TWEEDE EN LAATSTE BLAD.
PLAATSELIJK NIEUWS.
VAN DINSDAB 14 JUU192S.
Rijkspostspaarbank.
te ruimen vestigt het Verslag er de aan-
oost-indoe.
luchtvaart.
Onze stadgenooten, de heeren J. Oh.
Meerbeek en O. Oh. Steilberg, behaalden
gisteren te 's-Hage het voorloopig diploma
voor machinist ter koopvaardij.
Zeevaartschool te Helder.
Bij het Maandag gehouden eindexamen
slaagden voor diploma B de heeren J. F.
Dekker, K. Kwast, J. Molenkamp, J. de
Wijn en O. G. F. M. Winter.
Voor diploma A de heer J. P. Boers ma.
Algewezen geen.
«Helders Mannenkoor".
(Dir.: A. J. Lee wens).
BtJ gunBtig weder zal bovengenoemd
koor een ooncert geven in de Muziektent
in het Plantsoen, op Dinsdag 21 Juli a.8.,
des avonds half negen.
Goedkoope trein naar Helder.
Woensdag 22 Juli loopt een trein van
Amsterdam, Zaandam, Koog-Zaandijk,
Wormerveer, Krommenie-Assendelft en
Uitgeest naar hier. De 8e klasse kost
1.75 en de 2e klasse 2.50 retour.
Het vroegere militaire hospitaal
Ingediend la een wetsontwerp tot goed
keuring van den onderhandschen verkoop
aan de gemeente Helder van het voor»
malige Militaire Hospitaal met tereln al
daar, ten dienste van de volkshuisvesting.
Leveringen.
De levering van kleiaardappelen ten
behoeve van de aoldatenmenagês in het
farnizoen Helder gedurende het tijdvak
Aug.81 Oct 1025, is toegewezen aan
O. van Os, tegen den prtJs van 5.40 per
100 K.G.
Ernstig ongeval op de kermis.
De 10-jarige J. K. uit de Visohstraat,
ging Zondagavond met eenige vrienden
kermisvieren. Zij maakten druk gebruik
van den zweefmolen op het Singel. Hier
beging KL de onvoorzichtigheid, tijdens
den rit, van het eene schuitje in het an
dere te willen overstappen. Hij stapte
echter mis eii slingerde tegen den grond,
met zijn hoofd op het trottoir.
Als dood bleef K. liggen. Onmiddellijk
werd Dr. W. J. Bakker gehaald, die spoe-
dacht op, dat door het Bureau voor Be
roepskeuze alhier geen plaatsing in een
beroep wordt tot stand gebraoht. Het Bu
reau geeft alleen advies omtrent het te
'kiezen beroep. Het plaatsen van per
sonen i n een beroep behoort tot de taak
der Arbeidsbeurs.
Opgave uitsluitend betreffende het post
kantoor Helder en zijne bij- en hulppostkan-
toren over de maand Juni 1925
Op spaarbankboekjes, uitgegeven aan
bovengemolde kantoren, wetd in den loop
der maand ingelegd f70.821.16 *i en terug
betaald f 88.746.20 Derhalve minder inge
legd dan terugbetaald f 17.923.04. Het aantal
nieuw uitgegeven spaarbankbpekjes be
droeg 52. Door tusschenkomst dezer kan
toren werd ter Directie op Staatsschuld
boekjes ingeschreven een nominaal bedrag
van f 1000.en afgeschr. f 8000.Der
halve minder, in- dan afgeschr f7000.-"-.
Het aantal uitgegeven nieuwe staatsschuld-
boekjes bedroeg 0.
Tot aankoop van Nationale Schuld ten
behoeve van inleggers werden uitgevoerd
0 order, tot een nominaal bedrag van f
dig ter plaatse was, en eerste hulp ver-
Op die
naar zijn huis vervoerd.
leende. Óp diens advies werd K. per auto
De toestand van den jongen is ernstig.
Hij bekwam een hersenschudding en is
sinds Zondagavond nog maar enkele
oogenblikken bi) bewustzijn geweest
Oommissie voor de Beroepskeuze.
Wij ontvingen het Verslag over 1924
van bovengenoemde oommissie en ontlee-
nen er het volgende aan:
Gedurende het jahr 1924 zijn 120 aan
vragen om advies ingekomen, terwijl 108
adviezen werden uitgebracht Hierbij wa
ren 21 meisjes en 87 jongens. Vele per-
sonen vervoegden zich tot het Bureau om
inlichtingen omtrent opleidingsinrichtin
gen in deze gemeente en elders.
Waar het Bureau de beschikking had
over vele gegevens op elk gebied, konden
de gevraagde inlichtingen steeds onmid
dellijk worden verstrekt. Tevens is het
de Oommissie mogen gelukken om een
geadviseerde te laten studeeren met fi-
nanoieelen steun.
Na het uitbrengen van elk advies werd
nagegaan of overeenkomstig het advies
werd gehandeld. In 10 gevallen werd het
advies der Oommissie niet onmiddellijk
opgevolgd. Bij onderzoek Is echter geble
ken, dat aan een groot gedeelte dezer ad
viezen nog wel zal worden voldaan, om
dat het niet opvolgen in de meeste geval
len is toe te sohrijven aan de moeilijkheid
om In het geadviseerde beroep plaatsing
te krijgen, zulks tengevolge van de nog
steeds heersohende malaise. Teneinde de
resultaten van de uitgebraohte adviezen
te kunnen nagaan en waar noodig de
ouders nader te adviseeren over hunne
kinderen, werden omtrent de geadviseer-
den elke drie maanden informatiën in
gewonnen bij patroons en wanneer zij een
inrichting van onderwijs bezochten, wer
den de schoolrapporten geregeld overge
nomen.
Aan het inwinnen van deze informatiën
moet steeds meer tfjd worden besteed,
tengevolge van het grooter worden van
het aantal uitgebraohte adviezen.
Op 81 December 1B24 was dit aantal
reeds 844, nl. 60 meisjes en 278 jongens.
Het verslag deelt verder mede, dat wei
nig propaganda gemaakt en in hoofdzaak
werd voortgebouwd op de propaganda
door de ouders onderling gemaakt.
Aan ouders van kinderen, die de lagere
school gaan verlaten, wordt een oiroulaire
overhandigd, waarin de aandacht op het
Bureau gevestigd wordt De samenwer
king tusschen de hoofden der onderwijs
inrichtingen en de Oommissie was steeds
bijzonder aangenaam; op een enkele uit
zondering na werden door de hoofden van
de l. 8. van de leerlingen, 'die de sohool
gingen verlaten, geregeld leerlingkaarten
gezonden.
In de praktijk is het gebleken, dat het
van groote waarde is, om bij het eerste
gesprek met het kind de besohxkking te
hebben over de gegevens van de school.
Bij de te stellen vragen kan dan met de
op de leerlingkaarten voorkomende ge
gevens, rekening worden gehouden.
Ten einde een misverstand uit den weg
Hieronder 45 formulieren ad f 1.— in
spaarbankzegels van 5.cent en 134 formu
lieren ad f 1.in spaarbankzegels van
1 cent (8choolsparem.
Blijkens bij het departement van marine
ontvangen telegram is Hr. Ms. kruiser
Java, onder bevel van kapitein ter zee
L. J. Quant, Zaterdag van Leith vertrok
ken.
Uit het Politierapport
Zaterdagmiddag werd telefonisch aan
het Hoofdbureau kennis gegeven, dat een
man in de duinen onzedelijke handelingen
pleegde met een jongetje. Een recher
cheur begaf er zich onmiddellijk heen en
hield in verband met genoemd feit een
man aan, die zich vermoedelijk hieraan
schuldig had gemaakt.
De man werd naar het Hoofdbureau van
Politie overgebracht.
Op het Westplein werd Zondagnacht
politiehulp ingeroepen door een meisje,
wier costuum door een bediende van de
Shimmytent was vernield, terwijl genoem
de bediende ook onbehoorlijk tegen andere
vrouwen was opgetreden.
Do bediende word aangehouden en nnnr
het Hoofdbureau overgebracht, waar hij
het meisje de kosten vergoodde.
Gevonden voorwerpen.
Aan het Hoofdbureau van Politie als
gevonden terug te bekomen:
Een bruin school-etui met inhoud, een
rozenkrans, een rijwielbelastingmerk, een
klein badhanddoekjo, een nikkelen lips-
sleuteltje en een zakmes; en aan.de vol-
Bende adressen:
iiekwel, Sluisdijkstraat 81, een rozen
krans in etui.
Nebbeling, Zuidstraat 44, een blauw-bond
•postduif N 27x25 90854.
Opmeer, Tuinstraat 7, een bronzen me
daille voor 121/,-jarige dienst
S. de Jong, Keizerstraat 84—80, een ro
zenkrans en een Christusbeeldje in etui.
Beimers, Keizerstraat 40, een doosje met
koperen horlogeketting.
Vroom, Rijksveldwachter, te Julianadorp,
een rieten koffertje.
Pruiksma, Bloemstr. 21, een rozenkrans.
Gieling, Achterstraat 45, een wit hondje
met zwarte oortjes.
M. Klooster, Sluisdijkstraat 42, een rij
wielbelastingmerk.
H. Burger, Janzenstraat 48, een vulpen
houder zonder dop.
Bergwerf, Balistraat 11, een communie-
boekje, en *n mantelceintuur zwart met
beenen ringen,
de Waard, Westgraoht 88, een zakmesje.
Houtkoop, Singel 12, een rood gekleurd
etui met potlooden.
Luijt, van Galenstraat 87, een kinderpor-
temonnaie met Inhoud.
Harjer, Schagenstraat, een kindersohoen-
tje (geel).
C. Klerck, Keizerstraat 109, een wit zijden
zakdoek.
van Breederode, Bothastraat 45, een wit
kinderhoedje.
J. A. Frotté, Stationstraat 12, lorgnet in
etui
Pronk, Huisduinen 58, doublé armband.
M. de Waard, Westgracht 88, tw.ee witte
duiven.
Sijbel, Gravenstraat 22, een zwart kinder-
sohoentje.
W. Hintertur, Wilhelminastraat 92kv een
bruin damestaschje met inhoud.
Antmn voor do marine.
Voor de opleiding tot adelborst waren
in Indië 8 plaatsen voor den 8-jarigen en
8 plaatsen voor den 4-jarigen cursus open
gesteld. Het «Bat. Nbl" vernam dat zich
resp. 0 en 17 candidaten hadden aange
meld.
Naar China.
Naar het „Bat. Nbl." uit de beste bron
verneemt, zijn twee bestuursleden vim
de afdeeling Batavia van de Kuo Min
Tang, de bekende Ohineesche vereeniging
met communistische tendenzen, naur Oan-
ton vertrokken, teneinde besprekingen
te voeren met het hoofdbestuur aldaar in
verband met den toestand in China en de
eventueel van de Chineezen in Indië te
verwachten hulp.
In Indië hebben thans reeds heimelijk
geldinzamelingen plaats voor ondersteu
ning van de landgenooten in het moe
derland.
Het is te verwachten, zegt het „Bat.
Nbl.", dat genoemd bezoek der bedoelde
bestuursleden van groote beteekenis zal
zijn op de mogelijke reactie, welke de ge
beurtenissen in China eventueel hier zou
den kunnen teweeg brengen, het ligt
immers voor de hand, dat zij zullen terug-
keeren met de noodlge Instructies.
De geldinzamelingen hebben uitsluitend
ten doel de voortzetting van' de geweld
dadige actie in China mogelijk te maken.
De communisten.
Ook het „Bat. Nbl." wijst er op, dat de
communisten wederom een verhoogde
werkzaamheid vertoonende geheime
vergaderingen zijn opnieuw ingezet, ter
wijl de kortgeleden gestaakte cursusbij
eenkomsten weer zijn aangevangen.
Het ligt in de bedoeling, dat het lid
van het hoofdbestuur Alimin binnenkorf
een propagandareis gaat ondernemen naar
Menado en Ambon. Hiervoor wordt thans
gecollecteerd onder de leden, die elk f 3
hebben te offeren voor de bestrijding van
de reiskosten van genoemden propagan
dist, al heet bet, dat dit geld bestemd is
voor de instandhouding van de drukkerij
der P. K. L
Naar de Noordpool per Zeppelin.
Het HbL meldt:
Naar onze Berlijnsche berichtgever
telefoneert, verneemt de „Lokalanzeigeri',
dat men de kosten voor de Noordpool-Zep-
pelin door het Duitsche volk wil doen bij
eenbrengen, o.a. door gedurende eenige
maanden bijdragen In te zamelen op de
scholen, bij de ambtenaren, de patroons,
de vakvereenigingen, in de schouwbur
gen, de bioscopen enz.
De .„Vorw&rfs" merkt reeds op, dat de
sociaal-democratische vakvereenigingen
er niet aan denken voor dit doel geld te
geven, daar de werkgevers er wel voor
zorgen, dat deze arbeiderskasse» voor an
dere doeleinden noodig zijn.
Vliegongeluk.
Londen, 18 Juli Een Engelsche vlieg
machine Is in Mesopotamië gevallen. De
beide inzittende vliegers werden gedood,
dood.
Reizen naar en door Dultschlnnd.
Een modewerker van do N. Rott Ort
schrijft dd. 4 Juli aan zijn blad o.a.:
Wie de verschrikkingen van het pns-
8eeren der Duitsche gnia ln den oorlog
b-»«ft gekend, en het ongeluk heeft gehad
om nog lang na den oorlog, »n vooral ln
<je inflatiejaren, de Duitsche grens over
te moeten, zal niet gauw de eüende ver
geten, de stations te Elten en Bentheim,
om maar een paar van de meest be
ruchte te noemen, om in of*uit Neder
land te komen. Ik heb wel zeer levendig
aan deze tijden moeten terugdenken, toen
ik dezer dagen in één der vele mooie D-
treinen, die Nederland tegenwoordig met
Zwitserland en Zuid-Duitschland verbin
den, voor het eerst weer Elten voorbij
stoof. Wat een genot om dit kleine onoog
lijke houten loodsje, dat meer dan 10 jaar
lang een internationaal publiek tot uren
lang oponthoud dwong, nu weer in volle
vaart voorbij te stoomen en op een afstand
te kunnen „bewonderen"! Zelden heeft
waarschijnlijk zoo'n klein oud stationne
tje zooveel angst, wantrouwen, bedrog, on
beleefde toon. spanning en dergelijke on
aangename dingen aanschouwd, als juist
dit stationnetje in Elten. Duizenden Ne
derlanders zullen er een liedje van kun
nen zingen.
„Het is weer net zoo als t geweest is"
zou men kunnen zingen, als men te Em
merik, als van ouds, gevisiteerd wordt
Maar wat een verschil, vergeleken bij de
laatste jaren in Elten. De Duitsche
douane-ambtenaren zijn de vriendelijk
heid en voorkomendheid zelve. In de
meeste gevallen behoeft men zijne bagage
in het geheel niet te laten zien. Men
vraagt U heel vriendelijk of U iets aan
te geven heeft, waarbij men met name
naar tabak, sigaren, koffie en thee vraagt
Luidt het antwoord ontkennend, dan
krijgt men direct het bekende krijtstreepje
op koffer of reistasch. Ook bij de groote
bagage is men zeer tegemoetkomend en
een uitpakken van koffers, 'tgeen vroe
ger zoo dikwijls tot groote ergernis van
het reizend publiek geëisoht werd, komt
nu zelden meer voor. Er is trouwens ook
geen tijd meer voor. De groote sneltrei
nen stoppen in Emmerik nog slechts
ruim 20 minuten. Naar passen wordt nau
welijks nog gekeken. Op het Nederland-
scho traject worden de passen ln den
trein tusschen Arnhem en Zevenaar na
gezien, zoodat de trein in Zevenaar slechts
enkele minuten oponthoud heeft. Een na
zien van de bagage in Zevenaar heeft bij
het vertrek der treinen naar Duitsohland
geen zin. Bij terugkeer tibht Nederland
kan men tegenwoordig de ervaring op
doen dat men te Emmerik vriendelijker
en tegemoetkomender behandeld wordt
dan te Zevenaar. Niet, dat de douane te
Zevenaar onaangenaam of hinderlijk is,
maar tegenover de bijzonder vriendelijke
en voorkomende wijze, waarop men te
genwoordig door de Duitechers behandeld
wordt, deed een ietwat onvriendelijke toon
bij den terugkeer naar Nederland te Ze
venaar toch minder prettig aan. Naar ik
later hoorde wordt aan deze nieuwste
Duitsche methode aan de grenzen van
hooger hand het grootste gewicht ge
hecht. Men gaat zelfs zoover, dat men ge
regeld door hoogere douane-ambtenaren
in civiel het optreden der eigen douane
ambtenaren laat controleeren. Bij het ge
ringste vergrijp tegen de zeer strenge
voorschriften, dus bij een minder aange
name bejegening van het reizende pu
bliek, moeten dergelijke ambtenaren di
rect van de grensstations verdwijnen. Ais
nu de passen en de verouderde visa-rom
mel eindelijk wordt afgeschaft, is het rei
zen door en naar Duitschlaijd werkelijk
weer een genoegen geworden.
Want ook de treinen zijn weer veel be
ter en vooral sneller geworden. Ook laat
het aantal verbindingen niets meer te
wenschen.
UIT DE PERS.
De fcablnetcrisis.
Het „Utrechtsch Dagblad" (Ub.) acht
het noodzakelijk, „zeer duidelijk verzet
aan te teekenen tegen de beweging die
er in onze geheele pers, van christelijk-
historlscli af tot sociaal-democratisch toe
aan den gang is, om Koningin en volk af
te brengen van de gedachte der continuï
teit in die leiding van 's lands financiën".
Het blad schrijft a nu:
En ten slotte:
Het finanóeele vraagstuk is altijd het
essentieele moment onzer landspolitiek.
Voortgang op 'den weg naar herstel onzer
staatsfinanciën is onverbiddelijke eisch.
Indien wij niet met man en macht aan
dien eisch vasthouden, dan zullen wij het
zien aankomen^ dat wij, na bijna aan het
ontzettend© gevaar der inflatie ontsnapt
te zijn, door een sociaal dilettantisme,
waarvan ook de rechtsche partijen aller
minst vrij zijn, wederom aan de mogelijk
heid van staatsbankroet worden prijs ge
geven. Indien de liberalen een meerder
heid hadden 'behaald ln het parlement,
dan ware van Gijn de aangewezen per
soonlijkheid geweest om de reconstruc
tieve taak van Oolijn over te nemen, maar
nu de nieuwngeboren politieke situatie
een parlementair kabinet der rechterzijde
eisóht, nu schrijft het landsbelang voor,
dat het werk van Oolijn ononderbroken
wordt voortgezet en hehooren de libera
len, willen zij, wat een der kernen Is van
hun beginsel, dat landsbelang dienen, de
sterke figuur die wij zoo noodig hebben
voor het duurzaam herstel onzer financiën
niet aan te vallen, maar te steunen.
De grenzen der politiek© mogelijkheden
laten zonder twijfel een opdracht tot ka
binetsformatie aan den heer Oolijn toe.
De stembus heeft ondubbelzinnig de be
geerte van ons volk naar bestendiging
van een christelijk 'bewind aangetoond en
het is deze groote lijn, niet de détails
van de stembusuitsiag, waarmee in de
de eerste plaats is rekening te houden.
En waar financieel herstel zoo klaarblij
kelijk de voornaamste taak zal moeten
zijn der komende regeering, zou het te
betreuren zijn, indien van die herstelge
dachte werd afgeweken door een ander
tot kabinetsformateur te benoemen dan
wie ter rechterzijde het beste tot voort
zetting van de financieele reconstructie
in staat is, den heer Oolijn.
Ten aanzien van de nieuwe parlemen
taire werkzaamheid nu heeft de Vrijheids
bond een groote mate van verantwoorde
lijkheid. Iedere politiek van financieel
herstel zal een belangrijk contingent der
rechterzijde tegen zich hebben. De Vrij
heidshond kan, door onvoorwaardelijk de
reoonstructiepolitiek van een nieuw op
tredend kabinet dat die reconstructie be
geert, te steunen, een dienst aan het land
bewijzen1 en tevens er blijk van geven, dat
hij in nauwkeurige overeenstemming leeft
met zijn eigen beginaeL
Elke actie van den Vrijheidsbond tegen
een kabinetsformatie en later tegen een
regeeringspolitiek, die voor alles de
straffe bezuiniging wil doorvoeren, die
wij zoo noodig hebben, is spelen in de
kaart van radicalisme en sociaal-demo
cratie, en vertoont een gemis van besef
van politieken ernst. Wil de Vrijheids
bond de 'beteekenis zijner positie en ver
antwoordelijkheid beseffen, dan heeft hij
Oolijn te steunen, nu hij van Gijn niet
krijgen kan.
Uit „Het Volk" (ad.):
De christelijk-historisdhe zoowel als de
katholieke peis liet aanvankelijk geen
twijfel aan hare meening, dat Oolijn nu
geen grooter dienst aan de rechtsche koa-
litie en aan het land kon 'bewijzen, dan
door uit de leiding der staatszaken te ver
dwijnen. De christelijk-historisohe „Ne
derlander" was al duidelijk genoeg door
op te meiken, dat de sterke teruggang der
antirevolutionairen, „na de zeer persoon
lijke campagne van den bekwamen leider
dezer partij", aan die groep „iets te zeg
gen" had, al liet het blad beleefdheids
halve nog in het midden wat dat „iets"
was. De 'katholieke „Residentiebode* was
overduidelijk door te schrijven, dat het
„je reinste* dwaasheid" zou wezen, dat er
„geen denken aan" kon zijn, om „den op
't oogenblik onpopulairsten man van Ne
derland tot leider der regeering te promo-
veeren", maar dat Oolijn „voorloopig te
rugtreden* moest De katholieke „Maas
bode", iminder op den man af, maar toch
ook onmiskenbaar duidelijk, schreef dat
„voorop moet staan dat Nederland vraagt
een nieuw Bewind" en dat er zoowel
„nieuw© vormen* als „nieuwe mensdien"
moesten' kooien, wanneer de rechterzijde
„beleid zal toonen".
Het schijnt echter, dat er uit het katho
lieke hoofdkwartier aan de katholieke
pers een wenk is gegeven, dat men bij
het propageeren van dit alleszins verstan
dige inzicht volhardend', de tot-standfco-
iiiiug van eed reohtsoh ministerie, gezien
Colijns hardnekkigheid, in gevaar zou
brengen. Althans „Do Tijd" en „de Maas
bod© bevatten Woensdagavond tegelijker
tijd een artikel, waarin precies hetzelfde,
gedeeltelijk zelfs met dezelfde bewoordin
gen, 'betoogd werd. „De Tijd" noemde een
„volstrekte uitsluiting van den heer Oo
lijn geenszins toelaatbaar* en. „weinig in
overeenstemming met de logica*. Terwijl
de „Maasbode" dekreteerde: „Oolijn uit
sluiten, zooals de socialisten dat gaarne
zouden doen, is al te mal", en het blad
met het volste respect afwachten wilde,
„wat de Koningin omtrent de persoon van
den formateur zal beslissen.^
Dit laatste blad, toen het 'aldus toch
eenmaal zijn draai nam, volstond dan ook
niet met een halven draai Terwijl het
blad eerst „nieuwe menschen" en zelfs
„tabula rasa", volledige opruiming van
het heele kabinet-Ruys eisphte, begint het
nu zelfs zoowaar Oolijh te verdedigen.
Het Invorderen der belastingen.
„Het Vaderland" wijdt een artikel aan
de centralisatie der belastingkantoren en
de bezwaren, die bij invordering der be
lastingen worden ondervonden. Na eraan
herinnerd te hebben, dat de rijksbelas
tingadministratie de proefneming der
'centralisatie geslaagd acht, wijst het blad
erop, dat van de belastingbetalers toch
een stroom van klachten naar de bureaux
der dagbladen uitgaat
Wat hei belastingbetalend publiek in
zijn geheel 'betreft het werkelijk 'be
talend deel der 'burgerij namelijk dit
blijks geenszins gerust over de uitwer
king vap bet nieuwe stelsel Meer en
meer wint daar de vreeè veld, dat de
enorme uitbreiding, welke het beheer
.van een kantoor door centralisatie on
dergaat een geregelde en snelle invor
dering van belastingen niet bevordert,
maar Integendeel de invordering ver
traagt Zoodat men gemeend heeft te
ikunnen oonstateeren, dat een belang
rijk deel der 'belastingbealers onver
schilligheid aan den dag is gaan leggen
ten aanzien van de invorderingspogin-
gen van dén fiscus. Een onverschillig
heid, een soort lijdelijk verzet, waaruit
een groot financieel nadeel voortvloeit
voor de gemeenschap doordat, volgens
de onmogelijkheid om de tot groote be
dragen opgeloopen achterstallige belas
tingschulden desnoods bij executie in
te vorderen, bedragen die in totaal in
de honderdduizenden loopen jaarlijks
moeten worden afgeschreven.
Het Haaigsche blad zegt dan, dat de in-
TOrderingsmoellijkheden intussohen iets
aan het licht hebben gebraoht, waarop het
wél gewenscht is de aandacht te vestigen.
Als gevolg van het oentraliseeren is
imen er toe gekomen om onze ouderwet-
soh© invorderingsmaatregelen aan cri-
tiek te önderwerpen in sterker mate
dan tot dusver gebeurd was. Uit bere
keningen kan men afleiden, dat het
publiek tot een zeer hoog percentage
slechts door uiterste dwangmaatregelen
zich tot betaling liet dwingen. In het
bijzonder waren' het de loontrekfcenden,
die zich al zeer weinig vlot in het be
talen toonden. Zoodat het aantal loon-
vorderingen waarbij de werkgevers
worden gedwongen om de verschuldig
de (belasting op loon en salaris in te
houden tot in de duizenden ging
loopen.
Geen betalingen uit eigen 'beweging,
maar het verschuldigde laten afhouden
van weekloonen of maandsalarissen,
bleek het parool te zijn geworden van
een belangrijk deel der belastingbeta
lende burgera
Het „Vad." riet hierin een vingerwij
zing voor de belastingadministratie en
voor de regeering, om mede te werken,
teneinde de belastingverrekening te doen
gesChfeden in de lijn welke het publiek
blijkbaar wenschl
Namelijk door een wettelijke regeling
te treffen, zooals in verschillende lan
den reeds bestaat, waarbij met iedere
uitbetaling van loon of salaris de werk
gever een zeker percentage inhoudt
voor afdracht aan de gemeenschapskaa
Met een matig percentage zou men
kunnen volstaan, De zekerheid; dat over
het verdiende bedrag een matige belas
ting binnen komt, zou ongetwijfeld op
wegen tegen de thans op de kohieren
uitgetrokken bedragen, welke tot een
groot percentage niet anders dan een
fictie zijn. Men heeft méér dan één vo
gel in de hand dan aan tien in de lucht!
Wat de schatkist er door wint, kan,
aldus concludeert het blad, ten goede ko
men aan allen, door een overeenkomstige
verlaging der heffingsperoentages.
INGEZONDEN.
Zeer geachte Redactie.
Vergun mij een kort laatste antwoord
aan het adres van den heer A. P. Staalman,
in Uw veelgelezen blad, waarvoor mijn
beleefden dank.
De heer Staalman heeft zich van een
bijzondere .wijze laten kennen. Hij zegt,
dat hij de „heeren van het land kent" en
waaut zich dus een menschenkenner.
Maar dat is een grapje van hem, zooals
hij wel meer grapjes heeft gemaakt. An-
thropoloog is hij niet; hij is...... zoöloog.
Het landleven sohijnt hem hiertoe te
hebben gebraoht, want z'n kennis van zeker
eenhoevig dier is boven allen lof. Mis
schien kont hij ook wel de spreuk der
ouden: Asinus aslnum fricat. En onbe
wust volgt de heer Staalman èn in z'n
rede èn in z'n wederantwoord aan mij de
methode van een lagere diersoort, die de
heer Staalman bij voortgezette studie ook
wel zal leeren kennen en die, door sepia
af te soheiden, zich voor zijn vervolgers
onzichtbaar maakt. De heer Staalman
haalt namelijk zooveel overhoop, dat hjj
op het punt ln kwestie niet ingaat en
verdwijnt.
Toch kan ik het niet nalaten hem te
prijzen voor één zinnetje, dat zooveel
wijsheid verbergt, dat ze wel voor het
nageslacht bewaard mag blij ven. Hij schrijft
n.1. over z'n kennis van „de heeren van
het land'„de geschiedenis zal daarover recht
doen".
Nog één stapje moet de heer Staalman
doen on dan is hjj er. Hij moet nog komen
tot de conclusie: de geschiedenis heeft
daarover recht gedaan.
En als hij zoover is, dan zal hij het
voorbeeld van zijn collega K o 11 h e k vol
gen en tot de overtuiging komen, dat zijn
volgelingen de consequentie wekken en
óf links 6f reohts gaan; maar dat ze
in ieder geval genoeg hebben aan al de
„persoonlijke hatelijkheden" van den heer
Staalman, die met een principieele politiek
niets te maken hebben. En dat beeft de
jongste stembus den heer Staalman toch
wel kunnen leeren.