CHR.C. KOOMAN, Weststraat lll.b/d. School.
OP EN OM HET BINNENHOF.
Vervolg van het
KRANTENNUMMER
van het 't Juttertjé.
Allerlei
B.
VOOR DE KINDEREN.
X Op de kruisjeslijnen komt
X de naam van een plant.
X Op den len regel een mede-
XXXXXXX klinker, op den 2en regel
X een getal, op den 8en een
X vervoermiddel, op den 4en
X het gevraagde woord, op
den 5en een vuurwapen, op den 6en een
klein soort paard, op den 7en een klinker.
a
Den Haag, 20 November.
„Dikke" en andere woorden. Ben treffend moment. Rood
zwart? De nieuwe scheidingslijn.
Er zijD bij de Algemeene Beschou
wingen over de Sifcaatsbegrooting voor
1925, niet veel echt-belangrijke rede
voeringen gehouden. Wèl hebben wij beel-
dikke wooiden gehoord. Wèl beseffen wij,
telkens, dat het parlementair gepraat on
der den druk, onder de machtige sugges
tie, was van: de Stembus-Juni 1925
Doch dit alles belette niet, dat de discussie
op tamelijk-laag peil bleef staan.
Terwijl de hooge) vergadering laboreerde
aan geweldige lusteloosheid.
Ook de redevoeringen der leiders van
Vrijheidsbond en Vrijzinnig-democraten,
de heeren mrs. Dresselhuys en Marchant,
op Vrijdag 14 November gehouden,
brachten toch eigenlijk bitter weinig nieuws
of interessants.
't Duurde tot Dinsdag 18 dezer.
Toen kwam er „teekening"!
Het begin van den parlementairen dag
was ijselijk-onbenullig.
De Plattelander Braat was voor zijne
tweemans-ploeg komeri praten. Terwijl zijn
politieke compagnon en tegelijk-vijand af
wezig was. De heer Braat beweerde geen
„vijand van de ambtenaren" te zijn, doch
intusschen pakte hij1 geweldig uit tegen
deze groep van staatsburgers. Hij noemde
de Troonrede een „onbenullig stuk", zei
van de onder-officieren, dat deze menschen
„zoo zoetjes-aan brutaal worden". Heer
Braat wil wel bezuinigen en hoèl op
leger en vloot, maar van „het geklets van
prof. Van Embden" moet de Plattelander
niets hebben. Hij haalde er, begrijpt
men den Zomertijd bij en riep nogmaals
een „Te Wapen!" tegen al wat tot de hoo
ge en niet tot de allerlaagst-bezoldigde
ambtenarij behoort.
Misschien wordt in Juni '25, zelfs
deze onbekwame en drieste boer (tot
schande van de Plattelanders) in het Par
lement gehandhaafd?.
Hope men van beter!
Op den i8en November sprak ook de
communist Wijnkoop.
Iets-nieuws, van zijn standpunt, gaf ook
deze man, wien immers „niets te dol is",
evenmin als de heer Braat.
Slechts de. communisten, met hun
eenheidsfront, staan op den bodem der
werkelijkheid. De S.D.A.P. vernielt den
klassenstrijd. Het militarisme kan slechts
worden neergeveld door de communisten.
En daartoe moeten de arbeiders wapens heb
ben, behouden. Een rood leger, een roode
vloot, met prachtige militaire revues
Aldus schreeuwde 't, dien i8en No
vember, uit de communist met het
zwarte duivelskopje. Hij krijschte 't door
de zaal van ons Lagerhuis, 't Was de oude,
leelijke'.kost, opgediend op n^g-wanstaltiger
wijze dan ooit te-voren.
Toen was er, na heer Davicf Wijnkoop's
mal rumoer, even stilte.
Kwam er, eindelijk, spanning van rustig
luisteren in de zaal der Kamer.
Toen nam het woord een man met bleek
gelaat, met gebogen gestalte.
Een zeer-vermoeide strijder.
De groote, geniale, welhaast op den ach
tergrond tredende leider van de S.D.A.P.,
mr. P. J. Troelstra, was deze spreker.
Hij sprak over de ontaarding, de afta
keling van het parlementaire stelsel.
Hij ziet slechts één reddingsmiddel om
uit het moeras te komen. En dat is: nieuwe
partij-groepeering. In den zin van samen
werking met Rechts. Met Rome. De tegen
woordige politieke partij-groepeering is
voor den heer Troelstra de oorzaak van
alle misère. Het theologisch element over-
heerscht bij de Stembus, in de Kamer
doet 't echter (aldus mr. Troelstra) het
sociaal element.
Wat wij moeten hebben is: een waar-
achtig-stèrk Parlement. Dat het vertrou
wen des volks bezit. Het referendum
wenscht hij niet. Dat zegt mr. T.,
verzwakt de Volksvertegenwoordiging, in-
steê van haar te versterken.
Neen, riep de leider van de S.D.A.P.
uit, wij „hengelen" niet naar porte
feuilles!Wat niet belet, dat hij sa
menwerking met katholieken en vrijz.-
democraten zocht. Ontwapening en mede
zeggenschap. dat is de democratie, waarop
samenwerking straks mogelijk zal wezen.
Het slot van de rede, door den genialen
Troelstra gehouden, was aangrijpend.
„In normale omstandigheden", zei de
groote staatsman, „zou eene rede gelijk
ik thans hield, beschouwd moeten worden
als een „discours ministre". Daarvan is nu
geen sprake. Troelstra, met den onge-
repten, fijnen geest en 't gebroken lichaam,
gaat rust nemen. Daarom zei hij,
met een traan in de stem, „Mijne rede
moet worden beschouwd als een politiek
testament!
Zijne vrienden kwamen Troelstra de
hand drukken. Applaus huldigde de mach-
tig-mooie rede. Het was, dien middag
van 18 November 1924, te vijf ure, een
der meest-treffende momenten, die ik ooit
in ons Parlement heb meegemaakt.
Arme, groote, te-vroeg het zwaard af
leggende Pieter Jelles!
stra, die gezegd had, dat ons Parlement
het vertrouwen des vólks heeft verloren,
stelde mgr. Nolens het woord, dat de Ne-
derlandschél Volksvertegenwoordiging met
ernst en met degelijkheid haar plicht heeft
vervuld; zelfs, een eind uitsteekt boven
menig ander parlement.
't Kwam nu aan op de vraag: wat zóu
dr. Nolens antwoorden op de „noodende"
vraag, van vrijz.- en soc.-democratische
zijde tot Rome gericht?.
De heer Nolens heeft dat in groote span
ning verbeide antwoord op 19 November
doen volgen. Hij verduidelijkte, dat de ka
tholieke partij is: eene volkspartij „in den
goeden zin des woords". Die het algemeen
belang bovenal wil dienen. Boven dat van
bepaalde groepen, van welken aard ook.
Straks, na de stembus-worsteling,
zal Rome allereerst en liefst samenwer
king zoeken met de Christelijke groepen.
Is deze niet te bereiken, ja (aldus
dr. Nolens), dan zal de katholieke partij
hebben te overwegen, of zij op den duur,
vooral ook met het oog op hare getal
sterkte, verantwoord sou zijn, samen
werking met andere partijen 'te weigeren
Dit was, op 19 November, het
groote moment!
In 1923 wees dr. Nolens samenwerking,
voor het bewind, met Troelstra af.
Thans stelde hij voorwaarden voor even
tueel samen gaan plaats nemen aan de
groene tafel!
Van den inhoud van het katholieke pro
gram heeft men in de verslagen kunnen
kennis nemen. Ik mag ernaar verwijzen.
Er zit ongetwijfeld een element in voor
samenwerking.
Met „goeden wil", en höè vaak is
daarop niet in den loop dezer discussiën
gezinspeeld?!, kan men allicht tot een
compromis geraken.
Zeer-begrijpelijk was, dat aan het eind
van de 19e November-discussie de span
ning zich richtte op wat den dag-erna door
de leiders van de Chr.-historischg en de
Anti-revolutionnaire fracties, de heeren
Schokking en Rutgers, daarna aan de
spreekbeurt komend, zou worden ge
zegd.
Want de „tendenz" van de rede-Nolens
was toch ook allereerst om de Rechtsche
ex-coalitie-partijen te beduiden, dat zij wed
zeer deugdelijk en heel-ernstig hadden te
overwegen, te bedenken, dat Rome moest
't ertoe komen, zonder Rutgers en
Schokking, zijn weg zou vervólgen.
Ik meen te mogen zeggen: dat was mis
schien wel de allergrootste beteekenis van
de belangrijke rede-Nolens op dien
Woensdag-middag.
Voor het verdere van de Algemeene Be
schouwingen verwijs ik met uw welne
men naar de Verslagen. Alles wat daar
bij betoogd werd, keert terug, wanneer de
Regeering aan het woord zal zijn geweest.
We bevinden ons nu op de kentering!
En slechts de „hervorragende" politieke
redvoeringen hebben eigenlijk blijvende
waarde.
Eindelijk kwam in de vergadering van
Donderdag, de leider van de Chr.-histo-
rische fractie, mr. Schokking, aan het
woord. Hij bracht minister Cölijn hulde
voor het sluitend d'oen worden van de Be
grooting, waardoor het gevaar voor inflafie
is voorkomen. De afgevaardigde betoogde
ten opzichte der salariëering van de amb
tenaren, dat de factor geschiktheid meer
op den voorgrond moge komen bij het vast
stellen van salaris. Nog drong hij aan op
maatregelen (o. a. door betere inrichting
dier Voorschriften), waardoor fraude en
corruptie bij de Bouwbedrijven zooveel
mogelijk worden voorkomen. Mede-zeggen
schap is voor den heer Schokking een aan
gelegenheid, voor wettelijke regeling niet
rijp. Nog wees hij op het groote belang der
bespoediging vanVle uitvoering van open
bare werken en van emigratie. Nationale
ontwapening is eene schoon© gedachte, doch
de realiteit verzet er zich evenzeer tegen
als de Volkenbond. Eene tweede Pacifi
catie-commissie wenscht mr. S. niet. Het
onderwijs moet vindt de afgevaardigde
rust hebben.
Daarna redevoerde mr. Rutgers, de lei
der van de anti-revolutionnaire partij en de
eerste dier groep, die aan deze Algemeene
Beschouwingen deelnam. Op deze rede kom
ik in mijn eerstvolgend Overzicht terug.
Voor t eerst na hare ernstige ziekte
woondle Mej. mr. Van Dorp de zitting der
Kamer Donderdag bij.
Mr. ANTONIO.
Afgeluisterd.
Goeien dag samen, waar gaan Jullie
naar toe?
Nou, we gaan een nieuwe jas koopen
Zoo 1 Zeker zoo eentje voor den halven
prijs.
Niks hoor, ja we zullen ons laten be
dotten.
Hoe dat zoo
Nou man, of de prijs was vroeger veel
te hoog, of je 'wordt er nou tusschen
genomen.
Zou je denken
Natuurlijk, dat kan je toch wel snappen
nee hoor we gaan naar Bramlage's Volks-
kleedingmagazijn die is altijd twintig
procent goedkooper
Is 't echt waar?
Ja zeker, en danbij Bramlage
krijg je nog mooie spelletjes voor de
kinderen en anders sigaren of een klokje
als jubileumcadeau.
Nou dan ga-ik er van avond ook naar
toe, gedag hoor.
Ook zoo, tot ziens. (Adv.)
Daarbij komt, dat de valuta-handel
slapjes is. In Frankrijk zijn de moeilijk
heden inzake de stabiliteit van den wis
selkoers nog niet weggenomen. De onder
nemingsgeest ter beurze wordt ook hier
door verzwakt.
Francs liepen langzaam achteruit en
leden zelfs een verlies van 6 tot 12'/2
cent, Ook de Dollar schommelde en bleef
nog beneden pariteitskoers. Ponden lie
pen eerst wat terug, doch herstelden zich
eenigszins,
De stemming op onze Amerikaansche
afdeeling was vast, maar zaken van be
teekenis werden niet gedaan. Er ging
iets om in Common Wabash, Eries, Gulf-
en Marinewaarden, waarbij kleinere of
groote stijgingen werden geconstateerd.
Frisco's maakten een avans van 5 6
Wat de locale waarden betreft onder
ging de Koninklijke Petroleum eerst een
kleine inzinking, welke echter w^rd her
steld, waardoor de noteering die van
verleden week nog iets verbeterde.
Suikeraandeelen waren eerst iets wil
liger, doch liepen tenslotte weer iets terug,
Tabakswaarden ook nu weder vast ge
stemd. Er was nogal vraag, waardoor
o.a. Senembah tot 6% hooger noteerde.
In Rubbea- en Mijnaandeelen zoo goed
als geen vraag.
Wanneer men hier ook maar de zeker
heid had, dat alles, wat in Europa onder
nomen wordt, goed zou gaan, zouden
beurs en handel daar ongetwijfeld mee
gebaat zijn.
Maar aan die zekerheid ontbreekt het
juist.
Op Woensdag d.a.v. heeft dr. Nolens,
de leider van de katholieke fractie, zoowel
Troelstra' als mr. Marchant van antwoord
gediend.
y Mgr. Nolens had nu niet zoo hevig te
worstelen met zijn weerbarstige stem
banden.
Zoodat zijn rede voor den toehoorder,
wat de wijze van voordracht betreft,
genietelijker was. Dr. Nolens stelde voorop,
dat de beteekenis van het herstel van ons
financieel evenwicht lanp niet genoeg wordt
bcgrepm. Ja, toen in 1918 het gevaar
van uitgemoord te worden voorbij was,
lachte incn (na al de in-pjepzak-zitterij!)
over het gevaar. En nu ook precies-weder
om over de gaafheid van den gulden.
Maar dr. Nolens had moed genoeg om
dit kabinet een woord van hulae te bren
gen,
Tegenover de bewering van mr. Troel
EOONOMISOH WEEKOVERZICHT.
Schokkende gebeurtenissen hebben in
de afgeloopen week niet plaats gehad.
Ergo kwam er ook geen groote beroering
in de financieele wereld. Met name ter
Amsterdamsche beurze was de stemming
opvallend kalm. Opvallend vooral, omdat
op de New-Yorksche fondsenmarkt vrij
veel omging ^n de nieuwe in zeer opge
wekte stemming werd ingezet. Niri alleen
van de zijde der beroepshandelaars,'maar
ook van die van het publiek werd goede
kooplust aan den dag gelegd. Sedert de
presidentsverkiezing is de willigte niet
van de lucht en neemt de uitbreiding
van zaken dag aan dag toe. Een bewijs,
dat men vertrouwen in de toekomst heeft
eti van de regeeringen te Washington en
Londen verwacht, dat zij aan de bestaande
plannen de gewenschte uitvoering zullen
geven. Ook de voorbereiding der ver
kiezingen voor den Rijksdag in Duitseh-
land verontrusten niet, omdat men de
overtuiging heeft, dat het bestaande
vredesplan in alle landen zal worden
doorgevoerd.
Tpoh bleef, zooals gezegd, de stemming
ten onzent lusteloos. Deels valt dit toe
te sohr(jven aan gebrek aan vertrouwen,
welk gebrek toeneemt door den druk, die
van den spannenden strijd in Duitschland
en Oostenrijk uitgaat; een strijd tegen
de duurte en tegen de looneischen.
INGEZONDEN.
Geachte Redactie,
In het nummer van dé HéLderscbe Cou
rant van Dinsdag 18 Nov. hebt u een ver
slag opgenomep van een vergadering van
de afd. Helder van het NecL Meisjesgilde,
In de naar het mij toeschijnt frappante
„rede" van mevrouw Gouverne trof mij
één zinsnede, die, indien juist „versla
gen", niet onweersproken mag blijven.
Mevrouw Gouverne beweerde: „School en
gezin schieten In dit opzicht in zóóverre
tekort, dat reeds vanzelv© bij het aanko
mend meisje de drang ontstaat tot het
vormen^ van clubjes en kransjes.
Als men nu doorgedrongen is tot de
kern van de zaak, die, ondanks de dub
bele beperking, hierop neerkomt, dat ge
zin en school te kort schieten 'en dat daar
om de clubj es-en-kransj es-ziekte in onze
meisjes vaart, welk „kwaaltje" de padvim
derij aangrijpt, om.in het geconsta
teerde te kort te voorzien, dan is een
glimlach niet te onderdrukken.
Het wil mij voorkomen, dat dé ernst
van bet onderwerp hier een andere oplos
sing voorschrijft, dan in dit oppervlakkig
gekeuvel aan de hand igediaan wordt.
Indien gezin en school tekort schieten
in lichamelijke- en karaktervorming, dan
is diaarmee toegegeven, dat gezin en
school ten dien opzichte een taak hebben.
En daar ze, als de natuurlijke levenskrin
gen voor uw „kabouters", die taak hebben,
zullen ze er ook voor berekend zijn. Schie
ten ze daarin te kort; welnu, dan dient
men op „gezin en school" dermate in te
werken, dat ze hun taak volbrengen.
Toegeven aan den drang van, jonge
meisjes tot het vormien van1 clubjes en
kransjes lijkt mij, op rin zachtst gespro
ken, onverantwoordelijk.
U, Redactie, dank ik voor de plaatsing.
E. H. Bos.
De door den heer Bos gewraakte clau
sule luidt woordelijk:
„Wat wil de Padvinderij zijn voor onze
jongens en meisjes? Met weinig woorden
kan ik daarop antwoorden: een millieu
naast huis en school, waarin voornamelijk
op twee_ factoren de nadruk gelegd wordt,
nj. de lichamelijke ontwikkeling, waartoe
ik ook reken de ontwikkeling van de zin
tuigen, en 2e karaktervorming. Nu zult u
kunnen vragen: ia daartoe een nieuw mi
lieu noodig? Kunnen het huisgezin eni de
school dat niet af? Naar mijn overtuiging:
neen! Er komt een tijd, meestal op onge
veer twaalfjarigen leeftijd, dat het kind
niet meer genoeg heeft aan wat het huis
gezin', ook in zijn besten vorm, geven kan,
Dat het zijn blikken naar 'buiten richt,
naar meer vrijheid, naar leetftijdgenooten.
Dan ontstaat die drang tot het vormen van
olubjes «n kransjes, en van dezen drang
wordt door de Padvindersbeweging in de
eerste plaats gebruik -gemaakt, enz."
Misschien krijgt de heer Bos nu een an
der denkbeeld van bet gesprokene.
Redactie Held. Grl
Ingezonden Mededeel In g.
U_nokf een solled en goedkoop adres voor
ZOüKlUw Heeren- en Jongenskleeding?
Beziet dan eens onze kwaliteit
en vergelijkt onze prijzen.
Lage prijzen. Ruime keuze. Prime kwaliteit.
Eeuwfeest dier Noord- en Zuldhollandsche
Reddingmaatschappij.
In het verslag in de Heldersche Cou
rant over de receptie te Helder staat heel
achteraan, dat ook het Bestuur van het
Reddingfonds tegenwoordig was.
Bedoeld is hier: Het Fonds tot onder
steuning van Heldersche redders van
schipbreukelingen, opgericht 12 Decem
ber 1887, in de wandeling genaamd „Het
Heldersche Reddiingfonds".
Inderdaad1 is het Bestuur van het Red'
dingfondls ter receptie geweest om dank
te betuigen voor de geweldige prestatie
van dé 100-jarige. Het zou van ons, als
dochter van de jubdlaresse, onhoffelijk
zijn geweest als wij1 de iry^eder niet gin
gen oomplimenteeren. Immers, er bestaat
eenige verwantschap. Wij hebben in die
bijna 40 jaren van ons bestaan eeniger-
mate samengewerkt door steunverleening,
waartoe de jubil'aresse bij gebrek aan de
nóodige middelen niet in staat was. Het
feit, dat ons Bestuur, week aan week, nu
al bijna 40 jaren, zijaal plicht doet om oude
redders en hunne weduwen te Steunen,
is voldoende om aan te toonen, hoeveel
zorg aan die ondersteuningen is verbon
den en hoeveel werk door elk der Be
stuursleden is verricht, evenzeer belan
geloos als het Hoofdbestuur van de
feestvierende Maatschappij zijne werk
zaamheden verricht.
Het Heldersche Reddingfonda is het
eenige van dien aard. In geen enkele
kustplaats zult ge er een vinden. De
„Fondsen" hebben niet alleen bestaans
recht verkregen, 'zij hebben zelfs -eerst-
geboorte-recht. In den laatsten tijd heeft
men -overal kunnen lezen, dat de Red-
dingmaatschappijen zijn opgericht naar
aanleiding van de stranding van het Ne-
deriandsche schip „dé Vrede", dat op 14
October 1824 te Huisduinen is vergaan.
De stichtiiïgs-oorkonde is in het Gedenk
boek opgenomen; dé stichtingsdatum, is
11 November 1824.
De fondsen voor steunverleening zijn
echter nog eerder opgericht. Bij elke
ramp zal menschelijkerwijze het woord
„steun" onmiddellijk gehoord worden.
Zoo ook in dit geval.
Vóór mij liggen een 25-tal archiefstuk
ken van de „Gemeente De Helder en
Huisduinen", waaruit blijkt, dat op 23 Oc
tober 1824 dlóor het gemeentebestuur eene
collecte is gehouden; dat op 21 October
1024 aan alle plaatselijke kerkbesturen
in De Helder is verzacht van den kansel
af te roepen steun te verleenen aan de
redders en hunne nabestaande;
dat ten slotte een Raadsbesluit van 2
November 1824 is verschenen, inhouden
de de stichting van het „Huisduiner-
fonds", met vermelding van de namen der
beheerders.
Onomstootelijk vast staat derfialve dat
de ^Fondsen voor het Reddingwezen"' het
eerst-geboorterecht bezitten.
En nu hadden wij in de afgeloopen
feestweek gehoopt, dat de jubilaresse ook
eens aan ons fonds had gedacht, aan hare
eenige dóchter, op wier handel en wandel
niet de minste aanmerking te maken is.
Integendeel1: d!e dochter doet veel goeds,
zoekt de oude redders in hunne schamele
woningen op, steunt waar het noodig is
met raad en daad1 en helpt op eenvoudige
wijze. Zij moet wel eens een enkelen keer
op de groote trom slaan om wat geld te
krijgen, maar dan gaat zij' ook weer kalm
haar gang.
In ai die lange 40 jaar heeft echter die
dochter nooit eemig blijk van waardee
ring van hare Moedér ontvangen. Nu
zelfs in de weken van feest, van openbare
huldiging in Den Haag en Amsterdam
sluit men haar uit
Geen enkele uitnoodiging werd haar
gezonden. Niets, totaal niets.
Het bestuur van het Heldersche Red
dingfonds ontvangt gelukkig nog veel
waardeering van de oude redders; of
hunne weduwen.
Eene herinnering aan onhoffelijkheid
achtte ik niet misplaatst.
KL F. Oortgijsen.
Secr.-Penningm. van het
JReddingfonds",
te Helder.
In de stad New-York verschijnen op het
oogenblik alleen 500 negerkranten. Zij
zijn uitsluitend bedoeld voor het zoo zeer
gesmade zwarte nas!
Het zegelrecht op de couranten In de
directe-belasting op dé advertenties duur
de tot het jaar 1856.
De duurst betaalde prijs voor één ad
vertentie in een Amerikaansch blad vóór
den burgeroorlog» bedroeg de som van
3000 dollars.
Deze advertentie was afkomstig van de
firma E. F. FaiFbanks Co.
SPREEK W OORDI
,JDie man kan lof 't gedrukt
staat
gevraagd. Zoo
JCalendera
Wij ontvingen een tweetal kalenders ter
bespreking. „Tob nooit"-kalender, door
Dr. Jos. de Cock. Een bloemlezing uit
diens gelijknamige, hier indertijd zeer
gunstig besproken werkje, met voor eiken
dag een spreuk. Soms diepzinnig, soms
van ietwat lichter structuur, maar altijd
de overpeinzing waard. De prijs is niet
aangegeven. Het schild is een symboli
sche teekening van H: A. Sey. Menigeen,
die het aardige boekje van den heer Cock
doorbladerde, zal wellicht dezen kalender
willen bezitten om eiken dag een lepeltje
van den door den heer de Cock opgedien-
éen medicijn (die nimmer bitter Is) te
slikken. Zijn geestelijke body zal er wel
bij varen I (Uitgever F. Luyten, 's-Gra-
venhage).
De Drukkerij Jaoob van Campen (Am
sterdam) zond ons haar bekenden scheur
kalender voor de jeugd. Het schild Is niet
bijster fraai uitgevallen; daarbij' is niet
uitgegaan van de spreuk, dat het „beste
voor onze kinderen nog niet -goed genoeg
is". De tekst der dn gelijkscha blaadjes is
aan de lezers der kinderrubriek in het
,Al'g. Handelsblad" 'wel bekend; er zijn
aardige versjes en verhaaltjes .bij, en een
en ander ls nogal afwisselend, zoodat de
kinderen klein en groot hierin wel
schik zullen hebben. Prijs eveneens niet
aangegeven.
Merkwaardige Krantentitels.
Alleen onder de namen van de Holland-
sche couranten van de 18e eeuw leest men
de namen van de (Satirieke) tijdschriftjes:
De Rotterdamsohe HermeS.
De Amsterdamsche Hermes.
De Ontleeder der gebreeken.
De Echo des Werelds.
De Vroolyke Courantier.
De doorzichtige Heremyt
De Reysende Oheneea
De Vroolyke Tuchtheer.
De Naakte Waarheit
Verder was er ib.v.:
De Naamloozeziana.
De Vrouwendaagsche Courant.
De Leerzame PraataL
De Ovenveeger.
De Vroolyke Onzichtbare.
De Reizende Haagsche Advocaat
De Onmondige, of het kind spreekt do
waarheid.
In een latere periode waren het vooral
verschillende patriottische blaadjes, die
opgang maakten. Een ervan was „Janus",
en maakte zoo'n opgang, dat er later bij-
Kwam: „Janus herrezen". Vervolgens „De
Oude Janus" en toen: „De Oude echte
Janus".
Op een oogenblik verschenen er vlo®
Janussen tegelijk.
Ook de „Blixem" was
kwamen er ojm.:
De-Politieke Blixem.
De Heer Politieke Blixem.
De Burger Politieke Blixem.
De Oude Echte Politieke Blixean.
En daarnaast:
De politieke Donderslag.
De Politieke Donder.
De Constitutioneele Vlieg.
De Revolutionaire Vraagal, eja.
Dan kwamen er In dien tijd ook ln
zwang een soort populaire en gezellige
krantjes in den vorm van een dubbelge-
slagen aflevering. De prijs was maar 'n
halve stuiver, dat is het derde of vierde
deel van de echte courant ln die dagen.
Eenige namen van deze weekblaadjes
zijn:
Krelis en Louw.
Grietje en Diewertjé.
De Nieuwsvertelder.
Weekblad voor den Gemeenen Man.
De Snapster.
De Praatmoer.
De Praatvaar. Enz.
Oplossingen der vorige raadsels.
L
De beste stuurlui staan aan wal uur
lest best aarde stal in den
wier banaan a.
H
Sprook
- spook.
Nieuwe raadsels.
Ik ben meer dan niets. Zet men een let
ter voor mij1 dan ben ik een vervoermid
del. Wat ben ik?
Goede oplossingen van beide raadsels
ontvangen van:
O A.; O. B.; K. ter B.; A. B.; M. B.;
K. B.; A. B.; G. en T. J. D.; D. en M. D.;
C., A. en M; A. D.; A. en H. D.; A. F.;
H. en M. F.; P. S. E. G.; J. G.; B. en T. G.;
J. en G. G.; J. G.; A. H.; R. v. H.; M. O.
H.; A. H.; A. H.; J. H.; M. J.; A. K.; B. en
O. K.; O. K.; L. K.; D. K.; W. K; I. de K.;
J. H. v. d. K.; O. v. d. L.; P. L.; H. en G.
L.; E. de L.; J. L.; O. en M. M.; A. N.;
D. N.; R. en M. O.; A. H. P.; F. G. v. P.;
j. a P.; R. p.; M. R.; P. J. R.; A. R.;
J. en J. v. R.; A. J. de R.; F. S.; P. S.;
a S.; W. en J. 8.; J. S.; J. A. 8.; M. 8.;
8. en A. 8.; D. en M. 8.; A. en J. 8.; A. de
V.; Th. on M. V.; Annle de V.; A. en O.
de W.; C. en L. V.; J. J. W. en C. V.;
A. W.; E. W.; J. v. d. W.; J. J. A. de W.;
8. en M. v. Z.
Onder raadsel No. 2 van 16 Nov. zijn
abusievelijk als inzender vermeld: M J.
en Th. Vermeul, dit moest zijn Th. J. en
M. Verbejj.