't Juffertje
t
Populair Bijvoegsel van de
HELDERSCHE COURANT
S
TOONEEL-CAUSERIETJES.
van ZATERDAG 12 FEBR. 1927.'
WO. 264 (AUTEURSRECHTEN VOORBEHOUDEN)
„DE OPSTANDIG EN".
Woensdag i« Februari in Casino.
Wy hebben den lezer beloofd een en
ander uil den Inhoud van het ba Woens
dag door het geselschap Saalborn op te
voeren tooneelstuk „de Opstandigen" mede
te deelen. Voor wie het niet mocht weten,
*tj gezegd, dat het getrokken ls uit den
roman van mevrouw van Ammers-
Küller van dien naam, een werk, dat
«eer veel opgang gemaakt heeft Nog niet
«oo lang geleden heeft de schrijfster hier
over te dezer stede voor de Vereeniging
van Hulsvrouwen een lezing gehouden,
waaruit zij Interessante wetenswaardig
heden omtrent het ontstaan van haar
boek vermeldde. Het boek is een zeden-
spiegeling van Hollandsch leven; speciaal
wordt het leven der Nederlandsche huis
vrouw en van het Nederlandsche jonge
meisje erin belicht De schr. heeft het in
drie boeken verdeeld, welke elk om
streeks een halve eeuw later spelen, zoo
dat we du« achtereenvolgens het leven te
tien krijgen van onze grootoudera, onze
ouders en het tegenwoordig geslacht.
Uit dit werk nu li door den toor
schrijver A. Defreane het tooneelstuk
trokken, dat hier Woensdag sal worden
opgevoerd. Uit het hier volgende over-
«icht van den Inhoud zal men zien, dat het
een atuk ls vol van aardige tooneeltjea, en
tooneel-
uit willekeur, maar omdat hij het, naar het
Inzicht van zijn tijd, zijn plicht acht over
de 'even® van zijn kinderen te richten en
te beschikken.
In 8«rin van kleurlooze eentonige
aegeyjkheid komt een verweesd Franseh
nichtje, Marie Ellzabeth Sylvaln, wier
moeder, die zich jaren geleden door een
rxanschen muziekmeester heeft laten
schaken, een nooit uit te wlsschen schan
de over de deftige eerzame familie heeft
gebracht Als een bonte vreemde vogel
komt het jonge luchthartige kind ln het
Leidsche huis en maakt op de eenvoudige
zedige dochters Saartje en Keejetje, een
even verbijgterenden en boeienden indruk
als op de drie zoons, van wie David, de
zwierige gevierde student, die zijn bewon
dering en verrassing op een zeer onhol-
landsch-vrijmoedige manier durft toonen,
al op den eersten avond haar hart ver
overt. Maar ook een andere ervaring doet
het Fransehe meisje dien eersten avond
op, wanneer ze het waagt haar opinie te
genover dien van haar oom te «tellen en
zich durft verzetten tegen de beslissing,
dat z]j voortaan lnplaats van Marise op
zijn goed-hollandsch Miebetje zal worden
genoemd.
In het tweede tafereel ls de oude Coorn-
velt sinds weken ziek. Maohteloos voelt
hij, dat de tucht ln zijn huls verslapt, dat
er dingen gebeuren, die zijn kinderen
zonder zijn afwezigheid zeker niet zouden
Za" WoSSTK T^r hTnd ta
*1® WhiM nu^° kf de fabriek, zijn afwezigheid niet benutten
nen zien, dat het stuk een geweldigen op- Een onhandigheid van zijd dochter Saar-
gar.g heeft_ gemaakt, evenals het boek tje brengt den vader een minnevers ln
trouwens Het 1« y°°J den toeschouwer handen, dat David voor Miebetje schreef
vtn thans zeer^aantrekkeiy^eens het le- en dadelijk besluit hij een eind te maken
u.._ over- aan (Hg onvertogenheid en een einde aan
de opstandigheid, die met het Fransche
ven vtn zijn groot- of misschien
grootouders te zien uitgebeeld. Men heeft
daar by overlevering wel eens wat van ge
boord, en men kan het nu zien. Het tafe
reeltje van de Nutslezing, waar ds. Nloo-
laas Beets als jong predikant een lezing
houdt anti de vrouwenemancipatie, en
waar Miebetje 8ylvain den moed heeft
openlijk tegen 's predikanten denkbeelden
ln oppositie te komen, ls gedeeltelijk his-
Nioolaas Beets heeft werkelijk deze le-
*ing gehouden en Miebetje Sylvaln heeft dwingt En lnplaats zich aan het
werkelijk bestaan als Mina Kruseiman, de regiem van den ouden Lodewjjk te
•erste voorvechtster voor vrouwen-eman
clpatle. In het derde bedrijf ziet men wat
er
eigenlijk
komen ls.
anclpat
dan komen de Puc
gekomen V
tys en Ellys met bobbed
van die emancipatie terecht-
cks, de Kit-
haar en korte
rokjes en een berg levenswijsheid. Maar
tenslotte aanvaarden se toch de almacht
der liefde.
Hier volgt de korte inhoud van dit be
langrijke en boeiende atuk, dat, wij zijn
daar seker van, den toehoorder tot het ein
de toe tal bekoren.
De eerste twee tafereelen verplaatsen
den toeschouwer naar de at&d Lelden ln
1842. In het gezin van den wolwever
Ooornvelt op het Rapenburg is, als ln vrij-
nichtje in zijn vroeger zoo gedwee gezin
Ls gekomen. Eerst wordt David, dan de
andere kinderen aan het bed van den va
der geroepen, onvermurwbaar dringt hij
hen zijn wil op, en een voor een onder
werpen ze zich aan zijn gezag. Maar Mie
betje niet. Na al haar eenzaamheid en
heimwee geeft David haar de groote des
illusie, wanneer hij zijn liefde voor haar
verloochent otmdat zijn vader hem daartoe
regiem van den ouden Lodewijk te onder
werpen. loopt Marle Ellzabeth weg uit het
kille deftige Leidsche huls, om in den
vreemde haar eigen brood te gaan ver
dienen.
1872. ZiJ zijn geposeerde, levenswijze
en alreeds wat levensmoede menschen ge
worden, de Jonge Coornvelts van 1842, zij
hebben zelf volwassen kinderen en tegen
over de Inzichten en verlangens van die
kinderen, staan zy even vreemd en onbe
grijpend als hun tirannieke vader dertig
jaar geleden tegenover de hunne stond.
David Coornvelt, een hooggeacht profes
sor in zijn vaderstad Leiden, gehuwd met
een rijke en voorname vrouw, presideert
een Nuts-vergaderLng waar Nioolaas Beets
een lezing houdt over „Denkbeelden van
wel alle gezinnen ln dien tijd, de vader den Dag in verband met de Emancipatie
onbetwist hoofdpersoon, om hem draaien der Vrouwen". Als de gevierde spreker
de zorgen en gedachten van de vrouwen, zijn rede beëindigd heeft, klinkt opeens
die den ganschen dag werken en sloven een vrouwestem uit de rijen der toehoor
voor «ijn weliyn en tevredenheid. Zijn ders, een stam die David doet verschrik-
gesag heerscht oppermachtig, niet slechts ken. die duizend lang begraven herinne-
Naar Aanleiding van „De Levende Medusa".
door
CAREL J BRENSA.
ringen ln hem wakker roept. Het 1b de
stem van Miebetje Sylvaln, die het on
gehoorde waagt, zich tegen de opinie van
den grooten Beets teweer te stellen en
het goed recht voor vrouwen en meisjes
te bepleiten om ft mogen werken lnplaats
van haar vaders en broers afhankelijk te
zijn. Wannéér, na verontwaardigd tumult,
de zaal la leeggeloopen, trachten twee
jonge meisjes in contact te komen met de
onbekende dame, die den moed had zulke
ongewone, opstandige woorden te spre
ken, het zijn Lize Wijsman, de dochter van
Keejetje Ooornvelt, en Claartje Coornvelt,
het eenige dochtertje ven David. Zy zijn
„kinderen van hun tijd" deze meisjes, niet
meer tevreden met het eentonig vrouwen
leven van thuiszitten en wachten op een
man: Lize heeft Illusies om te gaan etu
deeren „als een jongen", Claartje wil,
naar het voorbeeld van buitenlandsche
vrouwen, de armen en verdrukten helpen
en by Miebetje vinden zy een willig oor
en steun voor hun plannen. En wanneer
aan daarna David en Miebetje elkaar ont
moeten ln de verlaten zaal van het Leid
sche Nut, begrypt de Professor tot zijn
ontzetting, dat uit het beminnelijke jonge
meisje van dertig jaar geledén een van
de geminachte strijdsters voor „emanci
patie" is geworden, een „blauwkous" die
het gezag der ouders tracht te ondermy*
nen door de jonge dochters aan te sporen
tot opstandigheid.
Het vierde tafereel speelt opnieuw ln
het huis op het Rapenburg, in dezelfde
kamer, naar de smaak van 1870 „gemo-
dernizeerd" door Saartje Coornvelt, die er
jarenlang met haar man, den „deftigen"
majoor Berkhout en haar vier dochters
gewoond heeft. Saartje is weduwe gewor
den en haar drie broers, David, Hendrik
en Nioolaas komen familieraad houden
over de verarmde vrouwen, die ze finan
cieel wel zooveel dienen te helpen, dat ze,
voor het ulteriyk althans, kunnen biyven
teven,, in hun stand".
Dan durft Baartjes dochter 8ophle het
ongeloofiyke: zy slaat het aanbod van de
oom af, zy bedankt voor hun aalmoes en
verklaart, dat zy en haar zusters van plan
zyn zelf haar brood te gaan verdienen
Ongehoorde brutaliteit; groote veront
waardiging by de deftige heeren Coorn
velt, die tot woede stygt, wanneer zy ont-
dekkon dat het wéér Miebetje 8ylvain ls,
die ook deze meisjes tot opstandigheid
heeft aangezet, terwyi bovendien hun zus
ter de „blauwkous" gastvrijheid ln haar
huls verleent Ook Lize Wygman zoekt
steun by Miebetje als ze uit huig wegloopt
om haar studie voor dokter door te kun
nen zetten, en machteloos staat de groote
David Coornvelt tegenover de zwakke
vrouw, wier meerderheid hy voelt en
vreest, machteloos staat hy tegenover de
opstandigheid van de jeugd, omdat hy
mist het rotsvast geloof ln eigen overtui
ging, dat de onwrikbare kracht van den
ouden Coornvelt was.
En dan «yn we ln 1920.
Weer het oude huls op het Rapenburg,
weer dezelfde kamer, ln den styi van 1840
teruggebracht, want „antiek" ls deftig en
in de mode. Dr. Elize Wysman heeft na
een werkzaam leven van dokter en direc
trice van een groot ziekenhuis, haar In
trek genomen in bet gezin van haar neef
Steven Coornvelt. Zij acht zich een mo
derne vrouw, die, al ls ze oud, nog mee
kan leven met de jeugd en steeds de kant
van den vooruitgang kiest, maar zy be
merkt, ln hef zeer moderne gezin, dat «e
volkomen vreemd en onbegrijpend staat
tegenover de wenschen en problemen van
het nieuwe geslacht, tegenover de levens
opvattingen van de tegenwoordige vrou
wen en meisjes, tot wier vrijwording en
bewustwording zyzelf «oo energisch heeft
meegewerkt. Zy la ontsteld en bedroefd
als ze de theorieën vtn haar nichtjes
Puck en Kitty hoort, verontwaardigd over
de houding van 8teven, hun vader, die
zich kalm neerlegt by 't feit, dat hy gee-
De helden vu de „Medusa".
Cor Her mus.
We leven ln de periode van de helden-
vereering. Denk maar eens aan de gebeur
tenissen in Helder ln verband met „Opa"
Mar als Lou de kraker. Nee maar Ik ver
tel u: Wat Cor Hermus als die aioome
duikelaar van 'n brandkastenfabrikant
met z'n akelige druipsnor en z'n laatste
restjes van gedegenereerde deftigheid,
Riikers 80e verjaardag. Het ls dus niet z'n articulatie van „Nou-mot-je-'s-goed-be-
mwr dan biliyk nadat ik nu al «oo- ',0f| "*«««*- t>;..
veel over de Levende Medusa gecauseerd
heb dat we ook de helden van dese Me-
gaan herdenken.
Is niets tegen Integendeel: Er ls
dusa
Er
alle aanleiding toe.
Daar is vooreers Oor Hermus. In mijn
gedachte gaat hier Cor Hermus voorop.
Sterker: Na hetgeen ik den laatsten tyd
van dezen acteur gezien heb, zou ik bet
best durven verdedigen om een heel feuil
leton over hem te schrijven. Ik mag dezen
kerel graag. Ik vind het 'n prachtvent en
volstrekt niet omdat hy nou misschien
ln een my aangename trant speelt, maar
omdat ik overtuigd ben dat hij speelt in
een universeele trant. Kortweg: omdat hy
waard ls te worden genoemd.
In Cor Hermus wordt eigenlyk weer
eens duidelijk de stelling gedemonstreerd,
dat het toch vooral noodlg is om te ko
men tot de „Gelegenheid". Geef Iemand
of iets de gelegenheid, anders
niets van terecht en anders
nooit weten wat er van groeien kan.
Wie heeft er ooit serieus van Cor Her
mus gedroomd en ooit hem n «en gewel
dige gelegenheid ge*hm? Niemand. Her
inner u maar hoe hy nog voor enkele Ja-
ren by Heyermans werkte. Geen gelegen-
h<Nu is eenige malen de kleine gelegen
heid gekomen. En nu kunt u zien wat er
▼oor mogeiykheden in "^ken. Ik v<wr mij
heb een buitengewone mogelijkheic g
sinds ik Hermus meemaakte b^v ln de
JtulMnvar. Dat was toevallig ook in dit
ihsate*. Dat vu ssmsn ®et
komt
zuilen
er
we
grypen-zag" daar uitvoerde. Die einde-
looze half geïmproviseerde clausen met
Nap als den inbreker en met Bets van
Berkel als mevrouw.... Daar had ik 'n
week aan een stuk naar kunnen luisteren.
Ik wil er niet verder over uitweiden,
maar voor mijn persoonlijk besef was het
byzonder goed. Ik zou in staat zyn om een
opzettelyk komisch voor hean te bewerken,
alleen om hem eens uitsluitend in een
hoofdrol en op het eerste plan te brengen,
En ik hoop hier stellig nog eens te be
leven, dat de redder van zoovelen m
neer B. A. Mullens 'n gelegenheid wei
(en durft) te scheppen voor Cor Hermus,
zooals hy dat b.v. vroeger eens gepoogd
heeft voor Willem Hujsche in „Beverley".
Niet omdat dit zoo byster gelukt is, maar
omdat wat de eene maal niet lukt de an
dere maal wel lukken kan.
Laten we het hopen voor Hermus.
Nog 'n andere stelling wordt door Her
mus gedemonstreerd. Nameiyk de al zoo
vaak ondeugdeUjk gebleken stelling, dat
we het veiligst doen met op reputatie te
letten. Cor Hermus heeft geen reputatie
ln den grooten zin van het woord. Net
zoomin als u en ik, lezer. Nu zullen we
over u en my niet verder spreken, maar
van Cor Hermus is het een publieke on
juistheid, dat hy geen reputatie heeft. Hy
moet haar hebben volgens recht en vol
gens noodzaak.
Hier staat tegenover dat er meer dan
nerfei gezag over zyn kinderen heeft, die Geprezene", ook vóór zijn tijd een. gewone
Dorothee, zijn hoogstaande, gestudeerde
vrouw een dieip verdriet doet en zich te
genover zyn dochter belachelijk maakt
door zyn verliefdheid op een jong nientje.
In het laatste tafereel is het huwelijk
van Steven en Dorothee inderdaad uit el
kaar gespat, de kinderen gaan elk huns
weegs. Alleen Puck, de cynische, naar
eigen meening zoo levenswyze oudste
dochter, is nog met Elize Wysman in het
oude huls achter gebleven en maakt plan
nen voor een groote autoreis. Doch de
terugkomst van haar jeugdvriend, Hein
van Doeveren, werpt al haar vaststaande
theorieën over het ontoereikende van de
liefde en de ondeugdeiykheld van het hu»
weiyk omver. De macht van zyn liefde,
zyn vast vertrouwen in een geluk voor
hen beiden, zegeviert over haar twyfel aan
zich zelve. Byna beschaamd geeft Puck
zich over en aanvaardt zy de almacht van
de liefde, zy, die zloh een vrije, llluzle-
looze moderne vrouw had gewaand. „Ziet
u nu wel", biecht ze aan de oude dokter,
„dat wy vijpuwen ln ons diepste hart niet
zóó anders dan vroeger zyn?" Doch deze
erkenning komt voor Elize Wysman te
laat Zy sterft zonder haar geloof ln de
toekomst van het jonge geslacht hervon
den te hebben, overtuigd, dat het geluk
van vrijheid en geiykheld, waervoor^y en
haar tijdgenoot en zoo geestdriftig gestre
den hadden, slechts „Illusie" ls geweest.
Arabische naam. Hy ls geboren ln B72, was
weldra wees, en als knaap bekenld om zyne
snedigheid. De eerste 40 jaar leefde hij ete
gewoon burger. Hy was karavaankoopman
van beroep; maakte verre reizen, tot diep in
Azië. Wat zyn uiterlijk betreft was hy van
middelbare lengte, stevig getouwd en wel
revormd. Hy had zwarte oogtuis sluik zwart
taar, een arendsneus en gladde blozende
wangen (evenals koning David volgens
Sam. 16 12). Zyn tanden stonden een wei
nig vaneen. Zelfs in zyn ouderdom had hy
nauweiyks enikeile grijze harem Hy volgde
de mode door byv. zijn' nagels met henna
oranjerood te kleuren en zwart glinsterend
poeder op zyne oogleden te doen.
Hij was er op gesteld een spiegel te ge
bruiken of zloh ln een vat met water gevuld
ten om zyn tulband ln orde te
VAN DE GROOTEN
AARDE.
DER
elök,
de
dat
map
DE PERSOON VAN MOHAMMED.
Hoe ziet een beroemd man
er uit?
Nu ja, leder heeft wel iets oveir Moham
med gehoord of op school geleerd. Een paar
jaartaliea Maar wie web Mohammed1 zelf
eigenlijk? Wie beschrijft ons den persoon
van Mohammed? Van ouds zyn vele Chris
tenen gewend hem te versieren met het
epitbon ornans: de valsche profeet.
Daarentegen zal1 CarlyLe in zijn Helden
en Heïdénvereering hem wel wat te veel
geïdealiseerd hebben.
Maar wat is de ware middenweg? Wie
was de man eigenlijk? Op zulke vraag is
het moeiiyk te antwoorden.
Neem b.v. een ander veel besproken per
soon, bijv. onze tijdgenoot MultatulL Wat
was dat nu eigenlijk voor een man?
Bewonderaars zeggen: hij was een edel
mensen; maar tegenstanders maken U met
een handomdraaien wezenlijk dtuidé
hy een monster was. Doch wie w as
zelf?
Dat «ou U alleen weten als U hem ont
moet had, en dan.wist U het misschien
nog niet.
Een merusch is een raar ding; hoeveel te
meer een buitengewoon mensch. En dót is
Mohammed zeker geweest
Deze menschen die natuuriyk evenals
wijzelf mengelingen van goed en kwaad
waren, zijn m. i. het best te vergeUjken met
een parel, dien ik eens ln goud gemonteerd
bij een Juwelier zag. Het was een z.g- zwarte
parel. Een bijzondere nuanceering van kleur
kenmerkte haar. En daarom was ze merk
waardig en ik weet niet hoeveel duizend
gulden meer waard. Het zleleleven van pro
feten is ook eigenaardig genuanceerd. Het
is niet te definieeren. Maar onbeschrijfbaar
krachtig, Indringend, bijzonder; ln een
woord zoo dat de woorden, welke zy spre
ken of schrijven, de mensehen prikkelen,
beangstigen, veredelen, verontrusten en al
wat er maar meer van dien aard is.
Wie was nu Mohammed?
Wat wy uit koran en overleveringen
kunnen opvisschen ls dit: Zyn naam was
eigenlijk Moehammed. Dit beteekende: „De
Het zou me niet moeiiyk vallen mannen
uit dit metier te noemen met de grootst
mogeiyke reputatie, die op de Bühne kun
nen staan knoeien en het publiek by de
geachte neus neimen, dat het meer dan
ellendig is. In dit verband zou ik wel eens
'n extra opstel willen wijden aan „Brand
kast-scène" ln de Levende Medusa en
naar wat er ln die scène gezegd wordt
over publiek en spelers etc. Maar Ik zal
dat hier niet doen. Ik zal het over Cor
Hermus hebben.
Cor Hermus is prima.
En waarom ls hy dat? Als nrijn persoon-
ïyke meening geldt hier: omdat hy een
individu ls onder de tooneelspelers.
Dat kunnen we van lang niet allemaal
zeggen. Want het is 'n eigenaardig soort
menschen, die tooneelspelers. En ze wil
len ook graag 'n aparte menschensoort
zyn. Het zyn groote kinderen, zegt men
en je moet ze veel vergeven. Maar ik
zie niet ln waarom. Waarom zullen we
nu trouw over het hoofd zien, dat de men
schen van het tooneel strijk en zet ver
keerde dingen doen, terwijl ze zoo graag
de allures hebben van in die dingen juist
superieur te zyn?
Vanuit 'n oogpunt van waarheid' en
vanuit 'n oogpunt van paedagogi© acht Ik
dit verkeerd'.
Ik dacht zoo: wannéér de tooneelspelers
klagen, dat het geestelijk element uit de
theaterkunst verdwynt, dat het publiek
niet meer te vinden, is, dat er zoo weinig
waardeering bestaat voor het harde wer
ken, enz enzdan.
Maar nu zou Ik het er toch over gaan
hebben.
Oor Hermus is prima althans hy kan
by voldoende goede gelegenheid en by ver
dere toewijding, by het gunstig saamloo-
pen van de omstandigheden in den toe
komst uitgroeiden tot een acteur, die ons
veel geluk brengeni zal.Ik weet voor myzelf
niet zeker of de benaming „Hollandsche
Pallenberg" aanbeveling verdient aller-
velen zyn, die 'n reputatie hebben en haar- eerst al niet omdat we dan weer echt
weinig waard zijn of heelemaal niet meer ir" *-|m 1
Publieke renommee moet geen beoor-
cliché krijgen. Maar ln leder geval ls het
waar, dat het spel van Hermus by ernstige
binnen uit groeiende, dan van uit het die
per besef gespeeld komische heeft als bi
Pallenberg.
Dat is het opmerkeUjke by Hermus. Hi,
speelt van binnen uit. Hy is 't zoo echf
met zich zelf eens als hy staat te typee
ren. Hy gelooft er zelf aan. Hy denkt
niet onder het spelen: Kijk nou zal ik
zoo'n figuurtje opzetten, ik zal dat ge
baartje lanceeren ik zal de man zoo
zoo nemen.want dan zal het publiek
de juiste fotografie krijgen van de rol.
Hermus kijkt den kerel an, die hy spe
len zal en het ls niet het publiek, die de
figuur te zien krijgt, maar het is Hermus
zelf, die de figuur als het ware ziend© om-
toovert. Hy neemt voor zich zelf aan dat
de Tent zoo en zoo is, en hy krijgt zelf
schik ln hem.
Daarby voegt hy en dat ls de oplos
sing van het raadsel zyn persooniyke
Individualiteit Dat is Hermus' kracht
voor de toekomst. Hy is 'n Intellect.
Neem de komieken. Neem ze van Isi-
door Monnickendam en Sylvian Poons tot
Jan Musch. Hoeveel zyn erby die in wer-
keiykheid beseffen, dat er een onover
brug.bare kloof bestaat tusschen de be
staanbare komische karakterspelers en
den.(voor alles) uiterlijken typeur?
Zoo goed als geen. Ze gaan allemaal mank
aan het euvel /iat ze zich zelf het liefsf
zien in d© bonte maskerade van een o1
ander maatschappeiyk wrak of menschè-
ïyke buitenissigheid. Als het maar idioot
aanziet
Maar dat is het ware niet.
Het is wel waar, dat Buzlau ln den re-
el onbruikbaar is om ln z'n tooneelklee-
ng over het Frederiksplein te gaan,
maar daar staat tegenover, dat als je
Buzlau z'n clownspak zou uittrekken, hl
tocht ln staat zou zyn de diepere kracht
van het komlsohe op je te laten Inwerken
Als hy maar aan 't werk ls.
Dat kun je zelfs van iemand als Jan
Musoh niet altyd zeggen.
Maar van Cor Hermus wel
t
Neem nu b.v. de „Medusa".
De eerste scène waarin Hermus werkt
te spiegele
schikken^
»rn tot zyn inner]
melden wy van hem
over te gaan, ver
woorden: „Waar Ik
predi-
fgods-
ter wereld het meest op gesteld ben., dat zyn
de vrouwen en de reukwerken. Maar wat
my de «lel versterkt dat is het gebed".
Het innemende van «yn uiteriyk voorko
men werd gekenmerkt dbor een sterke uit
drukking van goedheid en minzaamheid.
In soera 80 v«rwyt hy zich, dat hy een
arme blinde onvrienideiyki ontving. Hy had
evenals Plato een heikel aan dichters.
Ondanks al zyn huwelijken kreeg hij geen
kinderen.
Op 26-jarigen leeftijd huwde hy mét een
16 jaar, oudere vrouw, Kadidja, Het heet een
gelukkig huwelijk te zyn geweest Maar zou
in het 15 jaar ouder zyn dier vrouw een
reden liggen, waarom deze bewogen man
zich ten opzichte van het vrouweiyk ge
slacht zoo eigenaardig gedragen heeft? Niet
huwde hy verscheidene vrouwen,
waaronder een die nog een 7-jarig kind was;
maar hfj had byv. een» een rendez-vous
waar hy betrapt werd, ten gevolge waarvan
hy dbor zyni geheelen harem met zulk een
kleinachting behandeld werd, dat hy een
maand lang in een zolderkamertje alléén
doorbracht Men ziet: miets unenacheiyks
was dezen held vreemd!. Want ja after al,
was hy toch een held, een genie.
Op 40-Jarlgen) leeftyd) krijgt hy diepe
overdenkingen, die op hem den indruk
maken van vizdoenen. Hy begint te
ken tegen den dienst dér houten a:
beeldjes, enz.
De dienst van dien eenigen God ls de
eenige ware.
Dat te zeggen en voor de hel' te waar
schuwen, wordt zyn levenshartstocht Zelfs
met levensgevaar houdt hy dat tegen leider-
een voL Na drie jaar heeft hy pas 18 volge
lingen. Op 60-jarigen leeftijd moet hy
vluchten. Op 00-jarigen leeftijd sterft hij
als heerscher van een wordend) wereldrijk.
Een leven van onmetelijken strijd ligt
daartusschen.
Wat een macht over zyn volgelingen
moet zyn uitgegaan van het bliksemend oog
van dien man, die niet veel sprak, met «yn
bijnaam „alamlenf*, de getrouwe.
Van den man met den ader op «yn voor»
hoofd, die opzwbl als hy toornig werd. Te
recht wordt er van hem gezegd, dat een
holle praatjesmaker niet al die volgelingen
zou hebben kunnen bedriegen en geen gods
dienst zou hebben kunnen stichten. Men
schen tot geestdrift verwekken, kan alleen
een echt man.
En hoe eenvoudig bleef hij. Zijn gewone
voedsel bleef gerstebrood. Hy ging zelf
naar de markt om eten te kocpen. Melkte
zelf zijn geiten, lapte zijn schoenen, veegde
zyn vloeren. Ieder mocht hem aanspreken.
Zyn grandseignieurach-tige mildheid' was on
begrensd. Ondanks zijn aandeel in veel oor
logsbuit stierf hy arm.
Inderdaad toch ondanks alles een sympa
thiek levend mensch. Een lévend mensch.
Wat men van $en goedadienststichter als
Boeddha byv. niet kan zeggen. Deze is ge
heel verstileerd tot iets wat geen mensoh
meer is.
Mohammed lééft/1
deelingsmaatstaf rijn, want se deugt nooit overdenking ln de eerste plaats dat van ls dis van het alleraarste levend# bericht
Hy ls de echtgenoote van de beroemde
actrice en hy heeft er strikt genomen nie
mendal in te doen. Hy ls advocaat en zit
netjes in z'n gekleede jas in z'n eigen def
tige salon. Meer niet Het is de actrice, die
speelt, dl© te keer gaat die alle drie de
plans stuk voor stuk neemt.
De advocaat doet niets; hy luistert, hy
bUjft zitten en spreekt alleen z'n vrouw
zwakjes tegen. Vooral zwakjes, want hy ls
'n held van de koude grond. Hij doet niet
anders dan eenige keeren zeggen: Het ls
niet waar. lk ben geen idioot lk ben
geen suffert, en O ja, o ja. Voor de rest
trekt hy zyn das recht want hy is bui
tengewoon netjes. En.hy knipt wat
met zyn rechteroog, want dat trekt 'n
beetje. U moet weten, dat z'n aanminnige
vrouw in het hoogtepunt van haar drift
hem met 'n ontbijtbordje, of zoo iets ge
gooid heeft Daar heeft ny 'n blauw oog
van (dat ls z'n eenige tooneelraankleeding
voor deze scène, dus minder kan het al
niet) eai met dat pynhjke oog trekt hy
een beetje. Verder ls hy 'n beetje ver
baasd, en 'n beetje ongeduldig tegen z'n
onredeiyke vrouw en dat is alles.
Dus heelemaal komisch spel van bin
nen uit
En niettegenstaande deze weinige hulp
middelen, ls de scène 'n daverend lach
succes, alleen door Hermus.
Vraag nu niet naar de volgende scènes.
Als hy komt b.v. als Amsterdamsch briga
dier met 'n roole neus en 'n uitpuilende
dosis brigadiers-eigenwaarde, die er z'n
ziel voor over heeft om het dansen op
Zondag tegen te gaan. Daar kun je weer
uren aan een stuk by zitten, zonder dat
het vervelen gaat, dat ls weer net als ln
de Muizenval, waar Hermus z'n eigen por
tret moet voorstellen in 'n gouden Ujst
minuten aan een stuk zonder 'n spier te
vertrekken, terwyi het publiek tegenover
hem zit te brullen, te proesten, te gieren.
Ik geef het u te doen.
(W ordit vervolgd.)
ku h v i?i w t11" i^er 0m Z^n Plan voor die vervloekte modernl-
gepubliceerde kritieken heeft men kun- telt: de stoommachine te verwezenlijken?
Eb geloof, dat men van «ulke menschen
nooit kan zeggen: hy was een goed of: hy
was een slecht mensoh.