GEMENGD NIEUWS
Een1 oproep om hulp.
Deelneming van de Koningin.
Een order van het Dep. van Marine.
Van de KW. 103 nog niets bekend
Het vergaan van de VI. 48.
Huls Ingestort
Aangereden door een autobus.
Maandagavond-11 uur is de 23-jarige W.
De toestand op het strand.
Het meest geteisterd is altijd het strand
na too'ü storm. Bijina onherkenbaar is het
vaak. Groote stukken duin zijn weggesla
gen en het strand schijnt veel smaller ge
worden. Ook nu zal men vreemd staan te
kijken als men voor het eerst op het strand
komt. Dat begint al even voorbij oen ring
muur. De duinvorming hier, die al zoo aar
dig begon te worden, is voor een groot ge
deelte vernield en de illusie, dat we binnen
kort, vanaf den rin°muur tussehen tvee
heuvelruggen door, naar het badhuis zouden
kunnen' rijden, is ons weer benomen.
Op het strand zelf heeft, de zee aardig aan
den duinrand geknaagd, doch dit alles komt
wei weer terecht in den loop der jaren. „De
zee geeft en do zee neemiti", dat is 't spreek
woord, dat ook nu weer bewaarheid' is.
Erger en droeviger is het, dlat er bij den
laatsten storm zooveel menöchenilevens te
betreuren zijn, en dat zooveel families in
rouw gedompeld werden. Wij kunnen het
ons zoo goed indenken hoe groote droefheid
er in die gezinnen is, die vader of broeder,
man' of zoon moesten missen. Wij; kunnen-
dan ook niet te dankbaar zijn, dat- in onze
plaats, onder onze visschers geen levens ver
loren gingen en dat de schade door den
etorm aangericht, slechts een materieele is.
Uit Oalantsoog meidit men aan die ,N.
Hott -Ort.":
Het heeft aan onze Noord-zeekust van Hei
der tot voorbijl Oaliantsoog hij deni laatsten
Zuidwesterstorm harder gespookt dan tot
na toe in de berichten is uitgekomen. Van
Camperduin tot Huisduinen zijn de duinen
over een breedte van meer dan 10 M., op
sommige plaatsen tot 18 M., weggeslagen.
De duinibepLanting heeft veel te lijden gehad,
aanzienlijke schade -is er aangericht. Riet-
schermen en stroopooten zijn weggeslagen-;
waar anders een zacht glooiend duin was,
riet men nu een loodrechte duinenrij.
Het hoofdbestuur van het NederL
Roode Kruis zendt aan de bladen het
volgende communiqué:
De storm der laatste dagen heeft helaas
weer zijn slachtoffers gevraagd. De cou
ranten hebben het ons doen weten, dat de
t visschersvloot door het ruwe element
zwaar getroffen is door het vergaan van
4 harer schepen, waardoor 46 personen
(12 man, 10 man, 11 man en 13 man) het
le-ven hebben verloren. Wat dit bericht in
wehkelüj'kiheid beteekent voor hen, die
hun vader, kostwinner verloren hebben,
behoeft helaas niet nader te worden ver
meld. Helaas worden wij daar te dikwijls
aan herinnerd.
intussehen is het steeds een verblijdend
verschijnsel, dat velen zich gedrongen ge
voelen te trachten het leed der nabestaan
den op eenigerlei wijze te helpen lenigen
en wel op materieel gebied.
Voor hen, die zulk een blijk van sym
pathie wenschen te geven, verklaart het
hoofdbestuur van het Nederlandsche
Roode Kruis, Princessegracht 27, 's-Gra-
venhage (postgiro no. 22120) zich gaarne
bereid, gelden' in ontvangst te nemen on
der het motto: Ramp Noordzee.
De burgemeester van Vlaardingen heeft
gisteren het volgende telegram ontvangen
van baron Van Geen, secretaris van de
Koningin
De berichten betreffende de ramp, die
Vlaardingen getroffen heeft door het ver
baan van de loggers VI. 46 en VI. 213,
hebben H. M. de Koningin zeer getroffen
en. met oprecht leedwezen vervuld- Hare
Majesteit draagt mij op, u te verzoeken,
'oan de nagelaten betrekkingen der opva
renden, die hierbij zijn omgekomen, hare
oprechte deelneming over te brengen.
De burgemeester heeft reeds aan het
bedoelde verzoek gevolg gegeven.
Ongerustheid in vissschersplaatsen.
Het hoofdbestuur der Reedersvereeni-
gin-g voor de Nederlandsche Haringvls-
scherij heeft den minister van marine het
volgende telegram gezonden:
Wegens plaats gehad hebbende scheeps
rampen heersoht groote ongerustheid in
de verschillende visacherijplaatsen over
nog op zee zijnde visschersvaartuigen.
Verzoeke commandanten van ipolitiékrui-
sers onverwijld opdracht te willen geven,
radio-telegrafisch verkende schepen te
rapporteeren.
Vanwege het departement van -marine
rijia de thans zich op zee bevindende vaar
tuigen, belast met 'het toezicht op do vis-
soherij op de Noordzee, geïnstrueerd, zoo
veel mogelijk Nederlandsche visschers
vaartuigen te verkennen en zoo spoedig
mogelijk radio-telegrafisch te rapporteo-
tun, welke viasohersvaartuigen zijn aan
getroffen.
Dinsdag bestend er weer eenige hoop
dat de K.W. 108 niet zou vergaan zijn.
D. Glas van den stoomtreiler
''Witte Zee' had gerapporteerd de K.W.
103 Maandagmorgen ter hoogte van Ter
schelling te hebben gezien. Hoe zal de
hoop iu Je harten van de reeds treurenden
weer ^geiegd zijn, bij het hooren van
deze tijding. Met angstige spanning zal
uien den horizon hebben afgezocht, doch
tevergeefs.
j Ye™o*lelijk hoeft men zich vergist en
Js het de K.W. 184 geweest, die schipper
Glas gezien heeft. De 184 is een zuster
«^pvande KW. 108 en is gisteren te
IJmuiden blnnengeloopen. De kans op het
behoud van de KW. 103 wordt nu aan
merkelijk kleiner geacht, ook omdat, ala
net schip gezien was waar het gerappor
teerd werd, het nu reeds binnen had moe
ten zijn.
Het vergaan van de Vlaardinger
stoumlogger Copemicus.
Onderhoud met de geredden en
den kapitein van de VI 47.
De „N. Rottd-Crt." heeft te Vlaardingen
een onderhoud met een van dé g wedden en
met den kapitein van de VI. 47 gehad.
Eerstgenoemde, de jongste, W. de Vaart
uit Marken, vertélde, dat de ramp Zondag
morgen half negen- gebeurd is. Het was toen
afnemend stormweer. Hot voorruim stond
vol water en de pompen waren defect ge
worden. In de nabijheid lag een- bulpstoo-
mer. De VI 46 wilde naar dit schip toegaan
om assistentie te vragen. Op dat IX)£€n™^
kwam evenwel de VL 47 op ongeveer 1000
meter afstand achter de VI. 46 aanvaren. Er
werd een vlag geheschen) ten toeken van
nood en- er zij-n tot tweemaal toe noodsigna
len met de stoomfluit gegeven.
Plotseling kwam een grondzee, die heel
het schip als onder een berg van water be
dolf. Het schip zonk rechtstandig naar be
neden, in de diepte gedrukt door de gewel
dige watermassa. Daarna is het schip gekan
teld. De Waart heeft niets meer van zijn
kameraden gezien. Hij is een- goed zwem
mer en is toen ond-er hst schip uit gedoken,
Een golf nam hem op en bracht hem boven
aan de oppervlakte. Even later was de VI. 47
zoo dicht bij- hem, dat hij met een haak aan
boord gehaald kon worden.
Ik heb 3 jaar gevaren, zoo besloot De
Waart zijn verhaal, maar ik geloof, dat dit
mijin laatste reis is geweest
De kapitein van de Golumbus, de heer J.
Herman Harms, vertelde het volgende:
Ongeveer 3 weken geleden zijn de VL 46
en VI. 47 ter visscherij uitgevaren. Beide
schepen behooren aan de reederij Joost Pot
te Vlaardingen. Zaterdag is het zwaar weer
geworden. Zondagmorgen- nam de storm af,
maar het bleef rauw weer met een hooge,
wilde zee. De VI. 46 lag op ongeveer 1000
M. afstand. Ik had op mijin schip het achter
zeil' laten innemen, met de bedoeling voor
de zee te gaan lenzen, di. w. z. voor stroom
en golven uit naar dieper water te gaan. Ik
zag, dat men op de VI. 46 hetzelfde van
plan was. v
Tegen half negen weTdi op de VL 46 een
vlag geheschen. Wat dit beteekende weet ik
niet. Een noodsein is het in geen geval ge
weest. De noodseinen met de stoomfluit heb
ik niet kunnen hooren. De wind blies het
geluid juist van ons af. Opeens zag ik het
schip een geweldige grondzee overkrijgen
eni dadelijk daarop was het verdwenen. Met
volle kracht voer ik naar de plaats des on-
heila Daar vonden wij 3 opvarenden rond
zwemmen. Het merkwaardige is, dat zij geen
van allen een zwemvest aan hadden, terwijl
de verongelukten allen weli zulk een vest
aan hebben gehad'. Bovendien hadden de ge
redden htm- zwaar oliegoed aan; de anderen
hadden dit uitgedaan, maar dat heeft hun
niet meer mogen baten.
Alle drie kon ik met een haak- uit zee op
halen, zjf dreven rond op een luik, of op een
tonnetje.
Zoodra ik hen had, ben- -ik volle kracht
teruggestoomd, want de golven hadden- mijn
schip een eind doen afdrijven. Merkwaardig
is, dat onze boot kaarsrecht achteruit liep.
Dat doen schepen anders nooit. -Toen ik
weer op de plaats kwam, waar de VL 46 ge
zonken was, heb ik nog vier menschen kun
nen oppikken. Deze waren echter al van
uitputting gestorven.
De 4 geborgen lijken zijn ondergebracht
in het gebouw van de reederij te Vlaardin
gen. Het stoffelijk overschot van de 3 Mar
kers zou per auto naar Monnikendam en
vandaar per motorboot naar -Marken worden
overgebracht.
Nadat ik, zoo vervolgde de kapitein zijn
verhaal, het laatste lijk aan boord had
van de anderen heb ik niets meer gezien
ben- -ik gestoomd naar de Venus, de Emden
113, die in de nabijheid- lag en noodseinen
gaf. Hij lag met hert dek gelijk aan den wa
terspiegel en was aan het baiieëo, d. w. z. hij
had de luiken opengelegd en was bezig met
een ton het water uit het ruim te hoozen.
Met open luiken liggen bij zulk een zee is
de taktiek van de wanhoop. Het gaat dan er
op of er onder. Ik -ben 4 uur -in zijn nabij
heid gebleven. Toen was hij lens en kon hij
op eigen kracht weg komen.
Daarna ben ik naar Vlaardingen gegaan.
„Qroet moeder en ]e broer
„Het Volk" verneemt neg eenige zeer tra
gische bijzonderheden over het verdrinken
van schipper D. Penning van de VI. 46.
Penning gaf, toen hij merkte, dat er geen
redden- aan was, order om de zwemvesten
aan te doen. Op het allerlaatste moment zei
de schipper: „Ik ga nog even het journaal
halen". Tot het laatste moment was hij dus
bjj zijin werk.
Penning verdween in de kajuit Plotseling
drukte een geweldige grondzee de sohuit
naar beneden. Allen vielen in het water en
het toeval wilde, dat de éch-ipper terecht
kwam bij zijn zoontje, die zich aan een luik
had vastgeklemd. 1
„Hou je maaj. goed vast, Johi Ik zal het
niet meer halen. Groet moeder en je broer!"
schreeuwde hij zijn kereltje toe. Toen zag
het ventje zijn vader, die zich in het zware
oliegoed niet bewegen kon, in de fco-kende
golven verdwijnen.
Fransch stoomschip In ien uit
de nood.
Dinsdagochtend is het Fransctbe stoom
schip Ome, op reis van Bordeaux naar
Rotterdam, nabij- het vuurschip Maas door
de sleepboot Roode Zee opgepikt Het
schip had machinesohade en hoeft beide
ankers verloren. Bij het binnensleepen
biaken de sleeptrossen, op ongeveer 1000
meter afstand van Hoek van Holland ge
raakte de Ome los. Het was voor de
sleepboot niet mogelijk -weer verbinding
met het schip te krijgen;
Dinsdagochtend halftlen gaf het schip
noodseinen en vroeg het om onmiddel
ljjke assistentie.
Dinsdagmiddag is het Fransohe stoom
schip Orne, dat op de Noordzee in nood
heeft verkeerd, behouden den Waterwee
binnengebracht.
Aan het -begin van den Noorderpier
stonden vele -belangstellenden, onder wie
de Fransche öopsul uit Rotterdam, de -heer
W. Nicault, die dadelijk naar den Hoek
gekomen was, toen hij1 Ixoorde, dat een
Fransch schip voor de kust in nood1 ver
keerde, die met groote aandacht de -bewe
gingen van de drie schepen vol-gden,
welke, vechtende tegen de beukende gol
ven, poogden binnen den veili-gen haven
mond te komen.
De heer M. Nicault heeft in het gebouw
van het loodswezen te Hoek van Holland
den kapitein van de Prins der Nederlan
den, kapitein v. d. Klooster, dank ge
bracht voor wat hij eni zijn dappere be
manning -gedaan hebben om' bet schip
binnen te brengen en -voor h-un paraat
heid, om, had -het eens minde* goed af-ge-
ioopen, terstond de opvarenden hulp te
bieden.
Tweemaal gered.
Deibemannlng. van het Zondag JJ. ge
strande stoomschip „Wisla", die zich met
werkvolk weder aan 'boc-rd had begeven,
bevond zioh Dinsdagmorgen voor de
tweede maal in levensgevaar. Aan boord
waren ook eenige commiezen. "De nood
vlag werd geheschen en zoo kon de
„Brandaris", de krachtige motorreddings
boot .van de Noord- en Zuidhollandsohe
Reddln-gmif. het genoegen smaken, allen,
te zamen- 39 personen, Dinsdagmorgen
ongeveer 11 uur te redden. Voor schipper
Van Urk eh zijn bemanning was het een
gevoel van voldoening, wederom zulke
goede diensten te kunnen verleenen.
Een Engelsche stoomtreiler gered.
In de visschershaven te IJmuiden heeft
de IJmuidensche stoomtreiler Pieter YM
144, schipper J. P. Zwaan, gistermorgen
half-acht binnengesleept den Engelschen
stoomtreiler Aroo Grimby 1004, die Zon
dagmiddag 6 uur op de Noordzee op 54 gr.
52 min. Noorderbreedte en 4 gr. 22 min.
Oosterlengte hulpeloos drijvendl werd
aangetroffen. Het schip had door dien
storm zijn roer verloren. De Pieter heeft
den Engelschman op sleeptouw genomen,
maar 's-avonds brak de sleeptros. Men
wist echter weer vast te maken. Het is bij
zwaren storm en hepge zee een moeilijke
reis geworden, waarbij nog viermaal de
sleeptros ls gebroken, doch telkens wist
men het schip weer vast te krijgen.
De bemanning van een- Engelsch
vlsschersvaartulg gered.
Volgens een te Rotterdam ontvangen
bericht, heeft het Nederlandsche stoom
schip Hofplein de geheele bemanning aan
boord van het Engelsche visschersvaar-
tuig Girl FhylI SGY 212. Laatstgenoemd
schip werd op 56°40' N. en 5°83' O. in zin
kenden toestand aangetroffen. De Hof
plein, van Narvik naar Rotterdam wordt
-hedenochtend te Rotterdam verwacht
Uit Vlaardingen:
Dinsdagmiddag as binnengekomen de
Vlaardingsohe stoamlogger Neerlandia
III, gemerkt VL. 211, schipper Jan Bos,
toebehoorende aan de N.V. Stoomvissche-
rij Neerlandia. Schipper Bos rapporteer
de, de laatste dagen met zwaar stormweer
te kampen te hebben gehad. Het schip
maakte water en de tonnen haring wer
den tot' pap geslagen. Maandagmorgen
half elf is de VL. 211 de Vlaardingche
stoamlogger VL. 114 Voorlichter, schip
per Jochem van Hoogteijlingen, onder
den Engelschen wal gepasseerd. Andere
visschersschepen heeft schipper Bos niet
gezien.
Weer e|en schip In nood.
-Schouwen- op Ameland. Gisterenavond
omstreeks half elf uur werden ten) NjO. van
Ameland- noodseinen waargenomen. De Hol-
landsche reddingboot werd direct naar den
kant gesleept doch aangezien het seinen aas
opgehouden, wist men niet in welke richting
gezocht moest worden. -De reddingboot is
derhalve niet uitgegaan. Ook van Nes zijn
de noodseinen gezien en beantwoord. Na
dien zijn evenwél geen noodseinen meer
waargenomen. i
Vrachtboot aan den grond.
Dinsdagnacht omstreeks 3 uur Ls de
■motorv racbtboot Leeuwarden, van de Hol
landFriesland-lijn, op weg van Leeu
warden naar Rotterdam, aan den 'binnen
kant van het eiland Marken aan den
grond gevaren. De oorzaak is waarschijn
lijk, dat het schip in een bui geraakte en
afdreef. Er bestaat geen gevaar voor het
schip en men verwachtte dat het gisteren
vlot zou komen.
Overboord geslagen.
De logger Katwijk H, KW. 184, Is gis
teren te IJmuiden binnengekomen zonder
den stuurman Dijkhuizen, uit Katwijk, dié
door een stortzee overboord geslagen en
verdronken is.
-Door den vrij krachtiger! Z.W. wind is
Woensdagochtend het woonhuis, bewoond
door de familie Van Vemen en' gelegen
den rijksweg onder de gemeente Wijk
Duin, -ingestort.
aan
aan
De brenger van de Jobstijding.
Een verslaggever van „Het Volk" had
in Katwijk een onderhoud met den predi
kant, van wlen het -gebrdik wil, dat hij de
brenger is der droeve tijding, als van een
gezin de vader of een -zoon ls gebleven.
Dominee vertelde:
„Hot hoort tot de vreeselijkste dingen
in mijn ambt, om aan de gezinnen de
Jobstijding te brengen,:' zei „U kunt u
niet voorstellen, wat het voor mij- is, om
de deurklink van zoo'n zwaar getroffen
huigje op te lichten en binnen te stappen.
Zien de ongelukklgen mij op een onge
woon uur verschijnen, dan hoef ik dik
wijls niets meer te zeggen. ZIJ zinken in
een onder luide jammerklachten, omdat
zij weterq dat ik een ongeluksbode 'ben.
Ga ik een straat in, dan gluren de arme
menschen angstig door de^ ruiten en zij
slaken een zucht van verlichting, wanneer
ik bun huisje voorbij ga. Treed ik ergens
binnen, dan scholen de buren angstig en
droevig samen, omdat ik 's avonds nooi
een goede boodschap te brengen heb.
Misschien is het egoïsme, maar ik 'ben
soms innig dankbaar, als er niet dadelijk
bericht over èen vermist schip komt. Dan
leven -de nagoblevenen eenigen lijd 1,1
angstige spanning en na een week of zes
gaan de luiken- dicht. De -hoop heeft dan
het visscherahuis verlaten en de- rouw is
voor haar in de plaats gekomen. Dan
kan ik later gaan troosten, -maar het af
schuwelijke, vaak verpletterende 'bericht
hoef 'ik niet te -brengen.
Moet ik so-mé 's avonds toevallig in mijn
wjjk wezen, dan- gaat er een siddering
door de dorpelingen en ik moet steeds al
bij voorbaat verzekeren^ dat ik geen on
gelukstijding breng.
Dezen keer viel -het me wel ontzaglijk
zwaar. Toen ik van den dienst naar huis
ging, wist ik nog niets officieel. Wel lie
pen er sombere geruchten door het dorp,
maar men hoopt altijd nog. Thuis geko
men deelde men mij mee, dat wij alle
hoop moesten laten varen: schipper Plug
was aangespoeld.
Weer storm verwacht
Stormwaarschuwingsdienst de Bii-dt: He-
(lenimorgen! 7.45 -geseind aan alle posten:
Wordt verwacht storm uit het zuidwesten.
De storm In het buitenland.
Het meteorologisch instituut te Ham
burg deelde Dinsdag mede, dat het storm
gevaar nog niet geweken was. De N.W.-
storm heeft zware zeeën en Dinsdagmor
gen een stijging van het water tot 12 voet
en 3 duim veroorzaakt
Uit Norderney werd gemeld, dat het
Grieksche stoomschip Istros voortdurend
noodseinen gaf. Een vliegtuig uit Norder.
ney had-1214 zeemijlen van Baltrum een
stoomschip gezien, dat zwaar slagzij maak
te; door de hooge zeeën en den storm kon
het vliegtuig niet dalen. Een bergings
vaartuig, dat uitgevaren was kon het schip
niet meer vinden.
Ook een Spaansch stoomschip gaf nood
seinen. De zee voor Norderney was nog
zeer ruw, de wind had een snelheid van
80 mijlen.
Stoomlogger gezonken voor de EIbe.
De Dinsdagavond te Cuxhaven binnen
gekomen „Senator Schafer" rapporteerde,
dat in het Eitzenloch bij het eiland Tri-
schen ten Noorden van het vuurschip
„Elbe I" een stoomlogger is gezonken.
De logger werd plotseling vlak voor de
„Senator Schfifer" door een grondzee
naar de diepte getrokken.
Te Hamburg.
De Noordwesterstonm hield Dinsdag te
Hamburg nog aan. Het water was tot 11
voet 3 duim opgestuwd. Twee schepen op
zee -gaven nog noodseinen.
Ten minste 31 Duitsche zeelieden heb
ben bij- den jongsten storm het leven ver
loren.
Uit Helgoland.
Dinsdag sloeg de aanwakkerende storm
van -het Z.W. naar het N.W. om. Het op
beton gebouwde oommandeurshuis en het
voor den oorlog opgerichte standbeeld van
Zeppelin werden door den vloed over
spoeld en stortten in. Men vreest, dat het
geheele duin zal bezwijken. Ook aan het
Noordstrand wordt veel grond afgeslagen.
De heele kust was weer overstroomd. De
kreeftenvisschers hebben hun geheele
visohtuigrdat nog uitstond, verloren.
Ben dijkbreuk WJ Cuxhaven.
'De hevige storm, die sinds Dinsdag
morgen wederom was opgestoken, heeft
nieuwe ernstigê schade aan de scheep
vaart -berokkend. Het verkeer in hét Kie-
lerkanaal staat, geheel stil, daar de sche
pen niet geschut kunnen worden. Op de
reede van Brumibüttelkoog liggen circa
40 stoomschepen voor anker. In de bin
nenhaven van Cuxhaven zgn een -groot
aantal, meest Engelsche, schepen ge
vlucht. Bij den vuurtoren vari die plaats
ia een groot gat in den dijk geslagen, die
met ongeveer 12.000 zakken zand voor-
looplg is gedicht Indien de storm blijft
aanhouden, -bestaat hier groot gevaar voor
verdere dijkbreuken.
Van het eiland Borkum woidt wind
sterkte 12 gemeld. Het Engelsohe stoom
schip „Rose", met een lading steenkool
van- 'Hamburg naar Londen, koerde na het
verlies van zijn tweeden stuurman en een
matroos naar Hamburg terug.
Noodweer ln Spanje.
De Journal verneemt uit Madrid, dat in
de provincie Andalusië groote schade
door den storm is aangericht. Er zijn ver
scheidene dooden. Ook in de provincie
Grenada heeft de storm zwaar gewoed
Het dorp Monclnar is gedeeltelijk ver
woest en verscheidene personen zijn ver
dronken.
Binnenland.
Ernstig ongeluk op de spoorbaan
bij KethoL
Vier werklieden gedood.
De storm is Dinsdagnacht vermoedelijk
de oorzaak geweest van een ernstig onge-
8P°orbaan tussehen Schiedam
en lvethel, waarbij vier menschen omhet
leven zijn gekomen.
Vannacht is een ploeg wegwerkers
bezig goweest met hot storten van grint
op het opgaande spoor tussehen Schiedam
e?x I 1?; Tegen drieën werd het wêer
zóó slecht, dat de assistent-opzichter last
gaf, het werk te staken en in terukken.
Een aantal arbeiders is daarop naar
Schiedam teruggegaan, vier anderen zijn
gezamenlijk langs de spoorbaan naar
Kethel geloopen. Een vijfde, zekere Blom,
is even luter alleen naar Kethel gegaan.
Volgerij het algemeen gebruik liepen
dearbeidersophetlinker-(afgaande)spoor,
opdat zij, als er een trein zou komen,
de. en zouden zien aankomen. Dezen nacht
was evenwel, in verband met de werk
zaamheden, het opgaande spooi buiten
dienst gesteld, zoodat de posttrein van
Rotterdam naar Amsterdam, welke otn
3 uur van hier vertrokken was, voorbij
Schiedam over het linkerspoor geleid
werd.
Blom had blijkbaar rekening gehouden
met het buiten dienst zijn van het rechter
spoor en was daarop gaan loopen. Even
vóór Kethel reed de posttrein hem aan
den linkerkant voorbij. Even later meende
Blom iets op de rails, naast hem te zien
liggen. Hij stelde een onderzo k in en
merkte toen tot zijn ontzetting, dat liet
het stoffelijk overschot van zijn 4 kame
raden was. De trein was van achteren op
hen gereden, had hen gegrepen en ver-
morseld.
Waarschijnlijk hebben de slachtoffers
door den hevigen wind dén trein niet
hooren aankomen.
Blom is na zijn gruwelijke ontdekking
terstond doorgeloopen naar de op onge
veer 400 M. afstand gelegen halte Kethel,
waar hij den halte-chef O. van Voorloos
alarmeerde. Ook is hij dr. Sauer te Kethel
gaan waarschuwen. Deze kon slechts den
dood van de mannen vaststellen.
De burgemeester van Kethel, de heer
J. L. Verveen, was spoedig met een veld
wachter ter plaatse. Hij heeft de lijken
in beslag genomen en voorloopig doen
onderbrengen in een in de nabijheid ge
legen schuur.
De slachtoffers waren allen in Kethel
woonachtig. Het zijn de 42-jarige ploeg
baas C. G. Noomen, gehuwd en drie al
groote zonen achterlatendde 20-jarige
ongehuwde L. Noomen, .gen zoon van den
vorige; de 82-jarige ongehuwde A. J.
Kwant en de 38-jarige G. D. Hoeksema,
gehuwd en twee kleine kindereu achter
latend. De laatste drie waren losse weg
werkers.
- Moord te Nijmegen.
Te -Nijmegen schuilden Maandagnacht
halftw^e in de portiek van deni winlkél van
M. aan de Houtstraat twee jongelieden, onder
wie de 21-jarige Van L., bankwerker, voor
een stortbuL De 24-jarige zoon van M.
kwam buiten, om hen te verwijderen. Van
L., die door hem zou zij-n geslagen; -trapte
een winkelruit in en liep daarop weg, doch
kwam even later terug, toen M. hem aan
een agent aanwees als de dader. Terwijl de
agent Van L. aanhield, trok deze een mes,
waarmee hij M. in de linkerborst een steek
toebracht, die tot de long doordrong. M. is
Dinsdagmorgen- halfvij<f overleden-. Van L.
is opgesloten in het politiebureau.
Omtrent de toedracht van dit drama
verneemt „de Telegr." het volgende: De
heer Mogendorf was te middernacht van
de kermis, waar hij den avond in een
der feestgebouwen kalm had doorge
bracht, naar huis teruggekeerd. Met het
oog op het ruwe weer verzocht zijn vader
hem, even naar den winkel te gaan, om
dat laatstgenoemde voor het inwaaien
van de spiegelruit vreesde.
Toen de jongeman, vergezeld van een
vriend, in den winkel kwam en het licht'
had opgestoken, kwamen een paar be
schonken lieden aan de deur morrelen.
De heer M. vroeg, wat. zij wilden, waar
op de mannen handtastelijk werden en
wederzijds eenige klappen werden uit
gedeeld. De mannen trapten daarop de
spiegelruit in en verwijderden zich. De
heer M. en zijn vriend trokken zich in
den winkel terug in afwachting van de
komst der politie.
Na eenigen tijd kwamen beide mannen
terug. De heer M. wees een van hen, den
21-jarigen J. J. v. Leth, bankwerker-
chauffeur, wonende in de Bottelstraat,
aan een inmiddels passeerenden agent
als de dader van de vernieling aan. Plot
seling trok v. L. daarop een groot mes
en bracht den heer M. een diepe steek
onder de linkerschouder toe. De heer
M. zakte hierop bloedend ineen en werd
in den winkel binnengedragen.
Na eenigen tijd werd hij hier verbonden
door den polltie-dokter en overgebracht
naar het hoofdbureau van politie. Hier
heen was inmiddels pok de dader, die
beschonken was, overgebracht en in ar
rest gesteld. Vervolgens werd het slacht
offer naar zijn woning in de P. Hendrik
straat vervoerd.
Omstreeks halfdrie liet de toestand van
den gewonde zich minder goed aanzien,
waarop de huisdokter ontboden werd.
Deze achtte overleg met een collega
wenschelijk, hetgeen plaats vond. Het
bleek, dat een dor longen was geraakt
en een inwendige verbloeding had plaats
gehad. Hulp heeft niet meer mogen baten,
want om halfvijf is het slachtoffer over
leden.
De dader, die ongehuwd is, werd Dins
dagochtend door de politie aan een lang
durig verhoor onderworpen. Hij kon zich
van het gebeurde niets herinneren en
wist alleen met zekerheid te zeggen.dat
nij, toen hij om acht uur van huis gin?
naar de^ kermis, geen mes bij zich had.
hilflteS 18,hijf nadat bij de ruit had
ingetrapt en zich had verwijderd naar
het hUlS gegaan en heeft daar
h !l v?e,8 gehaa'd> waarmede hij
den winkel is teruggekeerd.
Het gebeurde heeft
bekend Hg,tmaakt' Het «toffer stond
man Hif i Zeer berainnelijke jonge
man, die vele vrienden had De deernk
OU<i?™. J'o op zoo tragisch»
I naar
in de stad veel
ook algemeen,
nomen. 8 d00r de P0"1» 'n beslag ge-
aanton Jlle 0]1 het MnkerPfri naast den> ge-
asphalteerdeni rijksweg te