T ij n Tweede Blad BINNENLAND MIJNHARD rS GEMENGD NIEUWS VAN ZATERDAG 14 NOVEMBER 1925. Ingezonden mededeeling. (658) verzachtende a Hoest siropen i1ii.i.,ardt's Borsthoning-Sinoop flac-OOct Mijnhardt's Thijmsiroop perflacon 75ct AngaSiroop(ook bij Kinkhoest)flac.1.75 Bij Apoth.en Drogisten DB CRISIS IN HET MINISTERIE. De begrootingswerkzaamherten op de departementen gewoon voort gezet Geen kabinetscrisis maar. een kabinets q u a e s 11 e? Weder een dir-.generaal van den Landbouw? Te veel onderwijzers. Ben golden Ingeslikt AMSTERDAMSCHE BRIEVEN. Edelachtbare beeldspraak. 8t Nloolaas voor de kunst „Gou den-Schemering". Uit de oudheid. Inbraak. Ingezonden mededeeling. in Uw rug, lendenen of spieren. Pijn dooi Gemeentelijke wami wat er voorziening. Een barbaarsche mishandeling. Russische kaplaarzen voor dames. I Het „Hbl." verneemt, dat alle ministers, inbegrepen de vier Katholieken, die hun ontslag aan de Koningin hebben aange boden, Donderdag op hun departementen hebben doen weten, dat de werkzaam heden, verband houdende met de voor bereiding der openbare behandeling van de begrootingen in de Kamer, gewoon voortgang moet'en hebben. Het „Hbl." teekent hierbij aan: Deze mededeeling ontvingen wij van een vooraanstaand politiek persoon, die het weten kan, eerst Donderdagavond. Wij konden haar nog bevestigd krijgen uit departementale kringen. Ons is die beteekenis vaii die order eenigszins klaarder geworden na lezing van het slot van. het hoofdartikel over het gebeurde In de Kamer van de „Neder lander" van Donderdagavond en na een gesprek met den vooraanstaanden poli tieken persoon, op wien we hierboven reeds doelden: Het slot van het hoofdartikel van „De Nederlander" luidt: „Het is te hopen, dat de kabinets quaestie spoedig bevredigend zal worden opgelost en het Kabinet, onder leiding van minister Colijn, nog veel goeds voor ons land tot stand brenge onder samen werking met ons en gesteund door de gecoaliseerde partijen." De redactie van „De Nederlander" is blijkbaar de opvatting toegedaan, dat er van een kabinetscrisis geen sprake is, enkel van een kabinetsquaestie. Hierbij sluit aan, de merkwaardige zienswijze van den bovenbedoelden voor aanstaanden politieken persoon, die even eens meende, dat er van een kabinets crisis (nog) geen sprake is. Naar ,zijn meening zal de heer Colijn aan de Koningin moeten adviseeren het verzoek om*ontslag der vier katholieke ministers niet in te willigen en zal er voor de Koningin ook geen reden zijn, dat ontslag wel te geven. Voor een ontslag van een minister moet, aldus onze politieke zegsman, een feit kunnen worden aangevoerd. Zoo'n feit kunnen de vier Boomsche ministers tegenover de Koningin niet noemen. Met hun collega's hebben ze geen verschil van meening gehad, ook niet over de vraag of het votum der Kamer een col lectief ontslag van het Kabinet tenge volge diende te hebben, een vraag, die zelfs niet blijkt te zijn opgekomen. De Kamer heeft ook niet een voorstel van een dezer ministers verworpen. Zij heeft slechts verworpen een post op de be grooting van een ambtsgenoot, die daar over zelf niet eens de portefeuille- Suaestie heeft gesteld. Dit is geen feit, at een verzoek om ontslag der vier Boomsche ministers kan rechtvaardigen. De minister-president zal dan ook afwij zend aan de Koningin moeten adviseeren over dat verzoek. Doet hij dat, dan moeten deze vier ministers dus weer blijven zitten. Volgens onzen politieken zegsman' is er dus eigenlijk (nog) geen kabinets crisis. Er is alleen maar een booze heer Nolens, die een andere gelegenheid (de verwerping van een begrooting bijv., wanneer hij daarvoor den steun van een andere groep kan verkrijgen) zal moeten afwachten om zijn boosheid te luchten, teneinde deze regeering ten val te brengen. Van de zijde der regeering was op het late uur, waarop we dit schreven, geen mededeeling meer te verwachten of de opvatting van onzen politieken zegsman (welke wij natuurlijk geheel voor zijn rekening moeten laten) ook in regeerings- kringen wordt gedeeld. Bovendien is het niet te verwachten, dat de regeering .zich over dit hoogst Interessante punt zou uitlaten, zoolang de Koningin nog geen vooploopige of definitieve beslissing op het verzoek om ontslag van de vier Katholieke ministers heeft genomen. Het feit, dat alle leden der regeering Donderdag op de departe menten voortgang der begrootingswerk- zaamheden hebben gelast, doen wel eenigs zins vermoeden, dat de opvatting van onzen politieken zegsman door de regee ring wordt gedeeld. In verband met dit alles is nog van beteekenis het feit, dat de begroütiiigsatukken inderdaad ook ge woon zijn „uitgegaan". Minister De Geer heeft zelfs zijn Memorie van Antwoord op het Voorloopig Verslag nopens zijn begrooting doen verschijnen. (Zie verder 8e blad). Verschenen is de Memorie van Ant woord in zake Hoofdstuk V der Staatsbe- grooting 1926 (Binnenlandsche Zaken en Landbouw.) Wü ontleenen er aan het vol gende: Zomertijd. Waar twee initiatief voorstellen bij de Kamer aanhangig zijn, meent de minister zioh van het aankon digen van voornemens te moeten onthou den. Echter deelt hij mede, dat de door sommige leden aangegeven oplossing (in voering van den Midden-Europeeschen tijd voor het geheele jaar), ook? aan hem sinds jaren de juiste schijnt. Kieswet en verkiezingen. Grondwets herziening tot afschaffing van het actief en passief vrouwenkiesrecht ligt niet in het voornemen. Tooneelcunsuur. De minister heeft niet den indruk, dat de toestand op gebied der tooneelcensuur onhoudbaar is. Er schij nen dan ook geen termen aanwezig, om de bijzondere aandacht te vestigen op art. 188 der Gemeentewet. Zakelijke bedrijfsbelasting. De minister acht het onraadzaam reeds thans terug te komen op de eenige jaren geleden aan de gemeenten gegeven verruiming van het belastinggebied. Burgerwachten, vrijw. landstorm en politietroepen. Directeur-generaal van den landbouw. Ten aanzien van de fuctie v?fn direc teur-generaal van den landbouw heeft de minister terstond na zijn optreden de ad viezen, van eenige groote landbouworga nisaties gevraagd, welke adviezen op dit oogenblik meerendeels nog niet zijn inge komen. Nadat die adviezen zijn ontvangen, hoopt de minister zoo spoedig mogelijk zijn eindoordeel te vormen. De functie van adviseur, waarvoor op de begrooting een bedrag van f 2.000 was aangevraagd, zal niet bleven bestaan, in dien in de vacature van directeur-gene raal wordt voorzien. Steun aan de Noordzeevisscherij. Op de vraag of de minister bereidl is voor de Nederlandsche haringvisscherij iets te doen antwoordt hij, dat verschil lende nadeelige invloeden welke ongun stig op de uitkomsten van de haringvis scherij inwerken, niet in de eerate plaats door regeeringsmaatregelen zijn weg te nemen; dat de verlaging der kosten van sooiale maatregelen niet behoort tot de zaken, waarvan de behartiging aan zijn departement is opgedragen, en dat, wat het nemen van maatregelen tot het tegen gaan der knoeierijen in den haringhan- del betreft, dit in eerste instantie op den weg ligt van de belanghebbenden, en van hun organisaties, waarbij de Begeering echter zekeren steun wil verleenen. Met betrekking tot de vraag, welke maatregelen de minister zich voorstelt te nemen ten opzichte van de bescherming der scholvisscherij, wordt medegedeeld, dat de Nederlandsche Begeering zich naar aanleiding van een desbetreffende vraag van den Deenschen gezant bereid verklaard heeft op voorwaarde, dat de andere bij de Noordzeevisscherij betrok ken landen zulks ook doen, deel te ne men aan een te Londen te houden con ferentie, waar aan de hand van de op de vergadering te Amsterdam aangenomen resoluties een internationale overeen komst ter bescherming van de sohol zal worden voorbereid. Verder worden maatregelen overwogen ter bescherming van de visscherij op en den aanvoer van ondermaatsche schoL De salarissen van het P. T. T.-personeel. De Directeur-Generaal der Posterijen en Telegrafie heeft aan de Commissie van Overleg voor de P. T. T. een circulaire gezonden inzake de wijzigingen in de sa larisregeling. Deze wijzigingen zijn uit sluitend bedoeld als het gladstrijken van de bestaande plooien, terwijl het alge meen salarispeil niet mag worden ver- hoofd. Zoo worden o.a. de salarissen van werklieden 2e en le klasse niet verhoogd, evenmin die van bestellers, kantoor knechts, stokers en zaalwachters. Wel die van magazijnbedienden aan de magazij nen van postzegels. Die worden met 1.44 verhoogd. De schrijvers zullen in drie groepen worden verdeeld; de machine- schrijvers worden achteruitgeplaatst, die der tweede klasse blijven onveranderd, die der le verhoogd. De hoofdbestellers worden met 100.verhoogd; niet ver hoogd worden de kantoorhouders der 2e en le klasse, evenmin die van chef-expe diteurs, opzichters, magazijn-oommlezen aan de postzegelmagazijnen en van bu reau-ambtenaren. In het algemeen zijn de bestaande minima en maxima gehand haafd met uitzondering van die der schrij vers, die der kantoorbedienden 2e kl. (Maximum verhoogd van 2000.— tot 2100.der magazijnopzichters (maxi mum van 2000.— verhoogd tot 2200.—) assitent-conducteurs 1400f 2100 wordt 16002200), kantoorbedienden le kl. (van 2500 als maximum tot f 2600) en van nog een enkele kleine groep van ge ëmployeerden. Bij vergelijking blijkt, dat aan het ad vies van de Commissie van Overleg slechts op enkele punten gevolg is gege ven. Genoemde commissie zal 17 en 18 November a.s. bijeenkomen, ten einde de Begeeringsvoorstollen te bespreken. Voor 3e betrekking van onderwijzeres jinn de r.-k. lagere school te Steenderen hebben zich 76 sollicitanten aangemeld. Te Zwolle ging oen meisje naar de par ticuliere bewaarschool en kreeg van haar moeder een gulden voor schoolgeld mee. Ze kon de deur niet goed oipen krijgen, stak de gulden tusschen de tanden en trok toen met kracht aan de deur, met het ge volg, dat zij den gulden inslikte. Bij het afzendten van het bericht was het den dokter nog niet gelukt het munt stuk te verwijderen. Je voelt je soms als plichtsgetrouw en gewetensvol journalist bezwaard over de neiging die nu eenmaal elke professio- neele penvoerder heeft van het kwistig- gebruiken-van-beeldspraak.Niet alleen omdat de bloemen die in den tuin dier spraak groeien je maar al te gemakke lijk verleiden tot het bewandelen van zij wegen die dwaalpaadjes-voor-het-begrip blijken te zijn, maar óók omdat je zoo nu en dan twijfelt of 't wel in den haak is een of ander onderwerp van werkelijk In grijpend belang te overgieten met de licht-gekruide saus, bereid in de journa listieke keuken Maar als je dan weer hoort hoe zelfs de meest officieele mannen in gewichtige vergaderingen niet schromen het woord telkenmaal te schikken tot de meest ver scheiden en vreemdsoortigste beeld-bou- quetten, ben je, in je on-offioieelé hoekje, weer voor eenigen tijd verlost van gewe tenswroeging. En we hebben de laatste dagen, tijdens de algemeene beschouwin gen over de gemeentebegrooting, zoo een en ander gehoord!.. Edelachtbare beeld spraak! 't Begon al met den eersten spreker, den heer Boissevain. Hij had waarschijnlijk tijdens het opstellen van zijn redevoering, ter ontspanning, de weerberichten in zijn krant goed bijge houden en zoo hoorde men hem zijn standpunt ten opzichte van den eoonomi- sohen toestand van onze stad vertolken in termen ontleend aan den meteorologi- schen dienst. Andere politieke meteorolo gen in dezen Baad mogeh, met het oog op de verhoogde opbrengst der beursbe- lasting, op de daling van het aantal fail lissementen, op de vooruitgang in scheep en Bijnvaart, optimistisch gestemd, aan de waarschuwingsposten der openbare meening wenschen te seinen: „Stormsein neerl" ik voor mij blijf maar liever, zeide hij, aan den voorzichtigen kant en wensch het sein: „Weest op Uw hoede!" te hijschen.... En toen hij wethouder Wibaut's be- lastingpolitiek meende te moeten aanval len speelde hem de, dezen zomer gehou den, jubileumtentoonstelling door het hoofd en vergeleek hij dezen bestuurdèr met dr. Nloolaas Tulp op de Anatomische Les van Bembrandt. Wibaut-Tulp plaatste zich z.L naast het „cadaver van het kapi talisme", teneinde daaruit den „nervus re- rum" te snijden! Vervolgens kwam de heer Ketelaar met enkele stijlbloempjes aandragen. Oubol- lig-Hollandsch, levenslustig man als hij is had hij zich waarschijnlijk den laatsten tijd met vele andere stadgenooten zoo nu en dan verlustigd in de vertooningen van het circus Schuman in Carré en wp dus ingesteld op een beeldspraak die zioh op paarden en andere dieren betrekt.... We kregen dan ook van hem te hooren dat de drie-hoofdige fractie der j.g. Neutrale Middenstandspartij te vergelijken viel bij een wagen getrokken door een bok, een paard en.... „nog een ander beest".../, een wagen die hij ongeschikt achtte voor politieke gevechtsdoeleinden, zooals het veroveren van wethouderszetels. En toen hij de houding en het optreden van den burgemeester tijdens de wethouders- crisis van verleden voorjaar besprak en zich afvroeg of het prestige van het hoofd onzer gemeente daardoor geleden had, constateerde hij dat dit wel eenigszins het geval was, maar dat het toch zeker geen „deuk major" gekregen had. Wat voor H. B. S.'ers, niet-Latinisten en an dere eenvoudigen vertaald dient te wor den als „groote deuk". De houding van den burgemeester tij dens genoemde crisis werd ook nog ter sprake gebracht door den heer Wier- dels die destijds zijn wethouderlijk leven verloor, naar men weet, in het gemeente- lijke-melk-gevecht De ex-wethouder had blijkbaar de tusschengelegen maanden een steeds groeiende ergernis opgekropt en was kennelijk blij deze nu eens te kun nen luchten. De houding van den burge meester ten zijnen opzichte noemde hij „in hooge mate onbillijk en ongepast". Wie ergernis lucht laat de beeldspraak meestal schieten. Zoo ook de heer Wier- dels. Toch zwichtte ook hij een oogen blik voor de bekoringen van het gewich- tig-klinkende Latijn en lanceerde diens volgens Augustijnsohe spreuken als „In neoessarlis unitas, in dubiis libertas" en „In Omnibus caritas".... We hebben nu al verschillende uren lange speechen over de begrooting achter den rug. Behalve vele na-kauwerijen over de wethouderscrisis, waarbij wél bleek hoe er in dergelijke tijden met offioieuse telefoontjes, halve beloftes, ongeteekende afspraak-briefjea, „gewerkt", om niet te zeggen gekonkeld en gekronkeld wordt, waren deze uren niet veel anders dan min of meer taaie „ooileges" over economie en stedelijke huishouding bekeken vanuit de verschillende bekende partij-hoeken. Ooi leges waarbij zelfs leerboeken als dat van Pierson werden opengeslagen, geciteerd en besproken.... 'tEenigste meer leven de punt, een punt waarover de partij- theorie nog niet vaststaat en dat overi gens voor onze stad van groot belang is, is dat der „winstuitkeering uit de bedrij ven", De S. D. A. P.-ers zijn, onder aan voering van Wibaut, hoe langer hoe meer op het standpunt komen te staan dat winst uit de gemeentebedrijven wel dege- Bij het graven in het Aaltensche Goor heeft de arbeider A. J. Buesink te Aalten op 20 O.M. diepte een mesvormige speer punt gevonden, welke aan het meseum van oudheden te Leiden werd gezonden en bleek afkomstig te zijn uit de Hall- fctkdter periode, den tijd van de Ode tot de éde eauv vóór Christus. lijk als „gewone Inkomsten" in de ge meentekas mag vloeien zonder dat bij toe neming van die winst ook dadelijk de be lasting met een evenredig deel naar bene den zou moeten gaan. Bedrijfswinst is geen indirecte belasting, zeggen zij; want.... we "dwingen" niemand ojn vftn die gemeentebedrijven gebruik te maken. Of de argumei)teering sterk is zij hier in hét midden gelaten. Alleen zij er op ge wezen dat door dit standpunt van de S. D. A. P. onze gemeentebedrijven in de ko mende jaren zeer zeker de factor „winst maken" een rol zal spelen van gewicht en zij zoodoende waarschijnlijk meer geleid zullen worden in de richting van een commercieele bedrijfsvoering". Overigens zijn deze debatten grooten- deels uit den overbodige. Over 't algemeen (de heer Boissevain is misschien de eenig- ste „prinoipieele" criticus) is men over het finanoieele beleid van den heer Wibaut tevreden en zeer zeker zal deze begroo ting met overgroot© meerderheid worden aangenomen. Maar het overbodige en de taaiheid der genoemde colleges wordt dan tenminste eenigszins dragelijk gemaakt door proe ven van Edelachtbare beeldspraak als waarvan ik enkele staaltjes gaf.. Beeld spraak is trouwens niet het eenige wat journalist en autoriteit (hetzjj handels, kunst, of politieke dito) bindt. De pers heeft zioh hier ter stede tenminste een erkende sociale positie verworven. Dat bleek j.L Zondag wel, toen, ter gelegen heid van het 26-jarig jubileum der Ver. De Amsterdamsche Pers, een receptie in het American-hotel werd gehouden „tout- Amsterdam", de burgemeester aan het hoofd, zijn opwachting kwam maken. Als vliegen, ais muskieten vloog „men", de toon-aangevende „men" er op af.... Op het feest van hen die men anders wel eens minder vleiend aanduidt als „pers-mus kieten" lastige beesten die men (terecht soms, toegegeven!) van zich af tracht te slaan St. Nicolaas staat nog wel niet vlak voor de deur, maar is tooh dicht genoeg bij om voor „de kunst" reeds gestrooid te hebben. Als zwarte kneoht de koek of de gart uitreikte. Het tegenwoordig gevolgde systeem van tooneel-subsidieering is zóó dat hét groot ste bedrag gaat naar het Stadsschouw burg-gezelschap (in dit geval dus Ver kade-Verbeek) en daarnaast een „tweede" Amsterdamsch gezelschap wordt aange wezen dat de daarna grootste kluif krijgt. Als „tweede" gezelschap hebben B. en W. thans dat van Saalborn (het Nieuwe Ned. Tooneel) erkend. Het artistieke peil van de, in dit seizoen reeds gegeven voorstel lingen en de samenstellingen van het ge zelschap geven, aldus B. en W., het recht deze combinatie als een „goed-geplaatste tweede" (om een term uit de sportwereld te gebruiken) aan te merken. Zeker is het, dat Saalborn en de zijnen op 't oogen blik met „Blanke Ballast", een stuk dat de ellende en de verwording van den uit den Congo gerepatrieerden Europeaan weergeeft, een Schlager, die „het doet", in handen houdt De subsidies voor de andere gezelschappen blevgn vrijwel on gewijzigd, zoo b.v. die voor het Schouw- tooneel van Musch en van der Horst Willem van der Veer die van plan was met een troep 'n bijna-uitsluitend-Heyer- mans-repertoire te gaan spelen, ving op zijn subsidie-aanvrage bot evenals de Italiaansche Opera, die er, zeggen B. en W. (terecht meen ik) ook zóó wel kan ko men, gezien de groote populariteit onder de groote massa voor het Italiaansche „bel-canto".... Voor noodlijdende beeldende kunste naars werd wèderom een bedrag uitge trokken en ook over de oudere toonelis- ten hebben B. en W. thans hun vroed- vaderlijke vlerken uitgebreid door middel van hulp en subsidieering van een pen sioenfonds. Enkele weken geledeji de trokken en ook over de oudere tooneellis- ten.... Inderdaad: een paar wèl-gebak- ken koeken uit den zak van den gemeen telijken Zwarte (subsidie) Piet.... Geen „Goden"-, maar een gouden-sche mering tot slot dezen keer De laatste week is er, door versohepin- Ïen uit Engeland, in de kelders der Ne- erlandsche Bank aan het Bokin heel wat goud bijgekomen. En financiers en eco nomen vliegen elkaar thans in het haar over de vraag of deze aanvoer een goede dan wel een sleohte bank-politiek is.... Terwijl dit geharrewar aan den gang was schoot prof. Smits deze week in zijn rustig laboratorium aan de Nieuwe Heeren gracht, kalm, met behulp van den eleo trischen vonk in een kwartsloodlamp, het lood uit elkaar tot kwik en bracht dus de moderne-alchemie, waarbij de elementen in elkander worden omgezet, weer een stapje verder.... 'tGoud was, toen een prof. in Berlijn aankondigde dat hij kwik tot dit edele metaal had „uiteengescho ten" al een beetje beginnen te schemeren Maar door prof. Smits' toedoen, schemert t nu pas goed!.... De vertegenwoordiger van een Duit- sche firma in goud en zilver, die kantoor houdt op het Bokin te Amsterdam, kwam Dinsdagmiddag toen hij naar zijn toon- kamers ging, die op een hoogere verdie ping liggen, tot de ontdekking dat onge- noode gasten daar een bezoek hadden ge- braohk Tal van voorwerpen, gouden pot- looden, tandenstokers, sigarettenkokers enz., waren verdwenen. De waarde van de gestolen voorwerpen ligt tuaaohen de llWvxt JÜÜfi. De deus, die tot da ha- P* rheumatiek, jicht, podagra, ischias, stram heid, stijven nek en rheumatische zenuw pijnen. Probeer eens Akker's Klooster balsem. Hij maakt uw spieren lenig, geneest alle ongemakken en lijden, die door boven genoemde ziekten ontstaan. Neem beden eens een proef. Morgen zijt gij verbaasd en tevreden over de uitwerking er van. mers toegang verleent, was verbroken en van een deur tusschen de twee toonka- mers was de ruit ingedrukt De politie zoekt thans naar de daders. Bij het gemeentelijk electrisch bedrijf te 's Gravenhage is, naar het „H. Volk" verneemt, een plan in voorbereiding om voor .weinig geld aan de burgerij heel den ahg warm water te verstrekken. Dat plan is gebaseerd op nacht-stroora- levering. De belasting der electrische centrale is n.1.' tot nog toe 's nachts, gelijk men zal begrijpen, zeer gering. Uit eco nomisch oogpunt is het van belang ze te verhoogen. Dat zal de algemeene bedrijfs kosten niet doen stijgen, maar zelfs ver minderen. Om daartoe te geraken wordt nu overwogen op welke wijze 's nachts het stroomverbruik voor de bevolking aantrekkelijk te maken. Gedacht wordt daarbij aan het goedkoop electrisch ver warmen van waterreservoirs. Ieder zou van gemeentewege een waterreservoir kunnen huren, al naar de behoefte, van verschillenden inhoud. Het kleinste zou 30, het grootste 760 liter inhoud hebben. Zoo'n reservoir, met automatisch» aan sluiting op de waterleiding, kan boven de gootsteen, een bad, of waar men het anders hebben wil. worden aangebracht. Het water wordt dan 's nachts van de electrische centrale af, buiten den gewo nen meter om, electrisch tot kookhitte verwarmd, zoodat men 's morgens (stel dat men een 30-liter-reservoir heeft) over 30 liter kokend water beschikken kan. Maar, niet slechts 's morgens, want in den loop van den dag koelt het water slechts enkele graden af. Men zou dus heelden dag, zonder gebruikmaking van gas, on middellijk het water ter beschikking hebben. Natuurlijk is voor de vraag, of er veel gebruik van gemaakt zal worden, de prijs een belangrijke factor. Naar het blad ter oore kwam, zou deze voor een 30-liter- reservoir, met inbegrip der huur, op f 2.50 per#maand te stellen zijn. Een 29-jarig makelaar in zijden stoffen te Lyon, Louis Seux geheeten, had eeni gen tijd geleden op een avondje bij zijn ouders mejuffrouw Denise Gilet ontmoet, de 18-jarige dochter van een schatrijk blauwverver. De jonge man werd verliefd op het meisje en na haar een paar keer ontmoet te hebben besloot hij haar hand te vragen. Hij vroeg haar vader om een onderhoud, doch kreeg ten antwoord, dat men niet dingt naar de hand van een meisje, dat men nog maar een paar kee- ren ontmoet heeft. Seux besehouwde dit niet als een definitieve afwijzing. Hij zocht het meisje opnieuw te ontmoeten en klau terde over de muur van den tuin van haar vaders villa. Twee of drie avonden achtereen ontmoette hij Denise, doch de Engelsche gouvernante had lont geroken en waarschuwde mevrouw Gilet. Mevrouw mobiliseerde het mannelijk personeel en Woensdagavond stiet de ondernemende minnaar op den overloop van de eerste verdieping, voor de deur van de kamer zijner geliefde, op een kamerdienaar, die hem Btevig vastgreep. Op het gerucht van de worsteling opende mevrouw Gilet het raam en riep den tuinman en diens 18-jarigen zoon binnen, met de boodschap, dat zij het geweer en patronen moesten meebrengen. Mevrouw Gilet gaf den tuin man bovendien een kolfstok in handen en gelastte hem Seux, want dat was de indringer, neer te slaan. Dat geschiedde, waarop mevrouw den tuinmanszoon last gaf te schieten. De iongen schoot daarop den ongelukkige in het hoofd, maar toen vond zijn vader het genoeg en beschermde het slachtoffer verder. Het gevecht had ongeveer een kwartier geduurd. Daarop waarschuwde mevrouw de politie en ver zocht hun den indringer, die nog leefde, weg te halen. „Ziedaar een inbreker, die wij gesnapt hebben", zeide zij. Seux is ernstig gewond naar hét zieken huis gebracht, doch is toch Donderdag verhoord kunnen worden. Zijn verklaring, die met dien van den tuinmanszoon over eenkomt, is hierboven weergegegeven. De justitie heeft een onderzoek naar het geval ingesteld. Er is te Londen thans een groote vraag naar Bussische kaplaarzen voor dames. De laatste maand heeft één enkele winkel er 1400 paar van verkocht en de vraag is zoo groot, dat men er niet meer aan kan voldoen. Het eigenaardige is, dat men verleden jaar getracht heeft de Bussische laarzen als modeartikel in te voeren en dat de vrouwen er toen niet aan wilden. Het slechte weer en de kou, die dit jaar zoo vroeg is ingevallen, schijnen de dames bekeerd te hebben. De prijzen van het nieuwe schoeisel zijn niet duur. Voor 9 gulden kan men al een paar koopen en voor 16 gulden heeft men zelfs een uit stekend paar. Als de laarzen echter voor zien zijn van bontranden of van kostbaar leder gemaakt zijn men ziet ze o.a. van slangenvel wordt de prijs natuurlijk aanzienlijk hooger. Het meest wordt echter bet eenvoudige model gedragen, zonder bijzondere versiersel**.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1925 | | pagina 5