWro W8arde Van 60'000 Ifla^
weg. De i^T^^to en trien
Sun'o^at een vrouw, die door £m
werd aftzorlf wn*Wj8' °P gtraat oen been
voor üen mimiten
de vrouw onder don omnibus