Felbr. 1926. Ongeveer 14 maandeni late<r
kwam de heer Schoeffel'erubeirgen, (tegen de
verkiezingen), met zijn klacht, en epr. heeft
te Alkmaar aangetoond, dat van het plaatsen
eener vaische handteekendng geeni sprake
was. Wel zeide men imij, dat ik het niet had
moeben cóeni, hetgeen ik beaamde.
Was het in het belang dier gemeenite, dat
de heer SohoeffeJenlberger na 14 maanden
met deze aantijging aankwam?
Spr. etapt vani alt onderwerp ai eni zal
(thans de begrcotdng 'behandelen. Spr. zet
allereerst de geschiedenis uiteen van de
behandeling der begrootingen van 1926 en
1926 ondier spr. wethoudieirschaip, om die
ledienl van den Raad te doen zien, dat de
samenstelling van een begrooting voot het
College en voor den) Wethouder van Finan
ciën1 in t bijzonder, die voor allee aan
sprakelijk wondt gesteld, ook wanneer die
ZElkeni niet loopeni zooals men het wenscht,
en aan wlen in dien regel wordt geweten die
slechte toestand van de financiën, buiten
gewoon moeilijk i».
Spr. heeft getracht de financiën op de
meest zuinige wijze te beheereni, doch kon
niet voorkomen, dlait het belastbaar Inkomen
vanaf 1921/22 van 11.766.768 gedaald is in
1925/26 tot 9.709.800, dus een verschil van
belastbaar inkomen In die jaren van ruim
2.000.000; dat het aantal aanslagen» in
1921/22 met een belastbaar inkomen van
60.950 8701 en in 1925/26 tot 4682 een
vermeerdering van de laagste Inkomens met
981, terwijl te hoogere aanslagen zeer be
langrijk venminderdfen. Hieruit blijkt, dat
de hoogere inkomens steeds geregeld ach-
lende zijden gemaakte opmerking beschou
wen.
Onze gemeeniteaamen bestaan in hoofdzaak
uit de groepen!
1. gemeentewerklieden en -ambtenaren.
2. rijkswerlcllieden en -ambtenaren.
3. middenstanders.
4. werklieden in kleine bedrijven.
Tte groep middenstanders .kan er op een
kleine uitzondering na, niet aan denken een
levensverzekering aan» te gaan tot een be
drag, gelijk aan gemeente- of rijkspensicen,
daarvoor zou de premie te hoog zijn. De
groep rijkswerkliedlen en -ambtenaren be
talen de volle 8V* pensloenstiorting. De
greep arbeiders in de kleinbedrijven (tim
merlieden, metselaars eniz.) is helaas meestal
aangewezen op de sohriale ouderdomsrenlte.
Blijft over de groep gemeentewerklieden en
-ambtenaren, d'le, zoo betoogde ook gisteren
de heer Van Loo, een goed oestaan nebben,
het voorrecht van pensioen hebben, waar
van ze zelve slechts 8l/« betalen, terwijl
de overige 6 door ae belastingbetalers
moet warden) gecompleteerd.
Is onze eischi nu zoo onbillijk, als wh de
toonem bezien, in) het licht van de loonschaal
van het particuliere beöinJjiL- Immers neen.
De gemeente-ambtenaar en -werkman ver-
dienlö meer dan in heb particuliere bedrijf en
hunne salarissen kunnen den toets der ver
gelijking met die der rijksambtenaren door
staan. Ieder moet de billijkheid van dit voor
stel inizieni, als men die zaak onbevooroor
deeld beziet.
'En zouden wij, Qemeentebelangers, nu
zoo graag dit voorstel' doen, als we weten,
dat wij verscheidene personen1 hiermee in
^d^Tttnde tot deze begroeting bm
"rj ®v I maar wij zien het zoo, dat onze gemeente
o-et het mij van t rt, da mtet langer mag voortgaan met een gedeelte
belangrijk tegenvalt. Wanneer ik hoofdstuk 1 uT;_
XII der begrooting na ga, dan bfflfct daar waar^^nS
uit, dat de totale, belasting voor 't jaar 1928 I
weer lt verhoogd; dus door de burgerij meer
moet worden opgebracht en de lasteni dUa
weer hooger.
Het doet spr. genoegen), dat mem thans
met een» voorstel voor recognitieheffing der
bedrijven komt.
M. de V. Ik vraag mij af, is de raming
van de opbrengst der bedrijven» wel met c!«
tengewoon zorgelijken toestand' onzer ge
meente bezuiniging een gebiedende eisch ls.
Dat bedrag is niet zoo gering sis de heer
De Zwart het ons wil doen voorkomen, trou
wens het is onze plicht alles wat bezuinigd
tan worden, te doen geschieden. Een vrouw
ls in doorsnee zuiniger dan de man, mis
schien ook, omdat ze in haar huishouding
in praktijk moet brengen, op de kleintjes te
noodige voorzichtigheid geschied of is dit ^^^X^venV^^e^r
E00f F begTvootirig ^maker^,j houden, waar zoo vaak onvoorziene en
tegenvallers
zoodat de generale begrooting, 20.000 van
de belastingen en 48.444 van1 de bedrij
ven, met 68.444 wordt verhoogd.
Onze begrootingen zijn in dei regel niet
in de uitgaven in het gezin
voorkomen. Is heb niet ook zoo in het groote
gezin, de gemeentehulshouding, eni moet
niet ieder onzer de dringende noodzakelijk -
weg voor den heer v. Breda in 't strijd
perk te treden.
M. d. V. de zaak komt hierop neer, dut
nooit of nimmer door mij is ontkend, dat
ik in de R.K. fractie een uitzonderings
positie zou innemen. Het is mij op deze
plaats meermalen als een fout aange
wezen, dat ik eigenlijk te veel naar zeke
re kant zou overhellen. Na het gebeurde
op 6 Sept. achtte men het noodig eenige
zaken openbaar te maken door middel
van de Held. Courant van 10 September.
Ik heb mij toen bij de geheele bespre
king over deze punten stil gehouden om
dat ik daarin niets had te zeggen op die
plaats. Doch toen door den heer van
Breda de opmerking werd gemaakt,
idat door het voorstel der Rechtsche
fractie te aanvaarden, het nog geens
zins vaststond, dat een candidaat van
G. B. zou worden gesteund, toen heb ik
het woord gevraagd en gezegd: Zoo is
het niet.
Spr. ontkent niet dat hy voorstander
was voor het behoud van het Democra
tische blok, doch wij moeten de zaken
zien in het lioht waarin zij moeten staan.
Doch als de heer v. d. Vaart nu uit de
Held. Post gaat oiteeren wat door mij op
de vergadering van de Kiesvereeniging
is gezegd, en dan aanhaalt, dat het zooeven
geoiteerde voorstel op de door zijn partij
uitgeschreven vergadering zou worden
gedaan, en hij daaraan had toegevoegd1
vorig Demooratisoh bewind zoo schande
lijk gemaakt. En de heer Bok moet mij
dit nu niet ten kwade duiden als ik zeg,
dat hij toch zeker nu ook begint in te
zien, dat het aan deze kant van de be
stuurstafel gezeten wel gemakkelijk is
om aanmerking te maken op de hande
lingen door andere gesteld. En al is de
wethouder van financiën nu ter elfder
uur met een voorstel gekomen tot volle
bijdrage der 8i °/0 pensioenbijdragen
waarvan ik, voor zoover het de flnantiëele
gevolgen voor de betrokkenen betieft,
volledig onderschrijf wat door den heer
de Zwart hierover is gezegd, vast staat
nu reeds, dat mocht deze begrooting zoo
als zij nu is ingediend ongewijzigd in
stemming komen de vrienden van G. B.
er tegen zullen moeten stemmen. Com
mentaar is m.i.z. Lier overbodig.
De heer Biersteker: Wij Veten
allemaal wat het beteekent dat het buiten
stormt. Het heeft ook hier gestormd, en
als het stormt, tracht men met een schip
op de ruimte te komen, om te voorko
men dat het op de gronden strandt. Het
is de plioht van hen die de leiding heb
ben de overige bemanning op te roepen
en moed in te spreken.
En in het antwoord van B. en W. heeft
spr. gemist een aansporing van B. en W.
om het ruime sop te kiezen, maar in
tegendeel deden zij het schip stranden.
Na alle welsprekendheid, is er voor
hadden zij ons dat toen gezegd,|dan zouon8 geen reden terug te komen op het
ook onze houding anders zijn geweest, I politiek geharrewar. Spr. zal hoofdzake
M. d. V. dan geloof ik toch dat ik hem
van eenige naïviteit mag beschuldigen.
En nog temeer als hij daarop laat volgen
dat hij niet begrijpt dat ik dat daar
kon zeggen na mijn verklaring op 10
Aug. gedaan. Vergelijken wij nu datgene
wat volgens hun eigen verslag in de H.
C. op die vergadering ls gezegd, met
datgene wat door mij nader werd uiteen»
gezet op dis der Kiesvereeniging danPJt demonstreerde duidelijk, dat toen de
blijkt, dat 'door rechts duidelijk ls toestand al zorgelijk was en dat de toe
gezegd wat zij wilde ten aanzien van den and thans nog J^gehoker iz. 8pr. is
lijk vasthouden aan het idee, dat algem.
beschouwingen het hart van de begroo
ting mosten raken.
Financieels toestand der
gsm—n te.
Met dankbaarheid heeft spr. het betoog
oud-wethouder Grünwald gevolgd.
van
royaal opgezet en ook deze begrootinglis Md g^eMfltVui^veD moeten ww-
voor zoover 13c kan nagaan niet royaal. Doch den herzien.
het. moet m# van X hart, dat het mlf groote Zle, 'de mkf^nstandOrs over het
bezorgdheid geeft en waag Ik nJJ afi waar j ügaa6eTi raet 20 m tegemoet,
dat heen moet waar nu deze begrooting mim mwr in zJJ g1en
8en wethouder, verder dat ik dit nogeens
heb herhaald, maar, eD nu komt het, uit
beide verslagen blijkt, dat ik er
geen voorstander van was.
Door den heer v. Dam ls reeds uiteen
gezet welke redenen er ons toe hebben
geleid om aan ona oorspronkelijk voor
stel vast te houden.
Ik heb het op priji
een ton hooger is. Het jaar 1921 is" over het
algemeen) niet gunstig geween voor dei
handel in onze gemeenite eni vrees ik» dat de
Inkomstenbelasting niet het bedrag zal
een) schrale ouderdomsverzorging hen wacht,
alsmede de groep arbedders in te kleïn-ibe-
drijven. Moeten deze groepen nu ook nog
mee oontribueeren aan die pensioenen van
geven, waarop gekend' wordt Meevallers ^ertteperaoneel?
zullen uit deze hegrooüng niet komen. te- De orzer infWOnto(( te Mn, wer hJj.
meer waar m. i. de baten uit de bedWjven i I0ndei£ wy m Mer altenteer eenvoudige
i^hoog zijn opgevo^. Wystean m.1. dus rijkdom en) aristocratie wonen
v"»?ïsSSSt^fn^S?Êsi»«Mn UeE ali®n' «d«nocrlrt*n'" in den
M. de V. Het rapport van de Staat j-com- i)eaten, zia vanJ £et woor<j maar laten we nu
missie voor te herziening van de financieele toch gouden met dat woord te coquettee-
w uïïwMm te rea- het 8®hrulirt, om zich een pluim
meenten, weüwa" op den hoed te steken, doch laten wij op-
riS^T^nntritii mwnAAwter. ikoroen belang der gemeente, en
Spr. vreest, dat de R--o.s.e gemeenten t voor aue gemeentenaren zondier onder
van ons itndl wel met het grootste deel zullen
gaan strijken en de middel-gemeente woaia En enlrelje
ce onze, t het nieest noodig hebben, fedt, dat men het bij verschillende par
woBuen afgescheept met een k-emgheid, en .jjgn noodig heeft gevomtem, ons als partij
acht^ lk^het dringend noodsakèh^ dat toj/^Gemeentebelar.g" zonder program niet uit
te noodigen bU de besprektiigsn. over de
wethoudersvertiezingen.
meegedeeld, dat ten aanzien van den fin.
toestand in alle secties gezegd is dat die
beroerd is. Het is frappant, dat B. en W.,
de officieren van bet schip, aan de be
manning van dat schip dit toegeven,
maar er zijn symptomen die erop wijzen,
dat men verbetering krijgt. En die ver
betering betreft dan een vermeende op
gesteld dat het levln8 °P bet gebied van winkels, wo-
aarT jTwie^erTd A.P. gezonden etc/, SPr' "*t: het iB. fraal- om
schrijven door èn den heer v. Dam èn dit al» bewijs aan te voeren als sympto-
door mij zou worden geteekend om elk <?en van v,00r"lt8aJn8' teTWW de menschen
misverstand te voorkomen. Want ik ver- door omstandigheden moeten verhuizen,
klap geen geheim, wanneer ik hier ver-;D" Ia integendeel een symptoom van
•tel, dat ook bij ons in de Clubvergade-iachteruitgang als men moet trachten in
ring de barometer niet altijd 0p mooiien .ander. gedeelte zijn zaak op te halen
weer wijst, al kunnen wij gelukkig daar
voorkomen, dat het niet in de H. P,
terecht komt, en zoodoende de zaken
binnenshuis blijven.
Tot zoover dan de feiten welke offici
eel zijn behandeld en welke aan alle zij
En door den nieuwbouv olijven tal van
andere huizen maanden lang leeg staan.
Spr. begrijpt niet boe men met een der
gelijke verklaring dit goedpraat en wijst
er op, dat er symptomen zijn die een
achteruitgang demonstreeren (achteruit
den kunnen worden bezien. Hetgeen ver-lo°Ee? der ^t'te826 806°6'
der is gebeurd, dat ligt geheel, voor mij 119229878, 1928 20128), Dit is
althans, in nevelen opgesloten, en daar- een maat»taf: verschillende
voor spr.
flnantieele
omtrent ben ik ook benieuwd Iets meer jjraagkrachtigen zijn vertrokken. Ook,spr.
te hooren 1 ba»a" dat eene bevolking in een plaats
Ik kan mij niet mengen in de zaken j"1" d® 0D,e wel eeD» kao «ohommelen.
welke tusscben den heer Brede en den
heer Verstegen zijn afgehandeld. Dat
Voorts geeft spr. in overweging, ten
Raad een voorstel te dóen om bij de Regee-
ring sterk aan te dringen, deze voorgestelde
Of dit van een poed standpunt is bekeken
en van ruimen blik getuigt, wil' ik au maar
bulten beschouwing latent maar dan wil1 lk
wijziging van de Gemeentewet zoocanig te even zeggen, hoe wij onzen plicht als raadls-
wfizigea, dat belastingen kunnen worden 'eden zien, die zich slechts ln enkele wootr-
geheven van Zaken of Inrichtingen, geves-ten laat samenvatten,
tigd» in» de gemeente, waar de winst wordt„Naar eigen eer en geweten: en» met
verkregen. Zooals het nu is worden in ver-1 groote rechtschapenheidl de raken bezien.
schillende gemeenten, zocals ook hier,
groote filialen gevestigd!, well e beflugntjkt
winsten» maken en niet in de lasten der ge
meente bijdragen.
Spr. heeft met genoegen de redie van» der
heer De Zwart gehoord die weder reservet
maken wil voor te bedrijven. Reeds tn 1926
heeft spr. een dergelijk voorstel gedaan,
men liet hem' echter alleen staan; en te tijd
zal uitwijzen, dat lk gelijk had1.
De heer De Zwart wil het een en ander,
maar moet er te bronnen voor aanwijzen.
Spr. leest voor uit te notulen van 1926
betreffend1© te bedrijifsroolltiek. We hebben
de taxatie van het Grondbedrijf nog niet, die
zal straks misschien tegenvallen, en dat
•moet weer uit de belastingen fcotmen. WJJ
e;.aan aan te spits hiermee en spr. vreest
voor de toekomst van onze financiën» Aan
de 60.000 die we zouden krijgen uit de
eventueele ultbeering» hebben we niets, en
spr. zou genegen zijn aan de zijde van den
heer De Zwart te staan. Bloemertfïaali krijgt
per inwoner ruim' 4, wij: maar f 2.31, cat
is ook onbillijk. Spr. geeft B. en W. in over
weging bij de peering aan: te drlngeni, en
indien dat niet helpt, dien Raad in» overwe
ging geven mede te helpen tot verbetering
te komen.
Mevrouw 'Dekken—Klik neemt den
handschoen op voor de partij „Gemeente-
belangd' en zet dlaarvan doei en strekking
uiteen. ZdJ is opgericht om aan de voort
schrijdende verhoogte uitgave paal en perk
te stellen en haar werk is in hoofdzaak pre
ventief. Een van de punten ls de pensioen)-
premieheffing van 81/» Dit voorstel is
geenszins vergeten, zooals men het doet
voorkomen,
Spr. meende, dat het voorstel van dien
heer. Schoeffeienberger, dat een wijziging
van ons voorstel gaf, voldoende aanleicirg
tot besprekingan over dit punit zou geven.
Een en ander zij mij' voor ten volgenden
keer een waarschuwing.
Dat mijnheer De Zwart dit reten genoeg
vindt, om aan onzen ernst en minder goede
voorbereiding van dit punt te twijfelen, zal
hij lm zijn hart wel niet ineenen.
Doch eveniate men in den feilen' verkle-
zlngsstrM tegen mijl meende te moeten uit
spelen, dat ik voor de huisvrouwen een: on
schuldig onitwLkkdingsrelsje (de vrouwen
kunnen nu eenimaai hun: uitstapjes niet voor
zakenreisjes doen dóórgaan) werd aange
merkt als strijdig met het belang der ge-
Bb—Eute, zoo uü ik ook deze vea wKfatir
terwljl men alleen' aan' zichzelf verantwoor
ding is verschuldigd» voor rijn daden".
Het beheer der gemeenite heeft geen poli
tiek program noodig.
'Evenmin mag bij benoemingen politieke
veestverwertschap een factor zljni, die bij
de beooiteeling der cand!daten» een woordje
meespreekt, doch mag alleen de overtuiging
ons leiden, dat wJJ alleen bekwaamheid1 en
geschiktheid als maatstaf voor eene benoe
ming ini gemeentedienst laten gelden.
En lk spreek hierbij' tem wensch uit, dat
men na afloop van deze zittingsperiode vol
mondig zal' kunnen getuigeni. dat wij. ook
zonder politiek program die belangen1 dér ge
meenite ln het oog hebben gehouden». Wij
vragen: eerlijke samenwerking, met respect
voor elkanders beginselen, tot beil vao onze
gemeenite.
Onvolledigheid AJg. Rapport
De heer Smits zet allereerst een
door den heer van Dam gedane opmer
king recht ten opzichte van het niet op
nemen in het Alg. Rapport van enkele
vragen. De heer de Zwart heeft het rap
port met zooveel voortvarendheid ge
maakt, dat het al was ingediend voor wij,
de rapporteurs, ervan wisten. Spr. wil de
heer de Zwart daarvan gee® verwijt maken
bet ware misschien beter geweest dat wij
eerst het schema hadden gezien. Nu men
spr. bij de wethoudersverkiezing met de
haren heeft gehaald is hij verplicht op
een en ander nader ln te gaan.
W erthou dersverklexlng.
Waarover ik mij bij het aanhooren der
ln deze dagen geuitte beschuldiging steeds
in hooge mate heb verwonderd, is wel
het feit, dat men zoo lang kon wachten
om te zeggen dat men iets niet goed
keurde, en spr. begrijpt niet, waarvoor
het nu noodig was ruim 6 maanden te
wachten om te komen vertellen, dat men
de houding van den heer van Breda en
naar ik meen onverdiend van mij, inzake
de Wethoudersbenoeming ten sterkste
moest afkeuren.
Door den heer v. d. Vaart is op kalme
en zakelijke wijze uiteengezet, boe hij en
zijn partjjgenooten deze kwestie bezien
Ik hoop ook op dezelfde manier mijn
houding vast te leggen en die inlichtin
gen te verstrekken waarop men recht
heeft. Het ligt natuurlijk niet op spr.'B
van de be
stuurstafel is niet houdbaar, er zijn nog
steeds symptomen van achteruitgang.
De heer De Zwart: Vergelijkt u de
zuivere inkomens.
De heer Biersteker heeft ook die
cijfers: f 16.241.000 verleden Jaar, en
f 15.100.000 dit jaar.
Er is reeds op gezinspeeld, dat de re
geering hier verschillende zaken weg
neemt waarvoor niets in de plaats komt.
De nieuwjaarsrede van den voorzitter
had een andere toon dan die van het
Verslag. Het is bekend, dat ook de laat
ste stelling van het loodswezen gaat ver
dwijnen. Datzelfde geldt ook voor verdere
inkrimping van het wapen der kustartil-
lerieer is zelfs sprake van dat het heele
wapen zal verdwijnen pp één compagnie
na.
Daar staat tegenover, dat de lasten
hooger worden. Spr. is benieuwd naar
de beantwoording van de cijfers des hee-
ren Eijlders.
Belastbaar ln kamen.
L Het was alweer de heer Grünwald,
kunnen zij alleen ophelderen. Doch on-.dle dit naar voren bracht. Weet men,
omstootelljk staat vast, dat wij in de j boe dit thans ls Verleden jaar was hst
waan verkeerden (tot op 't laatste'^ 8-700.000; thans, voor zoover bekend,
o o g e n b 1 i k) dat de partij der 8. D. A. P.f du ,,600,000 ach"
teekenen gaf te willen bijdraaien en met - -- 8 an pun
ons voorstel mee zouden gaan. Hoe anders
te verklaren, dat wij juist den heer van
Breda afvaardigden? Daarmede is dan
ook verklaard waarom ik 's middags voor
de vergadering tegen den beer v. Loo in
alle oprechtheid kon zeggen, dat op dien
avond de offlciëele beslissing zou vallen,
omdat de S. D. A. P. zich des avonds
zou uitspreken. En zoo vast waren
wij er van overtuigd, dat alles volgens
de overeengekomen afspraak kon gaan,
dat wij lijstjes klaar hebben gemaakt,
waarop de indeeling voor de commissiën
zoo waren gesteld, dat de beer Bok in
die van de gasfabriek en de heer de
Boer in die voor onderwijs was onder
gebracht. Kortom, alles wees er op, dat
wij eerlijk en oprecht handelden.
Wat nu door anderen is gezegd namens
mij, mijnheer de voorzitter, daarvan kon
mij niets ten laste worden gelegd en
of dit is gebeurd, weet ik bovendien ook
niet.
Doch m. d. v. na deze in volle waar
heid gegeven toelichting, tart ik een ieder
te bewijzen, dat ik of door woord of daad
aanleiding heb gegeven om zelf te ver
moeden, dat ik door te handelen zooals
ik deed mijn woord tegenover wie ook
zou hebben gebrokeu.
Ik deed dat niet in 't verleden en hoop
dit ook in de toekomst steeds gestand
te doen, tegenover wie ook.
Men zal mij nu kunnen vragen hoe
ik van beslist tegenstanderzoo kon
veranderen. De heer Van Loo gaf
daar al antwoord op, door te zeggen
.maak je nu niet ongerust, het is met de
democratie van Smits nog niet zoo erg*.
Het is volgens hem blijkbaar surrogaat I
M. d. v. het zij zoo, dooh als de heer v.
Loo zich ook maar voor een klein ge
deelte kon opwerken tot de hoogte
waarop gisteravond de heer de Boer zich
bevond, toen hij zijn verklaring gaf over
Vrijzinnige Democratie, dan zou hij zoo
niet «preken. Men kan het er mede eens
zijn of niet, doch wat de heer de Boer
als zijn standpunt naar voren bracht
stond op hoog peil.
Ik ben teveel organisatorisch aangelegd
en beschik gelukkig over voldoende
verstand om te begrijpen, dat het nutte
loos was langer tegen een denkbeeld te
blijven optornen dat door een meerderheid
als Juist werd gezien. Zoo kon ik er vrede
mee nemen, dat de heer Bok daar met
mijn stem kwam te zitten.
Bovendien vraag ik mij af, was het nu
wel zoo verkeerd gezien die gelegenheid
te bieden. Is dit optreden nu wel iets
anders als een faillissement hunner po
ging on te herstellen de fouten door sta
De Voorzitter: L'art de groupsr
les ehiffresl
De heer Biersteker kent slechts
één groepeering van cijfers. Op blz. 120
van de begrooting vindt men een verza-
melstaat, en daaruit blijkt, dat de ont
vangsten en uitgaven thans hooger zijn
geworden, f 76.036, dus de lasten.
Het spijt spr. dat B. en W. te dien
aanzien ook schuilevinkje spelen: ook
B. en W. vinden het jammer, dat de uit
gaven thans weer eenigszins hooger zijn
(dat is dan f 76.000), maar daar moeilijk
aan te ontkomen is. Spr. heeft dit nage-
oljferd, en kwam tot de ontdekking, dat
de opgegeven oorzaak niet Juist ls. Op
Onderwijs zijn sommige posten verhoogd,
andere verlaagd, zoodat ln plaats van
verhooging van Onderwijs er dit jaar een
verlaging ls. Voor wegen en straten is
tusschen 1927 en 1928 een verschil van
f 100. Spr. beeft nagegaan waar de ver
hooging vandaan kwam, deze kwam
voornamelijk ten laste van hoofdztuk IX,
ondersteuning behoeftigen en werkeloo-
zen, verder Reiniging en nog enkele an
dere posten.
Is dat nu een juist aanduiden door de
officieren van bet schip om de beman
ning een juist beeld te geven van den
toestand Is de logica bij het D.B. zoek P
of is het verdoezelen van den werkelijken
toestand, om de bezuinigingen zooveel
mogelijk den kop ln te drukken.
Er is meer. De cijfers van de beeren
Eijlders en Grünwald demonstreeren wat
spr. gezegd heeft. Het verschil in belas
ting is niet f 8000, maar f 12.000, en
daarbij komt nog meerdere winst uit de
bedrijven. Spr. beoijfert een bedrag van
f 76.000. Onze burgerij, minder ln aantal,
zal meer moeten opbrengen f 61.000.
Daarbij laat spr. buiten beschouwing
wat ons nog staat te wachten, ten opzichte
van Grondbedrijf etc., de kosten eener
leening voor het raadhuis, dat thans maar
nauwelijks genoemd wordt. Er zijn ove
rigens nog het slachthuis en het stort
buis. Men moet niet schromen den teer
zorgelijken toestand naar voren te bren
gen en het ware een verdienste geweest
van het Ooilege als het dit maar ronduit
bekend had.
Omdat de toestand zeer zorgelijk is, is
het dat wy met een program naar voren
gekomen zijn om tot versobering te ko
men. Alweer is spr. door de officieren
van het schip teleurgesteld, omdat geen
enkele bezuiniging naar voren is gebracht.
Er wordt ook niet gezegd dat er iets
bezuinigd is. Nu verwijt men den beer
Bok in laatste instantie nog met een Be
zuiniging te zijn gekomen. Het College
ziet den ernst nog niet genoegzaam in.
Er is met dezen Ruad ook niet veel van
bezuinigingen te verwachten. Spr. zal
evenwel steeds het vaandel van versobe
ring omhoog houden.
Het antwoord van B. en W. is eigenlijk
meer van ambtenaarsstandpunt dan van
bestuursstandpunt opgesteld, en als spr.
de samenstelling nagaat, ia dat niets dan
een weerspiegeling van den Raad.
Toen de verkiezing gehouden werd en
spr. de lijst zag der s.d.a.p., dacht spr.
direct, daar heb Je de ambtenaren re-
geering.
Moet lk dat nader aanduiden
GeroepDat zou wel goed zijn I
De heer Biersteker noemt dan de
versohlllende functies op der s.d. raads
leden. De heer Borkert ls ambtenaar ge
weest en thana klein middenstandertje, en
als hij nog lang in de wereld blijft, komt
hij tot een uitspraak die hij persoonlijk
tegen spr. zei dat hij een andere kijk op
het leven krijgt. BUj leert dan meer de
zorgen des levens, en dat Jde utopieën
van verkorting van arbeidstijd niet kun
nen worden toegepast.
Ook de heeren Smits, Eijlders, Trap,
Van Loo zijn allemaal vakvertegenwoor-
digers.
De heer Eijldera heeft ook gezegd dat
de toestand zorgelijk ls, maar dat men
nog niet aan de pensioen korting hoeft
te beginnenhij kan dit van zijn arbei
dersstandpunt niet verantwoorden.
Wij kunnen niet anders dan protestee-
ren. Maar spr. verwacht ook van dezen
raad dat meegewerkt zal worden aan be
zuiniging en steun van onze voorstellen.
Met name van een onderzoek werktijd
van bet administratief personeel. Spr.
wil daar bij de begrooting op terugkomen,
tevens op zijn vragen hieromtrent 't vorig
jaar gedaan. Niemand minder dan Wibaut
heeft gezegd ook voor bezuinigingen te
zijn. (Spr. citeert diens woorden).
Nederland is het land, waar de hoogste
belastingen worden geheven.
GeroepDat heeft Zlmmerman gezegd,
maar het ls tegengesproken.
De heer Biersteker voegt er aaa
toe, dat dit hoofdzakelijk komt van de
hooge gemeentelijke belastingen. Wij van
Gemeentebelang komen in flagranten
strijd met bet standpunt der s.d.a.p. om
maar steeds voort te gaan met de uit
breiding der soc. bemoeiingen die allen
door de burgerij betaald worden. Wij
zijn niet tegen alle aoo. voorzieningen,
maar de uitbreiding der gemeenachapa-
zorg moet tot ataan worden gebracht. De
regeering begint dat ook ln te zien blij
ken» uitlating der regeering, die al tot
belastingverlaging ia gekomen.
De heer Biersteker bespreekt in dit
verband het verschil in standpunt tus
schen de heeren Borkert en de Zwart
en spr. en wijst op een verzuim van den
rapporteur.
De heer de Boer wijst er op dat de
heer Biersteker zelf de punten heeft ge
noteerd, die door spr. zijn uitgewerkt en
serieus opgeteekend.
De heer B i e r s t e k e r spreekt over
de uitlating van den heer B. dat een
zetel in den Raad slechts middel ls, geen
doel. Dat standpunt achten w]j onjuist,
wij vragen ons uitsluitend af wat het
belang der gemeente is in haar geheel. En
altijd komt datzelfde addertje uit het gras
te voorschijn.
Spr. citeert daartoe uit een verslag;
wij vinden het laakbaar, dat men met een
bepaald dogma komt, en het ls onjuist
als de heer Van der Vaart zich beroept
op het devies „verdedig ons en leid".
Uw standpunt is het exclusieve dat
opkomt voor een bepaalde klaaae. Gij
moogt dat devies niet gebruiken, dat
schilderij doelt op allen, die allen hebben
gezwoegd en die hebben niet ala gij, een
dik pensioen. Gij leidt ze niet, maar doet
ze lijden, omdat gij steeds weer verwach
tingen opwekt, die gij niet vervullen kunt.
De heer Borkert heeft de courant
van Gem. belang besproken, ookdeheeren
de Boer en v. Loo, maar gij kunt daarin
geen enkel punt vinden, dat onwaar waa.
De heer de Zwart heeft het roerend
Sehad over den lnnerlljken toestand van
emeentebelang.
Spr. dacht dat de hesr de Zwart minder
naïef was, en zich mat partljaangelegsn-
heden niet zou bemoeien.
Dé heer de Zwart is toch ook vier Jaar
geleden afgedwaald van de partij en weer
ln genade aangenomen Wij hebben ons
daarmede toch dék niet bemoeid, en het
gaat den heer de Zwart niet aan wat er
in onze fractie gebeurt. De heer de Zwart
denke dan eena aan het woord: wat gij
niet wilt dat u geschiedt, doe dst ook
aan een ander niet.
Door de heeren De Zwart, Van Loo
en De Boer is er op gewezen, dat de heer
Bok eerst te elfder ure met het voorstal
inzake de 8'/s °/o kwam, waardoor dit niet
ln het rapport ls gekomen.
De heer Borkert: Het wès ook niet
lollig voor ut
De heer Biersteker. Door de versohll
lende heeren sjjn juist onderwerpen aan»
Sesneden, die niet in het rapport staan.
u maken se ons daar een verwijt van.
bi] de Regeertng krachtig voor ome behin
gen ópkomen.