£?Lg^igt 7Ü' i?eeft d« markiezin dé Brinvilliers noodig gehad om aan de rechters een verhaal te doen van haar schuld en haar leven; bij alle haar pogin gen tot vergiftiging waren liefde, wraak en 'het verbergen van misdaden dooreen- gemengd. Zij die de executie gezien heb ben, zeiden dat zij het schavot moedig had bestegen. Zij bracht er ruim een half t De brandweer vas bezig, door nat houden te 'trachten de andere tanks te behouden, toen plotseling de groote tank, waar de brand1 ont staan was, zich begaf. De rechterwand van den tank zakte dieper door dan de linkerzijde, zoodat door het gat, dat daardoor ontstond, de olie over het terrein vloeide. Toen werd het geheele omliggende terrein één groote vuurgloed en was er geen houden meer aan. De gebouwen aan de linker-achterzijde van het terrein vatten alle vlam. Daarbij waren de kantoren en het laboratorium. Gelukkig waren de brandkast en de boeken tijdig in veiligheid gebracht. Het kantoor is geheel uitgebrand. In totaal kunnen wij hier 16.000 ton olie plaatsen. De groote tank, die bezweken is, had een inhoud van 2600 ton. Alles is ver zekerd op beurspolis. Maar zoo vroeg hij wat geeft verzekering? Het is mijn le venswerk, dat daar verbrandt. \V ij hebben moeilijke tijden gehad, maar juist was het oogenblik gekomen, dat de_ moeilijkheden waren overwonnen. Ik was juist naar Den Haag geweest en had het zoover weten te brengen, dat de zaak er bovenop was en op gezonde basis verder kon werken en nu ge beurt. mij dit. Of wjj het weder op zullen bouwen? Ik weet het niet Maar als het gebeurt, zullen er verscheidene jaren mede gemoeid zijn._U kunt gerust melden, dat de schade eenige millioenen bedraagt. Zoover zijn wij gekomen, toen de heer Braat een werkmanswoning op zijn ter rein zag, waarvan' het achterhuis reeds had vlam gevat. Hij waarschuwde den commandant van de brandweer en onmid dellijk werd een slang van 250 Meter uit gerold en naar het bedreigde punt gediri geerd. Die woning behoorde aan een werkman, ctie reedis 40 jaar daar woont. Het schamele huisraad was verderop in het land in veiligheid gebracht. Men slaagde er wel tijdelijk in, het huisje te redden, maar ten slotte moest men deze prooi toch aan het alles verslindende vuur overlaten. Er was intusschen belangrijker werk te doen. Aan de rechter-achterzijde van het ter- rijn stonden nog 6 tanks, waarvan een brandende was. In de nabijheid is de smeerolie-opslagplaats, deraffinage, het ketelhuis en distilleerderij. Op het ter rein was het nog vol brandende plekken pek en kolen. Het kwam er nu op aan, daar ter plaatse het vuur te isoleeren. De arbeiders van de fabriek trachtten op sommige plaatsen het vutur in té perken of met zand de vlammen te dooven. Een der motorspuiten was eveneens naar het bedreigde punt gedirigeerd. Toch was het hier nog gevaarlijk, daar de brandende tank zich op deze plek ieder oogenblik kon begeven. De groote tank brandde in het midden van het terrein met onver minderde kracht voort Naar de bereke ning zou deze minstens den geheel en nacht nog verder branden. 'Hedenavond woedde de brand nog fel. De isolatie-pogingen hebben tot dusver succes. Of men er in zal slagen de bij gebouwen te behouden, is nog de vraag, Intusschen, aan den ijver der brandweer en de voortvarendheid van de directie zal het niet te wijten zijn als deze pogingen falen. Wij kunnen nog melden, dat de „Scot- tish-American" 2300 ton olie bevatte. Daarvan waren reeds 1800 ton gelost, toen de brand uitbrak, zoodat 500 ton olie in het vaartuig zijn behouden gebleven. Tegen den avond. Tegen den avond leverde de brand een fantastisch schouwspel op. Duizenden wa, ren van heinde en ver gekomen om het te aanschouwen. Op het terrein vonden wij nog steeds den heer Braat met de wakkere brandweerlieden. Ook de burge meester, de heer Viaa Woelde ren, was nog aanwezig. Tot dusverre (10 uur) was men er In geslaagd de bijgebouwen te redden. Het vuur was in den recbter-achterhoek van het terrein inderdaad gebluscht. Men dankt dit ook aan de flinke medewerking van 20 soldaten der kustartillerie, die ge holpen hadden aan het leggen van een dam en het bedekken met aarde van de brandende pek en kolenhoopen. De muur der groote loods stond nog steeds over eind en beschermde 't belendende terrein. Veel 'kans, dat zij zou verzakken was er niet. ■De brandweer bluschte nog een aanleg steiger, terwijl soldaten houten binten en vaten van de bedreigde plekken wegrol den, opdat die geen lont zouden vormen voor uitbreiding. Op alle bedreigde pun ten had men soldaten doen postvatten om de 'brandweer te waarschuwen, ais zich gevaar zou voordoen. De wind waaide nog uit den goeden hoek, d.w.z. in Zuid- Westelijke richting. Alleen bij verander de windrichting is er nog gevaar, dat nog onaangetaste tanks vlam vatten. De moord ln de Riemerstraat te Den Haag. Uit de sectie is gebleken, dat den ver slagens niet minder dan twintig messte ken in hoofd en hals zijn toegebracht Ook is hem boven het oor den schedel met een zwaar voorwerp ingeslagen. Vermoed wordt, dat hiervoor het verbrijzelde tafel tje, dat in het vertrek werd gevonden dienst gedaan heeft Uit verschillende aanwijzingen wordt afgeleid', dat de be zoeker of de bezoekers niet zijn gekomen met het vooropgezette plan den man te vermoorden. Mogelijk was het hun doel geld van hem los te krijgen en toen dit niet goedschiks gelukte hebben zij maar tot geweld hun toevlucht genomen. Voor deze veronderstelling pleit ook het feit, dat behalve het krom gebogen tafelmes^ ook nog een met bloed besmeerde schaar is gevonden. Hoe dit echter zij, het- blijkt uit de wonden op de handen dat de onge lukkige man nog eenige pogingen heeft ondernomen om zich te verweren. Het groote punt is thans voor de poli tie om aanwijzingen te verkrijgen om trent dit matineuze bezoek. In de aanwe zige papieren is geen schriftelijke af spraak gevonden. Goed afgeloopen. Woensdagmiddag is de autobus Gouda- Haastrecht op den Haastrechtschen dijk bij het uitwijken voor een haar achterop rijdende auto in een pas gedichte geul geraakt, waarin waterleidingbuizen zijn gelegd. De auto zakte aan één zijde in den nog lossen grond, met het gevolg, dat ze kantelde en van den dijk sloeg. De wagen waarin zich acht passagiers bevon den, maakte een volledige duikeling en kwam toen weer op de wielen terecht, duchtig gehavend. Van de passagiers kreeg alleen de oude heer F. v. d. Straa- ten uit Gouda een ernstige verwonding. Bij onderzoek bleek, dat bij twee ribben bad gebroken. Per auto is hij naar huis vervoerd. De jeugdige C., uit Gouda, had een blessuur aan den rug en? een hand; de andere passagiers en de chauffeur hebben alleen wat schrammen aan hoold, armen en boenen opgeloopen. Afpersing. Mevr. B. uit de Amalia van Solmstraat in Den Haag heeft aangifte gedaan van afpersing van een schuldbekentenis, groot 500, door K. en diens echtgenoote, wonende aan den Rljswijkschen weg. Verduistering ten nadeele van het Rtfk- De politie heeft in een café aan het Damrak te Amsterdam aangehouden een adjunct-oonumies van de Directe' Belastin gen, die in zijn functie, ten nadeele van het Rijk, een bedrag van f 420 had ver duisterd. De ontvanger van het kantoor, waar de fraude was gepleegd', had daar van aangifte gedaan. Ongeluk bij het zwemmen. Naar het „U. D." meldt is bij het zwem men in de Loosdreohtsche plassen ten ge volge van een ongeval overleden de heer mr. F. W.Booy, adj.-inspecteur bij de spoorwegen. De heer Booy was in de Loosdrechtsche zweminrichting gaan zwemmen en had daarbij gedoken in wa ter van ongeveer één meter diepte. Hij kwam daarbij zoo ongelukkig met het hoofd op den bodem terecht, dat hij den nek brak en het ruggemerg ernstig be schadigd werd. Prof. Quix, die toevallig ter plaatse was, verleende, vöor zoover nog mogelijk, geneeskundige hulp, maar de verwonding was van te ernstigen aard, dan dat déze hier zou baten. De lieer Booy is spoedig daarop overleden. Verduistering van gelden. De Haarlemsche Rechtbank veroor- deelde Donderdag den gewezen secretaris van Haarlemmerliede en Spaarnwoude tot 8 maanden gevangenisstraf met aftrek 1 van voorarrest wegens verduistering van I gelden in zijn kwaliteit van secretaris- penningmeester der woningbouwvereeni- ging „Zwanenburg" te Halfweg. De roofmoord te Culemborg. In aansluiting en vervolg op de mede- deeling, door ons aan Het Volk ontleend, meldt de TeL thans de arrestatie van den voormaligen rechercheur van politie H. Vrijdagmorgen is hij op het Stationsplein door drie rechercheurs gearresteerd. Het was de bedoeling van Haveman zich per trein naar Amsterdam te begeven. In een gereedstaanden auto werd hij naar het politiebureau overgebracht en in verze kerde bewaring gesteld.'Na de arrestatie werd' door den commissaris van politic al hier en eenige rechercheurs ten huize van dep verdachte huiszoeking gedaan. De moord door de mllllounalrs zoons. Tal van malen hebben wij melding ge maakt van „den moord1 bij wijze van sport", gepleegd door de 'Joodsche millio- nairszonen, de studenten Nathan Leopold en Richaxdi Loeb, op den eveneens Jood- schen knaap Franks, een met hen be vriend kereltje. Men weet ook, dat de ver dedigers van de beide beklaagden ervan hadden afgezien om ontoerekenbaarheid te pleiten. De jonge schavuiten, zeer be gaafde studenten, doch volkomen gebla seerde en bovendien volkomen gedepra- veerde en gedegenereerde personen, zijn thans voor den rechter geweest. Naar ter rechtrittimr uitkwam, blij ken de beide daders ieder de ergste schuld die van het moordplan te heb ben voltrokken op den ander te wer- TvarV De ambtenaar van het O. M. heeft ln ziln requisitoir „uit naam van de bevol king van Illinois, en uit naam van alle ouders en kinderen in dien staat de dood straf geëischt „tegen deze koelbloedige gemeene moordenaars. Een paniek ln een bioscooptheater. Twintig kinderen gedood. Bij een paniek ln een bioscooptheater te Vera Cruz (Mexioo), ontstaan tenge volge van het in brand yliegen van een film, werden twintig kinderen gedood en zeventien gewond. Massamoordenaars te Grodno. Een echtpaar bekent 51 personen vennoord te hebben. Volgens de „Freie Presse" te Lodz is te Grodno het echtpaar Zbonski gearres teerd, dat bekend heeft 51 personen door sluipmoord1 om het leven gebracht te heb ben. Rectificatie. In de bekendmaking van de vermissing van eenige bankbiljetten, opgenomen in het blad van Donderdag, is een fout geslopen. De serie-letters van het biljet van 40 zijn niet D.O., doch B.C. Uit het Politie-rapport. Vrijdagavond werden twee personen be keurd, die baldadigheden in het Spoorplant- soen pleegden. Ten nadeele van iemand op het vlieg kamp „de Kooij" is in de afgeloopen week een bedrag aan geld ontvreemd. Standplaatsen van auto's en rijtuigen te Hulsduinen. Op verzoek van belanghebbenden heeft de wd. Commissaris van Politie toegestaan, dat ingaande morgen de stationneerende auto's en rijtuigen op Huisduinen in één rij achter elkaar standplaats innemen op het grintpad voor Paviljoen Hl der Weesinrichting en de schoöl ter zijde, van den rijweg. Na vertrek van het voorste vervoermiddel (achter de kerk om) zullen de volgende steeds aan sluiten. OUDESCHILD. De kinderen van de lagere school heb ben een reisje gemaakt naar Amsterdam. De lucht stond donker 's morgens, maar gelukkig bleef het droog en te ruim 9 uur urriveerde men aan hetCentiuul-fetation. Met een motorboot van de Maatschappij „Nederland" werden de kinderen afge haald en werd een prachtige tocht over het IJ gemaakt tot bij de Oranjesluizen. Men voer langs de verschillende dokken en eindelijk werd aan de Sumatrakade gemeerd dicht bij het stoomschip „Johan de Witt". Dit prachtige schip, dat eerst Zondag van de reis naar Indiö was terug gekeerd, zou bekeken worden. De kin dereu kwamen oogen tekort om al het moois op zoo'n groot schip te bekijken. De muziekzaal, eetzaal, rookkamer en hutten der eerste klasse werden bezich tigd. Het lossen was in vollen gang, zoo dat ook een kijkje kon genomen worden in de diepe ruimen. Na een rondwande ling van ongevser een uur was het voor naamste bekeken en ging men per extra tram naar Artis. Een glas limonade liet zich wel smaken en na dezen verfris- schenden drank gingen de kinderen den tuin in. De voornaamste dieren werden bezichtigd: de groote roofdieren, nijl paarden, zeeleeuwen, apen enz. Volop werd er genoten van alles, waarvan ze wel eens gehoord hadden, maar waarvan ze zich toch geen voorstelling konden maken. Na de wandeling wachtte een heerlijk warm maal, dat zich wel smaken liet Per extra-tram werd nog een groote rit door de stad gemaakt en te kwart voor 3 arriveerde men weer aan het Station. De regen plaste even neer, maar gelukkig had niemand er hinder van, want in Helder was het weer droog. „De Dage- raad" bracht allen veilig over het Mars- diep. De meeste ouders waren op de haven i om de kinderen in ontvangst te nemen. Ze hadden een genoeglijken en leerrijken dag gehad. Deze week werden van hier verzonden: ;341 lammeren, 65 schapen, 41 varkens, 15 kalveren, 5 koeien en 1 paard. WIERINGEN. gebruikt. Een zekere Degrais, een uiter lijk knappe jongen, werd er op afge stuurd. Hij wist onder een vermomming met de markiezin te Luik in aanraking te komen, zij verveelde zich, verlangde naar afleiding en was voor zijn ietwat ga lante toenadering niet ongevoelig. Trou wens, in geheel deze moordzaak toonde de markiezin zich een groot kind, die zelfs de meest gebruikelijke maatregelen van veiligheid niet in acht nam; haar leven, haar eer en alles in handen gaf van per sonen van geringe ontwikkeling Degrais wantrouwde zij geen oogenblik; toen hij dan ook, na haar eenigen tijd te kennen een wandeling buiten de stad voorsloeg ging zij er op in. En daarbuiten wachlte een karos, waaruit plotseling een viertal dienaren van de Parijsche justitie kwa men; schoon het tegen de wet en de goede orde was, namen zij' de markiezin gevan gen), voerden haar niet zonder moei te Frankrijk binnen. Een vertegenwoordi ger van het gerechtshof was haar reeds tot aan de grens tegemoet gereisd en daar werd zij voor het eerst verhoord. Degrais intusschen had zijn taak nog niet vol bracht; hij begaf zich naar de verblijf plaats van de markiezin te Luik, doorzocht deze en vond er een hoogst eigenaardig, voor haar zeer bezwarend papier. Want daarop had zij, in groote, bijna kinderlijk groote letters, een bekentenis neerge schreven van al wat zij slecht gedaan had in haar leven. De ombrenging door mid del van vergif van haar vader volgde er direct op kleine jeugdzonden; zij bekende tegen alles gezondigd te hebben: tegen de wet, tegen haar familie, tegen zichzelf en ook tegen God. Later is de vraag of de ze bekentenis in het geding mocht worden gebracht ernstig besproken; men meende dat het met het religieus karakter van dit stuk in strijd was, zulks te doen. De ju risten evenwel, daarover geraadpleegd, stelden in het licht, dat dit religieus ka rakter ophield in een geval als dit, dat het geschrift blijkbaar een bekentenis was je gens zichzelve, en dus niet van boeteling tegenover biechtvader. De markiezin werd naar Parijs gevoerd' en, bijna vier jaren nadat de cassette van de St Croix de eerste aanleiding tot dit fameuze geding had gegeven, werd de acte van beschuldiging tégen haar opge maakt In het algemeen achte men, in ver band met wat La Chaussée en de door hem aangewezenen aan bekentenissen hadden nagelaten, haar schuld vrijwel vaststaande. De van haar hand ontdekte bekentenis kon niet anders dan deze over tuiging versterken. Maar de justitie in die dagen, gebrekkig als zij mocht zijn, eisoh- Burgerlljke Stand van Texel van 19 tot en met 25 Juli 1924. GEBOREN: Jaoob, z. v. J. Boon en S. Verschelling; Catharina, d. v. A. de Vis ser en D. Burgman; Klaas, z. v. J. Bakker en H. M. Druif. OVERLEDEN: Jannetje Visser, 48 jaar, weduwe van B. Vlaming. Ten gevolge van hevige broei was de landman D. P. L. te Westerklief, ver plicht zijn hooi uit de schuur te ver wjjderen. Met vereende krachten werd dan ook de inhoud van een der twee schuren naar buiten gewerkt Het grootste gedeelte was letterlijk verbroeid, en naar gissing bleven van de 23 wagens hooi slechts 7 over. Brand was niet ontstaan, doch voor <Ln betrokkens xs 't een geduchte schadepost. J.l. Donderdagavond ontlastte zich boven ons eiland een hevig onweer, gepaard gaande met zware Blagregens en hagel- vaL Nabij den Oever sloeg de bliksem in een klampje hooi, van den heer J. Zomer dijk, hetwelk geheel verbrande, en ver oorzaakte de hagelslag aan de te veld staande gewassen nog al eenige schade. te evenals,thans niet alleen het overtui gend, doch ook het wettig bewijs, en dit bleef ontbreken. Getuigen zonder tal wer den voorgevoerd, maar zij konden niet anders dan verhalen doen van hooren zeggen. De markiezin bleef halsstarig ont kennen; met den moed der wanhoop streed zij voor haar leven; geen oogpnblik week van het teere, in zeker opzicht nog kinder lijke gezicht de vastberaden trek; de koude minachting, die zij voor de haar aankla- genden had. Totdat eindelijk Cluet, die op zijn hoede 'gebleven waB, erin slaagde een getuige bij te brengen, die haar den genadestoot gaf. Het wias een zekere Briancourt, rechts geleerde, die eenigen tijd in dienst van de familie d'Aubray was geweest Aanvan kelijk bleek hij niet bereid om heel veel te vertéllen, doch later, afzonderlijk door den president van den rechtbank in ver hoor genomen, ontlastte hij zijn geweten. Het bleek toen, dat de markiezin, om van zijne diensten te kunnen gebruik maken, hem in den zeer vertrouweiijken kring had opgenomen, en hem duidelijk te ver staan had gegeven welke diensten van hem werden gevergd. Toen hij zich daar tegenover aarzelend betoonde, had men het klaarblijkelijk op zijn leven gemunt; een poging tot vergiftiging slaagde niet. een andere poging om hem bij verrassing te dooden, waarbij de SI Croix was be trokken, werd door een toeval verijdeld. De markiezin mocht ook tegenover dezen getuige blijven ontkennen, het baatte haar niet. Intusschen was ook de reeds meerge noemde Penautier in hechtenis gesteld In zijn omgeving hadden zich al even zon derlinge verschijnselen voorgedaan. Pe nautier was van zeer geringe afkomst Hij huwde een dochter van een zekere Lesooq, die een der grootgrondbezitters in Languedoc was. Zoodoende verkreeg Penautier reeds goede betrekkingen. De post van ontvanger-generaal van de Fran- sche kerkelijke inkomsten, die een jaar- lijkach revenu van 60.000 livres gaf, trok hem echter in het bijzonder nnn, Een ze kere Hanijvel de St. Laurenoe bezette de zen post, en Penautier sloeg hem samen werking voor. Deze werd echter afgewim peld, en het gevolg daarvan was, dat Pe nautier zoodanig wist te intrigeeren, dat Hanüvel's voorganger weer aan het be wind kwam en hem verdrong. Later was St. Laurenee opnieuw aan de beurt; kor ten tijd nadat dit het geval was, kwam hij op zeer geheimzinnige wijze aan zijn ein de .Penautier ging met de weduwe van St. Laurenoe een soort dading aan; hij zou de functie waarnemen en haar laten deelen in de winsten. Dat alles ging goed totdat de ontdekkingen uit de cassette van St. Croix ter oore van de weduwe van St. Laurenee kwamen. Toen werd ook Penau, tier's naam in de vergiftigingszaak ge mengd. Men kwam hem vrij plotseling arresteeren, terwijl hij zat te schrijven; verschrikt eindigde hij zijn brief en slikte de stukken in, die hem later weer werden afgenomen, en weinig, duidelijke zinsne den bleken te bevatten. Tijdens zijn ver blijf werd de markiezin de Brinvilliers opnieuw op een dwaalspoor gebracht; een zekere Barbier wist zich tot haar ver trouwde op te werpen. Hem vroeg zij pen en inkt en zij schreef een brief aan Pe nautier om dezen te verzoeken haar te helpen. In dien brief duidde zij aan, dat zij meer wist van de verhouding, die er tusschen Penautier en St Oroix zou heb ben bestaan, maar haar beschuldigingen bleven vaag. .Het vonnis tegenover de markiezin de Brinvilliers stond vast. Neit alleen waag de niemand', ook niet onder haar naaste bloedverwanten, het om voor haar in de bres-te springen, en kon haar man, dooi zijn schuldeischers vervolgd^ zich nauwe lijks staande houden. Haar schuld was te duidelijk bewezèn. Dienaangaande ver keerden de rechters in geen twijfel, maar wel omtrent de vraag of zij medeplichti gen had en zoo ja, welke. Te dién aan zien heeft geruim en tijd de opvatting be staan als zoude de Parijsche jechtbank ertoe hebben medegewerkt om deze me deplichtigen, in nog hooger kringen ver- keerende dan zij, te sparen; als zou men hiaar eerder hebben belet te spreken dan haar daartoe hebben aangezet. De stuk ken, die op dit proces betrekking hebben, bewijzen het tegenovergestelde. Want, om haar tot spreken te brengen, heeft, men de hulp ingeroepen van een 'geestelijke, den doctor Pirot van de Sorbonne, een theoloog van erkende bet eekenis. Hij is erin geslaagd om geheel haar vertrouwen te winnen, en nog voordat haar vonnis aan haar bekend werd gemaakt, heeft deze alle pogingen weerstrevende vrouw, te genover hem een volledge bekentenis van haar zonden en haar schuld afgelegd. Pi- frots verklaringen, voorzoover deze hem uiteraard waren toegestaan, vormen een merkwaardig document in dit merkwaar dig proces en doen duidelijker dan iets anders gevoelen, dat déze zelfde markie zin de Brinvilliers, moordenares ongetwij feld, toch onder zijni invloed als Christin is gestorven. Zij heeft een uitvoerig verhaal van haar schuld gegeven, maar daaruit kwam ook vast te staan, dat zij geen medeplich tigen had, geen andere althans dan St Croix, die reeds voor eed hoogeren rechter dan de menschelijke was geroepen. Zij had wol eens iets gehoord van zekere ver bintenissen, die itusschen Penautier en de St. Croix bestonden en haar brief aan Penautier was niets anders geweest dan een soort wanhoopspoging om hem te verschrikken en zoodoende tot hulp te 'haren bate te brengen. Zoozeer is de Pirot, na een bijna itafgebroken verkeer van drie dagen met zijne boetelinge, van de waarheid van het door haar gezegde overtuigd geraakt, dat hij haar de abso lutie niet weigerde, voordat rij den moei lijken gang naar het schavot deed. In bijna elk opzicht toonde zij, door haar rechters op het laatst scherp ondervraagd, door een joelende menigte naar het scha vot begeleid, dat rij los was van de aarde; een enkelen keer als haar oude trots van aristocratie terugkeerde, was een vage aanduiding van Pirot voldoende om haar tot inkeer te brengen en haar vergeving aan God te doen vragen. Zij weiri ver oordeeld om openlijk in het hemd der misdadigers, dragend een zwaren toorts, boete te doen op de voorplaats van het Hotel Dieu te Parijs en daar alle haar zonden luid in het openbaar te bekennen; vervolgens zou zij onthoofd worden en haar lichaam worden verbrand. De straf is in al de wreedheid dier dagen aan haar voltrokken; het Parijsche volk, an ders, gelijk ooggetuigen verzekeren, niet ongevoelig, had een zekere afschuw van deze zoo teere en frêle vrouw, die niet minder dan drie geslaagde en ettelijke mislukte pogingen tot moord op haar geweten had. Pirot vergezelde haar, ge lijk hij haar beloofd had, tot op het scha vot; dat op het laatste oogenblik ver leende hij haar geestelijken hijstand- tot op het moment, dat de bijl van den scherprechter, geoefend als deze was, met een enkelen slag het vonnnis voltrok gevoelde rij hem in haar nabijheid. Dat heeft haar rustig de straf, haar door de wrekende mensohheid opgelegd doen aanvaarden. Welk een opzien dit proces te Pari!» wekte blijkt duidelijk uit dfg^Sn van de geestige schrijfster, die wij in Madame de Sévigné 'kennen. Vier uren, uur op door, omdat, naar de zeden van dien tijd, de beul eerst, gelijk het in de volksuitdrukking heette, haar toilet moest maken, in het bijzonder haar dik haar geheel moest afsnijden. Parijs is nooit, aldus de Sévigné, zoo vol belang stelling geweest. „Ik heb op de brug de Nótre Dame gestaan en ik heb niet an ders gezien dan een groote muts, die de Brinvilliers vermoedelijk uit schaamte zoo veel mogelijk over baar hoofd trok." Het voorlezen van het vonnis verschrikte haar; zij begreep de daarin gebruikte uit drukkingen natuurlijk niet alle; zij vroeg het ten tweede male te lezen, hetgeen ge schiedde. De wagen, waarin zij eerst naar het Hótel Dieu, vervolgens naar het schavot werd gebracht, was klein, onge makkelijk; de Brinvilliers en haar biecht vader vonden er slechts plaats aan de voe ten van den beul, terwijl de helper van den beul hot span paarden mende. De aan drang ook om het schavot was zoo groot dat slechts met moeite het schavot kon worden genaderd en bestegen. Men had co onkieschheid gehad om Lugrais aan te wijzen als degene, die met zijne soldaten de gevangene moest bewaken. Trouwens, deze verhalen lezende, vraagt men zich ai of een wei-overlegde poging tot ontsnap ping, door haar bloedverwanten voorbe reid, 'zoo V>nmog)elijk zoui zijn geweest! 1 arijs heeft wel stouter stukjes in die da gen aanschouwd! En Penautier? Ook tegen dezen werd hot proces voortgezet, maar zonder eenig succes. Men kon alle mogelijke vermoe dens koesteren tegen den generaal-ont- vanger, die overigens door min later Col- bert als zeer bekwaam werd geroemd en wiens positie zonderling genoeg door het gebeurde niet geschaad werd. Maar men kon, zoo hij al iets misdaan had, hem niets bewijzen. Zeker, hij had St Croix gekend, met hem verkeerd, maar wat beteekende dat? Hij had op St Croix' verzoek, en zulks onder een aangenomen naam, aan het echtpaar de Brinvilliers geleend, en een deel dier schuld door rijn zaakgelastigde laten innen, maar hij had dat gedaan om St. Croix een genoegen te doen. Penautier, zoo hij even schuldig was als de markiezin, was ongetwijfeld veel behendiger en kon niet lang in arrest gehouden worden, korten tijd nadat de markiezin de Brinvilliers het schavot had bestogen en de zorg voor haar kinderen oprecht lief had, maar die zij desalniettemin toch had gepoogd te ver giftigen aam haar zuster en haar biecht- 1IeP hij weer vrij 7irh 85le 8traten verheugde zich in het aanzien van rijn functie! «li. ■'■iflfciLi

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1924 | | pagina 10