T ALLES MOET WEG. HERMAN NYPELS, Hoest-Kee!pijn Anga-bonbonsAj VIERDE EN LAATSTE BLAD. n. GEMENGD NIEUWS wegens verbouwing. HELDER SCHAGEN VAN DONDERDAG 24 DECEMBER 1925. KERSTMIS 1925. Internationale Vredesklanken. Het Kerstfeest brengt de gedachte van „Vrede op Aarde" in de hoofden en har ten. Maar om dien vrede ongestoord te doen rondwaren, moet er allereerst vrede zijn tusschen de volkeren. De w e n s c h naar vrede is oprecht en algemeen, maar de middelen ter verwezenlijking van dien wensch zijn daarom nog niet zoo gemak kelijk in toepassing te brengen. In de tijden der ouden, zoowel Grieken als Romeinen, wier dichters en redenaars den vrede reeds bezongen, kende men arbitrage-scheidsgerecht al als middel om geschillen tusschen landen en volken zonder bloedvergieten op te lossen. Maar de toepassing was zwak, omdat de oorlog in die tijden van voortdurend wapenge weld een normaal verschijnsel werd ge acht. Naarmate echter dd geschiedenis voortging, veranderde dat, en in de zeven tiende en achttiende eeuw komen scheids- gerechtelijke uitspraken, ook tusschen belangrijke Staten in Europa, meer dan •ens voor. De negentiende eeuw bracht niet alleen toeneming van het aantal dezer be slissingen, maar ook grooter zekerheid en regelmaat. Tevoren toch was het aldus, dat over de vraag of een scheidsgerecht sou worden Ingesteld, eerst werd beslist op het oogenblik, dat het geschil uitbrak. Dan heerschten aan weerszijden reeds wantrouwen en spanning, die zulk een regeling belemmerden. Vandaar dat men er toe overging om verdragen te sluiten, die bepaalden, dat óf zekere soorten van Seschillen, óf alle geschillen, met uitzon- I ering van enkele aangewezene, altijd aan een scheidsgerecht zouden worden onderworpen. Nederland ging in 1904 met Denemar ken, in 1908 met Italië verdragen aan, kraohtens welke dat met alle geschillen het geval zou zijn. Maar de groote landen zonderden geschillen, die „eer en levens wandel" betroffen, uit. Daar nu Juist zulke geschillen de meest gevaarlijke zijn, kon arbitrage nog weinig doeltref fend werken en ook den grooten oorlog niet voorkomen. Maar na de instelling van den Volken bond is dat anders geworden. Het in 1919 aangenomen grondverdrag (Pact) eischt van de leden onderwerping van geschil len, hetzij aan arbitrage, hetzij aan uit spraken van den Raad. Is deze laatste echter niet eenstemmig, dan blijven de partijen vrij hoe te handelen. Dan kan er dus tooh oorlog tusschen de leden van den Volkenbond ontstaan! Vandaar, dat in 1924 het bekende Protocol van Genève werd aangenomen. Daarin werd opnieuw door middel van arbitrage oorlog verhoed als zich zulk een niet een-stemmige uit spraak voordeed. Het Protocol echter werd niet inge voerd. De tractaten van Locarno het zijn er totaal zeven, die één geheel vor men hebben het nu gedeeltelijk ver vangen. Zij maken, dat, als zich geschillen voordoen welke en van welke betee- kenis ook hetzij tusschen Duitschlaud en Frankrijk of Italië in het Westen, hetzij tusschen Duitschland en Polen of Tsjecto-Slowakije in het Oosten, de arbi trage ae oplossing moet brengen. Het vreedzaam middel dus en niet de wapenen zijn dan aan het woord. PARLEMENTAIR FEUILLETON door Wt. J. BASTIAAN. De Handelingen. Gram verhaalt ons van een stenograaf, die zich in een dergelijk geval op een zeer gewaagde wijze uit den nood gered moe hebben Een afgevaardigde, die gewoonlijk eenmaal 's jaars het woord voerde zoo verdienstelijk zijn er helaas al te weinig tegenwoordig! had een redevoering uit gesproken, die in het rumoer totaal verloren was gegaan. De betrokken stenograaf her innerde zich «chter, dat de „geachte afge vaardigde" het vorig jaar een dergelijke Ziedaar een overwinning van beteekenis van de oude en toch nog zoo nieuwe gedachte van internationaal scheidsge recht. Een overwinning van het verstand op het geweld, die het „Vrede op Aarde" bij dit Kerstfeest hoopvoller doet weer klinken dan eenige jaren tevoren. Maar tegelijk ook allen ook en niet het minst in Nederland aanspoort om onze krachten onverpoosd in dienst te stellen van deze goede zaak, welke in de „Ver- eeniging voor Volkenbond en Vrede" te s Gravenhage haar belichaming vindt. „Vrede op Aarde" ruisebte eertijds door de ceders van den Libanon. „Vrede op Aarde" is thans de internationale vredes- klank, welke vanuit het vredige Locarno zich over de geheele wereld voortplant! Over boord geslagen. Het Duitsche motorschip „Fridhjof", dat Dinsdag uit Rotterdam met een la ding kolen naar Odense vertrok, kreeg gisteren op zee 20 mijlen ten Z.W. van het vuurschip „Haaks een stortzee over boord. Ttfee stuurlieden en een matroos waren op dat oogenblik aan dek bezig met het vastsjorren van planken. Alle drie werden door het overkomende water overboord gespoeld. Pogingen tot redding konden niet worden aangewend. Alle drie mannen verdwenen in de diepte en von den hun graf in de golven. De slachtoffers zijn: de eerste stuur man Heydorn, uit Hamburg, de tweede stuurman Hansman, afkomstig uitWest- Rauder-Fehn en de 29-jarlge matroos Wenik, uit Koningsbergen. De eerste stuurman was gehuwd en vader van 2 kinderen. De matroos Kruge, uit Ballaga, in Oost Pruisen, werd door de stortzee tegen de verschansing geslagen en brak dien tengevolge een dijbeen. Het schip, dat onder commando stond van kapitein Baumgarten, in Altona, is na het ongeval naar Rotterdam terugge keerd. De gewonde matroos is naar het ziekenhuis te Rotterdam vervoerd. De gisterenavond te IJmulden binnen gekomen stoomtreiler „Stormvogel" rap- Sorteerde, dat door den storm twee te chevenlngen thuisbehoorende matrozen overboord geBlagen en verdronken zijn. Een der beide lijken heeft men later kunnen opvissohen en mede naar IJmul den gebracht. Ben aap in eten Belgisch bosch. Te Kapellen en Hoogboom leefde sedert eenigen tijd in het bosch van den heer Bunge een groote aap, aldus vertelt „Het Laatste Nieuws". Het monsterachtige dier, waarvan nie mand de herkomst kon verklaren, was niet Ibijlzonder kwaadaardig. Wel scheen de aap vermaak te hebben met denappels te werpen met zulk een kracht, dat hij naar men althans beweert een paard uit de stallen der Antwerpsohe poloclub, welke daar gelegen zijn, kreupel had ge gooid. Overigens toonde het beest zich weinig aanvallend en het had 'een waar plelzier als het zag dat de menschen voor hem op den loop gingen. Dan lachte het monster op akelige wijze. Daar het invallen van den winter én dikke sneeuwvlagen het monster beletten voldoende voedsel te vinden, werd aap brutaler. Hij achtervolgde de menschen, stal de broodzakken der werklieden en maakte 's avonds de wegen onveilig. Toen werd besloten het dier te vangen. Men loofde ^en preanle uit voor dengene, die het beest levend in handen kreeg. Een groep inwoners besloot het dier te lokken door 's nachts een vuur aan te Ingezonden Mededeellng. redevoering gehouden had. Snel schreef hij de verjaarde redevoering over, met eenige wijzigingen, deed haar als een versch pro duct den redenaar voorzetten, en deze hechtte er zijn zegel aanl Anderzijds wordt de taak van den steno graaf verlicht, wanneet de redenaar zijn rede op schrift gesteld heeft. Echter kan zelfs deze copy niet altijdi zonder meer aan den zettter worden overgegeven, sedert een afgevaardigde eigen verkortingen had be dacht en had neergeschreven, dat hij tegen het aanhangige wetsontwerp was Inderdaad bezitten slechts weinigen de gave van het woord'! Vooral in onzen véél sprekenden tijd is ieder, die het woord voert, volstrekt nog geen redenaar. De ach teruitgang in standing van onze vertegen woordigende lichamen manifesteerde zich wel het duidelijkst in de talrijke weinig ver zorgde redevoeringen. .Trouwens, de veelal straffe rantsoeneering van den spreektijd laat weinig gelegenheid meer tot het uit spreken van een monumentale rede. „Parie maniakken", die een hagelbui van woorden op hun omgeving doen neerklateren; Wier razende dolle haast van spreken den toe hoorder zelfs het maken van behoorlijke aanteekeningen belet;* die een oratorisch snelheidsrecord trachten te bereiken, zij spreken tenslotte alleen nog voor den ste nograaf. Zeer weinig redenaars, aldus werd inder tijd op het Stenografisch Congres te Lon den betoogd, spreken 200 woorden in de minuut; wie beproeft 250 woorden te lezen (niet te spreken), doet niets dan rammelen (a mere gabblejDe tegenwoordige praktijk brengt de gemiddelde spreeksnelheid echter veelal dichter bij de 250 dan bij de 200 woorden, maar gelukkig heeft de moderne stenografie zich ook hierbij weten aan te passen! Tal van sprekers keuvelen ook, alsof zij thuis zaten bij een kop koffie. Zij beginnen volzinnen, die zij vergeten te voltooien; her halen ze, verwarren zich in hun woorden, of kiezen een onjuiste uitdrukking voor een gedachte. Zoo hebben wij uit den mond van rede naar» vernomen: dat «preker» voorganger den spijker op KLEEDINGMAZIJNEN steken. De „baviaanvangera" kregen ech ter twist over politieke zaken en lieten het vuur uitgaan, zoodat hun poging geen reeultaat opleverde. Den volgenden dag lag heel het woud bedolven onder de sneeuw. Een meisje, dochter van den bosahwachter, dat naar school ging, zag den aap zitten, geleund tegen een boomstam. Zij wilde naar huis teruigloopen, doch 'het beest laohte haar toe, en maakte een beweging dde beduid de, dat 'hij eten wilde hebben. Het kind gaf hem een stuk brood, dat het beest goed scheen te smaken. Althans, de aap klopte zich vergenoegd op den buik, en toen het meisje weer naar huis terug keerde, volgde het groote beest heel ge dwee, voortdurend nog de lippen likkend. Thuis gekomen, gaf 'het meisje, tot grooten schrik harer moeder, het dier meer eten en het gevolg was, dat de aap niet meer weg wilde van zijn weldoenster. Men kon het dier heel gemakkelijk ke tenen en overbrengen naar den Dieren tuin te Antwerpen, waar men bevond, dat bet dier tot de zeldzaamste apensoor ten 'behoort. Het-meisje kreeg de uitgeloofde premie van 200 frank. De valsche Fransche bankbiljetten. Volgens een telegram uit Boedapest aan het „Berliner Tageblatt" is een der gearresteerden, Marsowsky, de vroegere vriend van den bekenden leider der anti semieten, Julius Gömbös. Marsowsky, een gep. ritmeester, was bij de jongste verkiezingen de leider van het kiesbu reau, werd de latere secretaris van de anti-semietische partij en ten slotte par lementair berichtgever van het anti-se mietische blad „Szozat". De tweede gearresteerde, de gep. kolonel van de cavalerie Jankowits, is een zwa ger van den Honved-minister Osoky. Gedurende den oorlog was h(j chef van den generalen staf. De derde gearresteerde, Mankovits, is naar men weet een kousenfabrikant uit Boedapest en een .bekende medewerker van de anti semietische pers. Volgens berichten uit de Hongaarsche bladen zijn er bij deze geheimzinnige aangelegenheid een groot aantal geziene persoonlijkheden uit Boedapest betrokken. In Boedapest, waar het gebeurde groot opzien baart, vertelt men dat de drie gearresteerden de Fransche bankbiljetten den verkeerden kop had geslagen; dat een winkelier niet kan worden aan gesloten op een kookgasmeter; dat .de suikerbiet de reddende engel is, waarop de landbouw drijft; dat les wordt gegeven in een lokaal met veel gerij; dat pachters last van mond en klauwzeer hebben; dat een sleeperswagen er het bijltje bij had neergelegd; dat boomen lijden aan vernielzucht; dat men bij een dergelijke aanbieding met beide handen moest toehappen; dat men zich blij maakt met een doode musch, die men eerst heeft opgeblazen; dat in het debat oud zeer wa» opge warmd; dat de S.D.A.P. haar voornaamste 'ge boorte niet in Engelanj heeft plaat» gehad, ongeacht de talrijke gezegden, die voor een dubbelzinnige uitlegging vatbaar zijn en, dikwijls tot groote verwondering van d'en argeloozen spreker daardoor groote hilariteit verwekten. Ook het aantal stijlbloempjes, dat in den loop der jaren geplukt is in den tuin der letteren, is oneindig groot. Hoevele spre kers hebben „alle hens aan dek geroepen" om allerlei karweitjes te doen, die men nu juist niet aan boord pleegt te doen; hebben „de stoute schoenen aangetrokken"; hebben „een spaak in het wiel gestoken"; hebben urenlang gesproken over de vele muisjes „die een staartje hadden"? Het spreekt vanzelf, dat de stenograaf al hetgeen in het vuur der improvisatie aan de redevoering ontbrak, moet bijvoegen en het geheel gestyleerd moet afleveren. Na tuurlijk kan de bona fide stenograaf want het spreekt vanzelf, dat velen, die naar den palm dongen, tenslotte te laag tastten, niet opschrijven wat tengevolge van lawaai en rumoer als zinlooze klanken tot hen komt. Zelfs geoefende stenografen en dit zijn toch 'scherpe luisteraars, die spoedig de fout in verkeerd geconstrueerde zinnen ontdekken verstaan klanken wel eens verkeerd. Zoo liet een stenograaf den voorzitter van een vergadering hardnekkig zeggen: allez, maakt voort, inplaat» van het door dazan magistraat gemompelde: geen hebben vervaardigd, teneinde de anti semietische beweging in Hongarije nieu we geldmiddelen te verschaffen. Kolonel Jankovits moet de bankbiljetten zelf in Boedapest hebben gemaakt en ze daarna naar Holland hebben gesmokkeld. Brand in een kruttbergplaats. Gisteravond omstreeks halfacht meld de de berichtgever van het HbL te Amers foort, dat een ernstige uitslaande brand waa uitgebroken in de wapen- en kruit- bergplaata van Rujjven daar ter stede. In het magazijn waren veel kruit en patronen opgeslagen. Men vreest voor ernstige ont ploffingen. De brandweer slaagde erin het vuur meester te worden. De bergplaats is van binnen uitgebrand; ontploffingen of an dere ongelukken zijn niet veroorzaakt Er is veel brand- en waterschade. Het kruit kon in veiligheid gebracht worden. De oorzaak van den brand M onbekend. Een nieuw draadloos station. Hef krachtigste ter wereld. Met ingang van 1 Januari zal de of- flcieele Engeisohe draadiooze dienst wor den uitgezonden door het nieuwe station te Rugby, dat volgens de Engelschen wellicht bet krachtigste is ter wereld. De bouw van het station heeft 400.001 pond sterling gekost. Het is het eerste van de reeks groote stations, die de draadiooze verbindingen tusschen de ver schillende deelen van het Britsche rjjk zullen moeten onderhouden. Het station is uitgerust met de nieuwste viüdingen, waardoor men verzekert ongewilde wijzi gingen in de golflengte te kunnen voor komen. Behalve voor draadiooze telegrafie, zal het ook draadiooze telefonie uitzenden. Bij proeven op een kwart van de maximum kracht bleek het station al goed hoorbaai op Java en te Hongkong. Toen het op halve kracht seinde, vernam men het ai in Australië en heel duidelijk in Amerika. Nadat de kracht nog meer versterkt was hoorde men het in Néeuw Zeeland en heel duidelijk te Sydney en in Zuid-Af rika. Misdadige tuchteloosheid. Onder dezen titel schrijft het Handels blad: De klachten over de vernielzucht, de baldadigheid in Nederland, die overal in de groote steden geld kost honderddui zend gulden per jaar zelfs in Den Haag worden in den laatsten tijd vermeerder met klachten over baldadigheid jegens personen. Kortgeleden vermeldden de bladen, dat een vrouw die in een roeiboot zat door jongens met steenen gegooid werd, waar bij ze stukken glas van haar bril in een oog kreeg* zoodat ze dat oog moest mis sen. En°er zijn meer, bijna even erge ge vallen te melden; dezer dagen heeft weer te Amsterdam een meisje haar enkel ge broken, toen zij door een jongen, die baar met sneeuw wilde inwrijven, werd aange vallen. En deze ongelukken zijn het gevolg daarvan, dat wij onze kinderen niet het eenvoudigste leeren: eerbied voor eens» anders persoon, en daarna voor eens an ders goéd'. Hot blad ls evenwel overtuigd, dat pree- ken heel weinig geeft en wij tot andere maatregelen moeten komen. En waar het hier meestal een aanval van lafhartige kwajongens op weerlooze vrouwen en meisjes betreft, bepleit het blad strenger strafmaatregelen tegen de bedrijven. Ook moet het publiek zelf dan maar het recht in handen nemen en deze kwajongens mores leeren'. Als dergelijk optreden van volwassenen tegen baldadigheid, die zelfs doodslag kan worden, eens regel zou zijn, dan zouden de vlegels gauw begrijpen, dat het gevaarlijk is, voorbijgangers te molesteeren. Thans der heeren 't woord? Een mijner kennissen, zoo verhaalt de literator-stenograaf d'OU- veira, verstond": „de citadellen der evolutie" voor: „de ziektecellen der revolutie". En wie verstaat de mits eentonig uitgespro ken 'zotte woorden-combinaLie: maaien- abten-hooi Iedere spreker heeft overigens zijn eigen aardigheden, die hem dikwerf een kernach- tigen bijnaam van de stenografen hebben bezorgd. Uit piëteit voor vroegere en nog zittende Kamerleden durven wij geen voor beelden te geven. Berucht zijn ook de z.g.n. stoplappen, geïmproviseerde redevoeringen van leden van de regeeringspartij, welke dienen om tijd te winnen voor overleg of om te voor komen, dat de bevriende minister nog aan het woord zal komen. Zqo verhaalde ons indertijd de bekende journalist Blok, hoe een afgevaardigde als stoplap een „tech nisch betoog stond te houden, dat natuurlijk als los zand aan elkander hing, totdat uit de vergadering een plakkaat omhoog werd ge houden, waarop stond geschreven: genoeg! en toen was het „technisch betoog" toe' vallig uit! Geheel verdwenen is tegenwoordig het heel geleerd „improviseeren" van redevoe ringen, die woordelijk op papier staan of van replieken, die vóóraf op schrift zijn gesteld; de tegenwoordige parlementaire zeden dulden een dergelijk schijnvertoon niet meer! Een belangrijk gedeelte tenslotte van de „Handelingen" die veel grootsche mo menten in onze parlementaire geschiedenis weergeven, men denke slechts aan den be roemden nacht van Staal, aan Augustus 1914, aan de verwerping der Vlootwet in 1923! is dat gedeelte, hetwelk niet tot de eigenlijke redevoeringen behoort, de z.g „draad", waaronder b.v. de stemmingen be grepen zijn. Dit redactioneele werk brengt zijn eigenaardige moeilijkheden mede; zoo wanneer de Kamer na talrijke wijzigingen een wetsartikel vaststelt, waarvan niemand meer den uiteindelijken tekst weet aan te geven; zoo ook wanneer de president in een nachtzitting een amendement door het vol gens de Grondwet vereischte aantal van vijf leden laat ondersteunen, terwijl de voorstel ler het eenige aanwezige lid ia de „verga Ingezonden Mededeellng. '£>88) o Doos 60-90ct. Bij Apotken Drog iaten. w kunnen ze ongehinderd hun gang gaan. In het ergste geval wordt een jongen ge straft, maar diaarmee ia de ramp niet her steld. Er móet iets te doen zijn tegen derge lijke baldadigheid, meent het blad. Normale jongens zijn zeker toegankelijk voor een opwekking, een gevoel van rid derlijkheid, dat in eiken jongen in kiem aanwezig is, naar boven te doen komen. Men moet hen doen inzien, dat het het tegendeel is van een uiting van kracht, als ae zwakkeren aanvallen, dat het hulpeloos- armoedig van geest en van lichaam is, een vrouw, een kind of een oud! man aan te vallen, dat het een heldendaad is om van te grienen, met een steen een ruit kapot te gooien, of banken, beelden en andere passieve voorwerpen te vernielen. Als een jongen weet, dat op vernielen of op bet mishandelen van voorbijgangers of op het gooien met sneeuwballen of op dergelijke misselijkheden ernstige straf volgt, desnoods een ongenadige aframme ling dan gaan dergelijke verhalen over de pijnlijke afstraffing wel rond en al zul len er wel altijd halfgare jongens blijven, die de straf eerst aan den lijve moeten ge voelen, om er aan te gelöoven, de meesten zullen zich wel in acht nemen. Wil de HoL landsche jongen zijn vrijheid hebben, de volwassenen behooren dan ook hun vrij heid te hebben, de jeugd eigenhandig op te voeden. Op een harden knoest past een scherpe bijl, dat wisten onze voorouders ook, evenals ze begrepen, dat zwakke dok ters stinkende wonden maken. De geneesmiddelen tegen de dingen, die een schande zijn voor Nederland en die ons land in het buitenland berucht maken, liggen voor de hand: de ouders moeten hun kindleren leeren, dat het evenzeer ver boden is te vernielen en te gooien, als te stelen. En bij overtredingen moeten zware boeten worden opgelegd, zoo zwaar dat de betrokkene ze ernstig gevoelt en er lang heugenis aan heeft, anders helpt het niet Een boete van enkele guldens voor din gen die lemapd het leven of de oogen kunnen kosten is eenvoudig belachelijk, meent het blad. Wij heibben een Tuchtunle, een Jeugd- leidersinstituut, een Academie voor licha melijke opvoeding, speeltuinen, die goed werk doen in menig opzicht; we hebben zachtere zeden dan onze voorouders, we behandelen de gevangenen in menig op zicht zachtmoedig, maar wat we niet doen is: de weerloozen beschermen tegen min derwaardigen, die om hun „wil tot macht" uit te leven liet leven en de gezondheid van zwakkeren In gevaar brengen. Men begrijpe ons goed. Slaan, hardheid is slechts het uiterste middel, evenals in de geneeskunde chirurgisch ingrijpen het ultimum remedium is, maar dat middel mag niet absoluut ongebruikt blijven. Het moet hl de vergifkast staan, maar.het moet er zijn. Zacht waar het kan, hard waar het moet, opdat de wil tot macht, de baldadigheid in al haar vormen, niet meene^ dat ze onschendbaar en straffe loos is, dat ze zich ongehinderd kan uit leven, bij gebrek aan repressie-maatrege len. We willen de jeugd ridderlijkheid lee ren, zoowel hen, die eelt in de handen heb ben als hen die schrijfhanden hebben, lee- ren den zwakke, den weerlooze bescher men1 en helpen. En de jeugd moet weten, dat op dingen als de hier aangehaalde zeer ernstige straffen kunnen volgen, waaron der ook de straf op heeterdaad: want zoo goed' als er ellendige jongens zijn, zoogoed dering" is.1 Langzaam maar zeker heeft de stenogra fie zich ook een weg gebaand in tal van andere verordende en besturende lichamen. Hoewel'haar ontwikkeling hier te lande langzamer is gegaan dan elders de beide takken van onze Volksvertegenwoordiging zijn nog steeds op elkanders stenografen aangewezen en wij nog ver verwijderd zijn van een wettelijke regeling, welke alle stenografische aangelegenheden aan een Staatscommissie opdraagt, gelijk in Hon garije, maakt ons land! op het gebied der practische stenografie geen slecht figuur. In de gemeenteraden van Amsterdam en Leiden T>.v. werden de stenografische ver slagen reeds ongeveer vijf-en-dertig jaren geleden ingevoerd, en in alle belangrijke steden in tal van openbare en particuliere instellingen, werd sedertdien dit voorbeeld gevolgd. Overal waar de menschelijke stem weerklinkt, wordt het stenografenpotlood gehanteerd: in gewichtige conferenties van elk woord wikkende en wegende financiers, düplomaten, magistraten; op de luidruchtig ste congressen, waar de persoonlijke veilig heid tusschen bestuurstafel en manifestee- rende vergadering gevaar loopt, op de smalle balie in de rechtszaal; in het donkere souffleurshokje; in een ongezien hoekje in de kerk voor het opteekenen van een huwe- lijkspreek, voor de reproductie van beroem de redevoeringen voor de gramofoon; op het handelskantoor; aan de telefoon; voor het vastleggen van de wilsbeschikking van den stervende Inderdaad kan slechts de stenografie een volkomen getrouw beeld geven van de op vattingen dergenen, die aan de tot stand- koming van wetten, verordeningen en be sluiten medewerken en het stenografisch verslag is dus ook feitelijk onmisbaar voor latere commentaren en voor de jurispru dentie. Zij is een essentieel deel gaan uit maken van geheel het openbare leven. Maar het was een wijs man, die zei de: de steno grafie is van onmisbaar nut wegens haar dubbele taak: om niet alleen hft gesproken woord getrouw weer te geven, maar ook om te waarschuwen tegen het spreken van woorden, die niet gesproken en niet gelezen beaooren te worden. De taak van den stenograaf in het mo derne parlement, in dezen tijd van gewel dige welsprekendheid, is in vergelijking met vroeger wel zeer verzwaard. ooreerst door de spanning, die het gevolg is van de aandacht, waarmede hij de redevoeringen moet volgen, welke in verband met den dik werf tot op enkele minuten gerantsoeneer- den spreektijd, veelal met bliksemsnelheid en onder een kruisvuur van interrupties worden uitgesproken. Maar voorts ook door de omstandigheid, dat een der „geachte af gevaardigden epitheton van dezelfde waarde als het dw. dr. aan het slot van een brief op een der uiterste banken een causerie houdt uitsluitend voor zichzelf, en vele drentelende ledèn de gemeenschap tus schen „spreker" en stenograaf verbreken. Men ziet den stenograaf dan als een Lao- coon zich kronkelen en wringen om te ver staan wat niemand kan en wil verstaan, en soms met een wanhopend gebaar te kennen geven, dat het onmogelijk is, die misschien onsterfelijke woorden op te vangen en te vereeuwigen. Soms wekt dit lot deernis; wij kennen een minister, die in zoodanig geval den stenograaf kwam troosten, dat hij wel dat gepraat kon laten „zwemmen", om dat hij, minister, er toch niet op zou ant- wooi denMaar wij kennen ook een af gevaardigde, die tijdens de bekende vacan- tiestemming vlak vóór het reces, den ste nograaf in het oor kwam toeteren, hoe zijn aan het woord zijnde politieke tegenstander het naar zijn meening moest zeggen!

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1925 | | pagina 13