Populair Bijvoegsel van de HELDERSCHE COURANT, VAN 'S LEVENS WIJSGEERIGEN KANT i'es. Daar moet je die dikke icer in de laatste coupé in Brussel voor uit den trein setten. Denk erom hij slaapt vastl van ZATERDAG 17 OCT. 1926. No. 197 (AUTEURSRECHTEN VOORBEHOUDEN) OESTERVANGST. redenen ziet het er niet naar uit, dat de oesterput als zoodanig weer in bedrijf zal komen. Natuurlijk zal hier en daar de vraag wel onder de oogen worden gezien om toch de oesterteelt weer op gang te krij gen en misschien is het plan ook wel eens gerezen om bepaalde gebieden van de Waddenzee voor bevissohing, ook in den tijd der oestervangst, te verbieden. DE BELOONING. De liefdedaad. Ze waren ongeveer tien jaar getrouwd, toen het scheen, dat hun lang gekoesterde wenaoh, om samen eens een buitenlandsch reisje te maken, verwezenlijkt zou worden Toen ze trouwden bleef er na de een voudige, doah smaakvolle installatie, en alle verdere kosten, die het aangaan van een huwelijk nu eenanaal meebrengt, van 'hun in langen engagementstijd gespuunk- duitjes, nog niet genoeg over om een be scheiden binnenlandsdh reisje te maken. Wel namen zij zich voor door zuinig be heer zooveel over te leggen, dat 'het vol gend jaar het zoo gewenschte buiten- landsohe reisje zou plaats vinden, maar toen was het geld noodig voor den eersten blijvenden logeergast, een fijnen boy, en waarin zij ruimschoots vergoeding von den voor de uitgestelde reis. „Van uitstel komt geen afstel,'' beweer de Frits vroolijk toen de jongen geboren was. Intussohen waren er nog twee kinder tjes bijgekomen. Dit en daarbij gevoegd de omstandigheid dat de wereldoorlog uitbrak, 'had steeds de plannen (gedwars boomd. Maar nu zou het er dan toch eindelijk van komen. De kinders waren nu negen, zeven en vijf jaar, hun vertrouwde dienst bode en een ongehuwde zuster van Annie, Prits* vrouwtje, hadden zich bereid ver klaard tijdens hun afwezigheid de functie van ouders te vervullen en, last not least, Frits was er in geslaagd een vijfhonderd gulden te sparen en hiervoor zou een reis worden gemaakt Het was nog een punt van langdurige discussie geweest waarheen men zou gaan. Duitschland met zijn goed koop e marken leek hen wel gesold kt, maar het P&svisum was erg duur, de Belgische Franken waren ook niet zoo hoog en voor Bfcigié had men geen visum noodig. KLEINIGHEDEN. Ter overdenking. HET PASSIESPEL TE OBERAMMERGAU. De legende van Christus gedramatiseerd. Het la overbekend, hoe de Middeleeuw- sche mysteriespelen de groote gestalten van Mozes en de Profeten, van Jezus en de apostelen den volken voor oogen stel den. Vooral in Beieren en Tyrol waren de passiespelen (geliefd bij het landvolk en ook na de reformatie leefden zij ln den vorm van boerenspelen voort. dit spel in diepe stilte en met gespannen aandaoht volgen. Het spreekt vanzelf, datJn eene plaats, waar zooveel naties bijeenkomen, het vreemdelingenverkeer een hooge vluoht heeft genomen. Want ook buiten het passiespel ls Ober ammergau om zijn fraaie omstreken ten volle een bezoek waard. Behalve eenige grootere hotels bieden de eenvoudige woningen der dorpsbewo ners een aangenaam logies. Dat soms ook de note gale niet ont breekt, blijkt uit het volgende. De echtgenoot® van een Dultadh ge leerde verkoos volstrekt niet te logeeren bij den burgemeester, omdat deze ge speeld had voor Kajafas en evenmin Dij een ander, die als Herodes optrad. „Ik wil bl] geen vijand van Christus onderdak" hield zij vol. Ga zitten, ga zitten, jongen. Maar wat heb je, je ziet er zoo moe uitl Laat mijnheer nu eens eerst even kalm gaan zitten, stuit Annie de woor denstroom van haar man. Frits, het ls de binnen gekomen e, die thans het woord neemt, laat ik be ginnen jou en je vrouw mijn verontschul diging aan te bieden, dat ik, na je in geen jaren gesproken te hebben, des avonds zoo laat bij je binnen val. Maar geloof mij dat ik tot je kom als mijn laatste hoop, en ik vertrouw.... Veïder komt hij niet en de laatste woordén, reeds op zenuwachtlgen toon gesproken, eindi gen ln een snik. Frits en Annie zien elkander veelbetee- kenend aan, en als bö Intuïtie voelt An nie, dat haar aanwezigheid op dit moment pijnlijk is voor den vriend van Frits en zij gaat de kamer uit en neemt, om de pijnlijke situatie te redden, de thee en de kopjedboel mee naar de keuken. Frits, thans alleen niet zijn vriend, gaat naar het buffet, schenkt een glas water ln en laat zijn vriend drinken. Zenuwachtig klappertandend drinkt deze het water op en met een energieke poging bedwingt hij een huilbui, n, hc Maar Jongen, hoe heb ik het nu met je, vertel wat er is, vraagt Frita zijn vriend. Ik zal je alles vertellen, antwoordt deze, laat me nog een oogembïlk om mij zelf te herstellen. Een oogenblik zwijgen en dan volgt, met inspanning van alle kracht om zich tot een beetje zelfbeheersohing te dwlnr gen, de ongelukkige historie, die Willem tot zijn ouden schoolkameraad Frits voerde. Willem, gehuwd met een eenigszins spilzieke vrouw, die h]j echter afgodisch lief had, had reeds geruimen tijd, om aan de hooge eischen van zijn vrouw te kun nen voldoen, in zijn functie van boekhou der en vertrouwensman op een klein kan toor, bet tekort aan loon uit de kas van zijn patroon genomen. Plotseling had de patroon hem nu me degedeeld, dat hij van plan was den zui veren toestand van zijn zaak eens door een accountant te laten vaststellen. Dit onderzoek zou over twee dagen plaats hebben. Was dan door Willem het tekort niet aangezuiverd, dan was hij er zeker van, dat alles aan het licht zou ko men, en, de gestrengheid van zijn werk gever kennende, behoefde hij er niet aan te twijfelen of hij zou voor de justitie worden gebracht. Het gevolg zou zijn een gebroken leven voor hem en een ge schandvlekte naam voor zijn eenig doch tertje. En bij dit laatste gedeelte van zijn verhaal werd Willem door aandoening en verdriet overmand, en een heftige uitbar sting van ellende overviel hein. Frits, ook overstuur, èn door de ge schiedenis, èn door den treurigen toestand waarin Willem was geraakt, riep zijn vrouw uit de keuken en vertelde haar alles in korte trekken. En zij, met echt vrouwelijke teederheid „Maar bij een apostel dan," werd haar bij ee dag eerd te hebben bij Judas. gevraagd. Ja, bij een apostel dat was goed. Den volgenden dag bemerkte zij el een bewijs hoezeer de toeschou wers door het spel kunnen worden mee gesleept, dat zij spel en werkelijkheid niet meer te ondersoheiden weten. Ridderlijk. In een tram zocht een oude dame ze nuwachtig naar haar portemonaie, die zij blijkbaar thuis Üet Dame: U is wel vriendelijk, meneer, ^tudent (tot den tegenover hem zitten- den heer): Och leen u me eens gauw een tientje! Raak. *n Jonge snultor, die al verscheidene ooupé's van een seer vollen trein heeft opengerukt, vraagt voor een ooupé op spottende wijze: Is hier de Ark van Noach ook al volP Nee, kom maar binnen, antwoordde een oude heer gevat Een aap kan er nog net bij. Behalve dat zeepen de elgensohap heb ben om reinigend te werken door hun lage oppervlaktespanning, bezitten zti bovendien een belangrijk baotorledoodend vermogen. Volgens reoento onderzoekin gen van J. E., Walker worden streptoooo- oen, pneumoooooen, dlphtherlebaoillen zeer spoedig gedood, als zij met zeep lp aanraking komen; zorgt men dat de han den met een goede laag zeeschuim be dekt zijn, dan worden deze bacteriën ln een heel korten tijd gedood. Typhusbacil- len hebben iets grooter uithoudingsvermo gen; men moet minstens drie minuten wassohen om de bacteriën te dooden Warm zeepwater werkt beter dan koud; het is aanbevelenswaardig om een bor stel te gebruiken, teneinde ook de ruim ten onder de nagels te bereiken. Niet alle zeepen werken even kraohtig, vooral zeep uit oocosvet gemaakt, heeft sterke bacteriedoodende eigenschappen. Zulk een „oocoszeep" is aan te bevelen, als men de kans loopt zijn handen b.v. met typhusbacillen te besmetten. Het schijnt, dat de gunstige eigenschappen van de oocoszeepen veroorzaakt worden door hun hoog gehalte aan verzadigde vetzuren. Het drama van den Nachttrein, (Exelsior). naar Willam gaande, legt haar hand op zijn schouder en spreekt ham op troos- tenden toon toe: Koon, meneer van Doorn, alles ls nog niet verloren. Het ls gelukkig zoo ver nog niet Hoeveel bedraagt het tekort, dat aangevuld moet worden? Vier honderd tachtig gulden, me vrouw. Oh, hoe kon ik toch aoo slecht zljnl Nu kalm blijven, meneer) Dus met dat bedrag wordt het tekort geheel ge dekt? Ja, mevrouw, en Ik verzeker u dat als u mij helpen wilt, dat Ik genezen ben, klinkt het van Wiliem's kant. En weet je vrouw er alües vap? vraagt Frits thans. Alles, alles heb ik haar verteld, en ook zij ls van haar spilzucht genezen, dat verzeker lk ul Dan moet je je vriend maar eens heel spoedig helpen, mannle, zegt Annie. Maar Annie, die vijf honderd gulden zijn tooh bestemd om. Een gezin voor den ondergang te behoeden en een menachenieven te red den, vult Annie aan. Mevrouw, Fritst roept Willem uit, is het waar, kunt u en wilt u mij helpen. O, hoe kan lk u belden bedanken, hoe kan ik mijn dankbaarheid' toonen. Door in het vervolg wat voorzichtiger te zijn, mijn jongen, zegt Frits, en hierbij klopt hij WMlem vertrouwelijk op den schouder. Wat zijn Jullie in en ln goede men- schen, roept Willem igansoh bewogen uit! Adieu, Bruxelles, pays de Beige, roept Frits uit, als hij zijn vriend de deur uitgelaten heeft. Wat zullen de vrienden oprijken, als ze hooren dat de reis niet doorgaat. Och, zegt Annie. Eigenlijk is het tooh veel aardiger om ln je vaoantie sa men met de jongens af en toe 'hier en daar naar toe te gaan, en dan maar een volgend jaar een buitenlandsch reisje te maken. Ik ben blij dat we hem geholpen heb ben! En stel je voor. Zoo iets te weigeren en dan een plezierreisje te snaken. En al dien tijd dat wanhoopsgeslcht voor je te hebben. Nee, hoor, dat ls niets voor mij. Ik heb altijd gezegd, dat je een schat bent, zegt Frita, en geeft zijn vrouwtje een stevige kus. De kennissen waren er Inderdaad zeer verbaasd over, toen xtj hoorden dat Frits en Annie plotseling van hun plannen wa ren teruggekomen, maar daar trokken zij zich niets van aan. De vanoantle van Frita was begonnen en eiken dag was het een nieuwe feest dag voor de jongens. Morgen gaan we naar Zand voort, Jongens, luidde vaders toegejuioht plan, toen zij na een tocht naar Zaandam 's middags aan tafel zaten, en daarom, een, twee, arle, naar bed. Gehoorzaam werd het vaderlijk bevel opgevolgd en vroolijk springend ging het drietal naar bed. Den volgenden dag scheen een heer lijke Julixon, om de feestvreugde te ver- hoogen. Wat hadden zij allen een pret daar aan het strand, terwijl tnoeder en va der ln een strandstoel van de heerlijke zeelucht zaten te genieten. Opeens maakte Annie Frits opmerk zaam op een heer en een dame, met een schattig dochtertje hij hen van circa 0 jaar. Het zijn Willem, met zijn vrouw en dochtertje. Ze zien hen niet en loopen door, maar Frits auedt ze achterna en komt met hen terug naar den stoel waar Annie zit Nadat Willem zijn vrouw heeft voor gesteld, gaat ze bij elkaar zitten en ln den handdruk van Wiliem's vrouw aan Frita en Annie gegeven, merken zij meer dan in woorden haar dank. Des avonds, toen men weer thuis was, nagenietend van den heerlijken dag, zei Annie tot haar man: Vent, zoo lang lk getrouwd ben, heb lk mij nog nooit zoo Innig gelukkig ge voeld als nu, nu lk weet dat wij door ons geld Je vrienden hebben kunnen redden. Ik heb vandaag ruimschoots belooning ontvangen voor het opgeven van ons reifl(|e. Dat begrijp ik, zegt Frits, dat ls echt in overeenstemming met jou karakter. Maar het volgend jaar. Ohut, stil, wie het volgend jaar weer leeft, het volgend jaar weer zorgt, en lachend schenkt zij Frits zijn twee kopje thee in. B. 't Jutte rt je Eiken dag kan men thans, tegen den achtergrond van het opduikende Wierin- gen aan den horizon, de silhouetteiwzien van talrijke vischschuitjes, die daar, op de oesterbanken, hun geluk beproeven met het laten sleepen van de oester korren. Sinds 1 October, toen de gelegenheid daarvoor was opengesteld, zijn ze daar mede bezig. En al spreekt men van oesterkorren, toch wordt tegenwoordig de vangst niet uitgedrukt in aantal oesters, doch wel in kilo's wulken. Want was vroeger hoofd zaak de oester, thans is hoofdzaak de wulk. En dat niet, omdat de wulk hooger in prijs genoteerd staat dan de oester, doch omdat het aantal oesters, hetwelk men vangt, buitengewoon laag is en het aan tal wulken tamelijk hoog. Bijna kan er dan ook geen sprake zijn van oestervangst, doch moet men spreken van wulkenvisscherij. Het schijnt of de oester zich niet kan herstellen van de ziekte, die op de oes terbanken, eenige jaren terug, verwoes tend heeft huisgehouden. Vroeger werd de wulk, die gelijktijdig met het naar bovenbrengen van oesters, ook in den kor meekwam, beschouwd als „bijvisoh", waarvan de opbrengst meest aan den knecht ten goede kwam. Toen echter de wulken hooger in prijs werden en de oester schaarscher werd, ging men de rollen omdraaien en was de wulk hoofdbestanddeel van de visscherjj en de oester een bijkomstig iets. Het groote nadeel voor de voortplan ting der oesters in de Waddenzee daar van is, dat thans intensief alle plekken haast worden afgekord om wulken naar boven te brengen, zoodat de weinige oes ters, die zich daartusschen bevinden ook mee naar boven worden gebracht, terwijl men vroeger, zoodat geen oester-Vangst resultaat werd verkregen, deze plekken met rust liet, omdat de wulken alleen het visohbedrijf niet loonend konden maken. Men ziet dan ook, eigenlijk met leede oogen, dat de oesterteelt in de Wadden zee, tot het verleden zal gaan behooren. Ook hier ter plaatse laat zich daarvan eenigszins de weerslag gevoelen. Want hoewel er niet in zoo groote mate handel in werd gedreven, toch was eer- imen vroeger, zoodra geen oestervangst bij het fort Oostoever, elk jaar nog wel voorzien van bepaalde hoeveelheden. Van dit jaar is ook deze oesterput bui ten functie 'en om de bovenaangehaalde Indien op dergelijke gebieden, b.v. van rijkswege dan plantoesters konden wor den gebracht, zou er misschien mogelijk heid bestaan, dat langzamerhand, het aantal oesters zich zou gaan uitbreiden. Natuurlijk zijn er velerlei bezwaren aan verbonden, doch waar het hier we derom geldt een algemeen visschersbe- lang, zou, hoewel misschien met wat te genzin, elke visscher zich bij een derge lijke beperking wel neerleggen. Bovendien zou het er dan misschien toe kunnen leiden, dat het houden van een oesterput loonend gemaakt kon wor den, zoodat er kans bestond, dat niet één, doch meerdere oesterputten werden aan gelegd. Het is een idee, dat, zoo het al niet overwogen is, ter overdenking wordt ge boden. Vooral in dezen tijd, nu men zich aan gepast heeft aan overheidsbemoeiing op allerlei gebied, wil het ons voorkomen, dat pogingen moeten worden aangewend oim de oestervangst, die eertijds in de Waddenzee van groote beteekenis was, weer op gang te brengen. Robinson. Wees meester van uw wil en dienaar van uw geweten. - Wie verraadt dat hij een geheim te be waren heeft, heeft het reeds half gezegd. De andere helft zal wel spoedig volgen. Laat ons dankbaar zijn jegens de dom men; als zij er niet waren kwamen de wijzen niet tot hun recht Men Is nooit ijveriger in het zoeken naar bondgenooten, dan wanneer men gevoelt ongelijk te hebben. De dwaas alleen verschiet om niet zijn kruit Menigeen voelt zich, wanneer hij een verdiend oompliment krijgt verplloht dit met een onverdiend te beantwoorden. Een hand vol hulp is beter dan een kar vol zedepreeken en zuchten. De grootste straf, waaronder een mis dadiger gebukt gaat, is dat hij zijn eigen veroordeeling niet kan ontgaan. aHM i 14N 3 Ter bestendiging en wijding van dat asslespel ln Oberammergau gaf de pest, ie er in 1638 woedde, eene bepaalde aan leiding. Zij deed de dorpsbewoners de be lofte afleggen, om de „Paseietragedie" alle tien jaren te houden, „en van dien tijd af (zoo verhaalt de fcrqpiek) is geen enkel mensch meer gestorven, ofschoon nog verscheidene de pestteekenen aan zich hadden." Een nieuwe bewerking van den tekst werd in 1811 door Ottmar Weis, een Be nedictijner van Ettal, geleverd. Tot dus ver hadden de uitvoeringen in de kerk of op het kerkhof plaats gevonden, maar in 1830 traden zij in het volle licht, toen op een ruime weide een houten theater daarvoor werd opgericht Later heeft men ook voor de toeschou wers eene ruimte gebouwd, die beschut ting bood bij ongunstig weder: een ijze ren gewelf, dat overdekt was met een 7 Meter hoogere constructie. Tusschen tooneel en toeschouwers ruimte bleef nog een onoverdekt gedeel te, dat uitzicht gaf op de bergen en den hemel. Nu trok het spel ook hoe langer hoe meer de belangstelling van geheel Duitschland en het buitenland, vooral van Amerika. En met den invloed van het publiek hield de ernstige voorbereiding der ac teurs gelijken tred. De spelers zijn allen geboren in Ober ammergau. Men zou het dorp het passie dorp kunnen noemen, want zij leven in en voor hun spel. Strenge ingetogenheid en godsdienstzin kenmerkt hun leven. De medespelenden worden gekozen door een bestuur, dat bestaat uit den pastoor, den burgemeester, de elf leden van den gemeenteraad en nog zes andere personen, door de inwoners aangewezen. Zij, die de voornaamste rollen mogen spe len, achten zich uitverkoren boven velen. Het passiespel heeft twee afdeelingen, voorafgegaan door een proloog. De eerste vangt aan met Jezus' Intocht ln Jeruzalem en eindigt met het gevan gennemen van Jezus ln Gethsemane. De tweede afdeellng geeft ln het eer ste tafereel het verwachten van Jezus in de woning van Annanias. Zij eindigt met Jezus' opstanding en hemelvaart Het spréékt vanzen, dat de tradltlo- neele voorstelling der lijdensgeschiede nis hier zonder eenige bedenking ge- gevolgd wordt Er gaat van bet spel een machtige be koring uit Dit blijkt wel het meest uit het feit, dat enkele duizenden mensctoen meer dan aoht uur lang den loop van En Brussel trok hun beiden erg aan; daarna nog een paar daagjes naar de Ar dennen, met de grotten van Han als be sluit, had hun beslissing ten gunste van België doen vallen. De voorbereidende maatregelen waren genomen, de passen aangevraagd; over veertien dagen zou Frits zijn vaoantie beginnen en de zoo lang in geduldig wachten begeerde reis zou een aanvang nemen. Frits en Annie zaten in prettige con versatie over de as. reis te babbelen, de kinderen waren al te bed, en een atmos feer van rust hing in de huiskamer, die uitzicht had op de wat verkeersdrukte be treft gezellige Ceintuurbaan. Hè, daar wordt gebeld, zei Annie plotseling, uit haar gesprek opgeschrikt door een langdurig, luid en vinnig gebel. Wie kan dat zijn op den laten avond? Hoe later op den avond, hoe schoe ner volk, profeteert Frits, tegelijkertijd opstaande, om den bezoeker binnen te laten. Annie luisterde ln afwachting of zij hooren kon wie daar nu nog zijn kan', toen zij plotseling hoort zeggen: Wel allemachtig, Wirn, waar kom jij zoo opeens vandaan, en alvorens de aan gesprokene antwoorden kan, opent Frits de deur en laat voor zich uitgaande een ongeveer 35-jarige heer binnen, draait tevens het etectrisCh licht op, dat wreed verstoort de Intimiteit der kamer in zo- meravondsohemer. Mag ik je even voorstellen? mijn vrouw, Annie, mijn jomggezellenvriend, Willem van Doorn. £n gezellig invite-e rend: B. Studend: Mag ik mij veroorloven u uit de verlegenheid te helpen, dame? De baetortodoodende eigenschap van zeep. Reiziger: (op het station te Amsterdam) Conducteur hier heb je 'n rijksdaalder. Ik ga met dezen nachttrein tot aan Brussel, maar denk eraan Ik slaap heel vast als ik niet wil gooi me er dan maar uit De trein passeert Roo sendaal Hoofdconducteur(aan den grens tot plaatsvervanger) Amice, hier heb je twee kwart- Voorbij Brussel I De reiziger t 's morgens vroeg te .Perijs:) Maar dat ls verschrikkelijk, dat is ellen dig I Dat is ontsettend 111 Die schobbejakken ven con ducteurs I Conducteur (tot den station chef Laat hem maar schreeu wen, mijnheer. Hij moet hard schreeuwen, wil hij sóó schreeuwen els de mijnheer die ik vannacht ln Brussel alt den trein geset heb I Na afgesproken te hebben, dat Willem den volgenden dag het geld zal komen halen, verlaat deze als een ander, een be ter mensch, de woning van zijn redders.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1925 | | pagina 7