VOOR DE VROUWEN, Mi gebeurtenissen. Een gevolg van het in de mode komen van het genre oanaille was dat ook de kleeding der dames canailleuze zijsprongen ging maken. Extravagance en excentriciteit wissel den elkaar af. Na 1860 werden bijv. de rokken steeds korter. De onderrokken gingen door helle kleu ren de aandacht trekken, de kousen volg den. De eerste gekleurde kousen die men zag, waren van grijze zijde met roode streepjes doorwerkt, welke intusschen al spoedig door veel opzien barender toten werden vervangen. De mode kreeg daarbij neigingen om de kleeding wat te verman nelijken. De dames immers gingen hee- ren-paietots dragen, heerenkragen en das sen en zij vertoonden zich met wandelstok ken. Sommige dames 'gingen een eeuw of wat terug en paradeerden in de helroode atlasdracht, de ongemakk,eljjke-sljJve stag uit de Renaissance-dagen. Ook werd men mythologisch en imiteerde Diana's ge waad dat een schouder dekte maar den tweede vrij liet. Als sieraad dO<Jen geweldige groote sta len knoopen dienst, die hun effect bijv. op het evengenoemde vuurroode atlas stellig niet misten, alsmede bijoux van ge slepen glas die eveneens zeer en vogue waren. Ook ten aanzien van het kapsel deed het canailleuze element zich gelden. Wie elegant wilde zijn, maakte zich een hondekopje een „toutou frisee1* of „ca- niche", Vele malen heeft men het in de mode komen van,verschillende smakeloosheden, die de tijd van het (genre canaille" bood, toegeschreven aan Keizerin Eugénie. Deze vorstin is misschien een der meest miskende vrouwen uit de löde eeuw, en toch had ze het niet aan de vrouwen ver diend. Zoo zegt men dat zij de eerste was, die toestond dat vrouwen in openbare be trekkingen een plaatsje kregen, toen, tij dens haar regentschap in 1866 de eerste vrouwelijke ambtenaren bij den telegraaf dienst in Frankrijk werden toegelaten. En wat nu de smaak der keizerin voor haar toelet 'aangaat, menschen die met haar in kennis kwamen, roemden niet al leen haar schoonheid, maar ook haar ele- gance en haar waardige houding. .Bij voorkeur droeg zij zachte tinten: parel grijs, safierblauw, mauve, maisgeel en voor avondtoiletten de groote Worth creëerde ze voor haar meestal wit, tin ten die waarlijk niet voor extravagant mo- fen gelden. Haar gedistingeerde smaak was der mate bekend dat koningin Augusta van Pruisen haar FrSnsche „ambtgenoote" als hooge gunst, verzocht, ter gelegenheid van de kroningsfeesten te Koningsbergen, wel haar kapster te willen afstaan! Men verweet de Fransche keizerin ook verkwisting. Op haar reis ter gelegenheid van de opening van het Suez-kanaal bijv. een reis die eenige maanden in beslag nam, had hare majesteit ongeveer 250 toiletten bij zich: Het is waar dat het representatieve deel van de keizerlijke taak veel 'decorum eischte, zelfs voor de hofdames, want Mme de la Poèze, die Eugeniebegeleidde, had 50 japonnen en evenveel hoeden bij zich, maar toch rijst de oommercieele vraag of het niet wat minder gekund had. Intusschen make men er niet alleen de keizerin een verwijt van. In de dagen van het „genre canaille" gold ook het herhaald wisselen van toilet voor de le plus haut goüt. Dames die modébadplaatsen voor en kele weken bezochten stelden er een eer in om niet twee malen in hetzelfde kleed te worden gezien en de gelukkigen die acht dagen op het keizerlijk slot te Com- piegne mochten vertoeven, moesten op zijn minst drie verschillende toiletten meenemen. Toch had Mimi Pinson er aan biddelijk uitgezien in haar groene sjaal, gemaakt uit een oud saaien gordijn. WETENSWAARDIGHEDEN LEEUWEN ALS FEMSTERREN. in verband met eenige, onlangs gepubli ceerde fotojs, van een leeuw als tooneelspe- ler eni als fiknartiist, is het wel die moeite waard te weteni, dat er op die gehoede wereld slechts één leeuweni-faim is, namelijk in Zuiid-Caliiornlë, waar op het oogeniblik vier en zeventig van deze dieren aanwezig zijn. De leeuwin werpt gefwoonlijki drie of vier weipen, tegelijk en dat deze fokkerij wei loonend is, kan bljjkeni uit het feit, dat zoo'n welp 600 waard is, terwijl voor een vol wassen mannelijke leeuw meermalen1 ruim een ton gegeven wordt'. 'Behalve door het verkoopen van deze die ren profiteert) de leeuwenifarmer ook van hen uit te besteden aan filtmondernemingeni, .die flinke kapitalen over hebben voor een leeuw, die talept als acteur blijkt te hebben. De vleugels van een vliegende musch maken dertien vleugelslagen per seconde. Tennis op rolschaatsen is de nieuwste liefhebberij van de jongelieden) in Oali- farnië. In China zijn momenteel 1.607.000 man nen in militaire training. BABBELUURTJE OVER MODE. Gwneerem met lint Al winkelende, passeerden we een „a deeling lint". Aangetrokken door de prettigen aanblik van èl die fleurige kleurtjes, door de rijke decoratieve breede linten, zoo wel als door de beel dige fijne smalle lintjes, hielden we even halt. Mijn ge zellin nam eenige van die lintjes in de hand,zeggende: „Wat zijn ze toch snoezig, hè? Het is maar jammer, dat je er zoo weinig aan hebt. Ik zou zoo graag wat van die couponnetjes koo- pen, maar ik weet zeker, dat ik mijn geld weggooi, want ik zal ze nooit weten te gebruiken." Terwijl mijn ken nis zoo stond te me- diteeren, had ik on derwijl als tijdver drijf een paarsmalle mooi gekleurde lin tjes door elkander gevlochteif en hield ze toen, om 't effect beter te kunnen zien, op den mouw van mijn donkere jas. De dame, dat in het oog krijgende, was in eens bekeerd. „Hè ja, dat staat gezellig. Gunst wat zou dat lief zijn op een donker jurkje voor zus. En zie daar, de vrouw, die dacht haar geld weg te gooien aan lint, wat ze nergens voor wist te gebruiken, In eia>| aan hetfanta- aeeren. Het eind van het liedje was, dat ze met een „zak vol" lint naar huis ging en mij de be lofte hadafge- >erst nog een paar ideetjes voor haar bp te snuffelen. Welnu, ik heb gesnuf felden watnog m«er zegt:ge vonden ook. En onder het verzamelen kwam het mij in de gedachte, dat misschien vele vrouwen waren als mijn kenuis. Dat men gaarne wat van dat gezellige lintjes-gedoe zou koopen, als er maar aan wat aardige vari- atie's te komen was om te verwerken. Komaan, dan maar onze trouwe „Jutter" in den arm genomen, eenvoudig d i e ver tellen wat ik op mijn hart heb en dan komt het wel verder in orde. Nu hebt U alleen maar de teekeningetjes goed aan te zien* om ze te kunnen nama ken, wat mooie kleurtjes lint te koopen en ze op duizend en éénderlei manieren te verwerken op wat U maar wilt. V zeggen, dat hij nooit onder zulke belem merende omstandigheden een portret had geschilderd. Dit zal vermoedelijk wel de reden zijn geweest dat Reynolds* opdracht gever, niet tevreden met het resultaat, het stuk weigerde. Het bleef waarschijnlijk op het atelier en raakte heelemaal in vergetel heid. Toen het in 1837 wéér op een veiling verscheen, wist niemand meer den naam van den maker noch die van het model; het bracht als „Dame met guitaar" slechts 6 op. Eerst onlangs is men tot de ont dekking gekomen, dat 'het een meester stuk van Reynolds was en welke dame er voor poseerde. Van zes tot vier duizend pond. Op een veiling, dezer dagen te Londen gehouden, werd een aan Reynolds toege schreven portret verkocht voor 4000. Het stelde prinses Caroiina voor, de jong ste dochter van George H. Hetzelfde por tret bracht in 1837 slechts 6 op. Rey nolds schilderde het in 1766. Hij deed het met weinig animo, want terwijl hjj er aan werkte zat zijn vorstelijk model voortdu rend te schreien: de arme prinses zou bin nenkort haar vaderland en familie moeten verlaten om te trouwen ro^t den koning van Denemarken. Hjj placht dan ook te De eenige verklaring. Ja, Jansen wil zijn nieuwe auto verkoo pen voor letterlijk niets. In welk ziekenhuis ligt hij? Een practlsche wagen. U zult nooit onder deze auto behoe ven te kruipen, zei de autohandelaar. Werkelijk? Ja. Bij het minste mankement in het mechanisme kiepert die automatisch om, meneer. Erkentelijkheid. Oude daime: Een postzegel van een dub beltje, alstublieft. Maar heb ik u niet eer der gezien? De man aan het loket: Ja ik heb de vorige maand u het leven gered, toen u op het punt stond te verdrinken. Oude dame: O ja.Geef me maar voor een gulden postzegels van een dub beltje. De toestand getypeerd. Zoo ,oude vriend, heb je de eerste ruzie met je jonge vrouw gehad? Ja. De Wittebroodsweken zijn voor bij: het huwelijk is losgebroken. Overdrijving. Echtgenoot (wiens vrouw hem iuist met een tweeling vereerd heeft): Zeg zul je nou nooit die vervelende gewoonte van jou om, alles te overdrijven, afleeren? 1 een poosje onder een grooten stTUik, maar nu kon hij weer «een rijmpje bedenken, hoe goed iijj ook dacht, om het meikje te noepem Dat begon het meisje te vervelen en boos zei ze tenslotte tegen Jaap: „Bah, wat ben Jij een domoor, Ik speel niet reet jou, hoor! Speel jij maar alleen, Goeden dag, ik ga beenl En weg was ze. Wat voeldè arme Jaap zich nu veriaten, in dat foote boach. „Hoe moet ik nu weer thuiskomen?* stil, huil maar niet", klonk opeens eenvrooMjk stemmetje en daar sprong en SSen voor Jaap* ^n^ poppto Icereltie-Wat kon dat ventje kopje buitelen! ze ook niet met je speler Ik hoef niet «e rijmen. Ik ben alleen maar het nummer van de biadrijdrvan^t v«- haal in je boek. En ja nu Mg Jaap, dat bro k en jasje van hel kereltje vol waren met cijfers 8, juist het nummer van de blad- zjjde, die Jaap dien avond bekeken had. „Weet je den weg naar huii niet meer? vroeg het ventje nu./ „Nee. bladzij 8", antwoordde «aap. „Wet keer me dan maar om zen net kereltje weer. m. Jaap deed het en.stori- tje voor de kachel met bladzij 9 van zijn preniteboek voor zich! RAADSEL& Oplossingen der vorige raadsels. Haastige spoed is zelden goed. n. V A V E D P I e r I u s 1 s m e e r I e n d a m geland a g e r a a d o p u 1 I e r Regenput Valarlui EEN GRAPPIGE BLADZIJDE. Jaap zat op zjjim lage stoeltje bij de kachel en las in zijn nieuwe prentenboek. Op de bladzijde, waar hij aan bezig was, stond een mooie gekleurde plaat van een bosch, waar een helder beekje door liftp. En in dat beekje was een allerliefst meisje aan het pootje-baden. Haar hlautfe oogjes schitter den van preti en haar mondje lachte. Jaap bleef maar kijken naar de plaat en dachit: „Hè, als ik zoo'n zupje had om mee te spe len. En ais ik dan ook daar kon pootje baden. Wat is het daar heerlijk in 't bosch!" Jaap keek en keek, tot hij niet langer meer kijken kon en.op hetzelfde- oogen- blik was hij in het bosch bij het beekje. Daar kwam het lieve irteöye al naar hem toe ge sprongen, terwijl ze uitriep: „Ik hoopte al, dat je met mij kwam spelen, We zullen ons samen hier nooit vervelen." „Nee, vast niet", amtwordde Jaap. „Wat zullen we doen?" Het kjeine meisje keek hem verbaasd aan, alsof ze hem niet verstond, hoewel Jaap toch luid genoeg gesproken had met zijn echte jongensstem. „Ha, ha, hli, hi, zoo gaat het niet, Je moet rijmen, anders verstaat ze "t niet", gichelde en murmelde het beekje nü. En de boomen van het bosch' ritselden ep fluis terden: „In je boek staan slechts versjes, geen [gewoon verhaal; En het meisje verstaat ook geen andere [taal. Probeer dus fle rijmen, mijn beste knaap, Dat is zqo moeilijk niet, vindt je wel, [Jaap?" „Niet moeilijk?" riep Jaap uit: Jk h©\» het nog nooit gedaan en Ik kan het vast niet." Maar hij dacht toch ernstig na en eindelijk riep hij' verheugd: „Zeg meisje klem, Wat is. het hier fijn!" Dat verstond het meisje en dadelijk ant woordde ze: „Wat ben ik nu blij, Kom speel je mét mij." Ze stak haar handje uit en samen spron gen ze van den eenen steen op den anderen in de beek. Daarna riep het meisje uit: „Kom kruip nu weg, Ik zoek je, zeg." Jaap verstopte zich achter een dikken boom en het duurde een heel poosje eer zijn vriendinnetje riep: „Ik heb je gevonden Achter dien boom, dien ronden." Nu was het Jaap* beurt om het meisje te zoeken. Hij vond haar ook werkelijk na Nieuwe raadsels. L Wie kan er een vrucht maken van Ada en bier? Ingez. door Bertus Ingelse. IL Het geheel is een spreekwoord van 9 woorden of 40 letters. 1, 9, 84, 15 1b een jongensnaam. 15, 25, 86, 81 is een vrucht 37, 11, 17 ls een schip. 26, 11 is een deel van een «chip. 18, 28, 24, 16, 16, 6 is niet leelijk. 30, 12, 22,8 is een plaatsje in de Betuwe. Veel voertuigen bezitten een 26, 2, 29. 4,14,17,21,26 is het tegenovergestelds van misschien. 5, 82 is koud. 27, 16, 28, 82 is een huisdier. 19, 83, 40 is een boom. Een 18, 8, 39, 85 brengt vaak vroolQk* heid. 7, 16, 16t 20, 10 is een ontkenning. Ingez. door? Goede oplossingen van beide raadsels ontvangen van: T. en H. A.; K. A.; M. ter B.; R. B.; G. B.; A. en A. B.; J. C.; G. D.; D. en V. D.; C. A. en M. A. D.; A. E.; N. en D. G.; M. H.; C. de H.; J. H.; I). L; P. K.; G. K.; A. K.; J. O.; J. en A. S.; W. 8.; 8. T.; C. T.; R. O.; M. en Th. J. V.; J. W. V.; A. W.; E. W. De prijzen zijn ten deel gevallen aan: Annie 'en Antje Bremer, Basstraat 80. G. Boogaard, Weststraat 63. O. A. en M. A. Dekkers, Goverstr. 84. Maria Hennekam, Achterstraat 72. Dirk Ingelse, Krugerstraat 27. Greta Kroonstuiver, Molengracht 14. Jos Orelio, Schagenstraat 30. Johan en Annie Schendelaar, Parallel weg 6. M. en Th. J. Verbey, Geverstraat 60. Einmy Wiegel, Spoorstraat 6. Relletjes in de „Zoo". Al eenige dagen lang heerschte er onrust in het bavianenpark van de Lon- 'lensclie Zuu. W at precies de oorzaak was kunnen de oppassers niet zeggen, maar zijn geneigd die oorzaak in het »Ewig Weibliclie* te zoeken. Een vrouwelijke aap schijnt aanleiding tot verdeeldheid te hebben gegeven. Ter wijl soms Aion, twintig bavianen haar belaagden, meten en duwden, waren er andere, die de verdediging van het arme schepsel op zich namen. Vooral een oude, groote baviaan toonde, dat de oude garde nog >cavalier« is en wist vijf, zes, soms tien zijner medebewo ners op de vlucht te jagen, als het vrouwtje door ben in verdrukking was gebracht. Het meeste plezier scheen te bestaan in hel opdrijven van het vrouwtje naar den vijver, tot twee keer toe gelukte dit spellutje doch beide keeren was de oude ridde^ present om haar te redden. l'e oppassers Htonden tegenover deze beroeringen machteloos en zelfs de fijnste beetjes, die in den vechtenden hoop werden geworpen, kouden de aandacht niet af leiden. Dezer dagen had weer een alge- ineene aanval plaats, het vrouwtje lag op den grond en werd door tien bavianen gebeten zonder dat eenige hulp kwam opdagen. l'lots nam het heidensche lawaai een einde, de bavianen slopen als op bevel weg en bij den vijver bleef het ziellooze lichaam van de veel-gepluagde liggen. Na korten tijd keerden een dertig bavianen terug, stelden zich zwijgend in twee rjjen op en tusschen hen in rolden andere apen het lichaam der o> tmiedeue naar den vijver en wierpen het in het water. Toen trokken alle zwijgend naar hun hokken, plechtig en ernstig, zooals dat na «en begrafenis behoort. B. Corry Brens. Jaap snaterde het plotseling uit en vroeg toen: „Zeg. kun'jij ook Jet rijmen en wil W

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1927 | | pagina 8