VOOR OE VROUWEN VERDWENEN WERELDEN. n (Slot). Maar niet alleen in vóórhistorische tij den verdwenen landen in den Stillen Oceaan. Verschillende verhalen van zee vaarders vermelden de verdwijning o: verschijning van eilanden. Een En gelach e kapitein, Davis, die in de 17e eeuw leefde, vertelt op 27° zuiderbreedte, op vijfhon derd mijl afstand van Oopaloo, op de kust van Chili, een klein, zandig eiland1 te heb ben gezien. Vijfendertig jaar later heeft de Hollandsche kapitein Roggeveen het tevergeefs gezocht Hij zag alleen land vogels ,die in krtjschende vluchten zijn schip volgden, tot hij aan een onbekem stuk land kwam, dat hij het Peascheiland noemde. Dientengevolge moet men, wan neer men geloof kan hechten aan het woord van twee zeelieden als Davis en Roggeveen en niets geeft ons het rech dit in twijfel te trekken toegeven, dat een tamelijk groot stuk land, waarschijn lijk een arèhipel, in de 17e eeuw ten Ooo- f ten van den Stillen Oceaan is verdwenen. De loods Jusn Fernandez, in 1570 van Callao naar Valparaiso reizende, kwam op zekeren dag voor een land, dat hij; voor de kust van het groote vasteland van het Zuiden hield, dat zoovele reizigèrs van de 16o, 17e en 18e eeuw dachten te vinden. Hij zag de uitmondingen van zeer breede rivieren, on inboorlingen, zóó blank en zóó verschillend o van die van Ohill en Peru, dat hij er geen oogenblik aan twijfelde of hij was in de nabijheid van het beroemde vasteland. De ar zijn schip te klein was voor een dergelijken onderzoekingstocht, besloot hl] terug te fceeren om dit onbe kende land te onderzooken. Helaas stierf hij onderweg en niemand heeft dit vaste land ooit teruggezien. Het schip Guine- vere ontmoette ln 1009 op 06° Oosterleng te en 666° Zuiderbreedte een rij klippen, die als een deel van den verzwolgen grond kan worden beschouwd. Het ls overigens niet onmogelijk dat het kleine, rotsaohtige eilandjes Sola y Gomos, drie honderd mijl ten Oosten van het Paauoh- eilamd gelegen, het land ls, dat vroeger door Davis is gezien. Het Paaschelland, dat wij al meer ge noemd hebben, ligt op B7° 10' Zuiden breedte en 100° 20' Westerlengte. Het werd door onzen Ilollandsohen zeevaar der Roggeveen op Paasohdag van het jaar 1722 ontdekt Het heeft sohler ontoegan kelijke kusten met slechts één behoorlijke landingsplaats, namelijk Oookshaven en deze behoort thans tot Ohill Eigenaar dig en bij de zeevaarders bekend zijn de 6 M. hooge, grof bewerkte monumenten van steen, die men langs de kust vindt Langen tijd heeft men gemeend, dat het godheden voor de lnlxwrlingen waren. In een wetenschappelijk artikel, versohenen ln 1698, betoogt een zendeling evenwel, dat zij, volgens het gevoelen van de Inboor lingen zelf, eenvoudig bestemd waren tot versiering der graven. Een Engelsch ge leerde kwam naar aanleiding hiervan tot do veronderstelling, dat het Paasch-eiland een groot kerkhof was, waar de overleden opperhoofden van alle archipels zouden zijn heengebracht Uit den vulkaan Para- ku zouden de bouwmeesters reusachtige rotsblokken hebben gehouwen, waarvan zij standbeelden van de overledenen moes ten maken, doch toen de ramp kwam, die een einde aan alles maakte, yas hun werk nog niet gereed. Daar er geen sporen van vulkanische uitbarstingen zijn, kan de ramp, die bedoeld wordt, geen andere zijn dan het verzakken der naburige eilanden. Volgons de verschillende overleveringen zou het Paasch-eiland zich te midden van oen groep eilanden hebben bevonden, wel ke thans verdwenen zijn. De inboorlingen geven het ook den naam Tepito te fenna, dat ls „navel der wereld". Te genwoordig bevindt zich niets meer rond om het Paasch-eiland, daarentegen vindt men, van de Zuid-Amerikaansohe kust naar het Noords Westen gaande, een groote menigte koraaleilandjes, die men zou kun nen beschouwen als de uitstekende top pen van een bergketen, die zich daar vroeger heeft uitgestrekt. Ook op de Oarolinen-ellanden (Yap, Po- nape en Kusaie) vindt men merkwa, ruïnen, teekenen van een verbazingW' kende, verdwenen beschaving. De eigen aardigste vindt men op Ponape. Men stelle zich in oen ruimte van elf vierkante mijlen reusachtige bouwwerken voor, op gericht op vierkante of rechthoekige eilandjes. <lle kunstmatig zijn opgehoogd door een borstwering van goweldlgo ba saltblokken. welke men op de overblijfse len van de koraalmassa hoeft opgestapeld één oentrale regeering met hare onderhoo- rigen In contact kon blijven. Nog een derde feit is er, dat het be staan van een groot verzwolgen rijk komt bevestigen. Aan de oostkust van het eiland Yap is een dorp, Gatsepar genaamd, waar van het opperhoofd, ofschoon hij niet de minste macht bezit, bezoek ontvangt van inboorlingen, die honderden mijlen in liun prauwen afleggen om hem hun schatting te komen betalen. Als men aan die schat- tingbetalers vraagt waarom rij wn opper hoofd gehoorzamen, dat zoo geheel van alle macht beroofd ls, zoo ver weg woont en geen enkel middel bezit om zich te doen eerbiedigen, dan antwoorden zij, dat wan neer zij niet aan deze gewoonte vasthiel den, dit koninkje hun eilanden door mid del van aardbevingen en stormen zou om verwerpen. Blijkt hieruit niet, dat de voor ouders van dit opperhoofd in vroeger da gen ten Oosten van Yap een zeerijk had den gesticht? Er bestaan verschillende aanwijzingen, dat dit eilandenrijk bijna aan de kust vim Amerika grensde. Zoo heeft men op de Polynesische eilanden planten gevonden, die ook in Zuid-Amerika worden aange troffen; en er zijn wel meerdere overeen stemmende dingen op te noemen. In Poly- neaië bijvoorbeeld graven de inboorlingen om hun eten te koken een kuil in den grond, Waarin zjj steenen leggen. Zij ma ken er vuur in aan en als de steenen gloeiend zijn, plaatsen zij er hun f rl' n op, waarna zij alles met bladeren en aarde dichtmaken. Na twee of drie uur is het maal gereed Deze manier van eten te- reiken is ook ln zwang in Amerika. Het treffendste bewijs leveren evenwel de groote gelijkenis tussohen de groote stee nen monumenten van de Inca's (de inboor lingen van Peru) en de Maori's. Dezelfde reusachtige beelden van het Paasch-eiland vindt men daar. Dit alles wijst er op, dat Atlantis en het sheimzinnige vasteland of de archipel van den Stillen Oooaan door dezelfde te schaving vereenigd waren. Of de weteni schap ooit nog eens positievere bewijzen zal vinden voor wat thans nog slechts hy pothesen zijn? Wie zal het zeggen? Het eerste artikel ls opgenomen ln het Juttertje van 28 April UIT HET LEVEN VAN DEN RU8SI8CHEN BOER In JDe Stem", het maandblad onder roiinctie van Dirk Ooster, vinden wij een karakteristiek van den Russischen boer, waaraan wö het volgende ontleenen. De schrijfster, Helene Hoerschelmann, heeft vijfentwintig Jaar onder hen gewoond, is dus alleszins bevoegd. Wat zjj zegt is zeer interessant M laschien bestaat er geen enkei boeren- ype, op zichzelf al reeds het taaiste der menschentypen dat tenslotte zoo on veranderlijk ls, zóó^ zichzelf gelijkblijvend Er zjjn er bij, die een dikte hebben van bijna 4 meter en zich 0 meter boven het wateroppervlak verheffen, en te oondoo- len naar de geweldige blokken, die bezwe ken zijn, moeten zij in hun oorspronke- lijken staat wel twaalf maal zoo hoog ge weest zijn. Dat waren ongetwijfeld tem pels en vergaderzalen van de groote hoofd stad van het verdwenen rijk. Oim deze ko lossale rotsblokken op de klippen te krij gen, zijn minstens tiendulzer-l werklieden noodlg geweest Als men den tegenwoordig gen geringen omvang van het eiland Po- napo in aanmerking neemt ligt de oonolu- sie voor de hand, dat een oppervlakte van tenminste twintigmaal de tegenwoordige grootte is verzakt Er bestaat geen twijfel of er zijn duizenden werklieden bijeen ge weest onder een heerschappij van één en kel opperhoofd, hetgeen op een goed ge regeld bestuur wijst Oleal ls een klein eilandje op duizend mijl afstand van deze Oarolinisohe groep gelegen en minstens honderd mijlen van het dichtstbijzijndeilandje. Prof. Mao- millan Brown ontdekte daar in 1018 een geschrift van zestig letters in een taal, die totaal verschilde van eenige andere taal, die op de wereld bekend la Zij werd door een jfong opperhoofd getezigd, en was slechts aan vtjf Inboorlingen bekend, of schoon zij ook ln gebruik was op een na ait» het Russische. Dit ligt daaraan Slaven zijn, en ook aan het landschap, aan de barbaarsche zeden, en de geringe cul tuur, aan hun naief mystieke religiositeit en aan hun geheele structuur. W anneer we lezen over de boeren van Puschkin en Gogol, de meer diepzinnige van Turge- niew en Tolstoy, de elementaire boeren van Gorki en de naturalistische van Tche- chow, dan hebben allen dezelfde trekken: kind, dier, heilige, afzonderlijk of ver mengd, doch door de eeuwen heen dezelf de raadselachtige sphlnx, zooals Tourge- nlew zegt. Voor hen die ze kennen ls dit de juiste benaming. Want de Russische boer is pri mitief doch niet ongedifferencieerd. Vaak is de gedachte bij mij opgekomen, vooral sedert ik den veel meer gecultiveerden Duitsohen boer met zijn veel hoogere men taliteit ken, dat een volk misschien te don- teerder en ondoorgrondelijker is, naar mate het meer met de aarde verbonden en elementair blijft Het mystieke, dat eigen lijk in meerdere of mindere mate in ieder volk aanwezig is, krimpt in tot een nauw merkbare rest en verdwijnt langzamer hand door toenemende civilisatie, grootere welvaart en verwijdering van God. Het staat wel vast dat het veel en veel moei lijker ls, den Russischen boer te teekenen dan het boeren type van alle andere West- Europeeeohe landen. Want men kun nu eenmaal niet volstaan met de kenschets: goedmoedigheid, wodka, de knoet en „nit- sohewo"; zooals men dit in Duitschland gtinukshnlve gaarne doet. Bij deze onge twijfeld zeer sterke medefactoren is nog zooveel onpeilbaars In het spel, veel meer dan een oningewijde zou aannemen. Doch we willen ons nu niet met volkspsyoholo- Jio bezighouden, doch slechts eenige beel- en geven van hunne zeden, waaruit zulk een melodie uit op klinkt, en bovenal de climax van braspartijen via goedmoedig heid naar absolute goedheid. Er is een heksenketel vol ingrediënten nood ig geweest om den drank te brouwen die „de Russische boereyariel" heet. Het grootste heidendom en meest barbaar sche bijgeloof tegenover ondoorgronde lijk© vroomheid, dierlijke stompzinnig heid naast goddelijke intuïtie. Naak te oerdrift tegenover het mysterie. Ver warde zinlooze chaos waaruit met roode vlammen genialiteit kan lekken. Diepste duivelachtige oerinstincten en wreedhe den, naar buiten een onvergelijkelijke goedmoedigheid. Men zou den Russischen lx>er met zijn God en zijn kerk, met zijn czaar en den grondbezitter dien hij dient, met zijn vrouw en den drank moeten mee maken om hem volkomen te begrijpen, en zelfs dan zou er nog veel in het duister blijven. En toen Lcnin kwam en olies vernie tigde, heeft hij toch niet de oerziel kunnen vernietigen, want deze was een oerele- ment en onvernietigbaar. Dit zal door de toekomst bewezen worden. De Russische boer is beroemd om de heiligedagen, als mieren zoo veelvuldig, die men Prasdnlki noemt. De kerk heeft feest dat Rusland viert ais geen ander land op aarde, het ééns» groote feest acht dagen lang, en dat ls Pasohen, Kerstmis is niets voor hen, evenmin Pinksteren. Dagen van geboorte viert hij niet, verjaardagen worden met drank her dacht. Maar men heeft de Russische bo- terweek voor het begin van de Russische vasten, die door oude Russische boeren I streng worden gehouden. Men eet dan monnikskost: paddestoelen, augurken, visch, broodfcwHs, men houdt strenge godsdienstoefeningen, biechten en avond maal. Vleesch, boter, melk noch eieren worden gegeten. Men vergeet alcohol en liefde. Men bedenke wat dit beteekent voor den aan zijn oerdriften overgegeven Russischen boert Vrijdags moet men biechten, wanneer men tegen deze heilige voorschriften gezondigd heeft. Maar de botorweek is aardig. Alle heer lijkheden der wereld nog eens acht dagen lang, alvorens voor zeven lange weken de aardsche poorten toeslaan en men in een duister rijk afdaalt, slechts half begrepen doch des te dieper gevoeld, een rijk van boete en onthouding. Maar eerst zwemt men in boter, want het historische gerecht van deze week „Bliny" lichte dunne pan nekoekjes uit boekwljtmeol met gist, wordt met een zondvloed van heete ge smolten boter, met zure room, met alle soorten kaviaar, met Wolga-zalm en de fijnste visschen die men alleen in Ruslant kent, opgediend. De tafels breken onder hunne lasten. Want de kokend heete Bllny worden van 's ochtends vroeg tot 's avonds laat opgediend, acht dagen lang. Men neemt geen andere maaltijden, alleen is er een groote bijtafel met een enorme samo- var. Want na do bergen Bliny drinkt men den goheelen dag thee, ook veel drank, en ieder Jaar kweekt de boterweek oen ont stellend aantal maagzleken, na deze acht overdadige dagen. De samowar en de heete Blny staan zelfs in do armste hulzen den heelen dag klaar. West-Europeesche ultnoodigingen kent men in Rusland niet, men zou b«-t voor onhartelijk houden. Huls en tafel staan vanzelfsprekend voor lederen gast ook al ls hij volkomen vreemd, open. Men zit met den grondbezitter, met den pope, met den drankverkooper en een dame aan dezelfdo tafel en niet alleen de mensch- üevendheid en de vrijgevigheid, doch ook de waardigheid waarmede de Rus zijn gas- ti n ontvangt ls de westelijke cultuur vreemd. Ook de huwelijken wist men groot to vieren ln de oude voorname rijke boeren woningen, onbegrijpelijk oonservaüef, en de traditie als een religie bewakend, Dronken is op deze plechtige huwelijks- feesten geen mensch; dat zou de ergste smaad en schande .Vis tegenhanger van de bruiloft heeft men de begrafenissen, die nog oudere tra dities en riten met zich brengen. Nog co- r monieeler zijn en heidenscher. En toch vol van een donker, mystiek geheim, zoo als alles wat werkelijk Russisch ls en dut >ok op den duur niet zal verdwijnen; want deze dingen zijn oe®intuur; oer-element Het lijk Ligt open in de kist ook bij het begrafenis!eest, en wordt op weg naar de kerk met een brokaat kleed bedekt; het deksel der kist wordt statig nagedragen. ■Het Russische begrafenismaal ls zoo oeroud in zijn vormen, zoo streng en vol smartelijke duistere Stilte, dat de West- Europeeér eerbiedig iwijzend erbij zit. Er zijn traditioneele begrafenisspij zen, een vischsoep, de vastenbony, een witte melk- pudding en de treurdrank bereid uit ho- ning. Stil en plechtig stoot men de gla zen aan. Niemand spreekt een woord, het s de laatste gedachte aan den doode; uit een aangrenzend vertrek klink nu het :oor in het zachtste pianissimo. „Nu groet ik je den laatste keer, nu kus ik je met den laatsten kus"stil, zacht snikkend staan de ontroerde familieleden bij dezen laatsten groet Het overweldigendste in het leven van den armen Russischen boer is Pasohen. „De lichte"Het eenigste wat hij aan innerlijke rijkdom en hemelschen glans kent de eenige maal dat hjj zich niet als slaaf, ais onterfde en verlatene voelt doch als een begenadigd kind van God. Maar ook het andere oostuum is zeer gedistingeerd. Men kan dit geheel opvatten als een van voren geheel los hangende mantel over een wit kleedje; maar ook kan men er een robe-manteau uit verstaan. Ook hiervoor kan men één van de ge noemde stotsoorten gebruiken evengoed als de zijde-stoffen. De man tel vorm is met knip-effecten verwerkt Alle naden der stukken zijn smal uitgebloed met wit BABBELUURTJE OVER MODE burig eilandje. De'zin ervan beteekende,! wbSd^'kracb^'Jn plldii '°S hem vernietigd, dan met haar heele systeem. dat een rijk, bestaande uit een groote uit- gestreikthoid van eilandengroepen, ver bindingsmiddelen noodlg had, waardoor Maar etoenlttke feesten heeft hU bijna met en daardoor geen vreugde. Er Js éou Zwart Wit Dat een geoombineerd avondtoilet (of ook wel middag-toilet) van zwart en wit satijn of andere stoflage, fijn en modern is, dat wisten wij reeds. En dat het bijna iedere vrouw flatteert en bij velen zeer geliefd is, was ook al tot ons doorgedron gen. Het zal dus vele mode-volgsters een wel kome tijding zijn, dat de zwart/wit-inode zich nu ook al tot de straat uitstrekt Men kan dus nu ook een „ensemble" in de com binatie zwart-wit kiezen. Het spreekt bijna vanzelf, dat de hier voor gebruikte stoffage meestal tot zijde soorten behoort. Wil men het echter zeer solide hebben, dan ls wit en zwart ama zone-laken of wit en zwart fijne popelinc ook voldoende elegant Een zeer chic voorbeeld b.v. is het eer ste modeL Dit ls van crêpe satin of zware crêpe de chine gemaakt vanzelfsprekend hoogst elegant Echter ls dit toilet van één van do bovengenoemde stoffen gemaakt volstrekt niet minder moot Wanneer men b.v. de japon samenstelt uit: t rokje van zwart laken en het lijfje van wit en dit dan appüquoert met fi guren van zwart laken zou men dan geen beeldig resultaat verkrijgen? Men zou dan den mantel met witte rijde kunnen voeren en de binnenrand weer appLiquee- ren met zwart laken. Ter uiterste volma king draagt men er dan een klein wit vilt- hoedje bij. stutvibtjes EN gouden tientjes Er wi eens een vriendelijke vader, die twee kinieren had, Joke, een mesje van zes en Frans, een jongen van tien Jaar. Frans was een sterke knaap en hield van groote, «nare dingen, om mee te spelen, van groote booten, groote drukke straten, kortom van allee wat groot was. En bij lachte zfln zusj® omdat z|j juist dol was op allerlei kleine, fijdingen. Het Herfst spelde ze inert de kleinste popjes, wiegje» en wagentjes. Ze Meld niet van drukke straten en groote winkels en zag erg op tegen Frans, die zich daar zoo op riju gemak scheen te voelen Op zekeren dag zei de vader: „Frans en Joke. IX heb een verrawing voor jullie be dacht. Ik zal deze week elk stuivertje, dat ik ontvang aan Joke geven voor de spaar pot en elk gouden tientje aan Frans. Wat denk jullie daarvan?" ..Fijn. vadertje", riep Joke, en Jteuaig, vader", schreeuwde Fran6. Vsder lachte en Frans begon dadelijk te bedenken, wat bi) met zijn geld zou be ginnen. Hü zou de nieuwe Meccano-ooos koopen en die motorboot^ die hij gezien had in de spelgoedwinkel, en waar een echt klein motortje ln zat, en dat boek over In dianen en o, nog veel meer. En ai» Joüte erg wetóg had gekregen dan zou hij voor haar dal doosje mot drie heel kleine popjes voor haar poppenhuis koopen, waar Joke Iede re» dag naar keek, als ze naar school ging. Bat vond Joke heerlijk en zij maakte nog niMr geen plannen. Ze wist nog niet goed, wat alles kostte. Ze was nog maar zoo kort >p school Maar wrat was ze blij, toen vader 's avond» iri stuivers voor haar meebracht. Tegen Frans zei vader: „Vandaag geen gouden tientjes, mijn Jongen". Frans antwoordde: „Nee vader, die zult U wel ndet zoo veel ontvangen. Maar als Ik er één krijg, ben ik Joke ineens een groot •tuk vooruit!" Den volgenden dag bracht vader voor Joke vier stuivers mee, terwijl Frans weer moest hooren: „Vandaag geen gouden tien tje ontvangen, mijn Jongen'". En zoo ging bet den derden en vierden dag. Frans sprak niet meer over de heerlijk heden, die hij koopen wilde, maar hoopte alleen nog op den Zaterdag. Dan kwamen er vaak meer menscben ln vaders winkel dan anders en misschien dat eentje dan wel een gouden tientje zou wisselen. Vol ver wachting keek Frans vader aan, toen deze thuiskwam, om te eten Maar vader haaMe uit zijn portemonnade wel (twaalf stuivers voor Joke, doob geen gouden tientie voor Krans. Frans keek Shp en Jope tel dade!tf> goedig: „Jij mag de helft van mijn geld hebben. Ik heb wel achtentwintig stuiven en de poppetjes kosten maar vijft g oentV Toen vertelde vader, das hff dit wel ver-' wacht had. Een gouden tientje ontving fctj haast nooit en> stuivers zoo vaak. „Ik had het dezen keer wel gehoopt", zei vader. ..omdat Frans zich de heele week zon flink heeft gehouden Maar het Is niet gebeurd. Nu zal lk nog een week voor befden stob vers sparen Frans heeft nu gezien, dat vele kleintjes één groote maken Rn kijk eens Frans. Dit heb Ik meegebracht, omdat Je Je flink hebt gehouden". Err vsder gef Frans het Indianen-boek, dat Frans juist zoo dolgraag wilde hebben! RAADSELS. Oplossingen der vorige raadaeia. Vos, os. IL Boerhaava Moutb I auc Treurwilg G i b r a l t a r Neusho orn 1 t i ra a t u m Fries land, AdamenEv a Boerhaave d Nieuwe Welk spreekwoord staat hier? -s -o.. i e .a. aea .e.. Ingez. door J. H. v. Schaik. H XXXXXXXXXXX Op de kruisjes- lijnen komt de naam van een heester. Op de le rij het gevraagde woord op de 2e rjj iets wat goudsmeden vaak doen in goud of zilver; op de 8e rij een mooi vier voetig dier; op de De mantel is geheel met wit gevoerd, zoodat revers en kraag nu In 't gezicht ook wit vertoonen. Het zeer lange en smalle veet kan op verschillende manieren uitgevoerd worden. Men kan de figuren van het eigen materiaal appliqueeren of op do witte zijde, de zwarte figuren laten batikken en ook kon men zwart/ wit be- dUikto rijde van t stuk gebruiken. Kortom, hoe men 't ook gebruikt of uit voert, het geheel zal zeer gedistingeerd kleeden. Bij dit toilet draagt men een klein hoedje van zwarte zijde. Op HchuoL Wie van jullie kan trify 0 beesten van Java noemen? vroeg de meester. Jan: Drie wilde zwijnen en drie bantengs, meesier 1 le r|j een soort verdicht verhaal; op de >e rij een buitenlandsche vrucht; op de de rij een nuaigen edschap; op de 7e rij Sn visch; op de 8e rij een boom; op de 9e r|j een werktuig; op de 10e rij cuu klinker. Inge*, door Goede oplossingen vua beide raadsel» ontvangen van: J. A.; C. A.; K. A.; A. en A. B.; J. C.; M. G.; A. C.; C. A. en M. A. I).; G. -u A. D.; M. H.; A li.; B. en D. L; P. K.; A. K; A. M.; J. O.; B. R.; P. v. 6.: A. en J. 8.; 8. T.; T. V.; M. H. W.; M. W.; A. W.; A. Y.; 8. en M. v. Z. De prijzen zijn ten deel gevallen aan: lirlBtieivtje Allaant, Krugerstra&t 24. Koe» Abbenea, Krugerstraat 22. Gré en Alle Dekker, Koniugdiwarastraat 87. Maria Hennskam, Achterstraat 72. Hortus cm Dirk Ingelse^ Kn (gierstraat 27. •los. Orelio, Hchageimtraat 80. Pleit van Strijeu, 2e Goversdwarsstraat 6. Mien Wotters, Torenstraati 9. Andreas Wiersma, Wtthelmlnastraat 80. Simon en Marie van Zoonen, loreostraal I. raan dat zij Corrle Brem.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1927 | | pagina 8