DE CULEMBORGSCHE MOORDZAAK.
EEN RIJKSVELDWACHTER ERNSTIG
VERWOND.
ZEILBOOT OMGESLAGEN OP DE
ZUIDERZEE
Inzittenden wisten zwemmende
den wal te bereiken.
De zaak-Llebermann.
De dagvaarding.
Julianadorp.
VER TOT BEVORDERING VAN
GETROUW SCHOOLBEZOEK.
Breezand-
ALGEMEENE VERGADERING
„HET ONDERLINGE VEEFONDS".
P.
Uit de Land- en Tuinbouwwereld.
DE STATISTIEK VAN EEN LEVEN.
IN HET CIRCUS.
Wie een kuil graaf toot een
amder
De Hooge Raad heeft gisteren verwor
pen het caBsasieheroep van A. C., cfle met
betrekking tot de Culemborgsohe moord
zaak is veroordeeld door het hof te Arn
hem tot 6 maanden gevangenisstraf we
wegens meineed.
Maandagavond ongeveer 11 uur is die
57-jarige rijksveldwachter Leiten, gesta
tioneerd1 te Zeggen (N.Br.), die op sur
veillance'was, op den rijksstraatweg door
twee onbekende personen van achteren
aangevallen en door een van hen met een
mes ernstig verwond. Onmiddellijk daarna
sloegen de beide mannen op de vlucht,
nog even nagezet door den gewonden
rijksveldwachter. Na voorloopig te zijn
verbonden, is Leiten naar het Charitas-
gasthuis te Roosendaal vervoerd, waar
hij ter verpleging is opgenomen.
Maandagmiddag ging mr. J. B. Boon,
rechter in de Arrondissements Recht
bank te Amsterdam, met zijn dochter van
uit Muiderberg op de Zuiderzee zeilen.
Op een gegeven oogenblik is door een
eenigszins hooge golf water in de boot
gekomen, waardoor deze kantelde en bei
den in het water terecht kwamen. Zonder
dat zij van elkaar iets afwisten bleven
vader en dochter ruim een uur rond
zwemmen, alvorens zij de kust wisten te
bereiken. Mr. Boon stapte aan land bij
den veldwachter te Muiderberg, terwijl
zijn dochter te Valkeveen landde. Men
begrijpt het gelukkige weerzien van bei
den, toen zij elkaar later vonden.
(De Telegraaf).
De officier van justitie, mr. D. Reyling
Bzn., heeft de dagvaarding uitgebracht
tegen Liebermann, geboren te Riga (Let
land) op 14 Februari 1886, verblijvende
in het Huis van Bewaring te Amsterdam.
De dagvaarding beslaat ruim veertien
foliopagina's (getypt).
Wij laten hieronder een résumé volgen.
Twee feitencomplexen dienen onder
scheiden te wordenin de eerste plaats
is er de overdracht van activa, toebehoo-
rende aan de Veendammer Hypotheek
bank, aan de familie Woltman.
Deze overdracht wordt gequaliflceerd
achtereenvolgens als bedriegelijke bank
breuk en als verduistering. Aan verdachte
Liebermann wordt ten laste gelegd het
medeplegen van het delict, subs. mede
plichtigheid, subs. lokken, subs. doen
plegen.
Het tweede onderdeel van het feiten
complex zijn de overdrachten van waar
den, toebehoorende aan de Veendammer
Hypotheekbank, tijdens het directenr-
schap van A. C. Möhring, aan de N.V.
Discontobank voor Credietinstellingen.
Dit delict wordt als bedriegelijke bank
breuk, subs. verduistering, subs. heling
geconstrueerd, terwijl aan verdachte Lie
bermann in dit geval het medeplegen,
subs. medeplichtigheid, subs. uitlokking
tot, subs. doen plegen van het delict
wordt ten laste gelegd.
Ten slotte, indien voor alle bovenge
noemde feiten geen veroordeeling kan
plaats vinden, wordt aan Liebermann het
medeplegen, subs. medeplichtigheid, subs.
uitlokking, subs. het doen plegen van een
delict ten laste gelegd in zake het feit,
dat Möhring als directeur van de Veen
dammer Hypotheekbank ermee accoord is
gegaan, dat de volwaardige vordering op
de n.v. Discontobank voor Credietinstel
lingen als betaalmiddel voor de aandeelen
der Veendammer Hypotheekbank werd
vervangen door de niet volwaardige vor
dering op Paardekooper.
Opmerkelijk is, dat in deze laatste ten
lastelegging de vordering op de n.v. Dis
contobank voor Credietinstellingen wèl
als volwaardig wordt beschouwd, terwijl
hiervan in de vorengenoemde ten laste-
leggingen geen sprake is. Opgemerkt
dient voorts te worden, dat deze volwaar
digheid dan ook alleen geldt, als voor alle
overige ten laste gelegde delicten geen
veroordeeling heeft kunnen plaats vindeD.
Gelijk bekend, zal de behandeling der
zaak een aanvang nemen op 5 Juni a.s.
»Nw. Rott. Crt.«
Woensdagavond vergaderde de Vereeni-
ging tot bevordering van getrouw school
bezoek met slechts 13 leden in het café
„Prins Hendrik" van den heer H. J. Beu
neman. De voorzitter, de heer S. Eriks,
heet allen welkom en vindt het jammer,
dat de belangstelling zoo klein is. De notu
len worden door den secretaris, den heer
L. Tigchelaar, gelezen en onder dank on
veranderd vastgesteld.
Volgt rekening en verantwoording van
den penningmeester, den heer L. A. Sme-
link. Deze bescheiden waren van te voren
nagezien door de heeren C. Tromp en T.
Speur en werd door dezen medegedeeld,
dat alles in orde was bevonden. De ont
vangsten hadden bedragen 479.38, de uit
gaven 470.78, saldo 8.60, hetwelk met
het saldo van het Spaarbankboekje een
bezit maakt van 238.58.
Niemand verlangde nadere inlichtingen
en werd vervolgens een en ander goedge
keurd met dank aan den penningm. en de
commissie.
Volgde bestuursverkiezing. Aftredend
en niet herkiesbaar de heer S. Eriks. Ge
kozen werd de heer C. Tromp, die de be
noeming aannaqt.
Volgde bespreking van het schoolfeest.
Hierover werd door eenigen van gedachten
gewisseld, maar toch besloten om met de
hoogste klassen op reis te gaan naar het
Gooi, de omstreken van Hilversum, met
een bezoek aan den fraaien speeltuin
„Kievitsdal" aan dan Soestdijkerstraatweg.
Indien mogelijk zal de reis gemaakt wor
den met particuliere auto's. Van te voren
zullen echter een naar heeren er eens ter
oriënteering op uittrekken, vooral wat de
te volgen route betreft. Als datum voor
deze reis werd bepaald Maandag 17 J^ni
a.s. Voor de jongste leerjaren werd die
bepaald op Vrijdag 14 Juni en daar het
vorige jaar het morgenbezoek aan Huis
duinen goed was bevallen, zal dit ook nu
weer plaats hebben en zullen des middags
op het dorp de diverse spelletjes plaats
vinden. De nadere regeling van een en
ander wordt aan het bestuur overgelaten.
De rondvraag leverde niets op. De heer
De Vries richtte zich namens de aanwezi
gen met eenige welgekozen woorden tot
den voorzitter, omdat die nu voor het laatst
hier aanwezig is, en zegt hem dank voor
alles wat hij heeft gedaan in het belang
van de Ver. tot Bev. van Getrouw School
bezoek en hij hoopt, dat een volgend jaar
bfj de bestuursverkiezing de heer Eriks
daar weer zal kunnen zitting nemen.
Daarna zegt de voorzitter dank voor de
besprekingen en sluit de vergadering.
Zaterdagavond hield het Onderlinge
Veefonds te Anna Paulowna een alge-
meene vergadering in de zaal van den
heer Borst. De opkomst was niet groot,
wat, zoo daags voor Pinksteren, wel te
verwachten was.
Na opening met een woord van welkom
door den voorzitter, den heer A. Schil
derman, las de secretaris, de heer P. J.
List, de notulen, welke zander op- of
aanmerkingen werden goedgekeurd.
Hierna doet de penningmeester, insge
lijks de heer P. J. List, rekening en ver
antwoording, waaruit blijkt, dat ontvan
gen is:
Aan contributie 3.880.10, aan gestor
ven vee 1.208,04, tezamen 5.088.14.
Het nadeeiig saldo 1927 bedroeg
242.161/*, aan administratie, brandassu-
rantie, zegels enz. is uitgegeven 574.65,
aan gestorven vee 4.479.53, tezamen
5.088.14, zoodat 1928 een nadeeiig saldo
heeft te boeken van 208.197».
Door het fonds zijn als afgekeurd vee
overgenomen 21 koeien, 1 pink en 3 kal
veren, tezamen dus niet minder dan 25
stuks.
De Commissie, die zich heeft belast roet
het nazien der rekening verklaart, bij
monde van den heer Van Genderen, alles
in orde te hebben bevonden, waarop de
voorzitter de Oommissie dankt voor haar
moeite en den penningmeester voor zijn
goed beheer.
Uit het overzicht, dat de penningmees
ter geeft van den toestand over het tijd
vak van 1 Dec. 1928 tot 18 Mei 1929 blijkt,
dat aan contributie is ontvangen 1.816.95,
aan gestorven vee 498.50, tezamen
2.314,45. Het nadeeiig saldo 1928 be
droeg, als gezegd, 208.197>, aan gestor
ven vee is uitbetaald 1.318.687», aan ad
ministratie, zegels, brandassurantie en
Kamer van Koophandel 323.20, dus het
totaal der uitgaven bedraagt 1.860.08.
Er is dus momenteel een saldo van
464.37. Aan het fonds zijn overgegaan 7
koeien.
Door het Bestuur wordt voorgesteld, om
de premie voor het eerstvolgende halfjaar
vast te stellen op 1 pot., welk voorstel
wordt aangenomen.
Twee leden verklaren als lid te bedan
ken, wijl het lidmaatschap hen te duur
wordt. Het Bestuur antwoordt, dat zij
daarin volkomen vrij zijn, maar zij mogen
niet zeggen, dat het fonds te duur is. Geen
veefonds toch, zegt het Bestuur, waarvan
de exploitatiekosten zóó gering zijn als
bij ons, zoodat wij met elkanders fonds
kunnen concurreeren. Vergeefs zullen de
heeren dan ook zoeken, om aldus goed-
kooper terecht te kunnen. Maar ja, willen
zij bedanken, dat is hun recht, doch laten
zjj niet beweren, dat het fonds te duur is.
Verschillende voorbeelden worden nog
aangehaald, om het tegendeel te bewijzen.
Daarop stelt het Bestuur voor, op het
voorbeeld van andere gemeenten, om bij
aankoop van vee keuring op tuberculose
verplichtend te stellen. Dat wil zeggen,
als een lid vee mocht aankoopen, dan is hij
verplicht om dit op eigen kosten door een
veearts te laten onderzoeken en slechts op
een schriftelijke verklaring van dien vee
arts, dat het aangekochte vee vrij is van
tuberculose, wordt dit in het fonds opge
nomen. Sommige leden zouden liever zien
dat het fonds die keuringskosten betaalde.
Lang en breed wordt het Bestuursvoor
stel besproken en ten slotte aangenomen
met meerderheid van stemmen. Het Be
stuur zal zich met een veearts in verbin
ding stellen.
Bij de rondvraag komt nog een en ander
naar voren.
Hierna volgt sluiting.
gazons moeten bemest worden, indien men
althans prijs stelt op een mooi gazon.
Nu hooren wij al sommige bezitters van een
tuin zeggen: „alles goed en wel, maar hoe
moet ilc aan mest komen?" Men denkt dan
aan stalmest. Wij moeten toegeven, dat vooral
voor bezitters van stadstuinen het verkrijgen
van goeden stalmest dikwijls zeer lastig is.
Maar er is ook een andere weg te bewande
len, door gebruik te maken van kunstmest.
Stalmest kunnen wij in het algemeen niet
aanbevelen voor groenten, omdat de smaak
daarvan er onder kan lijden. Daar komt nog
bij, dat nu en dan stalmest onkruid-
zaden bevat, wat later last oplevert.
Zelfs kunnen dóór stalmest kiemen van som
mige plantenziekten worden overgebracht,
wanneer deze mest strooisel bevat, waarin
deze kiemen voorkomen.
Het gebruik van kunstmest is veel eenvou
diger en goedlcooper. Om het den menschen
gemakkelijk te maken zijn zoogenaamde mest-
mengsels in den handel gebracht, ja men is
nog een stap verder gegaan en verkoopt
„gras"-mest, „aardappelen"-mest en nog vele
andere mengsels. Wij kunnen echter het ge
bruik van zulke meststoffen niet aanbevelen,
ie. omdat zij veel te dtiur zijn en 2e. omdat
men geen deugdelijke controle heeft over deze
samenstellingen. Doelmatiger en minder kost
baar is het kodopen van enkelvoudige mest
stoffen, als men er maar aan denkt steeds te
zorgen voor stikstof-, fosforzuur- en kali-
mest en soms ook voor kalk. Vooral deze
laatste stof is bij steenvruchten vaak nood
zakelijk.
Nu is het niet onverschillig, welke mest
stoffen in den tuin gegeven worden. Wij heb
ben toch meestal te doen met meer fijnere
planten, waarbij wij niet elke meststof kun
nen gebruiken. In het algemeen geven wij de
voorkeur voor kali aan Patentkali (gazons
kunnen ook met kalizout worden bemest)
voor stikstof aan Chilisalpeter en voor fosfor
zuur aan superfosfaat, tenzij de grond zuur ia,
dan 19 Slakkenmeel beter op zijn plaats.
Bij het uitstrooien drage men zorg, dat de
stoffen zoo weinig mogelijk in aanraking ko
men met de reeds groeiende plantendeelen,
omdat deze, vooral als zij vochtig zijn, daar
door geheel of gedeeltelijk kunnen doodgaan.
Met regenachtig weer heeft men daarvan geen
last, omdat door den regen meststoffen wor
den afgespoeld.
Het uitstrooien van kali- en fosforzuurmest
geschiedt het beste in het vroege voorjaar of
dadelijk na het spitten; doch men wachte, tot
de grond min of meer droog is, daar deze
anders weder dicht wordt getrapt. Het Chili
salpeter wordt later gegeven en dikwijls in
twee of drie keeren. Bij potplanten kan men
deze meststoffen ook gebruiken. Zij worden
dan vooraf goed gemengd, waarna elke pot
één of twee theelepeltjes ontvangt. Dit her
haalt men om de drie of vier weken. Ook
wordt wel gegoten met water, waarin deze
stoffen zijn opgelost, waarbij men in het oog
moet houden, dat per Liter water niet meer
mag gegeven worden dan 5 gram. Liever een
keer meer gieten, dan een sterkere oplossing
te gebruiken.
Nu is het zeer lastig bepaalde hoeveel
heden. op te geven. Wij raden onzen lezers aan
zich te wenden tot een tuinbouwkundige, dir
rekening zal houden met het gewas en de
grondsoort.
Hoewel wij niet bang zijn voor flinke be
mesting, geldt ook hier, dat men gemakke
lijk van het goede te veel kan verkrijgen,
vooral bij potplanten.
BEMESTING VAN DEN TUIN.
Met den tuin bedoelen wij zoowel dien bloe
mentuin als den moestuin en den boomgaard.
Het is een vrij algemeen voorkomend ver
schijnsel, dat van deze drie meestal de moes
tuin van mest wordt voorzien, terwijl de twee
andere óf in het geheel niet worden bemest óf
stiefmoederlijk worden behandeld. Dit Is ech
ter verkeerd. Evenals de verschillende groen
ten behoefte hebben aan plantenvoedsel, is
dit ook en ln niet mindere mate het ge
val met bloemen en de vruchtboomen. Ook de
Ergens in ons land woont een zonder
ling oud heertje .Hij heeft dezer dagen
zijn 80sten verjaardag gevierd en bij die
gelegenheid heeft'hij enkele merkwaar
dige cijfers gepubliceerd. Ons ouode heer
tje namelijk was een verwoed statiticus,
en hij heeft op een waarlijk accurate wijze
al zijn handelingen nauwkeurig opgetee-
kend. Hierdoor is het hem gelukt een
overzicht te krijgen van den tijd, dien hij
aan verschillenede handelingen besteed
heeft, en daar wij meenden, dat dit voor
onze lezers wel interessant zou zijn, heb
ben wij eenige zijner statistieken afge
drukt. Zoo op het eerste gezicht lijken zo
misschien vreemd of overdreven, maai
dat is niet onze schuld. Bovendien: i,
kunt het narekenen, als u ons oudo
heertje niet gelooft.
Alzoo: hier volgt de stastitiek van eer:
80-jarig leven.
80 jaar maakt 29220 dagen, 42076800
minuten, 2.524.608.000 seconden. Den dag-
gerekend tegen 24 uur, heeft hij hier
van:
geslapen 26 jaar, 812 dagen, 18 uur, 21
minuten,
gewerkt 21 jaar, 96 dagen, 14 uur, 40
minuten,
zich kwaad gemaakt 6 jaar, 116 dagen,
14 uur, 10 minuten,
gegeten 6 jaar, 846 dagen, 5 uur, 12
minuten,
gewacht 6 jaar, 302 dagen, 16 uur, 45
minuten,
verliefd geweest 4 jaar, 89 dagen, 8 uur,
27 minuten,
vacantie gehad 4 jaar, 12 dagen, 16 uur,
3 minuten,
gereisd 3 jaar, 273 dagen, 18 uur, 24
minuten,
de krant gelezen 1 jaar, 243 dagen, 7
uur, 48 minuten,
zich geschoren 228 dagen, 2 uur, 52
minuten,
schoenen aangetrokken 89 dagen, 19
uren, 18 minuten,
op de klok gekeken 80 dagen, 9 uur 86
minuten,
de buitendeur opengemaakt 29 dagen,
4 uur, 47 minuten,
de kinderen uitgescholden 26 dagen, 14
uur 33 minuten,
dassen omgestrikt 18 dagen, 12 uur 6
minuten,
den neus gewreven, 18 dagen, 8 uur, 28
minuten,
sigaren opgestoken 12 dagen, 16 uur,
4 minuten,
naar boordenknoopjes gezocht 6 dagen,
21 uur, 25 minuten, 48 minuten,
gegaapt 4 dagen, 2 uur, 26 minuten,
tegen het hondje „foei" gezegd, 2 dagen,
14 uur, 20 minuten,
gelachen 1 dag 22 uur, 3 minuten.
Men zal misschien vinden, dat het oude
heertje wel erg veel tijd heeft zoek ge
bracht op het zich kwaad maken; maar
de kleine ergernissen des dagelijkschen
levens hooren hier ook onder. En 26 da
gen 14 uur en 88 minuten zijn kinderen
uitschelden ls toch waarlijk niet te veel,
evenmin als het 6 jaar, 802 dagen, 16 uur
en 45 minuten wachten. Wij kennen wel
menschen, die hun heele leven hebben
gewacht op iets wat niet kwam. Overi
gens: u hoeft het niet te gelooven, en
rekent het maar na. t Klopt als een bus.
Paul Valli zat, met de kin in de hand,
over de heide te turen naar den optocht
van het circus, die aan den voet van den
heuvel voorbijtrok. Zoolang hem heugde
had hij om en in een circus geleefd, en het
was hem vreemd, dat hij nu geen deel uit
maakte van de processie. Nooit te voren
had hij geweten wat het was, zonder werk
te zijn en ook zonder vooruitzichten, maar
toen hij door dien val van het paard te
Sheffield zijn been gebroken had, was
zijn plaats als clown door iemand anders
ingenomen en had men Paul Valli ver
geten.
In het oude valies naast hem waren
zjjn twee tricots, even verbleekt als hij
zelf.
Hij was benieuwd wat voor een circus
het was en waar het zijn tenten zou op
slaan. Het was niet groot, het bestond
slechts uit drie wagens, maar de paarden
die ze trokken, zagen er weldoorvoed en
stevig uit, en alles was even zindelijk en
netjes in de verf.
Naast het eerste paard liep een krach
tige stoere kerel, de handen in de zak
ken en de teugels over den arm. Het twee
de werd bestuurd door een slanken jon
gen man; uit de deur van den derden wa
gen keek een jongetje met ernstige oogen,
en daarnaast liep een jonge vrouw, met
veerkrachtigen, regelmatigen tred, het
hoold opgericht, en de donkere oogen
recht voor zich uitstarend.
Een bocht in den weg stelde Valli in
staat den wagen van den kant te zien,
waarop met groote letters stond geschre
ven: „Circus Barsch", en zijn hart begon
sneller te kloppen, bij de gedachte dat hij
er misschien werk zou kunnen vinden. Ze
stegen langzaam en zeker naar de plek
waar hij zat, en Valli stond op om hem
te begroeten. „Goeden morgen," zei hij,
en hij liep mee met den man, die het eerste
paard leidde, het oudé vallies in de hand.
„Ik had je circus nooit gezien," zei hij,
„dat had anders wel gekund, want ik heb
zelf mijn leven lang tot het vak behoord."
„Zoo," zei de donkere man, die Barsch
zelf was, „wie ben je dan?"
„Paul Valli, en ik ben jaren bij Rom-
ford geweest als clown-acrobaat, tot ik in
Sheffield achtergelaten werd met een ge
broken been. Maar dat is weer heelemaaj
genezen, en ik heb er gelukkig niet de
minste last van."
„Hm, ik zou wel iemand als jij kunnen
gebruiken. Mijn clown is er vandoor ge
gaan om op het land te werken."
Wat kan ik verdienen."
„Wel, in een geval als dit, is het het
beste, dat ik je een deel van de verdienste
geef. Zoo werkte die andere ook bij mij.
Ik neem de helft er af voor de onkosten
en jij kimt een zesde van de rest krijgen.
Neem je dat aan?"
De voorwaarden waren slecht, maar
Valli was blij dat hij iets had. En Barsch
liet de wagens even stil staan om hem
voor te stellen aan zijn vrouw het mooie
meisje met den veerkrachtigen gang, en
Tom Lubbock, met wien hij samen zou
werken.
Daarna ging het weer verder, en tegen
den middag bereikten ze het terrein waar
de kermis gehouden zou worden. De drie
mannen zetten de tent op en brachten alles
voor de voorstelling in orde.
Het programma zou bestaan uit een
kunstje met messen gooien door Barsch en
zijn vrouw, toeren te paard door Stella
Barsch, acrobatisch rijden van Lubbock,
Valli clownspel en tot slot een toer op de
trapéze van hem en Lubbock.
Een ding was zeker, al wat Basch lever
de was goed, maar de man was een bruut,
die tegen ieder raasde en tierde en zijn
vrouw onder den duim hield door haar
angst voor het kind, .den kleinen Tony,
een zwak ventje, dat niet den aangeboren
moed van een circusrijder bezat, zoodat
de uren, die hij des morgens in de tent
doorbracht, een kwelling voor hem waren;
want soms miste de zweep van zijn vader
het paard dat hij bereed en krulde zich
om zijn smalle bevende schouders. En als
Stella de blauwe plekken op zijn armen
zag, schreide ze, en wenschte zij dat zij
hem voor zijn lijden kon bewaren.
De jonge vrouw was zoo heel anders
dan de gewone menschen, die Valli ont
moet had, ze deed hem altijd denken aan
de bloeiende heide, waar hij haar het eerst
had gezien, met haar mooien vrijen gang,
den wind spelend door heur haar, haar
oogen gericht naar den blauwen hemel,
zoekend naar den leeuwerik, die hoog in
de lucht zong. Valli had er het land aan
haar in de kleurige circuskleeren te zien,
en stelde zich haar het liefst voor aan een
tuinhek met den jongen aan haar hand,
den weg afkijkend, naar iemand, bij wiens
komst zij glimlachte, maar in plaats daar
van hoorde hij haar dikwijls in de stilte
van den nacht, snikken en schreien.
Langzaam begon Stella er aan te wen
nen, dat de nieuwe clown allerlei atten
ties voor haar had, haar paard roskamde,
voor de voorstelling, en gereed stond er
voor te zorgen, als zij het uit het circus
weg zond, om het applaus van het publiek
in ontvangst te nemen.
Eerst lachte Barsch erom. Als deze
dwaas van een clown meer werk verkoos
te doen, dan noodig was, zooveel te beter.
Maar na een tijdje ging die glimlach over
in een bedenkelijk samentrekken van de
wenkbrauwen, en zou hij Valli wegge
jaagd hebben, als hij het niet om de goed
koopte liet.
Toch was er niets verkeerd in de ver
houding van Stella, met den down, in
tegendeel hun leven had er treurig als
het was gloed en schoonheid door ver
kregen.
Zoo gingen langzaam de zomermaanden
voorbij. Barsch wist heel goed, dat zijn
vrouw den clown liefhad, en tevens dat
zij haar plichten als echtgenoote getrouw
bleef, maar tooh besloot hij haar te straf
fen voor haar armzalig geluk, en dat deed
hit door het kind.
's Morgens voor dag en voor dauw hiel
den ze altijd repetitie ln de tent en stu
deerde de nieuwe toeren in. En op zekeren
dag toen Valli bezig was de trapéze vast
te maken, hoorde hij Barsch Tony bevelen
in vollen ren op een groot paard te sprin
gen dat ln het circus ronddraafdet waar
op het kind met angstige oogen zei, dat
het te hoog was. Maar toen zijn vader be
gon te vloeken en met de zweep te klap
pen, holde hij blindelings weg, greep de
manen, klauterde er met moeite op en
ging doodsbleek en bevend over al zijn
leden op den breeden rug van het paard
staan. En hij slaagde vrij goed in zijn
oefeningen, tot hem op het laatst geboden
werd zijn eene been op te lichten. Drie
maal probeerde hij het, en telkens verloor
hij zijn evenwicht. Toen zakte hij met de
handjes voor het gezicht op het paard in
een, want hij wist wat er komen zou. De
zweep knalde, Tony schreeuwde en op
hetzelfde oogenblik sprong Valli van de
ladder.
„Waarom gun je den jongen geen tijd
het behoorlijk te leeren?" zei hij, zioh voor
Barsch stellend. „Zoo maak je het kind
heelc-maal van streek."
„Ik kan toch met mijn eigen jongen doen
wat ik verkies?" was het antwoord met
een reeks van vloeken.
„Neen, zoolang ik hier ben, niet! Ik heb
het al lang genoeg verduurd." i
Barsch werd vuurrood van woede.
„Zelfs als je meent mijn vrouw voor je
gewonnen te hebben, kun je mij
Voor hij den zin ten einde had, had
Valli hem een klap op zijn leeljjken mond
gegeven, en in een oogwenk waren ze hij
gend met elkaar aan het worstelen en had
Tony zijn moeder gehaald. Stella, die
kwam aanhollen, was zoo verstandig te
zeggen, dat het tijd was om de voorstel
ling te beginnen. De twee mannen lieten
elkaar los; Barsch, gemelijk en knorrig,
Valli onvoldaan over zichzelf, dat hij door
Barsch' drift op te wekken, het nog moei
lijker voor Stella had gemaakt
Er was geen tijd meer met haar erover
te spreken, maar vóór den laatsten toer,
als Barsch alle paarden tegelijk moest
binnen brengen, ging Valli in den zach-
ten zomerlucht naar buiten en vond Stella
achter de tent.
„Ik heb spijt over hetgeen er vandaag
is gebeurd. Ik vrees, dat ik het er niet
beter voor jou op heb gemaakt," zei hij.
„Het kan moeilijk erger," antwoordde
zij bedaard. „En ik ben je dankbaar voor
wat je voor Tony hebt gedaan. Ik weet
soms niet hoe ik het dragen moet." En
dikke tranen biggelden haar over de wan
gen.
„Ik denk dat hij mij nu zal afdanken, en
dan ben jij geheel aan zijn genade over
geleverd, Stella," zei Valli wanhopig, de
armen over de borst vouwend, uit vrees
dat hij haar naar zich toe zou trekken, om
haar tranen te drogen.
„O, verlaat mij niet," smeekte ze. „Jouw
tegenwoordigheid maakt het mij alleen
mogelijk mij in mijn lot te schikken."
„Wat zullen we doen, mijn liefste? Met
je weggaan kan ik niet. Je hebt je kind"!
Barsch, die de laatste van het publiek
uit de tent had zien gaan en zachtjes, over
het gras geslopen was tot binnen het be
reik van de hem bekende stemmen, balde
dreigend de vuisten.
„We zullen gewoon met ons werk door
gaan," zei Stella, haar oogen op de ster
ren aan den nachtelijken hemel gericht,
„en bidden dat er een dag komt, dat we
vrij zullen zijn."
Barsch ging met haat in het hart naar
de tent terug, liep langen tijd peinzend
heen en weer, onder het licht van de nog
brandende lantaarn, scheen eindelijk het
idee gevonden te hebben dat hij zocht en
grijnslachte boosaardig.
Den volgenden morgen gingen ze naar
een andere stad en reden twee dagen
langs rustige landelijke wegen, zonder
veel te praten.
Zoodra ze de tent op de nieuwe sfaqd-
plaats opgeslagen hadden, maakten Valli
en Lubbock de koorden en toestellen voor
hun acrobatische toeren in orde. Ze ver
richten gewoonlijk geen bijzondere kunst
stukken, maar gebruikten alleen een paar
schommels, die tegenover elkaar met tou
wen aan de balken hingen en slingerden
zioh van de eene op de andere, of Lub
bock stond wjjdbeensch om het even
wicht te houden op de zijne en gooide
gekleurde glazen balletjes in de lucht,
waarop Valli van zijn schommel met een
klein geweertje sohoot. Toen Stella rus
tig bij de lamp in den wagen kleeren zat
te verstellen, hoorde ze Valli en Lubbock
na den geheelen avond gewerkt te heb
ben, naar hun slaapplaats gaan. En daar
na wachtte ze op haar man wachtte en
wachtte, maar hij kwam niet.
Eindelijk stond zij op, en ging
tent. 't Was er donker, maar opeen
naar de
opeens zag ze
een geheimzinnige lichtstraal van een
lantaarn, die hoog aan den kant van het
doek hing. Misschien had Valli die bij zijn
werk gebruikt, en daar vergeten. Ze zou
hem even meenemen, anders zou haar man
er waarschijnlijk boos om zijn.
Toen ze den voet van de ladder bereikte
gaf ze bijna een schreeuw van schrik
de lantaarn had zich bewogen. Ze keek
aandachtig wat het zijn kon en merkte op
dat een paar handen die ze als die van
haar man herkende bezig waren, met
een mes, langzaam het touw van den
schommel, vanwaar Valli zich den volgen
den dag op dien van Lubbock moest slin
geren, door te snijden.
En in Stella'» hart was slechts één