PUROL
II kunt verzekerd zijn.
HEERENKLEEDING
TH. NOOT, WESTSTRAAT 64,
NIEUWSBLAD VOOR
HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Begraven Geld
Prijsverlaging
Eerste Blad.
BUITENLAND
WYBERT
Stramheid
en stijve spieren f
Kloosterbalsem
Nr. 5950.
DONDERDAG 20 NOVEMBER 1924.
62ste JAARGANG.
Hóropening
Postohóque- en Girodienst.
VOLKENBOND.
FEUILLETON.
BELGIE.
FRANKRIJK
De amnestie-wet
De amnestie aan politieke veroordeelden.
Ingezonden Mededeellng.
Gesprongen Handen
De overbrenging van de asch van Jamrès
naar het Panthéon.
ENGELAND.
Engeland tegen het protoko] van Genève?
Een verzoek van Engeland.
Ingezonden Mededeellng.
groote doozen
Engeland en hef bezette gebied.
Stijging van de kosten van het levens
onderhoud.
Ingezonden Mededeellng.
verdrijft de pijn
Stakingen aangekondigd.
De huuroorlog aan de Clydie.
JAPAN.
Het eiland Yap.
Ingezonden Mededeellng.
Op het gebied van
het voordeeligst.
leder stuk zijn prijs waard.
J
HELDERSCHE COURANT
ABONNEMENT PER 9 MAANDEN BIJ VOORUITBETALING
Heldarsche Courant 11.50; fr. p. (p. binnenland 12.—, Ned. 0. en W.
Indiö p. zeepost f 2.60; id. p. xnail en overige landen f 4.20. Zondagsblad
reep. 10.50,10.70, f 0.70, f 1.20. Modeblad reep. f 0.95, f 1.26, f 1.25, f 1.60
Losse nummers der Courant 4 ct.fr. p. p. 6 ct.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag
Redacteur-Uitgever: O. DE BOER Jr., HELDER
Bureau: Koningstraat 29 Telefoon: 50 en 412
Post-Glroxakenlag No. 16066.
ADVERTENTIEN:
20 ct p. regel (galjard) Ingea. meded. (kolombreedte als redaction.
tekst) 60 ct. Kleine advertenties (gevraagd, te koop, te buur) v. 14
regels 40 ct., elke regel meer 10 ct. bij vooruitbetaling (adres: Bureau
v. d. blad en met br. onder no. 10 ct. p. adv. extra). Bewijsno. 4 ct
Voor het overmaken van abonnement»-
en advertentlegelden, gelieve men
weder gebruik te maken van den
POSTCHÈQUE-en GIRODIENST. Ons
rekeningnummer la 16066.
Adm. Held. Crt.
Licht op
voor auto's en, fietsen
Donderdag 20 Nov4.81 anr.
Vrijdag 214.29
De Raad van den Volkenbond zal in het
begin van de volgende maand te Rome bij
eenkomen, o. a. om oven het Engelsch-Turk-
sche geschil overJMosoel en de toelating van
Duitschland tot den Volkenbond te beraad
slagen. Een ander belangrijk onderwerp op
de agenda moet de voorbereiding van de
ontwapeningsconferentie zijn, welke zoo
nauw samenhangt met hetgeen er met het
Protocol van Genève gebeurt. De ontwape
ningsconferentie (juister: conferentie tot
beperking van de wapening) kan volgens de
afspraak, pas bijeengeroepen worden indien
drie van de vier voornaamste leden van den
Volkenbondsraad het} geratificeerd1 hebben,
maar de groote mogendheden hebben hier
geen hhast mee gemaakt, omdat de veran
dering van regeering in Engeland onzeker
heid heeft geschapen aangaande de voorne
mens van Engeland. Men verwacht, dat de
Britsche vertegenwoordiger tel Rome een
eerste aanduiding zal kunnen geven aan
gaande het standpunt van de unionistische
regeering tegenover het Protocol en hiervan
zal wel voornamelijk afhangen, of er schot
in de zaak komt. Totdusver hebben veertien
regeeringen het? protocol geteekend en heeft
een Tsjecho-Slowakije het geratifi
ceerd. Dit is al iets, maar lang niet genoeg.
De moeilijkheid met Engeland is de
kwestie van de sancties, aan welke Frank
rijk terecht groote waarde hecht, omdat
recht dat niet door dwang géhandhaafd kan
worden, krachteloos wordt. Engeland als
zeemogendheid moet echterr zooals hier al
meer uiteengezet is, zijn vloot ten deele als
een drijvende' vesting beschouwen, waarvan
elke verzwakking in geval eenheden ervan
tegen een „vijand van het menschelijk ge
slacht" zouden moeten opereeren, een bres
zou maken in zijn verdediging. Nog daarge
laten! dat oorlogsschepen een veel gemakke
lijker' verplaatsbaar strijdmiddel zijn dan
troepen en Engeland's toezegging van bij
stand verplichtingen van wijder strekking
zou meebrengen dan voor een landmogend-
heid (om dit woord in tegenstelling met
zeemogendheid te gebruiken). Vandaar, dat
reeds MacDonald te Genève den voornaam-
sten nadruk heeft gelegd op arbitrage als
middel tot verzekering van den vrede. De
voorwaarden voor een goede verstandhou
ding met de dominions, die geen lust hebben
Engeland's oorlogen mee te voeren, indien
dioor
GEOBGE A. BIKMINGHAM.
2)
Maar wild© monsieur dadelijk zijn ©ten
hebben?
Monsieur wild© h©t en kreeg het, een
zeer uitstekend diner. Madame weet hoe
zij imoet koken en hongert hare gasten
niet uit, zelfs als zij ze kwijt wil raken.
De storm mam in kracht toe, terwijl ik
inijn olmeiet at en de regen gutste ver
woed1 tegen de hoog© ramen van de ka
mer. Ik hoopte dat de zaken van mijnheer
Wilbred niet al te dringend waren. Ik
was volkomen bereid, om den volgenden
dag, naar hent toe te gaan, zijn handteke
ning te bevestigen, hem de termen van
een Fransch huurcontract te verklaren of
te doen wat hij imaar wilde. Ik was niet
van plan dien avond1 een lange wandeling
door de regenvlagen tegemoet te zien.
Ik was al te «nel geweest ln mfln besluit
daartoe. Mijnheer Wilbred's zaken1 waren
vanden allerdringendste n aard. Ik
merkte dit terwijl ik mijn koffie dronk
enn*n eerste cigaret rookte.
Madame bracht, in een toestand1 van
groote opgewondenheid1 een oude (boeren-
vmiw de eetkamer binnen. Fannl en F6-
licité volgden hen, beiden hevig ontdaan.
echtgenoot, de dikke Pierre,
zejden binnenshuis zagen, kwam
ook mee. Do oude vrouw was tot op haar
zij in de Britsche buitenlandsche politiek
niet volledig gekend worden, hebben in den
laatsten tijd de strooming in Engeland nog
versterkt, om zich niet in een conflict te
mengen, als niet eerst een beslechting ervan
door arbitrage beproefd is, zoodat de domi
nions tijd zullen hebben hun standpunt er
tegenover te bepalen. De zwakke plek in
Engeland's vredesprogram blijft echter, dat
tegen een aanrander en overtreder van het
statuut, waaraan de volken zich voor de
regeling vap geschillen willen onderwerpen,
scheidsrechterlijke regeling te laat komt of
niet op haar plaats is. („N. R. Ct.").
De „Vlndlctive*.
Er zijp thans duikers 'bezig met het
stuksnljden van het groote stuk, dat van
het wrak van de Vindletive Is losgewerkt
De Vindictivè was, zooals men zich her-
inmierdl, die Britsche kruiser, die bij den
historisohen aanval op de Belgische kust
tijdens den oorlog Is gebruikt om den
toegang uit de haven; van Oostende ge
deeltelijk af te sluiten. Het grootste deel
van het wrak is nu opgeruimd en binnen
enkele weken zal elk spoor van den be
kenden kruiser verdwenen zijn.
De Senaat heeft met 176 tegen 104 stem
men de amnestie-wet ten opzichte van door
het Hooge Hof gewezen vonnissen goedge
keurd. Dit votum betreft Caillaux en Malvy,
die beiden door den Senaat als hoogge
rechtshof zijn veroordeeld.
De Fransche Senaat, die de vorige week
de regeering volgde bij het voorstel amnestie
te verkenen aan de spoorbeambten en al het
mogelijke te doen om de schuldigen aan de
staking van 1920 door de maatschappijen te
doen terugnemen, heeft ook heden Herriot
gevolgd door de bepalingen der amnestie
wet goed te keuren, waardoor de veroordee
ling van Caillaux en Malvy wordt uitge-
wischt.
Ten danzien van laatstgenoemde, die
sindsdien 'zijn burgerrechten reeds herkre
gen en opnieuw als Kamerlid zitting heeft,
kostte dit weinig moeite, omdat de Senaat
in zijn tegenwoordige samenstelling oor
deelt, dat Malvy slechts gebrek aan begrip
verweten kan worden van hetgeen een mi
nister van een oorlogvoerend land aan zijn
waardigheid verschuldigd is.
Meer verzet was er tegen het verkenen
van amnestie aan Caillaux, in wien velen
rechts in weerwil van de afwezigheid, van
eenig bewijs daarvan bij hef proces voor het
hooggerechtshof een landverrader blijven
zien. Ook ziet de rechtsche minderheid van
den Senaat zeer goed in, dat Caillaux, die
op den sprong zit om opnieuw een rol te
gaan spelen, terstond van de herkregen vrij
heid van beweging zal gebruik maken om te
Parijs zijn positie als radicaal leidêr te ko
men hernemen en wilde men hem in die
kringen liever als „interdit de séjour" ver
van Parijs houden. Dg meerderheid echter,
in zekeren zin terugkomend op het vonnis,
dat zij zelf vier jaar geleden uitgesproken
had, gaf gehoor aan het pleidooi van Herriot
voorf vergevingsgezindheid en zoo werd het
desbetreffend artikel aangenomen met 176
stemmen tegen 104.
De amnestie voor Sadoul verworpen.
De Senaat verwierp met 189 tegen 104
DOOS 30, 00, 90 Cent.
Bij Apoth. en Drogisten
Ptiorm. Febrltlt A. Ml|nh«rd« Z«Ut
(274)
stemmen de amnestie door de regeering ge
vraagd voor verschillende bij verstek ver
oordeelden, 0. a. kapitein Sadoul, die over
ging in den dienst der sovjetregeering en
den defaitistischen schrijver Guilbeau.
De Senaat heeft met 175 tegen 66 stem
men het crediet van 650.000 francs goedge
keurd voor de overbrenging van de asch van
Jaurès naar het Panthéon.
In een brief aan den> secretaris-gene
raal van den Volkenbond vraagt de Brit-
,sehe regeering, dat de vergadering van
den Raad van den Volkenbond, die op 8
December te Rome bijeenkomt, zich niet
'zal bezig houden met het protocol inzake
veiligheid en arbitrage, waarbij als reden
wordt aangevoerd, dat al bekleeden de
quaesties van veiligheid en ontwapening
•bij haar de eerste plaats, zij den plicht
heeft daarover te oonfereeren met de do
minions, buiten welke zij geen beslissing
raag nemen.
Londen, 19 Nov. De „Daily Tele-
graph" leest in het Britsche verzoek om het
protokol van Genève niet aan de orde te
stellen op de vergadering van den Raad van
den Volkenbond, die 8 December bijeen
komt, een diplomatiek euphemisme, dat
neerkomt op zijn afwijzing. Dit is, meent
het blad, geen verrassing iret het oog op de
sterke bedenkingen, die teyn het Protokol
binnen het rijk gerezen waren en die Lord
Grey, den trouwen pleitbezorger van den
Volkenbond, ertegen ingebracht had*. Het
blad is v»n meening, dat deze afwijzing
meebrengt, dat men tot het oorspronkelijke
statuut van den Volkenbond terugkeert met
misschien een nieuwe procedure voor
scheidsrechterlijke beslissingen door het
Haagsche hof.
Londen, 19 Nov. Men' verneemt, dat
het door de Britsche regeering aan den Vol
kenbond gedane verzoek' om het protokol te
bespreken, niet mag worden opgevat als te
beteekenen, dat het protokol ter zijde zal
worden gesteld.
De Britsche regeering wenscht alleen
huid' toe nat. Het water sijpelde uit hare
rokken op den vloer. Haar Bretonsohe
kap zakte als een nat vod van mousseline
op haar hoofd. Het gpheele 'gezelschap,
behalve de dikke Pierre, die zelden
spreekt, begon tegelijk te praten, heel snel
en omslachtig. Ik 'begreep eruit'dat de
oude vrouw de dienstbode was van Mon
sieur en Mademolselle op het OMteau
d'aix. Zij was den heelen weg naar St. Ja-
cut door het hondenweer hoen komen
wandelen om mee te deelen dat Monsieur
zij, Madame, Eairnl en Felicité deden
vier afzonderlijke pogingen om „Wil
bred" te zeggen en geen van gallen lukt©
bet de uitspraak te 'benaderen, dat Mon
sieur op sterven lag. 'Hij1 zou zonder twij
fel den oéhtend niet meer halen, en
wensohte heel dringend met een anderen
Engel'sohman te kunnen spreken.
Ik kon niet weigeren om te gaan. Wil
bred had inij blijkbaar hard noodig. Als
een zwakke oude vrouw den storm kon
trotseeren voor een 'boodschap uit goe-
dertierendheid jegens een buitenlander,
zou het mij, een sterken jongeman, nau
welijks betamen, mijln landsman, die in
een vreemd land1 op sterven lag, in dén
steek te laten.
Madame, die hevig ontdaan was, keerde
zich naar haar man toe en gelastte hem
zijn paard voor de sjees te spannen en mij
naar het Chflteau d'Aix te brengen. Pierre
stond het karweitje niet aan," maar hij
weigerde niet het te doen. Hij zond' Fannl
en Féllcité er op uit, om het paard ln te
spannen', terwijl hij zioh in alle kleeding-
stukken «tak, die hij maar kon vinden.
Het was een akelige tocht door een ge
meen donkeren nacht langs slechte we
miuiiniiiiiiiiiiiiuinuiiuuiiniiiiuHiimiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiriiniiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiu
TABLETTEN
Bl) Apothekers
en Drogisten.
gen. De regen drong doör onze kleeren
heen en liep langs onzen hals en door
onze mouwen. Ondanks een oliejas, was
ik doorweekt, vóór ik aan het chflteau
was gekomen. De oude vrouw nam den
dikken Pierre mee naar het een of an
dere bijgebouw en hielp hem het paard
stallen. Ik bleef achter en moest door de
keuken mijn eigen weg vinden naar de
zitkamer. Daar vond ik Wilbred's doch
ter, het meisje dat imij den brief gebracht
had. Ik deed op dat Oogenbllk geen po
ging om voor mijzelf uit te maken, in hoe
ver dè beschrijving van Madame van haar
juist was. Zij kon mlnce en gentille zijn
en al de rest. Zij1 was stellig jong. Ik zou
•haar zeventien of achttien jaar gegeven
'hebben. Zij scheen zonderling weinig
overstuur over den toestand van haren
vader. Zij was niet huilerig of ontdaan, en
zij ging mij voqr naar zijn kamer, onge
veer zoo als zij mij naar een ontvangka
mer had1 kunnen brengen, waar de mid
dagthee op mij' wachtte.
Wilbred's uitzicht stond1 mij niet aan.
Hij zag er verwaarloosd uit en had zich
blijkbaar in geen week geschoren. Dat
had ik verwacht, want de man lag op ster
ven of was althans heel ziek. Wat mij' niet
aanstond waren de teekenen, dat hij eeni-
gen tijd zwaar gedronken had. Er stonden
een 'boel leege oognacflesschen in den
hoek van dè kamer en het gericht en de
handen van den man zagen er naar uit,
of hij zwaar geleefd had. Het kon best
zijn, dat de cognac de oorzaak van zjjin
dood werd. Maar hij was niet beschonken
toen ik hem zag, en hij scheen ln het volle
'bezit van zijn verstand. Hij had ln elk
geval 'genoeg verstand om te weten dat
meer tijd voor het overwegen van het pro
tokol met de Dominions. Zij wenscht het
bestaande plan niet te verwerpen, zonder er
een constructief plan voor in de plaats te
stellen.
In een uitvoeriger mededeeling van den
Britschen, draadloozen) dienst over het stand
punt van de Britsche regeering inzake het
protokol van Genève, wordt gezegd, dat het
onjuist zou zijn om uit het verzoek der Brit
sche regeering tot uitstel der bespreking van
het protokol door den Raad van den Vol
kenbond op te maken, dat het de politiek der
Britsche regeering is, de beginselen, die aan
het protokol ten grondslag liggen, prijs1 te
geven.
Het is evenwel duidelijk, zoo wordt dan
verder gezegd, dat, hoewel het doel in het
algemeen van het protokol dten warmsteiï
steun vindt, sommige der bepalingen er van
zeer zorgvuldig moeten worden onderzocht,
niet alleen met het oogmerk, de belangen
van het Britsche Rijk te waarborgen, maar
ook van het standpunt der handhaving van
een hartelijke verstandhouding tusschen
Britannië en de Vereenigde' Staten. Zelfs
als tengevolge van dit onderzoek zou wor
den bevonden, d'at er geen volledige steun
kan worden gegeven aan het protokol in zijn
huidigen vorm, is het toch zeker, dat men
niet tot een dergelijke slotsom zou komen
zonder dat er tegelijkertijd daarvoor in de
plaats tredende voorstellen, het algemeene
doel van het protokol belichamend, zouden
kunnen worden ingediend om het protokol
te vervangen.
In een officieus communiqué over dè
ontruiming van de Keulsohe zone wordt
verklaard, dat deze 'kwestie in de eerste
plaats den gezantenraad aangaat en ln de
tweede plaats'de geallieerde regeeringen
en dat de 'bezetting zal worden opgeheven
op 10 Januari 1925, mits Duitschland dan
zijn verplichtingen overeenkomstig het
vredesverdrag zal hebben vervuld. De
kwesties, waarover de regeeringen het
eens moeten zijn alvorens de ontruiming
kan plaats hebben, betreffen de schade
loosstelling en de ontwapening. Wat de
schadeloosstelling aangaat, heeft Duitsch
land zijn goeden wil getoond door hét
plan-Dawes aan te nemen en uit te voe
ren; «net de ontwapening houdt de geal
lieerde oontroleooinmissie zich op het
oogenhlik bezig. Verwacht wordt, dat deze
commissie tegen het midden van Decem
ber met haar taak gereed zal komen en
dan rapport zal uitbrengen aan den ge
zantenraad. De kwestie der ontruiming
gaat alle gealieerden aan, aldus wordt in
communiqué gezegd, en er is hier geen
sprake van een afzonderlijk optreden van
Groot-Brittannië of van een der andere
geallieerden. De totale kosten van het be
zettingsleger ln de Keulsohe zone, dat uit
8500 officieren en manschappen bestaat,
bedroegen voor het jaar 1923 1,600,000.
t
De bladen van allerhande gading leggen
krachtig den nadruk) op de noodzakelijkheid,
dat de regeering onverwijld onderzoek doe
naar den plotselingen opslag van de prijzen
van levensmiddelen, welke in de afgeloopen
maand met zeven ten honderd opgeloopen
zijn en thans 79 ten honderd boven die van
den zomer van 1914 staan. De algemeene
kosten van het levensonderhoud vertoonen
daarentegen slechts een stijging van vier ten
hij dood ging. Behalve de onmiskenbare
teekenen van zwaar drinken, die aan ham
merkbaar waren, leek hij mij een schuw
en onbetrouwbaar man. Hij .gaf imij den
indruk van een van die ongelukkige lui,
die er nooit in slagen om fn het leven
den rechten weg te gaan.
Ik ging naast ham zitten. Zijn dèchter
stond rustig aan het voeteneinde van het
ledikant tHeel spoedig begon hij te spre
ken.
„Het loopt met mij af', zoide hij. „De
dokter heeft mij dit vanmiddag duidelijk
gemaakt, volkomen duidelijk, ofschoon inij
geen Engelsch kan spreken en ik geen
Fransch kan verstaan. In elk geval zou Ik
het ook geweten hebben, al had hij' het
mij niet gezegd. Ik ga dood, dus moet ik
in u mijn vertrouwen stellen ik mfloet
dat, omdat er niemand anders is, die een
woord dat ik zeg, kan verstaan. Het is
verdoemd hard."
Hij: herhaalde verscheidene malen „ver
doemd hard" en verviel daarna ln een
zinledige herhaling van het woord) „ver
doemd". „O damn, darnn, damn, damn,
damn," zelde hij heel snel op één dreun.
Het was een buitengewoon ongelukkige
prestatie in vloeken, knorrig en zonder
verbeeldingskracht. Ik was beu van den
klank van het woord „damn", vóór hij
ophield.
„Er is geld," zeide hij eindelijk. „Geld
voor haar, voor mlj'n dochter. Ik had het
zelf willen hehben en ervan genieten. Ik
had het er goed van willen nemen. Ik ver
diende dat. Als iemand dat verdiend had,
was ik-het En nu kan ik het er niet meer
van nemen. O, damn, damn, damn
Nu maakte Ik er een eind aan.
honderd en zijn van 76 ten honderd op 80
ten honderd boven die van 1914 gerezen. De
voornaamste prijsverhoogingen nebben be
trekking op brood en vleesch.
De conservatieven hebben bij de verkie
zing beloofd, dat zij, aan het bewind geko
men, een koninklijke commissie een onder
zoek zouden laten houden.
Londen, 19 Nov. De vrees, in som
mige kringen na den val der arbeidsregee-
ring geuit, dat men thans een tijdperk van
stakingen tegemoet zal gaan, schijnt be-,
waarheid te worden. Behalve een staking
der machinisten, dreigt thans ook een sta
king de? electriciteitsarbeiders van de Lon-
densche centrales, die bij den algemeenen
bond! van electriciteitsarbeiders zijn aange
sloten.
De huuroorlog aan de Glyde, welke nu
al een paar jaar aan den 'ganig is, heeft
volgens de „Westminster Gazette" vele
kleine kapitaalbezitters aan den rand van
den afgrond of tot den bedelstaf gébracht.
Hei; blad maakt melding van een geval,
waarin een gezien huizeneigenaar met
zijn twee dochters tengevolge van de wei
gering der huurders cwn de verschuldigde
huurpenningen te betalen, niet alleen rijn
kapitaal heeft moeten aanspreken, doch
tenslotte ook zijn meubilair moeten ver-
koopen, met het resultaat dat door de el
lende de eigenaar in een krankzinnigen
gesticht terecht kwam en de twee dochters
thans als paupers leven. Het blad verze
kert dat er verscheidene zulke harde ge
vallen zijn, waarin de kleine huiseigenaar
practisch bankroet is.
Tokio, 19 Nov. Het Japansche dept.
van oorlog gaat een radio-station bouwen
op het eiland Yap. Daarover is van tevoren
overleg gepleegd met de Amerikaansche re
geering.
„Als u wilt dat uw dochter uw geld
krijgt," zelde Ik, „zoudt u beter doen met
uw testament te maken. Ik zal dit van
avond voor u doen zoo goed als ik kan,
en morgen zal ik naar Dinard gaan, naar
een advocaat of een consul of iemand an
ders, om het behoorlijk ln orde te bren
gen."
„Neen, neen," zeide hij. „Tk wil niets
van advocaten weten. De duivel moge de
advocaten halen of consuls en ik wil
geen testament maken. Er is 'geen testa
ment noodig. Een testament zou tot niets
dienen. Je zoudt het geld kunnen verlie
zen als er een testament was. Het is niet
belegd of bij een bank. Het is
Hij strekte zijn hand' uit en trok mij
naar zich toe, tot mijn gericht vlak bij het
zijne was.
„Het ls begraven1," fluisterde hij. „Twin
tig duizend gouden ponden, veilig begra
ven."
Ik dacht dat ik imij in ïnijn eersten in
druk vegist had en dat de man ijlde en
lalde. Niemand zou op dit oogenbllk ook
maar honderd gouden ponden kunnen
krijgen, al had hij die ook nog zoo hard
noodig. Laat staan twintigduizend bo
vendien zou niemand zoo'n som begraven.
Ik trachtte verstandig met hem te pra
ten. Ik zeide hem dat zijn dochter zijn
geld zou krijgen, ook al maakte hij geen
testament. Alles, indien zij zijn eenige
kind was; haar rechtmatig deel, indien rij
broers en zusters had. Ik verzekerde hem,
dat hij niet bezorgd 'behoefde te zijn.
(Wordt vervolgd)