u/3 x
amsterdamsche brieven.
POST- EN TELEGRAAFKANTOOR.
De lichting der stadsbrievenbussen
Een nieuwe Vereeniglng gewenschtl
ting. Het vreemdelingenbezoek.
pesterij". De wtnkelslul-
Met het naderend einde van de vacanties
komt ook het begin van het nieuwe seizoen
weer in zicht. Wij zijn niet meer ver af van
den tijd, dat 'vele Amsterdammers, zon-ge-
brand en met het ruimte-begrip van hei en
zee nog om zich heen, hun stadshuizen weer
betrekken en het er, zoo die eerste dagen,
onwennig, eng en bed'ompt vinden, terwijl
het stads-rumoer om hen heen niet andiers
beleefd wordt dan als nuttelooze herrie van
een verdoolde menschheid En als sym
bool van het juk dat zij nu weer een langen
winter zullen moeten torsen, vinden zij in
de stoffige brievenbus een aantal vergeten
en in-een-gefrommelde rekeningen,
Overgangs-tijd 1 Even wennen, even
moet men zich weer opnieuw aanpassen 1
Maar 't duurt niet lang of de routine
heeft de menschen weer te pakken; de
stad en alles wat daar bij behoort wordt
weer als gewoon en zelfs als genoeglijk
aanvaard. Pa kan al spoedig niet meer
buiten z'n ochtendblad en zijn „koersen"
's avonds, buiten zijn borrel-tafeltje na
kantoortijd, buiten de étalages van Hirsch
en de Vries, buiten de mode shows en
gezellige thee-drinkerijtjes om; en de
kinderen zijn blij dat ze hun wekelijksch
bioscoop-middagje weer hebben En
klappen doen ze, op die middagjes weer,
als de een of andere komiek-held op het
witte doek een bijzondere grol vertoont
dat hun handen er van tintelen
•Daar is niets tegen, tegen dat kinderlijk
enthousiasme zich uitend in klaterend
applaus, meen ik. Als de bioscoop of de
voorstelling dit jeugdig enthousiasme ook
maar echt kinderlijk doet blijven
Frisch-kinderlijke uiting van echte pret
laat die, met gejuich en hand- geklap zoo
„rumoerig" mogelijk blijven. Men zou 't
niet anders wenschen en 't mee te maken
blijft altijd een weldaad en een verheu
ging
Maar ook de ouderen kennen in theater-,
concert- of voordracht zaal geen andere
bijvals uiting dan „applausMaar, bij
hen, buiten de sfeer van rumoerige
kinder-vreugd om, heeft het geluid van
de in-een-slaande handen niets meer van
het blije, „open", frissche „lawaai" der
jongeren. Het verword er tot een hard,
plomp krakend geluid, dat aandoet alsof
de lucht met brute, hand in stukken werd
gescheurd. En wat er nog van het geziene,
of gehoorde na bleef zweven vlucht de
zaal uit en van wat er aan stemming
gewekt werd draagt men weinig meer
■mee. Men heeft op z'n hoogst de hand
en armspieren weer wat lenig gemaakt,
om vlak daarop met des te meer energie
de strijd bij de garderobe aan te vangen
en hoed en jas zoo snel mogelijk weg te
grissen.
Er zijn wel eens gunstige uitzonderin
gen: bij sommige voorstellingen en uit
voeringen wordt wel eens speciaal ver
zocht „niet te applaudiseeren", maar over
't algemeen blijven we toch met deze
barbaarsche gewoonte behept.
Er zijn tegenwoordig „anti lawaai"
bonden,- bonden tegen hanengekraai van
aan slapeloosheid lijdende meüemenschen,
er is een vereeniging tot behoud van
Natuurmonumenten. Waarom geen „anti-
applaus Bond", geen Vereeniging tot
behoud van Geestelijke Monumenten
zooals een werkelijk kunst-gebeuren op
de planken of het concert-podium toch
wel heeten mag? Opdat zulk- een Monu
ment werd het, in de atmosfeer om ons
heen' opgebouwd uit het werkelijk „con
tact" tusschen uitvoerenden en publiek,
niet aanstonds weer in diggelen „geklapt"
wordt nadat het einde gekomen is.
In dezen tijd, nu we vlak voor den
aanvang van het nieuwe „seizoen" staan,
moge men mij deze noodkreet vergeven.
Wie neemt het initiatief tot het stichten
van een „anti-klap Bond" Ik meld me
oogenblikkelijk als lid aan
Welk „pro" men naast dit „anti" dan,
gezien het feit, dat men nu eenmaal toch
behoefte heeft op de een of andere wijze
van zijn bijval te getuigen, moet propa-
geeren? 't Eenvoudigste ware mis
schien nog wel het simpele opsteken van
landsche edelman Bentinck. Een zekere
Dr. Lister, een bekend En gelach genees
heer, vergezelde hem op die reis, en geeft
in zijn reisbrieven een levendige beschrij
ving van het Parijs in die dagen. Hem
trof daar de enorme ruimte, die door de
palelzen, kloosters, de gebouwen der rij
ken werd ingenomen tegenover de kleine
ruimte, waarin de bourgeoisie en de min
dere stand was gehuisvest. Verder heeft
hij van Parijs den indruk meegenomen,
dat het een stad was, die belegerd werd'
door de dieven. Diefstal werd er tot in de
volmaaktheid bedreven 1 Zeker, ook In En-
land zijn er zakkenrollers en schurken,
maar zoo stoutmoedig als hier treden zij
niet op; zoo algemeenen populairen bijval
als hier vinden zij toch niet. Het beroep
van mouche, moeilijk te vertalen, werd in
die dagen ingevoerd van beide zijden;
zoowel de politie als de dieven hadden
hun mouches, wier taak daarin bestond,
dat die gangen der tegenpartij nauwkeu
rig werden nagegaan. Er stond in die da
gen een zware straf op het vernielen van
de straatverlichting; de lantaarns waren
behoorlijk beschermd, maar al te veel
moeite kostte het toch niet om ze te ver
nielen. De duisternis kon niet anders dan
de streken der dieven bevorderen; van
daar de hooge straffen. Nu moet men wel
in het oog houden, dat in deze zelfde jaren
de door Law opgezette actie in Parijs
haar hoogtepunt bereikte; de straat Qui-
campoix kan er van medespreken. Rijken
van heden waren den volgenden dag ar
men; wie vandaag achterop den karos
zijns meesters stond,, zat er wellicht den
volgenden dag in. Deze nieuwe rijkdom
het moge tot geruststelling strekken
aan degenen, die in de verschijnselen der
laatste jaren een soort revolutie zien
heeft zich spoedig aan de gewoonten we
den bescheiden wuivende rechterarm
Er is, ook in ons land, reeds een ver
eeniging waar men dit op ledensamen
komsten en vergaderingen toepast. Het
is de Theosofische vereeniging. En wie
het meemaakte,, moet toestemmen,
dateen anti-applaus-Bond werkelijk
„in een behoefte zou voorzien"!
Applaus kan overigens, behalve dat
van kinderlijk-rumoerige en van het
stompzinnig verscheurende, ook nog tal
van andere karakters hebben. Daar is
b.v. het „spottend-honende". Wijd en zijd
heeft het, in dit karakter, j.1. Maandag
avond in onze stad geklonkenDe
avond van „Hartjes dag", die, helaas,
meer en meer ontaardt in bedelen van
de straatjeugd langs de café's in on
smakelijke (meest travesti) vermommin
gen en in hethonend pesten van de
brandweer, als deze zich opmaakt de op
straat gestookte vuurtjes te blusschen.
Van de positieve, alhoewel dan wat ruwe
vreugde van het vroegere volksfeest bleef
niet zoo heel veel meer over. Het werd
grootendeels een negatief vermaak met
honend handgeklap en pesterijEn het
klassiek Amsterdamsche „Jongens, gao
je mee zwaonen-pesten in het Vondels-s-
park", wordt op dezen avond voor de
gelegenheid vervoegd tot: „Jongens gao
itwnee^de^ brandweer pesten 1"
Er zijn altijd menschen die zich be
nadeeld voelen en er van overtuigd zijn
dat anderen hun willen „pesten".Zoo
zijn er den laatsten tijd weer een aanzienlijk
aantal van deze categorie te vinden onder
onze brave Middenstanders. Nadat een
zeker aantal avond-verkoop-vergunningen
los kwam, achten vele winkeliers (het
quantum vergunning-aanvragen steeg tot
vele honderdtallen), die nul op het request
kregen, zich benadeeld en achteruit gezet.
Onder hen zijn er velen, die ook andere
dan broodjes-met-vleesch winkels (waar
toe de dispensatie bepaling zich oorspron
kelijk beperkte) open houdenOok zij
meenen recht te hebben op avond-ver
koop. En nu zij het niet officieel kregen,
nemen zij het maar officieus, eigenhandig,
zoodat men de 'laatste dagen meermalen
allerhande winkels, buiten de consumptie
zaken om, na sluitingstijd geopend ziet.
De politie doet daar voorloopig niet
veel anders tegen dan waarschuwen. Zij
wil blijkbaar eerst de kat eens uit den
boom kijken en afwachten of de vraag
van protesteerende verbolgenheid niet
wat zal gaan zakken. De Gemeente wil,
als een wijze vader, eerst de driftige
kinderen wat laten uitrazen, om dan te
overwegen wat er gedaan moet worden.
M. a. w. hoe men strenger zal optreden
en eventueel de nieuwe winkelsluitings
bepalingen zal wijzigen.
Onze Middenstand heeft anders, voor
zooverre zij het mede van het vreemde
lingen bezoek moet hebben, dit reis-
seizoen niet te klagen 1 In geen jaren was
de stroom Engelschen en Amerikanen
zoo groot als thans. Wat o.a. ook blijkt
uit het records-bezoek aan Volendam en
MarkenDat is een goede barometer.
Want alles wat Engelsch spreekt en onze
hoofdstad bezoekt, trekt natuurlijk ook
naar het land van de wijde broeken, van
de klompen, de néuswarmertjes en de
botters 1 Als maatstaf voor het dit keer
bijster drukke bezoek kan gelden, dat
het z.g. „koppengeld" op Marken (ti 7
cent persoon bedragend) alleen in de
maand Juli al meer dan f1000.— op
bracht.
En wat de Middenstanders dan ook
tegen B. en W. mogen hebben, verwijten
kunnen zij het college niet, dat het den
vreemdelingen stroom tegengaat. Integen
deel 1 Alles wat hier, vanuit het buiten
land, opk maar eenigszins „officieer
komt, vond dezen zomer bij B. en W,
een „zoeten inval". De noenmalen en
diners „door het Gemeentebestuur aan
geboden" zijn niet van de lucht geweest.
Dan dit Congres-bestuur, dan dat; nu
deze marine officieren, dan die. Soms een
noenmaal in het IJ paviljoendan weel
een diner bij Couturier. |Of ook, zooals
ter gelegenheid van de ontvangst der
Finsche Journalisten, een meer landelijk
maal in de gemeentelijke kwekerij in de
Watergraafsmeer.
InderdaadB. en W. hebben er heusch
wel wat voor over gehad. Zij, Wethouder
Wibaut die meestentijds de honneurs
waarnam vooraan, hebben zich, niet
het minst ten behoeve van den Midden
stand, kranig door deze vacantie „heen-
gegeten". Men heeft het dankbaar te
erkennen.
ten aan te passen, maar de buitensporige
weelde, die vooral in de eerste jaren door
hem werd tentoongespreid, moest wel de
begeerte van dieven opwekken. Het was
ook niet heel moeilijk om bij hen tot ste
len te komen!
Ter hoogste plaatse mocht men Car
touche en de zijnen niet als ultra-gevaar
lijk beschouwen, de politie-autoriteiten
namen het ernstiger op. Zoo ging zelfs
een majoor van de Fransche garde, een
zekere Pecome, ertoe over om honderd
zijner stoutmoedigste mannen te gelasten
zich voortaan slechts in het civiel gekleed
op straat te bewegen, elkander geheel on
bekend te blijven en goed acht te geven
op alles wat op dieven en misdadigers ge
leek. Dit middel zou in een goed georden
de stad geholpen hebben, maar het on
geluk wilde, dat de overige politie-orga-
nisaties deze mannen verdacht vonden, in
hen al spoedig gardes ontdekten, aan wie
het ten strengste verboden was, volgens
de reglementen, om zich anders dan in
uniforauop straat te bewegen, en zoo ge
heel hun actie onschadelijk maakten. Nu
nam de fantasie ten opzichte van Cartou
che, die op onverklaarbare wijze het
meest werd genoemd, steeds grooter af
metingen aan. Men ging hem meer macht
toeschrijven dan hij niet alleen bezat,
maar waarvan hij nooit gedroomd had.
Zonderling nietwaar, deze man, wien men
toeschreef, dat hij over geheel Frankrijk
ee® organisatie ineenzette, had als illusie
om van Parijschen dief te worden roover
op de groote landwegen, een beroep, dat
ongetwijfeld' meer stoutmoedigheid ver-
eischte, maar minder tact en minder voor
zichtigheid. Evenzeer als dan ook tus
schen de politie-organisaties naijver
heerschte, zagen de groote straatroovers
als zij naar Parijs kwamen, met een ze-
Paard en wagen van dien dijk gevallen.
Te Dordrecht is tijdens een hevig on
weer de gebrekkige koopman S. met
paard en wagen van den Strijenschen
Dijk gevallen, bij welk ongeluk de man
het leven verloor. Ook het paard is hierbij
omgekomen.
De „Natuurgeneeskundige".
De 31-jarige zoogenaamde natuurge
neeskundige B., uit Rotterdam door de
politie te Vlissingen aangehouden omdat
een vrouw aldaar, die aan zijn raadgevin
gen gevolg had gegeven is overleden, is
thans naar het Huis van Bewaring te Mid
delburg overgebracht, verdacht van op
lichtingen gepleegd in de jaren 1923 en
1924.
Men schijnt hem dus geen „dood door
schuld" ten laste te zullen leggen, imaar
het aannemen van geld onder voorwend
sel, dat hij de betrokkenen kon genezen.
De verhongerde zwerver te Baam.
De vlce-president van het gerechtshof
te Amsterdam, imr. P. J. Bijleveld, heeft
te Baarn een nader onderzoek Ingesteld
in zake het bekende geval van den ver
geten zwerver.
Zooals bekend komt de strafzaak tegen
den verantwoordelijken politieagent 30
Sept. a.s. voor het Hof te Amsterdam in
hooger beroep in behandeling.
Getuigen zijn niet gedagvaard.
Een sterke familie.
Een inzender deelt in de Times mee, dat
hem het volgende bekend was omtrent
een familie, van welke de leden zich ken
merkte door robuste levenskracht. Er wa
ren in dit gezin vijftien kinderen, die al
len in leven zijn, terwijl hun leeftijd on
derscheidenlijk bedraagt: 73, 71, 69, 67,
66, 64, 62, 59, 57, 55, 54, 53, 52, 61 en 47.
Geein dier leeftijden is op zichzelf be
schouwd overmatig hoog; maar dat die
personen tot dusver allen in leven bleven
is toch wel heel merkwaardig. De gemid
delde leeftijd is ongeveer 60 en samen
zijn zij 900 jaar oud.
b
Ontrouw postbeambte.
Een assistent bij de Posterijen, werkzaam
op het kantoor te Dordrecht, heeft zich bij
de politie aangemeld en bekend, dat hij in
dienstbetrekking gelden heeft verduisterd.
De man is in arrest genomen.
De wraak van een verliefde jonge dame
van 14 Jaar.
Een ontzettende gebeurtenis heeft heel
Bourg St. Andeol- in het Ardèche-departe-
ment, in beroering gebracht.
Twee kinderen, de 14-jarige Marie Ros-
signol en de 15-jarige Louis Chinon, hadden
elkaar voor het leven trouw gezworen
zooals dat bij kinderverliefdheidjes wel meer
voorkomt. De wederzijdsche papa's en ma
ma's moesten echter van die dwaasheid niets
hebben en deden hun best den kinderen hun
romantische droomen uit het hoofd te praten.
Dit bleek echter niet zoo gemakkelijk te gaan.
Marie en Louis bleven qp hhn stuk staan en
onlangs vroeg Louis zijn vader vergunning
om te trouwen. Hetgeen papa Ohinon met
nadruk weigerde. Een paar dagen geleden
wandelde hij in zijn tuin, toen plotseling een
revolverschot weerklonk en de man dood
kere minachting op Oartauche en de zij
nen neer, wat er dezen weer toe leidde om
hen in het nauw te brengen. Zoo hebben
zij een dezer bestolen op klaarlichten
dag, op de Plaoe Royale; terwijl de be
stolene, heel goed begrijpende, wie hem
deze streek geleverd hadden, uit wraak
de brutaliteit beging om hem.aan te ge
ven. Hij deed dit onder het voorwendsel
officier te zijn. De klager verscheen na
tuurlijk niet meer toen eenmaal de in
structie begonnen was, en dit heeft den
geschiedschrijver zelfs aanleiding gege
ven om de meening, te opperen, dat ook
onder de officieren de angst voor Car
touche zoodanig was verspreid, dat zij
een klacht in zijn bijzijn zelfs niet durf
den handhaven! 1 Wat een bewijs mag
heeten hoe de geschiedenis, speciaal ten
opzichte van Cartouche, maar ook in het
algemeen, gemaakt en geschreven wordt.
Misschien zou alles „goed zijn gegaan",
en Cartouche jaren achtereen zijn heilloos
bedrenf hebben kunnen uitoefenen, ware
het niet, dat hij en de zijnen, door de po
litieautoriteiten steeds meer In het nauw
gedreven, hun toevlucht wel moesten ne
men tot moorden. Het aantal personen,
dat hem langzamerhand van uiterlijk
kende, werd te groot, vooral wanneer men
bedenkt, dat Parijs een heel wat kleinere
stad was dan tegenwoordig. Zoo werden
achtereenvolgens een aantal moorden ge
signaleerd, op de laaghartigste wijze be
gaan, bij welke men onmiddellijk aan Car
touche en zijn bende dacht. Men volgde
bet meer en meer gebruikelijke middel om
een prijs te stellen op het hoofd van de
gene, dien men de voornaamste in de
bende dacht. Daardoor verspreidde men
wantrouwen tusschen de misdadigers on
derling, en geen beter middel natuurlijk
om hun krachten te verzwakken. Bekend
voorover viel. Toen de menschen toeschoten
om ie z.en wat er gebeurd was, \onuen zij
Marie rustig bij het Lijk staan, met de nog
rookende revolver in de hand. Kalm zeide
het kind: Ik heb hem gedood hij wegerde
ons ons geluk té geven, thans is ailes vooiuij,
des te erger voor hem!
1
De Inbraak te Kampen.
Na de vrijspraak van de verdachten
inzake de inbraak btf de Nederlandsche
Bank te Kampen, waarbij een bedrag van
ongeveer 1 60.000 werd ontvreemd, nee
de politie niet stilgezeten; zoowel te
Kampen als te Amsterdam bleef zjj actief,
en de recherches van deze beide plaatsen
bleven voortdurend met elkander in nauw
contact. Eenigen tijd geleden mocht Let
gelukken een nieuw spoor te ontdekken,
dat geleid heeft ten eerste tot meer be-
wijsaanvoeringen der reeds berechte ver
dachten en bovendien tot nieuw arresta
ties. Gedurende de afgeloopen veertien
dagen werden te Kampen en te Amsterdam
samen zes personen gearresteerd, van
wie er gistermorgen drie voo'r den officier
•van justitie te Zwolle zijn geleid. De
overigen zijn, na verhoor, weder ontslagen.
Enkelen hunner hebben bekentenissen
afgelegd, welke de hoop doen koesteren,
dat men thans achter de geheele waarheid
zal komen. Grootere geldbedragen zijn
echter niet meer gevonden, wat ook niet
te verwonderen is, aangezien de meesten
hunner er al dien tijd maar op los hebben
geleefd.
De „Telegraaf' beidt nog:
Op zekeren dag ongeveer 18 dagen
geleden liet een zekere Kok, klppen-
koopman te Kampen en bijgenaamd „de
kromme kippenboer", zich in een café te
Puimerend iets over de Kampensche af
faire ontvallen. Dit was zeer onvoorzich
tig van den „kromme", want het kwam de
politie ter oore. En' daar hij verteld had,
dat ook de vrouw van Brand en diens zoon
meer wisten, arresteerde men hem, bene
vens de vrouw en den zoon van Brand.
Dezen werden verschillende keeren door
den commissaris van de Centrale Recher
che behoord en ten slotte biechtten ook
Brand's vrouw en zoon een en ander op.
Hetgeen zij vertelden was zeer bezwarend
voor een aantal personen en dank zij de
activiteit van inspecteur Van Slobbe en
van den rechercheur Prinsen, beiden van
de Centrale Recherche te Amsterdam,
werd de zaak verder afgewikkeld.
Het bleek toen, dat te Amsterdam een
paar cafétjes zijn, waar nu en dan voor
ieder, die het hooren wilde, openlijk over
deze zaak gesproken werd. In deze tappe-
rijtjes, die in de Jodenbreestraat en op
de Nieuwe Heerengracht gelegen zijn,
stak ook de recherche haar licht op. Na
eenigen tijd werden geknipt een zekere
Willem Nadort, Jan Geseling, bijgenaamd
„de smid" en Goudsmit. Laatstgenoemde
dient, zoo bleek uit het onderzoek, als de
hoofddader te moeten worden beschouwd
en met Westerbaan, zooals men aanvan
kelijk had vermoed. Jan „de smid" had de
noodige reedschappen geleverd, teneinde
de Inbraak, wat de technische hulpmidde
len betreft, mogelijk te maken.
Twen alle drie bestonden, ook voor de
laatste aanwijzirgen kwamen, reeds ver
moedens. Eet onderzoek wees verder uit,
dat in het cafétje, on de Nieuwe Heeren
gracht een biljet van 1000 en eenig an
der geld, vermoedelijk afkomstig van
beide, althans van een der inbraken, ge
wisseld was. Ook het feit, dat het drietal
op grooten voet leefde was al een aanwij
zing op zichzelf.
De huiszoekingen, die de politie bij de
drie vermoedelijke daders Nadort, Gos-
selinig en Goudsmit instelde, leverde geen
kostbaar resultaat op. Hoogstens werd de
meening versterkt, dat er veel geld ge
weest moet ziin.
igehouden enauete levende evenwel
noe meer resultaat op. Verleden jaar tij
dens de jubileums-feesten werd ingebro
ken bij den groentenhandelaar van Vliet,
wonende in de Balthazar Florisstraat te
Amsterdam. Deze hield er een waarde
volle verzameling postzegels op na, welke
is het, dat zij een der hunnen, die in de
Garde diende, en die door zijn veelvul
dige uithuizigheid argwaan had gewekt
bij het meisje, waarmede hij regelmatig
verkeerde en dat van zijne slechte han
delingen niets afwist in een zg. stillen
krijgsraad ter dood veroordeelden en dit
vonnis op de allergemeenste wijze vol
trokken. Het feit heeft zich ook voorge
daan, dat een reiziger, voorzien van een
groote som gelds, te Parijs bij zijn aan
komst door de politie werd aangehouden;
hem werd gevraagd alles te geven wat hij
had. Hij toonde toen een brief, hem door
een z.g. vriend meegegeven om aan een
ander te overhandigen; toen men dezen
brief opende, bleek hij als inhoud te be
vatten den order, dat men den man zelf
zoo spoedig mogelijk zou dooden en van
zijn bezit ontdoen. Hier had inderdaad
een handlanger van Cartouche, de de stad
van afkomst van den reiziger woonachtig,
de hand in het spel gehad; men had op'
die wijze gehoopt een groote som geld
binnen te krijgen. Want, het is waar, dat
Cartouche, al beschikte hij niet over een
werkelijke organisatie over geheel Frank
rijk, toch wel vrienden had in verschil
lende steden, die hem waarschuwden
wanneer er rijke buit viel te behalen. Dié
waarschuwing op zichzelve geschiedde
ook niet om niet, en de briefschrijver zou
ongetwijfeld een niet onbelangrijk aan
deel van het geld, bij den koopman aan
wezig, hebben gekregen. Hem'kon men
natuurlijk onmiddellijk arresteeren, maar
Cartouche en de zijnen bleven buiten
schot, toen zij onraad bemerkten.
In deze zelfde tijden is het inderdaad
"voorgekomen, dat Cartouche op een bui
tengewoon gelukkige wijze wist te ont
snappen. Het is gebeurd, dat hij, zich in
een huis bevindend, de waarschuwing ont-
collectie tijdens de inbraak gestolen werd.
De waarde bedroeg ongeveer 1500 a
1600. Deze verzameling werd ten deele
o^^espoord w.aarbij uitkwam, dat de da
ders, althans Duitsche Max en Gerrit van
der Heijden meer van dezen „kraak" af
wisten.
x^e vrouw van Brand, haar zoon .en de
Kromime Kippenboer zijn inmiddels op
vrjje voeten gesteld, zoodat in totaal zeg
arrestanten voor de inbraak te Kampen
binnen zijn. Nadort, Gossoling en Goud»
smit werden door Inspecteur van Slobbe,
rechercheur Prinsen en eenlge andere
politielleden naar het huls van Bewaring
te Zwolle overgebracht
Wat Gerrit van der Heijden betreft,
deze ls nog steeds onder water. Nu en
dan bereiken de Centrale Recherche me-
dedeelingen, die er op "wijzen dat hij zich
no" hier te lande ophoudt. De politie
tracht hem met alle middelen in handen
te krijgen.
Het hoofd- en het bijkantoor der poste
rijen zijn respectievelijk geopend op werk
dagen van 's morgens 7.80 u. tot 's avonds
7.30 u. en van 's morgens 8 u. tot 's avonds
7.30 u. De telegTaaf, gevestigd, in het
hoofdkantoor, tot 's avonds 9 uur. Des
Zondags is het hoofdkantoor open van
8 u. m. tot 9 u. m. en van 1 u. a. tot 2 u. a.;
het bijkantoor is op Zon- en Feestdagen
gesloten.
De kantooruren zijn op werkdagen:
a. Voor de frankeering, het debiet van
postwaardem en de aanneming en afgifte
van aangeteekende stukken, dagelijks van
7.30 u. v.m.—7.30 aa en Zaterdags-van
7.30 u. v.m.6.u. am. De aanneming
van aangeteekende stukken, waarvan geen
expresse-bestelling wordt verlang L, heeft
Zaterdags tot 3 u. n.m. plaats.
b. Voor den dienst d'er postwissels, qu'-
tantiën en rijksverzekeringbank van 8.30
u. v.m.3 u. n.m.
c. Voor den dienst der Rijkspostspaar
bank van 9 u. v.m.7.30 u. n.m. Zater
dags van 9.u. v.m.6 u. n.m.
d. Voor den dienst der pakketpost van
7.30 u. v.m—7.30 u. n.m. Zaterdags van
7.30 u. v.m.—6.— n.m.
heeft op werkdagen plaats des v.m. 8.16 u.,
's namiddags 1.50 u. en 5.10 u., en 's avonds
9.30 u. Bovendien geschiedt op Maandag
en daags na een feestdag eene Lichting
des vun. te 8.30 u. De op het station ge
plaatste brievenbus wordt 10 minuten voor
het vertrek van iederen posttrein ge
licht.
De brievenbussen zijn respeoCevelijk
geplaatst aan de Javastraat, Brakkeveld-
weg, Stakmanbossestraat, Binnenhaven,
Zuidstr., Ankerpark, Buitenhaven, Kruis
weg, Molenstraat. Koningstraat, Keizer
straat, Piet Heiristraai, Langeetraat, Dijk-
straat en Schagenstraat.
Dat beteekent: Viermaal een ongeirijzigde
advertentie ter plaatsing opgegeven in de
„Heldersche Couranf' tegen driémaal bere
kening.
Wij ervaren dikwijls, vooral bij hen, die
een z.g. kleine advertentie plaatsen, dat,
wanneer een eerste plaatsing niet voldoende
succes oplevert, vergeten wordt, om tijdig
order tot herplaatsing te geven.
Om onze cliënten voor schade en last ten
gevolge van een dergelijk verzuim te behoe
den, adviseeren wi] In den regel om direct
opdracht te geven tot i/3 X plaatsing. Zoo
dra men dan-geslaagd is, deelt men ons zulks
mede en wordt dan de overbodig g&vorden
advertentie uitgelicht. Onze cliënten zijn dan
slechts schuldig het aantal malen, dat zl] ge
adverteerd hebben.
Probeert U dat ook eens!
Deze bepaling geldt alleen voor adverten-
tiën, uielke niet volgens het goedkoope tarief
voor handels-advertentiën worden geplaatst.
ving, dat een onderschout met een viertal
dienaren voor de deur waa Cartouche
ging onmiddellijk naar beneden en ver
borg zich in een donker hok.
De onderschout ging met twee zijner
dienaren naar boven, doch plaatste de
tweede andere op post voor de deur, op
dat Cartouche niet kon ontsnappen. Toen
hij evenwel het hok was voorbijgegaan,
ging Cartouche doodkalm naar beneden
en trad, zich voorgevend als Iemand die
pas uit den slaap komt, naar buiten, een
praatje makend met de beide andere ach-
tergebeven politieagenten, die hem heel
nuchter vroegen of de onderschout Car
touchereeds te pakken had. Maar hij ant
woordde, dat deze op de bovenste verdie
ping huisde, en niet anders dan over het
dak kon ontkomen, en ging kalm zijns
weegs. Een andermaal leende hij van een
zijner gezellen, die met hem in het plot
seling overrompelde huis aanwezig was,
een rooden rok en blonde pruik en hoed;
hij vermomde zich zoo goed en kwaad als
het ging en ging rustig de reeds bewaak
te deur uit. Nu was aan de politiediena
ren Cartouche beschreven als een man
met een blauwen rok en pikzwarte pruik
en zij lieten hem dus passeeren. Weer een
ander verhaal wil, dat op het oogenbllk,
dat te midden van een groote volksme
nigte, door een justitieele ambtenaren
Cartouche's naam, als destijds gebruike
lijk was, werd afgelezen onder tromgerof-
k°°fd een groote prijs was
gesteld, in eens een Btem uit de menigte
klonk die riep: wilt gij Cartouche, hier
is hij! Zonder dat men daarbij kon vast
stellen, of hij het werkelijk was geweest
r™. da.t grappenmaker zich ten
koste der justitie en politie vermaakte.
Slot volgt.