heldersche courant VIJFDE EN LAATSTE BLAD VAN ZATERDAG 10 NOVEMBER 1928 maar toch tengevolge had, dat de directies van gasfabriek en waterleiding (waarbij later nog het electrisch bedrijf kwam) in één hand kwamen. Experimenten met een administrateur voor deze bedrijven, als mede een adjunct-directeur mislukten. Ter uitbreiding van het bedrijf werden de terreinen in de Jonkerstraat aange kocht. Ook ln letterleken zin. Het derde oorlogsjaar. De Economische Commissie en de ontwikkeling van Den Helder. Het optimisme van den burge meester. gang". En burgemeester Kolff van Wie- ringen, die er zijn voldoening over uit drukte, dat hier voor de eerste maal drie polderbesturen en drie gemeentebesturen samenwerkten, hoopte, dat de band, die thans tusschen de drie gemeenten is ge knoopt, even hecht mag zijn als de brug zelve. Oprichting van de N. V. Zee bad Hulsduinen. De vredeschaos. De opleving van het sociale en economische leven. Opbloei der stad. Teruggang wegens verminder de Inkomsten. Nochtans bemoedigende aspecten. De burgemeester in ambtscostuum. Ons afscheidswoord aan den burgemeester. Moeilijke positie. Al spoedig aller sympathie. De oorlogstoestand. Donkere dagen. Afscheid van Burgemeester W. Houwing Aan het Noord-Hollandsch Kanaal ver rezen de nieuwe gebouwen der gemeente reiniging; op de Hoofdgracht werd in dit zelfde jaar de Industrieschool (later Vak school voor Meisjes) geopendL Helaas moest, mede tengevolge van de kolendistributie, zeer op de straatverlich ting worden bezuinigd. De gestie van den burgemeester is in dit opzicht meermalen scherp in en buiten den Raad gecritiseerd. Inderdaad was onze gemeente buiten gewoon slecht bedacht met kolen, tenge volge waarvan de verlichting in deze ja ren uiterst slecht waa Het door den adj.- directeur, ir. Hoencamp, ingestelde dis tributiestelsel werkte theoretisch wel goed, maar het was de oorzaak, dat aan de ge meente te weinig kolen werden uitge keerd. Zeer veel steun heeft de heer Houwing ondervonden van den in 1916 benoemden gemeente-secretaris, mr. G. A. van Poelje, die helaas na een tweejarig verblijf weder naar Den Haag vertrok. In dit jaar (1916) trad ook de nieuwe commissaris van po litie, de heer Gratama, in functie. Het derde jaar van den oorlog bracht weder nieuwe problemen: een verorde ning op de vervroegde winkelsluiting werd ingevoerd, een pensioenregeling voor de wethouders ontworpen. De komst van den nieuwen politie-commissaris bracht een reorganisatie van het politie corps; de entróe van den heer van Poelje het Grondbedrijf. Thans blijkt wel, dat men hiermede wat te hard van stapel is geloopen en dat een dergelijke politiek voor eene gemeente als de onze op den duur wat kostbaar wordt. Verder werd, door de voortdurende stijging der huren, een Huurcommissie ingesteld evenals dat in andere plaatsen geschiedde, alsmede een Centrale Keuken, deze laatste instel lingen regelrecht uitvloeisel van den oor logstoestand. Maar nog een ander feit had in dit jaar plaats, namelijk de oprichting der Econo mische Commissie. Deze werd 19 Sept. 1917 ten raadhuize geïnstalleerd en had de bedoeling naar wegen te zoeken waar langs de toekomstige ontwikkeling van Den Helder zich kon uitstrekken. Indien er iets was, wat wel de sympathie en de liefde van den heer Houwing had, was het deze, nog wel eens gesmade en miskende, commissie. Men heeft den burgemeester wel eens een te groot optimisme verweten ten opzichte van den toekomstigen bloei en de verdere ontwikkeling van onze stad. Wij hebben ons meermalen tegen dergelijke kritiek verzet, omdat mèn met optimisme nu eenmaal meer bereikt dan met pessimisme. En ten opzichte van de ontwikkeling van Den Helder was des burgemeesters optimisme onverwoestbaar. Hij ook was het, die, vooral in de jaren na den oorlog, toen zich een algemeene opleving kenmerkte, en men zoo spoedig mogelijk van al die nare herinneringen en het doorgestane leed wilde verlost wor den, krachtige pogingen aanwendde om de gemeente naar buiten bekend te maken, en vooral ook, om haar tot het een- trum te maken van omliggende platte landsgemeenten. Deze energieke en hard nekkige pogingen ontmoetten veel tegen stand, maar aan den anderen kant ook medewerking. Aan burgemeester Hou wing is het voornamelijk te danken, dat de omliggende gemeenten in tegen stelling met vroeger zich tot den Hel der voelden aangetrokken. Daardoor heeft hij voornamelijk den winkelstand een grooten dienst bewezen; de feiten zijn er om het te bewijzen. In dit verband moet vooral burgem. Lovink van onze naburige gemeente Anna Paulowna worden ge noemd, die, met den heer Houwing, het belang van een nauwer contact inzag. De openstelling van den Duinweg naar Cal- lantsoog, van de pontonbrug over het N.-H. Kanaal, hebben veel bijgedragen tot een inniger contact. In dit opzicht is ook voor den nieuwen burgemeester een be langrijk arbeidsterrein weggelegd. Het oordeel van burgemeester Lovink. Ter gelegenheid van de openstelling van de nieuwe pontonbrug bij de Kooy in Maart 1926, zeide de burgemeester van Anna Paulowna, de heer Lovink o.a. het volgende: Na de geschiedenis van het oude pont- veer te hebben gereleveerd (waarbij de medewerking van het toenmalig ge meentebestuur van den Helder niet zeer vlot ging), ging de burgemeester als volgt voort: „Het tegenwoordig gemeentebestuur (van Den Helder) trekt met alle mogelijke koorden het platteland naar de stad. Ban den als daar zijn het zoo deugdelijk onder wijs, de goed-geoutilleerde grossiers- en winkelzaken en als consument van hier gewonnen melk, als gebruiker van de in deze streken geteelde land- en tuinbouw producten en als afnemer van de hier ge kweekte mooie snijbloemen, zoodat thans niet alleen Breezand behoefte heeft aan een goede verbinding met Den Helder, doch geheel Anna Paulowna en de daar achter gelegen gemeente thans op Helder rijn aangewezen.... Helder, dat on« trekt, vergemakkelijkt ons ook den toe De stichting van de N.V. „Badplaats Huisduinen" was mede een groote stap op den weg naar meerder bloei. We weten allen, hoe met steun van de gemeente, de vennootschap het badpaviljoen en eenige bestaande woningen kon overnemen, en nog zeer onlangs wederom credieten zijn toegestaan voor den bouw van een bad hotel. In het bestuur dezer vennootschap was hij een stuwende kracht, en hij zag in de ontwikkeling der badplaats een pri mair gemeentebelang. In het vredesjaar 1918 ontstonden de eerste plannen voor invoering van den 8-urigen werkdag voor het gemeente-per soneel, welke begin 1919 een feit werd. Voor dergelijke, ingrijpend-sociale maat regelen kwam 's.burgemeesters boven de partijen staan naar voren. Want, de heer Houwing mocht het dan niet altijd met al lerlei, door den Raad voorgestelde of uit gevoerde maatregelen eens zijn, zijn accomodatievermogen kwam hem in die oogenblikken uitstekend van pas. 1919 bracht ons den vredestoestand. Maar welk een chaos was het! De enorme uitgaven voor distributie, duurte- en va- cantietoeslagen, en wat dies meer zij had den de gemeente in zorgelijke finantiee- le omstandigheden gebracht. Een schrij ven betreffende den finantieelen toestand ging naar den minister, maar de regee ring kon niet helpen: overal had de oor log ingegrepen, onzettende offers van rijk en gemeenten geëischt. De schatkist was leeg, en eerst de ingrijpende maatrege len van minister Colijn konden haar weer eenigszins vullen. Voor onze gemeente kwam daar de ongunstige factor bij, dat men niet beschikte over groote inkomens, dat men gebonden was aan de inkomens der bevolking en de winsten uit de bedrij ven. Inmiddels werd de zeer hinderlijke gas- rantsoeneering afgeschaft, de Centrale Keuken stopgezet. De werkzaamheden aan het spuikanaal waren een object van werkverschaffing, een nieuw uitbreidings plan werd, aan de hand van den door het spuikanaal ontstaanden nieuwen toestand, ontworpenop hoop van zegen. De Handelsdagschool der Alg. Held. Winke- liersvereeniging werd in dit jaar ge opend. Omtrent de weder-opleving van den al- gemeenen maatschappelijken en econo- mischen toestand na den oorlog schreven wij in ons jaaroverzicht van 1920 het volgende: „Indien wij ons bepalen tot de stad on zer inwoning, valt het niet te ontkennen, dat deze bezig is zich aan te gorden voor een strijd, die haar omhoog zal moeten voeren, haar zal moeten plaatsen in de rij harer even groote zusteren, waar zij tot nog toe min of meer als verschoppelinge werd behandeld. De Economische Com missie, reeds tijdens den oorlog opgericht (19 Sept. 1917) heeft haar politiek van pénétration pacifique voortgezet en de re^ltaten ervan zijn al hier en daar merk baar. Meer en meer wordt Huisduinen in tijdschrift-artikelen genoemd en bespro ken", enz. De Esona werd opgericht, in welke maatschappij de gemeente voor 5000. deelnam, de bestaande Arbeidsbeurs werd uitgebreid tot een gewestelijke (districts- beurs), een Ophaaldienst voor de belastin gen werd in het leven geroepen, nieuwe salarisregelingen voor het gemeente-per soneel ontworpen. De begraafplaats werd uitgebreid en gemoderniseerd, de gasfa briek kreeg nieuwe ovens, en het be langrijkste feit was wellicht het besluit tot electrificatie. Van het optimisme, dat den burgemees ter kenmerkte, en dat wij hierboven rele veerden, getuigt de zeer belangrijke nieuwsjaarsrede, welke hij 16 Januari 1920 hield, en waarin hij het vele, dat tot stand was gekomen, de revue liet passeeren en o.a. de verwachting uitsprak, dat de regee ring een belangrijk centrum van 30.000 in woners als den Helder, niet in den steek zou laten. 1921 is het jaar van de electrificatie, de opheffing der Brandstofdistributie, de voltooiing van het spuikanaal, alsmede het begin van eene verfraaiing der stad, o.a. het plantsoentje langs den watertoren, fraaiere winkelgevels, e.d. Maar ook be gon het vraagstuk der watervoorziening meer en meer te nijpen. Zooals men weet, is hierin voorzien door de aansluiting bij het provinciaal net. Verschillende nieuwe woningcomplexen kwamen nu de volgen de jaren tot stand (de Singel, de Ruygh- weg, enz.) en het algemeen aspect der stad werd aanmerkelijk fraaier, dank zij het nieuwe uitbreidingsplan. Meer en meer werd onze gemeente naar buiten be kend; in 1923 hadden twee belangrijke jaarvergaderingen plaats (van de Ver. van Gem. Bouwtechn. hoofdambtenaren, van „Onze Vloot"). Bezuinigingen wer den ingevoerd; zoo werd o.a. een tweetal vacatures bij de politie niet aangevuld, men slaagde erin de uitgaven voor de rei niging te verminderen (voorloopig nog op papier, maar spoedig wel effectief door het storthuis, enz.) de winst op de gasfa briek te verhoogen. En ondanks den pre- cairen finantieelen toestand en de te hoo- ge belastingen, werd voortgegaan met het aanbrengen van verhoogde trottoirs, verbreeding van den Polderweg (1924) van het Koningsplein, enz., waardoor de stad zich eenigszins trachtte aan te pas sen aan de hoogere verkeerseischen. 1924 intusschen bracht weer een terug gang, tengevolge van de verminderde salarissen, waardoor de inkomstenbelas ting lager moest worden geraamd. De openbare school in de Van Galenstraat kwam gereed met een aardig plantsoentje er voor, een nieuwe weg achter de water leiding werd aangelegd, een betere ver binding met Callantsoog tot' stand ge bracht. Julianadorp kreeg zijn electrisch licht en zijn waterleiding. Wijziging werd gebracht in de poli tiek van het Grondbedrijf, die te kost baar was voor onze gemeente. Het jaar overzicht van de Held. Crt. voor 1926 schrijft: „Het aspect voor 1926 is niet zonder be moediging". 1925 was ook het jaar van de Bezoek van burgemeester Driessen aan onze gemeente. Van links naar rechts: wethouder Verstegen, burgemeester Houwing, burgemeester Driessen. ^poto van jjet f0t0bureiu „Helder"). \Foto van het fotobureau „Helder".) Over weinige dagen zal burgemeester Houwing onze gemeente hebben verlaten en zijn plaats zal worden ingenomen door den heer Driessen. Wij zouden in onze taak tekort schieten indien wij bij deze gelegenheid den burgemeester niet een hartelijk vaarwel toeriepen en hem nog een aantal jaren' van welverdiende rust zouden toewenschen. Als wij de balans opmaken van des bur gemeesters arbeid in de periode van zijn ruim veertienjarige werkzaamheid 'als hoofd onzer gemeente, dan moet vóór alles de aandacht worden gevestigd op de buitengewoon moeilijke positie, die de heer Houwing hier had. Die moeilijke positie ontstond voor een deel door de finantieele omstandigheden, waarin onze gemeente nu eenmaal verkeert (en in zoo ver geldt de qualificatie ook voor den op volger), maar zij werden zeer belangrijk verscherpt doordat de heer Houwing hier kwam in den vollen oorlogstoestand. Im mers, nadat burgemeester van Steyn in het voorjaar van 1915 was overleden, werd de heer Houwing eenige maanden later, in de vergadering van 5 Augustus 1915 geïnstalleerd. Drie weken later, n.L 24 Augustus van dat jaar, had de eerste raadsvergadering onder leiding van den nieuwen burgemeester plaats, en al dade lijk kwam daar een bjelangrijk, sedert van de agenda verdwenen, punt aan de orde: nl een verzoek van de Vereeniging „Het witte Kruis" tot oprichting van een volks- badbuis. B. en W. adviseerden, geene be slissing te nemen, het betreurende, dat van particuliere zijde niet meer werd ge- daanf en de Raad ging met dit prae- advies mee. Betreffende het optreden van den bur gemeester schreven wij in ons raadsover- zicht van 28 Augustus 1915: De nieuwe burgemeester heeft door zijn wijze van optreden, zijn jovialiteit, in den korten tijd van zijn „bestaan reeds •vele Heldersche harten, die vrij cynisch waren veroverd, en wij gelooven, dat hij bezig is zich eene populariteit te verwer den, die de bevolking van deze plaats vreemd was en aangenaam aandoet. Deze woorden sloegen heel aardig den spijker op den kop, want Inderdaad heeft Hp heer Houwing zich hier populair weten te Se" Met tal van voorbeelden zou dat aan te toonen zijn; steeds kon de bur gerij, als zij een beroep deed op s Burge meesters steun of medewerking, op hem rekenen. Wij hebben in ons nummer van 30 Juni van dit jaar, naar aanleiding van 's Burgemeesters mededeeling in den Raad, dat hij ontslag gevraagd had, reeds gewezen op het aanpassingsvermogen, dat de heer Houwing heeft getoond te bezitten. In ons Nieuwjaarsoverzicht over 1915 zeiden wij: „Zijn (n.1. des heeren Van Steyn's) opvolger, de heer W. Houwing, die 5 Augustus in een afzonderlijke raads vergadering geïnstalleerd werd, bleek in verschillende zaken the right man in the right place te zijn, die met vaste hand in greep en van snel handelen hield. In kor ten tijd had de burgemeester zich inge werkt in de omvangrijke werkzaamheden van zijn ambt, zoodat zelfs zijne politieke tegenstanders hem dienaangaande hun lof niet onthielden bij de algemeene be schouwingen over de begrooting." In 1915, het tweede jaar van den gruwe- lijken oorlog, begon de nood, ook in ons neutrale landje, al te nijpen. Het gevolg was de oprichting van het Kon. Nationaal Steuncomité, dat ook hier ter stede werkte en in October van dat jaar een groote fancy-fair organiseerde, die heel wat geld inbracht. Wegens den staat van beleg ressorteerde deze fancy-fair onder het militair gezag en werd zij namens den toenmaligen vice-admiraal geopend, door den heer de Ven als voorzitter van het plaatselijk Steuncomité. Maar de burge meester zelf kwam al spoedig voor aller lei andere vraagstukken te staan; een werkeloosheidsfonds werd opgericht, een groot tekort op de gasfabriek ontstond tengevolge van de enorme stijging der kolenprijzen* er moesten goedkoope levens middelen worden gedistribueerd. Alle maatregelen, die in verband stonden met den toestand, en wij schreven dan ook, in eene beschouwing over de begrooting 1916, den 9den October 1915: „De' Burgemeester aanvaardt wel onder moeilijke omstandigheden zijn taak als hoofd der gemeente. Immers, hij moet voor dit deficit (ontstaan tengevolge van de bovengenoemde stijging der kolen- prijzen en het ontbreken van eenig reserve-kapitaal aan de gasfabriek) dek king zoeken door den Hoofdelijken Om slag die in 1915 geraamd was op 125.000, te brengen op 175.000 en alzoo met 50.000.te vermeerderen, Eene ver meerdering dus van 40 Helaas! er zouden nog veel donkerder dagen komen! Intusschen moest het ge meentewerk zijn gang gaan; het tegen woordige Tuindorp ontstond, een nieuwe belastingregeling werd ingevoerd en tal van andere zaken vroegen 's Burgemees ters aandacht. Zoo werd in 1916 de vrije Zaterdagmiddag ingesteld; het distributie bureau kwam in werking (een model inrichting werd het in den Raad gekwa lificeerd), de gasprijs werd verhoogd, duurte-toeslagen werden toegekend. Het plan-Krijnen voor het spuikanaal werd aangenomen en ondanks den oorlogstoe stand werd met de uitvoering begonnen. In dit jaar had ook plaats het onderzoek naar de gestie van den toenmaligen direc teur der gasfabriek, hetwelk weliswaar niet tot eenig positief resultaat leidde,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1928 | | pagina 17