MME COURANT
TWEEDE EN LAATSTE BLAD.
PLAATSELIJK NIEUWS
VAN DINSDAG 21 AP»IL 1925.
Verjaardag Prins Hendrik.
Tér gelegenheid van den 49sten verjaar
dag van Z.K.H. Prins Hendrik der Neder
landen, woel Zondag van verschillende
openbare gebouwen de Nederlandsche
driekleur. Door Br. Ms. „Gelderland"
werd te 12 uur het gebruikelijke aantal
van 88 saluutschoten gelost
Aanbesteding.
Gistermorgen 11 uu^ werd in café
„Central", door den bouwkundige J. J.
Schoeffelenberger, aanbesteed
het bouwen van vijl burgerwoningen
aan den Ruijghweg.
Ingeschreven werd door:
W. J. Braggaar f 11449,Gebrs. Boot
f 11785.—; H. Freeke f 11988.—; Minneboo
f 12296.—; J. Bakker f 12450.- Quak
f12840.—. Allen te Helder.
De heer B. Rühland, oonoierge der
M. U. L. O. school, is als zoodanig be
noemd aan de Handelsschool alhier.
Mail voor Hr. Ms. Tromp en Heemskerck.
Op het oogenblik van afdrukken van de
Heldersche Courant, waren de data voor
brievenverzendingen nog niet bekend. In
dien deze in den loop van den dag worden
ontvangen, zullen wij ze aan ons bureau,
Koningstraat, bekend maken.
Tentoonstelling Stad Helder 1925.
Wij vernemen, dat dezer dagen een begin
zal worden gemaakt met het incasseeren
van de gelden, waarvoor de ingezetenen op
het garantiefonds van de tentoonstelling
hebben ingeteekend.
Tot een goed begrip van deze aangelegen
heid zfj hier nog eens medegedeeld, dat de
lnteekenaren het volle bedrag terugontvan
gen, wanneer de tentoonstelling een batig
saldo oplevert. Is er echter een nadeelig
saldo, dan ontvangt men slechts een even
redig deel terug, al naar gelang de grootte
van het nadeelig saldo.
Het hangt nu alleen nog maar van het
aantal bezoekers af, of de tentoonstelling
een voordeel of een nadeel zal opleveren,
wat de finanr».ifln aangaat.
Periodieke zeilwedstrijden Kon. Marine.
De periodieke zeilwedstrijden van de
Kon. Marine, onder leiding van de Kon.
Marineeraohtclub, zullen dit jaar worden
gehouden op alle Vrijdagen in de maan
den Mei en Juni, en dus aanvangen 1 Mei
a-a. Zij, die aan deze wedstrijden willen
deelnemen, kunnen zich daarvoor aan het
Kon. Instituut of bij den Portier van
Rijkswerf aanmelden. Wij verwijzen
vóórts naar de advertentie in dit nummer.
Motie.
Het Bestuur der Vereeniging Pensioen-
belang te Helder, in Algemeene Leden
vergadering bijeen op den 14en April 1925,
in het Militair Tehuis, Kanaalweg, heeft
de volgende motie aangenomen, en toe
ezonden aan de Tweede Kamer der
taten-Generaal.
Kennis genomen hebbende van het
antwoord gegeven door den Minister
van Binnenlandsche Zaken aan den Heer
Ter Hall, naar aanleiding van diens vraag
gedaan in het belang der Oud-gepension-
neerden
„dat nog geen maatregelen zijn geno
men om te geraken tot een verbetering
van den toestand der oud-gepensionneer-
den en hun weduwen en weezen omdat
de verbetering van den flnancieelen toe
stand des Rijks nog niet een zoodanig
blijvend karakter heeft aangenomen dat
er aanleiding bestaat om een voorziening
in den nood der oud-gepensionneerden
voor te stellen
dat er tusschen de Departementen van
Marine, Oorlog en Financiën besprekingen
gehouden werden, die tot resultaat hebben
ehad dat een basis is gevonden voor
et verleenen van steun door particuliere
inrichtingen met subBidie en onder toe
zicht van de Regeering
wijst een dergelijke steunregeling met
verontwaardiging van de hand, als zijnde
dit een aalmoes-systeem, hetwelk vernede
rend wordt geacht voor de oud-gepension
neerden, die minstens evengoed als de
jongere generatiën hun diensten aan land
en volk hebben bewezen
spreekt de hoop uit, dat de Tweede
Kamer, mocht dergelijk voorstel ter be
handeling komen, dit beslist af te wijzen
noodigt particuliere instellingen uit
zoodanige eventueele opdrachten in het
belang der oud-gepensionneerden niet te
aanvaarden
betreurt dat niettegenstaande verwach
tingen door de Regeering waren opge
wekt deze wederom, om welke reden dan
ook, voor wat de oud-gepensionneerden
betreft, op niets zijn uitgeloopen
besluit deze motie ter kennis te bren
gen aan de Leden der Tweede Kamer
en aan verschillende dag- en weekbladen
en gaat over tot de orde van den dag.
Onderofl-Veor. „Vaderland en Oranje".
Het bestuur der Onderofficiers-V ereeni-
fjing van Land- en Zeemacht, „Vaderland
en. Oranje" verzoekt ons te berichten, dat
genoemde vereeniging Zaterdag 25 April
w. haar laatste groote uitvoering geeft
van dit seizoen in Musis Sacrum".
Opgevoerd zal worden de bijspelen „Het
geheim van Mevrouw" en „Je reinste Pa
re.-*. Het programma wondt verder afge
werkt door zang en muziek en tot slot een
tablau vlvant. Na afloop daarvan bal met
attractie's.
Chr.-Hist. Kleevereenlglng.
Voor de Ohr.-Historische Kiesvereenl-
glng alhier trad gisterenavond in het Mili
tair Tehuis (Kanaalweg) het lid van de
Tweede Kamer, Mejuffrouw mr. Frida C.
Katz, op met bet onderwerp „De aanstaande
verkiezingen". De belangstelling voor deze
vergadering was uiterst gering; slechts een
veertigtal bezoekers woonde de bijeen
komst bfj.
De vergadering werd door den heer Ir. O.
van Dam geopend en ingeleid.
De spr. wees er op, dat het ditmaal weder
om heel belangrijke dingen gaat bfj de as.
verkiezingen. Allerlei fraaie leuzen worden
wederom aangeheven. De Chr.-Hist. Unie
wil niet meedoen aan die leuzen; het gaat bij
ons meer om de beginselen. Zoo oppervlak
kig beschouwd zijn vele der verschillende
programeischen gelijk, maar in de kern zijn
ze wel degelijk verschillend.
De Chr.-Hist. Unie heeft van de rechtsche
groepen dit bijzondere, dat wij altijd ons
volk als een nationale eenheid willen zien
en ten tweede brengen wij zoo sterk naar
voren ae vrijheid van geweten. Wij houden
niet van allerlei urgentie-programma's, maar
blijven meer in de groote lijnen. Vanzelf
voelen wij dus de groote verantwoordelijk
heid van de regeerders..
De spreekster behandelt nu achtereenvol
gens de verschillende punten, neergelegd in
het verkiezings-manlfest, zooals dat is vast
gesteld in de alg. vergadering der Chr.-Hist.
Unie van 15 April 1925 (te Utrecht gehou
den). In de eerste plaats komt zij daarbij op
de kwestie: Handhaving en versterking van
het chr.-hlst. karakter van ons volk, en in
verhand daarmee het samengaan met Rome.
Wjj werken samen met Rome, omdat, nu de
ontwikkeling in ons land historisch aldus ge
worden is, dat wij naast protestanten ook
vele katholieke inwoners hebben, dit de ge
lukkigste samenwerking is. Het gaat om de
handhaving en bevestiging van de christe
lijke grondslagen in ons find. En vele van
die beginselen hebben de katholieken met
ons gemeen. Spr. denkt aan de handhaving
van orde en gezag etc. Daartegenover staan
die groepen, die deze beginselen hebben los
gelaten, en dientengevolge zich den grond
onder de voeten voelen wegzinken. Maar
wij staan tegenover de katholieken bij de
speciale katholieke belangen (gezantschap
Paus e. d.).
Uit den eisch tot handhaving en verster
king van het chr.-hist. karakter van ons
volk volgt logisch, dat ons land in protes-
tantschen zin moet worden geregeerd. Im
mers, het protestantisme is ontstaan uit de
zucht naar gewetensvrijheid.
Wij hebben meegestreden den strijd der
openbare en bijzondere school. Juist in onze
unie heeft altijd de wensch voorgezeten ook
de openbare school te behouden, maar die
te kerstenen. Op het oogenblik is weliswaar
de ontwikkeling in de richting van de blzon-
defe christelijke scholen. Maar toch willen
wjj de openbare school niet loslaten. Wij
zullen moeten afwachten hoe zich dit af
wikkelt. Lohman vond het een kwestie van
recht; de gelijkstelling van openbaar en
bizonder onderwijs. En men is dit ter linker
zijde tenslotte gaan begrijpen. De christe
lijke vakbeweging is eveneens ontstaan, om
dat men voelde, dat de christelijke dingen
niet veilig waren bij de vakvereeniging.
Niettemin meenen wij, dat het onjuist Is
als meer en meer de splijtzwam doordringt.
Ook voor onze zending, onze universiteit,
volgen wij dit inzicht
De antithese aanvaarden wij als een uit
vloeisel van de Fransche revolutie. Maar
wij blijven hopen en gelooven, dat de zuur-
deesem van het geloof ons volk zoozeer heeft
doordrongen, dat het volk één wordt en
geen scheidingslijn meer bestaat
Het vraagstuk van het gezin.
Het standpunt van de Ohr.-Hist. Unie
ten opzichte van het vrouwenvraagstuk is
een gezond standpunt. Er is in de laatste 26
jaar in den toestand der vrouw zeer veel ten
goede veranderd. Op allerlei terrein is zij
naar buiten getreden, maar dn dit opzicht
ontstond weder overdrijving: vele getrouwde
vrouwen zochten ook buitenshuis werk.
Aan den eenen kant is de reactie, die de
vrouw niets wilde toestaan, aan den anderen
kant de overdrijving.
Wij houden vast aan de eenheid van het
huwelijk en gaan niet mee met hen, die zeg
gen man en vrouw moeten gelijke rechten
hebben. Spr. gaat uitvoerig op de huwelijks-
paragraaf in, en vertelt over de toestanden,
die hieromtrent bestaan in sovjet-Rusland.
Theorieën als deze beginnen ook in ons land
door te dringen, en het is zaak voor een
politieke party hiervoor de oogen open te
houden.
Waar de regeering uit menschen bestaat,
zijn natuurlijk fouten begaan. Ook wij had
den het hier en daar wel anders gewild. Spe
ciaal de intrekking van art. 40 ging ons aan
het hart. Wij, die tot nu toe achter de regee
ring stonden, moeten de groote dingen ook
groot zien: de regeering heeft met de beste
bedoelingen gedaan zooals zjj deed, n.L om
d* inflatie van den gulden tegen te gaan.
In ieder geval hebben wij de motieven der
regeering te eerbiedigen.
Van de linkerzijde, die nu zooveel kritiek
uitoefent, durft men niet de verantwoorde
lijkheid aan en had men wellicht ook niet
de kracht gehad zoo in te grijpen.
Spr. komt nu op 5: Het sociale vraag
stuk. Hetgeen hieromtrent in het manifest
gezegd wordt, is breed opgezet en omvat
alle lagen der maatschappij. De quintessens
dezer paragraaf is alweder het stelling ne
men tusschen de twee uitersten: de liberale
theorie van laat maar gaan, en aan den an
deren kant de soc.-dem. idee, die den klas
senstrijd predikt, daardoor revolutie wil,
waaruit dan de soc.-dem. orde ontstaqt.
Wij hangen aan geen enkele maatschap
pij-orde; deze is voor ons secundair. Wij
wachten af hoe de maatschappij zich ont
wikkelen zal, maar wij keeren ons af van
een leer, die den strijd predikt der klassen.
Alleen uit het solidariteitsgevoel kan het
heil der menschheld geboren worden, en dat
kan alleen komen door Gods genade. Uiter
lijk kunnen deze dingen niet worden opge
legd, slechts als de innerlijke omkeer der
menschen is gekomen, zal de nieuwe orde
ontstaan.
Wij staan daar tusschenin en streven
naar de rechtsgedachte. Zij die roepen „nooit
meer oorlog" bezien de zaak wat al te sim
plistisch. Wat blijft er van al die leuzen,
door beide groepen aangeheven, over? WfJ
voelen, dat een jonge geest zich baanbreekt;
bij de jonge menschen ontstaat weer een
drang naar geloof, en wij als christenen
hebben een zware taak t. o. v. dit nieuwe
geluld.
En tegen de ouderen, die zeggen: oorlog is
er altijd geweest, de mensch is altijd zondig
geweest en er zal dus altijd oorlog blijven,
zeggen wij: wat zijt gij voor christenen, dat
gij zóó redeneert? Heeft de christen niet
altijd gestreefd ,naar bestrijding der zonde?
Spr. zet uiteen, dat het woord weerloos,
dat Jezus gebruikte en dat wordt aangevoerd
vóór ontwapening, gansoh iets anders be-
teekent.
En het zeggen, dat wij ons toch niet kun
nen verdedigen is een uiting van een laffen
geest. Wij moeten doen wat wij kunnen en
op God vertrouwen.
Spr. behandelt tenslotte de Evenredige
Vertegenwoordiging, waardoor bij de vorige
verkiezingen zooveel verdeeldheid ontstond
en die zooveel verloren stemmen opleverde.
Van de gelegenheid tot debat werd door
verschillende aanwezigen gebruik gemaakt.
Naar aanleiding van een opmerking omtrent
de houding der Eerste Kamer t.o. v. plaat
selijke keuze (speciaal de houding van den
heer De Vos van Steenwijk), betoogt spr„
dat de heer De Vos van Steenwijk zijn hou
ding niet bepaalde, omdat het prestige der
Eerste Kamerleden werd aangetast, maar
omdat hij van meening was, dat hierdoor de
Kamer als lichaam staatsrechtelijk verkeerd
zou handelen. De heer I. Korver vindt hierin
aanleiding op te merken, dat nochtans deze
houding een uiterst pijnlijken indruk heeft
gemaakt, en dat het een treurig verschijnsel
van aristocratische hooghartigheid was het
beginsel der Plaatselijke Keuze aldus op te
offeren. In haar repliek betoogde spr., dat
h L de kwestie met een aristocratische ge
dachte niet te makeö had, maar van zuiver
staatsrechtelijk standpunt moet worden be
keken.
De heer Monhemius als anti-revolutionnair
bespreekt de kwestie van art. 40 en vraagt
hoe spr. als juriste persoonlijk daarover
denkt De heer v. d. Wijngaard (chr.-hist.)
merkt op, dat bij een verkiezingsuitslag,
waar geen feitelijke meerderheid is, het toch
noodig is, dat enkele mannen de regeering
uitoefenen en dus het z.g. fascisme, dat
spr. afkeurde, nuttig kan zijn. Deze debater
meent ook, dat de z.g. bezuiniging van
Golijn voor een groot deel betrof het schep
pen van nieuwe belastingen. Ter dekking
van de tekorten is slechts weinig bezuinigd.
Dezelfde debater kritiseert het telkenjare
toestaan van groote sommen voor herha
lingsoefeningen.
De heer Schuurman, oud-gepensionneerde,
bespreekt de behandeling dezer menschen.
Nu al drie jaar lang strijden zij voor de
motie-Ter Hall, en worden daar bij de chr.-
hist. altijd tegengewerkt Nog verleden jaar
heeft de heer Colijn ons van alles beloofd.
Is dat de houding van een christelijke re
geering? vraagt spr.
Mejuffrouw Katz beantwoordt de verschil
lende debaters. De intrekking van art 40 is
gebeurd bij Kon. Besluit en dus bulten de
Kamerleden om. Als juriste is spr. persoon
lijke meening, dat de regperlng niet aldus
had mogen handelen, maar er zijn hierom
trent ook andere meeningen, die art 40 als
een monstrum beschouwden en meenen, dat
de regeering, die het schiep, ook het recht
heeft het in te trekken. Voorts verwart de
heer v. d. Wijngaard een cabinet d'affaires
met een autocratie ais het fascisme. Aan
Minister Colijn is veel onbillijke critiek ge
daan. Er is inderdaad veel bezuinigd, ook ai
door inkrimping van diensten, efficiency,
etc. Maar daarnaast zijn tal van nieuwe las
ten geheven; dat kon niet anders, de tekor
ten waren te groot
Wat die herhalingsoefeningen betreft:
men bedenke toch, dat een minister slechts
in groote lijnen plannen kan maken, en
met details zich niet kan ophouden. Dat
geldt ook voor de oud-gepensionneerden.
Het is gemakkelijk genoeg met de motie-
Ter Hall mede te gaan, maar de moeilijkheid
zit in de uitvoering. Laat ons vertrouwen,
dat van de zijde der regeering gestreefd
wordt naar het goede.
De heer Van Dam sprak een slotwoord,
waarin hij opwekte tot versterking der partij.
Wij mogen een voorbeeld nemen aan de
soc.-dem., waardoor de kracht der discipline
zoo'n sterke eenheid ontstaan is.
Te half elf was de geanimeerde vergade
ring afgeloopen.
„Helders Mannenkoor".
Dir. A. J. Leewena.
Het tweede concert in dit seizoen voor
kunstlievende leden en genoodigden zal
door bovengenoemd koor worden gegeven
op Dinsdag 28 April ajs. in Casino. Als
soliste zal daarbij optreden mej. Jo Im-
mink, mezizo-eopraan, Amsterdam.
Het programma is met veel zorg samen
gesteld en zal, buiten den wil van het be
stuur, eerst in den loop dezer week door
den bode kunnen worden bezorgd, waarom
den kunstlievenden leden verzocht wordt
hunne diploma's ter afstempeling gereed
te houden. Tevens zal op dit concert de
trekking der verloting van de schilderij
van „Helders Mannenkoor" in het open
baar plaats hebben.
De StattonsboekhandeL
Per advertentie werd in ons blad mode-
gedeeld, dat de couranten, tijdschriften en
boeken van de stationskiosk voortaan bij
den restaurateur verkrijgbaar zijn. In aan
vulling hierop kunnen wij mededeelen,
dat de kiosk in# de stationshal thans ge
sloten is en zal verdwijnen. De restaura
teur, de heer van den Brule, heeft in de
tweede klasse wachtkamer een boekenkast
aangebracht waar men zich van reislec
tuur kan voorzien; in de wachtkamer
derde klasse liggen eveneens verschillen
de oouranten en weekbladen geëtaleerd.
Daar de heer en mevrouw van den Brule
uitteraard den geheelen dag bereikbaar
zijn zoowel in het buffet der tweede
als In dat der 8e klasse is een electrische
schel aangebracht is de thans getrof
fen regeling zeer ten gerieve van het pu
bliek. Tot nu toe was de kiosk alleen ge
opend op de uren waarin een trein ver
trok. Men kan nu den geheelen dag tot
des avonds 8 uur terecht
Voor hen, die met den trein van half een
vertrekken, zal voortaan de Held. Courant
eveneens aan de buffetten verkrijgbaar
zijn.
Goed afgeloopen.
Gistermorgen had in de Pr. Hendrik
laan een aanrijding plaats, die bizonder
goed is afgeloopen. Ter hoogte van het
Koningsplein, passeerden twee bespannen
wagens elkaar juist op het moment, dat
de vrachtauto van den heer v. Weelde
in de Laan reed en nog tusschen de wagens
wilde doorrijden.
De vrachtrijder Kaan, die meende dat
de auto met zijn wagen in botsing zou
komen, sprong van zijn wagen af. Het
paard schrok van de auto, maakte een
zijsprong en kwam met den wagen tegen
de lantaarn terecht, met gevolg dat deze
tot den grond toe afbrak en de glazen
kap aan duizend scherven in stukken viel.
Het paard bekwam een lichte wond op
zijn rugoverigens hadden geen persoon
lijke ongelukken plaats.
In minder dan geen tijd was de politie
ter plaatse die het publiek, dat van alle
kanten kwam aanstroomen, op eerbiedigen
afstand hield.
„Het Nieuwe Modeblad".
Nieuwe abonnementen worden geboekt
ingaande 1 April. De reeds «verschenen
nummers (ook, voor zoover de voorraad
strekt, die van de maand Maart) worden
alsnog nagezonden.
De aanbieding van het Jubileum-geschenk
blijft van kracht tot 15 Mei a.s.
LUCHTVAART.
De terugkomst van de Indische vliegers.
De Koningin hóeft aan de heeren Van
der Hoop, Van Weerden Poelman en Van
den Broeke de eere-medaille in zilver
voor voortvarendheid en vernuft, verbon
den aan de Huisorde van Oranje, verleend.
Dat de drie mannen, die den vliegtocht
naar Indië met zooyeel doorzettingsvermo
gen en energie volbrachten, bij hun terug
komst in het vaderland zouden worden ge
huldigd, is begrijpelijk. Dat heel Amster
dam daarvoor op de been zou komen, even
eens. Ook op het vliegveld Schiphol nabij
Amsterdam was het al vroeg in den morgen
een heele drukte. Alles was met vlaggen en
oranje doek versierd', en tegen 11 uur in
den morgen arriveerden reeds verschillende
auto's uit de stad. Maar voor de meeste Am
sterdammers was de tocht te ver, en deze
bleven binnen de grens der stad om de vlie
gers daar te ontvangen.
Te 11 uur (10 u. 50 Fransche tijd) ver
trokken de vliegers uit Parijs, en te 11.58
werden* zy te Brussel gesignaleerd. En de
berichten, die uit Rotterdam inkwamen,
wezen er op, dat ze een half uur te vroeg
in Amsterdam zouden aankomen. Daar had
men eerst te half drie op de ontvangst ge
rekend. En haastig werd hen een vliegtuig
tegemoet gezonden, waarop in koeien van
letters met krijt was geschreven het verzoek
om niet vóór hall drie te landen. Naby
Waalhaven werden lichtkogels afgezonden,
die de 'bedoeling hadden hen daar te laten
landen, mgar, zooais de heer Van der Hoop
later zeide tegen een verslaggever van het
„Handelsblad", had hy het veiliger gevonden
maar door te gaan. Hoe het ook zij, men
gaf gehoor aan het verzoek om te half drie
te landen, en vloog inmiddels, boven Am
sterdam gekomen, maar een „straatje om".
(De ministers van Oorlog en Marine waren
op het verhoog hun ambtgenoot van Water
staat gezelschap komen houden. De voor
zitter van het comité, dat dezen tocht had
voorbereid, generaal Snyders, verscheen
ook te midden van het gezelschap, waartoe
inmiddels een viertal wethouders van Am
sterdam en tal van andere autoriteiten met
hun dames zich hadden vergaard. Ook de
moeder van Van der Hoop, de vrouw van
Van den Broeke, de zuster van Poelman
waren natuurlijk aanwezig.
Boven de stad naderden statig op hun
breede wieken de groote vogels. Vooraan
de verkeersmachine, waarin wederom Van
der Hoop aan het stuur de makkers van zyn
verren, gevaarvollen tocht thuis bracht.
Daarachter de „V" van een escadrille
militaire vliegert, dan weer een eenling alt
voorganger van een tweede escadrille.
Voor de estrade werden drie kleine meis
jes geposteerd, ieder met een grooten lau
werkrans, waarvan oranjelinten afhingen,
tusschen de hagen van buxus en evergreens.
Daar raken de wielen den grond en bi)
enkelen ontlaadde de spanning zich toen
reeds even in een juichtoon.
Dan is het weer wachten.
De begeleiders zwenken zwierig neer en
stellen de machines In het gelid. Nu rolt de
,vK", door rappe handen omgezwaaid, naar
het uiterste puntje van het veld en rijdt dan
langs de menschenhaag, die in beweging
komt Zakdoeken en hoeden worden ge
zwaaid en van verre golft het gejuich naar
ons toe.
Daar biyft de machine staan.
De kameraden van Van Weerden Poel
man zyn al op hun post en nauw is het
deurtje geopend of reeds zien wy Van den
Broeke en Poelman op de schouders ge
heven, dan ook Van der Hoop, dien geen
tijd werd gelaten den vliegerkap met de
telefoons te verwisselen voor een hoed.
De lauwerkransen worden den luchthei-
den omgehangen en eerst vlak voor het ver
hoog raakt hun voet den vaderlandschen
bodem.
Toen het een beetje kalmer was geworden,
nam generaal Snijders het woord en heette
de vliegers welkom, daarna hield de heer
Fokker een korte toespraak en overhandig
de hij Van der Hoop een krans met de
nationale kleuren. Daarna worden de vlie
gers door de Ministers van Waterstaat,
Marine en Oorlog gefeliciteerd, waarmee de
officieele ontvangst was afgeloopen. In een
kleine open auto vertrokken de drie mannen
van het vliegveld, en een schier onafzien
bare rij auto's begeleidde hen naar de hoofd
stad. Buiten Amsterdam liet de regeling
uitteraard wel wat te wenschen over, doch
de bereden politie van de hoofdstad was op
haar post en zorgde dat allee behooriyk van
stapel liep. Er was langs den geheelen weg
zeer veel belangstelling. Stapvoets reed men
door dichte rijen van menschen naar de
Doelenstraat, waar in hótel ,4'Europe" de
receptie plaats zou hebben. Urenlang ston
den de menschen in de omgeving van het
Muntplein te wachten. De heer Edo
Bergsma, de voorzitter van den Alg. Ned.
Wielrydersbond, sprak de vliegers daar
namens dezen bond toe en bood1 een pla
quette aan; vice-admiraal Fock, commandant
der marine alhier, huldigde hen namens de
marine-vliegers.
„Wy van de marine hebben", zoo zeide
hy, „lederen dag in de krant uw weder
varen gevolgd; gy zijt in Indië met groo
ten luister ontvangen door iemand, die
ook mijnen naam draagt. Weest er van
verzekerd, dat de waardeering, die men in
Indië voor uw koene daad heeft getoond,
ook hier aanwezig is!
„Namens de Nederlandsche Marine zeg
ik u dank voor uwe prestaties!"
Nog werden toespraken gehouden door
den voorzitter van het comité voor den
fakkeloptocht, die namens Amsterdam's
burgerij bloemen aanbood, door generaal
Hoogeboom namens de vereeniging „Ne
derland in den vreemde", door afgevaar
digden van de Algemeene Vereeniging
van Verlofsofficieren van land- en zee
macht, de Onderofficlers-vereeniging
„Ons Belang", het Amsterdamsohe stu
dentencorps, den heer Giltay van „Het
Leven", dat een nieuwen motor schonk
bij de stranding naby Philippopel, een
vertegenwoordiger van de Gero-fabriek,
die zilveren gedenkschalen schonk, een
jong musicus, die een oompositie van hem
zelf offreerde, een firma uit Leiden, die
sigaren aanbood, andere die porcelein, da
mast, enz. enz. sehonken.
Voor al deze goede gaven heeft de heer
van der Hoop namens zijn tochtgenooten
hartelijk dank gezegd. Hij hoopte, dat nu
de poging geslaagd is, de verbinding door
de lucht beide deelen van ons rijk ten
goede zal komen.
Bepaald overweldigend was de ovatie aan
mevrouw Van den Broeke gebracht, nadat
mevrouw Alslbach héér speciaal dank zei
voor het feit, dat zy den heer Van den
Broeke heeft toegestaan, den gevaarlijken
tocht te ondernemen.
In het Paviljoen van het Vonderpark
had daarna de feestmaaltijd paats waar
natuurlijk nog veel gespeecht en gehul
digd werd. De Kon. Ned. Ver. v. d. Lucht
vaart schonk de drie vliegers de gouden
medaile der vereeniging, ook de heer
Guilonard kreeg deze voor zijn kranig
werk te Philippopel verricht Minister van
Swaay verklaarde, dat de heeren Fokker,
Plesman en Guilonard door H.M. de Ko
ningin begiftigd waren met de Orde van
Oranje-Nassau. Burgemeester de Vlugt
bood de groote zilveren medaille van de
gemeente Amsterdam aan, en nog andere
sprekers voerden het woord. De dag werd
besloten met een fakkeloptocht in het
Vondelpark, waaraan ongeveer 2500 deel
nemers, ook veel kinderen, deelnamen.
Wie het Amsterdamsche Vondelpark kent,
zal begrijpen, dat dit een fantastisch en
schitterend schouwspel aanbood. De
Utrechtsohe genie had tusschen de 'hoo
rnen een zoeklicht opgesteld, hetgeen het
effect verhoogde.
De tocht van de B 83.
De bewonderenswaardige manoeuvres
van de R 83 zyn het onderwerp van
warme lofuitingen van den kant der des
kundigen zoowel in Engeland als in den
vreemde en luitenant Booth, de comman
dant van het luchtschip, krijgt een stroom
van gelukwenschtelegrammen.
Pas nadat de R 88 in de loods geïn
specteerd is, is de volle beteekenls van
hetgeen Booth gepraesteerd heeft, aan
den dag gekomen en Sir John Salmond,
tot wiens afdeeling aan het luchtministerie
de scheepvaart en hare studie behooren,
beschouwt den tocht als een van de mag-
nifiekste verrichtingen in de geschiedenis
van de luchtscheepvaart, als men rekening
houdt met al de nadeelen van een gedwon
gen vertrek, de beschadiging van den
neus, de onvoltalliglheid van de bemanning
en de buitengewone weersomstandigheden'
gedurende de geheels reis.
De opteefcaniogea ls hst Logboek w
Handhaving der constltuttoneele monar
chie. Deze vorm is de historische voor ons
land. Want al denkt men,dat de revolutie
van 1918 er niet meer is, zij wacht haar tijd
af. Aan den anderen kant staat het fascisme.
Men moet daar niet te min over denken;
het is geen verschijnsel in Italië alleen. Het
Is de oppositie van de kleine partijtjes, die
niet bereid zijn de regeering op zich te ne
men, partijtjes, die van het parlementaire
stelsel niets verwachten en een dictator
willen.
Ftnaneleei beleid. Iedereen heeft het wel
op de een of andere wijze ondervonden hoe
wij moesten bezuinigen. De regeering stond
voor groote tekorten, en uit den aard der
zaak kan zij achter de schermen zien. Zij
had tot taak een eind te maken aan dezen
toestand. Voor ieder die een warm voelend
hart heeft, was het pijnlijk al die maatrege
len te nemen. Maar al te graag hadden ook
de ministers andere maatregelen genomen.
Maar men moest bezuinigen op allerlei ter
rein, en het is begrijpelijk, dat kritiek uit
geoefend werd.
Onderwijs. Wij voelen ook de noodzake
lijkheid der bezuiniging, die vooral ten plat-
telande zoo gevoeld wordt. Minister De Vis
ser is begonnen het onderwijs beter te ma
ken, wij kregen ook de gelijkstelling, en
toen kwam de bezuiniging en moest weer
teruggegaan worden.
Defensie-vraagstuk. Weer hebben wij te
strijden tegen twee uitersten: de algeheele
ontwapening en bet toegespitste militarisme.