Derde Blad. PLAATSELIJK NIEUWS VAN ZATERDAG 15 NOVEMBER 1924 het eeuwfeest van de noord- en zuid-hollandsohe reddingmaatschappij. O Op het 100-jarig f 'est van de Noord en Zuid-Hollandsche Reddingmaatschap pij, dat thans gevierd wordt, mocht na tuurlijk Helder niet ontbreken. Helder, dat steeds een werkzaam aandeel heeft gehad in de bemoeiingen der maatschappij, wier kust tal van schipbreuken heeft gekend, in welker straten nu nog tal van bekende, stoere figuren wandelen, met de zoo karakteristieke koppen, Helder mocht natuurlijk niet achterblijven. Ja- zelfs was het dure plicht van Helder om bij deze gelegenheid eens té toonen hoe zeer het den arbeid dezer menschen weet te waardeeren, hoezeer ""het hen acht. Het heeft in de laatste maanden trouwens aan dergelijke waardeering niet ontbro ken wfj denken hier aan de actie van Henri ter Hall, die op allerlei manieren geld bijeen wist en weet te krijgen, aan het werk, door de heeren L. Grunwald en Lalau belangeloos verricht ten bate der oude redders van schipbreukelingen, aan de pogingen bij de regeering steun te vinden, die ofschoon ze niet hebben geleid tot de uitkeering van een jaar- lijksch pensioen aan deze menschen, toch de volle sympathie hadden van de re geering, en tot resultaat hadden, dat thans een sommetje op de begrooting wordt uitgetrokken voor een extra uit keering.... Zoo ontstond dan hier ter stede een comité, dat speciaal het werk der Red dingmaatschappij zou herdenken, die 11 November 1824 werd opgericht. Er werden speldjes verkocht, en, met medewerking der Vereeniging Moed, Volharding en Zelfopoffering werden te Terschelling, Texel, Callantsoog en Petten inzamelin gen gehouden. Verschillende voetbalclubs verleenden medewerking om maar zooveel mogelijk gelden bijeen te brengen. En nu dan de feestelijke herdenking van de oprichting der Maatschappij was aangebroken, zorgde dit Comité voor een grootsche huldiging. Vooraf echter wilde men de nagedachtenis eeren van de over leden oud-redders, die op het kerkhof te Huisduinen begraven liggen, en zoo had Vrijdagmorgen te elf uur aldaar een kranslegging plaats. Daar deze mannen natuurlijk op verschillende plaatsen be graven liggen, had men de hulde ge symboliseerd door een paal te plaatsen, waaraan de krans zou worden opgehangen. De kranslegging. Zeer vele belangstellenden waren op het kerkhof aanwezig. Wij merkten ver schillende offlcieele personen op, en na tuurlijk waren ook alle thans levende leden der reddingboot bemanning aan wezig. Rondom de paal waaraan straks de krans zou worden gehecht, stonden familieleden en afstammelingen van de te Huisduinen begraven dooden. De stafmuziek der marinekapel zette, onder leiding van haar kapelmeester, den heer Leistikow, plechtige koraalmuziek in, en toen deze klanken verstorven waren, trad de Burgemeester van Helder, de heer W. Houwing, Voorzitter van het plaatselijk Comité, naar voren. Nu allerwege in den lande de wensch opkwam het honderdjarig bestaan der Reddingmaatschappij te herdenken, zoo zeide spr., mocht natuurlijk Helder,welks bevolking zoo nauw met den arbeid dezer maatschappij verwant is, dezen dag niet onopgemerkt voorbij laten gaan. Onze eerste plicht was de huldiging van de nagedachtenis dergenen, die bij de vele verrichte reddingen op den voorgrond zijn getreden, en waarvan velen hun levens lieten. De gemeente Helder heeft ze indertijd al geëerd door eenige straten naar hen te noemen en zoo hun nage dachtenis in herinnering te houdenthans staan wij aan hunne graven waar wij hen gezamenlijk hulde betoonen. Als hoofd der gemeente is het spr. een eer een krans te mogen leggen op hun graven als hulde aan de nagedachtenis dezer stoere mannen, die hun levens in de waagschaal stelden voor die van anderen. Nadat spr. de krans aan de daarvoor opgerichte paal had gehecht, viel de staf muziek in met een koraal, hetwelk door de aanwezigen met ontblooten hoofde werd aangehoord. Het was een plechtig oogenblikvan de in het rond geschaarde familieleden der aldus na hun dood ge- huldigden pinkte menigeen ter sluiks een traan weg. 1 Overste Vos, penningmeester van het ^Comité, dankte vervolgens den Burge meester voor de kranslegging, den adju dant van den Vice-admiraal, die aanwezig was, voor diens tegenwoordigheid, de stafmuziek en verder alle aanwezigen voor hun belangstelling. Een kleindochter van Klaas Duit trad naar voren om op naar beurt het Comité dank te zeggen voor deze huldiging. verv°lgens van de aanwezige rnir^rS ee? kiekje was genomen de Burgemeester in hun midden was de Üf™i°Ji ge' ™aar treffende plechtigheid afgeloopen. Ondanks het gure weer j sroote menigte belangstellen den rondom het kerkhof geschaard. De receptie. Des middags te half vijf vereenigdtaü zich verschillende genoadigd'an in de re ceptiezaal van het Directie-gebouw dier Marine, alwaar de officieele ontvangst plaats had door de plaatselijke afdeeling der jubileerende maatschappij. Het is ondoenlijk alle op deze receptie aanwezige afgevaardigden te releveeren; van plaatselijke vereenigingen waren verschillende dames en heeren afgevaar digden vertegenwoordigd; voorts vele vertegenwoordigers van land- en zee macht, het dagelljksch bestuur der ge meente, verschillende raadsleden, enz. Vioe-Admiraal en mevrouw Pook alsmede Kolonel Vrijdag de chef van het marine- hospitaal, waren mede aanwezig. De Voorzitter van het Huldigings- oonfité, Kapitein-luitenant ter zee A. Vos, heette de aanwezigen welkom, en sprak een rede uit waaraan het volgende ont leend is: Zooals u Ibekend is, heeft zich, dank zij het initiatief van onzen heer Burgemees ter, te dezer stede, evenals in vele andere plaatsen, een Plaatselijk Comité gevormd, dat zich ten doel heeft gesteld gelden bij elkaar te verzamelen, welke zouden die nen tot aanbieding van een Huldeblijk aan het Hoofdbestuur der Noord- en' Zuid- Holl. Redd. Mij. en de Zuid-Ho)landsche Mij. tot Redding van- Drenkelingen biji baar 100-jarig bestaan, en welk huldeblijk dan vooral zou dienen ter verbetering van het Materieel. Tevens is bij dit Plaatselijk Ooimité ter sprake gebracht de algemeene ■wensch, om voor Helder, in welks naaste omgeving zooveel schepen zijn vergaan,, waar zooveel personen woonden^ die deel genomen hebben aan 'belangrijke en ge vaarlijke reddingen van schipbreukelin gen, iets meer te doen, ook vooral omdat hier een afdeelingsbestuur is gevestigd. Het heugelijke feit, dat de genoemd© maatschappijen nu gedurende 100 jaren hun menschlievend, volkomen onbaat zuchtig werk met zoo groot succes hebben verricht mocht bier niet onopgemerkt voorbijgaan. Daarom, imijne Heeren, is het plan gerijpt om de oud-bemanningen der reddingbooten en de tegenwoordige be manningen1 een aangename herdenkings avond te bereiden, welke dan hedenavond zal gehouden worden en waartoe zich een sub-Oamité heeft gevormd, en voorts wenschte het Comité, waarbij zich een groot aantal vereenigingen te dezer stede beeft aangesloten, aan U, Afdeelingsbe stuur, als vertegenwoordigers van het Hoofdbestuur, en dus van de Maatschap pijen, openlijk van ons aller warme sym- patie voor den schoonen, door U allen ge- leverden mensohlievenden arbeid te doen blijken, en onze hulde te bewijzen, een hulde, die 'bedoeld is te spreken tot allen, zoo in leven als reeds ontslapen, aan allen die hun leven' en hun arbeid 'hebben ge steld in dienst van hen, welke in levens gevaar verkeerden. Spr. resumeerde hetgeen door de Red dingmaatschappijen in de thans voorbij gegane eeuw is verricht, en schetste het ontstaan daarvan. De onmiddellijke aan leiding was de stranding van het Holland- sche fregat „de Vrede", dat 14 October 1824 nabij Huisduinen in de branding vastliep. Bij de redding sloeg de sloep om en allen, redders en' geredden, op één na, verdronken. De dappere Huisduiners, die hier het leven lieten, meen ik niet onvermeld te moeten laten: Het waren Arien Kramers, Leendert de Wit, Comelis Zijdewind, Wil lem Bregman en Jaoob Been, allen lieten vrouw en kroost na, terwijl Reindert Kruk behouden aan wal kwam. Wij brengen hier eerbiedig 'hulde aan hunne nagedach tenis. Uit deze gebeurtenis ontstond de sy stematische organisatie van Reddings werk langs de vaderlandsche kust; merk waardig mag het heeten, dat vóór 1824 in geen enkelen staat vaii Europa het red dingwezen was georganiseerd, en dat het voorbeeld van Nederland en Engeland, in dat jaar gegeven, eerst tientallen jaren1 later door andere is gevolgd, en eveneens door particulier initiatief en soms door staatsorganisatie. En wel is gebleken, dat de vorm „particulier initiatief' voor dit 'bizondere bedrijf van 'hulpverleening wel bizonder geëigend' was. Juist bij deze da den, waarbij de kans op verlies van eigen leven groot is, moet 'bovenal de kreet gel den „vrijwilligers voor". En nu 'hebben juist de Reddingmaatschappijen zich tot plicht gesteld te waken, dat de middelen, waarmede déze vrijwilligers werken, zoo volmaakt mogelijk waren. Er moesten reddingbooten van bizondere constructie worden gebouwd met geringe kans van omslaan, enz., en het is op deze basis dat de statuten werden vastgesteld van de nieuwe Reddingmaatschappijen. Spr. betoogt verdér, dat de leiding in de afgeloopen honderd jaar steeds was gericht op het opwekken en levendig houden1 van den geest tot hulp bij de kustbewoners. De nooit falende voorzie ning van de noodige bekwame bemannin gen der reddingsvaartulgen enz. getuigen daarvan, ook het feit, dat steeds de finan- tieele middelen zljh gevonden. Het werk dat is verricht is een schoone uiting van wat het particulier initiatief vermag te be reiken. En toch, ondanks veler giften, hebt ook gij! met flnantiëele zorgen te kampen. Wij kennen die, wij weten dat de uitgaven steeds vermeerderen, omdat uw materieel moet worden gehouden op de hoogte van den tijd, teneinde de kans op reddingen te vergrooten en de kans op ongelukken te verkleinen. Wat al moeilijkheden zijn er opgelost moeten worden door de lei ding, om voor elk strandgedeelte de meest geëigende reddingmiddelen gereed' te hebben, om te zorgen voor vervoer van het materieel over duin en strand, ook daar, waar geen paardenmaterieel be schikbaar is; om de (beste middelen te ver krijgen ter verbinding met een dicht aan strand zittend schip, waar de reddingboot niet komen kan ik denk aan vuurpijl- toestellen en mortieren aRn de seln- gemeenschap, aan de wensohelijkheid over te gaan tot de aanschaffing van een grootere reddingboot met eigen beweeg kracht. En juist dat laatste Is het, wat zooveel geld kost. Kostte in den ouden tijd een' reddingboot met wagen ongeveer 1000 gulden, de nieuwste motorreddingr boot kost nu reeds 50,000 gulden, en welke geldmiddelen nu niet in een ommezien by elkaar zijn te krijgen. Dankbaar mo gen wij zljh aan die milde gevers, die het hunne, hebben gedaan om die aanschaf fingen mogelijk te maken'. Spr. vertelt hierna een en' ander uit de geschiedenis van de Maatschappij, dat wij ter wille van onze plaatsruimte achter wege moeten laten. In het geheel waren door de N. en Z.-Holl. Reddingmaatschap pij op 1 Januari 1924 5081 schipbreuke lingen gered en door de 3 maatschappijen' samen ongeveer 8000. Van Huisduinen en Helder uit werden in de afgeloopen 100 jaren 991 schipbreukelingen gered van ongeveer 78 schepen. Een' dergelijk resultaat ware onbereik baar geweest, indien het Bestuur niet in goede, beleidvolle handen ware geweest, en dat vertrouwen blijkt uit tal van schen kingen en fondsen, die aan het beheer van het Hoofdbestuur zijn toevertrouwd 'geworden en waarvan het revenu op de een of andere wijze ten goede komt aan de redders of hunne nabestaanden, of aan heth Reddingwez enzelf. Zoo het fonds de Raath, Robin, Sluyterman v. Loo, v. Lijn den, Blankenheyn. Zoo de schenking door „Hulp na onderzoek" te Amsterdam van een nieuwe motorreddingboot ,;Bran- daris" voor het station Terschelling, en van het college „Zeemanshoop", hetwelk het aanbod deed van een nieuwe motorred dingboot voor Scheveningen. Uwe Maat schappij mag dan ook trotsch zijn op de verkregen resultaten, resultaten die al leen 'bereikbaar zijn, wanneer èn Hoofd bestuur èn aMeelingébestureü èn de vrij willigers, die op de reddingbooten varen, doordrongen zijn van den ernstigen wil, om al het mogelijke te doen, wat de Maat schappij zich tot taak heeft gesteld'. Het werk, door de afdeelingébesturen verricht, is eveneens een der meest belangrijke. Be halve het toezicht op de reddingmiddelen ter plaatse, is aan het afdeelingsbestuur het nemen der meest gepaste maatregelen bij stranding opgedragen, zooals het kie zen1 der bemanning der boot, het in zee brengen, de eerste verzorging der gered den, het voorstellen tot uitreiking eener premie aan de redders, naar gelang van doorgestaan gevaar en aangewende moei te. Het valt licht in te zien, dat 'het al of niet bereiken van de 'goede bedoelingen van de Maatschappij vooral van de plaat selijke besturen, die hunne mannekens kennen, afhankelijk is. Immers, wel ge schieden er herhaaldelijk inspectiën door den deskundigen inspecteur der Maat schappij, doch zonder de goede zorgen van de Plaatselijke bestuurders kan licht op het oogenblik van nood een of ander ontbreken of onbruikbaar gevonden wor den: van hen vooral hangt hét af, het goede oogenblik der redding niet te laten voorbijgaan; vele der afdeelingsbesturen nemen persoonlijk deel aan reddingen, zoo ook meermalen leden van het Helder- sche afdeelingsbestuur. In dit verband herinnert spr. aan de redding van 2 marine-officieren en 8 ma trozen op 2 Maart 1918, die nabij Vlieland met een sloep waren uitgegaan om een mijn te demonteeren. Dit was de eenige keer, dat marlnemenschen door de Maat schappij gered zijn. Helaas, de schitterende resultaten in die 100 jaren zijn niet altijd zonder offers verkregen. Want ondanks alle zorgen het beste materieel te geven, dat verkrijgbaar is, toch blijven er altijd omstandigheden over, die het reddingswerk levensgevaar lijk maken voor de reddera Bij kokende, ziedende zee, bij' stormweer in de nabij heid der banken, Vaar het schip geheel uit elkaar gereten wordt, in weinige uren tps, blijft die zee immer de sterkste, de zee, die vermorzelt, wat eens onbreekbaar scheen, en amveramljt, wat stabiel leek. De minste fout van den stuurman of van de roeiers, één oogenblik van twijfel, een onverwachte, hooge zee, die ongustig de boot pakt, kan schromelijke .gevolgen heb ben, waaraan door geen menschenmacht meer is te ontkomen, Spr. herdenkt enkele dezer slachtoffers; de Nieuwediepers D. Steih en D. Bethle- hem, die 18 Dec. 1877 hij een poging tot redding van het Deensche s.s. ,,Nordly- set" verdronken; het omslaan van de Ter- schellinger reddingboot op 8 Januari 1880, waarbij 5 redders verdronken, een derge lijk ongeval op 4 December 1882 met de reddingsboot van Callantsoog, waarbij 0 roeiers en 2 Engelschen om 'het leven kwamen, het omslaan van de reddingboot van Noordwijk op 24 Nov. 1919, het ver drinken in 1890 te Zandvoort van een der leden van de reddingboot, dat van 8 Ter- sobelllnger redders November 1908, ten slotte de grootste ramp, 28 en 24 October 1921, het verlies van de ,3randaris". Van de 7 man equipage kon slechts één enkele gered worden. Mijhe Heeren, in het kort heb ik ge tracht hier weer te geven de geschiede nis uwer Maatschappij' ln wel en in wee, en heb ik getracht te vertolken, wat in ons omgaat teneinde uwe Maatschappij, Hoofdbestuur, Afdeelingsbesturen en rea ders, onze warape hulde te bewijzen. De aanwezigheid van zulk een groot aantal afgevaardigden van bijkans alle vereeni- gingén hier ter stede, die van hunne be langstelling in dit 100-jarig jubilée heb ben willen doen blijken, moge u de vol doening schenken, hoe zeer het werk der Redd i ngma atschapp ijén hier wordt ge waardeerd. Reddingen als van de König Wilhelm, Renouwn, Turbo, Koefla, Strath- mere, namen van redders als Oornells Dito, v. d. Ham, Hoogerwerff, Klaas Duit, Dorus Rijkers, Kuiper, O. Bot, om slechts enkelen te noemen, genieten hier een zeldzame populariteit. Daarom zal het u vellicht verwonderen!, dat Helder, hoe zeer met u medelevende zoo weinig ge zorgd heeft om tevens door een grootsdie 'bloemenhulde uw aller werken te eeren. Wij hebben ons echter op practisch standpunt geplaatst en waar wij verno men hebben, dat allereerst geld noodig is om het materieel nog meer tot zijn recht te doen komen, hebben de vereenigingen, wier kas zulks kan dragen, gemeend deze bloemen 'beter om te zetten in klinkende munt, en u in enveloppe bloemen aan te bieden als huldeblijk. Op deze wijze, ho pen zijl, zullen de bloemen Ibetear tot vruch ten worden. Moge uw Maatschappijen voortgaan zich in de toenemende 'belangstelling in den lande te verhoogem, en die vergroote belangstelling er toe bijdragen, dat zij', wat hare reddingmiddelen betreft, blijven op de hoogte van dén tijd, tot volbrenging van de uiterst mensóhlievende taak, hulp te verleenen aan die zeevarenden, die in doodsgevaar verkeeren, en ter verminde ring van de kans, dat reddiers daarbij het leven Verliezen, Rede van den Burgemeester. De Burgemeester van Helder nam hier op het woord-, en zeide het volgende: Mijne heeren, leden van het bestuur der afdeeling Helder, van de Noord en Zuid-Hollandsche Redding-Maat schappij, dames en heeren, die hier verder tegenwoordig zijn 1 Namens het gemeentebestuur van Hél der bied ik U Heeren1 leden van het Afd.- Bestuur der Reddingmaatschappij de ge- lukwenschfen aan met den dag van heden, waarop in Helder het 100-jarig bestaan der beide Reddmgmaatsehappijien wordt herdacht. Daarnevens past ook een woord! van dank aan de Reddin'gmaatschappijen, die het reddin'gwezen1 zoo voortreffelijk over het geheele land hebben georganiseerd. Voortreffelijk is haar materieel eni iboven allen lof verheven de mannen, die zij in haar dienst hebben. Vanmorgen hebben wij op de Algemee ne Begraafplaats een' stille hulde gebradht aan dé nagedachtenis van de overleden redders om daarmede van onze erkente lijkheid te getuigen voor hetgeen deze mannen op het gebied van het reddingwe zen hebben gepresteerd. In hunne nage dachtenis hebben wij tevens uw Maat schappij geëerd, die door (het in dienst hebben van zoo voortreffelijke mannen bewezen heeft te 'beschikken over een goed organisatie-talent Na al hetgeen de heer Vos namens het plaatselijk comité naar voren heeft ge bracht over de roemrijke geschiedenis van die Noord- en Zuidhollandscbe Red ding-Maatschappij te Helder, wil ik daar over niet verder uitweiden. Het behoeft dus geen betoog, dat de bedde Redding- maatschappijen èn in bet verleden èn thans nog d'e latende krachten op het ge bied der zelfopoffering en naastenliefde nuttig weten aan te wenden in' het belang der menschheid. En daarvoor verdienen zij de dankbaarheid van bet Nederianid- sche volk, want wat baten alle sluimeren de krachten, wanneer het orgamiseerend talent ontbreekt om ze te gebruiken. En het is de verdienste geweest van Uwe Maatschappij en hare zustermaat schappij dat zij, hoewel hare geldmidde len zeer beperkt waren het geheele land hebben kunnen voorzien van goed uitge ruste reddfngstations. Dat het belang van een goed werkend reddingwezen in het geheele land wordt gewaardeerd, mo ge blijken uit de houding der Regeering die èn aan de mannen van de boot èn aan de organisatoren' onderscheidingen heeft verleend en toezegging heeft gedaan om op de staatsbegrooting een bedrag uit te trekken voor redders die in behoeftige omstandigheden verkeeren, alsmede uit de spontaniteit waarmede overal aan den oproep tot bijeenbrengen van gelden voor, een Nationaal Huldeblijk is gevolg gege ven, Een verblijdend verschijnsel mag zulks heeten. Ook in Helder hebben tal van corporaties en bijzondere personen zonder onderscheid van politieke kleur of richting zich opgemaakt om Uw afdee lingsbestuur met dezen dag te feliciteeren. iHieruit moge blijken dat wat de 'bur gerij ook verdeeld houdt zij het in al haar geledingen' eens is over de beteekemis van het reddinigwezen voor ons land en voor Helder ln het bijzonder. Het is daarom ook, dat Ik met zooveel genoegen U namens het Dagelljksch Be stuur der gemeente complimenteer, om dat ik weet dat ik daarbij de gevoelens van de geheele burgerij van Helder ver tolk. Uit naam van gansch de gemeente wensch ik U daarom geluk en spreek ik den wensch uit, dat de belde Redding- maatschappijen bij voortduring met het grootste succes mogen voortwerken aan hun schoone taak. Als een herinnering aan dezen dag zij het mij vergund U imijne heeren leden van het Afdeelingsbestuur der Noord- en Zuid-Hollandsche Redding maatschappij een voorzittershamer aan te bieden na mens bet gemeentebestuur, welke hamer naar ik hoop U nog lange jaren goede diensten moge bewijzen tot heil van het reddingwezen. Achtereenvolgens warden thans door een zeer groot aantal afgevaardigden geldelijke bijdragen voor de kas der maat schappij gedeponeerd. Wij laten de lijst daarvan volgen: Ned. Maatschappij ter Bevordering der Geneeskunst; Marine Club; Heldersche Courant; Mar. Mach. Club; Ned. Ver. v. Hulsvr. afd. Helder; R.K. Reclasseerings- ver.; Aig. Teh. v. M1L* R.K. Midkienst. ver. „de Hanze"; Senaat Corps Adelborsten; Vrijmetselaarsloge W. F. Z.; Arb. Zang- vereeniging Kunst a. t Volk; Kon. Ned. Ver. Ome Vloot; Vereen, tot Bescherming van Dieren1; LoodbemrV ereenlglrg NederL afdl HeMer; Sted. MurHkeorpe; Gym. Ver. Pro Pétrla; Helderts Mannenkoor; Voetbal-Ver. Helder; Oranje Harm. kapel; Zang- en Reciteerver. Harmonie; Held'. Slagersvepeeniging„Ons Belang", Ver. van Onderoff. der Landmacht; Aig. Bond Politiepersoneel in Nederland; Ned. R.K. Volksbond; Oentr. Bond Tramsp. arb- afd. Helder; Werklieden Ver. de Eendracht; Postzegel-Ver. Helder; R. K. Ver. tot be strijding der Tuberculose „Herw. Levens kracht"; Nedi R. K. Bond van Overheids personeel „Sti Paulus"; Vereen, op Pluim- veegebied „Helder"; De Heldersche Vis- schersvereen.; Onderling Belang, Vereen, van Personeel in 's Rijksdienst; Aig. Held. Wdhkeliersvereexiiging; Helderts Belang, V. V. V.; Vereeniging A. G. O.; Alg. Ver van Marine-Officieren; Tooneelvereeni ging Tavenu; Ad, Helder, Vereeniging Het Roodé Kruis; Afd. Helder Ned. Bond van Gemeente-Ambtenaren; Afd'. Helder Ver. Het Witte Kruis; Landarbeidersbond afd. Koegras; Dames-Comité R.-K. Volks bond; Maatsch. tot Bevord. der Toonkunst, •afd. Helder. De Voorzitter der afdeeling, de kolonel Lam, spreekt hierop hartelijke Voordien van dank. vooral ook wat het stoffelijk ge deelte betreft. Spr. zal na al' hetgeen ge zegd is niet langer uitweiden over het werk der maatschappij; dit kenmerkt zich door eenvoud. De heer Tegelberg heeft dit inAmsterdam zoo juist gezegd, dat het groot© werk eigenlijk uitgaat van de marren die dé 'booten bedienen. De afdeeling heeft dit willen demonstreereir door deze bemanning bier persoonlijk uit te moedigen. Dat de burgerij; dit waar deert, heeft zij afdloenldë bewzen door baar tegenwoordigheid alhier. De naam van Helder is door deze eenvoudige mannen over de geheele wereld bekend geworden. Ook dé bemamninr1 der sieepbooten her denkt spr. in bun werk. Ook zij hebben zooveel belanglooze hulp verricht, de ka piteins Bakker, van der Ploeg, Speijer en Kuiper hebben vooral daarin aandeel ge had. Het Hoofdbestuur der Maatschappij Is persoonlijk verhinderd en heeft aan het afdeeHngsbeatuur opgedragen dit woord van dank te spreken. Spr. dioet dit met groote opgewektheid 'Het moderne mate rieel vraagt groote geldelijke offers, en wij zijn u dankbaar dat gij, ons ln staat stelt dat materieel aan te schaffen. De plechtigheid was te half zes geëin digd en de aanwezigen maakten zich op voor de feestelijke viering ln Casino. Wij mogen niet vergieten te vermelden, dlat cok het Bestuur van het Reddimgs- fonds op deze receptie tegenwoordig was. In Casino. Casino was reeds lang vóór 8 uur prop en propvol. Beneden en 'boven puilden, om zoo te zeggen, de menschen naar bui ten. lii t aardige was, dat het publiek zoo gemengd was. Naast de hoogste auto riteiten in onze stad1 zat de eenvoudige man en allen hadden blijde en opgewekte gezichten. Schevenimgstertjes liepen lm de gang van Casino al tekstboekjes te verkoopen, en de musici van „Winnubst" stonden klaar, ln afwachting van het oogenblik, waarop hun diensten zouden worden ge vraagd. Dat oogenblik 'kwam toen de Burge meester, gevolgd door Dorus Rijkers, Bijl, schipper Bot, en hoe ze allemaal meer mo gen heeten, binnenkwam. Toen werd een vroolijke marsch ingezet, en de aanwezi gen stomden, bij bet voortschrijden dezer mannen, spontaan op. En nog steeds stroomden de menschen naar binnen.Waar ze allemaal ble ven? Ih alle gangen en paden stonden ze opgepropt Te omstreeks half negen betrad Overste Vos het tooneel tot het uitspreken zijner welkomstrede. .Het geroezemoes 'in de overvolle zaal verstomde. Uit zijn rede vermelden wij' het vol gende: Spr. heet namens het Sub-Comité der Afdeeling Helder van het Huldigings comité de aanwezigen welkom, in het bij zonder de Commissie van bestuur en <le bemanning en oud-bemanning der Red dingbooten van Helder, Huisduinen, Texel en Callantsoog, die voor dezen avond uit- genoodigd zijn, den Burgemeester en me vrouw Houwing. den Vlce-Admiraal en Mevrouw Fock, de Leden van het plaat selijk bestuur en van den' Gemeente raad, en verdere gemeentelijke autoritei ten, alsmede autoriteiten van land- en zeemacht en afgevaardigden van bijkans alle vereenigingen hier ter stede. Hun aanwezigheid bewijst, hoezeer de Helder sche ingezetenen medeleven met bet schoone doel der Maatschappijen en de reden dezer bijeenkomst. Spr. releveert voorts de van, verschillende kanten opt- vangen medewerking tot het welslagen van dezen avond, de heer Polak bood de zaal kosté'oos aan, en talrijke personen hebben met opoffering van tijd en moeite en geld het hunne gedaan, Spr. dankt deze allen hartelijk voor hun medewerking. Uitvoerig schetste spr. het ontstaan der Maatschappij, gaf een overzicht uit de ge schiedenis der afgeloopen eeuw, evenals spr. dat des middags op de bijeenkomst in het Instituut had gedaan, en gaf ook nu een1 overzicht van de reddingen, waar bij' verschillende redders het leven had den gelaten. Van deze oude redders zijn in dé zaal aanwezig H. P. Kuiper, A. Y. Kui per, Jaoob Duit, J. Been en R. Buyl, aan wie spr. woorden van waardeering wijdt, welke door fanfares gevolgd worden. 39 dapperen zijn in den loop dezer 100 jaren van de 'bemanningen der (booten bij hun pogingen tot redding in de golven omge komen. Spr. herdenkt nu de redders uit eer vorig geslacht, Klaas Duit, Cornelis Dito, Hoogerwerff, en wijdt daarna een woord

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1924 | | pagina 9