'n Greep van dit en dat
VOOR DE VROUWEN.
Zonderlinge lotgevallen
in het Dagelijksch leven
DB SLUWE CONCURRENT.
Hd fust jenever.
Was in een van onze kleine provincie
stadjes, zoo'n stadje diat nog van die oude
en degelijke firma's bezit; onder deze nam
een zekere firma Fiesch de eerste plaat» in.
Daar arriveerden; lm 't grootste hótel op
één en denzelfden dag twee vertegenwoor
digers van groote distiliateursfirma's.
De plaats was „goed", zooals de handels
term luidt, diat wil1 zeggen, dat de firma's
solide waren, gerenommeerde afnemers van
het edele korenmat.
Dat dus de heeren handelsreizigers wei
nig gesticht wtareni over de ontmoeting ligt
voor de hand.
(Maar, als echte diplomaten verkropten zij
hun spijt en deden als goedé vrienden.
Onder een straf bittertje werdl eerst het
weer gecritiseeid, daarna de politiek be
sproken en van lieverlee kwam imen op de
zaken; echter steeds vriendschappelijk.
Van vriendschappelijk werd men gemoe
delijk, en men besprak hot, hoe onnoozel
't toch zou wezen; om elkaar in de wielen
te rjjdeni
jD'r is plaats genoeg op de wereld voor
ons beiden, en commissies zijn er ook ge
noeg", zei de eene reiziger, die met z'n
zwartte oogen zijn collega scherp begluurde.
l>e ander, die blauwe oogen hadi, gaf
grif toe,
„Kijk eensl", zei weer de zwartooglge,
„laten we deni boel1 verdoelen! Ik neem de
groote Firma Fiesch bier, en doe mijn
offertes. Dan kan jij alle andere firma's
nemen!*'
„Uitstekend** antwoordde de blauwoogige.
Én ze namen hun zesde halfje.
EEN GREEP VAN DIT EN DAT.
De uitvinding van hei radmrarwerk.
Hoewel de beroemde Gerbert omstreeks
1100 al het raderuurwerk had' uitgevon
den, verscheen eerst in 1367 onder de re
geering van Charles V do eerste rader-
klok in Frankrijk.
Deze vorst liet Heinrioh von Vio uit
Duitschland komen, de bekwaamste in
strumentmaker van zijn tijd en liet op
den toren van zijn paleis in Parijs een
groote klok bouwen met slagwerk. De
provincies deelden al gauw met de hoofd
stad de voord eelen dezer nuttige uitvin
ding.
De wijze van loopen.
Van oudsher wordt beweerd, dat een
jongen met O-beenen nooit verlegen zal
zijn om geld, zoodat mensohen, die
klagen over de onbeholpen wijze van loo
pen van
„zoontje!
troost ku
eliefin dezo voorspelling
nnen vinden.
Do kleinste boom.
's MiddagB ging de blauwogige, die hot
zoo goed gevonden had, dar zijn zwart
oogige collega alleen de Firma Fiesch zou
nemen, en do rest voor hem overlaten, op
zaken doon uit De kleinste boom van de wereld staat
En hij toog reoht en onmiddellijk.... op Groenland. HIJ Is niet hoogcr dan 7V»
naar deFlrma Flesqh, cM. en bedekt tooh oen oppervlakte van
jMenieer Fiesch**, zoo diende hy zich aan, twee of drie voet in het rond.
„ik ben de vertegenwoordiger van die en
eenlgon troost
Zij, die spoedig hun hielen slijten, daar
entegen, hebben kans licht in geldgebrek
te komen. Terwijl menschen met binnen
waarts gebogen knieön groote rijkdom
men zullen orlangen, maar weinig suoces
in de liefde.
Een lange pas en een soepelo gang
voorspellen veel goeds. Daar kunnen
tegenspoeden komen, maar het fortuin
zal altijd weerkeeren en overwinnen. On
geluk dfl beschoren aan hen die met de
voeten binnenwaarts loopen, terwyi onze
voorvaderen beweerden, dat zij, d!e op de
tocnen loopen in do gevangenis eindigen.
Dus: Let wed hoe ge loopt.
BABBELUURTJE OVER MODE.
die, ik kom niet om zaken te doen met u,
maar vraag u alleen: om mijn collega, van
de firma zus en zoo, die ook in de stad is,
geen bestelling te geven!".
„Om gauw van hem af te komen, kunt u
zeggen dat u hy mij een fust jenever be
steld hebf.
De grossier was blij met den gegeven
raad, op die manier schoof hij zich twee
erkend lastige reizigers tegelijk van het
Hff.
Geen tien minuten later komt de zwart
ooglge collega, de vertegenwoordiger van
zus en zoo binnen en wordt al direct ont
vangen mot de woorden: „*t Spijt me zeer,
u komt te laat, zooeven héb ik bij uw col
van de firma die en die een fust jene
ver besteld".
Men begrijpt de woede van den bedrogen
Ewertooglgen reiziger.
De heer Fiesch wrijft zich de handen om
de goedgelukte list, maar.
Een week naderhand krijgt hij een fust
Jenever van de firma die en die gestuurd
met de factuur er bij.
„k Heb geen fust jenever besteld",
schrijft bjj woedend1 terug.
Maar *t helpt niet: er wordt gedispo
neerd, de rekening wordt geweigerd, doch
er wordt geprooedeerd en.... de heer
Fiesch verliest zijn proces.
Want de zwartooglge reiziger, die bedro
gen was uitgekomen, werd als getuige op
geroepen door den slimmen concurrent, en
moest bekennen,, dat de heer Fiesch zelf
hem verteld had, hij zijn concurrent al een
fust jenever besteld te hebben.
Zoo'n slimme vrouw.
Mevrouw Krab: Heb je ook altijd zoo'n
moeite om geld los te krijgen van je man?
Mevrouw Snap: Absoluut niet. Ik heb
maar te dreigen dat ik naar mjjjn moeder
zal teruggaan en hij geeft me zonder een
woord te zeggen, geldvoor een
spoorkaartje!
AAN ONZE HELDEN DER ZEE.
Naar aanleiding van' de uitreiking der
de Ruyter-medaille aan het gemeentebe
stuur van den Helder, ontving het be
stuur van de N. en Z.-Holiandsohe Red
ding maatschappij alhier, onderstaand
versje van dén heer E. L van den Berg,
Lauriergracht 160"1, Amsterdam, die al
meerdere dergelijke gelegenheidsverzen
heeft gemaakt. Gaarne verleenen wij het
plaatsje in het Juttertje.
Wat men alzoo van was kan maken.
Ie. Waskaarsen.
Was vindt wegens zijn groote lioht-
kracht bij verbranding een uitgebreid ge
bruik bij de vervaardiging van kaarsen.
Was bevat veel koolstof. Daar het ge
makkelijk aan de vormen kleeft, worden
deze bij voorkeur vnn glas vervaardigd,
hetwelk met oaoutchouo Is overtrokken.
2e. Entwas.
Men smelt een deel gele was, 2 deelen
hars, 1 deel terpentijn on wat reuzei te
zamen, laat het afkoelen en rolt de massa
op een vlakken gladden steen tot pijpen.
Deze entwas, die koud gebruikt wordt,
bestaat uit hars en spiritus.
6e. Wasmelk.
Men neemt 900 gram water en 600 gram
potasch. fLet mengsel wordt tot bij het
kookpunt verhit, waarna men er onder
gestadig omroeren 400 gram gele was bij
voegt. Nadat de massa gekookt heeft,
giet men er nog 900 gram water bij en
verhit haar zoolang tot een overal gelijk
matige massa ontstaat. Hiermede kan
men hout bestrijken, gipsen voorwerpen
overtrekken en meubels en vloeren po
lijsten.
Gulle Invitatie.
Mijnheer en mevrouw B., die buiten
zijn gaan wonen, ontmoeten een oude
kennis. Mevrouw B. roept uit: „We heb
ben u in een eeuwigheid niet gezien.
Kent ge ons niet meer?"
„Wel zeker mevrouw, maar ik wist niet,
dat u hier buiten woonde."
„Als uw wandeling u eens hierheen
letidt, dan houden we ons voor een bezoek
aanbevolen!"
„t Morgens om tien uur ga ik steeds
wandelen, maar voor 12 uur zal u zeker
wel te vroeg zijn?"
„Ja, we ontbijten eerst om 10 uur en
dan
„Oim 'n uur of twee hoop ik u niet te
derangeeren.'1
„Om half drie dineeren we in den re
gel; hier buiten eten we vroeg."
„Goed dat Ik t weet. Gaarno zal ik dan
bijvoorbeeld tegen vier uur
„Dan zijn we altijd uit; we dineeren
juist zoo vroeg om wat meer aan den
middag te hebben."
„Ja, maar bij voorkeur na zevenen en
niet later dan acht uur, want
„Be zal trachten u gelegen te komen.
Moedertaal.
Onderwijzer: Wat beteekent het woord
moedertaal?
'Bertha: Dat pa niets te zeggen heeft.
Najaarskleedlng voor de kinderen.
Voor de echte warme winterjassen is het
nog niet koud genoeg; dus is het óók voor
onze doebterkens wel aangenaam om zoo'n
soort voorloopertje te hebben Zoo'n ge
zellig jasje van Engelsche stof b.v. komt
iniu juist van pas. Vindt men het wel een
beetje lucratief om voor de kinderen er ook
al een voor- en najaarsanantell op n# te
houden, dan is dit bezwaar wel' op te lossen
door de stof zóó te kiezen, dat het jasje ook
voor de kille zomerdagen dienst kan doen
Men kan dan in zoofii geval een overwegend
verschil maken door het voor den zomer
dienende jasje in het voor- en najaar van
een los bontkraagje en manchetjes te voor
zien. Of, zoo het' verschil werkelijk in het
minder of meerdere warmte geven moet
zitten, dan kam men een dun laagje wattine
tussohen voering en stof aanbrengen-, het
geen niet verder behoeft te reiken dan tot
de 'taille.
Er zijn voor, onze kleine meisjes toch
(Een ander jasje was van donker rosé
velours de laine. Op het voorpand waren
hoekige figuren van witte stof ingezet, zoo
ook was de rand langs den voorkant wit en
geheel met kleine witte knoopjes gesloten.
Alleraardigst stonJd het smalle witte bont-
randje langs den hals, wat als kraagje
dienst deed. Er was een aardig mutsje bij;
van1 de twee stoffen! tezamen gemaakt.
Het derde jasje was heel parmantig! De
stof was Diagonale Kashabure im blano met
bleu. De gameer-lijnen. op het voorpand
waren met donker blauwe blesjes uitgel'ijtm
en scheef door het knipeffect heen waren
de zakjes geplaatst. Een recht rugje plus
heel eenvoudig kraagje met revèrtjes, dub
bele rij kinoopen, ziedaar een fijn eenvoudig
en toch geestig manteltje.
Het naast dit manteltje staande figuurtje
is eigenlijk een' mantelpakje, maar men kan
er ook een mantel-jurk van maken. Men
gebruike een warme stof, b.v. velours de
laine of kasha. Het oorspronkelijk model
letje was midden' groen en de ribslintjea,
(1674)
Erin geloopen.
Een automobilist stoof met zijn voertuig
over den weg en hoorde plotseling een
luid gekakel. Toen hij stopte fladderden
twee hoenders over den heg.
Dat kost u drie gulden, zei de boer,
die bij het hek stond, met dreigend ge
zicht.
Maar ik heb er toch geen overreden,
zei do reiziger.
Neen, maar die komen nooit aan
den leg.
Van den ^ohrik misschien, infor
meerde de automobilist.
Gedeeltelijk van den schrik, zei de
boer, terwijl hij het geld in zijn zak lfet
glijden, en gedeeltelijk omdat het hanen
zijn.
zulke aardige, pittige modelletjes, dat men
heusch wel heel erg kieskeurig moet zijn,
wil men geen geschikt jasje kunnen vinden.
'k Zag b.v. een aardig en -toch hoogst
eenvoudig manteltje van een „double-faco"-
stof. De rugzijde der stof was blanc en de
rechterzijde een breede vischgraat van
beige met blanc. 't Was een tos hangend
recht modelletje met van de rugzijde der
stof zakjes opgezet en één omvallend
revèrtje. De knoopen; waarmee het jasje
gesloten) kon worden en) waarmee 't ver
sierd was, waren ook blanc en met beige
draad aangezet.
(1075)
waarmee zakjes eni mouwtjes gegarneerd
zijn plus het strikje zijn eenage tinten don
kerder dan het kleedje.
Het is wel een gecompliceerd model,
maar het staat moppig koket.
De jurk van het giroote meisje is van
een composé-stof gemaakt, n.L effen) don
kerblauw serge foulé met blauw en wit
ruitje. De hoofdzaak der jurk is van de
effen stof, maar het wciinigje geruite stof
is juist voldoende om' een lief apart effect
te verleenen.
In de kaart gekeken.
Heer: O lieve juffrouw, ik aanbid u.
Dame (zeer rijke partij): Ja, ik begrijp
t, nood leert bidden!
In de school
Meester: Hoor eens, Pomper, Je groeit
als een boom. Het wordt echter tijd, dat
je je luiheid laat varen en eens begint
vruohten to dragen.
Voorbarig Fritsje: Hit draagt al vruch
ten, meester. Ik heb hem gisteren met
een mand komkommers zien loopen.
Heer (op straat): Ik ben zooeven bij u
aan huis geweest, mijn naam la Médon.
Professor: Zéér aangenaam, meneer.
I Gaat n even zitten.
Vromelijk.
Ik zou tooh niet graag in Frankrijk
willen wonen.
Waarom niet?
Wel, dte statistieken bewijzen, dat
het sterftecijfer daar hooger is dan het
geboortecijfer. Een mensch heeft daar
meer kans om te sterven dan om geboren
te worden.
Smakelijk.
Zoudt ge vleescih willen eten, dat
men uit den muil van ©en dier heeft ge-
trokken?
Nooit!
Ik wed, ossentong is smakelijk!
Prettig In dien omgang.
Die juffrouw Passer is een bijzon
der aardig meisje, to oordeelen naar oen
gesprek, dat ik met haar had.
Zoo, wat zei ze dan al zoo?
Niet zoo heel veel maar ze vond
alles goed wat ik zei
Antiquair: Deze marmeren buste is
meer dan 2000 jaar oud mijnheer. Zij is uit
Afrika afkomstig!
Kooper: Nou zeg, 2000 Jaar, maak dat
een ander wijs; we hebben nog pas 1928.
VOOR DE KLEINTJES.
Beppie had heerlijk gespoeld, eerst met
de poppen en toen met de ark. Nu zat ze
in de breede vensterbank te kijken naar den
zonsondergang. Zo vond, dat de zon net
leek op een kaai roee bootfd van een ouden
heer. Juist grootvader, die aobler een boom
vandaan keek, of Beppie geen kattekwaad
uitvoerde.
(Hé; wat was dat nu? Het was, of Beppie
heel zwak een geluid hoorde alsof er allerlei
dieren door elkaar aan het loeien en blaten
cn blaffen en hinniken en miauwen on
huilen waren. Bep draalde om en keek heel
verbaasd naar de ark. DaaT stond warempel
Jereraia, de koe buiten do ark, terwijl Bep
zeiker wist; dat ze er alle dieren in geetopt
had.
Jeremla beek haar wat uit de hoogte aan
en zei: „Zeg kind, waar kijk Je zoo naar?
Aiie huisdieren zijn ln de ark. Als ik hier
op wacht sta, duwen ze niet weg to loopen".
„De huisdieren?" zei Bep. „Maar waar
zijn dan de wilde dieren?"
„O, als gewoonlijk uit met paren".
„Uit met wie?" vroeg Bep heel verbaasd.
„O, ik héb juist een heele poos naar ze
zitten kijken", antwoordde Bep. „Dat doe
ik altijd, als de zon ouder gaat wel lieve
help, daar heb je het weer! Ze bewegen!
Ze zijn veranderd ln dieren!"
„Zie je, dat bedoel ik nu juist", zei Jere
mla triomfantelijk: „Dat zyn de paren wilde
dieren. Je ziet er van allemaal maar één,
maar ze loopen natuurlijk vlak naast elkaar,
zoodat je de tweede van elk paar niet zien
kunt"
„Ja, ja" riep Beppie verheugd. „Ik de
ze; de olifant, de giraffe met zijn langen
hals, d© drommedaris met één bult, het nijl
paard. de kangoeroe, de leeuw, de aap, leuk,
leukl" En ze klapte in de handjes van plei-
zier en bleef aandachtig kijken; tot de zon
heelemaal onder was en de dieren weer
boomen werden, zwarte boomen tegen een
grijzen avondhemel
Toen ze in de arir keek, waren aïe wilde
dieren weer netjes op hun plaatsenl
RAADSELS.
Oplossing der vorige raadsels.
Hl
Aambeeld
Douceur
Indigo
Orgel
Bode
O 1 m
D e
H
Boon, boog, boor, boot, boos.
Nieuwe raadsels.
I
Welk spreekwoord staat hier?
e n e ..n
o*.o. n a
n.
XXXXXXXXX op de kruisjesiynen
Xkomt de naam van een
Xstad in Europa te slaan
XOp de 2e rij een soort
X geneeskundige behan-
X deling; op de 3e ry
X een ander woord voor
X* braaf; op de 4e ry een
X plant; op de 5e rij een
gevaariyk dier; op de 6e ry een spel
op de 7e ry een schoenmakerswerktuig;
op de 8e ry een muzieknoot; op de 9e
ry een medeklinker.
Goede oplossingen van belde raadsels
ontvangen van:
W. K.; A. v. dl M.; Z. v. d. M.; J. J- P-5
F. A. de B.; W. O. v. D.; N. A. T.
J. W.; P. W.
Er waren eenige kinderen, die Inplaots
van Radiobode, Radiogids hadden gezet
Wy moeten die natuurlijk fout rekenen,
waar als laatste letter een klinken werdl
gevraagd en, geen medeklinker.
B.
Moedig volk van Helder's kusten,
Menschen der nienschlievendheld,
Als de Alarmklok u oproept,
Zijt gij steeds tot hulp bereid.
Telkens weder klonk de noodkreet,
Negentien maal zijt ge uitgegaan,
Om den Schipbreuk'ling te redlen;
Eervol hebt ge uw plicht gedaan.
Honderdveertien schipbreukelingen
Hebt ge van den dood gered,
Dwars door stormen en door branding
Veilig op de kust gezet.
Daarom mag ons volk ook trotsch zjjn
Op u, helden vol van moed,
Die, als wij, zijn voortgesproten
Uit het Nederlandsche bloed.
Thans moogt gij de lauw'ren plukken;
Na 'n vijf jaar harden strijd
Wordt u d' eerepalm toegewezen
Voor uw moed, trouw en beleid.
Corry Brena.
„Nee, niet mot „wie", met parenP, zei
Jeremia ongeduldig. Maar toen hit} zag. dat
Beppie het werkelijk heelemaal niet be
greep, voegde hy er bij: „Kijk eens naar de
boomen aan den Rand van do Aarde vlak
hy de Zon".
Radiobode