Felbr. 1926. Ongeveer 14 maandeni late<r kwam de heer Schoeffel'erubeirgen, (tegen de verkiezingen), met zijn klacht, en epr. heeft te Alkmaar aangetoond, dat van het plaatsen eener vaische handteekendng geeni sprake was. Wel zeide men imij, dat ik het niet had moeben cóeni, hetgeen ik beaamde. Was het in het belang dier gemeenite, dat de heer SohoeffeJenlberger na 14 maanden met deze aantijging aankwam? Spr. etapt vani alt onderwerp ai eni zal (thans de begrcotdng 'behandelen. Spr. zet allereerst de geschiedenis uiteen van de behandeling der begrootingen van 1926 en 1926 ondier spr. wethoudieirschaip, om die ledienl van den Raad te doen zien, dat de samenstelling van een begrooting voot het College en voor den) Wethouder van Finan ciën1 in t bijzonder, die voor allee aan sprakelijk wondt gesteld, ook wanneer die ZElkeni niet loopeni zooals men het wenscht, en aan wlen in dien regel wordt geweten die slechte toestand van de financiën, buiten gewoon moeilijk i». Spr. heeft getracht de financiën op de meest zuinige wijze te beheereni, doch kon niet voorkomen, dlait het belastbaar Inkomen vanaf 1921/22 van 11.766.768 gedaald is in 1925/26 tot 9.709.800, dus een verschil van belastbaar inkomen In die jaren van ruim 2.000.000; dat het aantal aanslagen» in 1921/22 met een belastbaar inkomen van 60.950 8701 en in 1925/26 tot 4682 een vermeerdering van de laagste Inkomens met 981, terwijl te hoogere aanslagen zeer be langrijk venminderdfen. Hieruit blijkt, dat de hoogere inkomens steeds geregeld ach- lende zijden gemaakte opmerking beschou wen. Onze gemeeniteaamen bestaan in hoofdzaak uit de groepen! 1. gemeentewerklieden en -ambtenaren. 2. rijkswerlcllieden en -ambtenaren. 3. middenstanders. 4. werklieden in kleine bedrijven. Tte groep middenstanders .kan er op een kleine uitzondering na, niet aan denken een levensverzekering aan» te gaan tot een be drag, gelijk aan gemeente- of rijkspensicen, daarvoor zou de premie te hoog zijn. De groep rijkswerkliedlen en -ambtenaren be talen de volle 8V* pensloenstiorting. De greep arbeiders in de kleinbedrijven (tim merlieden, metselaars eniz.) is helaas meestal aangewezen op de sohriale ouderdomsrenlte. Blijft over de groep gemeentewerklieden en -ambtenaren, d'le, zoo betoogde ook gisteren de heer Van Loo, een goed oestaan nebben, het voorrecht van pensioen hebben, waar van ze zelve slechts 8l/« betalen, terwijl de overige 6 door ae belastingbetalers moet warden) gecompleteerd. Is onze eischi nu zoo onbillijk, als wh de toonem bezien, in) het licht van de loonschaal van het particuliere beöinJjiL- Immers neen. De gemeente-ambtenaar en -werkman ver- dienlö meer dan in heb particuliere bedrijf en hunne salarissen kunnen den toets der ver gelijking met die der rijksambtenaren door staan. Ieder moet de billijkheid van dit voor stel inizieni, als men die zaak onbevooroor deeld beziet. 'En zouden wij, Qemeentebelangers, nu zoo graag dit voorstel' doen, als we weten, dat wij verscheidene personen1 hiermee in ^d^Tttnde tot deze begroeting bm "rj ®v I maar wij zien het zoo, dat onze gemeente o-et het mij van t rt, da mtet langer mag voortgaan met een gedeelte belangrijk tegenvalt. Wanneer ik hoofdstuk 1 uT;_ XII der begrooting na ga, dan bfflfct daar waar^^nS uit, dat de totale, belasting voor 't jaar 1928 I weer lt verhoogd; dus door de burgerij meer moet worden opgebracht en de lasteni dUa weer hooger. Het doet spr. genoegen), dat mem thans met een» voorstel voor recognitieheffing der bedrijven komt. M. de V. Ik vraag mij af, is de raming van de opbrengst der bedrijven» wel met c!« tengewoon zorgelijken toestand' onzer ge meente bezuiniging een gebiedende eisch ls. Dat bedrag is niet zoo gering sis de heer De Zwart het ons wil doen voorkomen, trou wens het is onze plicht alles wat bezuinigd tan worden, te doen geschieden. Een vrouw ls in doorsnee zuiniger dan de man, mis schien ook, omdat ze in haar huishouding in praktijk moet brengen, op de kleintjes te noodige voorzichtigheid geschied of is dit ^^^X^venV^^e^r E00f F begTvootirig ^maker^,j houden, waar zoo vaak onvoorziene en tegenvallers zoodat de generale begrooting, 20.000 van de belastingen en 48.444 van1 de bedrij ven, met 68.444 wordt verhoogd. Onze begrootingen zijn in dei regel niet in de uitgaven in het gezin voorkomen. Is heb niet ook zoo in het groote gezin, de gemeentehulshouding, eni moet niet ieder onzer de dringende noodzakelijk - weg voor den heer v. Breda in 't strijd perk te treden. M. d. V. de zaak komt hierop neer, dut nooit of nimmer door mij is ontkend, dat ik in de R.K. fractie een uitzonderings positie zou innemen. Het is mij op deze plaats meermalen als een fout aange wezen, dat ik eigenlijk te veel naar zeke re kant zou overhellen. Na het gebeurde op 6 Sept. achtte men het noodig eenige zaken openbaar te maken door middel van de Held. Courant van 10 September. Ik heb mij toen bij de geheele bespre king over deze punten stil gehouden om dat ik daarin niets had te zeggen op die plaats. Doch toen door den heer van Breda de opmerking werd gemaakt, idat door het voorstel der Rechtsche fractie te aanvaarden, het nog geens zins vaststond, dat een candidaat van G. B. zou worden gesteund, toen heb ik het woord gevraagd en gezegd: Zoo is het niet. Spr. ontkent niet dat hy voorstander was voor het behoud van het Democra tische blok, doch wij moeten de zaken zien in het lioht waarin zij moeten staan. Doch als de heer v. d. Vaart nu uit de Held. Post gaat oiteeren wat door mij op de vergadering van de Kiesvereeniging is gezegd, en dan aanhaalt, dat het zooeven geoiteerde voorstel op de door zijn partij uitgeschreven vergadering zou worden gedaan, en hij daaraan had toegevoegd1 vorig Demooratisoh bewind zoo schande lijk gemaakt. En de heer Bok moet mij dit nu niet ten kwade duiden als ik zeg, dat hij toch zeker nu ook begint in te zien, dat het aan deze kant van de be stuurstafel gezeten wel gemakkelijk is om aanmerking te maken op de hande lingen door andere gesteld. En al is de wethouder van financiën nu ter elfder uur met een voorstel gekomen tot volle bijdrage der 8i °/0 pensioenbijdragen waarvan ik, voor zoover het de flnantiëele gevolgen voor de betrokkenen betieft, volledig onderschrijf wat door den heer de Zwart hierover is gezegd, vast staat nu reeds, dat mocht deze begrooting zoo als zij nu is ingediend ongewijzigd in stemming komen de vrienden van G. B. er tegen zullen moeten stemmen. Com mentaar is m.i.z. Lier overbodig. De heer Biersteker: Wij Veten allemaal wat het beteekent dat het buiten stormt. Het heeft ook hier gestormd, en als het stormt, tracht men met een schip op de ruimte te komen, om te voorko men dat het op de gronden strandt. Het is de plioht van hen die de leiding heb ben de overige bemanning op te roepen en moed in te spreken. En in het antwoord van B. en W. heeft spr. gemist een aansporing van B. en W. om het ruime sop te kiezen, maar in tegendeel deden zij het schip stranden. Na alle welsprekendheid, is er voor hadden zij ons dat toen gezegd,|dan zouon8 geen reden terug te komen op het ook onze houding anders zijn geweest, I politiek geharrewar. Spr. zal hoofdzake M. d. V. dan geloof ik toch dat ik hem van eenige naïviteit mag beschuldigen. En nog temeer als hij daarop laat volgen dat hij niet begrijpt dat ik dat daar kon zeggen na mijn verklaring op 10 Aug. gedaan. Vergelijken wij nu datgene wat volgens hun eigen verslag in de H. C. op die vergadering ls gezegd, met datgene wat door mij nader werd uiteen» gezet op dis der Kiesvereeniging danPJt demonstreerde duidelijk, dat toen de blijkt, dat 'door rechts duidelijk ls toestand al zorgelijk was en dat de toe gezegd wat zij wilde ten aanzien van den and thans nog J^gehoker iz. 8pr. is lijk vasthouden aan het idee, dat algem. beschouwingen het hart van de begroo ting mosten raken. Financieels toestand der gsm—n te. Met dankbaarheid heeft spr. het betoog oud-wethouder Grünwald gevolgd. van royaal opgezet en ook deze begrootinglis Md g^eMfltVui^veD moeten ww- voor zoover 13c kan nagaan niet royaal. Doch den herzien. het. moet m# van X hart, dat het mlf groote Zle, 'de mkf^nstandOrs over het bezorgdheid geeft en waag Ik nJJ afi waar j ügaa6eTi raet 20 m tegemoet, dat heen moet waar nu deze begrooting mim mwr in zJJ g1en 8en wethouder, verder dat ik dit nogeens heb herhaald, maar, eD nu komt het, uit beide verslagen blijkt, dat ik er geen voorstander van was. Door den heer v. Dam ls reeds uiteen gezet welke redenen er ons toe hebben geleid om aan ona oorspronkelijk voor stel vast te houden. Ik heb het op priji een ton hooger is. Het jaar 1921 is" over het algemeen) niet gunstig geween voor dei handel in onze gemeenite eni vrees ik» dat de Inkomstenbelasting niet het bedrag zal een) schrale ouderdomsverzorging hen wacht, alsmede de groep arbedders in te kleïn-ibe- drijven. Moeten deze groepen nu ook nog mee oontribueeren aan die pensioenen van geven, waarop gekend' wordt Meevallers ^ertteperaoneel? zullen uit deze hegrooüng niet komen. te- De orzer infWOnto(( te Mn, wer hJj. meer waar m. i. de baten uit de bedWjven i I0ndei£ wy m Mer altenteer eenvoudige i^hoog zijn opgevo^. Wystean m.1. dus rijkdom en) aristocratie wonen v"»?ïsSSSt^fn^S?Êsi»«Mn UeE ali®n' «d«nocrlrt*n'" in den M. de V. Het rapport van de Staat j-com- i)eaten, zia vanJ £et woor<j maar laten we nu missie voor te herziening van de financieele toch gouden met dat woord te coquettee- w uïïwMm te rea- het 8®hrulirt, om zich een pluim meenten, weüwa" op den hoed te steken, doch laten wij op- riS^T^nntritii mwnAAwter. ikoroen belang der gemeente, en Spr. vreest, dat de R--o.s.e gemeenten t voor aue gemeentenaren zondier onder van ons itndl wel met het grootste deel zullen gaan strijken en de middel-gemeente woaia En enlrelje ce onze, t het nieest noodig hebben, fedt, dat men het bij verschillende par woBuen afgescheept met een k-emgheid, en .jjgn noodig heeft gevomtem, ons als partij acht^ lk^het dringend noodsakèh^ dat toj/^Gemeentebelar.g" zonder program niet uit te noodigen bU de besprektiigsn. over de wethoudersvertiezingen. meegedeeld, dat ten aanzien van den fin. toestand in alle secties gezegd is dat die beroerd is. Het is frappant, dat B. en W., de officieren van bet schip, aan de be manning van dat schip dit toegeven, maar er zijn symptomen die erop wijzen, dat men verbetering krijgt. En die ver betering betreft dan een vermeende op gesteld dat het levln8 °P bet gebied van winkels, wo- aarT jTwie^erTd A.P. gezonden etc/, SPr' "*t: het iB. fraal- om schrijven door èn den heer v. Dam èn dit al» bewijs aan te voeren als sympto- door mij zou worden geteekend om elk <?en van v,00r"lt8aJn8' teTWW de menschen misverstand te voorkomen. Want ik ver- door omstandigheden moeten verhuizen, klap geen geheim, wanneer ik hier ver-;D" Ia integendeel een symptoom van •tel, dat ook bij ons in de Clubvergade-iachteruitgang als men moet trachten in ring de barometer niet altijd 0p mooiien .ander. gedeelte zijn zaak op te halen weer wijst, al kunnen wij gelukkig daar voorkomen, dat het niet in de H. P, terecht komt, en zoodoende de zaken binnenshuis blijven. Tot zoover dan de feiten welke offici eel zijn behandeld en welke aan alle zij En door den nieuwbouv olijven tal van andere huizen maanden lang leeg staan. Spr. begrijpt niet boe men met een der gelijke verklaring dit goedpraat en wijst er op, dat er symptomen zijn die een achteruitgang demonstreeren (achteruit den kunnen worden bezien. Hetgeen ver-lo°Ee? der ^t'te826 806°6' der is gebeurd, dat ligt geheel, voor mij 119229878, 1928 20128), Dit is althans, in nevelen opgesloten, en daar- een maat»taf: verschillende voor spr. flnantieele omtrent ben ik ook benieuwd Iets meer jjraagkrachtigen zijn vertrokken. Ook,spr. te hooren 1 ba»a" dat eene bevolking in een plaats Ik kan mij niet mengen in de zaken j"1" d® 0D,e wel eeD» kao «ohommelen. welke tusscben den heer Brede en den heer Verstegen zijn afgehandeld. Dat Voorts geeft spr. in overweging, ten Raad een voorstel te dóen om bij de Regee- ring sterk aan te dringen, deze voorgestelde Of dit van een poed standpunt is bekeken en van ruimen blik getuigt, wil' ik au maar bulten beschouwing latent maar dan wil1 lk wijziging van de Gemeentewet zoocanig te even zeggen, hoe wij onzen plicht als raadls- wfizigea, dat belastingen kunnen worden 'eden zien, die zich slechts ln enkele wootr- geheven van Zaken of Inrichtingen, geves-ten laat samenvatten, tigd» in» de gemeente, waar de winst wordt„Naar eigen eer en geweten: en» met verkregen. Zooals het nu is worden in ver-1 groote rechtschapenheidl de raken bezien. schillende gemeenten, zocals ook hier, groote filialen gevestigd!, well e beflugntjkt winsten» maken en niet in de lasten der ge meente bijdragen. Spr. heeft met genoegen de redie van» der heer De Zwart gehoord die weder reservet maken wil voor te bedrijven. Reeds tn 1926 heeft spr. een dergelijk voorstel gedaan, men liet hem' echter alleen staan; en te tijd zal uitwijzen, dat lk gelijk had1. De heer De Zwart wil het een en ander, maar moet er te bronnen voor aanwijzen. Spr. leest voor uit te notulen van 1926 betreffend1© te bedrijifsroolltiek. We hebben de taxatie van het Grondbedrijf nog niet, die zal straks misschien tegenvallen, en dat •moet weer uit de belastingen fcotmen. WJJ e;.aan aan te spits hiermee en spr. vreest voor de toekomst van onze financiën» Aan de 60.000 die we zouden krijgen uit de eventueele ultbeering» hebben we niets, en spr. zou genegen zijn aan de zijde van den heer De Zwart te staan. Bloemertfïaali krijgt per inwoner ruim' 4, wij: maar f 2.31, cat is ook onbillijk. Spr. geeft B. en W. in over weging bij de peering aan: te drlngeni, en indien dat niet helpt, dien Raad in» overwe ging geven mede te helpen tot verbetering te komen. Mevrouw 'Dekken—Klik neemt den handschoen op voor de partij „Gemeente- belangd' en zet dlaarvan doei en strekking uiteen. ZdJ is opgericht om aan de voort schrijdende verhoogte uitgave paal en perk te stellen en haar werk is in hoofdzaak pre ventief. Een van de punten ls de pensioen)- premieheffing van 81/» Dit voorstel is geenszins vergeten, zooals men het doet voorkomen, Spr. meende, dat het voorstel van dien heer. Schoeffeienberger, dat een wijziging van ons voorstel gaf, voldoende aanleicirg tot besprekingan over dit punit zou geven. Een en ander zij mij' voor ten volgenden keer een waarschuwing. Dat mijnheer De Zwart dit reten genoeg vindt, om aan onzen ernst en minder goede voorbereiding van dit punt te twijfelen, zal hij lm zijn hart wel niet ineenen. Doch eveniate men in den feilen' verkle- zlngsstrM tegen mijl meende te moeten uit spelen, dat ik voor de huisvrouwen een: on schuldig onitwLkkdingsrelsje (de vrouwen kunnen nu eenimaai hun: uitstapjes niet voor zakenreisjes doen dóórgaan) werd aange merkt als strijdig met het belang der ge- Bb—Eute, zoo uü ik ook deze vea wKfatir terwljl men alleen' aan' zichzelf verantwoor ding is verschuldigd» voor rijn daden". Het beheer der gemeenite heeft geen poli tiek program noodig. 'Evenmin mag bij benoemingen politieke veestverwertschap een factor zljni, die bij de beooiteeling der cand!daten» een woordje meespreekt, doch mag alleen de overtuiging ons leiden, dat wJJ alleen bekwaamheid1 en geschiktheid als maatstaf voor eene benoe ming ini gemeentedienst laten gelden. En lk spreek hierbij' tem wensch uit, dat men na afloop van deze zittingsperiode vol mondig zal' kunnen getuigeni. dat wij. ook zonder politiek program die belangen1 dér ge meenite ln het oog hebben gehouden». Wij vragen: eerlijke samenwerking, met respect voor elkanders beginselen, tot beil vao onze gemeenite. Onvolledigheid AJg. Rapport De heer Smits zet allereerst een door den heer van Dam gedane opmer king recht ten opzichte van het niet op nemen in het Alg. Rapport van enkele vragen. De heer de Zwart heeft het rap port met zooveel voortvarendheid ge maakt, dat het al was ingediend voor wij, de rapporteurs, ervan wisten. Spr. wil de heer de Zwart daarvan gee® verwijt maken bet ware misschien beter geweest dat wij eerst het schema hadden gezien. Nu men spr. bij de wethoudersverkiezing met de haren heeft gehaald is hij verplicht op een en ander nader ln te gaan. W erthou dersverklexlng. Waarover ik mij bij het aanhooren der ln deze dagen geuitte beschuldiging steeds in hooge mate heb verwonderd, is wel het feit, dat men zoo lang kon wachten om te zeggen dat men iets niet goed keurde, en spr. begrijpt niet, waarvoor het nu noodig was ruim 6 maanden te wachten om te komen vertellen, dat men de houding van den heer van Breda en naar ik meen onverdiend van mij, inzake de Wethoudersbenoeming ten sterkste moest afkeuren. Door den heer v. d. Vaart is op kalme en zakelijke wijze uiteengezet, boe hij en zijn partjjgenooten deze kwestie bezien Ik hoop ook op dezelfde manier mijn houding vast te leggen en die inlichtin gen te verstrekken waarop men recht heeft. Het ligt natuurlijk niet op spr.'B van de be stuurstafel is niet houdbaar, er zijn nog steeds symptomen van achteruitgang. De heer De Zwart: Vergelijkt u de zuivere inkomens. De heer Biersteker heeft ook die cijfers: f 16.241.000 verleden Jaar, en f 15.100.000 dit jaar. Er is reeds op gezinspeeld, dat de re geering hier verschillende zaken weg neemt waarvoor niets in de plaats komt. De nieuwjaarsrede van den voorzitter had een andere toon dan die van het Verslag. Het is bekend, dat ook de laat ste stelling van het loodswezen gaat ver dwijnen. Datzelfde geldt ook voor verdere inkrimping van het wapen der kustartil- lerieer is zelfs sprake van dat het heele wapen zal verdwijnen pp één compagnie na. Daar staat tegenover, dat de lasten hooger worden. Spr. is benieuwd naar de beantwoording van de cijfers des hee- ren Eijlders. Belastbaar ln kamen. L Het was alweer de heer Grünwald, kunnen zij alleen ophelderen. Doch on-.dle dit naar voren bracht. Weet men, omstootelljk staat vast, dat wij in de j boe dit thans ls Verleden jaar was hst waan verkeerden (tot op 't laatste'^ 8-700.000; thans, voor zoover bekend, o o g e n b 1 i k) dat de partij der 8. D. A. P.f du ,,600,000 ach" teekenen gaf te willen bijdraaien en met - -- 8 an pun ons voorstel mee zouden gaan. Hoe anders te verklaren, dat wij juist den heer van Breda afvaardigden? Daarmede is dan ook verklaard waarom ik 's middags voor de vergadering tegen den beer v. Loo in alle oprechtheid kon zeggen, dat op dien avond de offlciëele beslissing zou vallen, omdat de S. D. A. P. zich des avonds zou uitspreken. En zoo vast waren wij er van overtuigd, dat alles volgens de overeengekomen afspraak kon gaan, dat wij lijstjes klaar hebben gemaakt, waarop de indeeling voor de commissiën zoo waren gesteld, dat de beer Bok in die van de gasfabriek en de heer de Boer in die voor onderwijs was onder gebracht. Kortom, alles wees er op, dat wij eerlijk en oprecht handelden. Wat nu door anderen is gezegd namens mij, mijnheer de voorzitter, daarvan kon mij niets ten laste worden gelegd en of dit is gebeurd, weet ik bovendien ook niet. Doch m. d. v. na deze in volle waar heid gegeven toelichting, tart ik een ieder te bewijzen, dat ik of door woord of daad aanleiding heb gegeven om zelf te ver moeden, dat ik door te handelen zooals ik deed mijn woord tegenover wie ook zou hebben gebrokeu. Ik deed dat niet in 't verleden en hoop dit ook in de toekomst steeds gestand te doen, tegenover wie ook. Men zal mij nu kunnen vragen hoe ik van beslist tegenstanderzoo kon veranderen. De heer Van Loo gaf daar al antwoord op, door te zeggen .maak je nu niet ongerust, het is met de democratie van Smits nog niet zoo erg*. Het is volgens hem blijkbaar surrogaat I M. d. v. het zij zoo, dooh als de heer v. Loo zich ook maar voor een klein ge deelte kon opwerken tot de hoogte waarop gisteravond de heer de Boer zich bevond, toen hij zijn verklaring gaf over Vrijzinnige Democratie, dan zou hij zoo niet «preken. Men kan het er mede eens zijn of niet, doch wat de heer de Boer als zijn standpunt naar voren bracht stond op hoog peil. Ik ben teveel organisatorisch aangelegd en beschik gelukkig over voldoende verstand om te begrijpen, dat het nutte loos was langer tegen een denkbeeld te blijven optornen dat door een meerderheid als Juist werd gezien. Zoo kon ik er vrede mee nemen, dat de heer Bok daar met mijn stem kwam te zitten. Bovendien vraag ik mij af, was het nu wel zoo verkeerd gezien die gelegenheid te bieden. Is dit optreden nu wel iets anders als een faillissement hunner po ging on te herstellen de fouten door sta De Voorzitter: L'art de groupsr les ehiffresl De heer Biersteker kent slechts één groepeering van cijfers. Op blz. 120 van de begrooting vindt men een verza- melstaat, en daaruit blijkt, dat de ont vangsten en uitgaven thans hooger zijn geworden, f 76.036, dus de lasten. Het spijt spr. dat B. en W. te dien aanzien ook schuilevinkje spelen: ook B. en W. vinden het jammer, dat de uit gaven thans weer eenigszins hooger zijn (dat is dan f 76.000), maar daar moeilijk aan te ontkomen is. Spr. heeft dit nage- oljferd, en kwam tot de ontdekking, dat de opgegeven oorzaak niet Juist ls. Op Onderwijs zijn sommige posten verhoogd, andere verlaagd, zoodat ln plaats van verhooging van Onderwijs er dit jaar een verlaging ls. Voor wegen en straten is tusschen 1927 en 1928 een verschil van f 100. Spr. beeft nagegaan waar de ver hooging vandaan kwam, deze kwam voornamelijk ten laste van hoofdztuk IX, ondersteuning behoeftigen en werkeloo- zen, verder Reiniging en nog enkele an dere posten. Is dat nu een juist aanduiden door de officieren van bet schip om de beman ning een juist beeld te geven van den toestand Is de logica bij het D.B. zoek P of is het verdoezelen van den werkelijken toestand, om de bezuinigingen zooveel mogelijk den kop ln te drukken. Er is meer. De cijfers van de beeren Eijlders en Grünwald demonstreeren wat spr. gezegd heeft. Het verschil in belas ting is niet f 8000, maar f 12.000, en daarbij komt nog meerdere winst uit de bedrijven. Spr. beoijfert een bedrag van f 76.000. Onze burgerij, minder ln aantal, zal meer moeten opbrengen f 61.000. Daarbij laat spr. buiten beschouwing wat ons nog staat te wachten, ten opzichte van Grondbedrijf etc., de kosten eener leening voor het raadhuis, dat thans maar nauwelijks genoemd wordt. Er zijn ove rigens nog het slachthuis en het stort buis. Men moet niet schromen den teer zorgelijken toestand naar voren te bren gen en het ware een verdienste geweest van het Ooilege als het dit maar ronduit bekend had. Omdat de toestand zeer zorgelijk is, is het dat wy met een program naar voren gekomen zijn om tot versobering te ko men. Alweer is spr. door de officieren van het schip teleurgesteld, omdat geen enkele bezuiniging naar voren is gebracht. Er wordt ook niet gezegd dat er iets bezuinigd is. Nu verwijt men den beer Bok in laatste instantie nog met een Be zuiniging te zijn gekomen. Het College ziet den ernst nog niet genoegzaam in. Er is met dezen Ruad ook niet veel van bezuinigingen te verwachten. Spr. zal evenwel steeds het vaandel van versobe ring omhoog houden. Het antwoord van B. en W. is eigenlijk meer van ambtenaarsstandpunt dan van bestuursstandpunt opgesteld, en als spr. de samenstelling nagaat, ia dat niets dan een weerspiegeling van den Raad. Toen de verkiezing gehouden werd en spr. de lijst zag der s.d.a.p., dacht spr. direct, daar heb Je de ambtenaren re- geering. Moet lk dat nader aanduiden GeroepDat zou wel goed zijn I De heer Biersteker noemt dan de versohlllende functies op der s.d. raads leden. De heer Borkert ls ambtenaar ge weest en thana klein middenstandertje, en als hij nog lang in de wereld blijft, komt hij tot een uitspraak die hij persoonlijk tegen spr. zei dat hij een andere kijk op het leven krijgt. BUj leert dan meer de zorgen des levens, en dat Jde utopieën van verkorting van arbeidstijd niet kun nen worden toegepast. Ook de heeren Smits, Eijlders, Trap, Van Loo zijn allemaal vakvertegenwoor- digers. De heer Eijldera heeft ook gezegd dat de toestand zorgelijk ls, maar dat men nog niet aan de pensioen korting hoeft te beginnenhij kan dit van zijn arbei dersstandpunt niet verantwoorden. Wij kunnen niet anders dan protestee- ren. Maar spr. verwacht ook van dezen raad dat meegewerkt zal worden aan be zuiniging en steun van onze voorstellen. Met name van een onderzoek werktijd van bet administratief personeel. Spr. wil daar bij de begrooting op terugkomen, tevens op zijn vragen hieromtrent 't vorig jaar gedaan. Niemand minder dan Wibaut heeft gezegd ook voor bezuinigingen te zijn. (Spr. citeert diens woorden). Nederland is het land, waar de hoogste belastingen worden geheven. GeroepDat heeft Zlmmerman gezegd, maar het ls tegengesproken. De heer Biersteker voegt er aaa toe, dat dit hoofdzakelijk komt van de hooge gemeentelijke belastingen. Wij van Gemeentebelang komen in flagranten strijd met bet standpunt der s.d.a.p. om maar steeds voort te gaan met de uit breiding der soc. bemoeiingen die allen door de burgerij betaald worden. Wij zijn niet tegen alle aoo. voorzieningen, maar de uitbreiding der gemeenachapa- zorg moet tot ataan worden gebracht. De regeering begint dat ook ln te zien blij ken» uitlating der regeering, die al tot belastingverlaging ia gekomen. De heer Biersteker bespreekt in dit verband het verschil in standpunt tus schen de heeren Borkert en de Zwart en spr. en wijst op een verzuim van den rapporteur. De heer de Boer wijst er op dat de heer Biersteker zelf de punten heeft ge noteerd, die door spr. zijn uitgewerkt en serieus opgeteekend. De heer B i e r s t e k e r spreekt over de uitlating van den heer B. dat een zetel in den Raad slechts middel ls, geen doel. Dat standpunt achten w]j onjuist, wij vragen ons uitsluitend af wat het belang der gemeente is in haar geheel. En altijd komt datzelfde addertje uit het gras te voorschijn. Spr. citeert daartoe uit een verslag; wij vinden het laakbaar, dat men met een bepaald dogma komt, en het ls onjuist als de heer Van der Vaart zich beroept op het devies „verdedig ons en leid". Uw standpunt is het exclusieve dat opkomt voor een bepaalde klaaae. Gij moogt dat devies niet gebruiken, dat schilderij doelt op allen, die allen hebben gezwoegd en die hebben niet ala gij, een dik pensioen. Gij leidt ze niet, maar doet ze lijden, omdat gij steeds weer verwach tingen opwekt, die gij niet vervullen kunt. De heer Borkert heeft de courant van Gem. belang besproken, ookdeheeren de Boer en v. Loo, maar gij kunt daarin geen enkel punt vinden, dat onwaar waa. De heer de Zwart heeft het roerend Sehad over den lnnerlljken toestand van emeentebelang. Spr. dacht dat de hesr de Zwart minder naïef was, en zich mat partljaangelegsn- heden niet zou bemoeien. Dé heer de Zwart is toch ook vier Jaar geleden afgedwaald van de partij en weer ln genade aangenomen Wij hebben ons daarmede toch dék niet bemoeid, en het gaat den heer de Zwart niet aan wat er in onze fractie gebeurt. De heer de Zwart denke dan eena aan het woord: wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dst ook aan een ander niet. Door de heeren De Zwart, Van Loo en De Boer is er op gewezen, dat de heer Bok eerst te elfder ure met het voorstal inzake de 8'/s °/o kwam, waardoor dit niet ln het rapport ls gekomen. De heer Borkert: Het wès ook niet lollig voor ut De heer Biersteker. Door de versohll lende heeren sjjn juist onderwerpen aan» Sesneden, die niet in het rapport staan. u maken se ons daar een verwijt van. bi] de Regeertng krachtig voor ome behin gen ópkomen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1928 | | pagina 6