UIT DE NATUUR
I
TEDUQ.
rj
4, van 6 van die van 5 ou ein
delijk van 10 van die van 7 onder
scheidden. Dat ze niet „tellen" blijkt uit
de snelheid hunner keuze en uit het mis
tasten bij bovenbedoelde proef met groep
jes van 8 vastgelijmde korrels.
Hoe nu een en ander te verklaren? Al
kunnen de vogels niet tellen, tóch zijn ze
onder bepaalde omstandigheden in staat
de veranderingen in het aantal hunner
eieren of jongon waar te nemen. Het is
echter niet het aantal, dat zij daarbij op
merken, maar stellig wel het beeld in zijn
geheel van hun nest met de eieren of van
hun gezamenlijke jongen, waarin hen
een plotselinge verandering opvalt Steeds
speelt het totaal-beeld der situatie, en wel
voornamelijk vorm en aanzien, de hoofd
rol. Het aantal der afzonderlijke voor
werpen, eieren, jongen, enz. als zoodanig,
komt niet in beschouwing. Op goede
gronden zijn we gerechtigd aan te nemen
zoo besluit dir. H. dat bij de dieren
het vermogen oan zich zakelijke voorstel
lingen te vormen ontbreekt, althans
slechts héél zwak ontwikkeld i&
In de Telegraaf vertelt een correspon
dent van de honoraria, die musici in de
Vereenigde Staten ontvangen. Men hoort
van enorme sommen, die ze verdienen,
doch men weet niet dat zij deze slechts
voor een gering deel ontvangen.
De duurst betaalde artisten gaan ge
woonlijk met niet meer dan 40 soms met
slechts 80 percent van hun hooge hono
raria huls-toe. Als regel neemt men aan,
dat de concertagent 15 tot 20 percent ont
vangt; voor andere uitgaven berekent men
25 percent, voor inkomstenbelasting 10
percent. Wij hoorden van drie zeer be
kende internationale kunstenaars, die veel
succes hadden geoogst, dat zij] „quitte
speelden",;
Vrienden van Paderewski schatten
diens bruto honoraria op 500.000 dollar.
De beroemde pianist gaf hier 72 concer
ten, welke' bijgewoond- werden door
400.000 of 500.000 concertbezoekers. Hij
reisde van Boston tot Florlda en van Ha
vana tot CaliforniS. Die zelfde vrienden
zeiden, dat hij zeetr weinig geld overhoudt,
omdat hij groote sommen geeft voor lief
dadigheid, zoowel ln Amerika 81b ln Po
len.
Feodor Ghaliapin ontvangt 8000 tot 8500
dollar per avond. Hij betaalde aan den
kunstlievenden Amerikaanschen fiscus de
som van 52.000 dollar inkomstenbelasting.
In het volgende seizoen zal hij 76 maal op
treden waarvoor hij een garantie eisoht
van 275.000 dollar. Alle andere concerten
bezorgen hem extra verdiensten evenals
zjjn inkomsten van radio en gramophoon.
De bekende pianist Jozef Hofman is, na
Paderewski, de duurst betaalde pianist in
de Ver. Staten. Hij krijgt 3000 tot 4000
dollar per concert. Als leeraar aan het
Curtis Instituut te Philadelphia ontvangt
hij 40.000 dollar per jaar of meer.
Eritz KreMer geeft concerten op een
percentage-basis. HJj ontvangt 70 percent
van de inkomsten die een concert oplevert.
Een zaal van laat ons zeggen 5000 dollar
levert hem 8600 dollar. Het komt voor dat
hij 4, soms 6 maal- per week concerteert 1
Sigrid Onegin, de beroemde ZweedBche al,
heeft gedurende het seizoen 1926—1926
van 6 October tot 29 Maart over geheel
Amerika 64 concerten gegeven tegen 1600
dollar per avond, tLw.z. 8L000 dollar zon
der andere emolumenten. Schat men dat
zij 40 percent netto maakte, dan ontving
zij voor een zeer intensieve tournée
88.000 dollar netto. Haar volgende tour
née heeft zij beperkt tot 80 concerten, te
gen 1750 dollar per concert.
Gigli, de bekende Italiaansche tenor,
weigerde een engagement voor Londen,
omdat het honorarium hem te laag toe
leek. Hij eischte 2000 dollar per avond. De
oonoertemanager wilde hem 1700 geven.
Hij sloeg het aanbod af: „Willen zij dit
jaar geen 2000 dollar betalen, dan zullen
zjj in 1927 het genoegen hebben 2260 te
geven, of Gigli niet hooren."
Deze klasse kunstenaars eischt contrac
ten van staal en ijzer. Geld vooruit gede
poneerd in een groote Amerikaansche
bank enz., omdat er onder de Amerikaan
sche oonoertmanagers schalken zijn, die
een oontract beschouwen als een „vodje
papier". Rlchard Strauss heeft zich door
geen enkelen Amerikaanschen manager
ooit een ulevel inplaats van een oontract
in de hand laten stoppen. De manager kon
failliet gaan, maar zijn honorarium, -was
veilig). Nog steeds wordt zijn laatste tour
née als een „klassiek" voorbeeld van fi
nancieel© genialiteit aangehaald.
Telkens wanneer hij dirigeerde ontving
hij 2500 dollar. Speelde hij „all Straus"
programma's, dan kreeg hij idem zooveel
tantièmes voor zijn eigen muziek. Het
spreekt als een boek, dat Strausa.
Strauas-avonden gat Het orkest kostte
den gelukkigen manager van 2600 dollar
tot 3000 .dollar per concert. lederen keer,
als hij plano speelde, of een zanger bege
leidde, ontving hij 2000 dollar. Hij bedong
86 avonden met „de luxe" eooomodaties
op reis. Geen wonder, dat de oonoert-ma-
nuger, Strauss met vreugde zag afreizen.
Men zegt, dat hij aan 't geval 88000 dollar
verspeelde, bankroet ging en zijn geld
schieters slapeloze nachten heeft bezorgd.
Strauss zou met 50.000 dollar schoon-aan-
den haak naar patria getrokken zijn.
Doch het zijn uitsluitend de beroemde
Europeesohe kunstenaars, die dergelijke
hooge salarissen kunnen verwerven.
De gewone concert-solist ontvangt ge
middeld niet meer dan 600 dollar per
avond. Meestal ooncerteart hij 12 tot 80
maal per jaar. Gemiddeld zijn de inkom
sten niet hoog er dan 10.000 dollar por jaar,
dat ia «slechte l 20300—.
[Laat ik nu eens ietwat ondeugend zijn:
rooken en drinken behooren bij elkander.
Dr. iBlee zegt dat niootine de bloedvaten
vernauwt, terwijl bij beweert dat alcohol
de bloedvaten verwijdt. De drinkende roo-
ker {de rockende drinker) gebruikt der
halve gif en tegengif; onbewust neutrali
seert hij dus de schadelijke werking van
beide, terwijl ik er nog bij geloof, dat een
kop sterke koffie door den drinkenden
rooker op anderen tijd gebruikt, gunstig
inwerkt op het voortdurend nauwer en
wijder worden der bloedvaten; maar als
leek geef ik die tmeening gaarne prijs op
gezag van den medicus, een menschen-
eoort overigens die ik nog niet dikwijls in
mijn leven heb noodig gehad. Want lee-
ken-oordeel is niet veel waard, 't Gaat er
mee als met de door journalisten opgevan
gen verklaring van 100-jarigen, die voor
hun zoo oud worden hun eigen ervaring
als redenen opgeven. „Ik bleef steeds vrij
gezel", zegt de een, „en verstouwde steeds
zooveel rum als geen ahder het kon. Ik
was altijd een sterke rooker." No. 2 zeide:
„Ik huwde op 18-jarigen leeftijd, en her
haalde dit na het overlijden mijner echt-
genooten op 27-, 36-, 44-, 63- en 84-jarigen
leeftijd. Nooit gebruikte ik alooholica, ook
geen tabak." In de toekomst zullen wij
den buitengewoon hoogen leeftijd hooren
toeschrijven aan reepen Meooof Kwatta.
Dat is allemaal larll Hoofdstaak is, dat de
mensch eet en drinkt wat hem aange
naam smaakt; dat hij van niets te véél
neemt op één keer, van' bruine boonen
niet, en van reepen niet, en van wijntje
niet. Dat hij goede vrinden blijft met tante
Betje. Dat hy de dingen des dageljjkschen
levens niet te zwaar opfleemt. Dat hö
zeurkousen en fanatici op welk gebied
ook uit den weg gaat. Dat hij het gewijde
woord verstaat: „elke dag heeft genoeg
aan zijn eigen kwaad." Dat hij geen slaaf
worde, nóch van het goud, nóch van de
vrouwen, nóch van den wijn, nóch van de
tabak, nóch van de mode, nóch van den
waan van den dag. Kortom, dat hij of zij
den leefregel vinde in wat wij hier van
Boerhaave aanvullend cdteeren: Hoofd en
hersens koel! Hart en voeten warm. Ge
smeerd maag en darm, Oogen en achter
poort open: Laat dan alle drijvers en alle
dokters: Naar den duivel Ioopen!
x G. L. Jansen in J>e Mentor".
bent, dan is het volgende stelletje een aardig
voorbeeld.
Sergeant: Geeft acht Th je linkerbeen
op en steek het recht vooruit"
Een milicien vergist zich en stak z*n
rechterbeen vooruit Zoo kwam dart 'been
tamelijk dicht bi) het linkerbeen van zjjn
achterbuurman.
De sergeant ziet t en roept nijdig: „Wel
ke stommeling steekt daar nou alle twee zjjn
beenen vooruit?"
BABBELUURTJE ÓVER MODE
(Nu nog een paar aardige dingskes voor
de kleinen en dan is het heele zomergedoetje
klaar, zegt U? Nu, dat is al heel wat, want
zoo'n paar gezellige prullejurkjes zijn gauw
gemaakt
Die peuters zien) er immers het aardigst
uit met iets fleurigs en eenvoudigs. Een
vroolijk kleurtje, een vriendelijk versierinkje
doen 't 'm juist Ziet b.v. eens deze twee
kinders. Zien ze er niet alleraardigst uit en
wat hebben ze aan':
Het meisje draagt een jturkje van rosé
toile de soie, gegarneerd' met thee-kleurige
vaiencienne kantjes. Het modelletje is zeer
eenvoudig. Een geheel recht lapje voor het
rokje, wordt aan een tamelijk groot pasje,
een weinigje ruim aangezet Het pasje is
aan de schoudertjes zóó laag gesneden, dat
er geen mouwtjes meer behoeven ingezet te
worden. Een dubbel rijtje ingehaalde kantjes
wordt ln hoekige teekening opgezet en maakt
de heele versiering uit
Kleine boy is nog sneller klaar: Een
broekje niet aangeknipte schouderbanden
van zeegroen linnen en daaronder een klein
hemdje van wit linnen; klaar ds boy.
Wanneer U eventueel lom het gelukkige
bezit van «en tweeling jongan-eiwmeisje
Van rood linnen wordt het broekje en
jasje van het jongetje en het vest voor het
meisje gemaakt
Het jurkje van het meisje en het blouse
gedeelte voor het jongetje wordt van écru-
kleurig batist gemaakt Staan deze kleuren
de jongelui niet zoo goed, wel dan kiest U
eenvoudigweg andere kleuren.
Voor het tweejarig zxuje neemt U een
stukje strook van Engelsch borduurwerk,
naait die dicht en haalt diere van boven voor
het halsje in, een paar proefmouwtjes inge
zet en het toilet voor zus is klaar.
Houdt ge van ooquette Meertjes voor die
kleine guiten?
Wel steek dan uw zoom in een zwart zijden
pantalon met een wit batist overhemd. Of
zoo U het nog chiquer wenBcht: een zwart
fluweelen broekje met wit crêpe de chine
overhemdje. Het broekje krijgt gitknoopjes
en het overhemdje paarlmoer knoopjes ter
versiering.
Het jongedametje krijgt een crêpe de
chine kleedje in de Meur, welke haar t best
staat. Het Ujfje en pasje worden op maat
ingerimpeld, op ongeveer 8 cM. afstand.
Ieder inhaalselitje wordt afgewerkt door een
smal gekleurd lintje of koordje. Langs den
zoom wordt een mooi filetkantje gezet.
Een keurig paartje om mee te visite te
nemen, nietwaar?
„Kom je morgen koffie drinken bij me,
Elise? Dan kun je eens kennis maken met
Mevrouw Rateknan ik heb haar ook ge
vraagd".
jZeg eens, Betsy, hoe bevalt je die
Mevrouw Ratelman eigenlijk?"
„Och, dat gaat nogal, maar een beetje
ordinair, onder ons gezegd: in fttn ge
zelschap zou ik haar niet bepaald durven
brengen!"
(Een boer kwam bij een tandarts en ging
in de wachtkamer ritten. Hij leunde met
zijn arm op de toetsen van de piano, waar
door deze geluid gaf.
„Wel", zeide de dokter, „humt gij ook
piano spelen?"
„Dat bemerk ik daar ook", riep de boer
verwonderd.
Toen de beroemde zangeres haar pro
gramma beëindigd 'had en buigend het too-
neei verlaten had, dwong een langdurig en
daverend applaus haar terug te keeren en
een toegiftje te geven.
Twee bakvlschjes klapten het geest-
driftigst
Nauwelijks versoheen de zangeres weer,
of de een zei triomfantelijk tot de andere:
„Zie je nou wel, dat het maar tafzij is".
Een klein eindje van Davids huis af was
een groot huis met er rondomheen een
groote tuin. De tuin werd door een dichte
doornenhaag van den weg afgesloten en de
eenige poort, die toegang gaf tot den tuin,
was een dichte houten deur, zoodat David
onmogelijk ln den tuin kon kijken. En dat
wilde hij nu juist zoo erg graag.
Moeder zei, dat hy daar niets aan zou heb
ben, want de tuin was één groote onkruid-
wildernis, maar 'Davids zusje Batsie ver
telde hem, dat 'fl avonds laat, als de maan
scheen, de elfjes kwamen. Zij veranderden
ai het onkruid in mooie bloemen en dan
dansten ze bij het licht van de maan en de
Imwormen. Dat deden ze, omdat ze het
t zoo rustig hadden. In het groote huis
woonde alleeni maar een huisbewaarder, die
altijd om negen uur naar bed ging.
Daarom verlangde David er zoo heel erg
naar, eens in den t/uin te kunnen kijkea
Misschien, misschien, dat er wel 'eens een
elfje achterbleef of dat de elfjes vergaten
het onkruid weer terug te tooveren! Maar
in de haag kon hij niet klimmen, omdat die
vol dorens zat en de poort was steeds op
slok Eiken dag gaf David een duw tegen
de deur ln de hoop, dat ze eindelijk open
zou vliegen, maar steeds tevergeefs.
Op zekeren dag vroeg moeder aan David
of hij even een brief naar de bus wou bren
gen. Dat vond David altijd heerlijk. Hij
voelde zich zoo groot, als hij heelemaal alleen
een boodschap mocht doen. Op weg naar de
brievenbus-kwam hij langs de gesloten poort.
Hy had 's ochtends al eens geprobeerd, of
de poort nog steeds niet open kon, maar ze
zat even dicht ais gewoonlijk. Toch kon
David niet nalaten ook nu weer ln t voorbij
gaan tegen de deur te duwen en tot zijn
verbaring vloog de deur open' en
ivid rolde haast den tuin in.
„Wei, wel", zei een stem: „"Wat een
haask"
Opkijkend zag David het vriendelijk
lachende gezicht van een ouden heer. Dat
was niet de huisbewaarder; dien kende David
wel David zei: „Dag, mijnheer, ik keek
alleen even, of de deur open was. Maar het
is nu toch allemaal onkruid!"
De heer vroeg verbaasd: „Allemaal on
kruid? Wat bedoel je daarmee?"
Nu vertelde David, dat hy al zoo heel lang
geprobeerd had eens in den tuin te kijken,
maar dat de poort steeds gesloten was ge-
weesk „(Moeder zei al, dat er hier niets dan
onkruid was te zien. Maar Betsie en ik
dachten; dat de elfjes wel eens wat bloemen
zouden laten staan."
„De elfjes?" vroeg de oude heer.
„Ja, mijnheer", antwoordde David. „Die
dansera hier 's avonds als de maan mooi
schijnt en dan toovesren ze het onkruid weg
en mooie bloemen er voor ln de plaats".
„Wel, wel", zeide de oude heer weer. „Dat
tref ik. Nu dan zal ik eens aan de elfjes
vragen of ze het onkruid weg willen laten en
een mooie bloementuin maken van dezen
tuin. En dan kom je zeker nog eens kijken
met Je zusje".
„Heel graag, mijnheer. Dag, mijnheer!"
riep David opgewonden uik
Weg vloog hij, eerst naar de bus en toen
naar buis, om het heerlijke nieuws aan Betsy
te vertellen.
Daar kwam moeder binnen.
„O, moeder", riep David: „Er woont een
oude heer in het huis en we mogen in den
tuin komen kijken/".
Moeder lachte een beetje geheimzinnig en
zei: „Ga jullie gauw naar boven, om je wat
op te knappen. Er komt iemand by ons
eten, maar ik zeg niet wie".
Jullie begrijpt, dat David' en Betsy heel
gauw „opgeknapt" de trap weer afstormden
en daarna wat minder haastig, maar erg
nieuwsgierig de eetkamer binnen stapten,
om te zien wie de gast was. En.... denk
eens aan, daar zag David den ouden heer,
met wien hy een half uur geleden kennis
gemaakt had. Moeder pakte de kinderen elk
by een hand zeggende: „Kom, zeg nu eerst
grootvader eens goeden dag en laat groot
vader dan eens zien, hoe jullie in de zes jaar,
dat hy je niet gezien heeft, gegroeid bent".
„Grootvader?" riepen de kinderen: „Is U
nou grootvader?" „Ert", voegde David er
meteen by: „Woont U ln het groote huis?"
„Ja, mijn jongenf, zei grootvader, „en
daar biyi ik nu voortaan voor goed. Ik heb
dat huis gekocht en de gesloten poort zal
voor jullie ln t vervolg steeds open rijn!"
L Zomervacantie.
II. Stel niet uit tot morgen, wat gy
heden kunt doen. Ijswagen, Turkije,
tante, Groenlo, Wilhelmina, tent, kudde.
In de maanden Juli en Augustus ver-
schdjnen geen nieuwe raadsels. De trouwe
raadselvrienden en -yriendinnen kunnen
elk vrij uurtje dan beter in de buitenlucht
doorbrengen. Dus tot den eersten Zater
dag in September.
Goede oplossingen van belde raadsels
ontvangen van
K. en M. B.; B. B.; W. B.; G. en A. D.;
D. en J. D.; A. E.; M. F.; J H.; G. H.;
A. E; G. K.; O. en B. K.; O. T.; W. W.
De prijzen zyn ten deel gevallen aan
Bets Bakker, Binnenhaven 6.
Koos en Marie Beversluis, Ruijghweg 25.
Willem Blauwboer, Koningstraat 107.
Gretha en Aafje Dekker, Koningdwars
straat 87.
D. en J. Dortmundt, 2e Vroonstraat 12.
Marie Ferwerda, Zuidstraat 54.
G. Hoelandt, Breewaterstraat 85.
Oorrie en Bram Koopman, Weststraat 17.
Aafje Kamp, Van der Hamstraat 2.
Willem Willemse, Nleuwstraat 48.
BEIGE SCHOENTJES.
gtil verlangend, tounknendi «tanend
(Stond se voor hét winkelruit,
1 Was al» tocht «ij, in gedachten,
PD' allermooiste schoentjes alt.
Een nrijnheertie, dat paaeeerda,
Keek het kleine meisje aan,
En ging lachend, aaohtjee fluitend!,
Maast het leuke Wondje staan.
En de blauwe ©ogen volgend
Weee hij op de beige schoen:
(Tijk dat schoentje aan uw voetje,
Zou toch aak er wond "ren doen!
"ik Zie u «oo smachtend staren,
En o, dat verdriet mij aoo.
Gaat u even mee naar binnen,
Ik Geef es *,-T> aan ix cadeau."
Even keek ae heel verwonderd,
Daarna echoot *e li» een lach:
„Denkt u dat ik van een vreemde
Beige echoentjee nemen mag??
u««r ik ken een heel ann meisje,
Die se dolgraag hébben won,
Tc Wad als u se daarvoor haalde,
Zijl u eeuwig danken sou."
En bij kocht de 'beige schoentjes,
t Was een staaltje van zijn plicht.
Hij had voor een „heel arm meleje"
Toch een goede daad verricht....
1 Zon hem seker nimmer spijten,
Zei het kleine blondje blij.
„*k Zal se spoedig aan haar brengen.
Dag hoort Denkt u eens aan mij?"
t Was een aardig avontuurtje,
(Jfcmmer, dat se weg aoeet gaan.
Heerlijk, dat hij voor die stumpert
sian» iets goedigs had gedaan.
ia Avonds toen ht] wat ging wandlea,
Zag hij' plots het blondje staan
Io geselschap van twee hoeren:
Se had dis beige «hoentjes aan.
Kunnen vogels teDen?
Wanneer men uit het legeel van een
broedenden vogel, die tijdelijk het nest
verlaten heeft, een ei wegneemt of er
daaraan een toevoegt, dan bemerkt men
in vele gevallen, dat de vogel zich, na b]j
terugkomst het legaal gezien te hebben,
onrustig gedraagt en het nest verder aan
zjjn lot overlaat Dikwijls laten vogels,
die jongen hebben, waarvan men er een
of meer heeft weggenomen, door hun ge
dragingen zien, dat zij het verlies opge
merkt hebben.
In de jachWiteratuur vindt men
meermalen vermeld, dat kraaien en ek
sters opmerken of van een zeker aantal
jagers er zich op een gegeven oogenblik
één verborgen1 heeft opgedteld. Heeft
men nu in el dergelijke gevallen met een
werkelijk „ter-vermogen te doen? Wat
antwoordt de dleren-psychologiache we
tenschap hierop, vraagt prof. dr. Hem-
pelmann zich af, die in Die Umsbhau van
12 Juni J.L aan dit onderwerp een artikel
wijdt
Afgezien van het feit zoo zegt dr.
H. dat voor een werkelijk „tellen" een
abstract spraakvermogen vereischt wordt
en aan „tellen" slechts de beteekenis toe
kennende van het toepassen van een
eenheid als maat op een veelheid, dan
hebben alle proeven en waarnemingen
tot uitkomst gehad; dat geen vogel in
staat is te „tellen"; noch eenig ander dier,
zelfs niet de menschapen, die toch reeds
sporen van inzicht en intelligentie aan
den dag leggen.
Een paar proefnemingen door Katz en
Revesz met hoenders mogen hier vermel
ding vinden. Z]j brachten hun proefdie
ren telkens voor een rij voederkorrels,
waarvan er om de andere één op den bo
dem vastgelijmd! zat' alle korrels bevon
den zich op gelijken afstand van elkaar.
Na een aantal proeven; pikten se niet
meer naar de vastzittende korrels, niet
tegenstaande de lijm waarmede deze be
vestigd zaten, niet zichtbaar was. Ver
volgens werden telkens twee op elkaar
volgende korrels vastgekleefd; zoodat
slechts elke derde los lag. Ook nu pikten
ze, na eenige ervaring, alleen nog maar
naar de losliggende korrels. Veel langer
duurde het reeds, vóórdat ze geleerd' had>-
den uit een rij de twee telkens naast el
kaar los liggende korrels op te pikken,
wanneer regelmatig alleen elke derde
korrel vastgelijmd zat Toen Revesz den
onderllngen afstand der in een1 rij voor
gelegde korrels onregelmatig maakte, of
de rij niet diwars voor het hoen neerleg
de, maar zóó, dat die recht op het proef
dier toeliep, of het pikken van links, van
rechts, of van uit het midden liet begin
nen, maakten de hoenders na 15 tot 80
proeven geen noodelooze pikbeweglngen
meer. Daarentegen wisten zij steeds een
telkens tuaschen drie vastgekleefde kor
rels losliggende vierde op te pikken. Uit
deze resultaten mogen we niet afleiden,
dat de hoenders tot twee, echter niet tot
drie kunnen tellen.
Veeleer zal de gevolgtrekking juist
Min, dat deze dieren wel in staat zijn
kleefde korrels
groepjes van twee
nog als een eenheid op te vatten, dit ech
ter niet meer kunnen bij groepjes van
drie.
Wèl nemen de hoenders zéér goed ook
geringe verschillen in grootte en in hoe-
veelheid waar. Van twee in grootte on
gelijke hoopjes korrels kiezen zij steeds
het grootste.
Revesz constateerde, dat ze zoo ni
hoopjes van 8 van dia van 2, van
dia van ma e van dia
Musici-honoraria ln Amerika.
ROOKEN EN DRINKEN.
Acrobatiek ïn het leger.
Kleedjes voor de kleintjes.
Coriy Brena.
Die lieve dsmea.
Hij kon meer dan hij wist
Waarom klapten
Maar nu dragen te hel blijmoedig.
Wat zou er een gejammer opgaan als
het armoede waa, die de vrouwen nood
zaakte om zoo weinig Ideeoren, te dragen.
jSyxacuae Standard*'.
DE GESLOTEN POORT.
RAADSELS.
Oplossingen der vorige raadsels.
(Z om R V a o an t Ie
f