dienst weer vooruitgaat. Voor d«m r-Hto
ophaaldienst hebben wy toch ook weJn te
trijgen, «en rijksbijdrage. Dat nog zoo velen
bleven. na de retributie, verheugt spr." en
er ia nu weer toename. Het beiastirgibeta-
en aan de pb&tkantoren; waar men soms
SS {SSSm-™^ ïeeft *rcote
Spr. boroleit hancbavinig van den post. Men
l*1"80™511' °P wachtgeld
ÏSf t he.t®e<)n ook ^n belangrijk bedrag
vormt. Laat men1 de letributLeheffing nu
"®aar lanK telt:en d'oorwerlken
en ööenst nog hiandlhiaiveiK
iTi'^nd^ iP061" 8tellt' V00r diit P™11
Ï^mSS? van Fin' OommlMe
(v^lijlkheid'h^Met alg. beschouwingen zijn
u U er niet; wijl moeten positief kunnen! zteg-
eI 7a] en niemand! 'kan
dat thans. Spr. beeft de zaak onderzocht,
niaar zou werkelijk niet weten of het voor-
hef f tui 18 V°°r die ^e^enlte hem op te
De beer Smits Verleden jaar deed! de
heer Gruwwald1 toezegging eventueel met
voorstellen te zullen komen*, nu .wil hij. den
dienst handhaven.
De heer Grunwald is in dezelfde lijm
gebleven van zijn vorig betoog.
De heer Smits: Het is toch eigen-
aardig dat hJet voorstel nooit gekomen is.
Bij de retributie-voorstellen' heeft spr. ge
wezen op waarschijnlijke toezegging. Dat
is nu gebieflcem. Nu loopt het weer even
omhoog. De heer Srnüts zou den dienst niet
gaarne missen), en spr. vindt het voorstel-
De Boer niet zoo d'waas. Dan kan de zaak
onderzocht worden. Met die retributies is
de zaak niet te redden. Laat men de zaak
dit jaar In stand houden en naar de Fin.
Commissie zenden. Dat is «beter dan haar
den hals omdraaien. 1
De heer Van D a in Iedereen begrijpt
dat stopzetting niet aanstonds bezuinigin
gen geeft. Verleden jaar is toch toezegging
geiaan omtrent voorstellen tot stopzetting.
We hebben geen voorstellen gehadi, hoewel
bet aantal deelnemers tot de helft is terug-
geloopen. In. remvoyeeren naar eene com
missie ziet spr. geen heil. We hebben de
resultaten nu «gezien, leder heeft zijn mee
ning erover. Spr. is voor opheffing.
De heer Bok beantwoordt de verschil
lende sprekers. De opmeriklng van den heer
De Zwart is juist, maar spr. Is niet over
tuigd. Van den Meer Grunwald' staat spr.
paf. Toen spr. hier optrad, begreep hij niet
waarom de heer Grunwald niet met een
voorstel was gekomen tot opheffing, bij
zulke slechte resultaten. Spr. meent, dat
het wel meer zal acbteruiitloopen. De dienst
is niet oonulalr, er is hier overal gelegen
heid, ook op het posikantcor te betalen.
Spr. Is overtuigd, dat het jaarlijks meer zal
kosten.
De heer Grunwald staat paf van den
moed des wethouders om aan spr. dit woord
toe te wegen. Spr. is zeer zacht geweest
ln zijn betoog. Spr. heeft gezegd, dat als
het niet dringend noo.dig was hij den dienst
wensebte te behouden.
Maar de heer Bok stond verleden Jaar in
een heeleboel dingen naast mij. Spr. is in
de lijn gebleven van verleden jaar en het
gaat niet aan hem nu verandering ten laste
te leggen. Het is jammer, dat de heer Bok
dit reide. Er heb verleden jaar de zaak door
de retributies gered. De belastingbetaling
ten postkantore is zeer lastig voor het
publiek. Als de zaak riet populair ls, moet
zij opgewerkt worden, wij hebben van de
regeering toch ook wat gedaan gekregen bij
den rijksinningsdienst. Als wf) den dienst
opheffen, zijn we dien voorgoed kwijt.
De heer DeZwart: De heer Bok geeft
toe een foutieve berekening te hebben ge
maakt De heer Bok doet het voorstel uit
een oogpunt van bezuiniging, maar als dit
wordt aangenomen, moet de begrooting met
8000 4000 verhoogd worden. In de
eerste 10 jaar is van geen bezuiniging
sprake.
De heer Eljlders: En er zijn vaca
tures!
De heer D Zwart: Die zijn er niet!
Laat de wethouder dan maar eens uitre
kenen wanneer wij tot bezuiniging komen.
Het voorstei-Bok komt in stemming. Ver
worpen met 18—8 stemmen. Vóór de leden
Van der Veer, Van Os, Eijlders, Van Dam,
Biersteker, Mevr. Dekker, Woud' en Bok.
Het voorstel-De Boer om de kwestie naar
de Fin. Commissie te zenden; wordt aan
genomen.
Vergadering van Woensdagavond.
Afwezig bdj den aanvang de heeren) Bier
steker en GninwB'M (met kennisgeving!).
Aan de orde is allereerst:
Onderwas.
Voorstel om school 3 af te staan aan de
Heldersche Schoolvereeniging.
De heer Van Dam «betreurt het*, dat
dessen avond hieromtren/t eenie «besussing
moet genomen worden, we weten nu nuet
wat we doen moeten. Spr. heeft het gevoel
alsof we 'hier maar te aanva^den hebben
wat in cite -machinekamer van het schip is
klaargestoomd;. Aanvaardt de Comenius-
schooi deze school? Wat zijn de kosten voor
een «bijbouw van een lokaal? D«e'bezwaren
ton opricht© van de openbare sc^00]'fe^®"
voor deze toch' ook. Spr. méént,
te veel' op de belangen van het openbaar
onderwijs heeft g«M.
De her D e NijsHet doet «pr. genoe
gen, d:u de heer Van Dam de zaak b»stu-
foerd hoeft. Dat deed ook onze commiss e.
Wij hebben bat bijzonder ondjrvjs niet
ïcSwwaidH bij het ander, 'het betreft hier
niet speciaal onderwijs voor deze men
ie-hen, maar „het" onderwijs het a ge
meen. De Cie. van Bijstand meende, dat er
voldoende 7-klasslge schoten ril^ er ls
geen enkele reden waarom de schooi mb de
Middens.raat met voldoen-© is. Deafstand
i„ vnn_ rjiA v. Bijst. geen bezwaar, dat
V"ÜS!™-
kanTlschen den middag overblijven. Als
ouders voor zich een bijzondere school op-
eischenv moeren zij toch ook de lasten daar
voor dragen. Aan een niéuwe school zijn
ontzag'ijke kosten verbor.-en voer ce ge-
mieenite. Ware ex geen andere oplossing
moge 1 ijkdian hadden wy daar overheen ge
stapt De ComeniuaBdhool krijgt een schit
teren-© school, die alleen wat uit het cei>
trum staat.
De heer De Boer meent, dat de ge
meente den «plicht heeft te zorgen goed'
ondierwijs te geven. Aan school a, die thans
beschikbaar is, bestaat die gelegenheid, ook
voor slöjd-arbeid,, «beter d'an aan de tegen
woordig© schooi Ook is er nog een stuk
grond by voor eventueel© l'khaaimsoefeniin-
geni De gemeente doet dus haar plicht als
rij deze school afstaat. De ligging der school
heeft met kwaliteit van onderwys niet te
'maken. Een vroegen© opleidingsschool voor
de H-B.8. (Hoofdgracht!) lag ook niet in
het centrum, «eni «er rijn nimmer bezwaren
tegen, gehoord; Deze «school is nog wel wat
ongunstiger gelegen, maar dat is slechts
een gradueel' verschil'.
'Mevr. D e k k e rK lik vindt de ma
nier, waarop de heer De Nys spreekt van
„die menschen1" niet zeef welwillend!, en zal
op dien toon niet ingaan. Blijkens1 de by-
lage wordt bier met «twee maten gemeten.
Spr. ontraadt op het voorstel in te gaan,
omdat de Sohoolver. dan toch in hooger
beroep gaat. Beter is het tot eene schikking
te komen.
De heer Smits: De zaak,Is rijpelijk
gewikten gewogen), en we zijn niet «ten
genoeg© der Vereen!ging geslaagd. Dat
moeten w© erkennen: de school' ligt niet in
het oentrum der stad'. Het bijzonder onder
wijs moet zich voor baar beginselen opof
feringen getroosten), d!at doen de katholie
ken ook voor hun school. Er zal «nimmer
een zoodanig punt kunnen worden gekozen
voor die Comeniusschool, dat afdoend; is
en bevredigt. Steeds heeft mem toch kin
deren uit andere gedeelten der stad. Spr. is
het met mevr. Dekker eens, dat het beter
ls maar een redelijke oplossing te streven,
maar die kosten ziullen zeer hoog zijn. Daar
om heeft spr. er bezwaar tegeni Er «blijft
dan slecht» de keus tusschen West- of Mid
denstraat. r
D© Voorzitter ontkent, dat hier ge
meten is met «twee maten. De Comenius
school kreeg een zeer behoorlijk© school, en
onze openbare scholen zyn doelmatig over
de stad. verdeeld1. Omcat de Comeniusschool
uitbreiding wil, zou het openbaar onder-
wys maar weer uit zyn verband moeten
worden gerukt. De Comeniusschool heeft
behoorlijk onderdak. Zy moot dan maar
geen meerdere leerlingen aannemen als er
geen plaats is. Da«t moeten wij óók doen.
Wy hebben de school aan den Kanaalweg
erby aangeboden, d'an had men twee scho
len. Dat werd te kostbaar, omdat er twee
hoofden moedig waren. En mu zouden wy
nnze school aan de Weststraat terwiile van
de Comeniusschool maar moeten verplaat
sen. Een nieuwe school wordt een kostbare
geschiedenis Er is maar één. school, die
wy kunnen missen, dat is de school aan den
Ouden Helder. Van meten met twee maten
is geen sprake.
Mevrouw D e k k e rK1 i k heeft niet
gezegd1, dat het openbaar onderwys zich
maar redden moet. Spr. wil' niet verdacht
worden een bepaald gedeelte van de bevol
king te bevoordeelen. Wy« kunnen ln de
Comeniusschool niet blijven, omdat wy een
7e leerjaar noodig hebben. Nieuwbouw
wenscht de Vereeniging niet, tenzij' men
niét «tpt een schikking wil komeni
De Voorzitter: Men kan het 6e en
7e leerjaar in één lokaal plaatsen. En de
bedoeling bij de oprichting der Comenius
school was hoogstens 80 leerlingen per
klasse.
De heer V a n D a m wijst er op, dat het
College tot de conclusie was gekomen, dat
een 7e leerjaar afzonderiyk noodig was.
Dus de Voorzitter komt nu weer terug op
een oude conclusie. „Lief en leed' voor het
bizonder onderwijs moet men dragenT, zeide
d© heer Smits.Maar een andiere kwestie is
of de overheid aan een ander leed moet op-
lieggea Die kwestie van overbleven op
school heeft er niet mee te maken „Waar
om moet 'het openbaar onderwijs uit zyn
oude rechten gestooten worden/?" Dat wijst
op een byzondere plooi in de red'eneering.
Maar wy hebben precies diezelfde rechten,
al rijn ze lang miskend'.
De heer Verstegen: Maar sedert is
de wet gekomen en alles veranderd!
De «heer Van Dam: As men« spreekt
van oude rechten),- riet men die zaak onzui
ver. Spr. ïs geen voorstander van ©en- stan
denschool, maar men moet Ieder ten voile
tegemoetkomen D© bezwaren, die voo* het
openbaar ondierwijs gelden, gelden ten volte
voot deze ex-centrische school voor het bi
zon,dier onderwijs. Het ls moeilijk uit te
maken, d© wet zegt hier riiets over.
D© heer Verstegen: En daarom ligt
het ook buiten die sfeer van den inspecteur.
De heer V a n D a m heeft den« inspecteur
in 't geheel niet over deze zaak gesproken.
De Voorzitter: «De Comeniusschool
moest aanitoonen; dat een 7e klasse noodig
was, en heeft dat) gedaan Maar als men zich
een beetje wil beperken in zyn propaganda,
en de uitzetting niet in d'e hand werkt, be
hoeft zy ons nieit «te hinderen. Het zou toch
niet aangaan als wy een school nood'ig had
den diat we de katholieken1 zouden dwars
zitten Wy moeten, zonder groote kosten
te maken, het openbaar onderwys onrecht
aandoen, en daartegen komen «wij; op.
De hejr D e B oer repliceert,. De schóól
Oudé Helder 'is d'e eertlige, die wy kun
nen missen. De oudé Normaalschool biedt
geOegenMÜ aan d© Comeniusschool, zich in
allé richtingen uit te léven De inspecteur
is in rijn advies te ver gegaan; hit heeft
alteen te zeggen of de betrokken school ge
schikt is voor het onderwys en hij heeft
andere dineren gezegd, die niet «tot zijn com
petentie behoorem
Het voorstel van B. en W. om medewer
king te verteenen aan het Bestuur der Hel
dersche Schoolvereeniging door het afstaan
van het bovengedeelte van het schoolge
bouw aan de Schoolstraat, onder voor
waarde, dat het thans by de Vereeniging in
gebruik zijnde schoolgebouw aan d'e Vla
mingstraat weder aan de Gemeente wordt
afgestaan, komt ln stemming en wordt aan
genomen met 16 tegen 2 stemmen. Tegen
de heer Van1 Dam en Mevr. Dekker—Slik.
j
Voortgegaan wordt hierna met de behan
deling den
Begrooting.
Zonder dlsoussie of stemming worden
achtereenvolgens vastgesteld de begrootin
gen van
Arbeidsbemiddeling.
Burgerlijk Armbestuur.
Algemeen Weeshuls.
Gezondheidscommissie.
Gemeentelijk Pensioenfonds.
Armenraad.
waarna men genaderd! is aan d© eigenlijk©
begroeting. Door B. en W. was «medege
deeld in toet prae-advies, dak. omtrent d©
verschillend© ingediende motie® enz. was
verschenen/, «en dat un onls volgend nummer
wordt opgenomen, dat vooraf déze motie®
enlz. zouden worden behandeld.
Dientengevolge komt allereerst in behan
deling het voorstel van wethouder Bok be
treffende d©
87t pensioenpremie.
R en W. deelen hieromtrent mede, dlat
dit voorstel döor, den wethouder zelf zal
worden toegelicht.
De heer Bok: Nadat «spr. gisterenavond
zyn. voorstel verlóren heeft, zal men het
wat gewaagd vinden als hy nogmaals met
©en dergelijk voorstel «komt, temeer na wat
hierover by de al«g. beschouwingen reeds is
gezegd. Niettegenstaande dlat handhaaft
apn zy«n voorstel, dat al in« d© Cie. v. d.
Fin. werd besproken., en in de fractie van
„Gemeentebelang". Door een samenloop
van omstandigheden ïs het niet behandeld
by d© secties. Spr. heeft het voorstel hoofd-
zakedyk op ibdIl!ykheidsgronden, ingediend,
om-dét we hier hoofdzakelijk bestaan uit
ambtenaren en werklieden. Waar van
zekere zijtde altydi gesproken wordt van
zekere rechten, ia dit toch ook recht. Het
loon van een gemeentewerkman en -amb
tenaar is hier goed. Ze verschillen niet zoo
veel met het rijk. Er zijn in de gemeente
tal van particulieren, wier salaris veel ge
ringer ls en positie niet vast En omdat de
gemeente-ambtenaren een vaste positie
hebben, acht spr. het onbffiyk, dat de par
ticulieren moéten betalen aan deze pen
sioenen. In de Commissie was men tegen
de voorstellen; d© organisaties zouden er
altijd tegen zijn, zeiden ze, in de hoop ook
voor het Ryk weer premievry© nensloenen
'te kry'geni.
Spr. ontwikkelt nog andore motieven,
een dér belangrijkste is de verbetering
onzer financieel© positie. Gisterenavond is
tot spr. teleurstelling een voorstel verwor
pen. D© uitgaven voor dé gemeente moeten
zooveel mogelijk beknot worden, nu is dit
wel een inkomst, maar het resultaat is het
zelfde.
De heen* V a n O s heeft met deze ..zooge
naamde" democratische overmacht niet veel
idéé ln het aannemen van dat voerrte! en
gaat op Interrupties van den heer Borkert
nader in.
Spr. beantwoordt de opmerkingen van
den heer Smits Inzake dé indeeling onzer
gemeente. Wy 2©udén ln onze particuliere
bedrijven, óók wel een betere indeeling wil-
'en maken, maar men kan' het niet betalen.
Voor een gemeente wordt het uit de alg.
kas gehaald. De omliggende gemeenten met
een lagere loonklasse Men het werk uit de
gemeente weg.
De heer D e N ij s vindt het verkeerd om
twee dagen vóór de vergadering met een
dergelijk voorstel te komen. Omgekeerd,
als de gemeente-ambtenaren vroegen op
een dergelijk kattebelletje om verhooging,
zouden zdj worden uitgelachen. Het voor
stel is ook niet in de sectie® geweest; wij
krijgen nu twee dagen tevoren dit voorstee
(in strijd met het reglement van orde) van
den wethouder van flnantlën. Wat heeft
die er nu mee te maken?
„Op al deze grond erf" beveelt) dé heer
Bok het voorstel aan. Ik heb geen enkele
grond trehoord. Alleen dé biinykheid'. Wat
is bffljfc Is het billijk, dat men
van een loon van 30 kort? Is dat een bil
lijkheid? Welk een motiveering! In het
GeoTigan. Overleg ls ddt aldus weerlegdi: van
bestuurszijde is niet gezegid, dat het rijks
personeel niet mocht opponeeren. Spr. zet
dit recht
(De heer. Biersteker komt ter vergade
ring).
Omdat er een tekort was van 8000.
werd het oordeel van d© Cie. gevraagd om
trent de volle pen&ioenheffing. In het G. O.
werden ongeveer dezelldte argumenten te
toerde gebracht van Maart 1927. Uit de cij
fers is gebleken, dat er geen) tekort van
8000, maar een overschot van 23.000 is.
Men dient met het G. O. rekening te hou
den, en men moet van verdere pogingen
afzien om tot den maatregel te komen.
Is hét billijk de 6 te verhalen? Zoolang
de adviezen van heb G. O. gevraagd zyn,
heeft het altijd gegaan, om de tekorten op
dé begroeting. Dat was ook «by het rijks
personeel' bet geval. Er waa een groot gat,
zei Colyn, Cb bleek, dat biet er nooit ge
weest was), en) bet was d'an ook niet vol te
hóuden daarop eeni loonsverlaging door te
voeren. Toen wierp inen het o«p «den eoon.
toestand; de heer Van Dam deed dat hier
al vroeger, werd' toen bestreden door dén
heer Minnes.
Spr. is het met dien' heer Van Dam ©en®
betreffend© de waarde van indexcijfers. Nu
hecht spr. niet zooveel' waarde aan de
iindexcylfers van het Centraal Bureau, hij
«neemt liever de concrete cytfers van eiken
Wy moeten hét pad van het ryk niet
betreden!, dóór telkens verband'«te brengen
tusschen de loonen van het personeel en
den financieelen toestand1. Dan zou men
«telkens de salarissen moeten herzien,
Toen de salarissen in 1920 zyn opgezet,
hadden we niet de hoogste cijfers; ae loo
nen by hét ryk zyn sedertdien! aanmerke
lijk opgevoerd. Op het o ogenblik is er geen
verschil tusschen rijk- en gemeente-salaris,
dat een deTgeiyken aftrek zou wettigen.
In 1925 ls aan het G. O. gevraagd eeniige
aderlatingen toe te passen; dat is ook ge
schied, daaruit blijkt, dat met hen te praten
•is. Er i«s in totaal 111.000 op hel salaris
•gekort. In bedoelde overweging van bet G.
0. woedt de wensch naar voren gébracht,
dat voortaan geen verateebtingen zouden
woTcen ingevoerd^TgrenTTaTdeïTsiëriid
ten fiuamcieteten toestand. Het is niet reëel
dat nu d© wethouder van flnantlën toch
komt ondank® het feit, dat de raad deze
motieven goedkeurde, Dat d® geen goede
«trouw.
Bovendien zijn dé loonen met premievrij
pensioen opgezet. De Staatscommissie voor
de burgerlijke penaioenen staat op het
standtpunt, dat pensioenbijdragen loonsver
laging zyn. De loonen voor het rjjkspeirso-
jreél zjjtn daarentegen opgezet met premie-
aftrek in tegenstelling met den wenech der
Staatscommissie. Het wa® tegen den zin
van het personeel, en van Januari tot Sep
tember heeft groote onrust geheetracht ondeT
heb personeel In Ootober heeft men na
eenige vragen iin de Kamer, de .poststaking
I gekregen en kreeg men de 7 er bij» Het
marinepersoneel kreeg het als toeslag.
In 1927 is door een van de organisaties
in het G. O. gezegd!, dat men het lóón atoso-
lluut kan losmaken van den finanoieelen
toestand der gemeenlte. Dat is inderdaad
juist, als er eén noodtoestand was, was het
«wat ander®. Het Ls nog niet zoo lang gele
den, dat men by het Ryki een garantieloon
gaf van f 1600. Door den' heer Colyn is dit
onder absoluut onjuiste leuze weer ontno
men; wijl moeten ons op dit terrein niet
«begeven.
Spr. ontkent, dat er van eenige verrui
ming van levensstandaard! sprake is.
Er is gezegd, dat we armoede en liefde
moeten deelen, Gewoonlijk krijgt dé arbei
der het geringste déél. I>e finanrieele toe
stand is niet zoo erg als gezegd wordt.
As ik dan zie, dat er speciaal dóór „Ge
meentebelang" aan de kiezers allerlei be
zuinigingen zy«n voorgehouden; dan i® het
heel gewoon als een kiezer, die dé gemeen-
tehuishouding niet 'ktent, het met den heer
Biersteker vólkomen een® 1® dat die bezui
nigingen' er moeten en kunnen komem en
dat zij, die die bezuinigingen niet willen,
royaal met de gemeentefinanciën om
springen.
Spr. zal du» niet) den heer Van Breda
nazeggen, dat de h©er Biersteker spoken
I ziet, ma«ar men kan ook zljrn plicht alk voor-
aanstaand gemeentenaar zoo opvatten, dat
er meer getrouw naar de werkeiykheid om-
t ent de toestanden wordt voorgelicht.
Waarom geeft de heer Bok nu reeds een
ider geluid dan de heer Biersteker? Dat
k jmt omdat de heer Bok nu pas aan de weet
ii gekomen hoe het met de gemeente is
'StekL En nu kan hy natuuriyk nog niet
;n, twee, drie „Gemeentebelang^ loslaten,
r aar hy geeft nu reeds een geheel anderen
i: «druk.
In Heijermans' „Schakels" vertelt Pan-
c.-as Duif van zyn vader. Al® de kinderen
arn tafel ruzie hadden of de zon zus of zóó
d aaide, zeide vader Duif: „De zon draait
zoo-ai® móéder zegt dat bet is". Zoo zou het
hier ook gaan, als er niet een voldoende
democratische 9trooming in den Raad was.
Naar aanleiding van een interruptie van
den heer Van Os merkt spr. op verbaasd
te zj1n over diens woorden. De heer Van
Os had dat ln het Georg. Overleg moeten
zeggen.
De heer V a n O s kon daar niet tegen
woordig zyn.
De heer De Nys: Het andere Raads
lid heeft er ook niet over gesproken. Ik
geef u de verzekering 'als ik zoo'n maat
regel aan mijn kiezers had beloofd, zou
ik het als myn plicht beschouwd hebben
hem in te voeren. Men heeft als Commis
sielid zyn plicht te doen.
De heer Biersteker was de eenige die
deze instellingen wil weg hebbenhy is
ook de eenige die het kan beoordeelen,
daar hy jarenlang Raadslid is geweest.
Maar er loopen er zooveel achter Ge
meentebelang aan, die er niets van weten,
dat bleek uit het voorstel betreffende den
Ophaaldienst. Wy zeggen dat de soc.
zaken er moeten blyven, omdat wij het
kunnen beoordeelen. Laat men liever
eens een kykje' gaan nemen by een
werkman van f 82 om te zien of hy er
komen kan. Maar het gaat niet aan als
werkgever den arbeider te knoeien.
In plaats van altyd een pessimistischen
toon te laten hooren, kan men ook de
feiten zeggen zooals ze zyn. Het voorstel
over de belasting voor de uitwonenden
is behandeld. De Min. van fin. zegtde
belastingen zyn in Nederland hooger dan
elders. En nu komen de eerste mannen
in het land by den Minister en zeggen
het is niet zoo. Het wetsontwerp is ver-
worpen.^
Het is wel typisch, dat op dit moment
nog sprake is van een voorstel tot loons
verlaging. Er is een gansch andere
mentaliteit, zelfs worden begrootingen op
grond van de 8'/a °/o pensioenpremie niet
goedgekeurd. En waar bet Rijk bezig
is de loonsverhoogingen, ook voor Helder,
door te voeren, is het wel teekenend. Het
overheidspersoneel heeft het altyd arm
gehad, de heer de Boer heeft er al een
staaltje van aangehaald.
M. d. V. Ik wil nog even terugkomen
op de door mevr. Dekker-Klik gedane
mededeeling, dat de Gemeente niet mag
doorgaan met een gedeelte van haar in
woners te bevoordeelen ten koste van
anderen, waar by den buitengewoon zor-
geiyken toestand van de Gemeente bezui
niging een gebiedende eisch is.
M. d. V. Hoe moet de Gemeente daaraan
een einde maken, dat evenals ergens
anders een groote groep burgers sterk
bevoordeeld wordt boven een andere
groep Ik wil ter opheldering wel ver
tellen, dat ik hier andere groepen op het
oog heb dan mevr. Dekker-Klik had in
haar betoog. Maar van een bevoordeelen
van menschen in Gemeentedienst door ze
dertig gulden ruim in de week te geven
vind ik een byzonder eigenaardige op
vatting hebben van het begrip bevoor
deelen. Wie bevoordeelen wy hier? Een
Gemeentewerkman door hem hetschamele
loon te geven van dertig gulden in de
week Bü wie is die man dan bevoor
deeld O ja, de arbeiders die minder
verdienen, maar in vergelyk met het Rijk
is het verschil minimaal. Maar M. d. V.
Ik wil er met den meesten ernst tegen
opkomen, dat men het hier wij doen
voorkomen alsof arbeiders bevoordeeld
worden en temeer, omdat het wordt geuit
door mensohen, die zelf in de wereld niet
tot de minBt bedeelden behooren. Want
M. d. V. myn p.g. Verstegen heeft het
verleden week al gezegd, dat onder
arbeiders, aangesloten bij de S. D. A. P.,
we nooit van die dingen hooren en by de
verkiezingen hebben we er den nadruk
op gelegd, dat wy van geen bezuiniging
wilden weten, als deze gebaald moeten
worden van de volkswelvaart en de sociale
Instellingen, dan wel door toepassing van
een grooter uitbuitingssysteem.
De heer Woud: heeft als lid der
Commissie van G. O. de besprekingen
medegemaakt en gestemd voor de volle
8'/a°/o bijdrage door het gemeente per
soneel, zonder dit verder te motiveeren.
Door spr. fractie-genoot, den wethouder
Bok, ls in deze vergadering voldoende
aangetoond op welke gronden hy het
billijk vond dat het gemeente personeel
de 8'/a°/o bydrage zelf zou moeten be
talen. Doch nu in openbare raad wil ook
spr. zyn standpunt in deze motiveeren.
Spr. meent, dat men de zaak voor elke
gemeente afzonderlijk moet bekyken. De
omstandigheden in de eene gemeente zyn
niet te vergelyken met een andere ge
meente. Zeker moet het gemeente perso
neel voor zyn arbeid op een redelyke
basis worden betaald en het is de be
doeling ook geenszins om op de loonen
te beknibbelen of deze te verminderen.
Anders staat Gem.bel. tegenover de bij
drage voor pensioenstorting. Als men dit
plaatselyk bekykt, dan zyn de motieven
de volgende. Ten le zyn onze gemeente
flnantiën, wat ook in het uitgebrachte
rapport wordt gezegd, zorgelyk, dit is
ook door alle partyen in den raad erkend.
De lasten zyn door de invoering der
nevenbelastingen voor vele inwoners weer
veel verzwaard. Door invoering van be-
stuurs- en recognitiekosten, door de winst
gevende bedrijven in de gemeentekaste
storten, wordt door de gebruikers naast
hun directe belasting weer een groot be
drag aan indirecte belastingen betaald.
De daardoor mindere winst dier bedry ven.
Maakt de mogelykheid van verlaging der
prijzen van water, gas en electrische
stroom weer minder mogeiyk. Ten 2e.
Onze gemeente telt onder haar inwoners
een zeer groot aantal menschen die in
rijksdienst zyn, welke al zeer geruime
tyd hun volle bydrage voor hun pensioen
moeten afstaan, en dus via hun belasting
ook moeten bydragen voor de vrije 5°/o
pensioenstorting van het gemeente per
soneel, die de gemeente nu voor het perso
neel stort. Het is een doorn in het oog
van het rijkspersoneel dat zy moeten
mede betalen aan de 5 pensioenstorting
van het gemeente personteL Niet de
bonden, maar individueel staan vele
menschen in rijksdienst aan onze zyde
omtrent het inzicht dier pensioenbydragen.
Dan komt nog de vergelyking met de
loonen in de particuliere bedrijven, het
geen spr. nader aantoont. VoornameUjk
voor de beter bezoldigde ambtenaren met
een inkomen van 2000, 3, 4 en 5 duizend
misschien nog wel hooger, vindt spr. het
tegenover de belastingbetalende inwoners
verschrikkelykonbillykdat zy nog moeten
mede betalen aan de ö°/o bydrage van
dit gemeente personeel, en vooral nu dat
de belastingen hier op een peil zyn ge
komen dat gewoon ondragelyk is. Nu
zyn wel vergelykingen gegeven omtrent
de belastingen, doch dit slaat alleen maar
op de inkomstenbelasting volgens de be
grooting voor dit jaar, doch over de
nevenbelastingen wordt wyselyk niet ge
sproken, terwijl deze voor vele inwoners
een niet onaanzienlyke belastingverhoo-
ging is, voor sommige wel een verhooging
van 30 40 °/o» Spr- meent, dat het over
heidspersoneel al zoo veel is bevoordeeld
boven elk ander individu die niet het
geluk heeft om voor. een overheidsbe-
trekking in aanmerking te komen. Als
vertegenwoordigers van alle lagen onzer
samenleving zyn wy bevoegd om te kunnen
of te mogen beoordeelen, de aangelegen
heden onze gemeente of personeel be
treffende. Spr. protesteert tegen de uiting,
gedaan door den heer De Zwart, dat het
personeel zich moet aansluiten by een
strijdbare organisatie, dit recht ont
zeg ik hun niet, doch dan niet met
de vuist op de tafel slaan. Zooals de
omstandigheden hier zyn dat erkend is
dat de belastingen zoo hoog zyn, is het
niet verantwoord dat een 200-tal gem.
ambtenared en werklieden bevoorrecht
worden boven de andere ongeveer 9000
gezinshoofden.
De heer Van Dam heeft in de sectie
gevraagd het advies G. O. in den Raad
over te leggen het is onjuist dat de zaak
niet in de sectie is besproken.
De heer Verstegen: U had de mee
ning van het College daar kunner\ ver
nemen.
De heerVan Dam repliceert.Spr.kon
vermoeden wat die vereeniging kon zyn.
Als men alle tegenvallers uit de begroo
ting licht en die dus beter maakt zal de
rekening, evenals verleden jaar, slechter
worden. Spr. heeft het voorstel gedaan
betreffende de 8'/a °«'o» niet op grond van
den fin. nood, maar van de toelaatbaar
heid.
De indexcyiers zyn niet weerlegd, men
gooit het nu over een anderen boeg, nl.
over den concreten levensstandaard,
waaromtrent geen cyfers zyn en waarover
niet te praten is. In 1921 gaf het Haagsche
Bureau 18% lager cyfers dan in 1920.
Spr. gaat nader op deze kwestie in; als
het gemeente- en overheidspersoneef zich
op een eiland plaatsen, zal zich dat wreken.
De voorwaarde dat de loonen niet aan
de begrooting zouden worden gekoppeld,
zet spr. recht. Dat was toen in 1925 foutief,
al heeft spr. er niet aan meegewerkt. Dat
het personeel dat slikte, was voor spr.
een bewijs dat dit onder politieken invloed
stond.
De loonsverhooglng vopr het rijksper
soneel is er niet gekomen, het zal de
vraag zyn of een hoog loon een voordeel
is voor de gemeente.
De heer Van Os vraagt het woord
voor een persoonlijk feit. Er is de voor-
- - -n
0