BINNENLAND. Louis Bouwmeester. Louis Bouwmeester heeft van den mi nister van Onderwijs, K. en W. een offl- cieel schrijven ontvangen, meldende, dat hem door het rijk een toelage van f 1000 per jaar is toegekend, te betalen in vier driemaandelij ksch# termijnen. Steunverleenlng behoeftige redders. In aansluiting op een dezer dagen ge publiceerd bericht wordt nog het volgen de gemeld: Zooals men weet, is er verschil van meerling ontstaan tusschen minister van Swaay en het hoofdbestuur van het Dorus Rijkers-fonds over den toestand, waarin vele oud-redders verkeeren. ZJB. had aan den hoofdinspecteur van de scheepvaart opgedragen een onderzoek in te stellen, waarna deze ambtenaren een rapport uit bracht, waarin de toestand der oude red ders aanmerkelijk gunstiger werd ge schetst dan uit het onderzoek, door het bestuur van het helden der zeefonds inge steld, kon worden opgemaakt. In een poging, in deze klaarheid te brengen, had de minister dezer dagen de heeren Muller, hoofdinspecteur voor de scheepvaart, de Ronde, ambtenaar van de scheepvaartinspectie, die het plaatselijk onderzoek heeft ingesteld, en Pieren, ad ministrateur van het Nationaal Zeeman/B londs, uitgenoodigd tot een conferentie met de heeren Ter Hall, Jager en dir. Ra- dfemaker, resp. voorzitter, secretaris en eerelid van het helden der zeefonds, ten einde in tegenwoordigheid van hem en van den heer Coops, hoofd van de afdee- ling scheepvaart, de zaak te bespreken. De conferentie heeft tot een bevredi gend resultaat geleid. Het bleek, dat het verschil in uitkomsten van het hoofdza kelijk voortkwam uit verschil in de basis van het onderzoek. Terecht toonde het ambtelijk rapport aan, dat op de lijst van het bestuur van het helden der aeefonde namen van personen foorkomen, die niet als direct behoeftig kunnen worden be schouwd, en verder bleek, dat die organen, die èn de scheepvaartinspectie èn het be stuur van het fonds inlichtten, afwijkende inlichtingen hadden verschaft De goede trouw van beide rapporten werd buiten verdenking gesteld en de beschouwingen over den toestand dier redders naderden ten slotte elkaar in die mate, dat het be stuur van het helden der zeefonds Z. E. het volgende voorstel kon doen: indien het rijk jaarlijks 10.000 voor de redders zou willen afzonderen, zal het helden der zeefonds zich borg stellen, dat de nood onder de oude redders tot het verleden behoort Een hoofdoorzaak voor het verschil in beide rapporten was eindelijk nog, dat de heeren Muller en de Ronde enkel den toe stand der oude redders hebben onder zocht, die in dienst van de Reddingmaat schappijen hun werk hebben verricht, ter wijl het helden der zeefonds alle redders onder zijn bemoeiing heeft betrokken, dus ook hen, die op eigen gelegenheid hebben gehandeld, alsmede dat het helden der zeefonds In bijzondere gevallen gra tificaties toekende aan redders, die niet direct behoeftig waren, doch door bijzon dere daden hebib; t munt De Rljwielbelastlngplaatjes. „De Kampioen", het orgaan van den A. N. W. B., Toeristenbond! voor Nederland, verneemt dat de Rijksmunt te Utreoht rijwielplaatjes, die bij het ombuigen bre ken, gratis door nieuwe vervangt, als men de beide stukken opzendt; althans, een der leden van den Bond heeft dit onder vonden. Eenheid onder het spoorwegpersoneel. Het "Voorloopig Centraal Comité van Actie voor eenheid' van organisatie van het spoorwegpersoneel alhier, heeft aan d hoofdbesturen van den B. A. N. 8., den Neutralen Bond, de Nederl. Vereeniging, den Prot. Christ. Bond en „St. Raphaël" een schrijven gezonden, waarin nogmaals op het vormen eener eenheid onder het spoorwegpersoneel wordt aangedrongen en waarbij in het belang van het geheele spoorwegpersoneel verzocht wordt, even- tueele bezwaren, voortspruitende uit den huldigen organisatievorm hunner vereeni ging, ter zijde te stellen, „opdat eindelijk voor het personeel de zoo hoog noodige verbeteringen kunnen worden verkregen". Rooken In diensttijd. Naar de Reabode meldt, heeft de mi nister van financiën aan de inspecteurs, ontvangers en hoofden van bureaux der directe belastingen, invoerrechten en ac cijnzen een circulaire gezonden, waarin hij er op wijst dat het ten strengste ver boden is, dait door het personeel onder den bureautijd gerookt wordt Den chefs wordt verzocht streng toe te zien, dat aan dit voorschrift de hand wordt gehouden. Opdracht voor het bon wen van een schip In Nederland. De regeering van New Foundland heeft een order geplaatst voor den bouw van een stoomschip van 2600 ton met een snel heid! van 15 knoopen bij de Scheepsbouw Maatschappij te Rotterdant Ook voor En- gelsohe rekening, werd aan de Mij. de bouw van een dergelijk stoomschip opge dragen. De orders werden in Nederland geplaatst omdat de Briische inschrijvingen te hoog en geen Brltsche werf een spoe dige aflevering kon waarborgen. De Bt Miehaël-actie. Zaterdagavond is te Amsterdam weder om een vergadering gehouden tusschen het bestuur van „St. Miohaël" en prot Aengenent als arbiter tusschen dezen bond en de R. K. Staatspartij. Naar wij vernemen werd nog geen resultaat be reikt. Besloten werd de vergadering an. Donderdag voort te zetten. In verbind, vooral met ln den laatsten tijd in de R. K. pers gelanceerde berich ten, over eigen candidaten van St Mi- chaël, heeft de „Telegr." eens ln de krin gen van den bond naar de juistheid hier van geïnformeerd. Men deelde mede, dat van eigen candi daten voorloopig geen sprake kan zijn, daar er afgewacht dient te worden, met welke candidaten het advies-college der R. K. Staatspartij op 28 Maart a.s. zal ko men. Eerst dan zou vastgesteld kunnen worden, welke houding men dient aan te nemen. Ln een vergadering van dezen R. K. Kiezersbond van Limburg deelde de bondsvoorzitter mede, dat in verband met de toepende geruchten dr. Nolens hem ge machtigd had hier te verklaren, dat deee nooit een candidatuur voor de Kamer el ders dan in Limburg zou aanvaarden en dus voor een eventueele candidatuur voor Amsterdam zou bedanken. Van kazerne tot sigarenfabriek. Op de terreinen van het marine-etablis sement aan de Kattenburgerstraat te Amsterdam, zal een centrale fabriek voor de kleinfabrikanten ln de sigarenindustrie gev stigd worden en wel in een der ge bouwen, welke tot voor kort als matrozen- kazerne dienst deden. Van kazerne tot sigarenfabriek, 't Is een niet alledaagsche overgang 1 't Zal wel 1 Maart worden, alvorens de fabriek gereed zal zijn en in gebruik genomen kan worden. Voorloopig zullen er 50 werkplaatsen komen, elk l'/j M. breed en 4 M. lang. De zalen bieden evenwel ruimte voor ongeveer 300 klein bedrijven. De huur zal hoogstwaarschijnlijk f 2 per week en per werkplaats bedragen. (Tel.) Uit de metaalnijverheid. De bondsraad van den Algem oenen Ne- dcrL Metaal'bewerkersbond heeft jijn goedkeuring gehecht aan het door het hoofdbestuur ontworpen schema voor een, aan de werkgeversbonden aan te bieden ontwerp-landeHjke collectieve arbeidsover eenkomst, waarin om. opgenomen Is de handhaving van den 8-urendag en mede zeggenschap van de arbeiders ln de on dernemingen. Na besprekingen ln de afdeellngen ln de maanden Februari en Maart zal de bondsraad opnieuw bijeenkomen om het ontwerp ter nadere behandeling met de andere metaalbewerkersbonden definitief vast te stellen. Staatscommissie voor het openbaar en bijzonder voorbereidend hooger en middelbaar ouderwijs. Bij Kon. besluit is: le. ingesteld een Staatscommissie aan welke wordt opgedragen „te overwegen in hoever de Regeering met inachtneming der grenzen, die de openbare kas stelt, a) een normale ontwikkeling van het openbare zoowel als van het bijzonder voorbereidend hooger en middelbaar on derwijs ook ln de toekomst kan mogelijk maken en b) een redelijk verband kan be vorderen tusschen de salarissen van het personeel van het middelbaar onderwijs aan Rijksscholen, het personeel van het voorbereidend hooger en middelbaar on derwijs aan gemeentescholen en het per soneel van het voorbereidend hooger en middelbaar onderwijs aan bijzondere scholen*. De staking te IJmulden. De reeder-svoarsteUen verworpen. Het bestuur van de Ned. Federatie van Transportarbeiders bericht, dat de Maan dag gehouden stakingsvergadering te Umuiden, Egmond en Amsterdam tegen het advies van het bestuur in met 269 tegen 186 stemmen en 21 blanco besloten heeft de voorstellen van de Reedersver- eeniging niet te aanvaarden. De grootste tegenzin der stakers richtte zich tegen het feit, dat de toegezegde gage-vermeerde ring als premie per 8 maanden zou wor den uitbetaald aan hen, die 8 maanden bij dezelfde reederlj gevaren hebben en dus niet bij de gewone maandgage zou worden uitbetaald. De zomertijd. Op vragen van het lid ln de Tweede Kamer, den heer Braat, heeft de minister van binnenliandsche zaken en landbouw ge antwoord: De ondergeteekende beschikt niet over gegevens, die hem zouden machtigen tot de verklaring, dat „hot overgroote moe rend eel van het Nederl andsche volk ver langend uitziet naar het geheele jaar, handhaven van den Amsterdamschen tijd." Een wetsontwerp in zake den z.g. zo mertijd heeft het departement verlaten. Omtrent den inhoud daarvan kunnen, volgens goed gebruik, thans geen mede- deelingen worden gedaan. IJmulden in den mist Uit IJmulden werd Zaterdag aan het Hbl. gemeld: IJmulden is administratief een gedeelte van de gemeente Velsen, maar in werke lijkheid is het een stuk van Amsterdam, tenminste een brok van de haven. De zeehaven is het Als daar het scheep vaartverkeer storing ondervindt, is Am sterdam in last. Zaterdagmiddag vier uur hing nog altijd de mist als een dichte sluier over de sluizen en haven van IJmulden. Even, kort na het middaguur, was het wat lich ter, maar sedert werd de nevel zwaarder en zwaarder. De lucht is vervuld met ge luiden. Somber loeit de mistsirene, welke klinkt als het geklaag van een rund, door angst voor onweer gedreven naar den kant van een sloot Af en toe vermenger zioh daarna de signalen van de stoomboo- ten, welke buitengaats liggen te wachten Ingezonden MededeeUng. bRAiS^lA-vAN'VALKENBURG'S-' e A LEVERTRAAN si T^LEggWARDDf op het oogenblik, om te kunnen blnnen- loopen. Wanneer zal dat zijn? Wij weten het niet Het laatste bericht van de „Rem brandt" was één uur namiddag: „Twintig mijlen van de kust Wij varen langzaam op." Bijna twaalf uren is dc „Rembrandt" nu al over tijd, en er zullen nog wel enkele uren bijkomen. De „Batjan" wacht al meer dan 24 uren buiten, de pieren, de „Kari- mata", de „Manoeran" zien evenmin kans binnen te komen. Het wachten, zoo op zee, ln dit sombere weer moet iets ellendigs zijn, maar zwaar wordt ook het geduid op den proef ge steld van hen, die verwanten en vrienden verwachten uit het verre Indië. En met het wachten groeit de spanning. Toch is er, voor zoover het zich thans laat aanzien, geen gevaar. 'De zee is vrij kalm en de kapiteins, het Is bekend, be trachten alle voorzichtigheid. Speciaal de gezagvoerder van de „Rembrandt" staat bekend als een zeeman, die geen gewaag de manoeuvre zal uitvoeren. Binnenkomen is ln zoo'n mist, behalve dan voor kleine vaartuigen, practisch on uitvoerbaar, uitvaren is we! mogelijk: vanochtend is reeds de „Varangar" voor d© proeftocht vertrokken en vanmiddag heeft de „Prinses Juliana" zee gekozen..... Langs de groote sluis wachten velen om een laatste afscheid te nermen van hen, die met de „Prinses Juliana" naar de tropische gewesten zullen gaan. Zij blikken ln de richting van Velsen, maar niets is te zien. De ducdalven op een paar honderd meter afstand zijn nauw te onderscheiden. Niets verbreekt de stilte in het kanaal, behalve een sleep zandbak ken, welke naar Amsterdam trekt. Dan klinkt ver weg nog, de diepe toon van de sirene van de „Nederland"-boot. Even stilte. Dan weer de sirene, dichter bij nu al. Herhaalde etooten op de fluit kondigen de nadering van de mailboot aan. Eensklaps doemt een schim uit den mist op. De vormen teekenen zich duidelijker af, al zijn zij nog omringt door dichten nevel. Langzaam, héél langzaam glijdt de „Prinses Juliana" de sluiskolk in. Grootsch is het schouwspel: de nade ring van het schip, dat uit den mist is te voorschijn getooverd. De gewon© werk zaamheden volgen: het meren, de gelei ders, die tot IJmulden zijn medegevaren, gaan van boord. Haastig worden nog bloe men aangedragen en enkele laatste sou venirs aan het vaderland. Er ligt iets tragisch in dit gebeuren, dit afscheid misschien voor vele jaren. Vrou wen weenen, mannen wenden zich met een ruk af, nog even een snelle groet en dan gaan zij weg, als schamen zij zich over hun ontroering; Het schutten verloopt snel. De eerste fluit: gasten van boord, tweede fluit: plan ken in. En dan, kort daarop, het derde signaal: touwen los. Het is alles eigenlijk zoo heel gewoon, zoo geschiedt het Im mers elke veertien dagen. Maar nu, in deze geheimzinnige waas van mist, is het of die stemming gedrukter is dan anders. Of er een vage angst bestaat de vrienden de onzichtbare zee te doen opgaan. Even langzaam als zij is genaderd, ver trekt ook de mailboot weer. Nog enkele minuten is het schip nevelig zichtbaar, dan is het omgeven door een ondoordring- baren sluier, waaruit dof de fluit op klinkt Dit vertrek, dit snelle verdwijnen van het schip in de dichte nevelen, zoodat er zelfs geen tipje meer van zichtbaar is, heeft iets huiveringwekkends, en velen verliezen zich in sombere gedachten. Zoo snel kan het veranderen: De „Prin ses Juliana" kan nog niet buiten de pie ren zijn, of de mist, welke in het laatste uur steeds dichter is geworden, verandert in regen, welke alle nevel absorbeert. Om vijf uur is het weer geheel helder, de vuurtoren schitterend, duidelijk tee kenen zich de lichten van de pieren. Of een wonder zich heeft voltrokken. Snel keert in de sluizen het leven terug. Ai spoedig weten allen het: de „Rem brandt" ligt voor de pieren. Een kwartier later reeds loopt het vaartuig de sluiskolk binnen. Alle mist-elllende is vergeten. De schipbreukelingen van de „Mercurius" be groeten hun verwanten. Overal bedrijvig heid, spoed is geboden, want meer sche pen moeten door de sluizen, voor een nieuwe mistbank zou kunnen komen op zetten. Roods is de ,3atjan" binnen de pieren, de „Karimata", de „Manoeran", de Phe- bius/' volgen; de 'kleine „Erato" Is intus- schen ln de eerste kolk geschut IJmulden is uit den mist Het Zondagnacht binnengekomen Fran- sche stoomschip „Député Josselin Rohan" is ten gevolge van den mist op tien mijlen afstand van het vuurschip AI aas" in aan varing gekomen met het uitgaande Fran- sche stoomschip ,3. S. N. No* 6". Twee matrozen van het eerste schip, die in kooi lagen, werdén door de aanvaring tusschen een schot bekneld. De verwondingen wa ren van dien aard, dat ze naar het ziekend- buis moesten gebracht worden. De „Dé puté Rohan" had een gat in den steven en in de voorpiek. Ontrouw ambtenaar. Als verdacht van verduistering van een bedrag van 240 ten postkantore Roosen daal is doqr de marechaussee gearr esteerd de kantoorbediende S. van dat kantoor. Provinciale Staten van Noord-Holland. De najaarszitting, die in de vergadering van 16 December j.L werd verdaagd, zai wor den voortgezet op Dinsdag 27 Januari, des voormiddags hall twaalf. Ter behandeling in de op dien dag te hou den verga<!bring worden aan de punteniijst de navolgende stukken toegevoegd: 1. Voorstel ten aanzien van de arbeidsvoor waarden van het Provinciaal personeel, in verband met de rapporten der bezuinigings commissie voor de provinciale ziekenhuizen. 2. Voorstel tot wijziging van het ambtena renreglement 1920. 3. Voorstel ten aanzien van de huisvesting der provinciale griffie. 4. Praeadvies ten aanzien van adressen, houdende verzoek in de bestekken van voor rekening van de Provincie uit te voeren wer ken, de bepalingen van het Landelijk Collec tief Contract, wat betreft de arbeidsvoor waarden, van toepassing te verklaren. 5. Voorstel tot wijziging van het regle ment van bestuur voor het Hoogheemraad schap, Noordhollands Noorderkwartier. 6. Voorstel ten aanzien van nadere maatr regelen, te nemen ter bestrijding van de tu berculose. Ter wille van den tijd, die vermoedelijk voor de samenstelling der rapporten zal be- noodigd zijn, zal worden voorgesteld de open bare behandelingen van punten 16 te be palen en niet op Dinsdag 10, maar eerst op Dinsdag 17 Februari, des voormiddags half elf en de vergadering, indien zij dien dag niet afloopt, voort te zetten den volgenden dag, eveneens des voonniddags half elf. Provincie en Hoogheemraadschap Noord-HoU. Noorderkwartier. Toen ln de eerste jaren, nadat het regle ment van bestuur voor het Hoogheemraad schap Noord-Hollands Noorderkwartier in werking was getreden, de uitkomsten van het land- en tuinbouwbedrijf tengevolge van de geheel gewijzigde economische toestanden in binnen- en buitenland' achteruitgingen, bereikten Ged. Staten van verschillende zij den verzoeken om de lasten, die van de op richting van het Hoogheemraadschap het ge volg waren, te doen verminderen. De leiding werd daarbij gegeven door Dijkgraaf en Hoogheemraden zelf, die in een uitvoerig be toog de wenschelijkheid eener verlichting der lasten hebben bepleit. In de eerste plaats wenschte men de be oogde vermindering van lasten te versrijg^n door wijziging van de financieele verhouding tusschen het Hoogheemraadschap en de Pro vincie. Niet alleen zou in plaats van de helft der Rijksbijdrage, die bijdrage ln haar geheel op de uitkeering van het Hoogheemraadschap in mindering moeten worden gebracht, maar ook werd betoogd', dat de verhouding, waarin het Hoogheemraadschap en de Provincie in de rente en aflossing voor de in het eerste lid van het artikel bedoelde som bijdroegen, voor het Hoogheemraadschap te ongunstig was, ja zelfs dat elke bijdrage van dit laatste in de watersnoodskosten achterwege behoorde te blijven, en deze kosten ten volle door de Pro vincie zouden moeten worden gedragen. Enkele besturen verlangden verder, dat de Provincie het Hoogheemraadschap ook in de jaarlijksche onderhoudskosten zijner zeewe ringen voortaan éene bijdrage zou verleenen, teneinde die kosten billijker en gelijkmatiger té verdeelen, dan bij het bestuursreglement was geschied. Het bestuur van het waterschap de Dertig gemeenschappelijke polders op Texel heeft daarentegen medegedeeld, zich met de ver zoeken van bovenstaande strekking niet te kunnen vereenigen. Op het standpunt, door Ged. Staten reeds in 1918 ingenomen, en waarmede de Staten zich hebben vereenigd, dient men zich ook thans'nog te plaatsen. Het staat trouwens aan het voor rekening der Provincie nemen van een belangrijk aandeel dezer kosten niet in den weg. Reeds volgens de geldende rege ling immers is het aandeel der provincie in de rente en aflossing, vallende op de totale kosten van den watersnood, waarvan slechts rond ƒ2.950.000 niet aan het vasteland ten noorden van het IJ en het Noordzeekanaal ten goede is gekomen, voor het jaar 1926 bij voorbeeld ruim 998.000, terwijl het Rijk uit dien hoofde pl. m. 530.000 verschuldigd zou zijn. Hieruit blijkt, dat het gewest ook thans reeds verreweg den grootsten last der wa- rersnoodslasten op zich genomen heeft, een omstandigheid, die naar de meening van Ged. Staten ook door onderscheidene der verzoe kers te veel uit het oog verloren wordt. Ged. Staten hebben net noodig geacht op een en ander nog eens uitdrukkelijk de aan dacht te vestigen, nu men het van verschil lende zijden doet voorkomen, alsof de pro vincie eene op haar rustende schuld op an deren heeft afgewenteld. Eene wijziging in de verhouding, waarin de provincie en het hoogheemraadschap in deze kosten dragen, zou echter wel in aanmerking kunnen ko men, indien de druk op laatstgenoemd lichaam te zwaar zou blijken te zijn. Dit laat ste is tot zekere hoogte het geval, en het is uitsluitend op dien grond, dat Ged. Staten, vrijheid' kunnen vinden, in overweging te geven, de bijdrage van het hoogheemraad schap" ln de watersnoodslasten eene vermin dering te doen ondergaan, door de in artikel 5 van zijn bestuursreglement bepaalde uit keering van 8/5 gedeelten van het daarbe- doelde bedrag tot 45 van dat bedrag terug te brengen. Ged. Staten merken hierbij op, dat, waar de totale uitgaven ln verband met den wa tersnood tot dusverre rond 80.796.000 heb ben bedragen, het zooeven genoemde per centage slechts betrekking heeft op eene som van 120.870.000 en de provincie dé over schietende bijna f 10.000.000 reeds ten volle voor hare rekening heeft genomen. Komt de voorgestelde vermindering tot stand, dan zal dientengevolge bijv. ln 1925 bet Rijk hebben te betalen pl. m. 846.000, het hoogheemraadschap ongeveer ƒ866.000 en de provincie rond f1.178.000. Een ontwerp-besluit heeft ter inzage gele gen en aanleiding gegeven tot de Indiening van een tweetal bezwaarschriften, zoomede van een aantal adhaesiebetulgingen. De oorzaak van de hoogere onderhoudskos ten van het Hoogheemraadschap is gelegen in de omstandigheid, dat het de technische werkzaamheden dadelijk krachtig ter hand genomen heeft. Het verschil tusschen de destijds opge maakte ramingen en de werkelijke uitgaven van het Hoogheemraadschap levert ln de af- geloopen jaren in geen enkel opzicht een be hoorlijken maatstaf voor de thans toe te ken nen vermindering van zijn aandeel ln de wa- tersnoodlasten. Ged. 'Staten betreuren, dat. de oprichting van een waterschap, dat alle bij de Zuiderzee weringen ten oosten en zuiden van Amster dam belanghebbende eigendommen binnen zijne grenzen vereenigt, nog niet heeft kun nen plaats vinden. Tegenover de bedragen ad rond ƒ25.500.000 aan de dijken van het Noorderkwartier besteed^ zijn die, welke aan de zeeweringen in het zuidelijk deel der pro vincie zijn ten koste gelegd, ten bedrage van rond 2.400.000 echter slechts van onderge schikte beteekenia Teneinde de vermindering van het aandeel van het Hoogheemraadschap in de waters- noodlasten overeenkomstig de daaromtrent dcor Ged. Staten gedane toezegging reeds over het jaar 1924 te kunnen doen plaats heb ben, is in het ontwerp-besluit bepaald, dat de daarop betrekking hebbende reglementswij ziging geacht zal worden met 1 Januari 1924 te zijn ingegaan. De verhooging der bedragen van de polders Wieringerwaard en Oallants- oog kan gevoegelijk met 1 Januari 1925 in werking treden. Wijziging Ambtenarenreglement 1920. De Minister van Binnenlandsche Zaken heeft ter kennis van Ged. Staten gebracht, dat ook na de wijzigingen in het Ambtena renreglement 1920 aangebracht, dat Regle ment nog niet voor goedkeuring in aanmer king komt. In de eerste plaats is naar het oordeel van Z. Exc'. een bezwaar gelegen in de bindende kracht, welke aan de uitspraken van het Scheidsgerecht is toegekend, terwijl de Minister voorts van meening ia, dat de in artikel 66 neergelegde regeling dient te wor den vervangen door de bepalingen van het Koninklijk Besluit van 26 October 1928, be treffende gelijktijdig genot van burgerlijke en militaire belooning. Ged. Staten meenen uit de met den Mi nister gevoerde correspondentie met stellig heid te mogen op-maken, dat, zoo aan de als nog geopperde bedenkingen der Regeering wordt tegemoet gekomen, de goedkeuring van het Reglement verzekerd s. De wijzigingen staan o. a. in verband met voorstellen betreffende de rechtspositie van nieuw in dienst der Provincie aan te nemen leerling-verplegenden, en met het besluit der Prov. Staten tot invoering der 48-urige ar beidsweek voor de ambtenaren, terwijl de voorgestelde inlassehing van een nieuw zesde lid in artikel 68 eene technische verbetering van de wijze van vergoeding wegens over werk beoogt Arbeidsvoorwaarden provinciaal personeel in verband met rap porten Bezumigtngscomatissle Prov. Ziekenhuizen. De Bezu i nigi ngsoommissie voor de Pro vinciale Ziekenhuizen heeft ln een drietal lapporten hare bevindingen nedergelegd en verschillende voorstellen aan de Prov. Staten gedaan ten einde tot een belangrijke bezui niging bij genoemde takken van dienst te geraken. Verlenging arbeidsduur. Het eerste concrete voorstel der Commis sie strekt er toe om ten aanzien van invoe ring van de 55-urige werkweek met belang hebbenden in overleg te treden. Dit overleg heeft plaats gevonden. 8telde het georganiseerd overleg zich aanvankelijk op het standpunt, dat er geen aanleiding be stond op het eens gegeven advies terug te komen, ten slotte besloot de Commissie in meerderheid (6 stemmen tegen 4) Ged. Sta ten tot invoering der 64-urige arbeidsweek voor het verplegend personeel te adviseeren. Werkelijke overeenstemming met het perso neel 4 der 5 organisaties stemden tegen - werd echter niet bereikt Ged. Staten vereenigen zioh met het ad vies der voorloopige commissie voor georga niseerd overleg om den arbeidsduur op 64 uren te bepalen, daarbij ln overeenstemming handelende met het advies van den eersten geneesheer-directeur van het Provinciaal Zie. kenhuis nabij Santpoort Het komt hun inderdaad aannemelijk voor, dat eene arbeidsweek van 54 uren zich ge makkelijker voor het samenstellen van een dienstrooster leent dan eene van 55 uren. Hoe noode Ged1. Staten er toe overgaan voor te stellen een maatregel ln te voeren, die de instemming van 4 der 6 van de in het georganiseerd overleg vertegenwoordigde or ganisaties mist, kunnen zij toch geen vrij heid vinden het aanvankelijk advies derVoor- loopige Oommissie te volgen en tot 1 Januari 1926 de werking der reeds aanvaarde bezuini gingsmaatregelen af te wachten. Naar hun oordeel toch is er geen maatregel aan te wij zen, welke de vermindering van de lasten der ziekenhuizen op zoo snelle en effectieve wij- ze zal bewerkstelligen als eene hernieuwde verlenging van den arbeidstijd van het ver plegend personeel, waardoor een belangrijke afvloeiing van dat personeel mogelijk zai worden. Zij zijn het ten volle met de Bezui- rngingsoommi8sie eens, dat een arbeidstijd van 54 uren geenszins eene overmatige gees telijke en lichamelijke inspanning van de be trokkenen vordert en evenmin een gevaar voor eene blijvend goede verpleging der pa tiënten oplevert. Op grond hiervan bieden Ged. Staten ter aststelling hel ontwerp-besluit aan, strek kende tot invoering der 64-urige arbeidsweek voor i et verplegend personeel in de Provin-< ciale Ziekenhuizen. Intrekking vacanttetoelagen. Ged. Staten kunnen zich met ddt ooncrete tweede voorstel der Commissie volkomen vereenigen. Het betreft hier eene jaarlijk sche ultkeeripg van 10 aan bepaalde cate gorieën van lagere ambtenaren', eene uitkee ring, die voor de betrokkenen van geringe beteekenia ls en die nochtans aan genoemds

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1925 | | pagina 16