SAL WILLIAMS ZN. Woensdag 10 Februari >tDe Klokken van CornevlUe", Casino 8 u. Gevonden voorwerpen. De lichting der stadabrlevenbussen Radio-programma. TELEGRAFISCH WEERBERICHT □aar waarnemingen verricht ln den vergadering werden 105 loten genomen. Met het oog op de financiën, zal „Help u zelf' zich voortaan alleen op de provin ciale vergadering laten vertegenwoordigen. Hierna sluiting. Sal Wiffiams woonde in het Westen van Londen. Hij leende geld met woeker; had al vele jaren eeni bank van leeniing gehouden en was tegelijkertijd juwelier. Op den 'tijd waarvan we spreken, was hij in zeer ruimen r®, daar hij op leef tijd gekomen was, nao hij het bestuur zijner zaken grootendeeds aan zijn zoon overgedragen en besloten het verder gemakkelijk op te nemen. Uiterlijk geleek Sal maar weinig op dien conventionee- len woekeraar. Zijn gestalte was welgedaan, terwijl zijn gewone vrooiyfcheid aantoonde, dat hij niet gierig, noch boosaardig was. Op een zomer-inamiddag zat Sal aan zijn lessenaar in dat deel zijner inrichting, dat bekend was als „het kantoor". Zijn zoon was dien dag uit. De hitté was ctrukkend en een aandachtig beschouwer moest opmerken, dat Sal van tijd tot tijd knikkebolde. Sal werd in zijn middagslaapje gestoord door het binnentreden van een vreemdeling. Het was een lange man van middelbaren leeftijd, opzichtig gekleed en vol zelfvertrou wen. Na verteld te hebben, dat er onver wachte aanvallen op zijn beurs waren ge daan, verzocht hij Sal hem tot den volgenden dag tien pond 9terling te leenen en bood hem1, als onderpand, een kostbaren diaman ten ring aan. Sal beproefde het goud en on derzocht nauwkeurig de steenen en toen hij zich overtuigd had van de voldoende waarde van den ring, gaf hij het gevraagde voor schot, waarop de YreeïiideliTig, die den naam van Wilkins had opgegeven, met uitbundige dankbetuigingen vertrok. Den volgenden morgen hervatte de zoon zijne bezigheden. Hij onderzocht den ring ook en tot zijn vaders verbazing verklaarde hij de steenen voor onecht en de waarde van den ring slechte een vijfde van de som, waar voor hij verpand' was. Sal bekeek de steenen nog eens weer en moest zijn zoon gelijk geven. Het hinderde hem geducht, dat hij zich" zoo gemakkelijk dupe had laten maken en hj} was hoogst verontwaardigd, dat men beproefd had hem te bedriegen, die in het vak grijs was geworden en wiens scherpe blik in zaken algemeen .bekend was. (Het duurde echter niet lang vóór Sal zijne gewone gelijkmoedigheid terugkreeg en toen, een weinig later op den dag, een tweede vreemdeling den winkel binnentrad, trad Sal vlug naar voren om te bedienen. Op den nieuwen bezoeker kon men met het volste recht den titel toepassen van „fatsoenlijk uitziend bejaard heer", en hij maakte Sal zijn begeerte kenbaar om een kleinigheid te koopen voor een geschepk. Daar hij vooraf van buiten den inhoud van het winkelraam had bekeken, plaatste Sal een aanzienlijken voorraad kostbaarheden vóór hem om uit te zoeken. De heer vestigde zijn keus eindelijk op eenige vrij: kostbare ringen. Een mooie ring zou, dacht hij, juist aan zijn bedoeling beantwoorden, maar hij was bijzonder moei lijk te voldoen. Geen der ringen, die hij be keek, beviel hem precies en het scheen on mogelijk hem te behagen, toen de zoon den ring, dien Mr. Wiikins den vorigen dag ver pand had, uit het kantoor haalde en aan zijnen vader overhandigde. Het was vreemd, dat het niet biji Sal was opgekomen om dezen ring aan te bieden. Hij en zijn zoon waren door eene gemakkelijke wiijize vpn redenee ring tot de conclusie gekomen, dat Mr. Wil kins hem niet weer zou komen inlossen en zij hadden daarom besloten hem te verkoo pen. Bij het zien van dien ring begonnen de oogen van den heer te Schitteren. Hij paste hem aan zijn vinger, weidde uit over de schoonheid ervan en keek er vol bewonde ring naar, maar scheen toch tot geen besluit te kunnen komen. Met den ring in de hand,, scheen hij zich te verdiepen in ingewikkelde berekeningen en gaf hem eindelijk met blijkbaar grooten tegenzin terug, zijn spijt betuigende, dat, indien zijn oordeel hem niet bedroog, de prijs hooger zijn moest dan hij betalen kon. Sal vroeg edelmoedig wat hij er voor geven wilde en de heer noemde na eenig aarzelen vijf pond sterling. Sal nam dit aan bod dadelijk aan en de heer vertrok, blijk baar zeer voldaan over zijn koop. 'Zoodra hij goed en wel buitengehoor was, verheugden Sal en zijn zoon zich over hun geluk. De zoon gaf schertsend zichzelf de eer, omdat hij den ring had te voorschijn gebracht, maar Sal, hoewel de slimheid van zijn zoon waardeerend, liet zich de eer niet ontnemen van, zooals hjj zei, nog het meest partij te hebben getrokken van een slechten koop. Maar de dag bewaarde nog eene verras sing. voor hem De onschuldige scherts tus- schen. Sal en zijn zoon was nauwelijks voor bij of Mt. Wiikins verscheen weer op het tooneel. Met een glimlach van herkénning kwam hij naar Sal toe en hem meedeelend, dat hij, volgens belofte, het geleende van den vorigen dag terug kwam brengen, legde hij het geld met een kaartje op de toonbank en vroeg beleefd om zijn ring. Sal en zijn zoon stonden versteld en eenige seconden staar den zij elkaar vol verwarring aan. Daarop werd het stilzwijgen verbroken door Sal, die Mr. Wiikins verklaarde, dat zij ontdekt had den, dat de steenen valsch waren en ze der halve vermoed hadden te haastig naar nu bleek dat hij den ring niet zou komen in lossen en dat die daarom verkocht was. Bij dit bericht kende de woede van Mr. Wiikins geen grenzen. Blijkbaar, zei hij', waren zij onbevoegd om over de waarde van den ring te oordeelen, die minstens drie maal zoo groot was als de kleine som, die zij hein ge leend hadden. Voor hoeveel hadden zij hem verkocht? Vijf pond sterling? Bespottelijk I Zij wisten, dat zij geen recht hadden om goederen te verkoopen, die zij als pand had den gekregen, uitgenomen op den tijd en de wijze, die door de wet was voorgeschreven; en al hadden zij het rechiti bezeten om zijn ring te verkoopen, hoe hadden ze er dan nog vijf pond voor durven nemen, als ze meen den, dat de diamanten valsch waren? Als eenig antwoord op al die dringende vragen, kon Sal alleen nederige verontschul digingen aanbieden voor zijde vergissing. Maar, zooals te verwachten was, was dit niet voldoende en dreigende, dat hij zijnen rechtsgeleerde zou raadplegen, schreed Mr. Wiikins naar de deur. v Sal kon zich niet ontveinzen, dat het uiterst nqdeelig zijn zou, zoo zijn goede naam als eerlijk handelaar voor de rechtbank werd vernietigd. Hij wist, dat hij ook bepaal delijk de wet had1 overtreden in twee opzich ten, ten eerste dat hij verkocht had binnen het jaar, dat voor het inlossen is toegestaan en ten tweede, omdat hij onder de hand had verkocht in plaats van hij publieken verkoop. Toen hij over zijn toestand1 nadacht, werd: hij. zeer bekommerd, iets, wat Mr. Wiikins zeer goed opmerkte. Sal smeekte hem' daarom geen onaangenaamheden te maken en ver klaarde zich bereid om de gevolgen zijner dwaling goed te maken. Deze verzoenende houding scheen den toorn van Mr. Wiikins te doen bedaren. De ring, zei hij', was een souvenir en daatom hechtte hij er groote waarde aan. Maar hij wilde niet onbillijk party trekken van Sal's vergissing en zou daarom tevreden zijn met het geld, dat de ring waard was, hetgeen hij bij' de laagste schatting berekende op dertig pond sterling. Het kostte Sal veel deze voorwaarden aan te nemen, maar blijkbaar had hij geen keuf Ook wa9 hij verstandig genoeg.om in te zien, dat, terwijl het eene deel van zijn gedrag de afkeuring van velen zou wékken, het ander deel aller lachlust zou opwekken. Hij be taalde daarom de dertig pond sterling uit, die Mr. Wilkins achteloos opstreek en terwijl bij Sai en zijn zoon vriendschappelijk vaar wel zei, verliet hij den winkel met het air van iemand, die voelde, dat hij een weldoener is'voor zijn geslacht, Den volgenden dag was Sal toevallig aan het spoorwegstation, en zoo er de geringste twijfel bij hem bestaan had, dat. hij' op de wreedste wijize tot dupe gemaakt was, dan zou die twijfel ruw zijn weggevaagd, toen hij aan een der raamp jes van een langzaam weg- stoomenden trein het triomfantelijk gezicht zag van Mr. Wilkins en van den bejaarden heer, den kooper van den ring. Sal's ontroering op dit gezicht en zijn ge voel van algeheele machteloosheid kan de lezer zich voorstellen. EEN BEGRAFENIS TE SHANGAL |Aan ©en van particuliere zijde ter inzage gegeven brief ontleent het „Hbl." het vol gende over een begrafenis te Sjanghai: Het was een begrafenissltoet van een pom peuze staatsie als ik nimmer heb kunnen droomen. Het tafereel, dat nu aan onze oogen voorbijtrok, was van zulk een pracht en praal als ik .nimmer heb kunnen denken en waarvoor ik gaarne al mijn ervaringen in het oosten had' willen geven. Het is een groot vooorrecht geweest, dat we dit juist hebben mogen bijwonen. Achter de Hindoe's kwamen twee groote poppen aan met ontzaggelijke hoofden. Zij zijn geheel gekleed in lange gewaden van prachtige zijde en werdén voortgetrokken op vierwielige wagenltjes. Zij zijn zéker wel vijf meter hoog en ste ken torenhoog hoven de menigte uit De een, in vurig rood, heeft het uiterlijk van een priester, en terwijl hij statig voort gaat, houdt hij zegenend beide armen uit gestrekt De ander is gekleed in gele zijde en draagt een groot gouden boek op heide handen. Uit dit boek heet hij de goede daden te lezen van den overledene. Dan volgen wel driehonderd' mannen in lange vuurroode kleederen met zeer hooge roode punthoeden op in den vorm van sui- kerbrooden. Mannen in zwart en lichtgeel. Zwijgend trekken zij voorwaarts met onbe wogen gezichten. Nu komt een Chineesch muziekkorps, dat een vreemde, onbegrijpelijke melodie speelt, welke ongehoord valsch klinkt, plotseling af breekt en weer opnieuw begint. Een groote schare priesters gaat de lijk baar vooraf, omgeven door een soort enor- men baldakijn van roode zijde, daar geen schennend oog een blik op de baar mag werpen. In zware plooien valt de zijde neer van de grooite gouden knoppen boven aan, tot bijna op den grond, opgeluisterd' door matgoudten versierselen. Wel vijftig koelies dragen, met den veerkrachtigen gang den Ohineezen eigen, het zware gevaarte voort, omgeven door een groot aantal priesters, die met waaiers aan lange staken woedend in de lucht slaan en tevens het publiek op een afstand houden, dat te dicht in de nabijheid dreigt te komen. Hierop volgt een lange processie van per sonen, familieleden en kennissen misschien, in prachtige gewaden van blauw, groen, paars en geel met zacht geruisch van zijde en gouddraad. Zeeofficieren en militairen en: een muziekkorps, dat de treurmarsch van Chopin speelt. Honderden vaandels in lichte felle kleuren. Een pompeuze processie, blin kend van zijde en goud. Het moet wél een persoon van groot aanzien zijn geweest, die met zooveel eer werd uitgeleide gedaan. De Ohineezen om ons heen konden ons echter geen nadere inlichting geven dan ,,'a big man, a very big man", en op hun gelaat weerspiegelt zich de hooge achting voor den doode. Hoog gezeten in onze riksjahs, die niet verder kunnen, zien we alles vlak voor ons langs trekken. Een tweehonderd jongens en even zooveel meisjes, blinkend in lichte zijde, gaan voor bij' met ernstige strakke gezichtjes. Koetsen waarin het levensgroot portret van den doode, bevestigd tegen den achterwand en omgeven door bloemen. Van verblindende pracht zjjn de gouden karossen, die nu vol gen. Er komt schijnbaar geen einde aan de lange rij. Zwart gelakt en goud, met ven sters van geslepen glas. Zij zijn van 'binnen bekleed met lichtgele zijde, van een kleur ais oud ivoor. In elk zitten twee vrouwen in witte zijde. Als princessen uit een oud sprookje zitten zij in hun glazen karossen. Zij gelijken op elkaar en 'hebben zonder uit zondering een cigaret tusschen de lippen. Hun kapsels steken gitzwart af tegen de zilverachtige zijde en glanzen als zwarte lak. In een fabelachtig mooie koete zitten twee jonge meisjes. Oonder de hooge glanzende kapsels prijken de platte gepoederde ge zichtjes met de vuurroode lippen. Broos en teer en fijnbesnede» en transparant als por- celeinen beeldjes en zonder eenige uitdruk king. De kleine zwarte oogen staren voor zich uit en schijnen niet te zien wat om hen heen is. Het lijken wel geschilderde poppen, zooals je ze ziet op waaiers. Alleen de mooie zwarte oogen met de zeer hooge dunne wenkbrauwen geven iets menscheHjks flan het expressievelooze gelaat. In de ooren diragen zij groote oorbellen van het zeldzame groene jade, de kostbare steen, waaraan de Ohineezen een 'groote kracht toeschrijven. Ik tel wel veertig koetsen en in elk zitten twee vrouwen. Dit zijn nu de vrouwen van de porceleinen vazen en de schermen. Voor het eerst zie ik ze nu in werkelijkheidl Het is ongeloofelijk; ik kan de koetsen büna raken. Ik ben niet in staat de bekoring van dit alles te beschrijven. t Als een sprookje trekt het aan ons oog voorhij. Nu komen de offeranden. Gevogelte en gebraad op groote schalen. Groote roode visschen en groenten en fijne rijst in kom men. Suikerwerken van kolossale afmetin gen en een groot aantal niet te definieeren gerechten. Alles gedragen op groote schalen door honderden van koelies. Huisraad en eigendommen, lantarens aan lange stokken, draken in grillige vormen en waaiers en tallooze dingen, die ik niet goed zien kan in de schittering der kleuren in het zonlicht. Plotseling schrik ik op door een hand op mijn arm; mij omdraaiend blik ik in 'het gelaat van een Engeischman. „Ga toch wat achteruit", zegt hij', „wees toch voorzichtig. Wij zijn hier verpest. Wij zijn hier verpest", hiermede doelend op de Europeanen in 'het algemeen, die nu vooral na de jongste troebelen als „onreine handen" worden geduld. Ik sloeg een blik om me heen en zag slechte gezichten vol bejvondering en eerbied en geheel verdiept in het indrukwekkende tafereel voor ons. Tienduizenden Aziaten stonden om oqp heen, wij waren de eenige blanken. Naast me zat de tweede stuurman. Gemakkelijk in zijn riksjah. Een toonbeeld van gemoedelijkheid. Glimlachend sloeg hjj het tooneel yoor zich gade. De Ohineezen om ons heen keken rustig toe of praatten zachtjes niet elkaar. Neen, hier dreigde geen gevaar. Men dacht slechte aan het oogen- blik. Aan het tooverachtige schouwspel voor zich. Zachte uitroepen van bewondering ste gen op bij het voorbjj trekken van de kost bare meubelen. Er waren, schatten aan huis raad en meubelen. Een huis vol. Van het fijnste zwarte Chineesche hout. Rijk besne den met bloemen en draken en ingelegd met perlemoer en ivoor. Dit gaat alles 's nachts in vlammen op en zal dten doode volgen naar de Hemelsche Gewesten.... Van zeer veel ontgaat ons de beteekenls natuurlijk; daar we er geheel anders voor staan als een Chinees, die van kind af aan deze dingen bijgebracht is. Een auto 'baant zich' langzaam een weg en hier gaan onze riksjahkoelies dadelijk achter, zoodat we nu den stoet tegemoet rijden. D: zie groote dieren op wagentjes. Geheel van bloemen vervaardigd. Paarden en ossen en vogels en draken in grillige vormen en kleuren, zooals alleen de rijke fantasie van een Oosterling kan uitdenken. Hoewel enkele dingen zeer grappig zijn, durf ik toch niet te lachen, daar in alles een diepe symboliek schuilt. Groote waaiers van pauwenveeren schitteren in het zonlicht met Oostersche pracht. Dan komt een groote menigte menschen, die honderden, neen, wel duizend parasols dragen. Deie hebben een doorsnede van drip vier meter en zijn van de fijnste zijde in alle denkbare kleuren. Licht hemelsblauw en groen en het felle lichte rood' en geel en violet in de lichte tinten zoo geliefd hij de Ohineezen. Het is een verblindende pracht, waaraan onze westersche oogen niet gewoon zijn. Fantastische draken en tijgers in aanval lende houding zijn erop geborduurd' met zijde en gouddraad. Ook bloemen en gesty- leerde figuren van een kleur en een vorm als Ik met de stoutste fantasie nooit 'heb kunnen gelooven. Het is als een sprookjesgedicht. Alleen de pen van een kunstenaar zou het eenigszlns kunnen beschrijven en er eenig denkbeeld van geven. Soms twijfel ik er aan óf het wel werkelijkheid Is. Is het geen dToom? Een fantastische droom van het oude China van eeuwen her. Ik voel me verplaatst eeuwen terug in den tijd. Het is overweldi gend. Dit is nog de glorie van het oude China. Nog leeft het voort. Het is geen droom. Ik zie ons zelf duidelijk zitten in onze Europeesche pakjes tusschen al die duizenden Mongolen in hun lange mantels. De stoet liep nu ten einde. Nooit hadden we gedacht een zod zeldzame gebeurtenis nog te mogen bij wonen. Nooit zullen we het vergeten. Nu volgde nog een lange sleep van personen met vaandete en vlaggen in allerlei kleuren en honderdten menschen volgden de processie, welke twee uur ge duurd had. Zwijgend reden we terug, door deze won dervolle stad van het Oosten, onder den in druk van een schoonheid, zooals we mis schien nooit meer zullen aanschouwen. VERGADERINGEN, VERMAKELIJK HEDEN, ENZ. Dinsdag 2 Februari „Haar gToote Dag", Casino 8 uur. Woensdag 3 Februari Openb. Verg. Nieuw-Malth. Bond, lokaal Van Weelde, 8 uur. Donderdag 4 Februari. Malaria-bestrijding, Nederl.'Roode Kruis. MiL Tehuis Kanaalweg. 7.80 u. Zaterdag 8 Februari Malaria-bestrijding, Nederl. Roode Kruis, •afé Vader, Julianadorp, 7.90 u. „Pro Patria", Casino 8 uur. Dinsdag 9 Februari „De Klokken van Oornevllle", Casino 8 u. Aan de onderstaande adressen als ge vonden terug te bekomen de navolgende voorwerpen G. Bais, Bassingracht 73, een bruin hondje. v. Rijn, Janzenstraat 23, een fransche huisdeursleutel. E. ter Luin, Goverstraat 68, een zilve ren colliertje. Endenburg, Emmastraat 49, een duim stok. G. Post, Wagenstraat 26, 4 sponzen. J. de Boer, Weezenstraat 69, een paar astrakan handschoentjes. Zeewald, Emmastraat 89, een pakje thee. M. Kwast, Jodensteeg 8, een gouden manchetknoop. Wellens, Weststraat 44, een rijwielbe- lastingmerk. D. E. Bot, Ruijghweg 21, een vulpen. Schilder, Wilhelminastraat 40, een zil verbon. Korver, Keizerstraat 113, een paar grijze handschoentjes. J. R. Bos, ie Emmadwarsstraat ia, een witte postduif. Mali voor Hr. Ms. „Heamskerck" en „Tromp". Naar Napels: 8, 9, 10, 11, 12 en 18 Februari. Naar Genua: 19, 20, 22, 28 en 24 Februari, laatste buslichting, hoofdkan toor op .dezelfde data, 12 uur midd., stads bussen, lichting 1. Naar Oadiz: 26 Febr.., 1, 2, 8 en 4 Maart, laatste buslichting, hoofdkantoor 6.80 a., stadsbussen lichting 8. 28 Febr.laatste buslichting, hoofd kantoor 5.30 m., stadsbussen 27 Febr., lichting 4. POST- EN TELEGRAAFKANTOOR. Hot hoofd)- en het wjjk-post en tek«raaf- k&ntoor zijn respoctioveüjk geopend op werkdagen van 'e'morgens 7.80 u. tot 's avonds 7.80 en, van 'e morgens 8 u. tot 's avonds 7.80 u. Des Zondags is het hoofd kantoor open van 8u.rn.tot9u.in.en van 1 u. a. tot 2 u. a.; hiet wijkkantoar is op Zoo en Feestdagen gesloten. Het hoofdkantoor is voor den tele graafdienst opengesteld tot 0 u. 's avonds voor den telefoondienst van 8 u. 'smtot 9 uur 'sa. Bovendien is voor het verkeer met verschillende groote plaatsen het tele foonbureel voor aangeslotenen op werk dagen onafgebroken geopend. De kantooruren zijn op werkdagen: a. Voor de frankeering, het diebiet van postwaarden en de aanneming en afgifte van aangeteekende stukken, dagelijks van 7.80 u. v.m.—7.80 mm. an Zaterdags van 7.80 u. v.m.6.— u. n.m. De aanneming van aangeteekende stukken, waarvan geen expresse-bestelling wordt verlangd, heeft Zaterdags tot 8 u. n.m. plaats. b. Voor den dienst der postwissels, qui- tantiën en rijksverzekeringbaak van 8.80 u. v.m.8 u. n.m. e. Voor den dienst der Rijkspostspaar bank van 9 u. v.m.7.80 u. n.m. Zater dags van 9.u. vjm.6 u. mm. cL Voor den dienst der pakketpost van 7.80 u. v.m.—7.80 u. n.m. Zaterdags van 7.80 u. v.m.6 n.m. Gelegenheid tot afhalen van correspon dentie wordt gegeven des Zondags (niet op feestdagen) van 121 uur 'a middags. heeft op werkdagen plaats des v.m. 8.15 u., 's namiddags 1.60 u. en 6.10 u., en avonds 9.80 u. Bovendien geschiedt op Maandag en daags na een feestdag eene lichting des vjn. te 8.80 u. De op het station ge plaatste brievenbus wordt 10 minuten voor het vertrek van lederen poattreln ge licht. De brievenbussen zijn respectievelijk geplaatst aan de Jfivastraat, Brakkeveld- weg, Stakmianbossestraat, Binnenhaven, Zuidstr., Ankerpark, Buitenhaven, Kruis weg, Molenstraat,Koningstraat, Keizer straat, Piet Heinstraat, Langestraait, Dijk- straat en Sohagenstraat Een koppig kereltje. Kleine Jan waa eens koppig en zijn moeder zei, dat zij hem iu het kippenhok zou opiluiten, wanneer hij niet dadelijk ophield met huilen. Toen de moeder haar bedreiging werkelijk ten uitvoer wilde brengen, riep de knaap op spijtigen toon schreiend uit „U kunt me bij de kippen opsluiten, maar dkt zeg ik u eieren leggen doe ik tóch niet I" Esn oprechte koning. Op een reis in Jutland kwam Frederik VI van Denemar ken in een dorpsschool. De knapen bleken goed onderwezen, konden de groote mannen van hun land en hun geschiedenis. Onder de „groote mannen" noemde één van de jongens, na eene influistering door den meester, ook Frederik VI. „Wat heeft die voor groote dingen gedaan?" vroeg de koning. De knaap zweeg verlegen en stotterde eindelijk„Dat weet ik niet." „Troost u, mijn jongen," sprak de koning, „ik weet het ook niet." Het aantal haran, dat de mensch op het hoofd draagt, bedraagt gemiddeld 128.000. Mark Twöln werd ln zijn jeugd wegens het publioeeren van een artikel tot eenige dagen gevangenisstraf veroordeeld- Ten hij weer op vrije voeten was, vroeg een vriend hem: „Wel, en wat voor men schen heb je daar nu leeren kennen?" „Och," antwoordde de auteur, „als men eenige dagen in een gevangenis door brengt, ontdekt men, helaas 1 dat daar bizunen de muzen óók schurken ritten I" WOENSDAG 3 FEBRUARI. Hilversum H.D.O., 1050 M. 12.00 en 7.30 Politieber. 6.00—7.00 Concert hoor het H.D.O.-orkest 0. 1. van Fr. Lupgens. 7.00—7.30 Lezing door -den heer H. v. d. Molen, tandarts te Amaterdam: Over tandheelkun dige behandeling van ichoolkinideren en tand- verzorging. 7.307.45 Concert. 7.45 en 10.00 Peraber. 8.10 Avond v. d. N.C.R.V. Arie Post, voordrachtkunstenaar. D. Pereboom, secr. Pro- pagandacommlssle N.C.R.V. H. J. Bekkering Jr. W. Hor-nsveld, viool; J. Meijer, piano en orgel. 1. Psalm 121, orgel en viool. 2. O Heer, die daer des hemels tente spreydt. 2. Chanson russe, van Sydney Smith, piano en viool. 4. Toespraak van den heer D. Pereboom, Ede. 5. Ave Maria, Schubert, piano en viool. 6. a. Lied der gemeenschap, G. v. Suylestein. b. De herbergscène, R. de Clercq. Voordracht van den heer A. Post. 7. Psalm iso, orgel en viool. 8. A-dur sonate, Hïndel, orgel en viool. 9- Chant sans paroles, Tschaikowsky. 10. „Een praatje over belastingen", door den heer H. J. Bekkering. 11. Nocturne Op. 9 No. 2, Chopin. 12. „Beter dan heit leven", J. L. F. de Liefde, door den heer A. Post. 13. Melodie, Rubinsiteln, piano en viool. 14. Psalm 25 10, orgel en viool. Daventry, 1600 M. 10.50 Tijdsein, weerber. 11.20 Concert door het radiokwartet en solisten (sopraan, bariton, viool). 1.202.20 Tijdsein, orkestmuziek. 3-3S Lezing: Heroes of fiction. Scott's „Ro.b roy". 4.20 Tijdsein, causerie. 4.35 Conoert. 5.35 Kin deruurtje. 6.20 Dansmuziek. 7.13 Landbouw- praatje. 7.20 Tijdsein Big Ben, weerber., nieuws. Lezing: Bird life. The tniumph of lave. 7.45 Pianocomposities van Rameau. 8.00 Lezing: Michael Angelo. Engiraeer, craftsman, artist. 8.20 Jacthtprogramma. Het versterkte orkest en solisten. Muziek en zang van de jacht. Onder: broken door „The blarmalade hunt", radio- comedie in 1 acte. 10.20 Tijdsein, weerber. 10.5012.20 Dansmuziek door de jazzbands v. h. Savoyhotelr Parijs „Radio-Paria", 1750 M. 12.50 Concert Lucien Paris (piano, viool en cello). 2.05 Nieuws. 5.05 Kinderuurtje. Jeugd- tooneel. 8.35 Esperanto, boekhoudles.' '9.20 10.50 Orkestconcert. KönigswUsterhausen, 1300 M. 7.50 Menidelssohn-avond. Orkest en J. Wolfs- thal, viool. Daarna nieuws. 9.5011.20 Dans muziek door de danskapel. Brussel, 262 M. 8.20 Fragmenten uit de opera Carmen, Bizet. 10.20 Nieuws. MOnater, 410 M. 12.35155 Orkestconcert. 3.20 Concert. Or kest en sopraan. Kindermuziek. 4.505.20 Con cert uit Keulen. 6.20 Lezing: Hautpflege im Altertum und in der Neuzeit. 6.50 Lezing. 7.30 Lezing. 7.50 Concert door het Münchener en semble. Muziek-comedie's van Erich Fischer. DONDERDAG 4 FEBRUARI. Hilversum H.D.O, 1050 M. 12.00 en 7.30 Politieber. 6.007.00 Concert door het H.D.O.-orkeat. 7.007.30 Lezing door den heer A. v. Wijnen uit Gouda: Een land bouwbelang, namens den bond van kaasprodu centen. 7.307.45 Concert. 7.43 en 10.00 Pers berichten. 8.15 Aansluiting van het Cohcertge- bouw te Amsterdam. Het concertgebouw orkest o. 1. van Willem Mengelberg. Solisten: Jac. Urlus, tenor en Ilona Durigo, alt. Daa Lied von der Erde, G. Mahler. Symphonle, W. A. Mozart. Daventry, 1600 M. 10.50 Tijdsein, weerber. 11.20 Concert door het radiokwartet en solisten (mezzo-sopraan, bariton, viool). 1.20—2.20 Tijdsein. Gramofoon- concert. 3.35 Lezing: Pictures of English his- tory, Christianijy. 4.20 Tijdsein, causerie. 4.45 Muziek van het Trocadero-restaurant. 3.35 Kinderuurtje. 6.20 Dansmuziek. 6.35 Padvin dersbulletin. 6.55 Lezing van de radioclub. 7.os Dansmuziek. 7.20 Tijdsein Big Ben, weerber., nieuws. Lezing: Opportunities overseas: Kenya. 7.45 Oude Fransche muziek voor piano. 8.00 Lezing; Clowns. 8.20 Symphonieconcert door de Hylton-band. 9-50 Variété. Duetten voor twee piano's. 10.20 Tijdsein, weerber., nieuws. 10.3012.20 Dansmuziek v. h. Savoyhotei. Parijs „Radio-Paris", 1750 M. 12.30 Concert Lucien Paris (piano, viool en cello). 2.05 Nieuws. 5.05 Orkestconcert. 8.50— 10.20 Orkestconcert. KönigswUsterhausen, 1300 M. 8.209.20 Gemengd programma door het Zither-trlo. W. Weisz, tenor. De Becce-kapel. Daarna nieuws. 9.50—11.20 Dansmuziek door Rapées jazzband. Brussel, 262 M. 3.20 Kindermatinée. Muziek en vertellingen. 8.20 Orkestconcert. 8.50 Italiaansche lezing: L'Arte Italiana, Michel Angelo. 9.00 Vertaling in het Fransch. 9.s0 Orkestconcert. 10.20 Nieuw». MUnster, 410 M. 12.331.50 Duitsche volksmuziek door or kest. 3.35—5.20 Concert. Werken van Keulsche componisten. 6.20 Concert. 7.20 Spaansche les. Mannenzangver. uLt Keulen. 8.55 Kamermuziek 7.50 Instrumentaal concert. 8.20 Zang door de door het Scihjpidt-strijkkwartet. Werken van Mozart en Haydn. morgen van 2 Februari. Medegedeeld door het Kon. Nederlandaoh Meteorologisch Instituut te De Bilt Hoogste stand 761.4, te Janmayen. Laagste stand 787.4, te Leacksod en Verwachting: Valetia. Zwakke tot matige zuld-oostelljke tot zuidelijke of z.-westelljke wind, zwaar be wolkt tot betrokken aanvankelijk opkla rend, later weer regen, zelfde tempera tuur.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1926 | | pagina 7