van vrijenHEn trouwen. Populair Bijvoegsel van de heldersche courant, Zonderlinge lotgevallen in het Dagelijksch leven van ZATERDAG 6 DEC. 1924. Nr. 152 (AUTEURSRECMTEN VOORBEHOUDEN) UIT DE OUDE DOOS. Antieke Zeden en Gewoonten uit onze elf Provinciën. Als de dag van trouwen nadert Nu we zoo langzamerhand verschillende en naar het ons voorkomt: voorloopig genoeg zaken hebben aangehaald in verband met het vrijen van onze voor ouders, gaan we eens over tot het eigen lijke einddoel van alle vrijen. Het trouwen 1 De aandachtige lezer(es), die waargeno men heeft in hoevele dingen het vrijen van vroegere geslachten afweek van het tegenwoordige, zal hij voorbaat overtuigd wezen, dat ook bij het trouwen heel wat anders te pas (kwam. En met reden 1 Het trouwen in vroeger dagen had heel wat voeten in de aarde. En- voor ik tot bijzonderheden feom wil ik al dadelijk stilstaan bij één kenmer kend onderscheid, rul. de pracht en praal van het vroegere huwelijk. Wij, moderne menschen, worden al so berder. Zelfs breekt hier en daar de zucht al baan om zooveel mogelijk de vroegere huwedijkskleeding af te schaffen. De ge vallen zijn niet meer zeldzaam, dat een jong meisje in een correct mantelpakje en de jonge man in een tiptop colbertje trouwt Vroeger was dat heel anders. Wanneer een vader zijn dochter uithu welijkte, werd er degelijk alle moeite ge daan om het geval luister bij te zetten. Het moest een vertooning worden! Vooral een vertooning. Wat anders altijd nagelaten werd, dat kwam bij een trouwpartij naar voren. De spaarzaamheid en de karigheid oude karaktertrekken van ons Hollan ders schenen dan opeens niet meer te bestaan I Neen dan liep het wel eens de spuigaten uitl Iedereen zal begrijpen, dat ik niet over drijf, wanneer ik vertel, dat er in vroeger dagen zelfs verordeningen zjg. keuren bestonden tot beteugeling van uitspat tingen bij bruiloften! De tekst van deze verordeningen liet geen twijfel over. In een volgend opstel zal ik er ettelijke voor u overschrijven. Vooraf echter wil ik u de gelegenheid geven om te oordeelen, dat deze keuren werkelijk geen overbodige weelde waren. Maar dat ze eigenlijk brood noodig waren. En dat er zelfs bij het bestaan van deze keuren nog op een zonderlinge manier werd „bruiloft gehouden", dat het de moeite waard is een paar staaltjes te ver halen. Als eerste staaltje van pracht en pronk bij een eerste klas bruiloft vertel ik u dan van Hertog Karei den Stoute. De schrijver Streezo vertelt in zijn „Leefwijze der Ne derlanders", dat op diens bruiloft o.m. na gemaakte walvisschen in de zalen werden rondgeleid. Zij werden vergezeld van op vernuftige wijze rond dansende zwijnen, zingende ezels en apen, die op vedels speelden! Als attractie bovendien waren daar ge durende den duur van het feest (dat tus- schen twee haakjes niet in één dag afliep!) zjg. Donderbanketten. Door de'zich openende zoldering van de zaal kwam dan op een gegeven oogen- ■blik een wolk naar beneden, die met het geluid van eèn zwaar onweer losbrak en een hagel van lekkernijen, koeien en sui kerwerk en een regenbui van welriekend water op de gasten deed neerkomenl Opmerkelijke berichten zijn er ook in de werken van Mr. G. van Hasselt, aan gaande de pracht van de banketten ter gelegenheid van het huwelijk van Hertog Karei van Gelder. De stad Zutphen, waar het feest plaats had, was voor deze gele genheid haast tot één bruiloftshuis inge richt. De straten waren met groote scheepszeilen behangen en de wjjh stroomde uit fonteinen op de hoeken van sommige straten. Tot een levend bewijs van de daar ge- dat de heer Nioolaas van Adrlchem, Abt datde beer Nicolaas van Adriohem, Abt van Egmomd, in den loop van den dag stierf door het overmatig gebruik van wijn en spijzen! Zoodat ik maar zeggen wil. En er waren niet veel omstandigheden, die zulk een feest konden verhinderen. O, neen. Al was de tijd van het jaar nog zoo slecht, al was er oorlog of honger in het land. Al moest het geld ervoor worden geleend: bruiloft moest er worden ge houden! Als de vader eenmaal zijn toestemming gegeven had, dan werd alles op haren en snaren gezet om de vertooning van het bruiloftsfeest door te voeren. Een ietwat grievend staaltje te dien op zichte 'bezitten we in een oude schilderij, voorstellende een overdadige bruiloft met gerechten van paardevleesch en lijnkoe ken en wafelen. Deze bruiloft werd gehou den tijdens den heersohenden hongersnood hij' de belegering van de stad Middelburg in 1574. Slechts in éên enkel geval werd- nog al zonderling juist voor die tijden van alle pracht en praal bij de bruiloft afge zien^ En dat was wanneer de bruidegom zich kennelijk de rechten van den echt genoot te vroeg had veroorloofd Het versje zei: Een bruidje zonder maagdekrans Krijgt een bruiloft zonder glans! En daar hield men zich aan. Dan waren er geen koeken en geen kransen en geen vlaggen. Schetsen uit IJmuiden, door CAREL i. BRENSA. 11 in DOOR DEN KIJKER. In Zeeland 'ging men zelfs zoover, dat wanneer er een bruid als Jongedocfhter" was aangeteeikend en haar eerste 'kind werd te vroeg geboren dan werd op last van de vroedschap of van den kerkeraad het gemelde woord in de registers. doorgehaald! (Wordt voortgezet). Een Salomo's oordeel. Jansen ent Peperman waren twee onge veer gelijke menschentypen. Ze waren beide ten naastenbij even oud: Ze waren renteniers en bovendien'buren. En zooals dit natuurlijk vanzelf spre kend was: Ze hadden altijd wat tegen elkaar te vitten en te ruziemaken. En aan gezien ze allebei den geheelen dag zoowat niets te doen hadden, waren ze er lang zamerhand toe gekomen om den tijd: te dooden met het uitvinden van de meest ingenieuze onaangenaamheden tegenover elkaar. Ze zaten elkaar dwars als twee straat jongens, die vechten. Ze wisten niet wat 'ze moesten verzinnen om elkaar het leven zuur en bitter te maken. Jansen en Peperman kwam ook hierin nog overeen, dat ze beiden een papegaal hadden. Kort na elkaar gekocht omdat de een niet voor den ander wilde onderdoen. Gewoonlijk hingen de papegaaien over dag buiten tegen den achtermuur,, En zoo gebeurde het, dat toen op een zomeravond Jansen zijn Lorre naar bin nen haalde, deze ineens tot groote erger nis van zijn patroon begon te roepen: Jansen is eten varken! Lorretje.Wat beteekent dat? riep Jansen verontwaardigd. Varre-kenscheeuwde Lorra Ha! dadht Jansen dat is een ui van m'n vriend Peperman. Die belee- digt me zoo in an'n eigen huis.Wacht maar. En sindsdien schonk Jansen buitenge woon veel aandacht voor de lorre van zijn buurman. Telkens als deze buurman niet thuis was, nam Jansen de gelegen heid waar om diens vogel eenige lieflijk heden te leeren. En op zekeren dag was ook vriend Pe perman niet weinig verbaasd van zijn eigen lieve lorre te hooren: Peperman ls een ezel! Hou je bek! schreeuwde Peper man woedend. Ezel!.herhaalde de onbeschaam de vogeL En van dat oogenblik af was het levén voor de beide buren onuitstaanbaar. De papegaai van Jansen riep pit den treure: Jansen is een varken.!.. En niets ver mocht den vogel bewegen van- zijn laatste lievelingsroepje afstand te doen! Niet minder werd het geduld van Pe perman op de poef gesteld Peperman is een ezed! riep de an dere papegaai den heelen dag door enri zijn oor. En wat de buren In het geniep ook de den. De papegaaien waren bedorven. Er was niets aan te doen. En de bedde aartsvijanden konden het ten leste niet meer uithouden. Zij daag den elkaar voor den kantonrechter. Op een zekeren morgen begaven bei den zich naar het gerechtsgebcpw ieder gewapend met het oorpus deliotd: de papegaai. Ze wilden het den rechter met eigen ooren laten hooren. den 'beginne was het een houten gebouwtje met in (toofdzaak een grooten vlaggestok. Aan dezen vlaggestok werden de verschil lende teekens, en vooral' seinen geheschen. Bij dag vlaggen en wimpels, bij' nacht lan taarns. Dat deze manier van doen voor vijftig, zestig jaar geleden toen er nog geen elec- trisch licht en nog geen telegraaf, laat staan Morse-teekens of Radiografie 'bestonden, nog al wat te wenschen overliet, laat zich begrijpen. Ook de IJmuider Semaphoor was in dit opzicht voor jaren terug een primitieve in richting vergeleken bij de tegenwoordige. Het was ook een houten gebouwtje op den top van het hoekduin. En om maar iets te noemen: Alles ging met lampen met dood gewone ouderwetsche petroleumlampen. De beide punten van de uitgestrekte pieren en de punten van de daarbinnen liggende strek dammen werden jaren lang verlicht met olie-lampen. De vuurtorens werden verlicht met reusachtige olie-lampen. Daarin woonde een torenwachter, die niet veel anders te doen had dan de lampen lederen dag schoon te houden, de roet weg te vegen en de pit ten bij te 'knippen. Alle stormseinen), veiligheids- en haven lichten, etc. waren.... oliepitten. En ieder zal beseffen vooral de Helde naren, die zelf min of meer met dit bijltje gehakt hebben en zich de dagen van Olim en de olielampen nog herinneren wat het beteekende om in stormweer de olielampen bij te houden en te zorgen, dat ze weer bran den gingen ais ze waren uitgewaaid. Daarover alleen zou een interessant ver haal te schrijven zijn. De Semaphoor van IJmuiden is tegen woordig een stevig vierkant steenen ge bouw, waarop een machtige stellage staat van zware ijzeren binten en halken. Het ge heel staat juist op de punt van de haven- invaart en vlak naast de buiten-vuurtoren. Het vooraanzicht op de eerste verdieping is bijna geheel van glas, waaromheen een ballustrade loopt. Van hier uit heeft de semaphoorwacht een ruim en vrij' uitzicht over de geheele haveninvaart, terwijl ze te vens achteruit de monding van het Noord zeekanaal en de sluizen overziet. In het wachtlokaal bevinden zich verschil Verklaar mij wat u hier voert zei de rechter. En meteen hoorde hij uit de linkerhoek van de zaal: Jansen is een varken!. En van de andere kant werd er geroe pen: Peperman is een ezel! Asjeblieft geen beleedigingen hier! riep de rechter ernstig. Toen wezen de twee vijanden op 'hun papegaalep en legden dien rechter de zaak uit. Gij hebt eikaars papegaaien' dus be dorven? vroeg d© rechter, terwijl hij met moeite zijn lachen bedwong. Jansen is een varken!.obreeuw de de papegaai. Peperman is een ezel.... riep de andlere er tusschen. De rechter zette een ernstig gezicht en zei: Luister naar mij.Jansen, geef uw papegaal aan mijnheer Peperman. en gij Peperman, geef de uwe aan mijn heer JansenZiezoo.Nu kunt gij beiden met uw vogel naar huls gaan. En gij zult tevreden zijn!.B. DE BEGRAFENIS VAN HERMAN HEYERMANS. Fantasie en.werkelijkheid! Herman Heijeimans is begraven en de goê-gemeente is het erover eens, dat het een teraardebestelling was, zoo ontroerend van nobele pracht, zoo merkwaaTdig van alge- meene deelneming en zoo In het oog loopend van vertoon als er in jaren niet heeft plaats gehad. Het was een koninklijke begrafenis. En daarom lust het mij hier een klein citaat te geven uit een heel oud1 Schetsje van wijten Heijermans zelf verschenen als een z.g. „Falklandje" in het Algemeen Han delsblad" voor jaren geleden en laatstelijk •uitgegeven door de W.-B. in het jaar 1906. Het schetsjje heette: „Mjjn Begrafenis!" En hier is dan verder Samuel Faikland aan het woord: ...."Wanneer Ik zeer pertinent verklaar, dat ik volkomen tevreden ben met mijn maandelijksch budget, heelemaal geen be- geeren heb naar brandkast, noch andere vei ligheidsmaatregelen, 't opperbest kan stellen met driecentssigaren enzoovoort dan zal niemand mij waarschijnlijk aanzien voor een dier mopperende burgerluidjes, d'ie over den „rijkdom" chagrineeren en „rood" stemmen, omdat 'n ander meer duiten heeft. 'Maar töch heb ik wel eens 'n bul van lui- iekkerlandsverlangen en in het bijzonder hoop ik ter gelegenertijd een éérste klas begrafenis te hebben. Dikwijls dacht ik wel bij mezelf als ik er weer en nog eens over peinsde, dat 'n éérste klas begrafenis zoo verieideljjk-sympathiek is dat zulk een fantasie infaam, ziekelijk is. Wat kun je er aani doen? De een smulhannest de ander fokt hondjes.Ik ben dol, Ti zeg 't zonder eenig grapje, haast zou ik er mijn woord van eer op geven: op 'n echte-rijke, deftige be grafenis. Wanneer ik een eerste klas begrafenis zie trekken door de straten, heeft dat altijd' iets touchants voor me. Ik verbeeld me lijk te zijn. Ik stel1 me voor, dat i k onder dat zwarte laken lig, dat die kransen voor mij zijn. Ais er veel volgkoetsen zijn, vind' ik dat aan genaam en de belangstelling der omkijkende menschen gaat me persoonlijk aan het hart. Ik herhaal, dat het geen spot is. lende natuurlijk eerste klas kijkers, waardoor de wachtslui de territoriale zee streek en alles wat daarin gebeurt bespieden, En van hieruit geeft zij door middel van verschillende teekens op de hooge stellage te verstaan wat er gebeurt. En.wat er moet gebeuren! 'Want de Semaphoorwachter is ten op zichte van den havendienst van IJmuiden wat de officier van de wacht is op de brug van een schip. Hij ziet alles en regelt alles en commandeert zoo noodig. Dat regelen1 en commandeeren doet hij' nu door middel van de „stellage" in de eerste plaats. En zij, die in IJmuiden hekend zijn, kunnen dan van de Stellage ook alles af lezen, alsof het een aanplakbiljet was. [Men leest er in de eerste plaats van af hoe hoog het water is in de sluis. Bij dag geschiedt dit door middel van zwarte ronde en driehoekige schijven. Er zijn vier ronde en vier driehoekige schijven boven, elkaar. Vertoont zich de bovenste ronde schijf in de stellage, dan staat er 80 palm water in de sluizen. Eike schijf die daarbij komt rekent voor tien.Moet er een onderdeel van tien worden bijgevoegd, dan vertoont zich naast de ronde schijven een of meer driehoeken. Deze tellen ieder voor twee. Zoodat op deze wijze steeds het juiste pahngetal is aan te geven. 'Aangezien bij nacht deze donkere schijven niet zouden zijn waar te nemen, worden ze dan vervangen door liohiten. Roode lichten en groene en witte. Met de groene en witte geeft men weer de palmhoogte aan. Het bo venste groene licht teil weer voor 80 en ieder groen licht daaronder voor tien. Ieder wit licht daarbij' rekent voor twee. De roode lichten worden in de eerste plaats gebruikt om aan te geven, dat er in de slui zen gespuid' wordt Een driehoek van roode lichten beteekent spuien in één sluis. Twee driehoeken van dezelfde lichten 'beteekent spuien in allebei de sluizen. Deze zelfde driehoeken van rood licht ver toon en zich dan op de koppen van de sluis en daarmee houdt b.v. de loods, die een schip binnen brengt rekening. Zoo gaat het maar voort. Het Semaphoor- gebouw onderhoudt verbinding door middel van teekens met de buiten de pieren sta- tionneerende loodsboot Zij signaleert de in 'n Eerste klas begrafenis is de grootste fuif van je leven, als je zeil onder de kran sen ligt Ze kost je, om te beginnen, persoonlijk geen cent geen minuut finantieele zorg. Je nabestaanden betalen. Die deelen ook in de eer van de eerste klasse. Uit de benauwde doofpot van je klein burgerlijkheid' wori je plotseling kosteloos in het volle straten- lawaai gebracht gereden in je eigen equi page met bedienden in ornaat die nu res pect voor je hebben. „Mijn jongen" zeg je tot jezelf „wat verheffend en touchant als je letterlijk begraven ligt onder kransen. Als je goedi telt al je familie, je ooms, je neven bij elkaar, krijg je nog meer volg koetsen, dan de meneer, die daar rijdt Wat zal' dat deftig en aandoenlijk zijn, mijn jongen". „Je heele leven ben je door geen lakeien bediend en nu Ibopen er dozijnen om je kist en bij de portieren van elke volgkoets." Wat staat hun dat costuum, de zwarte livrei, 6choon. Welk een tonige eenvoud van zwarte tressen. Je boft, mijn jongen eindelijk steek je dan eens anderen de oogen uitHet heeft lang geduurd, maar nu ben je er! Adie slager, kruidenier, groente boer, bakker, melkboer, huurbaas, belasting autoriteiten, kleermaker!.... Adie!.... Ik lach jullie uit Ik onder mijn deftig zwart laken en mijn kransen: Ik, die hier alleraan- genaamst lig, terwijl mijn ergste vijanden, zelfs mijn huren, goed van me dienen te spreken en niemand' iets van me te vorderen heeft. Mijn jongen dit is de couronnement de 1'édifice.Een eerste klas begrafenis is de grootste ibofferij 'n vriendelijk feest zonder grauwen morgen of haarpijn.... Alles concentreert zich opeens om je hean. En die dure kransen.En die dure koet sen.... En die dure rukken en overhem den...." Werkelijk, het denkbeeld van met veel ceremonieel, veel nette rijtuigen, veel kran sen, begraven te worden is een vertroos tende eindgreppel op het grasveld van het leven, waar we rustig te grazen loopen, bafig voor 'n molshoop Ik misgun.' een doode zijn stoet geenszins. Het lijkt me volkomen gezellig door veel menschen te worden weggebracht van 'n genoeglijkheid zonder einde, veel statie, veel uitpakkerjjgeen katterigheid. 'Zoo is het sarcasme van Heijermans aan hem zelf tot werkelijkheid geworden.... SINTERKLAASVIERING OP TEXEL. De wijze, waarop de Texelaars het St. Nioolaasfeest vieren, is, naar ik meen, nog weinig bekend en komt ook op andere plaatsen „aan den overkant" niet voor, tenminste niet in dien vorm. Dit kinder feest bij uitnemendheid met zijn gouden poëzie en romantisehen achtergrond, de laatste jaren helaas eenigszins in degra datie, is op Texel baast nog van meer beteekenis voor de volwassenen, dan voor de kleintjes. De oorsprong zal misschien wel te diepen zijn uit de geschiedenis van oeuwen herwaarts, maar ligt in ieder ge val lang niet zoo voor de hand, als die van Paasohvuren, welke trouwens op Texel ook nog voortleven, of liever voort- smeulen als „Meierblitsen" of Meierblut- sen". Zoo klein van omvang Texel ook is, zijn er toch nog zeer uiteentoopende dialecten te bespeuren, evenals er ook verschil is tusschen de. bevolking van het oude en van het jonge gedeelte. De typi sche manier waarop de „jarigheid" van dep goeden heilige gevierd wordt, is ech ter over het 'geheele eiland dezelfde. Hier ligt nog terrein braak voor den folklorist. Het feest bestaat uit twee gedeelten: „ouwe Sunderklaas" en nuwwe Sunder- klaas", respectievelijk op 12 en 5 Deo. Het zijn allebei verkleedpartijen en het tweede feest is een getrouwe herhaling zicht zijnde schepen en seint hun binnen komst direct door naar Amsterdam. Zij roept door een sein aan de stellage de loodsboot naderbij' als dit noodig is.Zij annonceert door middel van twee vlaggetjes of het eb is of vloed: Zij houdt jaren lang de registers bij van de 'binnenkomende en uitgaande schepen. Zij bedient een op het hooge duin staanden mast, waaraan door middel van zwarte 'ballen of roode lantaarn of roode lantaarns de in aantocht zijnde storm te lezen is.En vooral': zijl is de ziel van een van de grootste verschrikkingen van IJmui den. N.1. de „Zeekoe"! De Zeekoe, dat is een geweldige misthoorn van buitengewoon onsympathieke capaciteit. Zij staat op het uiterste punt van de Zuid- pier en blaast onverschrokken) al is het veer tien dagen aan één stuk, zoodra het dik en mistig word't op zee.... Achter het Sema- phoorgebouw ligt een groote ketel, waarin saamgeperste lucht verzameld' wordt en met deze lucht blaast de Semaphóor en. bootst een doordringende loei na van een koe.... Maar dat is dan ook het eenige wat je de Semaphoor kwalijk te nemen hebt. In hoofdzaak is de „Semaphoor" als sym bool' een merkwaardig verschijnsel. Ze ls de trouwe wachter van de zee. De eerlijke waarschuwer en inMchtingen-gever. Wat wij1 van de zee en van de schepen nog niet zien, dat heeft zij al lang gezien en waar schuwt ons als het noodig is.... De Sema phoor is een prachtig symbool. Het is een al-ziend oog en het al-hoorend oor. Het is de onontbeerlijke en onschatbare bemidde laar geworden tusschen de ondoorgrondelijke zee en ons, simpele menschen.... Het is een trouwe wachter, die hoog boven de men schen uitsteekt, want ze kent geen voorkeur, ze kent geen intrige en geen kwaadspre kerij. Ze kent geen vleierijl en geen zucht naar gewin. Ze kent alleen haar hooge en onverander lijke plicht voor het heil van de menschen! In dit opzicht kan ze ons vaak tot voor beeld zijn en tot diep nadenken stemmen. (Wordt voortgazet). 't Jutte rt je 0 Door CAREL BRENSA. Oorsprong en beteekenls van de „Semaphoor" voor de zee.... Het woord' „Semaphoor" is eigenlijk een verbasterde samenstelling van twee Griek- sche woorden, die ik hier niet neerschrijven kan, omdat mij de lettertypen ontbrekea Deze woorden zijn in het Hollandsch over gezet: „Teek en" en „Ik draag". Semaphoor beteekent dus „Teekendrager". En in de periode van de oude Grieksche beschaving in den tijd, waaruit het eigen lijke woord1 stamt, werd dan ook de Sema phoor voor verschillende doeleinden ge bruikt. Men had1 teekendragers voor allerlei en aan deze teekendragers herkende men in den regel den aard1, de geboorte, den land aard van stammen, van volken en groepen, die de Spelen bezochten en van de legers, die aan de oorlogen deelnamen. Want Grie kenland bestond in dien tijd uit een samen voeging van verscheidene staten en rassen: zooals tegenwoordig de Vereemgde Staten van Amerika. De teekendragers, dat wanen zoo ongeveer de banierdragers van onze vakvereenigingen, onze corpsen, etc. Maar langzamerhand heeft het woord deze beteekenis verloren. In onze dagen geldt het nog maar voor een enkele soort van teeken drager: De teekendrager, die staat op ver- schillende plaatsen aan de kusten van de zee. Het zijn tegenwoordig huisjes met de meest volledige deininriohtingen, die aan de kust van de zee staan en de meest beteeke- nende verbinding vormen tusschen het leven ter zee en het landt In de helft van de vorige eeuw werd alge meen de behoefte gevoeld' aan betere wijze van communicatie en aan een betere inlich tingendienst, aan betere hulpmiddelen in tijd van nood' en aan hetere regulatiediensten aan belangrijke havenmonden. Toen k wam men weer op de gedachte van de Teekendragers. En het gevolg was het ontwikkelen van de Semaphoor-huisjes. De eerste van deze semaphoor-inrichtingen verrees in het jaar 1862 aan de Fransche kust. Spoedig kwamen er meer. En toen de proeven bleken te slagen en deze wijze van verbinding en regulatie gunstige resultaten brachten, volgden andere landen het goede voorbeeld. En langzamerhand verrezen langs verschillende kusten soortgelijke teeken dragers. Ook langs onze eigen kust En een daarvan nu staat recht tegenover het kustfort aan de buitenhaven van IJmuiden. De uiterlijke en Innerlijke Inrichting van zoo'n Semaphoor onderging in den loop der jaren reeds belangrijke veranderingen, i In Brensa.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1924 | | pagina 5