Varia van Oud en Kieuw UIT DE WIJDE WERELD Populair Bijvoegsel van de HELDERSCHE COURANT, van ZATERDAG 31 DEC. 1927. 310. (AUTEURSRECHTEN VOORBEHOUDEN). NIEUW JAARSGEBRUIKEN. Van heinde en Ter. De verwisseling van het Jaar wordt bijna door elk volk op een eigenaardige manier gevierd. In Frankrijk viert mea het nieuwe jaar met bergen van chocolade ln alle denkbare vormen, bonbons, speel goed en cadeaux van allerlei soorten. In New-York speelde de Maderawijn een hoofdrol. Men aond elkander daar geen kaartje, doch de heeren aljn verplicht, bij de dames van hun kennis persoonlijk een bezoek te brengen. De dames verwachten ven negen uur dee morgens af hars be zoekers ln baltoilet ln een goed verwarm den ealon, waar een buffet ataat, dat met paatljen, koud gevogelte, aandwlchea, kleine broodjes met vleesch of ham en ehempagn# ruim *oorsien K Tl ontvarn 8en de neeren reer voorkomend, en bis- en bun met eigen handen de verver schlngen aan. Hetgeen tot eten beetemd Is mag men weigeren, maar de welvoe glijkheid verbiedt ook bet drinken af te alaan, hetgeen lntuaschen niet tonder zwarigheden gepaard gaat, wanneer men bedenkt, dat elk gentleman ongeveer vijf tig bezoeken op dienzelfden dag te ma< ken beeft, waarvan elk ongeveer tien ml< nuten duren moet In Peru bezoekt men elkaar niet, maar men vereenlgt zich op een openbare plaats aan groote tafels. Hier beginnen op Syl veater-avond de gastmalen, die den gau schen nacht voortduren en vooral wat het genot van geestrijke dranken betreft, «eer overdadig «ijn. Dea middernacht#, op T oogenbllk dat het nieuwe jaar begint, hoort men vele feestschoten knellen, en een leder omarmt den feraoon, dien hij naaat iloh z.'et Hierop slngt, drinkt danst on set men bij afwisseling, totdat men bij bet aanbreken van den dag weer naar huls gaat. In Pcrxl* viert men het „nieuwe licht" of nieuwe jaar op de zonderlingste wijze. Des morgens vroeg, wanneer het eerste morgenrood doorbreekt, weegt men den keizer. Bedraagt zijn gewicht meer dan ln 1 begin van het afgeloopen Jaar, dan heerscht er aigemeene vreugde; men om helst elkander en geeft sikander vergulde eieren en andere voorwerpen ten ge schenke; weegt de keizer minder, dan heerecht er Integendeel een aigemeene treurdag. Ia het gewicht gelijk gebleven, dan heboen er wel geen vreugdebetoogin- gen plaats, maar een leder mag zloh naar goeddunken ln sfjn eigen huls amu seersn. Bij de. Indlfirs houdt men op den eer ■ten dag van het Jaar een drijfjacht op de boote geesten. Hiertoe wordt voor elk huis een hooge paal opgerieht, waaraan ssn met bont-gekleurd en goudpapier ver sierde wimpel bevestigd is, hierop worden van binnen alle denkbare stankversprei' dende voorwerpen verbrand, hetgeen de boose geesten natuurlijk niet verdragen kunnen, soodat zij het venster uitvliegen sn op den wimpel sen schuilplaats toeken. Maar hier komen sh uit den regen onder den drup; men legt daaronder een vuur aan, en de paal, ds wimpel, de boote geesten, ln een woord alles wendt gelijke lijk verbrand. Op de overblijvende aach hebben dan de vermakelijkheden plaata en er wordt nu een algemeen vredesfeest gevierd, want dlan dag tiet men zich ver- plioht met da ganashe wereld te ver soenen. In Japan bezoekt, verwelkomt sn feil- slteert men elkander wederkeerlg, even' als ln Frankrijk en elders ln Europa, slechts geeft men elkander lnplaats van bonbons, een kreeft, een oranje-appel en een soort van rfjstekoek, die met een kunstmatig verkregen soort van kool- gruis belegd ls. De kreeft geldt bij de Ja panners als een teeken der vruchtbaar heid. De oranje-appel en het koolgrula beduiden voorspoed en rijkdom. In China geeft de verwisseling van he' jaar aanleid) r g tot een populair teeat, het welk men het sluiten der tegels noemt, omdat de kleine kasten, waarin men de tegela van elk gereohtahof bewaart, met Eoote plechtigheid gesloten worden. Van t oogenbllk af aan zijn alle saken be ëindigd en al de staatsambtenaren aljn rrtJ van dienst. Men wisselt bezoeken, gelukwensehen, geschenken en kaartles. De feesten begin nen den avond vdor nieuwjaar, als de maan hare eerste stralen doet schijnen. Man luidt de groote klok, men slaat me' de armen op groote trommels, die uit sluitend voor deze gelegenheid dienen, en men lost het geschut Tevens maken de lagere zoowel als de hoogere klassen der bevolking hunne vreugde openbaar, er wordt vuurwerk gf^eatokec en onder al het gejoel mengt «lch nog het geluld van muzlek-lnatru- mantan. In de .empeli «teken de prleetera de trompet, ln eon woord, er hesracht een l!Ieo tn •0B olsbaar, voldoende om een laaas, bsfcalva san Ohlnsts, doel te ma ken. Eerat na afloop van al deze verma kelijkheden nemen de wederzljdaohe be zoeken een aanvang. Men zou baast geneigd zijn te gelooven d^at onze Amsterdamsohe bevolking en massa bij de Chineezen op bezoek wae ge weest en daar de kunst van „oud-in- nieuw" vieren had afgekeken. Immers wanneer een nlet-Amsterdammer zich op Oudejaars-avond met het slaan van de klok om 12 uur ln de hoofdstad be vindt, staat hij zeker verbaasd van het oorverdoovendjeven, waarmede men hier gewoon is het Oude Jaar te verjagen. De speciaal gemaakte trommels van de Chl- neeren worden hier vervangen door de zinken wasch-tobbes, ook hier luidt de klok, ook hier wordt het geschut gelost, ook hier is gejoel en gejuich, waarbij nog wordt gevoegd het tegen elkaar slaan van ds pannen-deksels, tegen welk schoon ge luld zeker geen muziekinstrument op ken. BIJ de wisseling des jaars. Het Jaer ls weder nieti, maar met (de nieuwe Jaren, Verout ons gantsch gestel, tot wij [daer henen varen, Maer 't ls een kleyn verlies al [rimpelt ons het vel: 9) Als maar de geest vernleut, zoo [gaan de saken wsl. ®<95XWx36x86><36x3(5x36>€6x36)<d6>e Aanvang. Met dank ln Liefde 's jaar begonnen, Na 't jaar met liefde ln dank [volbracht. En liefde en dank van 't jaar [gewacht. Zóó goed begin, is half gewonnen. 5)<S6x3&(SB>(3e)(55)ö!5xStS5<8tS<£5x3SS)<35x8Sia Stotterend begon ztJ„Vindt u mtssohien.. goed., dat.. Ik u het geld leen? U heeft zeker vergeten uw portemonnale mee te nemen." „Dank u wel, maar wat u veronderstelt, is niet waar, want ik bezit ln werkelijkheid niet eens een portemonnale. Ik zal genoodzaakt zijn den agent te volgen". Toen hij een paar dagen lator voor den polltle-rechter stond, en deze, hem met doordringende oogen aanziende, vroeg „Heeft u nog Iets tot uw verdediging te zeggen antwoordde hy „Neen, dank u heelemaal niets". „Een boete van veertig shillings of een maand gevangenisstraf", was ds uitspraak FINLAND, EEN BOLWERK DER EUR0PEE8CHE CULTUUR. In „Stemmen des Tyds" vertelt de heer A. M. van de Laar Krafft over den Jon gen staat Finland, dien hy „een bolwerk der Europeesche cultuur" noemt. Zooals men wellicht weet, ia Finland een land, dat, gelegen tusachen Zweden en Rus land, ln de laatste jaren van het Russi sche despotisme zeer werd verdrukt. Er bestond zelfs onder den laatsten thans door de bolsjewisten ter dood gebrachten Tsaar Nicolaas II, een stelselmatige poll- tiek van russificeering. Finland was na den oorlog van 180800 onder Russische heerschappy gekomen; het werd niet in gelijfd, mocht zelfs zyn autonomie bewa ren, maar de tot nu tos bestaande bendsn met Zweden werden verbroken. Rusland beeft er belangryke hervormingen en verbeteringen Ingevoerd, spoorwegen aangelegd, het volksschoolwelen georga niseerd, en onder Alexander n beleefde het land geluk/:ge tyden. Maar onder Alexander III (1888-1804) groeide de pan- slavieche reactie; op allerlei wijzen wer den de rechten van Finland ln de Rus sische pers betwlat en de verkregen voor- deelen ondergraven. Een aigemeene om rust en hevig verzet ontstond onder de bevolking en Alexander m was genood zaakt een verklaring uit te vaardigen, dat aan de privilegiën van Finland niet mocht worden getomd. Doch onder den laatsten tsaar, Nioolaas H, den „vredesvorst" be gonnen de onderdrukkingen eerst recht Generaal Bobrikow werd ln 1898 tot gou verneur van Finland benoemd, en trad op als dictator. Hy werd ln 1904 door een jong ambtenaar vermoord. Door de moel- lykheden, die de Russen ln eigen i&nd ondervonden, wisten de Finnen een nieu we erkenning van hun constitutie te ver krijgen, maar spoedig trad de Russische onderdrukkingspolitiek weer op ln volle kracht en zelfs werden economische maat regelen genomen tegenover Fin schen handel en Industrie. Tengevolge hiervan steeg uit Finland een noodkreet op naar het beschaafde Europa, die werd opgevangen en ge hoord. Een duizendtal vertegenwoordi gers der wetenschap, waaronder de meeat- beroemde, ook van ons land, stelden een adree op aan den Tsaar om de gewaar borgde Finsche rechten te handhaven. De Tsaar weigerde hen te ontvangen. Rus- tand hield zich doof. De maatregelen te gen Finland werden verscherpt en de be kende minister-president Stolypin las ln 1910 ln de Doema de zoogenaamde volksvertegenwoordiging, uit de vroegere revolutionaire onlusten ontstaan eon wetsvoorstel voor, waarin de Finsche staatsregeling zou worden opgeheven. Dit wetsvoorstel werd door de meerderheid ln de Doema aangenomen. Maar de dag der bevrijding waz dichter- by dan men vermoedde. Toen kort na de aanneming van dit wetsvoorstel Finland tot een Ruasiache provincie werd ver klaard, ontitond ln het land een nationa listische beweging, welke het voorberei dend werk verrichtte dat tot de elndelljke bevrijding sou voeren. De Russlsohe ver ordeningen werden niet erkend, er ont stond een ver doorgevoerde boycot. Men verhaalt zelfa, dat, als ln dien tijd een Ruaalaohe officier het trottoir bewandel de, alle Finnen er zich van venrijderden. Op trotaohe, maar bittere wyse werd de strijd «onder wapens gevoerd. Toen ln 1614 de wereldoorlog uitbrak, waren de sympathieën der Finnen by de tegenpartij, en nadat de revolutie van 1917 had plaatsgehad tengevolge van Rusland's nederlaeen, werden alle onder drukkingsdecreten herroepen en de nieu we Russische republikelnsche regeering beloofde algeheele zelfstandigheid. Ook de sovjets verklaarden, toen na de tnen- sjewisten de bolsjewisten aan het bewind kwamen, Finland zelfstandig. De toe stand was toen evenwel ln Rusland nog seer verward; bat zuiden van Finland was overgeleverd aan de bandeloosheid der „roode garden". Finland braoht een „witte garde" op de been, en vroeg hulp by Duitechland, dat aanstonds bereid wae. De Russen werden verjaagd, de landdag bijeen geroepen en een ryksbestuurder gekozen. Na veel geharrewar tusschen monarchisten en republikeinen, kregen de laatste de overhand en Finland werd 17 Juli, 1919 een zellstandige republiek. Het is te begrijpen, dat er thans door het land een stroom gaat van vreugde en trots en dat de Finnen sich het gelukkig ste volk ter wereld achten. Men merkt dit op verschillende punten van het land op; een nieuwe wereld bloeit op ln het hooge Noorden, sterk en sohoon. Door den voortdurenden strijd om de onafhanke- ïykheid la het volk gezond gebleven sn zuiver van zeden. Er beztaat geen alcoholmisbruik. De geheelonthoudersbeweging ln de Soandl- navische landen heeft ook op Finland haar zegenrijke gevolgen gebracht. Fin- Land ls thans drooggelegd en de gevolgen ervan zyn merkbaar, waar men ook komt In de helft der vorige eeuw bedroeg het alcoholgebruik er 6 k 7 L. per persoon, ln 1900 ongeveer 2 L„ ln 1618 slechts 1/1 L. Ten tweede ls er geen land ter wereld, waar de vrouw sulk een voorname en hoogstaande plaats Inneemt Er ls geen openbaar lichaam waar zy niet een func tie ln bekleedt Godsdiensttwisten kent men er niet; meer dan 98 van de ba volklng is evangellsob-luthersch, hetgeen dus alle kiemen voor godsdienstige ge schillen vernietigt. Het godsdienstige le ven ls er seer sterk ontwikkeld. Kunsten bloeien er, het land bezit vele prachtige gebouwen. De nationale zelfstandigheid bracht ook een nationale schilderkunst Zeer belangrijk ls de litteratuur; hoewel het Flnsoh door het overgroote deel van het volk gesproken werd, was de aohrijt taal tot voor ruim een eeuw Zweedech, thans ls ar een bloeiend# litteratuur. Het eoonomlach leven ls er eveneens bloeiend; de laatste decennia ls er een sterke toename op dit gebied te eonsta- teeren. In 1880 telde bet land 186.000 In dustrie-arbeiders, ln 1900 289.000, ln 1920 469.000. Het syn voornameiyk de hout- en papierindustrieën, die de meeste krach ten ln beslag nemen. Finland ls de groot ste exporteur van hout ln Europa. Zelfs Zweden heeft het voorby gestreefd. Be halve hout en papier ls de textiel industrie van beteekenls, evenals metaal- en lederindustrie en huldenbereldlng. Ook tabaks-, cement- en glasindustrie syn er niet onbelangrijk. Niettegenstaande deze toename bUjft landbouw het hoofd- bestaan der bevolking en de regeering doet Ijverige pogingen dit te bestendigen door allerlei maatregelen, uitbreiding van klein grondbezit, steun tot kolonisatie van woeste gronden, enz. Scheepvaart- en havenbeweging heb ben zich eveneens snel ontwikkeld. Be droeg het aantal schepen ln 1868 466 met een tonnenmaat van 107.000, ln 1918 was het 2687 met 840.000 tnL, ln 1924 4662 met 458.000 tim. Er zyn 18 vaste scheepvaart- Ujnen met het buitenland. De voornaamste havens zyn Helalng- fors, Abo, HangO, Wiborg, Koivlsto, Uien- borg en Jaoobstad, de centra voor de grootindustrie worden gevormd door Helsingfore, Tammerfora, Abo, Kuopio, War kans, Wasa en Björneborg. De la- brieken ln Finland worden grooteudeels door waterkracht gedreven, dank zy de meren, die men ln dit „land der duizend meren" vindt Dat een dergelijke wijze van exploitatie de zindelijkheid en de volksgezondheid ten goede komt, bekoelt wel geen nader betoog. Toen hy twee uur later ln zyn oei zat, kwam de bewaker binnen met een eeriigazlna teleurgestelde uitdrukking op zyn gezicht. „Is de equipage gekomen om me te halen?" vroeg de jongeman lachend. De bewaker schudde eohter ontkennend het hoofd, en zei „Neen, vandaag rul Je geen gratis rit van het Ryk hebben. Je boete betaald geworden". „Betaald riep hy verbaasd uit „Vertel me eens. Heeft een meisje., een jonge dame dat gedaan „Het was ln elk geval een vrouweUjk wezen", antwoordde de bewaker. _,,En ik geloof dat ze nog heel jong was ook". Voor het eerst kwam er over het gezicht van den jongen man een uitdrukking alsof hij ïich voor zichzelf schaamde.. DE ARME MAN. De mislukte logeerpartij. Novell# van D. W. De knappe Jonge man ln het grijse pak leunde met een zucht van voldoening achterover ln syn atoel en wenkte den kellner. Glimlachend keek hU hem aan. terwyi hy zelde „En nu vree» ik, dat Je om de politie zal moeten sturen, want hoewel ik een uitstekende lunch heb gehad, heb lk geen oent op zak om die te betalen". Grinnikend zei de kellner: „Mynheer maakt maar een grapje. Hier heeft u de rekening". Toen het eohter bleek dat de Jongeman inderdaad niet betalen kon, kwam de eigenaar er aan te pas, en het duurde dan ook niet lang of er versoheen een politieagent ln het restaurant. Het meisje, dat, aan een tafeltje naast hem gezeten, het gebeurde volgde, keek medelijdend naar hem. Dagen achtereen bezocht hy het bewuste restaurant en keek tevergeefs uit naar zyn schoone redster ln den nood. Toen plaatste by een advertentie ln zeven verschillende dagbladen. ,7De Jongeman, die zijn lunoh verleden week Maandag ln het restaurant Prevoll riet kon voldoen, sou gaarne de jonge rame ontmoeten, die de geldboete, waartoe 1 U veroordeeld werd, voor hem betaalde". Ook deze poging faalde. Op zekeren dag c utmoette hy haar op een bue. „Gaat u asjeblieft met ndj theedrinken". Lachend voegde hy er aan toe„Ditmaal V an ik myn vertering betalen". Ze schenen e kaara gezelschap zoo aangenaam te l ebben gevonden dat se elkaar na dien dageiyks ontmoetten. Toen ze op een middag zamen koffie 6 -onken begon hy „Wil Je wel gelooven, dit die dag, toen lk mee werd genomen naar het politiebureau, de gelukkigste van nyn leven was Andere zou lk jou nooit o ïtmoet hebben. Maar vertel me nu eens eeriyk waarom heb Je die boete voor ml betaald Eenlgazlna ontwijkend antwoordde het meisje: „Ik weet het niet precies.. Misschien had lk medeUjden met Ja of misschien.." „Was het omdat.." voegde h|j ar plotseling aan toe, terwfjl hy zloh hae dicht tot haar overboog. „Ja", fluisterde zy blozend. Jk ben bang, dat het dat was". Even later zei se„Maar Je hebt me nooit verteld, waarom Je dien dag zoo kort by kas was". „Ik ben een Journalist", zie hy. „Maar toevallig ook tegehjkertyd de zoon van Titus G. Smlth". „Wat? De zoon van den sohatryken Titus Smlth, den eigenaar van he\ voornaamste Nieuwsblad van New-York?r" „Ja, myn oude heer was op dat oogenbllk juist ln Engeland, en hy stond er op een goed, realistisch artikel te hebben over het interieur van een Engelsche gevan genls, hetgeen hy aan mij opdroeg Hoewel ik myn uiterste best heb gedaan daar een poosje te kunnen logeeren. zorgde jy ervoor, dat lk er weer uitkwam". „Dus je bent de zoon van 'n millionalr?" zei ze haperend. „Maar lk houd van jou pqpelea als Iedere andere jongeman van zyn meisje", zei ht lachend. Dat dit Inderdaad het geval wae, onder vond het meisje enkele dagen later toen zy zich met hem verloofde. OUD EN NIEUW. Een weinig peinzen Zoo even maar, In 't laatste etmaal Van 't stervend jaar. Nog escs herdenken Wat ls geschied, En hoopvol polsen Wat Toekomst biedt Men leest de aren Van vreugd byeen Op koren-akker Van 't verleen. Elk uurtje vreugde. Dat men ontving, Herkrijgt zyn glans dioor: Herinnering. Maar somb're uren Van droefenis En rwarte dagen Van groot gemis. Herinneringen Aan haat en leed. Daarvoor la 't bette: Vergeef en verg eet I De nieuwe Jaarkring Weer afgewaoht Met optimisme En strijdenskracht! Zoo even peinzen Met fluisterend woord: Zoo even stilstaan En dan weer voort. Tob Nooit Hoekje. ZELFBEHEER8CHTNO. Wie zichzelf verwint ls sterker dan de bedwinger van zeven steden. n aanraking brengt met talrijke men- schen, die elk zyn beslommeringen, elk zyn karakter, elk zyn humeur beeft, moet de verstandige mensch zyn evenmensoh 'ontzien en niet, zonder te letten op zyn omgeving, eigen ideeën, eigen gevoelens, eigen verlangen# willen doordrijven. Wla voordurend ln botsing wil komen met zyn naasten, die trekke zich van zyn mede- menachen nleta aan, ga zyn eigen gang ln allee en zette zyn wil door. Spoedig zal hy zien, dat hy zyn hoofd te pletter loopt. Nog afgezien, of het billijk la, wanneer da mensch sleohts zyn eigen weg volgt, zon der eenlge égards te toonen voor de ver- iangena van anderen, moet ons de opmer king van het hart, dat hy, die zoo leeft een der grootste factoren mist, die tot zyn S'oel als edel mensch moeten bydragen. y ontbeert de zelftucht De mensch, die zich uitleeft en San zyn onmlddeliyk opkomende begeerten toe- geeit, zonder zich af te vragen: „Is het goed, wat ik doe? Schaad ik myn naaste niet?" ls geiyk het roofdier, dat op prooi uitgaat en zich deze zonder scrupules toe eigent De mensch verheft zich slechts dan boven het redelooze dier, wanneer hy zichzelf weet te tuohtigen in zyn ideeën en strevingen. Niet de rede alleen verheft den mensch boven den tijger, maar de zelfbeanoeling, zelftucht, zelfbedwang, die moeten ultloopen op een toestand, dat hy meeater „en heer" over zichzelf ls: zelfbe- meestering en zelfbeheersching. De „be- heerschte" mensch, de menach die zichzelf steeds ln toom weet te houden en de teu gels ln handen houdt van zyn hartstoch ten, die als ongebreidelde paarden willen voorthollen, die menach heeft het gebracht tot het ware menach zyn. Daarom moeten wij er naar streven ln alle dingen ons te oeheo.-schen. Dr. JOB DE GOCK. Zoeker te N. fl-y wilt de scWJn boven het wezen. Weet toch, dat ydelheld da grootste dwaasheid der menachen la. Uw ydelheld maakt, dat gy u minder geluk kig gevoelt. Gy ziet steeds meer, wat gy begeert, om uw ydelheld te streelen. Steeds erger tobt gy over de middelen, om uw verlangens te bevredigen, terwyi gy daarnaast moet piekeren om rond te ko men. Dit alles la toch al te dwaaa. Begeer niet steeds alle aardache bezittingen, maar tracht het geluk en de tevredenheid te vin den van de eenvoudlgen. Geluk ls een toestand, die niet van buitenaf tot u komt. maar in uw Innerlijk moet geboren wor den. Ontleed uzelf maar eena onbarmhar tig, zet het mea ln iedere wonde plek «n daarna begint gij uzelf te verbeteren. Zoo doende krijgt gy achting voor uzelf (wat u niet hebt), en zult u daardoor veel ge lukkiger gaan gevoelen. Niet ln eens zal u dat gelukken, maar, wanneer gy volhoudt kunt gy van suoces verzekerd zyn. X. te H. Weea u toch wyzer. Derge- ïyke krasse maatregelen moeten wy u ten zeerste afraden. Maar hoogstwaarschjjn- lijk denkt gy ar nu zelf ook reeds haal anders over. Aan onderstaande adressen ls persoon- ïyk antwoord gezonden aangezien beant woording ln dit blad te uitvoerig werd: P. G. te H.; Electricien te H.; Vrager te H.; P. K. te HL Voor de lezera van om blad geeft onze psychologische medewerker Dr. Jos. de Cock, van Merlenstraat 120, 's-Graven- hage gratis zielkundige adviezen, o.in. over de wUze waarop zy hun geest kun nen verfrisschen en bun wilskracht en energla kunnen versterken. De vragen worden geregeld in dit blad behandeld. Mochten de beantwoordingen te uitvoerig worden dan direct schrift#- lijk aan de aanvragers. Dankbaar. Ik heb nogal reden om dankbaar te zyn; lk kan met eens mijn rekeningen betalen. Nu, wees dan tenminste dankbaar dat Je debiteur en geen crediteur bent Heer: Dokter, ntijn vrouw heeft plot seling haar spraak verloren. Zy kan goen woord uitbrengen. Dokter: Komt u vannacht eena om twee uur thuis. NIEUW JAAR 8WEN8CHEN. De late Januari'la weer een gelegen heid om de talryke manleren op te mer ken, waarop de menachen elkander hun heilgroet brengen. Het ls opmerkeiyk, dat het trad-tioneele „veel heil en zegen" byna door niemand ln deze bewoordingen wordt gsuit. Of men het te banaal vindt of niet origineel genoeg, lk weet het niet, maar lk voor my heb het geen enkelen keer gehoord. De onbegrijpeiykste wenaoh neb lk van den knecht van myn slager ontvangen (door bemiddeling van myn dienstbode). Deze brave schelde aan en sprak de beteekenisvolle woorden "de slager". Gelukkig voor hem had ik fan tasie genoeg om daar een hartehjken zegewensoh ln te hooren en dien met oen zilveren wederwensoh te beantwoorden. Myn getrouwe dienstmaagd «elf bracht het niet verder dan het woord „mynheer", en vulde de rest aan door een beaoheiden uitateken van haar hand. Myn vrienden gaven lucht aan hun kennis van vreemde talen. „Prosit Neujahr", „la bonne annéc", „a happy Newyear", „omnla fausta" en meer van bun taalkennis getuigende heil- wenschen zyn mij van die zyde ten deel gevallen. Een zelfa, een humorist, maakte bet geschrevene gesproken en zei: „p.f". Myn nichtje bood my nog den allerlief- sten heilwensch, die my te beurt ls ge vallen. Zy bloosde en bracht haar wang by myn mond. Maar myn kleermaker over trof allen die zond me de rekening. I 't Juffertje In onze samenleving, die onc dagelijks

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1927 | | pagina 15