S. A. KANNEWASSER ZN. DE HAND DER TRAGEDIE Eerste Blad. Sproeten komen vroeg in het voorjaar, koop tijdig een pot Sprutol. Bij alle Drogisten. BUITENLAND. OOST-ltlDIË. Nr. 6648 WOENSDAG 8 MEI 1829 ,67ste JAARGANG FEUILLETON KINDERJURKEN KRUIPPAKJES PYAMA's OVERHEMDEN JONGEMEISJESKLEEDING i S&jwve&ii DE AANSLAG OP W0LDEMARAS. StOKVIS FABRIKAAT Ouderwetsche degelijkheid Moderne constructie Lage prijzen R.S. STOKVIS ZONEN BUITENLANDSOH NIEUWS. VRAAGT SPOOR'/ MOSTERD DE KRUISERS NAAR HOLLAND. En de „vlootbasls" Soerabaia. HKLDERSCHK COURANT Verschijnt Dinsdag»-, Donderdag- en Zaterdagmiddag Redacteur-Uitgever: C. DB BOER Jr„ DEN HELDER Bureau: Koningstraat 29 Telefoon: 50 en 412 Licht op voor Auto's en Fietsen: Donderdag 9 Mei 8.04 uur. Vrijdag 10 8.05 HET STEMMEN IN DE RAADS VERGADERINGEN. door W. R. Drost, Burgemeester-Secretaris van Kwadjjk, Middelie en Wander. De techniek der stemming. Het gedeelte I behandelde: de begin selen, welke aan de stemming ten grond slag liggen. Er rest nog een bespreking over de ar tikelen 50, 51 en 52 over de techniek der verkiezing, weinig in getal, maar van veel belang. Artikel 50 zegt hoe de raad tot besluit vorming moet komen. Alle besluiten wor den door volstrekte meerderheid, dus wederom de helft plus 1, der stemmende leden opgemaakt. De blanco stemmen en die van onwaarde tellen niet mede. Deze woTden dus afgetrokken van het totaal der uitgebrachte stemmen. Zijn er bij een stemming over personen 7 leden, waar van 1 blanco en 1 van onwaarde stemt, dan is de volstrekte meerderheid te bere kenen naar de 5 geldige stemmen en dus 8. Bij staking van stemmen over zaken wordt het nemen van een besluit tot een volgende vergadering uitgesteld. In deze en evenzoo in een voltallige vergadering, wordt, bij staken van stemmen, het voor stel geacht niet te zijn aangenomen. En terecht: in een voltallige vergadering, d.w.z. eene, waarin tegenwoordig zijn alle leden, waaruit de Raad op een bepaald oogenblik bestaat, is er geen aanleiding tot wachten. Afwezig is niemand, nieuwe inzichten zullen zich, naar te verwachten is in een voltallige vergadering, niet voor doen. Kan nieuw licht van niet- aanwezi gen de duisternis der stemmen-staking verhelderen, dan schrijft de wet voor, dat de zaak wederom in een volgende verga dering ter tafel moet worden gebracht. Ofschoon het zeker wel de bedoeling der wet is, om de nadere stemming, die moet worden beschouwd als een voortzetting van de eerste, te doen houden in de eerst volgende vergadering, verzet de letter der wet er zich niet tegen om een hernieuwde stemming uit te stellen, langer dan tot de eerstvolgende vergadering. Uitdrukkelijk vestig ik er de aandacht op, dat het ge volg, dat verbonden is aan het staken der stemmen: „het voorstel wordt geacht niet te zijn aangenomen", in geenen deele medebrengt, dat tot het tegengestelde is besloten. Over alle zaken wordt mondeling en hij hoofdelijke oproeping gestemd. En lezen we niet in de raadsverslagen, ook van die der grootste gemeenten van ons land, dat een besluit zonder hoofdelijke stemming (zh.s.1 is vastgesteld? In strijd met de wet vraagt ge? Met de letter der wet zeker; doch zonder bezwaar kan art. 62 op die wijze worden overtreden, wan neer men bedenkt, dat de Kroon slechts dan tot vernietiging van een raadsbesluit overgaat, wanneer een ander resultaat der gehouden stemming mogelijk is. En dat is niet het geval, het raadsbesluit „z.h.s." ge- TOBRALCO Is het meest geschikte en sollede Katoenen weefsel voor Gegarandeerd Wasch-, Zon- en lichtecht. Verkrijgbaar In een groote kelize dessins en effen kleuren. Beantwoordend aan eiken smaak. Let op den naam TOBRALCO op den zelfkant nomen, is feitelijk tot stand gekomen met algemeene stemmen. Wat de stemming over personen be treft, houdt de gemeentewet slechts het volgende tweetal bepalingen in. Bij het doen van keuzen of voordrach ten van personen, wordt bij gesloten en ongeteekende briefjes gestemd. Het ge heim der stemming is door deze laatste bepaling gewaarborgd. Persoonlijke ge voeligheden worden vermeden. Ingeval omtrent het benoemen -of voor dragen van personen de stemmen bij; her stemming staken, beslist terstond het lot. Hier is dus niet, zooals bij stemming over zaken, uitstel mogelijk, maar er volgt in dezelfde vergadering terstond een beslis sing. De raad kan het loten regelen, zoo- als hij, wil, bijv. het stembureau briefjes laten maken, volkomen gelijk aan elkan der, waaruit de voorzitter trekt. Volledigheidshalve teeken ik hierbij nog even aan het bewuste artikel 46, dat met de behandelde bepalingen nauw ver band houdt, luidende: Zij; (de raadsleden) onthouden zich van medestemmen over de zaken, die hen, hunne echtgenooten, of hunne bloed- of aanverwanten, tot den derden graad inge sloten, persoonlijk aangaan, of waarin zij als gelastigden zijn betrokken. Eene be noeming wordt geacht iemand persoonlijk aan te gaan, wanneer hij' behoort tot die personen, tot welke de keuze door eene voordracht of bij eene herstemming is be perkt. Het eerste lid is niet van toepassing bij de beslissing over de toelating van de na periodieke aftreding nieuw inkomende leden. De Gemeentewet is dus wel zeer sober op het punt der stemmingstechniek, in te genstelling met de provinciale wet, voor de wijzigingen in 1925, welke in de artike lenreeks 78 tot en met 83 een meer uit door E. PHILLIPS OPPENHEIM. 2) „Ongelukkigerwijze kan ik u van den een niet vertellen zonder van de andere te spreken," zeide zij veelbeteekenend. Ik besloot tot meegaandheid en trok de wenkbrauwen op, gelijk men dat na zulk een gezegde behoort te doen. „Hoe choquanti" riep ik uit. Ik kwam weer in de gratie. Mijn ont vangst van de mysterieuze mededeeling was zoo goed geweest als men verwachten kon. „Wij beschouwen het als een ergerlijk geval," zeide zij, zich vertrouwelijk naar ■mij toebuigend. „Gelukkig kan ik u zeg gen, dat Bruce Deville de minst schuldige van de twee." Ja dat niet gewoonlijk het geval? mompelde ik. „De vrouw krijgt de last te dragen." „En de vrouw verdient het in den regel ook," hernam Lady Naselton beslist. „Dat is althans mijn oudervinding, en ik heb meer van de wereld gezien dan u. In het geval waarover wij spreken, kan er geen twijfel aan zijn. Die vrouw is hem letter lijk nageloopen hierheen en zij' kwam wo nen bijna voor zijn deur, terwijl hij in de stad was. Zij zat met nauwelijks een stoel i> hui*, moer dan een maand lang. Toen voerige regeling inhield voor de stemmin gen in de statenvergaderingen, hetgeen is toe te schrijven aan de dubbele taak der Provinciale Staten: le. autonoom college, belast met de regeling en het bestuur der provinciale huishouding, doch 2e. kies-oollege voor de leden van de Eerste Kamer der Staten-Generaal, vóór de ver kiezing op den grondslag van evenredige vertegenwoordiging. In de praktijk nu, plegen de raden de enkele bepalingen der Gemeentewet aan te vullen met een regeling, in hoofdzaak correspondeerende met genoemde, sedert vervallen artikelenreeks der provinciale Wet De meeste reglementen van orde voor de vergaderingen der gemeenteraden bepalen dan ook het volgende: Wanneer een benoeming of voordracht is te doen, benoemt de voorzitter een hij het reglement van orde te bepalen getal leden tot stemopnemers. Zij onderzoeken of het getal stembriefjes gelijk is aan dat der tegenwoordig zijnde leden. De inhoud van elk briefje wordt door een der stem opnemers over luid voorgelezen, door een ander nagezien en opgeteekend. Er hebben zoovele stemmingen plaats, als personen te benoemen of voor te dra gen zijn. Niet of niet behoorlijk ingevulde stem briefjes worden, tot bepaling der meerder heid, afgetrokken van het getal der leden, die aan de stemming hebben deelgenomen. In geval van twijfel over den inhoud van een briefje, beslist de vergadering. Een verkregen meerderheid van stem men geldt niet, wanneer de vergadering beslist, dat daarop een tusschen het getal der briefjes en dit der gestemd hebbende leden bestaand verschil van invloed heeft kunnen zijn. Wanneer iemand bij de eerste stemming de volstrekte meerderheid heeft verkre gen, wordt tot een tweede vrije stemming overgegaan. Is ook bij deze geen volstrek te meerderheid verkregen, dan wordt de stemming bepaald tot de twee personen, die bij de tweede stemming de meeste stemmen hebben verkregen. Zijn de mees te stemmen tusschen meerdere personen verdeeld, tot allen die aldus de meeste stemmen hebben erlangd'. Zijn bij de tweede stemming de meeste stemmen over meer dan twee personen verdeeld, dan wordt bij tusschenstemming uitgemaakt over welke twee personen de herstemming zal loopen. Indien bij de herstemming de stemmen staken, bepaalt de gemeentewet in artikel 51 weer, dat terstond het lot beslist. Bij de tusschenstemming om tot de her stemming te geraken, geldt de beperking van artikel 46 der gemeentewet. Het regle ment van orde komt tot stand bij raadsbe sluit, aan gedeputeerde staten mede te doelen. Met deze opmerking zij dit tweede slot artikel over het stemmen in de raadsver gaderingen besloten. beslissende kwestie der wapeningen te land heeft aangenomen, heeft de Duitsche delegatie genoopt zich van het door de meerderheid opgestelde program los te maken. Zij laat de verantwoordelijkheid voor de voorbereiding der conferentie thans uitsluitend aan deze meerderheid over. Ik stel nadrukkelijk vast, dat Politis in zijn slotrede slechts namens de meerder heid kan hebben gesproken en dat het ver rassende optimisme, waarmee hij de werk zaamheden der commissie huldigde, door de Duitsche delegatie en, naar ik veron derstel, door de openbare meening der meeste landen geenszins wordt gedeeld. De eenige hoop blijft gevestigd op de al gemeene conferentie, welker spoedige bij eenroeping het doel der verantwoordelijkë volkenbondsorganen moet blijven, en welke slechts succes kan hebben, wanneer de regeeringen aan haar vertegenwoor digers andere instructies dan tot dusver geven Boover voldaan. Washington, 7 Mei. Hoover heeft zich ten zeerste voldaan verklaard over de resultaten van de zitting der voorbereiden de ontwapeningscommissie te Genève, speciaal omdat de voornaamste zee mogendheden bijval betuigd hebben aan de voorstellen tot vermindering van de wapening ter zee door de Amerikaansche delegatie. VOEKENBOND. hij terugkwam, werd het huis van onder tot boven gemeubeld met het goed van de Ooairt. Dagen achtereen' reden de kar ren heen en weer. Zij ging zelfs mee en koos sommige meubels uit. Ik heb het alles aangezien met eigen oogen. O, het was zoo onbeschaamd als het maar kon." „Vertel mij' van Mr. Deville," viel ik haar in de rede. „Ik heb hem nog niet gezien. Wat is hij voor iemand?'' „Bruce Deville," murmelde zij voor zich heen. Toen bleef zij een oogenblik in ge- dadhten zitten. Het was of er een schaduw van verdriet over haar gelaat gleed. „Bruce Deville is mijn petekind," zeide zij langzaam. „Daarom denk i!k, dat ik zijn mislukking des te dieper gevoel." „Hij is dus mislukt?" vroeg ik. „Giste ren heeft iemand over hem gesproken, maar ik heb slechts hier en daar een stuk gehoord. Is hij niet erg Don-Quichottisch, en heel arm?" „Arm?" Zij herhaalde het woord met bijzonderen' nadruk. Toen stond zij; van haar stoel op en deed een paar stappen. „Kom hier, kindlief." Ik kwam' hij haar staan en overzag de door de zon beschenen weide en het gol vende land. De 'boerenwoningen met hun grijze gevels en roode dakpannen hadden een bijzonder welvarend aanzien. De grond was voor het meerendeel bouw land en goed bewerkt Zij; strekte de hand uit „Kijk!" zeide zij. „Ziet dat er uit als de bezitting van een arim man?" Ik schudde het hoofd. Ieder dorp daar van oost tot west en iedere akker behoort aan Bruoe Deville DE VOORBEREIDENDE ONTWAPENINGSCONFERENTIE. Een bittere epiloog van Bernstorff. Graaf Bemsitorff, de leider der Duitsche delegatie bij de voorbereidende ontwape ningscommissie, heeft Maandag bij: zijn afscheid van de Duitsche persvertegen woordigers o.a. verklaard: De houding, welke de oommissie in de OOSTZEELANDEN. Omtrent den te Kowno gepleegden aan slag op den Litauschen minister-president, wordt nog bericht, dat de politie onmid dellijk het plein voor den schouwburg afzette en het aangrenzende terrein door zocht. Hierbij werden nog twee scherpe handgranaten en munitie gevonden, die naar alle waarschijnlijkheid van de daders afkomstig zijn. Naar verluidt zijnde schoten door twee of drie personen gelost. De daders zijn in het gedrang voor den schouwburg ontkomen. Men neemt aan, dat zij aan hangers zijn van Plesjkaitis, den leider van de Litausche emigranten in het Wilna- gebied. In deze meening wordt men ver sterkt doordat de ernstig gewonde kapitein Verbickas, vóórdat hij het bewustzijn verloor uitgeroepen heeft, dat de daders Poolsch spraken. De neef van Woldemaras heeft drie schoten in den buik en één in de borst opgeloopen. Hij is nog Maandag nacht geopereerd en zal het leven er waarschijnlijk wel van afbrengen. Me vrouw Woldemaras heeft twee schoten door haar mantel gekregenzij bleef echter ongedeerd, evenals haar man. Men meldt nog uit Berlijn: De aanslag schijnt zorgvuldig te zijn voorbereid. De daders hebben in elk geval geweten dat het in de bedoeling van Woldemaras lag het aoncert van Rus sische kunstenaars in het Stadstheater bij te wonen. In de vestibule van den schouwburg zijn twee bommen ontdekt, die gelukkig niet ontploften. Het publiek, dat den schouwburg geheel vulde, vernam eerst tijdens de pauze wat gebeurd was. Het concert werd niet afgebroken. De gewonden werden in een kleedkamer ge bracht, waar ze geneeskundige hulp ont vingen. De minister van binnenlandsche zaken, die eveneens het concert bijwoonde, leidde het eerste onderzoek en alarmeerde de politie, maar deze was er Dinsdag 1 AMSTERDAM ROTTERDAM GRONINGEN nog niet in geslaagd het spoor van de daders te ontdekken. Een tweede adjudant van Woldemaras is ook door een kogel in de long ge troffen. De operaties, die de verschillende gewonden hebben moeten ondergaan, zijn goed geslaagd. De politie heeft een aantal huiszoekingen gedaan en verschillende verdachte personen gearresteerd. Te Kowno is men algemeen van meening, dat de daders behooren tot de te Wilna verblijvende Litausche emigranten. DE COMMISSIE VAN DESKUNDIGEN. De bemiddeling van Owen Young. Nog geen stap verder. Parijs, 7 Mei. De onderhandelingen, die de voorzitter van de commissie van deskundigen vandaag met de hoofden van verschillende delegaties gevoerd heeft, hebben, naar men zegt, de zaak niets verder gebracht. Het schijnt, dat de kwestie van de verdeeling van de annuï teiten onder de gegadigde landen moei lijkheden oplevert. en heeft sedert eeuwen aan de Devilles behoord. Er is geen andere landeigenaar hier in den omtrek." Ik begreep er niets van. „Maar waarom noemen de menschen hemi dan zoo doodarm?" vroeg ik. „Zij zoggen, dat de Oourt zoo goed als geslo ten is, en dat hjj een kluizenaarsleven leidt, bijna zonder bedienden zelfs." „Hij1 ia zoo arm als Joh, of zegt dat althans," ging Lady Naselton voort, ter wijl ziji weer plaats nam; „Hij is een heel buitengewoon man. Hij is wel twaalf jaar van de Court weggebleven om in het bui tenland rond te zwerven, zonder het min ste geregelde reisplan. Men hoorde van hem en ontmoette hem in allerlei vreemde, afgelegen plaatsjes. Toen heeft hij een poos in Londen ge woond en een vermogen verkwist ik weet eigenlijk: niet, of ik dat wel vertel len moest, aan Marie Leparte, de zan geres. Op een dag kwam hij plotseling naar de Court terug, die al dien tijd ge sloten was geweest, en vestigde daar -zijn verblijf in een enkele kamer, en met een ouden bediende. Hij gaf voor dat hij ge ruïneerd was en niet verlangde iemand te bezoeken of bezocht te worden. Hij ge droeg zich op zoo zonderlinge wijze, dat, die toch naar hem toegingen, het waar schijnlijk niet voor een tweeden keer zullen doen." „Hoe lang heeft hij daar zoo gewoond?" vroeg ik. „Vier jaren ongeveer." „Ik veronderstel, dat u hem toch nog wel eena spreekt?" Zij schudde treurig het hoofd. Het telegrafisch gemeld bericht, dat de kruisers eerlang voor 1 of l1/» jaar naar Holland moeten ter revisie en reparatie, geeft het Soer. Hbl. aanleiding tot de vol gende opmerkingen: Holland geeft een niet-edelen wedstrijd te zien, welk van de drie groote onder- deelen der imperiale weermacht het het eerst en het snelst te gronde zal richten. Dat het Nederlandsche leger steeds min der gaat beteekenen, dank zij de be- snoeiings- en bezuinigingsmaatregelen van den laatsten tijd, is geen geheim. Bo vendien zal in het ondervolgende daarvan nog een doorslaand bewijs worden gege ven. Welke plannen worden gekoesterd, wel licht ten deele al uitgevoerd, ten aanzien van de Indische Landmacht, is alsmede „Heel zelden. Niet meer dan onvermij delijk is. Hjj is zoo verschrikkelijk ver anderd." „Vertel mij, hoe hij is." „Hoe hij1 is? Van uiterlijk, bedoel Je? Hjj; is onmogelijk niet om aan te zien, vooral nu hij zijn voorkomen zoo veron achtzaamt. Hij loopt rond in kleeren, die mijn koetsier niet zou willen dragen en hij heeft hooge schouders. Ik vind een man, die hooge schouders heeft, onuit staanbaar." „Ik ook," stemde ik toe. „Wat een on aangename nabuur moet hij zijn." „O, dat is het ergste niet," ging zij; voort. BQj is in alle opzichten onmogelijk. Hij is stug van humeur en stug van ma nieren. Niemand zou in hem een heer zien. Hij is hard en roekeloos en doet niets dan het land aüoopen. Er worden dingen van hem verteld, die ik niet zou durven herhalen. Ik gevoel het diep, maar het geeft niets, de waarheid te ver helen. Hij; is geheel en al allerongeluk kigst mislukt." „Over het geheel," merkte ik op, terwijl ik ook weer ging zitten, Js het dan mis schien maar goed, dat hij niet ge komen is." „Het verdrietigste is," vervolgde Lady Naselton weer, „dat hjj toch zoo'n aardige jongen geweest is. Maar komt mijn heer Ffolliot daar niet?" voegde zij er bij op geheel anderen toon. „Ik ben blij, dat ik hem eindelijk eens zal ontmoeten." Ik keek op en volgde haar glimlachen den blik. Mijn vader was, zonder dat wij het hoorden, over bet zachte groene gras naar ons toegekomen. Wij beiden sloegen hem een oogenblik gade terwijl hij naderde, Lady Naselton met een blik van eenige verwondering. Mijn vader wag in het minst niet het type van den gewonen plattelandsgeeste- lïjke. Hij was lang en dank en had een kalme gedistingeerdheid over zich. Zijn gladgeschoren gelaat duidde groote schranderheid aan. Zijn haar was nog slechts zeer weinig grijs, zijn oog zacht, zijn mond 'beweeglijk en1 welwillend. Zijn geheel© voorkomen was in alle opzichten onberispelijk, van de toppen zijner slanke vingers tot de smetteloos witte das die het eenige kleedingstuk uitmaakte, waardoor de strengheid van zijh geestelijk gewaad eenlgszins verlicht werd. Hij boog over Lady-Naseltons hand met een glimlach, dien die vrouwen gewoonlijk betooverend vonden. „Het verheugt mij zeer, Lady Naselton te ontmoeten," zeide hij hoffelijk. „Mijn dochter heeft mij veel van u verteld." Daarop wendde mijn vader zich tot mij. „Heb je ook thee, Eate?" vroeg hij. „Ik heb verscheidene bezoeken afgelegd!, en dat is een1 wednig vermoeiend:" „Ik heb nog wel, maar ze is niet lekker meer," zeide ik, op de gong slaande. „Maiy zal versohe zetten." Mijn vader stemde zwijgend toe. Hij zag zeer op kleinigheden! en: ik zou wel oppassen hem geen koude thee te geven. Hij trok een rieten stoel naderbij; en kwaim bij ons zitten. (Wendt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1929 | | pagina 1