L DE r MODERNE BROODWINNING. Waarvan leef Jij eigenlijk tegenwoordin van n paar postduiven. Dat begrijp lk nietl Niet? s Morgens verkoop ik ze «D -B aTondB komen ze weer bij me terug 1 HOE ZIET DE WERELD ER TEGENWOORDIG UIT? Bet stille genot Een man met een goede sigaar kan ge- woonlijk zwijgen. „Linde Oondon.™ Veelzeggend huwelijksgeschenk. Li Kol. Hilder ontving bij gelegenhedd van zijn huwelijk een 160 jaar oude zweep ten1 gésahenke. „Tinnen Weefcly." Daarom Slapen rij langer. De meeste goede vrouwen dienen de oogen te sluiten <xm die deugden van haar oman heter te kunnen zien. Anten Reed, „Vind; «ndi Mannen.1* De noodlottige overwinning. De oorlog heeft den geallieerden een zege gebrtachtt, die even verpletterend' op hèn rust, als die nederlaag op die Duit- sdhem Anatole Franoa Henine en waterstofperaxyi Een Fransohe geleerde zegd, dat het Iblonde type ln driehonderd jaar zal zijn uitgestorven. Deze donkere voorspelling houdt geen rekening met de chemische industrie. Pertit FaiMen. Het mooreeL Het moreel is het fundament van het karakter, zoowel van1 Individuen als van collectiviteiten. Het moreel is geen uiter lijke fraaiigheid zonder praciische ge volgen, doch juist van ontzaggelijke strekking en beteekenis in het maat schappelijk leven. Air. Banger. Vrfje vrouwen. Te Paturages (in Bortage) hebben moe- diers haar kinderen voor 80 francs ver kocht In Dour werd een kleintje afge staan voor 60 francs, eni een' vrouw van Horau gaf haar kind zelfs cadeau. De vrouwen meest uit den arbeddsstandi, ver klaarden dat zij een -vrij leven wilden leiden en niet gebonden wilden zijn door do zorgen voor haar 'kleintjes. „Matin". Een onuitsprekelijke kwaal. Het komt dien laatsten tijd meermalen voor dat er bij verschillende bioscoopbe zoekers een oogziekte wordt waargeno men, die in verband staat met het flikke ren en snel (bewegen der beelden op het doek. De doctoren geven deze ziekte den naaimi van „Oinématophialimie'*. De ver schijnselen beötaan zoowel' in het tranen van de oogen, als in werkelijke gezicht»- zwakte, waarbijna eenige oogenblikken fi±eeren van een helder voorwerp een sterke vermoeidheid van het netvlies op treedt. Soms vormt een ontsteking van de oonjuctiva een complicatie. De dokto ren- raden den bioscoop-bezoekers dan ook aan, niet te dicht bij het doek te gaan zitten. „Vox-Medïoomm." De Fnmschmam en de vrouw. Een Franschnnam is veel' meer „aui petits soina" voor een vrouw dam een En- gelschman, wanneer hij haar het hof maakt, of wanneer zij' tot die soort vrou wen behoort aan wie hij het hof zou wen- echen te maken; want hofmakerij is in Frankrijk, gelijk .men weet, tot een soort nationale sport verheven. Doch wanneer hij' haar eenmaal de zijne mag noemen, heeft hij weinig of geen van die vele egards meer voor haar en hij houdt zich ook volstrekt niet voor haar in, wanneer hij in haar tegenwoordigheid aardighe den debiteert, of wanneer hij kwestie met haar heeft Zijn vrouw is voor hem niet een afgod of een speelpop, doch zijtas gelijke, en zijn deelgenoot in zaken1 en zorgen. Philip Oarr „Parijs en Londen". Daling in vliegtuigen. Bij een in het HardWiok-vli egfcaimp te OamJbridge gehouden verknoping werd een tweepersoons Avro-vllegmachine, ge reed' voor onmiddellijk: 'gebruik, en welke nog onlangs een uitstekend geslaagde vlucht van 200 mijl had gemaakt, ver kocht voor 6a Een andere tweepersoonsmacMne ln beschadigden toestand bracht.45 shilling op! Op de jacht Oude Baron: Potstausend, kerel, wat laat je me schrikken, 't Scheelde geen haar of je schoot m'n vrou wdood! Wildernis jager: Macht der ge woonte. k Heb de laatste jaren in Afrika altijd op grof wild geschoten. BABBEL UURTJE OVER RODE. Middag- en «vunAimdj*. Nu danamlddagen en -avonden, oon certen en schouwburg, diners en par tijtjes een ieder naar zijn aard weer aan de orde van den dag rijn, hebben we de lichte en soepele tolletjes weer „noodig als brood". •t Is hoe langer boe minder moeilijk om ieder naar haar zin te bevredigen. Is er niet een overvloed van keuze in stofjes en modellen Vrouwe Mode ls momenteel zóó ruim van opvatting ten opziohte van stoffen, combinaties, gar neering en modellen, dat er voor leder uiterlijk en voor leder figuur en wat ook heel veel zegt voor Iedere beurs, iets geschikts te krijgen ls. Als 't noodig is, maakt men zelf maar een aardig kleedje. Met eenvoudige middelen worden somB beeldige effeoten bereikt 'k Zag een lieve jurk van zacht rose orêpe Georgette. Aan een «oo goed als glad lijfje, was een rokje gezet van 6 strookjes. lede* strookje waB ultgesohulpt en zij waren op geleidelijk kleiner wor denden afstand van elkaar geplaatst. mouwloos. Bovendien tart rtorv- -* Verder waa het mouwlooB. Bovendien kreeg het eau apart efleot door dat de georgette tot aan den hals opgeknipt was en ora den hals een das was gestrikt met heel lange slippen. Maar bovendien snoeplg was de garueering. Op kleine afstanden waren n.1. groepjes rose parel tjes aangebracht en het ceintuurtje was van deze zelfde pareltjes geregen, 't Deed denken aan kleine liohtbolletjea tegen rose wolkjes. H: - -Y^~ l Een ander mooi model was een toiletje van orêpe georgette. Ook dit model was tamelijk eenvoudig. Het lijfje zat Boepel lad langs het llobaam, slechts boven en oelntuur scheen het weinlgje te blousen. Van voren was het geopend op een vienx rose taftzijden vest. Van deze zelfde taftzijde zijn de bloemen met bladen geknipt, welke op bet ruime rokle en op ceintuur en kraagje zijn ver werkt. Met zwarte nerven en contouren zijn deze figuren op de georgette beves tigd. Het origineel was geheel op een onderjurk van deze taftzijde gemaakt Een alleraardigste jonge damesjurk was er een van chineesch blauw crêpe Lisette. Het lieve eenvoudige lijfje ein digde in ongelijke slipjes, welke over een geplisseerd rokje hangen. Het lijfje, ceintuurtje en slipjes waren gegarneerd met rocooo-bloempjes en rose, wit en zilver. In zwart crêpe de chine of iets soort gelijks uitgevoerd en dan met gitjes ver sierd, is dit modelletje ook keurig voor een oudere dame. Ook is ln dit geval heel mooi om inplaats van het geplis- seerde rokje er een van ruime kant te maken. Corry Brem. LEVENSWOORDEN. Vraag noodt wait eeni ander zegt, Van uw doen en laten, Handel eerlijk em oprecht En laat een ieder praten. t Is met den menech ais met de magneet, waarvan de draagkracht vermindert als zij geen last heeft te dragen. Strooi woorden van licht en hef de om U heen. Ai merkt gij niet, dat ze opkomen en gedijen, wees verzekerd, diat het meerenldeel ontkiemt en vruchten draagt Een verstandig menech blijft altijd 'leer ing. Het geluk, hoe vreemd het mag klinken, ls een last, die met tact gedragen1 moet wor den; anders komen denkbeeldige zorgen en ingebeelde kwalen den last verzwaren. [Het valsche goud der vleierij kan.' slechts ln omloop komen' door onze ijdelheid. Hoe zeilden zal1 ons tegenstaan, Het werk uit vrije keus gedaan; 'Maar 't wenk met tegenzin verricht Zoodra men er ons toe verplicht Er bestaat een soort menschen, wier leven niet anders schijnt dan een voortdu rend voortgezette rit op verschillende stok paardjes. TE LICHT VERTROUWD. •n FabeL Eens zwom een vischje in- den vloed, Bij 't flikkeren van den zonnegloed. Het had nog nooit zoo'n pret gehad, In 't koele nat Het zwom omlaag en weer omhoog. Opeens.wat rijst daar voor zijn oog? Een draad, die in de waterkom Als zilver glom. En wat het diertje het meest verrast: Daar zit aan !t draadje een wormpje vast Een wormpje, dat voor eiken vieoh Een keurmaal ls. En och, hoe geestig is de draad, Hij rijst en daalt als op de maat, En tilt het wormpje van den grond, Langs visobjes mond. Dan noodt het draadje: Vischje kom! Wat zijt gijl bloo, wat rijt gij dom; Ei! zoo U 't lekker wormpje lust Neem, neem gerust! Het argloos vischje denkt geen kwaad, En nadert telkens meer den draad. Opeens, dat doelloos drallen moe, x Daar hapt het toe. En nauwlijks heeft het toegehapt Of zie, daar is de visoh gesnapt; Het draadje werpt hem uit den plas, In 't droge gras. O, sprak -nu t vischje, vol van spijt Hoe gij een lage huichelaar zijt! Heer draad, had ik uw doel bevroed, - *k Was weggespoedL J. L. Er ln geloopen. Een automobilist stoof met rijn wagen over den weg en hoorde plotseling een luid geschreeuw. Toen hij stopte, fladder den er twee hoenders over den weg. Dat bost u tweemaal twee gulden, zeide de boer, die met een woest gericht naar den autoeigenaar keek. Maar ik heb ze todh niet overreden! opperde de automobilist Nee, maar die komen nooit meer aan den leg. Van den schrik misschien? Gedeeltelijk van den schrik, zeide het gladde boertje, terwijl hjj de vier gul den in zijn zak liet glijden, en gedeelte- tijk omdat het hanen' zijn! WAAR HET DWAALLICHTJE VAN DAAN KWAM. Er woonde ln Elfenland eens een ko bold, Blauwvleugel geheeten, want zijn vleugels waren even blauw als de hemel op eén mooien zomerdag. Die kobold zou trouwen met een elfje, dat Zilvester heette, omdat ze ln heur lfaren steeds een zilveren sterretje droeg. Om je de waarheid te zeggen had: Zil verster daar niet zoo veel zin in. Ze hield wel van Blauwvleugel, heel erg veel zelfs, maar toch was ze bang, om met hem te trouwen want.Blauwvleugel was een echte rakker, een plaaggeest. Zilver ster klaagde haar nood aan de Elfenko ningin en deze zeide: „Hoor eens Blauw vleugel, ik vind alleen goed, dat je met mijn lieve elfje trouwt, als Je twee weken lang geen stoute streken meer uithaalt Als ie het twee weken uit kunt houden, dan ben je het stout zijn heelemeal out- wend Dus over twee weken mag je Zil verster trouwen, als je steeds braaf ge- ^Bkuwvleugel knikte ging met Zilverster trouwpakjesij*** Sn bi) Vlugvinger, den kleermaker-ka bouter van Tooverland. Nu, één week en één dag hield Blauw vleugel zich goed, maar toen zat z#n bol letje zóó vol stoute gedachten, dat hi) het niet meer uithield en haj stapelde de eene ondeugende streek op de ander, hti stopte kiezelsteentje in de pudding, hij goot inkt in het vijvertje, waarheg het volkje uit Tooverland zich in baadde, hU verstopte de kroon van Koning Oberon. Maar toen werd de Koning zoo boos, dat hi) dreigde Blauwvleugel uit Toove^ land te verbannen, zoodra hij wee* let» ^Blauwvleugel stoorde zich niets ssn die bedreiging en Zilverster zeide hem, dat ze niet met hem kon trouwen, omdat de, Koningin het haar verboden had. iïu werd Blauwvleugel ook boos, «oo boos, dat hij meteen twee bloeman maak te in een boterbloemknop en een blauw klokje wit kleurde; zoo komt het, dat we nog zoo nu en dan zulke vreemde bloe men op aarde vinden, al zijn ze dan ook zeldzaam. Toen Koning Oberou van deze laatste streken hoorde, zond hij de eerste, tweede en derde kabouter-rechter naar Blauw vleugel toe, om hem te straffen. Blauw vleugel was eerlijk genoeg, om dadelijk alles te bekennen en de rechters veroor deelden hem, een grassode te worden In den koninklijken tuin. Hij mocht alleen nog een laatsten wensch doen. Blauwvleugel dacht even na en vroeg toen of hij rijn trouwpakje zou mogen dragen, vóór hij veranderd zou worden. Dat werd toegestaan en Blauwvleugel trok toen zijn splinternieuwe trouw pakje aan, dat gemaakt was van zijden spinrag, geverfd ln blauwe anemonenverf, zoodat het beeldig kleurde bij de blauwe vleugeltjes van den ondeugenden kobold. Toen het donker werd, gaven de kabou- terrechters hem een lantaarntje, om Uoht te hebben onderweg en voerden hem naar den paleistuin, waar Koning Oberon zelf hem in een graszode zou verande ren. Juist waren ze in den paleistuin aan gekomen, toen de maan achter een wolk uit kwam kijken. Blauwvleugel strekte zijn armpjes omhoog en vóór de Koning éón woord kon zeggen, trok de maan Blauwvleugel omhoog.langs een van haar stralen. De maan had altijd veel van den kleinen grappenmaker gehouden en waa juist bijtijds gekomen, om hem te redden van een vreeseljjke straf. Na eeni poosje hield de maan of met trekken en Blauwvleugel gleed langs een andere manestraal omlaag tot hij in een bosch bij een moeras terecht kwam. Zijn lantaarntje brandde nog steeds, zoodat Blauwvleugel overal goed de moeras paadjes kon zien. Na een poosje vol vreugde over zijn ontsnapping rondge- dwarreld te hebben, merkte de kobold, dat een man hem trachtte te volgen. Blauwvleugel liep, sprong en vloog heen en weer, net zoo lang tot de man mis stapte. Een gil, een plons, toen stilte. Dit was het begin van Blauwvleugel» stre ken op aarde. Nog steeds dwaalt hij over het moeras in zijn blauwe trouwpakje met het lantaarntje omhooggeheven aan een stokje en de menschen noemen hem Dwaallichtje. De goede maan heeft al lang spijt, dat ze hem gered heeft, maar het is haar nog steeds niet gelukt, den deugniet met een van haar stralen te vangen en omhoog te trekken. Als jullie het Dwaallichtje eens rieê, aan den boechrand of in een moeras, keer dan om eh ga een anderen kant uit, want steeds tracht het Je in het water te lokken en dan ben Je onherroepelijk ver loren! RAADSELS. Oplossingen der vorige raadsels. L Schijn bedriegt IL Kerstfeest esohdoorn roomsoes e i t t a r d t w e n t e feeks elft e 1 s s t t Nieuwe raadsels. Wat staat hier? Azie Azle Sp Azie Azie Ingezonden door Paula Rienks. X Op de krulsjeslünen X komt de naam van een X feestelijk ding. X Op dele rij een XXXXXXXXX medeklinker; op de 2e X rij de naam van een X rivierop de 8e rij een X temperatuur; op de 4e X het tegenovergestelde van flauw op de 5e het gevraagde woord op de 6e rij een soort zeedier, op de 7e rij iets moois uit de natuurop de 8e rij niet knapop de 9e rij een mede klinker. I. II. Goede oplossingen van beide raadsels ontvangen van B. A.; F. en H. A; J. B.; M. en 8. B.; P. O. de B.; A. en A. B.; M. en B. ter B.; H. B.; T. B.; K. en M. B.; A. en 8. B.; J. O.; D. O.; D. en V. D.; M. A. D.; B. en J. D.; A. E.; P. 8. E. G.; A. G.; N. en D. G.; O. de G.; J. G.; M. H. O. de H.; J. H.; B. I.; A. K.; P. K.; G. K. P. L.; G. L.; L. v. d. M.; A. R.; J. en A. 8.; S. T.; C. T.; O. V.; R. V.; A. W.; E. W.; W. W.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1926 | | pagina 12