T
amsterdamsche brieven.
Tweede Blad.
VAN ZATERDAG 2 AUGUSTUS 1924
Ingezonden Mededeellng.
Maar bedrieg ik me niet, dan zijn we ons,
ook in dezen, aan het beteren! Enkele
dagen geleden heb ik ml. de duidelijke symp
tomen van de aller-modernste zenuwziekte
op ons hoofdstedelijk asphalt ten duidelijk
ste gedemonstreerd gevonden en verheugd,
dat ik, als eerste, melding kan maken van dit
Amsterdamsch initiatief op het terrein der
„beschavings-pathologie", zet ik mij aan een
beschrijving van.de „verkeers-agenten-
neurose".
....De Amsterdamsche verkeers-agent-
werkt ongetwijfeld suggestief; méér dan zijn
Londensche of Parijsche collega, die zoo nu
en dan met sober gebaar den verkeersstroom
stop zet en dus als een, af en toe gebruikte,
rem optreedt wekt hij, met zijn voortdu
rend gebiedend zwaaien, hand-opsteken en
hoofd-wenken, den indruk van macht, van
positief het straatleven te beheerschen, te
inspireeren en in gang t% zetten. Het kost
werkelijk geen overdreven fantasie hem te
zien als kracht-uitstortend middelpunt, dat,
draadloos als 't ware, de marionetten om hem
heen tot leven wekt en doet bewegen.
Een Koninklijk Heerscher
Vóór een der caféterrassen, aan één
onzer drukke pleinen, schuifelde, tijdens een
van de beruchte „sper-uren", als wanneer
het krioelen der fietsen en voetgangers, het
toeteren en razen der auto's en motoren, het
bellen en zoemen der trams het sterkst is,
een sjofel gekleed, in-een-gedrongen luci
fers-mannetje heen en weer. Met angstige
oogen terzijde spiedend naar de gevreesde
nadering van een agent, tegelijk, vóór zich,
de bewegingen der kellners beloerend, schoot
hij telkens, met een tik aan zfn pet, schichtig
op een bezet tafeltje af en bood met zieligen
aandrang zijn koopwaar.
Hij trof 't niet: de rustende café-gasten
hadden het te druk met het aanschouwen van
de tallooze vreemdelingen, meerendeels gees
telijken, die ten Eucharistischen Oongresse
opgingen en naar wier rang men, in geani
meerd debat over de verschillende kenteeke-
nen hunner waardigheid, giste....
't Mannetje deinsde telkens, na een korte,
onverschillige weigering of na den snauw
van een kwaad-gezinden kellner, terug tot
aan den rand van het trottoir en dook dan,
als hij de kans schoon zag, schielijk weer
tusschen andere rijen stoelen en tafeltjes
door, steeds echter met hetzelfde nega
tieve, ontmoedigende resultaat....
Totdat....: de spanning van deze negati-
vite!t, van deze reeks mislukkingen, van het
in tem wrekende minderwaardigheidsgevoel
te groot werd enomsloeg in haar tegen
deel: een plotselinge grootheidswaan!
Zulk een innerlijke beweging des geestes
komt meer voor en nieuw is het niet! Maar
wél nieuw was de typisch-moderne wijze,
waarop deze waan zich nu aan de voorhanden
werkelijkheid ging hechten!
Want wat geschiedde?.
Het weifelend-bedelende mannetje had
zich, als was hij uit een boozen droom ge-
w»kt, uit zijn angstig-gebogen houding op-
giricht. Zijn neerhangende trekken waren
pots uit z'n -triest gelaat verdwenen en met
Bij-stralende oogen keerde hij zich om en
lep met vasten tred machtsbewust!
aaar het vluchtheuveltje op het -midden van
het plein.Daar ging hij breed-uit staan,
-trok met energiek gebaar pet en jas recht
en overzag „zijn" rijk Toen met gebie
denden arm beduidde hij een aanschuivende
tram door te rijden: aan het bevel werd vol
daan! Het electrlsch voertuig reed klingelend
verder.... Een motor snelde aan en -min
derde, bij het naderen der rails, vaart. De
Heerscher op zijn vluchtheuveltje, gebood:
„langzamer". Het geschiedde naar zijn -bevell
Een moeder -met kinderwagen- sta-k snel over
en stond op 't -punt op het trottoir veiligheid
te zoeken: de groote Regelaar wenkte haar
genadiglijk en wees haar achter hem voort
te gaan.Zij deed 't.
Dat hier en daar een verwonderd, lachend
gezicht naar hem opblikte dat enkel stra
tenmakers hem vanuit de verte een vluchtig
spot-woord toeriepen, hij bemerkte 't ternau
wernood en zoo hij 't al gewaar werd, dan
aanvaardde hij dit als een nutteloos tegen
stribbelen van „zijn" onderdanen. Nutteloos:
immers het ging toch alles zooals hij het
vanaf zijn machtige standplaats ordon
neerde?
Ten laatste kwam een- „echte" verkeers
agent, die verbolgen meende, dat hier een
ongeoorloofde parodie werd opgevoerd van
zijn ernstige bezigheden en die de juiste
diagnose klaarblijkelijk nog niet had leeren
stellen, de schoone en onschuldige waan ver
storen. Ook hem werd door den Heerscher
wel beduid door te loop en, maar de betoove-
nng scheen gebroken en een oogenblik later
was er op straat niets meer dan het drukke,
aan zichzelf overgelaten stadsbeweeg, waar-
tusschen door een nietig, armzalig en ver
schrompeld lucifers-mannetje door 'n „dien
der" werd „opgebracht", omstuwd door en
kele nieuwsgierige straatjongens.... En
maar weinigen wisten, dat er iets nieuws ge
boren was: de „verkeers-agenten-neurose",
die zich van nu. afaan een vaste plaats ver
overd heeft tusschen de andere -moderne
kwalen, als daar zijn: de .snelheidskoorts, de
step-rage, en het bioscoop-delirium!
Intusschen kregen de verkeers-agenten,
de echte! de laatste dagen wat rust. Want
nu de reeks congressen, met het Eucharisti
sche, voorloopig tot een einde kwam, de Raad
met vacantie ging en ook de andere vacanties
intraden, loopt de stad leeg, tijgt een stage
stroom naar buiten en.... naar het „goed
koope" België, zooals eertijds naar het goed-
koope Duitschland, waardoor de straten leeg
raken. Van levende have tenminste! -Want
P. W. zorgen er wel voor met hun krachtig
doorgevoerde asphalteerings-campagne, dat
er aan „doode materie", aan zand en steenen,
planken en wat dies meer zij, steeds een
eerbiedwekkende hoeveelheid aanwezig blijft.
Merkwaardig is het echter te bemerken hoe
zeer de oppositie tegen deze straten-opbre-
kery-in-het-groot, nog niet lang gel-eden zoo
hevig en in ingezonden stuk en op andere
wijze zoo hartstochtelijk aan het woord, zich
den laatsten -tijd gelegd heeft.
Dat is ongetwijfeld een succes voor Pu
blieke Werken, succes bevochten -met het
gereed komen van de omvorming van het
Rembrandtplein. Waar ergernis en kritiek
zich onder het A'damsch publiek nu eenmaal
spoediger en meer „in 't openbaar" plegen
te uiten, dan lof en tevredenheid, daar
mocht men niet verwachten, dat nu plotseling
ook „hoorbare" stemmen zouden opgaan om
te getuigen van het feit, dat „men" over het
herboren Rembrandtplein onverdeeld „vol
daan" is.
Maar dat feit is er en wordt gekend door
een wier lot het is ook vele „verborgen"
stemmen in binnenkamer, café of vergade
ring te moeten aanhooren. En het spiegelt
zich ook af in het uitblijven van voorbarige
kritiek op het verdere werken van P. -W. aan
de „geruischlooze straatbedekking". Ook aan
den Dam zal dezer dagen begonnen worden
en de hoop leeft weer op, dat dit hoofdplein
van de hoofdstad eindelijk weer eens in eere
hersteld zal worden en uit zijn desolaten toe
stand verlost zal worden. Een hoop, die nog
versterkt werd- door het bericht, dat de drei
ging van een „broekenpaleis"-overheer-
sching van de baan is. De firma Brennik-
meijer toch, die nog steeds een oogje gericht
hield op het Middendam-terrein, heeft zich
dezer dagen definitief als „gegadigde" terug
getrokken.
Een andere „dreiging", die van den onder
gang van diverse muziek- en kunstvereeni-
gingen tengevolge van de door de Gemeente
voorgenomen subsidie-verlaging is, nu de
plannen van B. en W. in dezen voor de be
grooting van 1924'25 bekend werden, ook
aanzienlijk verminderd. -
In hun toelichting bij die thans openbaar
gemaakte plannen verklaren B. en W., „dat
het hun mogelijk is gebleken, de subsidies
tot een gezamenlijk bedrag van ƒ300.000
terug te brengen zonder aan het werk der
vereenigingen en instellingen al te veel af
breuk te doen. De te besparen som bedraagt
een 87.000 en verdeeld over het groot aan
tal subsidie-genietende vereenigingen drukt
deze bezuiniging niet al te sterk, zoodat de
afzonderlijke lichamen vrijwel allen het hoofd
boven water zullen kunnen houden. Slechts
één instelling, die n.L der Volksconcerten in
„Salvatori", schijnt ten doode opgeschreven;
haar subsidie toch wordt volledig ingetrok
ken, welken doodsteek B. en W. motiveeren
met de verklaring, dat in de behoefte aan
goed-koope solisten-concerten door den Am-
sterdamschen Kunstkring in ruime mate vol
daan wordt, zoodat de belangstelling in de
Salvatorl-avonden niet voldoende meer is om
Gemeentesteun te rechtvaardigen.
Verheugend stemt het ook, dat men op het
Prinsenhof de subsidie aan „noodlijdende
beeldende kunstenaars!" ook voor 't komend
jaar onveranderd wenscht te handhaven op
f 10.000. „De noodtoestand onder de beelden
de kunstenaars is", schrijven B. en W. te
recht, „sinds het vorige jaar nog niet verbe
terd. Schilders, beeldhouwers en sierkunste
naars van den eersten rang, die vroeger ge
regeld werk hadden, hebben- op het oogen
blik nagenoeg niets -te doen en weten niet
hoe in hun levensonderhoud te voorzien". En
waar een Gemeente dezen steun aan beel
dende kunstenaars zóó inricht, dat zij door
het aankoopen van werk of het losse uitvoe
ren van wandschilderingen meteen in het
bezit komt van schoone kunstvoortbrengse
len, daar achten zij voortzetting van hun
gestie in dezen gerechtvaardigd.
Dat, afgescheiden van deze laatste overwe
ging, ook het land en vooral de stad van
Rembrandt, het uitsteken van de helpende
hand aan de schilderende gilde-broeders aan
zichzelf verplicht is, wordt er niet bij; ge
zegd, maar is niet -minder waar.
'Zoo zitten we dan, al heeft de halve Am
sterdamsche menschheid dan ook vacantie,
-toch eigenlijk alweer volop in de voorberei
dingen voor het komende „werk-seizoen".
Tot deze voorbereidingen mag zeker ook
wel gerekend worden de besprekingen, die
onze directeur van de Gemeentelijke handels
inrichtingen gehouden heeft met de Russi
sche handelsdelegatie te Londen en die het
uitzicht openen, dat onze haven in de nabije
toekomst als een der voornaamste stapel
plaatsen voor Russische producten aal wor
den aangeprezen. De onderhandelingen lie
ten eerst nog grootere moeilijkheden voor
zien, maar datgene wat bleef, dit nJ.: het zoo
goed als beklonken feit, dat Amsterdam
stapel- en verschepingsplaats zal worden van
Russische petroleum, naphta, benzine, enz.,
houdt voor onze stad een niet -te versmaden
belofte van verruiming van werk-gelegen-
heid en van handelsopleving in. Mogen ook
van andere zijden deze beloften gestadig aan
toenemen, opdat er, na de vacantie, volop
werk aan den winkel zij!
ECONOMISCH WEEKOVERZICHT.
Het is thans juist t - jaren geleden,
dat de groote werela, log uitbrak en
de gevolgen van dien v-. serenstrijd, die
zooveel economische s< de heeft ver
oorzaakt, zijn blijkbaar dusdanig, dat
een duurzaam herstel zéér moeilijk te
bereiken is. De in de laatste jaren ge
houden conferenties tusschen de hoof
den der geallieerde mogendheden zijn
steeds zonder resultaat gebleven.
De thans in Londen gehouden wor
dende conferentie wees in den aanvang
op overeenstemming, doch zijn er staan
de de conferentie zoovele strijdende in
zichten gerezen, dat het er op begint
te lijken, dat ook deze conferentie we
derom op niets uitdraait. Het voornaam
ste feit, waarom het hier gaat is het
plan om Duitschland eene leening te
verstrekken van 800 millioen goudmark,
doch de Amerikaansche bankiers, welke
die leening zouden willen garandeeren,
eisêhen dusdanige waarborgen, dat hier
door dikwijls de economische en politieke
zijden der overeenkomst met elkaar in
strijd komen: Men dient thans af te
wachten of er eene formule gevonden
wordt, waardoor alle partijen bevredigd
zullen zijn.
.Verder is men het nog lang niet eens
over het terugtrekken der bezetting uit
het Ruhrgebied, terwijl ten slotte de uit-
noodiging aan Duitschland om ter con
ferentie te komen ook een punt van ver
schil blijkt op té leveren, zoodat er nog
heel wat water door de zee moetloopen,
voordat er algeheele overeenstemming
zal bereikt zijn.
Zoowel aan de binnenlandsche als aan
de buitenlandsche beurzen schijnt men
grootendeels een optimistischen kijk te
hebben over den afloop der conferentie,
want gedurende de geheele week blijkt
overal de tendenz aan den vasten kant
te zijn; speciaal deNew-Yorkschebeurs
berichten zijn bevredigend voor indus
trieels waarden op vermoedens dat er dit
najaar wederom een opleving in zaken
zal komen.
Te onzent is er in verband met den
vacantietijd geringe omzet, doch eveneens
een vrij vaste stemming. Niettegenstaande
de prijs van ruwe petroleum te New-York
dalende is, blijven olie-aandeelen zich
goed handhaven, terwijl ook de suiker-
afdeeling voortdurend vast gestemd blijft
op gunstige berichten uit Indië omtrent
afdoening van flinke kwantiteiten suiker
tegen den bevredigenden prijs van f 13.50
wat voor dë meeste maatschappijen een
netto winstmarge laat van circa 5 6
gulden.
Yoor tabakswaarden is er ook een
goede stemming, waarbij zich in de eerste
plaats aandeelen Senembah onderscheiden
die zelfs een koers van 823% konden
bereiken, naar aanleiding van berichten
dat de oogst van zeer goede kwaliteit
moet zijn.
Verder staan deze week de scheep-
vaartaandeelen in een goeden reuk, wat
mén wil toeschrijven aan betere bedrijfs
resultaten. Vooral Hollandsche stoom-
booten waren goed gevraagd, speciaal de
7 °/0 obligaties,die van circa 50 tot 60
konden oploopen, ook aandeelen Holland-
Amerikalijn, Maas, Koninklijke boot,
Solleveld en Nievelt waren vast.
Op onze industrieele markt gaat nog
steeds zeer weinig om en is er weinig
variatie, behalve voor aandeelen Werk
spoor, die goed gevraagd bleken te zijn
op het zeer medevallend dividend van
5%
De wisselkoersen geven zeer weinig
reden tot bespreking, aangezien de varia
ties minimaal zijn door absoluut gebrek
aan handel.
OOST-INDIE.
De gouverneur van dé Straits.
De gouverneur van de Straits vertrekt 1
Augustus uit Singapore en keert 26 Augus
tus terug. Hij zal een officieel bezoek bren
gen aan den landvoogd van Nederl.-Indië.
INGEZONDEN.
Geachte Redactie,
Het stukje van het Centraal Comité
voor Drankbestrijding „Helder", in Uw
blad opgenomen, bevateenige onjuistheden,
die recht gezet verdienen te worden.
Zoo is het al niet juist, dat onze
organisatie bezig is een actie te ontwik
kelen tegen Plaatselijke Keuze. De actie
faat uit van een Comité, bestaande uit
e volgende HeerenJ. de BlankDr. Ch.
Bles; Dr. O. F. Bosch; H. Th. G. Cobljjn;
Mr. J. Déking Dura; W. P. F. van De
venter; F. J. W. Drion; Mr. A. B. Gom-
perts; A. Ingenool Jr; P. J. de Kan ter;
Prof. A. Klein; Mr. F. A. Kokosky; O.
H. van Lottom; D. Manassen; J. Meuw-
sen; S. F. van Oss; Prof. Dr. R. Saltet;
J. G. Schlencker; J. Schulman; Dr. de
Smitt; Mr. Dr. H. J. O. van Tienen en
A. W. Zonneveld.
Dit Comité heeft de hulp ingeroepen
van verschillende middenstandsorganisa
ties, waaronder ook de onze, teneinde de
lijsten ter teekening te leggen in ver
schillende openbare gelegenheden, opdat
het publiek in de gelegenheid is, hand-
teekeningen te plaatsen. Als Zoodanig
verleenden wij onze hulp.
Nu zegt het Centraal Comité voor
drankbestrijding alhier, dat wij dit niet
op een juiste manier doen, aangezien wij
het wetsvoorstel Rutgers verkeerd toe
lichten. Maar de heeren zelf lichten het
publiek dan niet juist in. Want weliswaar
bedoelt het voorstel Rutgers demogelijk
heid te scheppen om de verkoopplaatsen
van sterken drank in een gemeente te
doen verdwijnen, dus zoowel in de open
bare café's als in logementen en socië
teiten den verkoop van sterken drank
onmogelijk te maken; doch bij de behan
deling, zoowel schriftelijk als mondeling
van het wetsvoorstel in de Tweede Kamer
en ook op vergaderingen, die hieromtrent
elden gehouden zijn, is u'tdrukkelijk de
bedof ug naar voren ek men, dat dit
wetsv irstel F tgers i eerste stap zou
zijn o den w< g nat ügeheele droog
leggir van o s land. Het bovengenoemde
Comité heeft dit ook alleszins duidelijk
als de bedoeling van het wetsvoorstel
Rutgers gepubliceerd en daarin een reden
tot deze actie gezien. Over de techniek
van het voorstel behoeven wij niet verder
uit te weiden. Het gaat hier om het
beginsel, d.w.z. om een stuk vrijheid van
het Nederlandsche volk, en of de helft
plus één van de ingeschreven kiezers
(als deze 8/4 uitmaken van de opgekomen
kiezers) kunnen beslissen of aan de helft
min één, al zijn deze nog zoo matig en
al maken zij nooit eenig misbruik van
sterken drank, voortaan verboden zal zijn
sterken drank te koopen in een sociëteit,
logement of openbaar café en of, als dit
verbod bereikt is, wij verder gestuurd
zullen worden naar den toestand in de
Vereenigde Staten van Noord-Amerika.
Het is niet onze bedoeling een polemiek
over deze zaak te beginnen; wy hebben
hier slechts een woord ter verdediging
gesproken en tevens recht gezet, wat
door de drankbestrijders alhier verkeerd
was voorgesteld.
Wij danken Uw Redactie zeer voorde
verleende plaatsruimte en verblijven,
Hoogachtend,
Namens het Bestuur der af deeling
Helder van den Nederl. Bond van Kof
fiehuis-, Restauranthouders en Slijters.
H. M. Dito, Voorzitter.
E. Woud, Secretaris.
DAMRUBRIEK.
Alles betreffende deze rubriek te adres-
seeren aan.':
Den Damred acteur der Heldersohe
Courant,
Vaüeriusstraat 64huis,
Amsterdam.
Onderstaande stand trof iik aan in de
rubriek van den heer G. J. A. v. Dam in
de „Nieuwe Courant".
B. Springer, Wit
D. Rioou, Zwart
Zwart 19.
Wit 19.
Stand:
Zwart 2—6, 8—16,18,19, 21, 28 en 24.
Wit 26, 27, 28, 80, 82, 88, 85—89, 42, 48,
en 45—60.
Het spel verliep hier als volgt:
Wit: Zwart:
1." 60—44 16—20
Zwart laat zich opsluiten, wat ook hier
blijken zal nade-elig te zijn.
2. 45401
Het begin van een reeks fraaie zetten.
2. 10—16
8. 40-84!
Geeft oogenschijnlijk zwart gelegenheid
met 2429 en 20 X 40 een schijf te win
nen. Wit zou daarna echter revanche ne
mén met 8029, 28 X 10 en 25 X 45.
8. 4-10
Zwart wil den vorigen lokzet vernieti
gen en dreigt nu met 2429.
4. 87-81!!
Een diep doordachte zet, die een schit
terende combinatie inleidt. Rioou meent
nu gerust de schijf winst te kunnen ne
men.
4. 2429
6. 88X24 20X 40
6. 80—24 19X80
7. 25X45 21—26?
Meent zijn schijf terug te winnen.
8. 28X19 1 16X28
0. 85—80 18X 85
10. 27—21 16X27
11. 8882 27 X88
12. 42X4.
Een schitterende combinatie, het beStu-
deeren volkomen waard.
Ten fflotte een combinatie waardoor Ri
oou won tegen Signoret
Rioou, met Wit snoeide: 2218, 8820,
4440, 82—27, 49:9, 27—22, 87—81, 41:5.
Fraai
LUCHTVAART.
Een tragisch vliegongeval.
Uit Parijs wordt aan de Telegr. gemeld
Woensdag is een militair vliegtuig, be
stuurd door sergeant Rapin, neergestort
te Bourg-la-Reine.
De vlieger die in dit plaatsje geboren
was, vloog zeer laag om zijn dorpsgenooten
te begroeten. Ter hoogte van de daken
maakte hij een zeer korte bocht, de
linkervleugel van het toestel raakte
een telegraafpaal en de machine verloor
het evenwicht en viel te pletter op het
trottoir voor 't ouderlijk huis van den
vlieger.
Een voorbijganger werd op slag gedood,
een ander overleed tijdens het transport
naar het ziekenhuis. De mede-vlieger
Niggy stierf eveneens spoedig. De"bestuur-
der brak beide beenen en verkeert in
zorgwekkenden toestand. Zijn mpeder
werd zwaar gewond en liep een schedel
breuk op. Drie andere personen zijn
minder ernstig gekwetst.
Rapin vloog een school-type, dat zoo
goed als nieuw was. Hij vloog het rog
een laatste maal alvorens er de opleiding
van 15 militaire vliegers mee te beginnen.
Er is een enquête ingesteld. Intusschen
is het reeds buiten twijfel, dat Rapin te
laag vloog hetgeen trouwens verboden
is en dat hij een vreeselijke onvoor
zichtigheid heeft begaan.
De Amerikaansche vliegers op den tocht
om de wereld, die 'te Kirkwali op de Orkney-
eilanden zijn aangekomen, hebben van daar
niet kunnen vertrekken, omdat er mist hing.
"i 'i'i
SPORT.
Roeien.
De nieuwste ziekte. De overwinning van P. W.
Beloften voor het komend seizoen".
De subsidies.
Amsterdam is, niettegenstaande haar
moeras-bodem, niettegenstaande haar soms
min of meer onaangenaam riekende grach
ten, niettegenstaande haar opeengepakten
bouw, een gezonde stad. Ja, één van de
gezondste van heel de wereld! Het sterfte
cijfer is er lager dan in de meeste andere
grlote steden, en het geboorte-cijfer hooger.
Maar toch: ook zij ontkomt niet aan de mo
derne kwalen en blijft ook* in dezen, als
„Grosz-stadt", op de hoogte van haar tijd.
Zoodra niet heeft de medische wetenschap in
een of ander werelddeel een nieuwe ziekte
ontdekt of meestal doet deze al spoedig daar
op, zij het op bescheiden wijze, haar intrede
in onze veste. Maar, zooals op veel gebieden,
leefden we, al deden we dan ook tenslotte
mee, ook op het gebied der ziekten, een
beetje in de „na-deining".
De Adelborsten te Brussel en LUzerm
Opnieuw zijn wij door den Adelborsten-
coach welwillend ln de gelegenheid gesteld
om een nabeschouwing te geven over de bui
tenlandsche reis van de Adelborsten-vier.
Maandag 22 Juli roeide de Adelborsten-vier
tegen de beste Belgische vieren, w.o. de ploeg
die België in Parijs vertegenwoordigde. Na
een valsche start., waarin zij onmiddellijk vóór
waren1, kwamen ze in de 2e start echter achter.
Dit was geen beztvaar om reeds op 1000 M.
afstand 3 lengten voor te zijn. De Adelborsten
vonden dit genoeg en met kalmen slag eindig
den ze ais eerste, zoodoende overtuigend be
wijzende dat ze de Belgische vieren verreweg
de baas waren.
Maar ook zoo moesten de Adelborsten op
26 Juli te Lüzern de meerderheid erkennen
van de Duitsche vier Udine uit Offenhach.
Een ploeg die reeds 11 jaren bijeen zit, die
voor den oorlog nooit en ook toen nog niet
geslagen was. 't Merkwaardige van deze ploeg
ie, dat één der roeiers in den oorlog aan den
voet werd verwond, zoodat zijn voet stijf ls
geworden. Door een beweeglijke voetenplank
te vervaardigen, waarin dit euvel werd te
niet gedaan, konden ze weer als voorbeen
starten, 't Was een buitengewoon superieure
ploeg die bovendien gewend ie aan flinke golf
slag, waarop de booten ook zijn gebouwd: se
liggen dieper en zijn hooger gebouwd.
Niettegenstaande de Adelborsten de el echt
ste boei hadden, wat op een uitgestrekt meer
als dat te Lüzern (bet Vierwoudenetedenmeer
niet weinig beteekent, hebben zij deze ploeg,
de Udine, het vuur na aan de schenen gelegd
(hoe vreemd deze uitdrukking ook moge klin
ken ten aanzien van een wedstrijd midden op
het water).
De Udine-ploeg heeft zich zoo volkomen
moeten' geven, dat zij den volgenden dag niet
in staat waren de vier zonder stuurman, waar
van zij ook reeds 17 achtereenvolgende over
winningen haalden te kunnen winnen. De
Adelborsten verloren, niettegenstaande het
zeer ruwe water, met slechts 2 lengten.
Zondag 27 Juli roeide de Adelborsten-ploeg
weder tegen de Zwitsers, die tegen de Olym
pische Zwitsersche vier (kampioen) slechts
roet zeer weinig verschil verloren, en tegen
de Heidelbergers, die na Udine de beste ploeg
van Duitschland zijn. De Adelborsten hébben
dezen wedstrijd met luttel verschil, nog geen
Meter, verloren.
Over het verloop van de wedstrijden' te
Lüzern schrijft de roel-speclallst Dr. v. Iter-
son, die welwillend de verzorging aldaar op
zich nam, nog:
„Udine was Zaterdag eenvoudig beter. Er
was geen houden aan. We verloren met B
lengten. Zwitserland gaf het op.
Zondag was het een felle strijd bij stil weer.
Vanaf 1000 Meter kregen wij onder groot ge
juich de leiding. Zwitserland had n.1. geen
kans meer. De radio die 6teeds geroepen had
„Wels füihrt unit V» Lange" (dat was Heidel-
berg) riep opeens,, tausend meter! Blau (die
Adelborsten1) führtt". Van verre klonk ons
van de volgboot het „hiep Holland" over hst
water tegemoet.
Alle sympathie voor onze sympathieke Jon
gens! Toen zij vlak bij het eindpunt voor de
tribune kwam leidden ze met 8/4 lengte. Deze
gingen verloren toen ze twee golven van een
motorboot kregen. Nog 8 slagen én met nog
geen meter was de strijd verloren. Jam
mer, maar een mooie strijd. Winnaars
tijd 7 min. 134/5 sec. Wij nog geen vijfde se
conde meer.
De ovatie voor hen was grooter dan voor
de Du-itschers.
Een der roeiers was doodop, zoodat mijn
hulp nog voor hem ingeroepen werd.. Doch wel
dra was hij na wat rust weer goed en toog
hij naar het banket.
Schade, Schade hoorde men overal, hetgeen
wel een bittere pil voor de aanwezige Duit-
schers moet geweest zijn, maar, het was ge
meend. De zware race van den vorigen dag
had hen ook geen' goed gedaan.
UndLne hebben ze tenminste zoo opgejaagd
dat het Zondag no. 8 was in de 4 zonder stuur
man na 17 overwinningen!"
De Zwitsers waren geheel uit den strijd.
Ongetwijfeld zouden de Adelborsten ln belde
wedstrijden een zeer veel beter figuur hebben
geslagen, wanneer ze de gelegenheid hadden
gehad, zich voor dezen wedstrijd op dergelijk
water beter te kunnen voorbereiden. Tijd daar
voor ontbrak, terwijl 'bovendien de boot eerst
laat aankwam.
Ondanks alles hebben onze Heldereche roei
ers zich in het buitenland doen leeren kennen
als eerste klasse roeiers en dat met de betrek
kelijk zeer weinige voorbereiding, die zij heb
ben 'gehad. Hulde aan de Adelborsten, maar
ook hulde aan de commandant en de officieren
van het Instituut, die volkomen hebben mede
gewerkt om dit grootscha te