LIEDJE VAN DE WEEK. Populair Bijvoegsel van de HELDERSCHE COURANT, VAN VRIJEN EN TROUWEN. Zonderlinge lotgevallen in het Dagelijksch leven van ZATERDAG 1 NOV. 1924. Nr. 147 (AUTEURSRECHTEN VOORBEHOUDEN) UIT DE OUDE DOO S. Antieke Zeden en Gewoonten uit onze elf Provinciën. HOE ZIET DE WERELD ER TEGENW00RDIQ UIT? 't Juttertje SARDIEN, Nog was October niet ten einde oi men probeerde, toen de Oostenwind weer was verdwenen en de zuidwester stevig had doorgestaan, in de haven de vangst naar sardien. En men had al dadeiijk succes, want al was het quantum sardien niet groot, toch kon men door de hooge prij zen, die per mandje werden besteed, een bevredigende besomming maken. Dat moedigde dadelijk de andere vis- schers, die even de kat uit den boom wilden kijken, aan, ook hun netten gereed te maken. Zoowel aan de buitenhaven als langs den dijk bij den Windwijzer was men druk bezig aan het klaar maken van het vischtuig. Aan sparren of juffers had men het vierkant# net gebondenlange staal- draadlijnen werden op den dijk uitgevierd, terwijl anderen reeds bezig waren alles aan boord der vletten te brengen. Men gevoelde, dat er een spannend werk verricht werd, dat wel alle gemoederen in de visscherswereld in beroering zal houden totdat de netten te water zijn gela ten en er uitkomsten zullen zijn verkregen. Evenais tpch de haringvangst in het voorjaar, zoo wordt in het najaar de sar- dienvisscherij met blijde verwachting tel kens begroet, want deze seizoenvisscherij draagt voor een deel ook bij om den vis- scher weer door het barre jaargetijde heen te helpen. Het is de overgang van de. palingvis- scherij naar de voorjaarsvisscherij. Het palingvisschen heeft dit jaar geen overgroote resultaten opgeleverd en eigen lijk beschouwt men dit bedrijf weer zoo goed als afgedaan. Naarstiglijk legt men zich dus nu weer op het bemachtigen van sardien toe en zooals gezegd, zullen wel een paar dagen de meeste vletten daarmee weer bezig zijn. Zoowel op stroom als in de haven liggen ze dan naast- en achter elkaar gereed. Nu en dan wordt het net opgehaald, de vaügst in de vlet gehaald en daarna het net weer uitgeworpen. Kalm wordt dan een poos gewacht en het spel begint weer var voor af aan. Is de prijs van het artikel hoog, dan worden we van het sardien-bedrijf hier in de stad niet veel gewaar, behalve dat de bosjes gerookte sardien (hier en daar sprot genoemd) in de vischwinkels te koop liggen. Doch daalt de prijs en is de vangst groot dan hooren we, als het Btormt en kletterregent in de straten, de schelle jongensstemmen, die met hoog geluid schetteren: „sardien! sardien!" Het is hier ter stede een echt najaars geluid en geeft iets bijzonder eigens aan de plaats. Laten we voor onzen ijvere plaatsgenoo- ten, die bij nacht en ontij bezig zijn een boterham te trachten te verdienen, hopen, dat de vangsten flink ruim mogen zijn en dat er hooge prijzen zullen worden besomd. Sardien is in het land een gewild vischje. Niet alleen dat van hieruit groote quan- tums in gerookten toestand het land in gaan, doch ook groote partijen worden door de rookerijen te Monnikendam van hier betrokken. Behalve vletten, nemen ook de schuiten wel deel aan de sardienvisscherij en voor hen is dit bedrijf, als het weer de Noord zeegang niet toelaat, nog een ware uit komst. Qalme het spoedig langs onze straten „Sardien 1" Donderdagnacht en Vrijdagochtend zijn enorme hoeveelheden sardien gevangen. De vletten waren afgeladen vol. Het kon haast niet anders of de prijzen moesten daardoor sterk terugloopen. Werd in het begin der week tot zelfs 6.per mandje besteed, thans liepen de prijzen van 1.25 tot 3.— per mandje. Door de groote vangst kon dus per vlet nog een aardige besomming worden ge maakt. Ook de motorbotters leggen zich thans op deze visscherij toe, probeerende op deze wijze, nu het weer de Noordzeevisscherij niet toelaat, eenige winst te bemachtigen. Zelfs bedienden twee botters, zich van een ansjovisnet, dat ze, sleepende tusschen zich in, door de haven trokken. 't Is te hopen, dat de prijs der sardien een weinig constant blijft; want de vis- schers hebben een voordeeltje dringend noodig. Dat was f ergste niet Mijn man heeft zoo'n akelige ge woonte om in z'n slaap te praten. En dan kunt u natuurlijk niet sla pen.. Dat zou 't ergste nog niet wezen, maar hij praat zoo onduidelijk, dat ik er nooit 'n woord van kan verstaan. Door CAREL BRlNSA Er gebeuren rare dingen onder de. zon, zegt menig verstandige moeder en va- dér tegenwoordig, wanneer ze de ietwat zonderling aandoende gebruiken aanzien van den tegenwoordigen tijd. Het is waar er gebeuren rare dingen onder de zon. Meer in het bijzonder op het gebied van zuiver menschelijk leven, op het gebied van man en vrouw en het zoeken van elkander. Tegenwoordig schudt vader en moeder 't hoofd als ze aanzien hoe de jonge dochter het leven opneemt en ten uitvoer legt. Het wil'wel eens gedachten aan onzuiverheid, aan on eerbaarheid en aan gevaar voor het jon ge en teere leven van een maagd in het liefdevolle hart van een moeder omhoog brengen, wanneer ze ziet welke vrijheden en zonderlinge gebruiken er in onze da gen heerschen ten opzichte van het ver keer tusschen de beide, jonge geslachten. „Toen ik 'n jonge meid was heb ik vaak oudere degelijke vrouwen hooren zeggen moest ik Zondag of in de week, kermis of geen kermis om tien uur thuis wezen, zoo niet dan de volgende week niet de deur uit!" Tegenwoordig denken de jonge doch ters daar anders over. Als er eens 'n soi- reetje is of zoo iets, dan vinden ze het heel niet erg om tot het einde te blijven. Niemand ziet er iets verkeerds in om sa men uitstapjes te maken in de vacantie enz. enz., De Vrijer- en vrijsters-zeden in onzen tijd wijken in zoo vele opzichten af van die van vroeger dagen, dat het te veel is om op te sommen.... En de ernstige vrouw, die haar jeugd in vorige geslachten had, schudt het hoofd en zegt: Er gebeuren rare dingen onder de zon tegenwoordigl.... Maar deze eerbare moeder zou raar op haar geachte neus kijken, wanneer ze precies wist, wat er in vorige eeuwen voor „rare" dingen op dit stuk onder de zon gebeurden! Dan zou ze eerst recht haar hoofd schudden en in haar hart mo gelijk nog blij wezon, dat haar dochter erJ? dien tijd gelukkig niet bij was! Want alle harten bij elkaar genomen: Moeders mogen het en terecht niet allemaal goed vinden, wat dochters ple- h!ïi H°®n' Z0<K?ra ze »van 't hondje ge weten zijn zooals een oude wijsgeer zei maar ze zouden toch heelemaal niet goedkeuren, wanneer hun dochter regel recht naar de markt ging en zich daar als vrijster te koop aanbood! Wat zegt U? En dat gebeurde! Er is een tijd geweest en dat is nog niet zoo lang geleden en dat was hier heelemaal niet ver vandaan dat het doodgewoon gebruikelijk was, dat een jongen, die een meisje wilde hebben er eentje ging zoeken op.... de Vrijsters- markt! Inderdaad Op de Vrijstersmarkt! Want de manieren, zooals ik ze tot he den in vorige feuilletons heb medege deeld, waren lang de eenige niet. Het was gebruikelijk, dat een jongeman, die naar een bepaald meisje vrijde, zich gedroeg op de manieren als vroeger verteld. Hij versierde de knop van de deur, stuui-de bloemen en speculaas en bracht bezoeken in den nacht. Maar er waren ook nog an dere manieren. Een van die manieren was de Vrijsters- markt. En van die vTijstersmarkt wil ik u iets naders vertellen. Zelfs de oude schrijvers uit dien tijd, vinden het een van de vreemdste zaken op het gebied van vrijen, die vrijsters- markt Ze bestonden voornamelijk op twee plekken, die zooals ik al zei, hier niet ver vandaan waren. Het waren de plaat sen Schagon en Schermerhorn. Vooral de Vrijstersmarkt van Schagen was wijd en zijd bekend. Er bestaan zelfs verschillende schilderijen van een marktdag, waarop de vrouwen en de jon gens en den omroeper etc., aanwezig wa ren. Daarnaast Is er in die dagen vaak tooneelwerk geschreven en gespeeld over dit onderwerp. „De Vrijstersmarkt van Schagen" was langen tijd een oamedie- stuk van groote trekkracht. En wat was dan eigenlijk zoo'n vrij stersmarkt en hoe ging het daar toe, zult u natuurlijk vragen. Ik zal het u aan de hand van verschil lende schrijvers vertellen. In de Noordhollandsohe Arcadia van Claas Bruin vindt men een omstandig- verhaal hoe in de gemelde dorpen in vroeger tijd het gewone vrijen in den De Gierigaard! Er was eens een groot en beroemd componist, die ver oVer de grenzen triumfen vierde en door het veel en herhaaldelijk uitvoeren van zijn werk en zijn gastreizen langzamerhand rijk ge worden was. Men noemde hem de mlllionair-toon- kunstenaar. Maar naast het feit dat hij geniaal en beroemd en puissant rijk ge worden was, stond als een paal boven water, dat hij vrekkig was als geen ander. Zijn gierigheid kende volgens sommigen geen grenzen. Niet ieder geloofde eraan. Men meende soms, dat het een legende was en dat men niet goed kon velen, dat hdt hem wel ging. In ieder geval: Voor de wereld stond hij bekend als geniaal, beroemd, schatrijk en afschuwelijk gierig. Bovendien was hij een Duitscher. En deze vijf eigenschappen bij elkaar maakten dat hem eens iets kon gebeuren als hieronder wordt verteld. De componist had zijn nieuwste sympho- nie voltooid. Hij zond om een arme duivel van een muziek-copiïst om zijn muziek in het net over te schrijven. De copiïst kwam. Wat vraag je voor het copieeren van mijn symphonie? vroeg de beroemde. De copiïst keek de muziek in, telde hoeveel bladen papier er vermoedelijk in zouden gaan en zei: Het zullen vermoedelijk honderd vellen muziekpapier vol geschreven worden, mijnheer Ik reken een Mark per vel, dus dat is honderd Mark! Kan dat niet wat minder, he ^- her haalde de beroemde 't Is heel wat anders om 't te componeeren, dan om 't over te schrijven Zou ik denken Maar u hoeft tenminste niet af te kijken van deze kriebel-de-krabbel-velletjes interrumpeerde de arme duivel gevat. En de componist gaf zich gewonnen! De ploeteraar kreeg het geniale pak mee en zou het binnen veertien dagen afle veren. Ofschoon de beroemde het in den grond wel 'n afschuwelijke overdaad vond, dat zoo'n schlemiel in veertien dagen honderd Mark ging verdienen. Dat zou hem niet dikwijls overkomen in z'n leven. Maar enfin. Het moest gebeuren. Veertien dagen later kwam de copiïst prompt op tijd terug. Het pak volgeschreven notenpapier was in orde. Netjes geschreven en zerg- vuldig gecopieerd. De Meester speelde hier en daar 'n passage door, keek 't 'n uur lang zorgvuldig na, vroeg nog eens of de copiïst geen fouten gemaakt had, want dan zou de duivel in eigen persoon hem halen Maar ei* was niets en niemendal aan te merken. En wat moet ik nu betalen vroeg de componist aan den copiïst Dez^ haalde een twee cents nota voor den dag. Honderd Mark, mijnheer volgens afspraak zeide hij. Honderd MarkP deed de beroemde alsof hij geschrokken waB hoe reken je dat Een Mark per vel, mijnheer O! riep de groote man minachtend uit Dan begrijp ik waarom je daar aan lederen onderkant van de bladzij zoo'n paar centimeter wit gelaten hebt Dat spaart he? Hoe meer wit hoe meer vellen 1 Nee, mijnheer dat doe ik altijd voor het blad omslaan dan wordt de laatste maat van de muziek niet vuil ant woordde de copiïst Ja dat zal wel gaf de ander terug 't zal wel wezen om de honderd vel vol te krijgen Maar ik zal ze voor alle zekerheid nog eens natellen, want misschien is het nu nog geen honderd vql En de groote meester begon met ijver een betere zaak waardig de vellen een voor een te tellen of het bankbiljetten waren En triumfeerend kwam hij overeind! Zie je wel Jullie kunt nooit nalaten om 'n ander te bestelen! riep hij uit 't Zijn maar zeven en negentig vellen in 't geheel En daar wou je me honderd Mark voor vragen Ik zal die drie Mark er af houden, dat begrijp je zeker wel? (ia uw gang. mijnheer zei de copiïst gelaten Ik zal er wel komen zonder die drie Mark Ofschoon we hadden afgesproken 100 Mark voor het geheel Ik heb het geschat op ongeveer 100 vel Niet op precies honderd vel Kan me allemaal niet schelen her nam de groote man Hier is honderd Mark Geef me drie Mark terug. Goed, mijnheer sprak de copiïst en begon te zoeken in zijn beduimelde beurs Hij bracht het echter niet verder dan tot twee Mark 95 pfennig. Dat was alles. Ik heb yijf pfennig te kort, mijnheer zei de copiïst 't Spijt me Aan spijt heb ik niets viel de componist hem in de rede Heb je dan niet 'n postzegel van vijf pfennig in je zak? Neen, mijnheer Jullie hebt ook nooit wat mopper de de rijke man geef maar hier dat honderd Mark biljet, dan zal ik zien 't bij mijn hospita te wisselen En hij verwijderde zich uit de kamer Toen hij na eenige minuten weer daar in terug keerde, vond hij den copiïst ver dwenen en in zijn plaats op den vloer, een verwarde hoop verscheurd, verfrom meld en door elkaar gerommeld muziek papier Totaal vernietigd en onbruik baar! Op de tafel lag een briefje, waarop stond Hier is uw symphonie Ik heb veer tien dagen voor m'n genoegen gewerkt 1 Brénsa. vorm van vrijen en streelen en elkander naloopen niet plaats vond. Het gebruik wus dat aldaar een eigenlijke markt werd gehouden. Meestal had deze markt plaats in een van de bekende groote herbergen. Op verschillende manieren was aan de meisjes bekend gemaakt of waren ze er achter gekomen dat op een bepaald uur markt zou worden gehouden. Zij ste venden dan daar op af en tegelijkertijd versohenen de jonkmans. Die zochten dan hun gading zonder de minste „actie of leiactie" zooals dat in veiling- termen heet en betaalden den prijs die was vastgesteld of langs den weg van den makelaar bekend geworden was! De vroeger reeds genoemde schrijver Mr. P. de Neyn vertelt in zijn „Lusthof der Huwelijken": „Ik heb het zelf met vermaak en op merking gezien, dat jongelingen, zon der eenige vooraf te maken vrijagie, den omroeper aannamen om voor hen bekend te maken dat ze 'n meisje zoch ten! Die omroeper ging dan evenals ge bruikelijk was voor doeleinden van verkoop of belangrijke gebeurtenis, met zijn koperen bekken door de straten en stil staande op de hoeken, riep hij uit: "dat alle vrouwen, die lustig on rustig zijn om te trouwen, zich zullén hebben te vervoegen in de herberg de „Valck", aangezien aldaar de vrijers zouden •te- samen komen terwijl aldaar tabak en bier en brandewijn en zoete koeken aariwezig zullen wezen...." „Spoedig zoo vertelt Mr. de Neyn verder verscheen er dan een partij heldere tassen van meiden, wel gekleed en opgedirkt voor de herberg de „Valck". Niemand wilde wel het edrst binnen gaan. Maar op een oogenblik kwam wel een van de aanwezige vrders naar buiten en haalde zonder plicht plegingen een der knapste meiden naar binnen Al dadelijk kwamen er meer en spoe dig was de herberg van meiden en jon gens vol!" Wanneer het zoover was, dan schaar den zich de vrijsters en de vrijers ieder aan een kant van de zaal. Tusschen de beide rijen in liep een persoon, die hier een man van beteekenis was. Het was de „Maakkoop", oftewel, de man die bij deze transactie voor makelaar spelen zou. Deze man werd hiertoe niet alleen aangezocht maar had ook hiertoe het recht. Het was een beroep. Zonder de openbare bekend making door middel van den dorps-om- roeper en zonder de officieele aanwezig heid van den Maakkoop 'mocht zelfs geen geldige vrijstermarkt worden gehouden Zoomin als tegenwoordig een verknoping Reiziger: De vrouwen van de Halitsch- eiiandeu dragen absoluut geen kleeren. Toehoorder: Allemachtig! Waar praten die vrouwen dan onder elkaar over?.... Bekentenis van een ouderwetse hen Jongen Vroeger stond ik aan de haven. Vroeger liep ik langs 't strand. Vroeger zat ik sip te kijken Met 'n leesboek In m'n hand..., Vroeger liep ik vaak te droomen Langs 't kanaal en langs de zee.... VroegSr keek ik naar het dansen, Maar ik deed er nooit aan mee! Vroeger was ik vaak vervelend, Siekeneurig, ontevree.... 'k Keek gramstorig in het leven En ik deed er niet aan mee.... Nergens wou 't me bevallen Altijd was 't dit of dat! En ik liep met loome sohreden 'k Was zoowat m'n leven zatl Maar toen kwam ik in den Helder, Heel toevallig op 'n keer. Bij Van Dien zag ik ze dansen: Na 'n week was ik er weer! Wel zat ik nog toe te kijken En liep suffend langs den kant Wel zat ik nog sip te kijken met 'n leesboek in m'n hand....' Maar de meisjes van den Helder Kwamen vriend'lijk naar me toe.... D'een vertelde: Ik moest dansen. En een ander zei me:.... hoe! Ieder leerde me 'n pasje, Ieder leerde me 'n stap. D'een met ernstige woorden D'ander met 'n kleine grapl Gaat nu de muziek weerklinken En de dansers vallen in, Dan ben ik al bij 'n dame En we maken een begin. En we dansen en we draaien En we schuiven zij aan zij.... En,we stappen soms 's over, Of we staan 's op 'n rij! En we lachen en we praten, En we drinken glaasjes kwast. Terwijl ieder in gedachten Op het volgend walsje vlast..... En zoo slijt ik nu m'n leven Fox-trott-steppend over d'aard. En ik moest ronduit bekennen: Nu is 't leven pas wat waard! Care! Brensa. mag plaats hebben zonder aanwezigheid van een makelaar of deurwaarder oi veilingmeester etc. De Maakkoop was de onontbeerlijke man. Een jongen ging op hem tóe of beduid de hem welk. meisje liy hebben wilde. De Mauickoop onderhield zich met het meisje en stelde de voorwaarden vast Nam de jongen op zijn beurt genoegen met deze voorwaaiden, dan volgde met eenig cere ommeel de veiling. De voorwaarden bestaande in een zekeren prijs in de eer ste plaats werden voldaan en als de koop was toegeslagen, dan volgde een onthaal van rijstenbrei met suiker en ka neel. Onderwijl werden door den Maakkoop de onderhandelingen en verkoopingen al weer tusschen andere jongens en meis jes voortgezet. Dat er heelemaal geen sprake was van willekeur of van zoo'n soort onderonsje, maar dat het wel degelijk vaste gebrui ken golden, leert ons o.m. een van die genoemde tooneelspelen. In het „Kluchtspel van Schermerhorn" ,b.v. ook vaak genoemd: „De Scher- merhornsche Vrijstermarkt" komt het be wijs voor, dat de plaatselijke overheid er zich wel degelijk mee bemoeide. Daar moet in die jaren een schout te Schermerhorn hebben gewoond die aan de bestaande gebruiken vasten vorm gaf en de regels waaronder een veiling mocht worden gehouden stipt voorschreef. Hij schreef een reglement van Verkoop geldig voor de te houden Vrijstersmarkt en in bovenbedoeld kluchtspel is dit re glement op rijm terug gegeven. Voor de curiositeit laat ik het hier onder volgen: Ik wil dat ieder zich gewend, Voortaan naar deze wet te leven. Die ik hier duid'lijk heb neergeschre ven; Dat is, dat elk In 't openbaar Hier vrij op Maandag al zijn waar Mag veilen, wat belangt de vrouwen! Indien hier vrijers willen trouwen, Die mogen t' allen dag ter week, Omroepen laten door de streek, Waartoe zal zijn een secretaris, Alsmede nog een commissaris! Die al de meisjes, groot en kleen, Op zullen veilen óén voor één! Indien het dan kwam te geschieden, Dat hij, die 't meeste kwam bieden, Geen goeden zin had in de meid, En dat hij uit het huw'lijk scheidt. Deez' zal haar geven twee Ducaten, En daarmee kan hij 't meisje laten! Moderne scheepvaart Dat de moderne mailstoomers tegen woordig alle mogelijke nieuws aan boord hebben is bekend. Een drukkerij is een heel gewoon ding. Een dagblad ook. Muzieksalons en winkels zijn allerwege in gebruik. Het vroegere Duitsche pas sagiersschip „De Imperator" dat tegen woordig voor Engelsche rekening tusschen Liverpool en New York vaart, heeft al sedert lang een volledig uitgeruste af- deeling van de London City en Midland Bank aan boord. En bij de allernieuwste booten van de En zoo ook de verkochte meid, - Geen zin in haren vrijer heit, Heeft zij 't gelag slechte te betalen En niemand heeft er op te smalen. Aangaande nu 't geboden geld: Dat moet in handen zijn gesteld, Van 's meisjes vader! Indien zij beiden zijn vernoegd En dat zich elleck hupskens voegt Dan zal men vrij'lijk mogen trouwen En 't geldje bij elkander houwen! Wanneer de koop is klaar geraakt En dat men het verkoopen staakt, Zoo zal de vrijer voor het meisje Dat hij gekocht heelt, geven net Hetgeen dat ik hieronder zet: Een daalder voor de Secretaris, Een gulden voor de Commissaris. En voor de Armen wat hij wil. En daarmee bljjit dan alles stil. Dit zijn de wetten en goboden Van TOBIAS VAN POTTENRODE. Wel nu iben ik benieuwd wat de de gelijke moeders, die niet content zijn 'met de manieren waarop hun dochters aan den man komen, hiervan wel zullen zeg- gen! Mij dunkt, dat zijn nog vrij wat raar der dingen, die onder de zon gebeuren! Niettegenstaande het feit, dat in vroe gere kluchtspelen in het algemeen en in het bovengenoemde in het bijzonder nog al wat gewaagdheden, om niet te zeggen: platheden voorkomen, is het een bekend feit, dat dit Kluchtepelletje zeer lang en zeer vaak op het tooneel van den ouden Amsterdamschen Schouwburg is ver toond. Doorgaans was er veel toeloop. Bo vendien was het jaren lang een geliefd nastuk bij kermisvertooningen te Wor- merveer en Zaandam. Het deed dan dienst als jaarlijksohe revue, waarin lied jes en dansnummers waren jngeVoegd op gebeurtenissen van pléatsebjk belang. En wat betreft het vaststellen van openbare reglementen voor de vrijsters- markten; een, beroemd en geleerd kopp- man uit dien tijd, Adriaan Rogge, verze kert, dat hij zelf de berijmde veiling- condities als een officieel stuk met de handteekening van den Schout en het ze gel van de plaats eraan bevestigd heel lang in de herberg de „Valck" heeft zien hangen! Over de gebruiken op de beroemde „Schager Vrijstersmarkt" een volgende maal....

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1924 | | pagina 7