Populair Bijvoegsel van de HELDERSCHE COURANT VAN 'S LEVENS Zonderlinge lotgevallen in het Dagelijksch leven van ZATERDAG 5 FEBR. 1927.' NO. 263 (AUTEURSRECHTEN VOORBEHOUDEN) Toen kwam haar laatste ziekte en zy, die velen had verpleegd met stille, élndelooze toewijding, werd gebracht naar de groote ziekenzaal, waar de beddeni geryd staan Zoo heb ik het gezien zoo heb ik het gevoeld, dien zomermiddag, toen; op de zie kenzaal, ik het oude vrouwtje zag sterven. Zoo heel stil.,... zoo heel vroom, zoo vol overgave.Eerbiedige handen hebben om de stervenssponde een scherm geplaatst, want de dood is heilig en het sterven is een mysterie, dat de mensch alleen beleeft.... Maar de zusters wisten het niet, dat om uw bed reeds was een schutsel van levenden en dooden.... die, met ineengestrengelde handen, als een heilige wake, bescherm Jen uw overgang. Naar Aanleiding van „De Levende Medusa". 't Jutte rtje UflICftCCDIftCU V A LIT ES DENKEN EN DOEN. Een kostbare schat levenswijsheid is ons nagelaten door Johan Peter Eckermann, door de openbaarmaking van zijn opge- teekende gesprekken met den taohtig- jarlgen Goethe. Nu weten wy zeer wel, dat men by Eckermann niet behoeft te zoeken naar formules, die, toegepast, een oplossing geven van alle levensvraagstuk ken. Zoo lang er geen levenswetenschap, maar slecht» levenskunst mogeiyk is en dit zal wel steeds het geval zyn zul len wy een boek, waarin de gedachten vau een der grooten onder ons over het leven rijn neergelegd, nimmer mogen be schouwen als een leiddraad voor ons eigen leven. Toch heeft zoo'n bpek waarde en geen geringe waarde, omdat het ona zooal niet tot bandelen, tot navolgen, dan toch tot nadenken stemt. En dit ls misschien ook de juiste beteekenis van de levens wijzen. wier werken wy lezen, wier ge dachten wy in ons opnemen, dat Êy de groote massa tot denken stemt JLees Goethe en gedraag u naar hem." Dit ls een elsoh, die men niet stellen mag. De eenige elsoh, die gesteld mag worden is: „Lees Goethe (of een ander groot denker) en tracht door hem tot dieper inzicht van de eigen levensmogelijkheden te komen. In een, den eersten 8eptember 1829 ge voerd gesprek, zeide Goethe tot Ecker mann: „Terwijl de Duitschers zich marte len met de oplossing van allerlei filosofi sche problemen, lachen ons de En gelachen met hun ryk en practisoh verstand uit en winnen de wereld". Wy weten in welken tijd deze woorden gesproken werden. Engelands industrieele krachten kwamen, tengevolge van de toe- aasing van stoom als krachtbron voor de weging van de werktuigen, tot volle ont plooiing. Het vasteland van Europa, nog eerst kort te voren bevrijd van het oor- iogsspook, dat jaren over zijn velden had rondgewaard, was bezig zich in te richten naar de nieuw geschapen verhou dingen. In Midden-Europa begon het kul- tuurprooes. dat veertig jaar later zou ein digen met de éénwording van den Duit- achen staat Getuigt het nu niet van een diepe le venswijsheid, dat de grijze denker, die meer dan wie ook gedaan heeft voor de schepping van de geesteiyke eenheid van Duitechland, dat hy, met den vinger wy- zend naar Engeland, zyn voUl waarschuwt voorte veel denken? Het is het probleem van denken en doen, dat Goethe hier aanroerde, maar waar voor alle tyden gesteld worden. Ook onze tyd En ook thans is het, als in de eerste Jaren van de vorige eeuw, ter oplossing gesteld aan een deel van de menschheid, die ns Jaren van ingespannen doen, ver vallen la in het tegendeel: Ingespannen denken. leg gesteld zyn, gezocht wordt er in de W'ia lvan vrijheid van de dfrukpers en vrijheid van het woord, meer dan vol doende. En met de beste bedoelingen. Vergeten wy het doen niet, want ten ,li n ^«t hierop toch aan. Dit weten wy allen, zeker, maar juist wat algemeen geweten wordt, geraakt het lichtst in het vergeetboek. Ook nu zyn er, geiyk in Goethe's tyd vojken, die lachen over de achterblijvende denkers. Zorgen wy, da» er niet te veel achterstand ingehaald moet worden! Pc ace toonde hem, hoe hy de brand kast geopend had, en zei hem dat hy de weddenschap verloren had, aangezien hy het niet had kunnen doen zonder dat de eigenaar hem gehoord had. Dienovereen komstig overhandigde hy hem een biljet van vijT pond en vertrok. Toen Feaoe ver trokken was, opende hy de brandkast, ten einde te zien, of er niets beschadigd was. Toen ontdekte hy, dat daaruit een be drag van honderd en vijftig pond was ver dwenen en dat 't bankbiljet, dat de „detec tive" hem gegeven had, een gedeelte daarvan was. B. HUMOR UIT HET GEVANGENIS LEVEN. Een Inbreker, qie de gevan- genUbrandkast opende! De bekende Engelsche schrijver John 0. Goodwin vertelt in een van zijn wer ken eenige interessante dingen uit het misdadigersleven. Eenige jaren geleden waren de sleutels van de brandkast der gevangenis te Wormwood zoek geraakt In die brand kast waren documenten, die oogenblikke- ïyk noodlg waren. Ze moest dus geopend Op dat moment zat Juist een getrainde boef voor vijftien Jaar wegens een inbraak Deze werd uit zyn oei gebaald en ultge- noodigd de brandkast te openen, hetgeen hy in drie minuten tydg klaar speelde. John Goodwin beschrijft verder hoe Charles Peace, de meest deskundige in breker, die ooit geleefd heeft, eens voor detective speelde. Op een dag reisde deze meester-lnbre- ker in een trein en kwam in gesprek met een reiziger, die zyn meening uitte over misdaden en haar ontdekking en zich er op beroemde, dat hy een brandkast bezat, die geen inbreker zou kunnen openen. Peaoe deed, alsof hy detective was. Laat my u dan zeggen, meneer, zei hy, dat ik, als detective, uw brandkast kan openen, zonder dat u het ziet of hoort Ik wed met vyf pond, dat u het nief kunt. zei de reiziger. Hy gaf vervolgens aan Peace zfjn ad re» en beschreef de positie van de brandkast en de kamer, waarin deze stond. Ze spra ken af, dat Peace dan een zakdoek, spe ciaal voor dit doel in de brandkast gestopt, er uit zou halen. Dienzelfden nacht, toen de reiziger vei lig in zyn bed lag, brak Paece in zyn huis In, opende de brandkast, verwijderde den zakdoek en sloeg vervolgens met een lui den slag de deur dicht. De slapende werd wakke* en een echte Inbraak vreezende yide hy naar beneden en zag daar den „detective", met wlen hy dien oohtend had kennis gemaakt. Gezocht wordt naar oplossingen van de Hii lachte en haalde onmiddellijk een moeiiykheden, waarvoor wy door den oor- flesch whiskey te voorschyn. TOEN DE DOOD NABIJ WAS. Herinneringen. Nu,lag ze Heen, het oude vrouwtje, en de dood' wist ze naby. Alleen was ze.... want allen die eens des levens vreugde met haar deelden.en des levenssmarten, die meerdere waren, ze gingen haar vóór op den onbekenden weg. Alleen was ze.... Maar ze vreesde de eenzaamheid niet, zy die haar leven had zien vergiyden van eenzaamheid tot grooter eenzaamheid Zij, die haar blik. langzamer hand had gericht naar binnen...om daar te zoeken wat buiten niet meer te vinden was, geluk. Door het ziekenhuüsvenster viel1 het stra lende zonlicht, en de boomen in den tuin fluisterden elkaar zulke geheimenissen toeen de geur van rozen zweefde bin nen. Zulk een dlag was het geweest, toen zij samen kepen buiten, zij, en de jonge man naar wien haar hart uitging. Over het gerimpelde, kleine oude gezichtje strijkt even een glimlachHet boechhet paadje.... de wilde rozen.... de bramen, die ze plukten en elkaar duwden tusschen de jonge Mssche lippenen het donkere sap kusten ze weg.... Wat was dat heer- •jjkf. zonnig, beloften vol geweest. Hun huweiyksdag.de oude lippen mompelden zacht nA de bekende woorden: waar gy heengaat, daar zal ik heengaan. Was niet de blijde verzekerdheid van de tot offeren bereidde ziel in dat woord.Hun huis.... hun tehuis.... de lamp brandt er en de gordijnen zijn dicht en samen zitten ze, twee, die in een vijandige wereld, de plek der ruste vinden. Hun kinderen werden geboren elk bracht vreugde vele zorgen vele nach ten van waken als de koortshitte steeg en jjlen deednachten van angstig bid den als de genezing toefdeDan de blijdschap als in wollen dekens gewikkeld bet kind 't eerst op mocht sitten. De kinderen werden groot en grooter. De zorg vergrootte, de arbeid werd zwaar, maar «1e liefheeft vermag alles.... Zoo kwamen ze, de een na den ander tot hun bestemming en verstrooiden zich over de wereld, die grdót is en wijden ze trouw den en kregen kinderen en zonden aan vader en moeder briewen en portretten soms geregeld, soms onregelmatig; want bet •even ls druk. Toen sloot vader de oogen. En de kinde ren; die konden, kwamen en vulden 't leege huis met hun klacht en gesprekken.... toen gingen ze, want hun werk riep, en moeder bleef, in het eenzame buisje, alleen met haar herinneringen. Aan de oude tafel zat ze en staarde raar den stoel, die ledig was en ledig bleef „Moeder versuft" vonden de kinderen en, goedig, probeerden ze afleiding te geven. Maar ze wisten wiet, dat hun pogingen de oude vtouw te meer diedeni hunkeren naar de eenzaamheid, waaT het verleden het schoone sprak.en na wat goed bedoelde pogingen lieten ze moeder alleenze had t immers zoo het liefste? Moeder werd oud en al ouder. Het eens blozende gezicht ver schrompelde tot een klein oude vrouwen ge laat de groeven die het leven, diie de smart snijdt, werdeni el duidelijker.En de oude handen konden zoo stil rusten, wer keloos nu op de gerafelde stoelleuning. en de oude oogen van een, die veel weende. Want de dooden zytn vele geweest, ook voor haaT Haar kinderen, haar man, ze stierven dichtby en veraf.... Welke levenskracht, welke levensnoodzakeiykheld was het, die haar spaarde? Met een stille overgave had rij hot zoo gevoeld; telkens werd van het schip een touw, dat nog bond aan de llevenakade, los gemaakt. j ik ben nog gebonden aan één zwak touw, en de hand' die dat zal losmaken is niet verre.... Daar lag ze alleen toch en wachtte. Ze zag, hoe de zon zachtkens weggleed uit den hof, de avond' kwam.... Ze zag naar de bedden ronHmJongen en ouden, allen menschenrdie leden; sommigen, die stTaiks terug zouden keeren in het leven met vreugde», anderen voor wie de dood naby was, als voor haar.Ze zag toen de oude vrouw, met een blik, een glimlach, van een die weet.... Toen was het haar alkoi ze stonden om haar bed; alen, de levenden die verre waren, en de dooden, die ze verre had gewaand, allen.en hun hand drukte haar handen, hun üppen kusten haar voor hoofd. hun liefdestem was zoo eindeloos vertroostend.... Ze spraken van haar arbeid, haar zorgen, haar liefde, haar trouw, o Zoo vertroostend, o zoo dankbaar.,.. Toen heel zacht.hieven ze samen van 's levens wal het touw dat bond, omhoog en zacht.... heel zacht.... een glimlach om de oude, dorre lippen, is het ouoe moe dertje in de eindeloosheid vergleden A. Klaver. moet. Allerwege ontmoet men geesteiyke depressie en economische ontwrichting en het heeft er sterk den schyn van alsof de mensch niet meer de heerscher is over de maatschappeiyke machine, zooals weleer, doch dat deze thans met zelfstandig leven bezield is en den mensch in zyn tredmolen laat loopen. Van heerscher tot slaaf, dat is het beeld van den tegenwoordigen tyd. Er is malaiBe, werkeloosheid, teveel aan ar beidskrachten, ziekte, natuurramp,-ver deeldheid en verwarring. Maar de maat schappeiyke machine draait eigenzinnig door, en wy zittep er by te kyken, met verontrusten blik, doch met werkelooze landen. Wy zyn het stuur kwyt en weten niet recht hoe de dreigende onheilen af te wenden. Velen onzer tobben. Zy pie keren over het vraagstuk wat er van dit alles moet worden en vermeien zich in ydele droomen over een beter verleden. Wat huVontbreekt Is zelfbeheersching. Een gevaariyk ding. De chauffeur, die in het critieke oogenblik zyn zelfbeheer- sching verliest, sticht rampspoed voor zichzelf en anderen. Zoo ook de mensch, die zich niet weet te j>eheerschen in moeiiyke tijdsomstandigheden.. Er valt aan de maatschappeiyke machine heel wat» te repareeren. er dient gewerkt te worden aan herstel en wy moeten haar weer onder onze controle brengen. Daar voor komt veel kyken. Maar het eerst noodige is: zelfbeheersching. Zon der kalmte des gemoeds geen weloverlegd handelen of rustige krachtsontplooiing. En dat zyn toch de dingen, waarop het nu aankomt l Dr. Jos. do Gock. door CAREL J BRENSA. Een revolutie ln de Journalistiek. Het is eigen niet met onverdeeld genoe gen, dat ik nu verder ga schryven over „De Levende Medusa", of Het Dagblad dat men ziet! Maar ik voel me genood zaakt uit plichtsgevoel. Want het begint nu een zaak te worden die nauw ons herbaar vak van journalist raakt. Erger nog: We komen bij de „Le vende Meduaa" regelrecht ln de keuken van het krantenleven terecht en daar wordt aan het weetgrage publidk een rijk achter de sohermen gegevenT-oat ik me verplicht voel om by te springen. U zult het zelf wel eens ondervonden hebben by een zaak die u lief ls. Wamt ziet wat er gebeurt in het Grand Theatre Er is daar een krant. „De Medusa' Constant van Kerckhoven is er hoofd- redacteur van met al de narigheid, die daaraan vast zit. Om te beginnen: De krant „gaat" niet. Dat komt tegenwoordig al meer en meer voor. Dat komt vanwege „Das |gute zuviel". Zoo dus met de .Medusa". Het ls een belabberde boel als het scherm pas ls op gegaan. Van Kerckhoven zit op rijn bu reau en knabbelt van narigheid op zyn potlood. HIJ piekert, over de krant en over de lezers (die er nog noodzakelijk bij moe ten komen, wel te verstaan, want met die er al zyn heeft hy niet de minste moeite). Verder over de baas, waar de krant van is. Plus over 'n slordige paar duizend gul den, waarvan de vervaldag al aohter den rug is en ten slotte over een allerliefste Jonge aotrloe, waar hü dol op ls en wan- na&r hy zijn oogen niet mag opslaan al eer er wat meer geld ln het la ad Je vai de krantf - en dus in zyn zakken komt. Het ls flus Mlsere ouvert, met n pnurtje daar aan de Medusa" enjn dlt opzlch vertelt Kerckhoven voor iedere ^urnallat een oud en aandoeniyk verhaal Ik ten minste zat met tranen in myn oogen tegen over het geval en al de wederwaardighe den van myn eigen journalistieken jeugd gingen aan myn oog voorby. Van alles en nog wat hebben ze natuur- Lyk al aan de „Medusa" geprobeerd zooals in zulk een geval gebruikeiyk is. Ze hebben reclame gemaakt, prijsvragen uitgeschreven, allerlei rubrieken in ge- lascht. Ze hébben zélfs al een orlgineele verloting op touw gezet voor de lezeressen van het blad, met niet minder dan de jonge, knappe, aanlokkeiyke jonge ver slaggever Tim als.hoofdprijs- dn ze zijn zelfs al op den weg des verderfs aangeland, want op een onzalig oogenblik komt de eigenaar ertoe om van de 17 ge noteerde abonne's er in de boeken 17623 te maken en van de 8.76 aan ontvangen advertentiegelden over de laatste maand: mboOm daarna een kooplustige reflectant te zoeken. U ziet dat het zwaar valt over deze din gen te schryven als je zelf journalist bent Maar niets helpt, 't Is de dood ln de pot aan de „Medusa Dan, op een oogenblik, komt ^verslag gever Tim op een idee. Hy wordt als het ware in zyn wanhoop er toe gedwongen. Want hy staat als hoofdprijs voor de ver loting en wat dat in het onderhavige ge val zeggen wil moet u maar eens opletten, zoodra u de gelegenheid krijgt om de Levende Medusate zien Als u eenmaal Mevrouw Marie van Westerhoven ^met 'n lootje) in het kantoor hebt zien komen, dan weet u genoeg. Dan begrijpt u de doodsangst van Tim. In ieder gerval: Tim krijgt n idee. t>e idee nameiyk om het allernieuwste, noch nie dagewesene ln te voeren. Zichtbare krantennieuwtjes. Hy zegt: De mensch en lezen niet meer in dezen tijd van radio en Jazz-band en al het ander spiksplinternieuwe. Ze moeten wat zienl Laten wy ze de dagbladberichten niet meer te lezen geven, maar ze laten rijken.... - En daarmee is de teerling geworpen en de naar myn meening eerstvolgende revo lutie in het dagbladbedrijf «en feit gewor den. En het zal me niets verwonderen, als Joh. Kaart die hier Tim is op den duur een standbeeld krijgt in het per- museum. Foto-pagina's noch by bladen kleurendruk in de advertenties noch och tend-, middag-, Zaterdag- of Zondagbij- voegseLs zullen het hiertegen kunnen bol werken. Denk u maar eens in dat dit idee alge- ineen wordt en b.v. De Heldersche Courant geen verslagen meer geeft van de Hel dersche Raadszittingen, maar dat de be- grootingsvergaderingen in het vervolg voor de abonnees te zien zullen zyn in Casino of Muais Sacrum of het Marine Rondsgebouw. Zouden ze komen rijken of niet? Het wordt dus een geweldig succes. En van nu af lezen we in het „Grand Theatre" de krant niet meer maar we zien haar. We maken Kerckhoven mee, zittend op de redactie en berichtjes ontvangend per telefoon. En een oogenblik later. Enfin: Laat ik het u vertellen. Er komt een berichtje binnen, „Stads nieuws", dat de bekende actrice So and So vanavond niej zal kunnen optreden in haar suooasrol vanwege een lichte ongesteld heid. Tot op heden slikten we dat en zel den b.v.: Ze zal de Griep hebben. Maar wat blijkt nu? We worden onmiddellijk verplaatst ln de huiskamer van bedoelde actrice. En er biykt heelemaal geen kwestie van lichte ongesteld, maar van heel wat andera Er is lichteiyk onweer aan de lucht tusschen meneer en mevrouw. De rest moet u maar gaan zien. Er komt 'n ander bericht, van een oud koloniaal, die den strijd' niet langer aan kon tegen de zwarigheden van het leven. En Oor Hermus Laat het u zien op een zoo sober-aangrijpende manier, dat dit kwar tier Van schier ademlooze stilte in de zaal enkel al de moeite waard is met de schep ZELFB SCHING. Zelfbeheersching, ziedaar de groote factor voor den mensch die bet tobben wil verleeren. Het is wel een zeer moei Ujke kunst, vooral in dezen tyd, die ona zoo weinig gelegenheid biedt tot rusti bezinnen en inneriy ken opbouw. De mensc! gaf het aanzien aan de machine en plaat ste deze in het middelpunt van het maat- achappeiyk gebeuren. Steeds grooter en steeds machtiger werd de rol, die de machine in de samenleving ging spelen. En met de ontwikkeling van de techniek werd ook de structuur van de maatschappy gecompliceerder, ging zy zelf meer en meer op een machine geiyken, totdat de oorlog met ruwe hand ingreep en den geregelden gang van het vernuftig be dachte raderwerk verstoorde. Thans zitten wy hopeloos in den kooei en vraagt me nigeen zich af wat uit dit alles worden ping van Mullens kennis te maken. En zoo gaat het nu verder door. De be richten vallen by van Kerckhoven binnen en stuk voor stuk laat hy ze zien. Tot de oude getrouwe „feuilleton" toe. Het onder werp is natuurlijk als van ouds: De Liefde. De personen zyn man, vrouw en minnaar. En het mooie ervan is, dat we kennis ma ken met de Fransche, de Hollandsche en de Engelsche methode in deze situatie. Het verschil is opvallend en bovendien opval lend gespeeld. De rest moet u maar gaan zien. Eindeloos is de rij. We zien plastisch voorgesteld wat men moet verstaan onder een vrij onbeteekend berichtje: „Dat de geest in het leger en de verstandhouding tusschen de meerderen en de minderen tegenwoordig, niets meer te wensohen over laat". Als u het gezien hebt, zult u ook zeg gen, net als wy: Dat raak je de koek koek. Het dansverbod op Zondag te Amster dam wordt in een allervermakeiykste scène door Hermus voorgesteld. Mussolini komt in eigen persoon ten tooneele. We krijgen Amerikaansche toeristen op trip in Europa, die de Kroonjuweelen van Rus land en de scheeve toren van Pisa koo- pen of het houten klompjes van Volendam waren. Dan verschynt de poppekast als zicht bare rubriek van de Medusa" en vooral Kaart Jr. is er buitengewoon in. Je zondt hem subiet een ministersbaantje geven. Om van de vertooning van de „inlichtin gendienst aan huisvrouwen", de Soène voor het Paleis te Doorn en al het verdere maar te zwijgen. Totdat dan 01 noodlottig oogenblik het moment van de verloting van Tim ln allen ernst aanbreekt Tim heeft zich alle moeite gegeven om samen met zyn stille aangebedene die weer 'n nichtje is van den eigenaar der Medusa, en die weer. ja, lezer, ik zei u al: het is haast niet te doen om alles over te vertellen alle uitgegeven lootjes weer terug te koopen. Maar ongelukklgenrijs bUjkt, dat het aan tal verkochte lootjes aohter hem om meer dan verdriedubbeld ls.Zoodat er op HET «GENRE CANAILLE". *n „Vreemde" opvatting. Het is omstreeks den jare 1860. De bur gerkoning regeert in Parijs. En mode ls het te leven met de charmante lichtzin nigheid van dé Bohémiens, de artisten, grisettes, studenten waarvan Henry Mup- ger en Theophile Gautier zooveel bekoor lijks vertellen. De grisette was de heldin van dit vroo- Ujke leven, zij kreeg, dank zy evenge-» noemde schrijvers, een gulden stralen krans om het hoofd. Was zy niet roerend- lief en poëtisch, Mimi Pinson? Stond "zy niet meters „hooger" dan de courtisane,, de machtige tirannieke vrouw, die slechts macht en aanzien beminde? In een zoodanlgen tyd kon een stuk als „La daime aux Canfélias" van Alexander Dumas (Margareta Gautier) met zyn nau- weiyks bestaanbare sentimenteele heldin niet alleen worden geschreven, maar ook met groot suooes worden opgevoerd. Het ,genre canaille" was mode gewor den. Een eer was het zich te vertoónen aan de zyde van een beroemdheid uit de demi- monde, een eer ook om zich voor haar te ruïneeren. Er Varen vele Nana's, in die dagen, die armoede en schande brachten in de huizen der Bourgeoisie. Mén zag het en begreep het, maar het was „ton". En niet alleen in Parijs. In Beleren re- eerde een Spaansche danseuse, Lola ontez, den koning en daarmee de geheele natie. Zekere Qustaave Chorinsky, van aloud geslacht, viel in de strikken van een vrouw, die hem niet alleen ruïneerde, maar zelfs tot giftmoord aanzette. En men ontmoette meer van dergelijke tragische den dag van de trekking voor de deuren van de ,M«dusa" een toestand ontstaat, waarby de beruchte verlotingen en trek kingen van wyien Willem Broekhuis ge woon kinderspel moet zyn geweest. Zeven honderd vrouwen van allerlei slag en wat voor slag, brrr.staan voor het gebouw en eischen toegang ais indertijd de Watergeuzen voor den BrieL Ze willen erini.Ze azen op Tim, de ongelukkige. Niets kan ze weerhouden, want ze hebben 'n lot ja velen hebben er tien, twintigEen jeugdige dame van 78, in het gelukkige bezit van twee honderd en twaalf nummers, serieus ge noteerd op eèn ïyst van drie kwart meter lang, is zelfs al birfnen. Ze is in bruid*- toilët by voorbaat, nee om te stelen (en dan te verdonkeremanen) met sluier en bouquet'en hoe Kaart Jr. er pleizier in heeft om zijn engegement bij Van Kerck hoven aan te houden, dat snap ik niet. Hy moet zeker, net als de rest aan de heele „Medusa" zwaar in den brand zitten, want anders? My dunkt hy mocht liever z*n hoed in het Amsterdamsche Y gooien en daaronder gaan zitten. Enfin: Het komt alles tot een eind. Maar wai zal, als kijkgraag Holland zich aan deze noviteit, die het midden houdt tusschen een speelstuk en een goede re vue, zal hebben zat gezien, het gevolg zyn? Een frissche revolutie in de journalistiek en het krantenbedrijf, wat ik u zegl Het zal er nog op uitdraaien dat wy, stram gewerkte dagbladpenners op het eind onze inktpotten zullen kunnen leeg- gooien en acteur worden. Want het pu bliek zal binnenkort geen genoegen mee® nemen met wat wy schrijven. Ze zullen ons willen zien als Polncaré en Briand, Mengelberg en d'Annunzio. de Gemeente- de Gemeenteraad, en de heele santekra&m, die tegenwoordig in d« Krant staatl En dat is me wat. Dat is het heeriyke gevolg van des hee- ren Mullens geniale uitvinding (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1927 | | pagina 7