T
VIERDE EN LAATSTE BLAD.
BUITENLAND.
VAN ZATERDAG 4 JULI 192S.
niet by herhaling verzekerd was, dat
kabinet, omdat ne
De beteekenls van den
uitslag.
Verschillende bladen wijden uitvoerige
besprekingen aan den uitslag der verkie
zingen. Hieronder geven wij een resumé
van hetgeen de voornaamste bladeó zeg
gen over de beteekenis van deze verkie
zing.
De „N. Rott. Ort." is van meening,
dat alleé bij het onde zal blijven, ook dat
het kabinet, desnoodB met eenige recon
structie, zal aanblijven.
Indien ons ook van de rechterzijde
lat het
iet levensmoe was, zou
aftreden, hoe ook de uitslag der verkie
zing mocht worden, dan zouden w}J zeg
gen, dat deze verkiezing geen politieke
gevolgen teweeg behoefde te brengén.
De regeeringsmeerderheid is verzwakt,
maar zij staat niettemin overeind. Wat
meer zegt, zoowel de Roomsch-Katholie-
kem als de Ohristeiijk-Historisohen zijn,
zoo men het katholieke trucje van 1922
bulten de rekening laat, op hun vroe
gere gétal gebleven. Zij hebben per slot
van rekening hun ouden aanhang be
houden.
Alleen de Anti-Revolutionnairen blij
ken te hebben verloren, al is het feite
lijk maar 1 zetel. Dit is in zooverre van
beteekenls, dat de heer Oolijn waar
maar kon heeft rondgebazuind, dat
en de zijnen de redders van het vader
land waren geweest. Het geeft, dunkt
ons, te denken, dat juist die partij, die
zoo hoogvaardig den verkiezingsstrijd
heeft gevoerd, de kous op den kop heeft
ekregen al zijn het dan waarschijn-
ijk de staatkundig gereformeerden ge
weest, die de Anti-Revolutionnafre
partij het meeste afbreuk hebben ge-
Zal het kabinet nu aftredenP vraagt
het blad. wy zullen het afwachten.
Zeggen en doen zijn onder de coalitie
bij herhaiing twee gebleken, en het zal
ons niet verbazen, zoo het kabinet kalm
zitten blijft, en zich met eene recon
structie tevreden stelt. Wij zullen bij
dezen uitslag der verkiezing daarop
geen aanmerking maken, want het zal
in ieder geval constitutioneel zijn, zoo
het kabinet zich niet houdt aan het pa
rool der coalitiègènooten, die de aftre-
dlng-in-ieder-geval voorspelden.
Afwachten blijft dus de boodschap, ein
digt het blad.
Het „Handelsblad" schrijft onder
het hoofd „Onder de oude firma", o. a.:
De Nederlandsche kiezers hebben zich
voor rede en nuchtere overweging min
der toegankelijk getoond, dan men. op
grond van de aanvankelijk bekend ge
worden resultaten nog min of meer
mocht hopen. Zij hebben zich laten wijs
maken, dat de Boclaal-democratie in
staat zou blijken, guldens, die men niet
heeft, uit te geven. Zij hebbeiT geloof
geslagen aan de verzekeringen van de
pleitbezorgers der eenzijdige ontwape
ning, die van meening over de defensie
wisselen met hetzelfde gemak, waarmede
een modieuse dame wisselt van hoed,
als zij uitgaat op conquétes.
De sociaal-democraten, die (evenalB
de R.-K. Staatspartij en de Ohrist. His-
torlschen) hun zeteltal wien heeft,
dien zal gegeven worden I aoor het
stelsel van onze kieswet nog met één
meer zagen toenemen, dan op grond der
evenredigheid kon worden verwacht,
hebben echter in één opzicht het pleit
verloren. De vesting, die zij in een
stormloop hoopten te nemen, blijkt een
Verdun. Hoezeer zij zelf hun linies
vooruitschoven en hoewel de partij, die
hun treindienst verzorgde, dientenge
volge ook voorwaarts kwam op het poli
tieke slagveld, Baron Van Wijnbergen
laat zijn vlag nog waaien en nog steeds
heet het: on ne passé pas.
Wö weten, dat er in het kamp van den
heer van Wijnbergen rebellie is, die na
de hitte van net gevecht niet meer zoo
angstvallig zal worden verborgen voor
hef oog der tegenstanders. Prof. Veraart
en dr. Möler zijn andere menschen als
do hoeren Peber en Fruytier. Maar er
is geen enkele reden, om niet aan te
nemen, dat H. M. straks aan oen der
leiders van de rechtsche coalitie, hij
heete dan Oolijn, Kooien of De Geer
(misschien draagt hij wel den ministe
rieel onsterfeUjken naam van Ruys de
Beerenbrouck) opdracht zal geven een
kabinet te vormen.
„De affaire zal op den ouden voet
worden voortgezet", zooals het vroeger
nog al eens onder doodsberichten heette.
Vóór of tegemColfln? Dèèr ging bet bij
de verkiezingen in hoofdzaak om. Want
de heer Oolijn was hierbij de centrale fi
guur—aldus „De Telegraaf". En
welk antwoord heeft de natie op deze
vraag gegevenP vraagt het blad.
BH de geestverwanten van den heer
Oolijn zelf treft een verlies van rond
24.000 stemmen wezenlijk 52.000
hetgeen dat van drie zetels mede
bracht. In eigen kring is de positie van
den staatsman dus niet versterkt. In
tegendeel!
Onderzoekt men het antwoord bij de
coalitie-genooten, dan blijkt, hoe de
R.-K. Staatsparty en de Christ-Histo-
rische Unie, elk op eigen kracht de
verkiezingscampagne hebben gevoerd.
Het blad acht het evident, hoe ui de
verkiezingen de figuur van Oolijn in het
centrum vqn alle pogingen tot oplossing
der crisis blijft staan.
Men mag op grond van de ervaring
verwachten, dat de heer Oolijn zich
eerst, evenals in 1918 en 1928, zal gaan
Ingraven in een „steile" loopgraaf, en
dat mgr. Nolens daaromheen behendig
de manoeuvres direct of indirect leiden
zal.
Want de R.-K. Staatspartij wordt wel
gedwongen niet enkel als talrijkste^Ka-
merfractie, maar vooral ook door haar
Inwendige structuur, om de leiding te
nemen.
Immers heeft zfl tot beginsel haar
eenheid. Maar toch een tweezijdige: con
servatief progressief.
Door v.n. haar conservatieve deel kan
de R.-K. Staatspartij zich blijven voegen
in de coalitie. Evenwel op o. m. twee
hoofdvoorwaarden. Ten eerste, dat het
nieuwe kabinet niet èl te ondemocra
tisch is, dus dat de minister van Arbeid,
men noemt in dit verband iemand als
prof. Veraart voldoende het vertrou
wen der R.-K. arbeiders geniet, en dat
de heer Oolijn daarin geen tè priminente
plaats bekleedt. Ten tweede, dat de sti
muleering der protestantsche gevoelens
door ds. Kersten en ds. Lingbeek c.s. bij
de Ohrist.-Hist. Unie en Anti-Revolu
tionnairen men herinnere zich hunne
verpolitiseering der Olympiade-subsidie 1-
de samenwerking met die groepen
voor R.-Katholieken niet ondraaglijk
maakt.
Blijken deze compromissen te moei-
ïyk, dan staat aan de R.-K. Staatsparty
de andere weg open: Zioh door v.n.
haar progressieve deel bij
de S. D. A. P. en V.-Dem. Bond
te voegen.
„Het Volk" van Vrydagavond zegt
o. fi.1
De definitieve uitBlag der vorklezin
gen is nog beter voor do 8.DAJP. dan
wy ons gisteren hadden kunnen voor
stellen. Niet met 28, doch met 24 man
daten verschynt de sociaal-demokrati-
sche fraktie weer in de Kamer, die zy
met 20 man verliet. Zy verschynt er, go-
sterkt door het vertrouwen, dat het
machtig aantal van 706.817 kiezers in
hwnr strijdkracht, in haar beleid, in haar
socialistische politiek getoond hebben
te stellen. Zy verschynt er, met moer
gezag nog dun zy in de oude Kamer kon
uitoefenen, omdat 188.688 mannen en
vrouwen meer dan drio Jaar geleden
haar de vertegenwoordiging hunner in
zichten, de behartiging hunner belan
gen opdroegen. Zy verschynt er, met
het program dat de party haar meegaf,
voorzien van de groote moreele autori
teit, die uitgaat van een party die, met
de vryzinnig-demokratische, de eenige
van al de groote partyen is, die van het
kiezerskorps een aanmoediging, en een
sterke aanmoediging ook, op haar op
treden ontving. Alle andere groote par
tyen zagen hun stemmencyfer vermin
deren of slechts onbeteekenend stygen.
Alleen de beide partyen, die op een pro
gram van demokratischen en socialen
vooruitgang en van konsekwente vre
despolitiek de kiezers opriepen, ontgin
gen van de bevolking een klinkend be-
wys van vertrouwen, en van deze beide
de SDJLP. verreweg het sterkst, hoe
wel ook de vrijzinnig-demokratische
vooruitgang van 184.596 op 187.169
stemmen zeer aanzieniyk en verheu
gend is.
Hier ligt de aan wy zing van de poli
tiek, die in de komende vier jaren, wel
ke ook de regeering zy, gevolgd zal
moeten worden, indien de komende
regeerders en de partyen waarop zy
steunen zullen, nog ooren hebben om té
hooren.
De persooniyke aanwinst, die onze
fraktie verkregen heeft, waarborgt dat
zy hnnr taak zeker niet minder degeiyk
zal vervullen dan haar voorgangster.
Dat Troelstra niet gelijkwaardig ver
vangbaar is, behoeven wij niet nogmaals
te zeggen. Maar party en kiezers hebben
voor belangrijke aanvullingen zorg ge
dragen. Met de verkiezing van Stenhuis,
den energieken voorzitter van het N.
V. V., tot Kamerlidwordt een nog
hechter band tusschen onze parlemen
taire politiek en de vakbeweging gelegd,
dan reeds bestond.
De Tyd schrijft boven een beschou
wing over den uitslag: „De wit-gele vlag
gen uit".
Want de R.-K. Staatsparty hoeft haar
positie schitterend gehandhaafd, de drie
grootejpartijen van reobts biyven in de
meerderheid, zoodat ook in het eerstvol
gende parlementaire tijdperk van vier
jaren een Ohrlsteiyk Kabinet ons va
derland zal kunnen regeeren.
De Ohristeiyke partijen niet gedaald
tot beneden het doode punt, maar stand
vastig in een stellige jneerderheid, de
regeerkracht van het ministerie gehand
haafd, ellendige vragen ais die betref
fende het samengaan met socialisten
weggevaagd, ziedaar het antwoord,
door 't land gegeven op de uitdagingen
van een oppositie, die in de noodzake-
Ujke harde bezuinigingsmaatregelen don
aanloop hadden gevonden voor een de
magogische ophitsing als ons land wel
licht nooit heeft gekend.
Het blad sohrijft het verlies van de a.-r.
party deels toe aan ontevredenheid van
sommige „kleine luyden" over de loons-
verlagingen, andersdeels aan het succes
van de Staatk. Geref Partij en de Herv.
(Geref). Party, beide „afgescheiden ohris-
teiyken"
De Nederlander (Ohr. H.) toont
zich dankbaar voor de zege van rechts. In
zonderheid uit het zyn biydsohap dat de
Ohristeiyk Historisohen zich onverzwakt
handhaafden.
Over de politieke gevolgen zegt het blad
echter nog niets. Voorts merkt het blad
o.a. het volgende op:
Twee dingen staan vast De drie
rechtsche partyen, thans in het kabinet
vertegenwoordigd, hebben te samen we
der de meerderheid. Zy deelden 59 stem
men; thans is dit cyfer 64. Wat hiervan
verder het gevolg zal zyn, valt niet te
zeggen. Wel moge worden opgemerkt,
dat het bestaan dezer meerderheid voor
een belangrijk deel te danken is aan de
Ohr. Historische Unie.' Zy tooh behield
in tegenstelling met twee andere recht
sche groepen haar oude kracht".
Het Vaderland meent dat het zeker
is, dat de Coalitie haar meerderheid, zy
hét ook eenigazins verkleind, behoudt.
De begeerte naar eenheid in de Ka
tholieke Staatsparty,-die haar, trots alle
strubbelingen haar aantal zetels in de
Tweede Kamer deed behbuden, dwingt
ook den tegenstander eerbied af. Dat de
Ghristolijk-Historische partij hetzelfde
geluk ten deel viel is voor ons het be
wijs, dat het anti-papisme, wat natuur
lijk heel iets anders is, dan niet willen
weten van de Rooinsche 'beginselen,
weinig vat meer heeft op een volk, dat,
dank zy Thorbecke, sinds jaren de
godsdienstvrijheid hoog hield, een deel
uit de overtuiging, dat dit voor ieder
in onze gemengde bevolking het vei
ligst is, een ander deel uit beginsel.
De Maasbode wijst natuurlijk ook
op het behoud van de rechtsoho meerder
heid.
De facto.moet de reohtscho meer
derheid 5 zetels afstaan en wordt zij dus
teruggebracht van 69 op 64, ruim vol
doende voor de vorming van een, ho
pen we op een deugdeiyk overleg ge
baseerd, parlementair reohtsch Ka
binet.
Dit is dan ook de groote verheugende
beteekenis van dezen bAmi,as-uitslag,
dat de coalitie, die na oen levensperiode
van 40^8^ onafgebroken bestreden
door al wat vrijzinnig heet en in het
laatste decennium ook felbestookt door
verschillende groepeeringen, die eigen-
Ujk toch ter rechterzydo staan van de
groote scheidingslijn; de coalitie, die
keer op keer voor dood verklaard is
door tal van politieke dokters, opnieuw
vol Jeugdige levenskracht is getreden
uit een kamp, welke meer dan ooit voor
heen op hoor ondergang was gericht
Ingezonden Mededeling.
Er ligt inmiddels een donkere scha
duw over doze rechtsche victorie: het
opnieuw naar voren dringen der dissi
dente groepen, die wy, kon het rijn, by
rechts zouden willen indeelen.
Was in de afgeloopen periode ds. Ker
sten, van de Staatk. Gereformeerde
Party, de eenige vertegenwoordiger van
dit slag, thans treden hem drie collega's
ter rijde, nog één meer dan tot heden
ooit het geval was.
Deze Protestantsche dissidenten, zegt
bet blad nog, zyn het hierin eens, dat zy
van de ooaBtio-politiek afkeerig rijn en
met name aan Rome den oorlog hebben
verklaard.
De „Standaard" spreekt van een
teruggang, „maar niet een van groote be
teekenis, als men acht geeft op de zeer
bizondere omstandigheden, waaronder dit
maal gestreden moest worden".
Een Kabinet, dat zeven jaar aan het
bewind was.
Een reeks van maatregelen in de laat
ste twee jaren, die in byzondere mate
aanleiding konden geven tot stemmen
verlies.
Een actie van dissidenten by elk.der
6 partyen van Rechts.
Een eoondmische depressie, die al
sinds lang zich doet gevoelen en steeds
nog maar aanhoudt.
Reden te over om een grootere ver
schuiving dan nu plaats greep te ver
wachten.
Niet dat er verschuiving was, be
hoeft te bevreemden, maar dat ze niet
root er was, stemt tot eenige ver-
Want, als men de zaak wat nader be
ziet, biykt ze zelfs nog geringer dan by
den eersten oogopslag het geval schynt.
Over den teruggang, die de anti-revo-
lutionnairen trof, verwondert het orgaan
zich niet
Van alle onaangename maatregelen
trof den eersten candidaat van onze lijst
allo blaam.
En daarop lettend, zyn wo over het
resultaat niet ontevreden.
„De Rotterdammer" (a.-r.) vat
haar oordeel over den uitslag als vol
samen: "niet onbevredigend en gezien de
eerste uitslagen der groote steden onze
verwachting belungrijk overtreffend.
De cbristeüjk-lüstorischou trokken by
de zetelverdeeling in 1922 aan het kortste
einde. Doordien zy niet boven hun stand
leefden, komt hun groep ongeschonden
uit den strijd. Wel is de voortdurende sty-
g, die de laatste jaren in christeUjk
itorischen kring viel te constateeren, tot
staan gebracht, maar dat zy ditmaal be
houden wat zy hadden, moet hen en ons
ongetwyfeld tot blijdschap stemmen.
De meerderheid der rechterzyde is ge
ring, maar de historie heeft meer geleerd,
dat een kleine meerderheid zich nauwer
aaneengesloten gevoelt dan by een groot
overschot.
De meerderheid is gering, want wan
neer wy letten op de wyze, waarop door
Gereformeerde en Hervormde Staatsparty
de strijd tegen de anti-revolutionnaire en
christeiyk-fistorische party gevoerd is,
dan kunnen wy niet denken aan de over
name der groepeering, door andere bla
den gegeven, die de getalsterkte der rech
terzyde op 58 stellen. Boven de 54 komen
wh niet uit.
Ir
nderdaad is de loswerking van deze
elementen, die principieel met ons op het
zelfde standpunt staan, en mee den Chris
tus beiyden, een der sombere zyden van
dezen electoralen veldtocht.
Nieuwe Kamerleden.
„De Telegraaf' bevat qen korte karak
teristiek van enkele nieuwe gekozen Ka
merleden. wy ontleenen daaraan het vol
gend:
Mr. P. M. Arts (RJL Volksparty)
werd 29 Sopt 1881 te Tilburg geboren en
'promoveerde in 1917 tot (meester in de
rechten. Hij was in het zuiden eën op
den voorgrond tredenden politieke per
soonlijkheid. In 1918 werd 'hij gekozen tot
lid van den Tilburgschen gemeenteraad,
in 1919 tot lid van de Prov. Staten van
Noord-Brabant In 1922 trad hy uit de
RJL Staatsparty en stichtte de R.K.
Volkspartij, wier vertegenwoordiger hij
thans in het parlement werd. Hij bekleedt
voorts verschillende openbare functies in
vereeniglngen te Tilburg.
Dr. EL W. E. Möller (RJL) te Til
burg, werd in 1869 te Amsterdam gebo
ren, is leeraar aan de RJL Gymnasia te
Katwijk en Amsterdam, aan de openbare
HJtS. en Middelbare Handelsschool en
den RJL cursus voor de hoofdacte to Am
sterdam. Hij is oprichter van het bekende
RJL tijdschrift „Boekenschouw" en van
andere periodieken op het gebied van on-
derwys on paedagogiok, lid van 'het hoofd
bestuur van het Alg. Ned. verbond en de
Ver. tot vereenvoudiging van de spel
ling, en van tal van andere vereenigingen
en instellingen.
Prof. mr. J. A. Veraart (RJL) een
van dè leiders der St Michael-beweging,
werd in 1880 te Amsterdam geboren, en
promoveerde aldaar in 1910. Hij is leeraar
in de staatswetenschappen, tegenwoordig
hoogloeraar in handelsrecht, staathuis
houdkunde, enz. als opvolger van minis
ter Aalberse. Verschillende geschriften
zijn van zijn hand verschenen.
Jaa Vos (RJL) is lid der Prov. Sta
ten van Noord-Brabant, lid van den ge-
nieenteraad van Roosendaal, van de Ge
zondheidscommissie, van het Hoofdbe
stuur van den ND. Boerenbond en van
zeer veel andere vereenigingen.
Walrave Boissèvain (V.B.) is
de zoon van een der oprichters van de
Mij. Nederland, den.bekenden Jan Boissè
vain. Hij was chef van het vrachtbureu
gedurende de jaren 1903 tot einde 1911 en
nam later zitting in de Tweede Kamer
voor de toenmalige Vrije Liberalen. Deze
zetel verloor hij in 1918. Hij is thans ojl
lid van den Amsterdamschen gemeente
raad.
Mr. P. Droogleever Fortuyn
(VD) is een in de residentie zeer geziene
persooniykheid Sedert 1912 is hij lid van
den 's-Gravenhaagsohe gemeenteraad,
waar hij leider van de liberale fractie ia.
Gedurende een zestal jaren was hij wet
houder van finantién. Hij is van verschil
lende vereenigingen op het gebied van
sport en lichamelijke ontwikkeling lid,
werd in 1868 geboren en promoveerde in
1894.
R. Stenhuis (SJXAJ?.) geboren 2<
Maart 1886, Is een in het vakvoreeni
gingsleven zeer bekende figuur. Na als
arbeider te hebben gewerkt in de aard
appelmeel- en cartonindustrie, werd hy
20-jarigen leeftijd beambte van den Rot-
terdamsdhen bestuurdersbond en werkte
op verzoek van het bestuur der S.D.AJ?.
eenigen tijd in de Djdjnen voornamelijk om
eene mynwerkersorganisatie voor te be-
reldea Van 1907 tot 1919 was hij voorzit
ter en secretaris van den Fabrieksarbed-
derébohd, en werd als voorzitter van het
N.V.V. dé opvolger van Fimmen. In 1928
deed hy als lid van de Eerste Kamer rijn
entrée op het Binnenhol
W. van der Sluis (SD-AJP.) werd
80 Deo. 1881 geboren en ontving zijn op
leiding ais ondenrijzer. Hij was hóófd
eener school voor zwakzinnigen te Am
sterdam,' een ijverig propagandist voor
geheel-üJiUienLog en mede-redacteur van
,,de Blauwe Vaan". In 1919 werd hij aan
gesteld jot propagandist van de SDJLP.
in het gewest Overijsel, in de plaats van
den heer Dykgraaf, die 'bij het bekende
spoorwegongeluk te Weesop het leven
verloor. Hij woont te Almelo, waar hij
lid van den Raad is en maakt thans deel
uit van het partijbestuur der SDJLP.
Da A. van der Heide (SDJLP.)
werd 7 April 1872 geboren en is thans
vrijzinnig predikant te Britswerd (Fr.)
In 1896 trad hij toe tot de SMAL, waar
van hy een bekend propagandist is, even
als voor geheel-onthouding.
W. Drop (SD.AJP.) 22 Aug. 1880 ge
boren en was in rijn geboorteplaats
(Vlaardingon) als arbeider werkzaam. Op
zyn 28e jaar werd hy bezoldigd bestuur
der van den Houtbewerkersbond. Hy be
kleedt verschillende andere functies en is
sinds 1022 de penningmeester der
SDJLP.
Mr. H. Byieveld' (AD) werd KI
Juli 1889 geboren en promoveerde aan de
Vrije Universiteit tp Amsterdam in de
rechten (1908). Hy vestigde zich als advo
caat te Amsterdam in samenwerking met
mr. S. de Vries, den lateiren minister van
financiën, en neemt in antirevolutionaire
kringen een leidende plaats in. In April
1919 werd hy Minister van Marine in de
plaats van den heer Naudin ten Oaté;
doch trad reeds in Januari 1920 af wegens
verwerping van rijn marinebegrooting.
Hy kwam daarna aan het Departement
van L., H. en N„ en werd in 1921 door de
Koningin benoemd tot hofraad. Hy is
voorzitter yan den Octrooiraad en direc
teur van het Bureau voor den Industriee
ion Eigendom, secretaris van het college
van den raad van commissarissen van de
Ohr. Amsterdammer en bestuurflHd van
de woningstichting „Patrimonium" te
Amsterdam, enz.
Mr. dr. G. v a n d en B e r g h (SD.'AJP.)
■i voorzitter van de federatie Amsterdam
der SDJLP. Hy studeerde aan de ge
meentelijke universiteit in de economie en
de rechten, na zijn oorspronkelijke studie
voor ingenieur opgegeven te hebben, is
lid van den1 Amsterdamschen gemeente
raad en van de gezondheidscommissie.
Sedert 1913 is hy lid der 6.DAP.
Dr. L.G. Kortenhorst (RJL) werd
geboren in 1886 en studeerde aan de uni
versiteit te Amsterdam. Hy is secretaris
der Algomeene R.K. Werkgeversvereeni-
ging en bekend tegenstander van prat
Veraart's Bedrijfsorganisatie. Hy nam
oen belangrijk aandeel in de actie, die van
RJL -rijde werd gevoerd vóór de nieuwe
Tariefwet
Een interpellatie in den Franschen Se
naat over Marokko is geëindigd met de
aanneming, met algemeene stemmen, van
een motie van vertrouwen in de regeering.
Nog eens weer heeft de heer Painlevé ver
klaard, dat de operaties in Marokko
slechts volkomen gewettigde maatregelen
van voorzorg waren en dat Frankrijk niets
anders doet dan zich tegen een aanval ver
dedigen. NadrukkeUjk waarschuwde de
heer Painlevé .tegen overdrijving by de
beoordeeiing van de gebeurtenissen in
Marokko en hy deed daarby uitkomen, dat
er by de operaties slechts betrekkeiyk
weinig Fransche troepen zyn betrokken.
In hoofdzaak wordt de stryd gevoerd door
de onder Fransche leiding staande Ma-
rokkaansche troepen en door de den
Franschen trouw gebleven stammen. De
Fransche verliezen, d. w. z. de zuiver
Fransche verliezen, niet die van de aan
Fransche zyde strydende Marokanen dus
bedroegen vigr honderd man. Ten deele
maar kan men deze mededeelingen van
den Franschen premier geruststellend
achten, omdat men immers rekening moet
houden met een mogeUjkeh afval van Ma-
rokkaansche stammen, die nu met of voor
de Franschen vechten, maar by een succes
van Abd-el-Krim wel eens zouden kunnen
overloopen. Hetgeen dan ook al soms heeft
plaats gehad.
De besprekingen te Madrid, over welker
aar;vankeiyke resultaten minister Briand
zich zeer voldaan uitliet, duren nog steeds
voort. Zy hebben thans hun hoogtepunt
bereikt. Dat zal wel beteekenen, dat men
zich nu te Madrid bezig houdt met de
vraag welke vredesvoorwaarden aan Abd-
el-Krim zullen worden gesteld.
DUITS CHL AND.
Het waarborgverdrag.
Beriyn, 8 Juli Op het rijksdeparte
ment van buitenlandsche zaken wordt
thans de nota ontworpen, die als antwoord
op de jongste nota van Briand inzake het
waarborgverdrag aan Frankryk zal wor
den overhandigd. Dit zal ongeveer 12 Juli
geschieden.
In haar antwoord zal de Duitsche regee
ring zich uitspreken voor het voeren van
internationale besprekingen over het slui
ten van het waarborgverdrag. Tevens zal
zy er echter uitdrukkeiyk op wyzen, dat
een waarborgverdrag aangaande de Wes
telijke grenzen van Duitschland het uit
gangspunt van deze gedachtenwisseling
is. Duitschland zal nogmaals zyn bezwaren
aangaande het toetreden tot den Volken
bond laten gelden. In het bijzonder zal
toen er op wijzen, dat Duitschland onmo-
geiyk het bekende artikel 16 van het sta
tuut van den Volkenbond kan aanvaarden.
Als ontwapend land voelt Duitschland zich
verplicht een absolute neutraliteit te hand
haven. In alle gewapende conflicten zal
het dus streng neutraal moeten biyven.
Duitschland zal geen gewapende expeditie
kunnen steunen, maar ook niet mogen
dulden, dat troepen van andere naties over
zyn grondgebied trekken.
Wat de OosteUjke grenzen aangaat, zal
de ryksregeering wyzen op de geringe
kansen, die het verdrag van Versailles
haar biedt tot het verkrijgen van een her
ziening van die grenzen. Deze kansen wil
de ryksregeering in geen geval prijsgeven.
Toekomstige verdragen mogen in geen
geval den toestand, die het gevolg van het
verdrag van Versailles is, voor Duitsch
land slechter maken.
In Duitsche regeeringskringen hoopt
men, dat het antwoord van de ryksregee
ring by zal dragen tot het tot standkomen
van offieieele gedachtewisselingen. Men
acht dit mogeiyk mits ook by de tegen-
party de hiertoe vereischte goede wil be
staat
De veroordeeling van de Duitsche
studenten te Moskou.
De rechtbank van Moekou heeft de drie
Duitsche studenten ter dood veroordeeld
Dit vonnis heeft te Beriyn heel wat op
schudding verwekt In lange artikelen
protesteeren! de Berlijnsche bladen tegen
de veroordeeling. Zij wijzen erop dat de
drie studenten, die beklaagd werden
tegen de sowjet-regeering te hebben sa
mengezworen, in Berlijnsche politieke
kringen totaal onbeloond waren en by
Zondags tot 2 uur geopend.
FRANKRIJK.