KWINKSLAGEN VOOR DE KINDEREN Zonderlinge lotgevallen In het DagelQksch leven B. Compléts vm .Oompos Gorry Brem. Gevat M RAADSELS. Oplossingen der vorige Redactie. en vergemaj-r dijkte als het luchtband populair gemaakte vorderden door den rijwiel. Het verloste den plattelandsbewoner uit zijn isolement, en het maakte voor den stedeling contact met platteland en natuur tot een zeer gewone en zeer goedkoope zaak. Om zoo te zeggen de geheele wereld lag eensklaps open voor ontelbare lieden, die vroeger alleen bij uitzondering buiten den kring van een uur gaans kwamen; en 'een niet te overschatten verruiming van den geestelijken gezichtskring der groote massa was hiervan het gevolg. Die verruiming, welke nog steeds voort schrijdt, kan nooit nalaten invloed te oefe nen op den tijdgeest. Wanneer zij het leven van vele millioe- nen zooveel breed er en belangwekkender heeft gemaakt, dan heeft zij ongetwijfeld ook bijgedragen tot de onrust der tijden. Er is niet geheel zoifder grond beweerd, dat de wereld voor een deel zulk een rare wereld is geworden, omdat in 1888 een Iersch veearts op de gedachte kwam lucht te pompen in den hollen rubberband van een rijwiel. Zij die dit poneeren gaan uit van de grondstelling, dat de zenuwen van ons ras zich nog niet hebben aangepast aan het versnelde tempo, waarin wij se dert de komst der machine, en vooral van het moderne snelverkeer, leven. En voor die opvatting valt. zeker wel een en ander te zeggen. B. WAT GEEFT INTIEM PEEZIER? 's Zomers op een wandeling kwelt U een hevige dorstEen boerin geeft 1) een glas melk. Een muis vinden in een muizenval. In een vreemd land hoort ge onverwacht uw moedertaal spreken. Het eerste verdiende geld. Het is zeer slecht weer, maar ge moet noodzakelijk iemand spreken, die aan het eind van de stad woont.....*. Ge ontmoet hem dicht bij uw woning. Het nieuwe pak is thuis gekomen. Het zit u onberispelijk. Naar bed kunnen gaan als men ver moeid is en slaap heeft. Na een goed diner de eerste trekjes aan een lekkere sigaar. Ge moet (wat u b.v. zelden gebeurt) op reis, en ge treft in den trein een goede bekende. Voor het eerst een ingezonden stukje geplaatst zien. Wakker worden in een winternacht en weten, dat men ruim den tijd heeft om zich nog eens om te draaien. Iemand geeft in een gezelschap een in gewikkeld raadsel op, en ge lost het snel op. Zelf in de schaakwereld onbekend zijn, en van een bekend schaakspeler een partij winnen. Een slot openkrijgen, nadat een ander het tevergeefs heeft geprobeerd. Te zien dat iemand, aan wien ge hei land hebt, maar die sterker is dan gij, op zijn baatje krijgt van iemand, die weei sterker is. Na uw reclame op uw belasting-aanslag, krijgt ge bericht, dat ge bij den ontvanger zoo en zooveel kunt terughalen. Ge zijt nauwelijks den wagon binnen, de trein vertrekt. WAT GEEFT; KLEINE VERDRTETF.T.TJRTTFTUrW Ge hebt een gast, met wien ge na het eten gezellig even een partijtje domino wilt spelenmaar de kleine jongen heeft er overdag mee gespeeld en dus zijn er niet meer dan 27 steenen. Een splinternieuwe hooge zijden be kroont uw gestaltege ontmoet een vriendin, die met critisch misnoegden zin naar den hoed kijkt, die u moet mooi makenGe neemt hem afEen vogeltje heeft hem misbruikt. 't Is glad op straatIemand vóór u valtGe lacht om de komieke situatie, die op de buiteling volgt. Een paar stap pen verderDaar ligt ge zelf. In den treinGe wilt een sigaar op steken. Uw koker is leegEen dienst vaardig medereiziger biedt u de zijne. Ge neemt er onder dankbetuiging een toe- backrol uit, het blijkt een product van zeer twijfelachtig gehalte. De behoefte aan een ruggekrabber in een zeer deftigen kring. de ingewijden bekend zouden zijn met een bijzonder merk, heel klein en moeilijk uit te vinden, hetwelk alleen op de echte bil jetten voorkomt Is het wondere teek en aanwezig, dan is het biljet „echt"! Het onjuiste van dit begrip valt onmiddellijk op, wanneer men bedenkt, dat verreweg de meeste verval- schingen van onzen tijd zijn verkregen langs fotografischen weg. Het trouw reproduceerende negatief geeft hier natuurlijk de geheele teekening terug, juist als op het origineel, en dus ook de eventueele, geheime teekens. Er is een tijd geweest vóór de alge- meene toepassing van de fotografie dat de falsaris het geheele oorspronkelijke moest na-graveeren. Het is mogelijk dat het het in dien tijd zin heeft gehad om enkele, weinig opvallende gedeelten in de arceeringen weg te laten, of wel een bij zonder krulletje, letterteeken of wat dan ook, daartusschen aan te brengen, zulks in de hoop, dat de „namaker' dit zou overzien; doch, zooals gezegd, met de fotografische imitatie komen al deze „slim migheden" terug. Het is aan de verve irdigers van het echte biljet alleen overgelaten den namaak zooveel mogelijk hinderpalen in den weg te leggen, hetgeen b.v. voor een groot ge deelte mogelijk is door het aanbrengen van z.g. „onderdrukken" en het kiezen van onderling moeilijk te ontleden kleuren. Onze biljetten van 10.geven daar van een uitmuntend voorbeeld en deze worden dan ook betrekkelijk weinig na gemaakt. De hoogere waarden, de bankbiljetten, zijn wat dit betreft minder ingewikkeld. Toch is ook hier met eenige oefening zeer wel te onderscheiden het fijne en scherpe van de gravure in zwart, hetwelk in de namaak-bil jetten voor een groot deel ver loren gaatl Speciaal bij het fotografeeren worden de lijnen en punten, waaruit de oorspronkelijke gravure bestaat, minder scherp begrensd; met een goede loupe is dit direct op te merken. Een ander kenmerk van een reproductie tegenover een echt biljet is, dat het eerste een over het algemeen „harder" aspect heeft. De fijnste punten en arceeringen in de licht-partijen zijn voor een deel verlo ren gegaan, terwijl de donkere partijen „voller" zijn geworden. Er ontbreken hier meestal de fijnste witte punten, waardoor de juiste toonwaarde verloren gaat. Het papier, waarop het namaak-biljet is ge drukt, moet bijna noodzakelijkerwijs ook altijd eenigszins afwijkend zijn van de echte. Voor het laatste toch wordt het papier speciaal vervaardigd en er wordt alle zorg aan besteed om het zoo min mo gelijk te doen vergelijken op het gewone papier, in den handel verkrijgbaar. Dan is er nog het „watermerk". Naar men weet, wordt dit „gegoten" bij het scheppen van het voor de echte biljetten gebruikte z.g. „hand-papier". Bij de namaak-bil jetten mankeert het watermerk dikwijls, of het wordt geïmi teerd door een opdruk met een of andere vette substantie. Er ontstaat dan we] is waar een transparantmerk, doch het ka rakter van het oorspronkelijke ontbreekt, hetwelk o. a. is te bemerken aan den zach- ten overgang van de meer en minder transparante gedeelten. Bij de buitenlandsche biljetten de Fransche b.v. vooral besteedt men veel zorg aan het watermerk. De teekening wordt daar o. a. zoo vervaardigd, dat het watermerk geheel onbedekt is en aldus beter kan worden gecontroleerd. Een of ander portret een zeer goed geslaagd is dat van den ridder Bavard maakt - het vervalschen buitengewoon moeilijk. Bij de Duitsche en Oostenrijksche waardepapieren wordt met voordeel partij getrokken van een bijzondere papieren fabricatie met gekleurde vezels. Ook dit is moeilijk na te maken, schoon wel een soortgelijk effect valt te bereiken Het Engelsche banknootpapier wordt vooral herkend aah het zeer bijzondere papier; een eigenaardige, ietwat krakende stof. Van Bankbeambten e. d., wien eiken dag stapels biljetten door de handen gaan, kan natuurlijk niet worden gevergd, dat zij elk biljet controleeren. Stuiten zij echter op een verdacht exemplaar, dan moet het natuurlijk met enkele echte biljetten van eenzelfde waarde worden vergeleken. ECHTTE EN VAD3GHE BANK BILJETTEN. Wat Is echt en wat is valsch? leder vraagt zich op z'n beurt wel eens at waaraan nu toch eigenlijk de echte eil waaraan de valsche biljetten te herkennen zijn. Ten onrechte neemt men aan. dat alleen OM TE BEWAREN! Om witte glacé handschoenen te reini gen trekt men de handschoenen aan en wascht ze met benzine; vooral de vinger toppen goed schoonmaken; daarna tus- schen een handdoek droog drukken en in de lucht verder laten drogen. De moeilijkst te verwijderen vlekken 2ijn die door koffie veroorzaakt. Om deze uit fijne zijden of wollen stoffen te halen, moet de vlek met zuivere glycerine wor den ingewreven, uitgewasschen in^auw water en de stof aan den verkeerden kant geperst tot zij droog is. Bij het koken vap ham dient men steeds een scheutje azijn en eenige kruidnagelen aan het water toe te voegen. Daardoor wordt de smaak zeer verbe terd. Wanneer men de ham laat afkoelen in het water waarin zij gekookt is, zal ze bijzonder goed van smaak zijn. Als men 's nachts wakker ligt en in huis meerdere klokken heeft, treft het natuurlijk altijd, dat die slechts één keer slaan, zoodat men niet weet hoe laat het is. Stelt men er prijs op dit wel te weten, dan is het mogelijk door een der kioKken in slag een half uur vooruit of achteruit te zetten. Een goed middel o® vloerkleeden in goeden staat te houden is, ze eenmaal per week te borstelen met een oplossing van terpentijn en warm water. Men behoeft slechts weinig terpentijn te gebruiken. Hierdoor wordt niet alleen de kleur fris- scher, doch ook motten worden op een afstand gehouden. Om zeemleer en handschoenen te was- schen zonder dat ze krimpen, maakt men de handschoenen nat, nadat men ze aan getrokken heeft; wascht dan de gehand- schoende handen met prima zeep, spoelt hiervan in warm water een beetje uit (niet allesen laat in de lucht drogen; de hand schoenen tf>1k<>ns gedurende de droging oprekken. Om gebroken albasten voorwerpen te herstellen, kan het best gebruik gemaakt worden van gebrande gips, die met een weinig water aangeroerd en snel verbruikt wordt; na een uur kan het overtollige met een mes weggekrabd worden. Ook voor het herstellen der figuurtjes van een an tieke lijst kan gips goed dienen; ook kan hiervoor was gebruikt worden. BABBELUURTJB OVEB MODE. IWiat ook tot do nieuwst» mufjes van deze mode 'behoort, dat zijn do zoogonaam- do oomposè's. 'Dit zijn effen stoffen in onderscheiden tinten, niet ln iedere tint een precies bijpassende fantasie stof een ruitje, een streepje, een figuurtje, etc. Van deze stoffen worden japonnen, man tels, mantolooetumes en oomplets ge maakt De nieuwe modealbums zijn rijk aan gegevens te dien opzichte. De mode shows vertoornen deze oombinatie in rijke variaties- De mantelpakjes in deze ootn> poeè's zijn plttfg en gekleèd. De mantels ervan maken een keurig tailor-mad© effect, de japonnen zijn er sportlef door en die compléts maken een gezelilgen en fleurdgen indruk. Er is in Parijs een firma oja. dl© in iedler modern artikel altijd de rijkst» en meest aparte dessins brengt Dit is Re dlef. Ook nu weer in de oomposè's brengt deze firma weer zeer eigenaardig» en1 chlee patronen. Onze teekening toont eon paar van die fraaie fantasiestoffen, de wijze waarop ze verwerkt zijn. Bet bovenste model bestaat uit een bijna rechte jurk van effen lindenbloe- sem-kleurige kasba, Deze japon kan van ondier tot boven gesloten worden door knoopegaatjos en oud-zilveren knoopjes- maar van de hals af hangt zij echter open over een fijn geplooid union vest' 1 Iet onderstuk der japon ls afgezet met pen rand van bijbehoorende fantasio- kashta- Van dezelfde stof is ook de cape gemaakt, welke op de japon gedragen wordt 't Is een zeer chie geheel en bij uitstek geschikt voor de iktomend© voor jaarsdagen. Bet andere model is ook bijzonder hupsch en smaakvoL Hiervoor was het buitengewoon chioe rooda kaska ge bruikt met die bijpassende fantasie-stof. Dit laatste is excentriek-prachtig van tee kening en kleurvocging. 't Bijzondere van het ooetuum schuilt niet alleen in de stof en oombinatie, maar bovendien zeer sterk in de wijze van verwerken. Men lotte maar eens op de aardige vinding van de puntige effen onderrand aan de japon en dan het precies tegenovergestelde aan den binnenkant van den mantel. De beide modellen zijn natuurlijk een paar extra aparte producten, maar In de meer eenvoudige samenstellingen zal men dezen zomer heel veel aardige pakjes en compléts dragen. Duidelijk. Toen er onlangs in een winkel brand uitbrak, zond iemand een telegram aan den eigenaar, aldus luidend: „Brand in magazijn; wat te doen?" Het antwoord was: „Blusschenl" Jonge dame(bij boekhandelaar): „Heeft U ook een Handleiding tot het schrijven van minnebrieven?" Is het voor U?" „Neen, voor mijn grootmoeder!" Modern. Rechter (tot 't hoofd van een inbrekers bende): „Je hebt in het begin van deze maand hier ingebroken en wordt ook be schuldigd van diefstal in Utrecht. Hoe kan dat?" Inbreker: „Mijnheer de rechter, dat is zeer eenvoudig; ik heb daar een filiaal". Haar opvatting ..En waarom zoudt U nooit met den dokter willen trouwen?" „O neen! Als je met een dokter trouwt, is er heelemaal geen aardigheid meer aan om ziek te worden". Een goede klant In een Amerikaansche stad vroeg iemand, die wilde trouwen, hoeveel dit kostte. „Zes dollars", antwoordde de geestelijke. „Zes dollars! Mijn buurman zei me, dat het maar vijf kostte!" „Ja", hernam de geestelijke, „maar uw buurman is ook een goede klant, dien men een beetje met onderscheiding moet be handelen: hij heeft nu al z'n zesde vrouw." ling maken. Maar dan gebeurde het vaak, dat hij vergat, op tijd naar huis terug te gaan. Pas nis hij honger kreeg dacht hg eraan. Eer hg dan bg moeder terug w as, rammelde rijn maalg gewoonweg, maar dan was er meestal niet veel voor hem over. Toen Bobbeltje één jaar werd gaf moe- der olifant hem een koffertje cadeau. Als Bobbeltje dan Is morgens op stap ging, gaf moeder hem in zijn koffertje rijn mid dagmaal moe. Dan kon hg eten, als hij honger kreeg en naar huis komen, als de zon begon te dalen. Dan kwam hg altijd nog juist op tijd voor het avondeten. Wat was Bobbeltje in rijn schik met riJn kof fer! Nu kon hg wandelen zoo lang hg ■aar wilde, zonder dat hg aan den tijd be hoefde te denken. En nooit zou hg meer honger lijden. De dag na rijn verjaardag had Bobbel tje natuurlijk zin in een groote wandeling. Dadelijk na het ontbijt maakte Moeder zgn middagmaal klaar en Bobbeltje ging cp weg met een koffer vol eten in zijn slurf. Vroolljk stapte hg voort, zgn korte staar tje kwispelend, zijn ooren flapperend. Hij stapte en stapte door het woud. Maar het was dien dag heel warm en na een poos zette Bobbeltje zgn koffer neer en veegde zgn voorhoofd af met zgn ooren. Nu maar weer verder op stap. Dan kon hg zgn middagmaal gebruiken onder de bladerrijke apenbroodboom, waarin zgn vriendjes, de apen, woonxlen met wie hg vaak speelde en stoeide. Al langzamer en langzamer wandelde Bobbeltje en al zwaarder en zwaarder scheen zijn koffer te worden. Maar einde lijk toch bereikte Bobbeltje, puffend en zweetend, de aperrbroodboom. Hg ging da- del ijk zitten, wischte zich nog eens hel voorhoofd af en klepperde mot rijn slurf om zijn vriendjes te roepen. Na een oogen- bliik verschenen ze el, bultelend en sprin gend en Bobbeltje riep uit: „Zeg, ik heb mjjn middagmaal bg me. Lust jullie ook wat?" „Graag, graag," riepen die apen. Maar wat was dat? Waar was nu de koffer? Bobbeltje wist wat zeker, dat hH hem zoo juist nog gehad had. Of.wint hg het wel zeker? Bobbeltje wist nooit iets zeker. Hg had vast zgn koffer, zgn echte splinternieuwe koffer verloren. En Bob- beltje begon te schreien, groote dikke olifnntstranen. „Wat scheelt eraan Bobbeitje?" pnn aap, die vlak bg hem op een boomt- zat. „O, o, bi, hl, lk ben ndjn koffer kwijt, die ik pas gisteren gekregen heb," ant woordde Bobbeltje. „Dat is nu het toppunt," giebelde de aap, maar Bobbeltje hoorde huilde maar. M het niet Hg BOBBELTJE EN ZIJN KOFFER. Bobbeltje was een jong olifantje, een ge zellig» dikkerd met'een lange slurf, nog kleine Slagtanden en groote flapooren. Babbeltje was vriendelijk en beleefd en had eigenlijk maar één gebrek: hg kon zoo erg moeilijk iets onthouden. Vaak ging hg in het bosch, waar hg met zijn ouders en nog meer familie woonde, een wando- Toen de huilbui over was, stond Bobbel tje op, om naar huis te gaan. Misschien, dat hg nog ergens onderweg zgn koffer vond, maar hij was heuscfa el weer ver geten, hoe hij goloopen was. Bobbeltje riep bedroefd „goeden dag" tot zijn vriendjes en stapte heen. Toen hg een klein eindje geloopen had riep ineens de nap' op Öen boomtak: „Hé, Bobbeitje, je hebt wat vergeten!" Bobbeltje keek om en wet zag hg daar staan onder den apenbroodboocnNatuur- lijk zgn koffer, waarop hg gezeten had! Bobbeltje rende terug en lachte luid keels met de apen mee om zijn eigen dom heid en vergeetachtigheid! Napels (na P I's). IL HONTHORST Oorsoho,! N ij p t a n g Tevens Haver Ooft Rat S t T Nieuwe L Op elk dezer twaalf Ujnen komt oen woord van vgf letters. Beginnen bg de buitenrand en eindigen bg bet middelpunt. De 12 beginletters vormen de naam van iets, waar wg 's zomerserg van genieten. Op ign 1 een familielidop Ujn 2 een ander woord voor fout; op Ujn 8 een höerUjke en voedzame draokop Ujn 4 een voorwerp waarmee een sohip wordt stil gelegdop Ujn 6 een windstreek op Ujn 6 een ander woord voor ruzieop Ujn 7 een bgenhouderop Ujn 8 een deel van een Leenop ljjji 9 een dwingeland op lijn 10 het tegenovergestelde van nooit op lijn 11 een ander woord voor kindereu op Ujn 12 een rustbank. IL Antwerpen begint met een A en eindigt met een e. Hoe kan dat nu Ingez. door Nellie. Goode oplossingen van beide raadsels ontvangen van: K. A; J. A; A en A B.; H. B.; T. B.; 8. en J. B.; A. O.; M. O.; J. C.; G. en A D.; J>. en J. D.; A. E.; A G.; N. en D. G.; en„H-; A. H.; G. K.; A. K.; P. K.; L. 4* M*; J* °iJ- A. K.; P. v. 8.; J- W. 8.; J. v. a*. J. 8.; O. T.; 8. T.; W. T.; w T* V- R v - w w*i M H* w.; H. de Z. W.; P. y. d. W.; A W.; 8. en M. v. Z.; N-B. Er weid reeds eenige keenen ge vraagd, waarom ingezonden raadsels niet geplaatst waren. Er worden zooveel rasd- •si'w ingezonden, dat wg er de n»rriigwto en meest geschikte uitzoeken.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1927 | | pagina 20